1808. H. W DAENDELS. 10 bijzondere vergunning van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal opgenomen en behandeld moeien worden, zal de behandeling dezer zieken, niet alleen door de officieren van gezondheid, bepaaldelijk voor het hospitaal gedeslineerd, geschieden, maar ook naar omstandigheden door diegeenen, welke aan de regimenten of corpsen gealtacheerd zijn. bij gepaste verkiezing van den chirurgijn of doctor en chef. Art. 16. leder dag worden in lijsten naauwkeurig ingevuld de naanien en ziek lens der lijders, de voorgeschrevene medi camenten, enz., alsook de afgegevene breukbanden, terwijl nogtans ligle, chirurgicale gebreken op deze 'lijsten niet behoeven aangeteekend te worden. Art. 17. Behalve deze daglijsten zullen 'er maandlijsten moeien worden opgemaakt, waarin na het afloopen van ieder maand zullen ingevuld worden de onderscheidene zoorten van ziek lens, welke in de maand onder behandeling pan ieder, op zig zelven [l'ungeercnden officier van gezondheid hebhen plaats gehad, mei bepaling levens, hoeveel van ieder ziekte in de maand van de vorige waren overgebleven, in deze op nieuw ziek geworden, hersteld, gestorven en wederom overge bleven zijn. In de hospitalen word door den doctor en chirurgijn-major slegts eene zoodanige lijst van alle de zieken in het geheele hospitaal opgemaakt en bij iedere maandelijksche inzending overgelegd. Art. 18. liehalve deze lijsten word aan de iever van ieder officier van gezondheid overgelaten te houden van bijzonder belangrijke ziektens of gebreken een dagelijksche, nauwkeurige aanteekening, niet de opgave der kenteekenen van de ziekte en de verschijnselen, die zig iederen dag daarbij opdoen. Art. 19. Van alle overledenen moet een uitgewerkte his toria inorbi door den officier van gezondheid, welke hen behandeld heeft gedurende zijne ziekte, worden opgemaakt, waarbij tevens de geboorteplaats, ouderdom, lichaamsgesteld heid en levenswijze van den lijder, of hij gehuwd of ongehuwd is, behoord te zijn opgeteekend. 1808. H. W. DAENDELS. 100 de tegenwoordige artikelen dezer instructie niet strijden, in volle kracht en waarde. Op 5 Januarij 1809 werd dit reglement in zoo verre ge wijzigd, dat aan wagen-verhuurders werd toegestaan «dehuur •loonen voor een halven en heelen dag, in stede van de bij •instructie bepaalde rd' % l / 2 en 5, tot rd 8 3enG te mogen «verhoogen en hun op de vragten voor reizen naar de boven handen eene verhooging te accorderen van een derde naar • mate van de vergrootte distantie van de eene paal naar de •andere". 9 Augustus, ttepaling, dat de oppassers van den Dros saard mei eigen middelen in hunne kleeding en paarden moesten voorzien. Hun kon daartoe een voorschot op hunne •maand-gelden" wordeu verleend, in te houden bij wege van «decortalie «hunner Iraclemenlen". 9 Augustus. Instructie voor den bailluw van Batavia. Art. 1. Bij het introduceeren van eene andere wijze van bestuur in de politie en justitie in de Jaccatrasehe ommelanden de benaming van hoofdscboul der stad Batavia vervangen zijnde door die van baüluw van Batavia, onder toevoeging van den rang haast den water-fiscaal. Art. 2. Zoo brengt zijn oflicie mede te zorgen, dat de goede ingezetenen in gerustheid en buiten overlast blijven, zoomede dat de heereuwegen, bij nacht, zoowel nis bij dag, veilig en vrij mogen worden gebruikt binnen en buiten de stad Batavia. Art. 3. Zijne jurisdictie is bepaald aan de Oostzijde van Batavia beoosten bet landgoed Slingerland en van daar Zuid waarts tot aan de gegraven slokkan, langs dezelve tot boven de bazaar Weltevreden, van daar Westwaarts lot boven de 1809. H. W. DAENDELS 1000 de gequalificeerde personen van vier en twintig stuivers daags of zooveel meerder of minder, als door het collegie van justie, waaronder de cipier behoort, zal worden geordonneerd na gelegenheid des lijds of de qualiteil der personen; /». dat voor personen, welke in des cipiers woning in simpele gijzeling zijn geplaatst, een ordentelijke tafel zal moeien worden gehouden, na het fatsoen en de qualiteil der gegijzeldens, ter taxatie van hel collegie van justitie, waaronder de cipier behoort: e. dat de cipiers voor gegijzelden, die om particuliere schulden gearresteerd, zijn, voor derzelverdagelijksch onderhoud zal mogen declareeren, als: voor Europeescheu twaalf stuivers en voor inlanders en Chineezen zes stuivers daags. d. dat de cipiers voor het onderhoud van lijfeigenen, die bij executie ingebragt of door hunne heeren en vrouwen, dan wel hare gevolmagtigdens of executeuren den cipiers ter bewaring worden aanbevolen, dagelijks zullen mogen declareeren zes stuivers; e. en eindelijk, dal hoezeer volgens besluit dezer tafel van den l en Juni 1809 de betaling van blok- en sluitgeld van de cipiers of substituten van 's Landswege is komen te cesseeren, echler voor sluit- en ontsluitgeld van een ieder, die zich onder hunne custodie bevinden, particulier zal mogen worden in rekening gebracht achttien stuivers. 22 November. Toekenning van klerken, mata-mala's, schrijf behoeften, en:, aan de havenmeesters Ie Sama rang en Ie Soerabaija, alsmede aan de onder-equipage en onder-havenmeesters. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dal volgens de jongst door de hooge regeering gearresteerde in structien voor de marine, de havenmeesters van Saniaraug en Soerabaja, mitsgaders de onder eq ui page- en onder-haven meesters aldaar, 10l de uitvoering vau het hun bij die in- 1809. H. W. DAENDELS. 1001 slructien gedeniandeerde assisleiilie van eenige klerken en malta-malta's noodig hebben, als ook van schrijf behoeftens bebooren te worden voorzien; en overwegende, dal de revenuen van de passen, welke bij de instructie voor den sabandhaar van Samarang van den 2 en September 1808 bepaald zijn, een geschikt fonds kunnen opleveren voor de opgelden, welke hiervoor anderzins zouden moeten worden geimpendeenl, terwijl deze revenuen, uit hoofde de onder-havenmeesters op een vast inkomen met afschaffing van alle verdere emolumenten zijn gesteld, niet door dezelve kunnen worden genoten; besluit den commissaris-generaal der marine, Sack, te ge lasten om de revenuen der passen, zoo te Sourabaija, als Ie Samarang, in voege dezelve zijn gefixeerd bij art. 8 en 10 der voorschreven instructie voor den sabandhaar van Samaraug, te doen colligeeren en te effectueren 10l een fonds, waaruit alle onkosten van klerken, malta-matla's, schrijfgereedschappen, enz., voor de havenmeesters van Samarang en Sourabaija en de onder-equipage- en onder-havenmeesters zullen moeten worden gevonden. 22 November. Voorzic/iint/ in de geneeskundige hulp, te verteenen aan gekwetsten en gevangene» ie Soerabaija. Door den chirurgijn en chef berigt zijnde, dal hij sedert hel begin van dit jaar aan den chirurgijn-principaal van het arrondissement van Sourabaija order bad gegeven om door een der ollicieren van gezondheid van hel garnisoen den genees- en heelkundigen dienst bij de justitie aldaar te laten waarnemen en de medicamenten in de apotheek van het hospitaal Ie laten bereiden en fourneeren, ten einde bij het einde van het jaar liet beloop der onkosten daarvan uil de slads kassa Ie laten voldoen volgens de prijscourant, uithoofde dat aldaar geen slads apotheek geëlablisseertl was; is besloten de door den chirurgijn en chef provisioneel ge geven order ten aanzien van de uitvoering der genees- en 1809. H. W. DAENDELS. 1002 heelkundige dienst en het leveren van medicamenten voorde gekwetsten en zieke gevangenen bij de justitie te Sourabaija te approheeren en daarmede op diezelfde wijze te laten con liniieeren ; en wijders aan den officier van gezondheid der armee, welke in der tijd met deze diensten zal zijn heiast, een toelage te accordeeren van vijftien rijksdaalders, zilver geld, 's maands. ■|j- November. Openstelling vlot weder opzeggens Ine" van de vaart en handel van Java op Ambon, Banda, Ternale en de Aroe-eilanden voor de ingezetenen van Nederlandsen Indiè en voor alle verdere onderdanen van Zijne Majesteit den Koning in Indië. 23 November. Voorschrift nopens ordonnantie» van nml soenen voor militairen. Fs besloten, dat in navolging van het bepaalde hij art. 7 der instructie voor de havenmeesters te Batavia, Sourabaija en Samarang, volgens welke de ordonnantien voor de vivres van de schepen door gemelde havenmeesters worden ge ordonneerd en in de provisie-magazijnen ontvangen zonder de signature van de generale rekenkamer, alzoo de verantwoor ding daarvan van drie tot drie maanden aan gedachte kanier geschiedt door overlegging van de ordonnantien, bij de ad ministrateurs berustende, en de lijsten, welke van dezelve door de havenmeesters worden gehouden, vergeleken tegen het stamboek van den commissaris-generaal der marine en het vastgestelde tarief van randzoenen, van nu voortaan de ordonnantien van iimdzoenen voor de militairen van de divisie te Balavia en in de mobile divisie mede mei door de reken kamer zulleu worden gecontrasigneerd, maar de verstrekkingen geschieden zullen op ordonnantien van den commissaris vau oorlog, waarbij zullen moeten zijn geannexeerd de korle sterkten der detachementen, compagnien, batlaillons of re gimenten, door den commissaris van oorlog, een ieder in zijn arrondissement, voor conform met de door hem gehouden 1809. H. W. DAENDELS. 