104 I ‘- I _ A Ltk. 289

F. 14: Onser nrouwe(n)get2'de.

F. 60: Dits die cruas ghetide de lange getljden.

Ff. 92-112’, 219-224’ : Dits die getide uand(er) ewiger w1_'jshe1't.

F. 224’ : Hier beghinnet na een ghebedekfin van onser lzeaer vrouwen - Inc. GOd gruet 1) maria een blenckende dageraet een morgen starre en snelle aerne . . .

F. 113: Grebed tot den engelbewaarder Inc. 0 alre liefste enghel claer blenckende sterre duerbaere paerle . . . Zie M. MEERTENS, VI, blz. 15 sub 9c.

F.113’: Tot allen heilighen een denoet ende goet ghebet Inc. 0 GM ghebenedide ons lienes heren ihesa cristi Diet hnden 22 clack 1's mit alden salighen . . .

F. 116: Een soete sequencie nan den heilighen gheeste —— Inc. Com heilige gheest ende sende wt nanolen hemel die claerheit aliens lichtes . . .

F. 116’ : Hier na beghint een gebet na(n) den heilighen sacrament -- Inc. Ghegruet szjsta geheilichste lichaem ons heren onthonden in olesen . . . .

F. 118’ : Item aanden heilighen sacramente Inc. 0 Lenende vrucht

du suete glze1m'nde da wonnentlike parad1_'7's . . . Zie MEERTENS VI,-

blz. 47 sub 14d.

F. 120: Dit les na[n]den heiligen sacrament Inc. 0 Here ihesu criste die alle tzjt uoer onse sch-nlde gheoffert wordes . .

F. 122: Hier begint die .1217’. psalme —- Met de litanie.

F. 140: Hier begint die vigeli na(n) 1'90 les.

F.184: Dits die ghetidé ua(n)den he1'l1'ge(n) gheeste De tekst .komt overeen met de getijden, zooals zfi nitgegeven zfin'do0r K. DE GHELDERE, Ghetiden Boec naar een handschrift der XVe eeuw (Gent 1893), blz. 105 vlgg.

F. 210’ : Een denoet g/eebet tot sinte Mychiel archangel gods —— Inc. 0 Ouerste prince der enghelen sinte mychiel, dn biste waerdich gheeert en(de) ghelouet te warden . . .

F. 213-218’: Antiffen en korte gebeden tot iohannes baptista,1'ohannes ewangelist, sinte lourens, sinte silaester paens, anthonis, maria magdalena, barbara en katherina.

HERKOMST Utrecht? Zie BIJVANCK, o.c. p. 82.

BEZITTERS Catal.-J. MEERMAN IV (’s-Grav. 1824), blz. 177 nr. 1071 Gekocht voor f. 7.

LITERATUUR

Catal. 1829, blz. 55 -— Catal. 1847 I, blz. 46-47 -— Catal. 1887, b1z.16a - 'A. PIT, Les origines de l’art hollandais (Paris, 1895), p. 35 W.VOGELSANG, Hollandische Miniaturen des spateren Mittelalters [Studien zur deutschen Kunstgeschichte XVIII] (Strassburg 1899), S. 107 (met reprod. van f.13’) - BIJV.-HO0GEW., nr. 66 J. D. I-IINTZEN, De Noordnederlandsche grisailles en de Meister der Liebesgarten in Oudheidkundig Jaarboek II (1922), blz. 183 - A. W. BIJVANCK, La miniature dans les Pays Bas septenptrionaux (Paris 1937), p. 82.

Ltk. I 290

Letterk. 290 (olim 131) _— GETIJDEBOEK

Perk. c.1500, 103 bll. (2 III, II-1, II, I, 31V, II-1, 6IV, VI—1). Geen signa-

gllljen cf reclamen, 146 X 106 (103 X 65/69), 1 kol., 19 ‘a 21 rr. Moderne potlood- olxeenng.

BAND

Bruingrijze lederen band uit de 19e eeuw met filetstem '

. .. pelmg en voor en

12:171.»?:;:';1U‘::..%°:;‘.:‘:.‘§::3“:".:P;“ P”“.s*:~.-‘.2°“ °P mg- ors ron -

1847: «oude Fransche band met kope1'enpslote1:»l] en 0en velvangenl Calm.

SCHRIFT Twee handen. 1. 111-15: litte' t t 1' . R b ' k - d v I'0ode en blauwe lombarden (,1-211‘a1‘. E305: f.l16€lI)3e:nliillellgoteitiraifiglF4523 %i3V01'md dan de vorlge. Rul_)r1eken en mode opschriften, roode en veelal bleek- auwe lombarden (1-2 r1‘. hoog). Na f. 49 kleine blauwe initialen met open- %eWerkte schachten en rood en geel penwerk (31-r. hoog), alles van den copiist. W%i‘.tM van fl.‘84 1s 9 rr, hoog. Groote versierde initialen:,f.16 M purper met anespenwerd en blauwe ranken met purperen bloe_me_n In de open ruimten, rank op gnu en fond (91‘1‘.h0og),pu1:per-gouden oml1_]st1ng met randversiering, simsgll, dfaffieflq 68!! haan en madel1even_(?)._F. 49 H als xferige. In den rand 11 en eeuw verscheunende. De hmeermg der bladzgden met purperen

inkt. INHOUD Getljdeboek in de vertaling van GEERT GROOTE.

F. 1-12’: Kalender” voor het bisdom Utrecht. 17 Aug.: Jeroen .1n(artelae)r ale bgzondere feestdag (Holland). ' Hlerna ontnreekt een blad. F. 13 begint midden in het Onze Vader,

Ave Marla, 10 geboden. /_ - .. . _. _ F. 13 . Dze s1j(n) dze ex vreemde sonden Inc. Dze eerste Datmen F enen anderen quaet keet... . (slechts 8 genoemd). » .14: De acht zahgspreklngen, zeven Werken der barmhartigheid,

dezelfde «geestelic», zeven sacramenten, zes zonden tegen den’

H. Geest enz. F. 16/: Hier beghint die‘ Zange eigelie ix lesse(n). F. 47 : -Van een latere hand (XVIII, brevitura) latfinsche gebeden. F. 48’: onbeschreven. F. 49: H1'er beg1'(n)t onser lieaer vrouwe ghetiele. F. 84: Hzer beghmt d1e ewige wysheit getide.

De tekst breekt af f. 103’ laatste regel en een latere hand schreef 61' met nagebootste oude letters Amen onder.

HERKOMST Holland.

BEZITTERS 17gEtaLl].-Ji(£1s1(3nULTENs (Leiden 1780), nr. 6963 Gekocht in 1780 (Zie Handel. LITERATUUR

Catal. 1829, blz. 47 Catal. 1847. I, blz. 46-47 Catal. 1887, blz. 16a. 1