126 I I it . ' , Ltk. ) 305
F. 207: Dit es een goet ghebeeth voer vrinden te biddene V——— Inc. 0 Heere ihfi acfie ic bidde dy wt den gronde myns her/ten dat ghij ouders en(de) alle mzjn Zieue vrinden ziele die daer ligghen in die pijne des vagheuiers dat ghijse wilt vertroesten . .
F. 207.’: Korte gebeden tot Maria, w.o. MEERTENS VI, biz. 22 sub 6 -- Inc. 0 Vrouwe der glor2'e(n). O com7(n)ghinne der blijscap . . .
F. 209: Klacht van Maria onder het kruis —— Inc. 0 Vloeg/e(n)de fonteyne der eewicheyt hoe bestu huyden . . . Zie a1d., blz. 36 sub 16.
F. 210: Gebed over de passie des Heeren —— Inc. 0 Ghebenedide He(er)e hemelsche vader Edel god Ic oflere 12 die verdinte uws eem'chs sc0(n)s (sic) ans he(er)e fin? acfie . . .
F. 212’ : Em gode beuelinghe —— Inc. 10 beuele heden i(n) dese(n) daghe Ende alle dage God die almechtich es . . .1 *
HERKOMST ’
Vermoedelijk uit een Brabantsch klooster der Augustijnen (zie behalve den _
kalender ook de Litanie en het gebed op £147’).
BEZITTERS , Uit de bibliotheek van C. SEYN, gekocht in 1841 op de veiling van C. C. van den Hoek te Leiden (zie Catal. blz. 79 nr.46).
LITERATUUR Catal. 1847 I, blz. 50 — Catal. 1887, b1z.17ab.
Letterk. 305 (olim 7565) — MIDDELNEDERLANDSCH BRE- VIER
Pap. XVII (Briquet 8643), 384bl1. (IV, IV + E2perk., 121V, V-2, 41V, IV-1, 7IV, V-1, /«IV, 1V—1, 14 IV, IV-1). Geen signaturenof reclamen, 132><96 (90 it 96 X 69), 1 kol., 23-30 1'1‘. Moderne potloodfolieering.
BAND
Zg. schildpadlederen band uit de 18e eeuw, met goud gestempelden rug. Titel op roodmarokijn: GESCHREVE GEBEEDEN. Gemarmerde snede. Band ge1ijk— soortig aan dien van hs. Ltk. 300; het hs. is om deze reden wellicht te iden- tificeeren met in‘. 6968 uit den Catal.-J. J. SCHULTENS (Leiden 1780). Voo1'- 2. achteraan 3 schutbi]. uit den tijd van den band, waarvan telkens een tegen den band is geplakt.
SCHRIFT '
Littera bastarda. Rubrieken, roode opschriften, lombarden (1-3 rr. hoog‘), de grootste met uitgespaard wit in de schachten. Kleine blauwe initialen met rood penwerk (3-5 Pl‘. hoog) en grootere met rood, green en een weinig goud versierd (5 rr. hoog). De S van f.9 is blauw-rood met groen en rood penwerk en wat goud (12rr. ho0g).;
INHOUD Middelnederlandsch brevier. .
F. 1-8’: Kalender voor het bisdom Utrecht met als bijzondere feest- dagen Wolb(er)2'ch (1 Mei) en Justus m[a7'tele]r (11 Oct.), hetgeen wijst op Oostelijk Noordnederland. Aan het einde der meanden opgave van het tijdstip, waarop de zon in een_ ander teeken van den dierenriem binnentreedt. De kalender vertoont naast de zondagsletters en de Romeinsche dagtelling de gulden getallen
11 Iztk. 3061
en de uren, Waarop de nieuwe maan valt. Door de gulden. getallen 3', some 4 plaatsen terug te brengen is een poging aangewend om de dagen van de nieuwe maan in overeenstemming te brengen met de Werkelijkheid, wellicht onder invloed van de Reparatio calendai-ii van NICOLAAS VAN CUSA. ’
F- 9: 01ote(n) z'erste(n) S0e(n)dach finder Aduent — Inc. S0eberl2'7ce en(de) rechtu(er)delike en(de) goddienstelike laet ons leuen v(er)wachte(n)de die salige hape en(de) die toecoemst en(de) die glorie des groete(n) godes . . .
-V: het cijfer 71 (18e eeuW?).
HERKOMST Noord-_Ooste1i_jk Nederland.
BEZITTERS J. J. SCHULTENS? (Zie boven) —— Auctie-Pastoor KERVEL bij J. W. van Lefiuwen (Leiden 1845) —— Verworven 1846.
LITERATUUR Catal. 1847, 2e suppl. blz.6 — Catal. 1887, b1z.17b.
Letterk. 306 (olim 11643) — DEVOTIEBOEK Pap. XV—X'VI, 175 b1l., 142 X c. 95. Twee gedeelten.
BAND Zwaar bruin lederen band uit de 19e eeuw over de onde b0rden,waarop do Sporen van 2 sloten nog te zien zijn. Voorin nog /e oorspronkelijke schutbll. (XVII. Waterm. kan met 001', niet verder te definieeren), waarvan het eerste tegen den band geplakt is. XVII (Briquet 8644 en 12831), 1)]. 1-120 (4 IV, 211, 101V). Signa- turen, geen reclamen, 106/116>< c. 70, 1 kol., 23-31 rr.
SCHRIFT
Littera brevitura. Rubrieken, roode opschriften en lombarden (1-3 rr. hoog), de grootste met opengewerkte schachten. F.119: Dit boeck heeft ghescreuen Margricte Jheronimus dochter ter eeren gods ende sijnlieueuer(sic)Moede1‘ bidt voer haer om gods wil een aue Maria
INHOUD
F.1: Hier beghin(n)en die ewangeliem) eomde(7z) gehelen iaer en(de) is al aen vrouwen hoeden gheset .. . Evangelielessen voor het geheele kerkeiijke jaar, onderbroken door Ave Mari‘a’s.
F. 113’: Des colacije heeft ghepredict onse eerwaerdige pater heer pieter cant in die bede camer op dat ewcmgelie het s2'j(n) bmloften gemaect in ccma galilea — Inc. Daer sijn bruloften ghemaect in kama galiea Jh’s -moeder was daer Jh’s ende szljn iongheren warm daer ghenoot Ghi selt weten dat dam‘ viere hcmde bruloften syn gheestelic Die eerste bruloft is gheschiet in die slaepcamer van die heilighe drieuoudicheit . . .
F. 119’: Van een onbeholpen 16e-eeuwsche hand een «benedi-A
cite» en een «graciei in het m111. (zie ook £175’). F. 120-120’: onbeschreven.