1003 wordende registers geteekend, van welke verstrekkingen de commissarissen van oorlog ingevolge art. 13 van hunne in slruiiie maandelijks een recapitulatie aan den commissaris ordonnaleur en om de drie maanden behoorlijke lijsten aan de generale rekenkamer moeien inzenden om door gemelde kamer tegen de ordonnantien, die hij de administrateurs be rusten, en de stamlijsten van de wapen-corpsen der armee, zoomede het tarief van randzoenen, te worden geconfronteerd. 23 November. Rang-regeling van haven-meesters en onder haven-meesters. Is besloten tot amplificatie van het l e art. der instructien voor de havenmeesters en onder-equipagemeesters van Batavia, Soiirabaija en Samarang, waarbij aan hun is toegekend de rang van kolonel en luitenant-kolonel, respective te bepalen, dat zij gelijkstandig zullen worden geconsidereerd, de haven meesters met een kolonel en kapitein ter zee en de onder-equi pagenieesters met een luitenant-kolonel ter zee van 's Kouings marine, na Anciënniteit van aanstelling en ook de uniform van dezelve zullen dragen: eu voorts, dal de onder-havenmeesters alleen den rang zullen hebben van kapitein en dus gelijk standig zullen wezen met een ordinair luitenant ter zee van 's Konings marine en insgelijks de uniform van denzelve zullen dragen. 24 November. Verpachting van hei tegl /"/ bisscheH in de Krawangsche rivieren, spruiten" en poelen. Sedert 24 September 1745 was dat regt bij admodiatie afgestaan. De voorwaarden der verpachting waren ditmaal de volgende: Eerslelijk: bestaan de rivieren, spruiten en poelen, die ver pacht worden, in 19 stuks, bekend onder de benaming: de rivier Crab&ftg, L'ulmloekau, I'adij d'Jonang, I'cdadij d'Jinkol, Singkil, liiangboug, Paekies, Jonalij, Commandian, 1809. H. W. DAENDELS 1004 Tclaga Heran, Bandara, Moeara Kolet. Tagal Serang, Mooijang, Calij-Assiii, Singcreng, Tapak Badak, Wadoeij Jaija. Tweedens: nog drie stuks, met nameu Sarakan, Sadarij en Calij-Dawa, door de hooge Indische regeering aan den regent van Crawang lot eigen lielioef vergunt en daarom van de pagt uitgezonderd geweest. Derdens: de verpachting /al geschieden voor vijf jaren, gere kend van den eersten Januari 1810 tot ultimo December 1814. Ten vierden: de pagler zal gehouden wezen de voormelde rawas ofte vissclierijen ten zijnen kosten, zoowel te zuiveren van alle ruiglens en vuilnis, waarmede dezelve zijn bewassen en bezet, als dezelve op het einde van den gemelden pacht lijd na behooren gezuivert aan degeene, die dezelve alsdan zullen komen te paglen, over te geven. Ten vijfden: zal hij niemand mogen hinderlijk zijn in het bevisschen van de strand en vrije zee van Oaoang. Ten zesden: nogle zal hij ook niet vermogen door hel sluiten der spruiten den afvoer van brandhout hinderlijk te zijn. Ten zevenden: gelijk ook hij niet vermogen zal de mon dingen der meernielde rivier en poelen aan de zeekant door het zetten van seroos als andersints te heiemmeren. Ten achtsten: zal de pagter gehouden wezen, zoowel als ieder particulier visscher, die de vrije zee komt te hevisschen, te betalen de bazaars gerechtigheden aan den pagler van de vischmarkt van alle zoodanige visch, als hij in dikwerf ge melde rivieren, spruiten en poelen ofte elders kome te vangen en ter markt te brengen. Ten negenden: die de pagl mijnt, zal op stond twee sufficante horgen moeien si ellen ter naarkoming van deze conditiën, mitsgaders op de hand ofte uiterlijk binnen drie dagen afleggen de eerste paye, voldoende alle de pagtpen ningen van vier 10l vier maanden, zulks de pagler voor den laatsten September jaarlijks in banden van den secretaris van Schepenen betaling van de gebeele somma zal hebben te doen. 1809 H. W. DAENDELS. 1005 21 November. Last op de pachters van 's Lands domeinen voor hel jaar 1810 hun paehlschiil voor een vierde gedeelte in koper geld op Ie brengen. Op die wijze traditie men te voorzien in de behoefte der Regering aan koperen munt. Om de pachters in staat te stellen aan het voorschrift Ie voldoen werd hun op I'J Wintermaand 1809 vergund »de "tol-gerechtigheid in dezelfde proportie in koper geld te heffen, • voor zoo ver dit zonder bezwaar geschieden kan, waaromtrent •men de noodige omzichtigheid zal gebruiken". 24 November. Lusl <)/> den pre/eet van Ambon »150 tknappe en uitgelezen" militaire Ambonezen naar Ba lavia te zenden. Wegens het groote gebrek aan officieren en onder-ollicieren wilde Daendcls Ambonezen tot die betrekkingen aanstellen. 28 November. Maatregel in liet belang der carlographie van Java. De 1' luitenant der genie, E. G. Vodegel, werd gelast met twee leerlingen van de marine-school op te meten de wegen van Bnjolali tol Solo, van Solo 10l Klalen, van Klaten lot Djokjokarla en van daar 10l Djamboe, "dienende tot hel • formeeren van een nieuwe, Javasche kaart". 50 November. Toekenning aan den koster der hervormde gemeente te Batavia van 1 rijksdaalders per flesch voor de 40 /lesschen Madera-wijn, benoodigd voor de viering van het heilig avondmaal. 50 November. Bepaling, dal hel Iractement van den president van Weesmeesteren Ie Batavia ad 150 rijks daalders 's maands betaald zoude worden uil de kas van Weesmeesteren. Sedert April 1808 was zulks uit 's Lands kas betaald. 1809. H. W. OAENDELS. 1006 Het inkomen van de leden van dat collegie ten bedrage yan 2000 rd'. 'sjaars, toegekend ter vervanging van de vroegere leges, zoude eveneens ten laste der kamer-gelden komen, betaalbaar voor l /s ' n zilver of in papier met de liepaalde agio. Op den 29"" 1 Wintermaand 1809 is dit laatste ook op den president toepasselijk verklaard. 30 November. Bepalingen nopens de assessoren van den Drossaard dei' liataviasche ommelanden. Deze drossaard werd gemachtigd »om, bij ziekte of absentie van ern zijner assessoren, deszelfs secretaris dan wel een der landeigenaren als assessor te assumeeren en om wijders aan de gedag Ie assessoren tol defroijemenl hunner reiskosten, zoowel als voor liet verzuim van de waarneming hunner particuliere belangens, een maandelijksche toelage te accor deeren van rd' 100, gerekend voor '/. gedeelte in zilver en betaalbaar in papiere geld met de agio, bij het gouvernement bepaald, en voor het overige in papieren van crediet". 30 November. Regelingen nopen» de rechtspraak van den Drossaard der Bataviasche ommelanden. Is goedgevonden en verslaan : 1° dat alle civiele twistgedingen, relatief zaken of personen, onder de jurisdictie van den drossaard over de Bataviasche ommelanden sorleerende, in de eerste plaats voor gcmelden drossaard zullen moeten worden gebracht: 2° dat de drossaart van alle die zaken kennisse zal moeten nemen en als vrederechter, bemiddelaar of scheidsman trachten dezelven ten genoegen van partijen te schikken; 3° dat de drossaart, na mislukte poging om partijen te be vredigen, geene verdere, rechterlijke kennisse van die zaak nemen, maar alsdan partijen renvoijeren zal aan den rechtbank van President en Schepenen van Batavia, voor welke alle procedures in civiele zaken, in de ommelanden te huis hoorendc, zullen worden ingesteld, vervolgd en door die rechtbank beslist, ten ware eene andere recht- 1809. H. W. DAENDELS. 1007 kink competent zoude mogen zijn, waaraan alsdan <le zaak zal moeten worden overgewezen. Met last wijders aan den drossaard om, liij aldien hij in het overeenbrengen van partijen in der minne niet mogt slagen, daarvan alsdan te verleenen acte af bewijs, dal hij partijen na den ordinaris rechter heeft gerenvoijeerd, en aan Presi dent en Schepenen van Batavia, dan wel zoodanige andere rechtbank, als in dezen competent zoude mogen wezen, om in geene dezer twistgedingen kennis te nemen, bij aldien niet bij de introductie derzelve door een bewijs of acte van den drossaarl, aan het request geannexeerd, komt te blijken, dat de drossaart de zaak heeft onderzocht, partijen niet heeft kunnen bevredigen en als een gevolg van dien dezelve na den ordinaris rechter renvoijeert. 