188 ._ Ltk. 343 7
maechden vomden weoluwe(n) en(de) [v]omoler echtscap (f. 25’) bewijzend
dat een voorbeeld met miniaturen Werd afgesehreven; een Weinig ruimte daarvoor is opengelaten.
F. 139a: Een aue maria om gods wille voort diet gescreuen heeft.
F. 3: Titel en herkomst geschreven door een hand, die in alle hes. afkomstig van de familie VAN WINTER voorkomt. Zoo ook de signatuur Theol. 1% die op een schutbl. achteraan moet hebben gestaan, blijkens den catalogus van 1847.
HERKOMST
Dit booc hoort in dat bes10ten(c0n)uent tot sinte vrsule(n) te delf int oest eynde (f.8’ door copiiste).
BEZITTERS
Catal.-JAG. MARCUS (Anisterd. 1750), ms. in-4° nr. 37 —— B. HUYDECOPER, blijkens de signaturen met potlood uit diens bibliotheek (f.3: No.9 en f.3’:No. 5)? - Catal.-VAN WINTER (Amsterd. 1841), nr.16 ——- Verworven in 1841.
LITERATUUR Handel. 1841, blz. 67 — Catal. 1847 I, blz. 37 —— Catal. 1887, blz.22a —— Bouwstoffen, art. 1207 b.
Letterk. 313 (olim 110) — JAN VAN RUUSBROEC, TRACTATEN
Verloren gegaan bij den eersten brand der Univ. Bibl. te Leuven in 1914. Afschriften van de hand van W. DE VREESE in de Coll.—B.N.M.,’Leiden Univ. Bibl.
LITERATUUR Oatal. 1829, blz. 50-51, — Catal. 1847 I, blz. 37 — Catal. 1887, blz. 22b — DE VREESE, Ruusbroec.-hss. ‘blz. 94-103 (hs. L). f. ,4’ ~« , , ~- ‘
I«2=»:s~.~.“’»‘=
u.a~ ',,
Léttel-k. 344 (o1imJ1V1637) — JAN VAN RUUSBROEC‘
Pap. en perk. 1466, 78 bll. (IV-1+2perk., 2V, IV, 3V, IV, II-1). Geen signaturen of reclamen, 198 X 141 (132 X c. 97), 2 kol., 25-33 rr. Linieering met inkt. Het hs. is sterk afgesneden, hetgeen blijkt uit f. 60 met beschreven on- dermarge, dat nog 210 mm. hoog is. Folieering met inkt uitde 18e eeuw. Uit dezen tijd ook signaturen A -J midden in de ondermarge.
BAND
Eenvoudige hoornen band uit de 18e eeuw. Rugtitel met inkt in drukIet— ters 1. RUYSBROEC VAN BECORINGEN etc. MSS. Het hs. miste toen reeds £2 en bladen die beschadigd waren zijn hersteld (£19 vertoonteen gat,Waa.rdoo1' 2-5 rr. geschonden zijn). Voor- en achteraan 3 schutbll., waarvan telkens een tegen den band geplakt is.
SCHRIFT
Littera textualis. Rubrieken, roode opschriften, onhandige roode lombarden .
(2-9 rr. hoog), de grootste met penwerk. Veelvuldige correcties, ongeveer uit denzelfden tijd, van een andere hand (littera bastarda). F. 9’ gel-eprod. bij HULSHOF, Schrift Tat‘. 10b. F. 78’b in kleiner schrift van copiist: Dit boeck heuet ghescreue(n) (naam uitgeradeerd) int ia‘er ons heren
dusent vierhondert en(de) sesentsestich bit daer voerom gods ,1
vvillen en(de) gheyndt op sinte pieter en(de)pau1wes auont Amen.
INHOUD Vier Werken van JAN VAN RUUSBROEC.
Ltk.345 I I I , 189
F.1a: Hie1' beghint dat boec vomden vier becoringhen h[er] (de rest
is uitgeradeerd) — Inc. DJe 01'e(n) heuet te horen die hoert. . . Gebruikt voor de uitg. van DAVID IV (1861), blz. 269-289. F. 10a: Hier beghint een suuerlijc boec vander hoechster waerheit dat héer iam ruusbroec mm groenemlael ghemaect heuet —— Inc. DJe _73(r0)pheet Samuel die beweende de(n) com'nc saule. ..
Grebruikt voor de uitg. van D*AVID VI (1868),
blz. 241-269.
13‘. 22b: Dit dat hier na volcht is vomden heilighen sacrament en(de) heeft ghemaect her ian mmsbroec va(n) gr0ene(n)olael —- Inc. I)Je glorioese mzem ons harem dim alle enghelen en(de) heilige(n) eren . . .
Gebruikt voor de uitg. van DAVID III (1860), blz. 119-235.
(F. 74b-74/b: onbeschreven.
F. 75a: hier beghint olat kersten gheloue die xzj artik[el]em'uusbroecs glose — Inc. Soe wie behouden wil szjn m(de) comm in dat ewighe leuen . . .
Grebruikt voor de_ uitg. van DAVID III, blz. 239-260.
F. 79: onbeschreven.
Ff. III’ en 1 (ondermarge): Aanteekeningen met inkt betreffende RUUSBROEC en diens werken in het Nederlandsch en Latijn door een 18e-eeuwsche hand.
HERKOMST Holland.
BEZITTERS _ Catal.-D. (3. en J. J. VAN voonsr (Amst. 1860), nr.155 —- Gekocht in 1860 voor f. 20.
LITERATUUR
J. DAVID, Werken van Jan van Ruusbroec, Maetschappy der Vlaemsche bi- bliophilen, 3e serie nr. 4 (Gent 1860), blz. XVII —- Ca_tal.1847, 2e suppl. blz. 5 - Catal. 1887, blz. 22b —— DE VREESE, Ruusbroec-hss., blz.161-162 (hs. N).
Letterk. 345(o1im 99) -— FUN DAMENT VAN DER KERSTENRE GHELOUEN
Perk. c.1/I50, 97 bll. (11 IV, IV + 1). Resten van signaturen en reclamen, 206 X 137 (146/149 >< 87),1 kol., 29 ‘a 3413'. Pagineering met inkt uit de 18e eeuw.
. BAND
Perk. band uit de 18e eeuw. Op den rug met inkt FONDAMENT Van ’t Christe n GELOOF. M.S. Voor- en achteraan 3 schutb1l., waarvan telkens een tegen den band geplakt is. Gespikkelde snede. Tegen het voorbord een gedrukt etiket: Ex Bibliotheca Hultmanniana, divendita Sylvae Ducis, dapud H. Palier et Filium.
SCHRIFT
Littera bastarda. Rubrieken, roode opschriften, afwisselend roode en blauwe lombarden (2 rr. hoog). F. 1 blauwe initiaal met opengewerkte schachten en rood penwerk (5 rr. hoog).