30 .November. Bepalingen nopens yarnüoens- ofcantonne ments-hospilalen. Zijne excellentie, in overweging genomen hebbende, dat de generale order van den 26 l ' B Augustus 1808 lot hel oprichten van zoogenaamde guarnizoens- of cantoniieinents-hospilalen op plaatsen, alwaar troepes canlonneeren, destijds betrekkelijk is gemaakt tot ordinaire cantonnemenlen, doch dat, zoo min de bediening, als de verstrekkingen, voor de hospitalen bepaald, toereikende zijn voor meer aanzienlijke cantonneineuten, welke uithoofde van momenlaneele redenen eene tijdelijke verster king vereischen, gelijk Buitenzorg, Ceram, Anjer en de Marak-baai, en dat derhalve subsisleeren, deze bediening en verstrekkingen in evenredigheid van de meerdere zieken, welke zoodanige geëxtendeerde cantonneinenten hebben, be hoort te worden vermeerderd: heeft besloten omtreul de guaruizoens- of cantonnements hospilalen te Buitenzorg, Cerani, Anjer en in de Marak-baai, in am|jliatie der generale order van den 26 e " Augustus 1808, vast te stellen, gelijk geschied bij dezen: 1° dat in ieder der gedachte guaruizoens-hospitalen zal wor den geplaatst een Europeescb ziekenvader of menage- 1809. H. W. DAENDELÖ. 1008 meester, onder het genot van het tractement, voor deze bediening bepaald hij het reglement van den genees- en heelkundigen dienst in Indien, welke ziekenvader helasl niet het spijzigen der zieken en verantwoordelijk zal zijn voor de fournilnres, kleedingst ukken en andere goederen ten dienste dezer hospitalen en wijders gerekend worden te hehooren tot de hospitalen van het arrondissement, waaronder hij zich hevindt, ten einde, wanneer de gede tacheerde troepes in hunne garnizoenen retourneeren, zich weder naar dezelve te hegeven: 2° dal in de gemelde hospitalen, zoo tol oppassing der zieken, als het schoonhouden der hospitalen, zullen worden geëm ploijeerd zoodanig getal hatoors ofhoeijangers, als na mate der hoeveelheid zieken door den commissaris-ordonnateur zal worden noodig geoordeeld, tegen de minste gages, waarvoor dezelve zullen te bekomen wezen: 3° dat de commissaris-ordonnateur zal wezen gerpialificeerd tot het laten inkoopen en verstrekken van zoodanige artikelen, als tot soulageinenl der zieken door den chirurgijn van hem zullen worden gevraagd; 4° dat de commissaris-ordonnateur insgelijks zal zijn gequa lificeerd tot het doen leveren bij publieke aanbesteding voor de minst verkrijgbare prijzen en het verstrekken van zoodanige differente henoodlgdlieden, als in de gedachte hospitalen zullen vereischt worden tot de behoorlijke verpleging der lijders en niet toereikende uit de arron dissement s-hospitalen zullen wezen verstrekt of in maga zijnen van het Land in voorraad zijn, als: matrassen, dekens, lakens, matjes, emmers, balies, kommen, enz.: en 5° dat voor ieder honderd kleine of groote stukken vuil linnen aan waschloon zal worden gevalideerd drie rijks daalders, betaalbaar in koper geld; met overlating wijders aan den commissaris-ordonnateur om, bij aldien het in den tijd noodig mogt wezen deze bepaling mede tot andere guarnizoens-hospitalen te extendeeren, daartoe nadere voordracht te doen. 1809. H. W. DAENDÊLS. 1009 iiuiu' h in i.i w. 64 Op 19 Sprokkelmaand 1810 zijn deze bepalingen ook toe gepast op de hospitalen te Samarang en in den Oosthoek en den 50 sten Wintermaand 1809 op het hospitaal Ie Cherihon. 3 ° w'trmlDïür- Invoering van de Hollandsche benamingen der maanden. Alzoo op den 50 8n der even verweken Slagtmaand in Rade van Indië hesloten is oin, achtervolgens het decreet van Zijne Majesteit den Koning, waarbij gelast wordt voortaan in alle rapporten, adressen en andere geschriften gebruik te maken van de Hollandsche benamingen der maanden van het jaar, als: Louwmaand, Sprokkclmaand, Lentemaand, Grasmaand, Bloeimaand, Zomermaand, Hooimaand, Oogstmaand, Herfst maand, Wijnmaand, Slagtmaand en Wintermaand, alle col legiën en ambtenaren, zoo civiele, als militaire, hiervan kennis te geven en hun de observantie daarvan aan te bevoelen; zoo is hel, dat wij, ten einde een ieder hiervan keunis erlange, tevens besloten hebben deze op alle Zijne Majesteits possessien in Indien te doen affigeKn, waar dit behoord en te geschieden gebruikelijk is. Bovenbedoelde last was gegeven bij missive van den Minister van Z. M. lot de zaken van marine en koloniën dd. 24 Sprak kelmaand 1809, ontvangen te Batavia 28 Slachlmaand 1809. 30 Slachtmaand. Verpachting van den invoer en ver koop van opium Ie Batavia voor hel jaar 1810. Art. 1. De verpagting zal geschieden door den directeur generaal, geadsisteerd door den administraleur-generaal, den advocaat-fiscaal, den onlvanger-generaal en den sabahdhaar, en dat voor een jaar, in te gaan mei den eersten van Louw maand en eindigende met den laatslen van Wintermaand 1810. Art. '1. De gemolde pagt zal zich bepalen lot den invoer en verkoop van amfioen in de districten van Balavia, dies 1808. H. W. DAENDELS. 101 bazaar van Tanna-abang, voorts rechtdoor tot aan en boven de post de Ketting; wijders langs de Zuider-iïugsloot tot aan de Tolbrug, voorts de Mokervaart langs tot aan de rivier Ankee en langs dezelve tot in zee, binnen welke limiten hij alsnu de eenige officier van justitie zijnde, hem de faculteit is gelaten om binnen die scheiding zijne dienaren overal en ten allen tijde werkzaam Ie doen zijn. Art. 4. Binnen dezelve limiten zal hij ook alle burgeren en verdere ingezetenen, item Lands dienaren, die iets misdreven hebben, vermogen Ie vangen, spannen, bekeuren en tegens dezelve behoorlijke justitie adminislreeren, mits daaromtrent dezelve in hel oog houdende het gestatueerde, onder het hoofd deel van officieren van justitie bepaald. Art. 5. Wordende aan hem de vrijheid gelaten om binnen zijne jurisdictie te wonen, waar hij zal verkiezen, mits zoo veel mogelijk in de nabijheid der stad blijvende. Art. 6. Ten einde in staat te wezen zijn post met de vereischte nauwkeurigheid waar te nemen zal hij onder zig hebben twee Europeesche substituten, terwijl het getal zijner kaffers of inlandsche dienaren op den presenten voet bepaald blijft, waarvan hij altijd eenigen de wacht zal moeten laten houden voor zijn huis in een daartoe opgeslagen bamboese pondok en ook een a twee, die hem. uitgaande, zullen moeten vergezellen. Art. 7. Dat wijders ten gevolge der vergroote jurisdictie van den bailluw, waardoor alle de commandanten der in landsche kampoDgs, als binnen d<> nu bepaalde jurisdictie wonende, in den aanstaande, nevens de onder hun opzicht gestelde staals-bannelingen, onder het direct gezag van den bailluw zullen begrepen zijn, aan wien dan ook dezelfde macht en faculteit gelaten wordt, als bevorens aan den gecommit teerde tot en over de zaken van den inlander was geconfereerd. Art. 8. Dal ingevolge het 21 e artieul der instructie voor den drossaart de bailluw verplicht zal wezen om, wanneer de drossaart van hem tot deze of gene expeditie, transport van goederen in en naar de ommelanden, als anderzints, 1809. H. W. DAENDELS. 1010 onderhorigheden en ommelanden, Buitenzorg, hetCrauwangsche, heigeen aan de bovenlanden gevoegt is, het Tangeraugsclie en de geconqueslreerde Banlamsche landen hieronder begrepen, item het rijk van Bantam in deszelfs geheele uitgestrektheid. Art. 3. Met de gemelde pagl zullen ook te gelijk worden verpagt de madat-kittcn (cxceplo de zes madat-kitten langs de rivier Tjitarom, die reeds op den 15"' van Slagtmaand jongstleden zijn verpagl geworden), onder dezelfde conditieu, voorwaarden en reslrictien, als hij het houden der laatste generale verpagting daaromtrent zijn vastgesteld, wordende dezelve gehouden, als in deze woordelijk geinsereert. Art. 4. De pagter zal gehouden zijn telkens een maand vooruit te betalen, inzelver voegen en onder dezelfde poenali teiten, als bij artikel 3 van de pagt-conditien der gehoudene generale verpagting is bepaald. Ari. Ö. De verpagling zal geschieden voor een derde in koper geld en voor twee derde in papieren van credit. Art. 6. De pagter zal verpligl zijn aanstonds twee sulli ciente borgen te stellen, ten genoegen van den directeur generaal, den administrateur-generaal en den ontvanger-gene raal ; en zullen gemelde borgen zich moeten verbinden op dezelfde wijze, verplichtingen en voorwaarden, als bij artikel ;'> van de algemeeue pagt-conditien zijn bepaald. Art. 7. Itij aldien de pagter in gebreeke blijft, in voegen voormeld, behoorlijk borg te stellen of de pagl-penuingen op de geconditioneerde termijnen op te brengen, hetzij voor den aanvang of in hel begin van de pagt, dan wel daarna, zal die pagt weder opgeveild en andermaal verpagt worden ten lasten van den voorschreven eersten pagler, voor zooverre dezelve minder zal komen te gelden; zonder dat hij echter, indien de gemelde pagt hooger komt te lopen, daarvan iets zal vermogen te eischen of pretenderen. Art. 8. En zal tegen zoodanige pagler, mitsgaders ook tegen deszelfs borgen, voort geprocedeert worden met parate executie, zoo op hunne goederen, als personen, zonder ecnige verdere sommatie of regtspleging dien aangaande te houden, 1809 H. W. OAENDELS 1011 niet tegenstaande eenige appellat ie of provocatie en ouver niindert dezelve, terwijl den Lande ten allen tijde, in cas van insolventie van den pagter en zijne borgen, preferent zal wezen boven alle andere crediteuren omlrend hare preleusien ten hunne lasten. Art 9. Indien de pagter geduurende de pagt komt te overlijden of anderzin Is absent te geraken, zal diegeene, die zijnen boedel aanvaard of administreerd, gehouden wezen dezelve pagt navolgens de condilien te presteren en daarin te continueren, tot dat het pagt-tennijn geexpireert ofte anders daarom trend gedisponeert zal wezen. Art. 10. De pagter zal de vrijheid hebben om de amfioen, die hij tot het debiel noodig heeft, met kleine vaartuigen te laten afhalen, van waar hij die krijgen kan, waartoe hem echter niet vrij zal slaan geld uit te voeren zonder daartoe vooraf permissie verzogt en verkregen te hebhen. Art. 11. Er zal geene publieke verkooping van amtiorn gehouden worden, zoo lang deze pagt zal duuren; echter zal liet gouvernement aan zich voorbehouden om al de amfioen aan te slaan, die builen de bemoeijenis van den pagter wordt aangebragt, dewelke alleen op Java, Cheribou en in de re gentschappen van Batavia zal worden verdebiteerd. Art. 13. De pagter zal de vrijheid hebben de amfioen, die door Boeginezen en andere inlanders ofte Chinezen van de overwal buiten hem mogt worden aangebragt, aan te slaan, mits daarvan alvorens kennis gevende aan hel gouvernement, hetwelk als dan na billijkheid zal beomdeelen, in hoeverre hetzelve verineenen zal die amfioen aan den pagter te kunnen overlaten. Art. 13. Indien de voorraad van amfioeu in 'sLands pak huizen zulks gedoogd en de pagter kan door toevallige omstandigheden daarvan niet genoeg bekomen tot het debiet, zal hij de vrijheid hebben zich bij het gouvernement te addresseren, wanneer hem de benoodigde kisten zullen worden afgestaan voor denzelfden prijs, als waarvoor die op Java door de prefecten wordt verdebiteerd. 1809. H. W. DAENDELS. 1012 Art. 14. Voorts zal de pagler het regt hebben om alle amlioen, die door andereu als door hem mei kleine vaar tuigen wordt iugevoert of verkogt en waarvan geen kennis zal ge geven zijn aan den sabandhaar en licentmeesler, (e mogen aanhalen, niils daarvan dadelijk kennis gevende aan den ad vocaat-fiscaal ; en zal de pagter daarvan genieten het volle bedragen, na aftrek van lü percent voor den ollicier van justitie, die lot confiscatie procedeerd; zullende de officieren van justitie verpligt zijn in deze, niet alleen aan hem alle adsistenlie te bewijzen, maar ook, ongeacht deze afstand der amfioen-handel. inzelver voegen legen den clandestinen invoer van amfioen te waken, als bij de wetten bepaald is, terwijl daarentegen alle amfioen, die door ofte van wegen hem builen de hem voorgeschreven districten verkogt of vervoerl wordt, zal worden geconlisqucert onder zoodanige poenalileil, als de wellen op den smokkel-handel dicteren. Op een onbekenden datum is nader bekend gemaakt, »dal de verpachting der amphioen, navolgens de daarvan hereeds bekend gemankte coiiditien, zal voortgang hebben op Zalurdag den 50 en dezer lopende maand, onder de navolgende, nadere bepalingen: dal die verpachting zal geschieden bij den mecstbiedende en dus bij den opslag, even zo als zulks in hel voorleeden jaar heeft plaats gehad; dat de nieuwe pachter tegen den l() cn of 15 C " van de aanslaande maand zal kunnen ontvangen vier kisten Ben gaalsche amphioen, ditmaal voor den prijs van 200Q Spaansche matten per kist: dal de oude pachter verpligt zal zijn om de amphioen, die noch bij hem ontvangen slaat te worden, aan den nieuwen pachter af te slaan voor den inkoops-prijs; dat hij de vrijheid hebben zal om zijne benodigde amphioen even zowel van plaatsen, die beoosten het eiland Java gelegen zijn, te laten komen, als van andere, om de West en overvval gelegene". 1809. H. W. DAENDELS. 1013 2 Wintermaand. Aanstelling van ctn kommies bij hel te Batavia iopterigten" militaire Meeding- en équipe ment-magazijn. Het Iractement vau dien kommies liedroeg 100 rijksdaalders, zilver geld, 's maands. Zie ouk 6 Wintermaand 1809. 2 Wintermaand. Vereeniging van de kuipers- en blok makers-winkel te Soerabaija met de equipage-werf aldaar. Is besloten de kuipers- en blokkemakers-winkel in hel atelier van constructie te Soerabaija Ie slellen onder de orders van de marine en uit hel gemelde atelier naar de eqttipage-werf te lal en overbrengen, met lasl aan den com missaris-generaal der marine om de weinige lienoodigdheden van vaatwerk en blokken voor andere departementen enden Oosthoek op gedachte winkels te doen vervaardigen. 2 Wintermaand. Voorschrift nopens de uitbetaling van maandgelden aan militairen. Zijne excellentie, in aanmerking nemende, dat de door hoogst denzelve gemaakte bepaling, volgens welke in de uit betaling der iractemenlen aan de trocpes gevolgd wordt den voel, die vastgesteld en bepaald is voor de plaats, alwaar de militairen guarnizoen huilden of canlonneeieii, veroorzaakt, dat op de leeningslijstcn van een maand dikwijls differente wijze van uitbetalingen moeten goschirden, na mate de troepes meer of minder in mouvement geweest zijn, hetwelk niet alleen difficiel is in hel opmaker! van die lijsten, maar tevens aaélciding geeft tot het begaan van erreuren en fouten; heeft besloten, met alteratie van de voorschreven gemaakte bepaling, voortaan de maandgelden der Iroepes te doen uit betalen op den voel, zooals geusiteerd is ler plaatse, waar zij zich den eersten van iedere maand bevinden of voor dewelke zij, nog op inaiscli zijnde, gedestilleerd zijn. 180©. H. W. DAENDELS 1014 6 Wintermaand. Afstand van de stads-wallen te SatiM' rang aan die stad. De slads-kas was door de toevoeging van het oorgeld en de wagen-pacht genoeg versterkt om in het onderhoud dier wallen te voorzien. 6 Wintermaand. Instructie voor den kommies bij hel militair kleeding- en eqm\)emenl-magazijn te Batavia. Art. 1. Hij zal onmiddelijk ondergeschikt zijn aan den commissaris-ordonnateur en, hij deszelfs absentie, aan den commissaris van oorlog van het arrondissement ltalavia, u;m welken hij alleen verantwoordelijk is wegens de directie en administratie van dit magazijn. Art. 2. Hij zal van de goederen in zijne administratie houden een pakhuis-hoek op den voet, zooals in de differente civiele administratie!! geïntroduceerd en nader uit het hierbij geannexeerde model lel ter A te zien is. Art. 5. Hij zal maandelijks aan den commissaris-ordou naleur in duplo inzonden eene tabelle volgens hel model letter B, aantoonende hetgeen onder primo van ieder maand in restant geweest en gedurende den loop dezer maand weder is ontvangen en verstrekt, van welke tabelle een, door den commissaris-ordoimaleur geverifieerd, zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal aangeboden en de andere op het bureau van gemelden commissaris-ordoimaleur bewaard zal moeten worden. Art. 4. Hij zal gcene verstrekkingen doen, dan op daartoe verleende ordonnantie door den commissaris van oorlog van het arrondissement. Art. 1'». Alle drie maanden zal hij gehouden zijn aan de génerale-rekenkamer in te dienen eene rolle volgens model letter C en daarltij aunexeeren, waarop gedurende dezen lijd de verstrekking of ontvangst geschiedt. Art. 6. Hij zal gcene goederen, van Samarang of elders herwaarts gezonden, ontvangen dan ten overstaan eener 1809. H. W. DAENDELS. 1015 militaire commissie, welke hij van den commandeerenden officier moet verzoeken; desgelijks zullen alle goederen, die doer de leveranciers afgeleverd worden, voor de ontvangst door ecne dergelijke commissie worden geëxamineerd en door gemelde commissiën schriftelijk opgave van hunne bevin ding aan hem, commies, worden gedaan. Art. 7. Indien gedachte commissiën de van elders aange brachte of ler aflevering gepresenteerde goederen goed en deugdzaam hebben verklaard, voor welke verklaring zij res jionsabe! zullen zijn, zal de commies niet de ontvangst voortgaan, doch daaraan eenige defecten en gebreken opge geven zijnde, deswegens vooraf de orders vragen van den coniniissaris-ordonnateiir of, zoo hij niet in loco is, van den commissaris van oorlog, sub poene van verantwoordelijk te zullen zijn voor alle schadens, die uil een contrarie handel wijze zouden kunnen resulteereu. Art. 8. Indien eenige artikelen van lijnwaden, lakens, casiemieien, enz, in 't magazijn voorhanden, voor den civielen dienst van hel gouvernement mogten worden gerequir.eerd, moet de aanvrage schriftelijk geschieden door den directeur generaal en voor de afgave door den commissaris-ordonnateur of commissaris van oorlog worden geteekend. Art. 0. Hij, commies, zal eiken Maandag aan den commis saris van oorlog opgeven, welke goederen gedurende de verloopcn week uit het magazijn zijn ontvangen, hetzij van de leveranciers of van elders, en daarentegen op de daartoe verleende ordonnanliën verstrekt, met bekendstelling der regimenten of corpsen, aan wie de allevering geschied is. Art. 10. Bij de verzending van goederen naar plaatsen, buiten Batavia gelegen, zal hij, immediaal na de ordonnantiën daartoe van den commissaris van oorlog te hebben ontvangen, opgave van gemelde goederen doen aan hel tinantie-kantoor ten einde de cognossementen kunnen worden opgemaakt en verzonden, zullende alle eireuren of nadeelen, die uit eenig verzuim in dezen moglen ontslaan, voor rekening blijven van hem. commies. 1809. H. W. DAENDELS. 1016 Art. 11. Hij zal zorgen, dat alle de onder zijne admini stratie gestelde goederen met oplettendheid worden gadege slagen, van tijd 10l lijd gelucht en door het aanwenden van alle verdere, daartoe dienstige middelen van bederf bevrijd, 't geen inzonderheid moei worden geobserveerd omtrent goe deren, die nieuwelings worden aangebracht en, uil vaartuigen komende, dikwijls nal of vochtig zijn, sub poene van verant woordelijk te zullen worden gebonden voor alle nadeelen, welke door nalatigheid of negligentie in dezen mogleu ontslaan. Art. 12. Hij zal mede zorgen, dat de onder zijne admini stratie gestelde monleiïngsstukken, equipementen, rijd-equi pages, enz. voor ieder regiment of corps afzonderlijk gesorteerd worden en dat bij de verstrekkingen of verzending geene vergissiugen plaats vinden, maar ieder regiment of corps de voor hem gedestilleerde kleedingstukken en equipeniciileii behoorlijk entvangl. Art. 13. Hem zal maandelijks worden gevalideerd eene somma van zestig rd s , papiere geld, tot het inhuren van de noodige koelies, welke altijd in een genoegzaam getal in het magazijn present zullen moeten zijn om de werkzaamheden met den vereischlen spoed te verrichten. Art. 14. Hij zal een jaarlijks tractement genieten van rd« 5200, zilver geld, en tot assistentie hebben een klerk op een jaarwedde van rd" 240, gelijke munt. De talrijke, bij deze instructie behoorende modellen zijn te vinden in Daendels, staat der Ned. O. I. bezilt., bijlagen 111, militaire zaken, armee te lande, n°. 58. Zie ook 5 Louwmaand 1810. 7 Wintermaand. Voorziening in de recruleering Ie Sa marang. Als een type van een echt Dacndels liesluit wordt het volgende overgenomen: Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat 1809. H. W. DAENDELS. 1017 onaangezien de reeds voor ach Uien maanden gegeven orders om het i" regiment, het guarnizoens-regimcnt van Semarang en de compagnie rijdende-artflierie aldaar met Javanen te compleleeren volgens eene daarvan goedgekeurde repartitie over de prefectures van Samarang, Tegal, Paccalongang en Japara, benevens het onder de hout-administratie sorleerende district Rembang, de prefecten en regenten van evengemelde plaatsen zeer achterlijk Mijven in hel voldoen van hunne quota's; want, dat niet alleen twee ballaillons van het 2° regiment naar Balavia zijn vertrokken, zonder dat aan dezelve een man was gefourneerd, maar zelfs van de recruten, die consecutivc voor hel. guarnizoens-regiment zijn geleverd, bc reeds een groot gedeelte is gedeserteerd, hetwelk bewijst, dat daartoe liet uitschot van volk gekozen wordt en dat, hoewel de gedeserteerde manschappen door anderen moeten worden gesuppleerd, noglans de opgemelde onverschilligheid in de keuze der sujetten en de traagheid in de executie van de recruleeriug over het geheel voor de oorzaak moet worden gehouden, dat op dit oogeublik nog ongeveer zes honderd man aan het guarnuoens-regiinenl ontbreken; overwegende, dut door deu brigadier en chef der divisie van Samarang, «Ie Koek, gcene genoegzame aandrang schijnt tft worden gebruikt om Ie voorzien tegen dit euvel; allhans dat daarover geen de minste pressanle klagten door hem, brigadier en chef, aan zijne excellentie zijn ingezonden en wel niettegenstaande iu dezen eene blijkbare inactiviteit van de zijde der bovengedachle prefecten, en regenten doorstraalt, zichtbaar contrasleerende inet de spoed en faciliteit, waarmede de benoodigde recrulen uit den Oosthoek aan deu Lande geleverd worden, zoo voor Hal» via, de groote Oosl, als voor Sourabaija, alwaar het guarnizoens-regi'.nent zelfs sterker is als te Samarang, ofschoon later geformeerd; en considereerende de noodzakelijkheid, dat de voormelde prefecten en regenten van Semaiang, Tegal, Paccalongang en Japara, zoomede hel lid van de hout-administratie te Uenibaug en de regenten aldaar, door meer slringeereude 1809. H. W. DAENDELS. 1018 middelen tot eene plichtmatige activiteit voor 's Konings dienst worden opgewekt; heeft besloten vast te stellen, gelijk geschied bij dezen, dat het gtiarnizoens-regiment te Samarang den l en van Lentemaand aanslaande voltallig moet zijn en dat de prefecten en regenten, die in hunne quota's ïuankeereu, zullen worden gestraft, de eerste met een boete van een maand traclenieul en de laatste met een maand arrest. 9 Wintermaand. Opdracht der functiën van auditeur militair bij de garnizoens-krijgsraden te Samarang, Sourabaija, Ambon, lianda en Tcrnaten op de fiskaals aldaar. 11 Wintermaand. Voorziening van Batavia met vlecsch en visch. Zijne excellentie, sints lange onvoldaan over de slechte inrichtingeu, welke hier plaats hebben len aanzien van de verzorging van versche vis en van versth rund- en kalfsvleesch voor de gemeen le, waardoor die artikelen zoo min goed in qualileit als in eene noodzakelijke abondanlie te bekomen zijn, en wenschende hel vilieuse in die inrichtingen te ver beteren : heeft heslolrn President en Schepenen van Balavia, den drossaard der Italnviusche ommelanden en den bailluw van deze sim! Ie gelasten, gelijk zij gelast worden bij dezen, om met onderling overleg te zorgen, dat zoowel de versche visch, als het versche rund- en kalfsvleesch in een genoegzame hoeveelheid en van een goede qualitcil voor de gemeente verkrijgbaar wordt gemaakt, mei last len dien einde om het dorp de groote Maronde weder te herstellen, de aldaar volgens besluit der hooge regeering van het jaar 1800 geplaatste galg wegens de door cenige ingezetenen van de Maronde destijds gehoudene verstandhouding met de Engelschen van daar Ie laten wegnemen en de visschers te bevrijden van 1809. H. W. OAENDELS. 1019 alle vexatién, welke tegenwoordig de uitbreiding van de visch vangst en visscherijen nog zouden mogen belemmeren; voorts het rund- en kalfsvleesch door de eigenaren der particuliere landerijen in de ommelanden van Balavia in een genoegzame hoeveelheid voor de consumlie en volgens een daarvan te maken repartitie aan de slachterijen alhier te doen leveren; en wel te waken, dat deze beesten goed worden gevoed en gemest, als met oebie en oebie-kruid, jagongen jagong-bladen en wat dies meer zij: dat deze beesten, indien zij niet vet en doorvoed zijn, niet worden aangenomen, maar die hel incumbeerl lot de leverantie van anderen verpligt en dal de verdeeling over de landeigenaren zoodanig wordt gemaakt, dal die van de lage landen in het droogt; en die van de booge landen in hel natte saizoen in de leverantie dezer beesten parlicipecren: mei speciale aanbeveling voor den drossaard der Balaviascbe ommelanden om de landeigenaren hieraan ten sliptste te houden: en onder Ie kennen gave wijders, zoo aan President en Schepenen van Balavia, als aan hem, drossaard, en den bailluw, dal hel de intentie is om. zoodra het voordeelige effect der voorschreven maatregelen zal be ginnen Ie werken, lot meerder gerief van de gemeente een vischmarkt en vleeschhal Ie doen aanleggen tusseben Molenvliet en Jaccalra en de noodige wegen van communicatie tol dezelve te doen openen, ten einde zich daarop in hunne te makene schikkingen te prepareeren: zullende verdersde noodige voordrachten 10l de uitvoering van dit besluit alsmede in tien lijd tot den aanleg van een vischmarkt en vlecscbhal lusschen Moleuvliet en Jaccalra van hun worden afgewacht. 12 Wintermaand. Reglement voor de posterijen en voor de inspectie der wegen en herbergen op Java. Algemeene liepalingen. Arl. 1. Er zal een generaal poslwezcn worden aangelegt voor het eiland Jara en relaisen gcsleld van üalavia 10l 1808. H. W. DAENDELS. 102 volk der inlandsche commandanten mogt noodig hebben en requireeren, hij op de eerste aanvrage tot hel verleenen dezer adsistentie de uoodige orders zal moeten stellen. Art. 9. l)e hailluw zal tevens zijn opper-brandspuitmeester in de Zuider-voorstad. Art. 10. Op alle roldagen, die hij hel collegie van Sche penen worden gehouden, zal hij zich op hel stadhuis ler vergaderingzaal moeien laten vinden: zooiuede, wanneer er criiuineele vonnissen worden geëxecuteerd, zal hij daarbij nok steeds tegenwoordig moeien wezen om dezelve te laten exe cuteeren, na alvorens gezorgd te hehhen voor de noodige arrangementen. Art. 11. En, opdat hij volkomen beantwoorde aan hel heilzaam oogmerk, met zijn aanstelling bedoeld, zal hij niet alleen moeten zorgen eene goede, secreele correspondentie, zoo binnen, als buiten de stad, te hebben om langs dien weg steeds kennis te dragen van al 't geen er voorvalt en alle ongeregeld heden en misdrijven Ie kunnen tegengaan en doen straffen, maar ook verplicht, wezen om in persoon de onderscheidene publicqae plaatsen, gral'len en straten te bezoeken en te doorkruissen. ten einde de goede ordre te mainleneeren en, zoo voor de rust, als ook zindelijkheid van de stad Ie waken en op alles goede ordres te stellen en die te doen naarkomen. Art. 12. Daarentegen wordt hem ten ernstigste verboden eenige giften en gaven te neemen van de respective pachters, hunne medestanders of borgen, en tevens gelast aan dezelve, zoowel als aan alle andere ingezetenen, de verzogte assistentie van de justitie de facto te verleenen, zoo dikwijls die van hem gevraagd zal worden zonder daarvoor iets Ie mogen pretendeeren. Art. 13. In zelver voege word hem ook wel uitdrukkelijk geinlerdiceerd om in eeuige zaken te composeeren, gelijk ook het nemen van eenige boetens, dan alleen overeenkomstig 's Lands wetten. Art. 14. Van al hetgeen er verders in zijn dienst mogt voorvallen, zal hij een pertinent journaal moeten houden om 1809. H. W. DAENDELS 1020 Sourabaija, zoo tot transporteering der post-bricven, als tol voorspanningen voor reizenden en publieke postwagens. Art. 2. De generale posterijen zijn in vier districten ver deelt, te weten: Bantam, Batavia, Samarang en Sourabaija, van de volgende uitgestrektheid, als: het district Bantam tot Batavia, » •> Batavia van de hoofdplaats tot Karrang Sambong, » » Samarang van Karrang Sambong tot Samarang en » » Sourabaija van Samarang tot Sourabaija. Art. 3. Over ieder dezer districten zal do surveillance van het poslwezen worden gedemandeert aan een apart per soon onder de benaming van commissaris der wegen en posterijen, wiens werkzaamheden nader zullen worden bepaald. Art 4. In elk dezer districten zal een generaal postkan toor zijn geëtablisseerd onder de directie, Ie Bantam van den prefect, te Batavia van het collegie van President en Schepenen, te Samarang van den prefect van Samarang en Damak en te Sourabaija van den prefect van Java's Oosthoek. Art. !'». Op iedere préfecture, die zich in de poslroule bevindt, zal de scriba of een ander intelligent persoon tot post-commies worden benoemd en speciaal als zoodanig fungeren de opzienders in de Balaviasche bovenlanden. Art. 6. Omtrent de wisselplaalsen voor de rijdende bi ieven post, voor de rijpaarden der reizigers, voor de particuliere relaisen en voor de postwagens zal in de districten van Batavia, Samarang en Sourabaija gevolgl worden de aan wijzing en verdeeling, voorkomende bij de tabellen L". A, B en 0, welke aan dit reglement zijn geannexeerl, terwijl de wisselplaalsen voor de rijdende brieven-post van Itatavia tot Tjicandee en verder van daar tot Ranlam en vice versa vooreerst bepaald blijven op den tegenwooidigen voet of nader zullen worden gereguleert. Art. 7. Op gemelde wissel plaatsen zullen de noodige stal lingen voor de paarden, pondokken voor het volk. enz. moeten worden opgericht, gereguleerl na het getal paarden, hetgeen na male der afstanden van de eene wisselplaals lot de andere 1809. H. W. DAENDELS. 1021 en de locale gesteldheid der weg Dader zal worden bepaald; doch niel minder als acht en niet meerder als zestien wagen paarden zullen mogen zijn voor ieder wisselplaals. Art. 8. De postmeester te Batavia en de prefecten der prefectures, in de poslroule gelegen, zijn verantwoordelijk voor de behoorlijke verzorging der postillons en paarden in hunne respectivc districten. Art. 9. Het rid van Bantam tol Batavia zal bij provisie voor Lands rekening worden aanbesteed, tegelijk met het rid en de postwagen en relaiseu van Batavia naar Buitenzorg; aan deze aanbesteding zal geaccrocheerd zijn de bediening van postmeester te Batavia niel een tractemcnl van rd" 100, zilver, 's maands, zoomede gratis het gebruik van stallingen voor 52 paarden, buizinge en lombong op Weltevreden en liet regt om vier wagens te houden, welke reeds door de hooge regering voor de extra relaiseu naar Buitenzorg zijn toegestaan. Indien de aannemer van deze aanbesteding een wagen-verhuurderij mqgl hebben in de stad, zal hij dezelve naar het evcngemeldc locaal op Weltevreden mogen over brengen. Art. 10. Tot gerief en nachtverblijf der reizigers zullen van Buitenzorg tol Sourabaija toe herbergen worden opge richt, als: een te Buitenzorg, » » Tjieceroa, • • Beabang, » •> Sumadang, ■ Chcribon, » » Tagal, » " Paccalongang, » » Sainarang, » » Joana, • » Banjer, " Sidaijoe en » » Sourabaija. Art. 11. Dezelve zullen ten minste van zes of acht goede 1809. H. W. DAENDELS. 1022 slaapvertrekken met een koets- of wagen-huis, paardestal en verdere bijgebouwen voor de bediendens, alsmede van een aparte intrek voor den herbergier voorzien wezen. Art. 12. Zij zullen op de minst kostbare wijze worden geëxtrueerd en op plaatsen, alwaar reeds geschikte localeu aanbanden zijn, daartoe bij preferentie van dezelve rtnpTooS worden gemaakt. Art. 15. Behalve deze herbergen zullen mede nog, hafver weegs van dezelve, passangrahaus worden opgeslagen om de reizigers tot rustplaatsen te dienen, zoodanig verdeelt, als bij de onder art. 6 gementioneerde tabellen tevens is aan gewezen. Art. 14. De ongelden tot het oprigten en onderhouden der herbergen en het bezorgen der postwagens worden gedragen: in het district Batavia door het gouvernement, en in de districten Samarang en Sourabaija door de Sultans van (Iheribon en de inlandsche regenten, respeclivelijk, terwijl de houtwerken, ijzer en spijkers, die voor dezelven benoodigt zijn, uit 's Lands voorraad tegen de inkoops-prijzen zullen worden gefourneert. Art. 15. De inkomsten der posterijen zullen komen ten voordeele, als: die van het brieven-port in hel district Batavia ten voor deele der sladskas en in de districten Bantam, Samarang en Sourabaija ten profijle van het gouvernement: de vragt-gelden der postwagens, van Buitenzorg afgerekend, ten voordeele van degeenen, door wien dezelve onderhouden worden. De firieven-posten, postmeesters enz. Art. 1(5. Op ieder der post-stalions, gerekend van Buiten zoig tot Sourabaija toe, zoomede van Batavia naar Bantam en vice versa, zullen geplaatst en onderhouden worden twee postillons en twee goede paarden, welke postillons bij beurten moeten rijden en tot geen andere diensten zullen mogen 1809. H. W. DAENDELS. 1023 gebruikt worden als die der posterijen: ook niet in hunne route gehindcrt of aangehouden, maar ter contrarie alle faciliteit moeten hewezen worden. Art. 17. De postillons zullen tot eigen gemak en bespoedi ging in de expeditie zich overal, waar de wegen dit niet verhinderen, bedienen van een postfcarretje, in stede van rijpaarden, van welk artikel speciaal aan de prefecten, een ieder in den hare, de executie, niet overeenstemming van de comniissarissen over de wegen en posterijen, wordt gedemandeert. Art. 18. Gemelde postillons zullen gekleed zijn met een blauwe jakkei of frak met roode opslagen en dito broek, met een witten posthoorn op de linker arm. Art. 19. leder station zal daarenboven nog moeten voor zien zijn van twee personen met goede paarden, dienende tot wegwijzers en begeleiders van de postillons, vooral des nachts, wanneer zij met brandende toortsen vooruit moeten rijden om het wild gedierte af te schrikken. Deze wegwijzers zullen maandelijks worden verwisseld en hij onveiligheid der wegen de postillons met nog een of twee gewapende mannen of wel djaijangs sekars van de eene wisselplaats tot de andere worden geassisteerd, terwijl in bergachtige streken de paarden der wegwijzers als een tweede paard voor hel poslkarretje kunnen worden gespannen om het transport te faciliteren. % Art. 20. De wegwijzers zullen, evenals de postillons, bij beurten hunne dienst moeten waarnemen en iedere poslillon slechts van •'■én wegwijzer mogen vergezeld zijn. Art. 21. Ingevalle er huilen de ordinaire postdagen op de postkantoren gouvernements-brieven ter verdere voort schikking worden afgegeven, welkers bezorging spoed vereischt, en op dat moment geen postillon aanwezig was, zal de regent of hoofd van hel district, waarin de post-station gelegen is, verplicht zijn tot het overbrengen dezer brieven extra-ordinaire personen Ie emploijeeren en bij verantwoor delijk worden gehouden voor alle vertraging. 1809. H. W. DAENDELS. 1024 Art. 22. Op ieder station zal het inlandscbe hoofd, het welke zich daar bevindt, de executie van dit reglement moeien surveilleren, voor zoover de poslillons, wegwijzers en paarden betreft, terwijl hij ook nog gehouden zal we/en de poslillons bij hunne pliglen te borneren en, in geval van nalatigheid of verzuim, daarvan kennis te geven aan den regent, waaronder hij sorteert, en deze weder aan den prefect- Art. "i~>. De poslillons zullen ziirh. zoo min in de herbergen, als op de wisselplanlsen of elders, mogen ophouden, maar nachl en dag. door rijden, in de goede mousson acht en in de kwade mousson vijl kwarlier-ureu gaans per uur, en tegen den tijd, dat gewoonlijk de posl op hunne stations aankomt, gereed slaan eu hunne paarden gezadcll hebben om zonder het minste verwijl de brieven-zak over te nemen en verder te brengen. Art. 24. De pnslillons zullen de grootste zorg moeten dragen voor de veiligheid van de verzegelde brieven-zak, die aan hun zal worden aanbelrouwd, exponerende des noods hun leven voor deszelfs behoud, en denzelve in den besten staal de een aan den anderen overgevende. Degenen, bij welke de brieven-zak in een slechte of defecte slaat mogt bevonden worden, zal daarvoor aansprekelijk en strafbaar zijn. Art. 25. De postmeesters en postcommiezen zullen ont vangen, stempelen, registreren en depecheren alle brieven en Yepêches, welke met de post aangebragt en aan hun ter verzending afgegeven worden, en een ieder in den hare het brievenport incasseren. Hel stempelen zal geschieden niet 's Konings cijfer, omschreven mei de namen der plaatsen, van waar de brieven worden afgezonden. Art. 26. Zij zullen ten dien einde houden een postboek, ingericht navolgens hel aan dit reglement geannexeerde model sub bijlage IA D en helzelve dagelijks efl'en moeten stellen. Art. 27. Zij zullen zorgen, dat de brieven voor iedere plaats afzonderlijk in een pakel get-nveloppeert en verzegeld 1809. H. W. OAENDELS. 1025 I'LAKAAI'-UUEI DEEL IV. 65 worden, met bijvoeging van een lijst, aanwijzende derzelver getal en het portgeld, dat daarvoor moet worden betaald. Art. 28. Bij hel afgaan der post zullen alle deze paketten, nevens een opene lijst van derzelver getal en destinatie, in een ledere zak of valies worden afgepakt, welk valies, behalve met het post-cachet verzegeld, nog met een slot zal zijn voorzien, waarvan op ieder postkantoor een sleutel zal worden bewaard. Art. 29. Op ieder postkantoor zal dit valies door den postmeester of postcommies worden opengedaan en daaruit gelicht het paket of de paketten, welke daar ter plaatse zijn geadresseert, mitsgaders er weder worden ingedaan zoodanige brieven, welke van daar verder gedeslineerd zijn, waarna het valies weder mei het cachet van de plaats verzegeld en illico zal moeten doorgezonden worden. Art. 30. Het valies zal, tenzij op hooge order, door niemand mogen worden geopend als door de postmeesters en post-commiezen, respectieve, en indien hetzelve bij hun geopend wierd aangcbragt, zullen zij daarvan terstond kennis geven aan den prefect en den commissaris der posterijen, onder welke zij sorteren. Arl. 31. Desgelijks zullen ook de postmeesters en post commiezen geene paketten mogen openen, die naar andere plaatsen bestemd zijn, zelfs niet onder het pretext van andere brieven daar bij te voegen, die in dat geval in een tweede enveloppe in de algemeene brievou-zak moeten worden gedaan. Art. 32. Buiten de brieven-zak zullen, op verantwoorde lijkheid der post-bediendens, hoegenaamd geene brieven mogen worden medegegeven en de genen, welke na het sluiten der brieven-zak op de postkantoren worden gebragt, tot de vol gende post moeten blijven liggen; officiële brieven zijn van deze bepaling uitgezonderd. Art. 33. Telkens bij de verzending van het brieven-valies van Bantam, Batavia, Samarang of Sourabaija zal aan den postillon een door den postmeester getekende open pas of postcedul worden medegegeven en in het valies gelegt, waarop 1809. H. W. DAENDELê. 1026 het uur van deszelfs afrijden bekend staat en waarop aan ieder ander post-huis almede door den post-commies het uur der aankomst en het vertrek van het brieven-valies moet worden aangeleekend. Art. 54. De onder- postmeesters of post-commiezen doen aan den postmeesters van liet district, waaronder zij sorte ren, maandelijks schriftelijk rapport van het door hun ont vangen brievenport en om de drie maanden daarvan rekening en verantwoording, met overzending aan denzelven van het zuiver saldo. Art. 5». De postmeesters van de respectivc districten doen mede om de drie maanden rekening van hetgeen in hunne districten is ingezameld, onder overlegging der boeken en papieren, daartoe speclerende, waarvan de saldo's in 's Lands kas zullen worden geteld en wijders gemelde papieren ter cxainiualie en confrontatie aan de generale rekenkamer afge geven. Art. 56. Aan de postmeesters te Sauiarang en Sourabaija zal ter hunner assistentie worden toegevoegd elk een schrijver, winnende tien rijksdaalders, en een brievenbeslelder, win nende vijftien rijksdaalders ter maand, alles zilver geld. Art. 37. De ordinaire brievenpost rijd af: van Bantam des Maandags en Vrijdags middags om twaall uren, van Batavia naar Bantam des Woensdags en Zaterdags des avonds te zeven uren of wel een uur na de aankomst van het hrieven-valies van Builenzorg, van Batavia naar Sauiarang des Woensdags en Zaterdags voormiddagsom half elf uren, van Sauiarang naar Batavia een uur na de aankomst der post van Sourabaija, van Samarang naar Sourabaija en de hoven een uur na het arrivement van de Bataviasche post, van Sourabaija naar Samarang zes uren na de komst dei post van laatstgemelde plaats. Art. 38. De prefecten van Sourabaija, Samarang en Bantam 1809. H. W. DAENDÊLS. 1027 zullen de post niet langer mogen ophouden, als in het voor gaande artikel is hepaald; en de prefecten der overige pre fecl ures gehouden wezen dezelve onmiddelijk door te zenden, suli poene van arhitraire correctie, ten ware in zaken van groot gewicht, wanneer, huilen de hij art. 35 geordonneerde aanteekening van den tijd van de aankomst en het vertrek der post op de poslcedul, de redenen der aanhouding nog afzonderlijk aau den Gouverneur Generaal ter beoordeeling zullen moeten worden gesubmitteerd. Art. 3s. De extra bricvenposlen hebben geen bepaalden lijd van vertrek, maar rijden vice versa, zoo dikwijls de dienst van het gouvernement zulks vereischt. Art. 40. Voor brievenport zal moeten worden betaald, hetzij dezelve worden gefranqueerd of niet, als: voor brieven, wegende beneden een lood: van Batavia naar Bantam en Cheribon en vice versa rd 8 — : 7'/, van Batavia naar alle plaatsen onder hel district van Samarang en vice versa, zoomede van Samarang naar Sourabaija en vice versa.. » —: 10 van Batavia naar alle plaatsen onder hel dis trict van Sourabaija en vice versa » —: 15 voor brieven, wegende een lood, het dubbelde en wegende boven een lood lot een once het dubbelde van dien, voor brieven, wegende meer dan een once, zal per once in rekening worden gebragt, naar Bantam en Cherihon en vice versa.... » 1: — » Samarang en van daar naar Sourabaija, mitsgaders vice versa » 2: — naar Sourabaija en vice versa » 5: — voor gefranqueerde brieven een vierde meer. Arl. 41. Van brieven, welke van buitenlandsche etablis sementen worden aangebragt, ofschoon dil ook met particuliere schepen geschiede, zal tol suslenlatie van het postwezen worden geheven, als: 1809. H. W. DAENDELS. 1028 voor een brief uit Europa of Amerika rd s 2 2 , 0 » » » van de Kaap de Goede Hoop of Isle de France » '2 : — voor een brief van de Wesl van Indien » 1: 12 » » » uit de Oost van Indien, dan wel van China, Japan, enz ■ 1: — en voor alle brieven van eene meer als gewoone dikle het dubbelde van dien. Art. 42. Ten einde hieromtrent alle fraudes voor te komen zullen bij aankomst van eigen en particuliere, Hollandsche schepen door den komandant der haven en van vreemde schepen door den sabandhaar en licentmeestcr van de kapi teins of gezagvoerders, officieren, passagiers en anderen van de equipage worden opgeëischl de particuliere brieven, die zij onder zich hebben, en dezelve ter bestelling worden alge geven op het post-kanloor, 'l welk mede te Samarang, Sou rabaija, Cheribon eu alle andere plaatsen op Java bij aankomst van schepen of vaartuigen zal moeten worden in 't oog gehouden. Art. 45. Niemand, van wat qualiteit ook, zal van de be taling van brievenporl verschoond zijn, uitgenomen voor brieven, welke in officio geschreven worden, mits daarvan uit de superscriptie op de enveloppe of de cachetten he hoorlijk consteert. Art. 44. De inriglingen der posterijen en posl-wageus van Buitenzorg naar Batavia en vice versa zijn hij een aparl reglement bepaald. Art. 45. Zoomede de orders op den ontvangst en de expeditie der post-brieven te Buitenzorg. Herbergen en posl-wagens. Art. 46. Elke herberg zal moeten voorzien zijn van twee goede posl-wagens. ieder voor zes personen, dan wel voor eerst van zoodanige andere rijtuigen, als te verkrijgen zullen wezen, benevens zoovele spannen wagenpaarden, als beuoo 1809. H. W. DAENDELS. 1029 digd zijn om de volgende herberg om de Oost of West te bereiken, alle gerekend on dubbelde spannen of spannen van vieren, ieder span voor een traject van twee uren gaans of daar omstreeks, en voorts nog van twee goede rijpaarden ten dienste van reizigers, welke niet verkiezen of aan wien bel niet convenieert zich van postwagens te bedienen, zoo ruede van de noodige meubelen, ais ledikanten, stoelen, tafels, enz. Art. 47. De bezorging van deze rijtuigen, paarden, meu belen en verdere benoodiglbeden zal, ter betraebting van een beboorlijke oeconoinie en ter voorkoming van alle ver keerde directie, geschieden onder de surveillance en door middel van de respeclive prefecten, een ieder in den hare, die van nu af aan verplicht zullen zijn te zorgen, dat, zoodra de herbergen zullen wezen voltooid, dezelve van al het opge melde tevens voorzien zijn, op hunne personele verantwoor delijkheid. Art. 48. Zoodra de voorschreven herbergen zullen wezen geabsolveerd en de daartoe gehorende wagens, paarden, meu belen en andere benoodigde goederen aangekochl, zal het onderhoud van deze objecten en van de bediendens, bij de berbergen gehorende, gevonden worden, als: in de districten van Samarang en Sourabaija: uit de door zijne excellentie, den Maarschalk en Gouver neur Generaal, daarvoor bij besluit van den l en van Herfst maand 1808 bepaalde negentig jonken rijstland, waarover de opzichters der herbergen wijders de vrije beschikking zullen hebben, zonder eenige andere lasten daarvan op te brengen als het gewoone tjoekée: in de prefecture Cheribon: uit de vijf-en-zeventig jonken rijstland, daarvoor bij het reglement van bestuur voor Cheribon geassigneert; in hel district Batavia, gerekend van liuitenzorg tot Karrang Sambong; uil de betaling aan de regenten van rd s 25 'sjaars voor 1808. H. W. DAENDELS. 103 hetzelve, zoo dikwijls liet door het collegie van heeren Sche penen zal worden gerequireerd, te kunnen overgeven. Art. 15 En zal hij voorts in het generaal zorgvuldig moeten toezien en vigileeren, dat alle de wetten en hevelen, door de hooge overheid gegeven en gesteld of nog te geven en te Btellen, stiptelijk en zonder cenige afwijking werden naargekomen en agtervolgd en dus alle overtreeders van de zelve zonder eenig aanzien van persoon of eenige coimiventie werden agtcrhaald en hare condigne stral erlangen. Vrt. 16. Laatstelijk zal hij zig mede hebben te gedragen tn Ie reguleeren naar de in de statuten onder den ti tul: olïi cieren van justitie in 't gemeen, nevens hunne onderhoorige gerechts dienaars, zig bevindende instructie. 9 Augustus. Publieke verkoop ten behoeve van den Lande van Gedong-badak, Denambo, Doerian-sariboe, Bodjong sarie, Tji-oeroek o/ Tji-nungka, Bekasi en Papisangan. üe voorwaarden, waarop deze lauden verkocht zijn, waren de volgende: EersteKjk: word een ieder geprevenieert, dat op de te verkoopene landerijen voor twee derden van den koopschat door het Eerwaarde collegie van hoeren Weesmeesteren en heeren commissarissen van de bank tegen den gewonen intrest l>e leeningen zullen worden gedaan in gevolge een extract uit het register der besluiten van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, Daendels, van den 20'" Mei jongst leden, onder deze inils, dat de daarvan te worden eigenaren dezelve landen binnen den tijd van vier a vijf jaren zullen moeten ontginnen en in een beteren staat brengen, of bij nalatigheid van dien de beleeniugen wederom zouder verwijl moeten worden afgeleegen. Ten" tweeden: worden gemelde landen verkogt vrij en on belast, except het daarop liggende servitut tot het leveren van padij. hier nader gespecificeerd; verder zonder opstal van renten, doch met den voet gestoolen, zoudei' dat voor de overmaate 1809. H. W. DAENDELS. 1030 ieder wagenpaard, 't welk volgens de bepaling wordt, aan gehouden, in zilvere munt of in koper geld met de lopende agio; terwijl de postpaarden op «len tegenwoordigen voet dooi de regenten blijven gefourneert. Art. 49. De Oosthoek zal aan Remhang fourneren de noodige paarden en hetgeen verder voor het onderhoud der herbergen, posl-wagens en relaisen in dat gutsene district wordt vereischt, volgens de bepaling, daaromtrent nader door bet gouvernement te maken. Art. 50. Het opzicht over de herbergen zal door de onder scheidene prefecten, een ieder in den hare, onder goedkeuring van zijne excellentie, den Maarschalk en Gouverneur Gene raal, bij voorkeur worden opgedragen aan een der zoons of andere naastbestaanden der regenten, indien daartoe onder dezelve een actief en geschikt voorwerp gevonden wordt, doch anders aan een Europees of zoodanig ander, inlandsch persoon, als zij, prefecten, daartoe bekwaam zullen oor deelen. Art. 51. De herbergiers zullen voor elke herberg in dienst houden de noodige bediendens. Art. \Ï2. Ook zullen de prefecten, onder nadere appro batie, schikkingen moeten maken, dal bij de stations, welke gebrek hebben aan .het noodige gras, daaraan door de leve rantie van rijst en padi van de nabij gelegen velden wordt gesuppleert, en nimmer toeslaan, dat voor voedsel geld ge geven, maar altoos zorgen, dal hetzelve in natura verstrekt wordt. Art. 55. De herbergiers zullen de verteringen der reizigers geheel voor zich behouden en daarvan aan niemand rekening of verantwoording behoeven te doen, doch daarentegen onder behoorlijke recepisse aan den scriba der prefecture, waar onder zij geboren, wekelijks moeten verantwoorden hel gansche moiitant der vrachlloonen, die zij voor het gebruik der posl wagens en rijpaarden ontvangen, zonder daarvan iets achter te houden, sub poene van over een zoodanige ontrouwe behandeling ten rigoiircuslen te zullen worden gestraft. 1809. H W. DAENDELS. 1031 Art. H 4. Deze inkomsten zullen het fonds uitmaken en geaffecteerd blijven tot het onderhoud der lierhergen, wagens, paaiden, meuhelen en andere goederen, tot de gemelde her hergen gehorende, waarvan door de respective scribas, een ieder in den hare, een naauwkeurige inventaris zal worden geformeerd; en hetgeen daarop te kort mogl worden bevon den, zal door de herbergiers moeten worden vergoed. Art. 55. Wanneer eenige ippaiatiën aan de berbergen noodzakelijk zijn, dan wel de wagens, paarden en andere goederen defect en onbekwaam geraken en dus eene ver nieuwing, voorziening of suppletie behoeven, zal daarvan door de herbergiers respectivelijk worden kennis gegeven aan den prefect, waaronder zij geboren, die, hunne opgaven bij exact onderzoek conform aan de noodzakelijkheid bevindende, terstond de noodige voorziening, vernieuwing of aankoop uil het gemelde fonds op de minst kostbare wijze zal doen ge volg nemen, geverilicerd door behoorlijke rekeningen, waarbij de gedane uitgaven in detail zullen moeten wezen gespeci ficeerd. Art. 56. De scribas van de respecfive prefectures zullen, een ieder in den hare, dislincl boekhouden van hetgeen ten voordeele van het fonds onlfangen en ten lasle van hetzelve uitgegeven wordt, inet vermelding van de juiste dagleekening der voorschreven ontvangst en uitgave, geverifieerd met de noodige bewijzen, en wijders de inventarissen der herbergen mede effen moeten houden, daarbij afschrijvende hetgeen als onbruikbaar wordt afgekeurd en weder innemende hetgeen nieuwlings wordt aangekocht, gelijk zij eindelijk ook nog gehouden zullen zijn onder ultimo van Wintermaand van ieder jaar een nauwkeurige opneem van de herbergen en daartoe gehorende omslag te doen en dezelve met de inven tarissen te confronteren, doende van hunne bevinding rapport in scriptis aan den prefect, onder welke zij sorteren. Art. 57. Evengemelde scribas zullen insgelijks verpligt zijn met ultimo van iedere maand hun boek van ontvangst en uitgave ter examinatie aan te bieden aan den prelcct der 1809. H. W. OAENDELS. 1032 prefecture, in dewelke zij zijn geëmploijeerd, en daarvan mede visie te geven aan de commissarissen der wegen en posterijen, zoo dikwijls de laatste dit requireren. Art. 58. De herbergiers zullen moeien wonen in of bij de herbergen, occuperende zoodanig aparlement, als voor hun expresselijk zal worden afgezonderd, zonder zich van de her bergen te mogen verwijderen builen permissie van de prefecten, respective, of in dringende gevallen steeds zorg dragende, dat gedurende hunne absentie de direclie op een ander actief persoon worde overgedragen en niets in hun afwezen worde verzuimd of veronachtzaamd. Art. 50. Alle reizigers, welke zich van de postwagens of rijpaarden der herbergen bedienen, zullen gehouden wezen in de voorschreven herbergen derzelver intrek te nemen en alleen onder betaling aan den herbergier van de helft van hetgeen zij anders zouden moeten betalen, elders mogen logeren. Art. 60. Voor iedere vier en twintig uren, welke de reizigers in de herbergen verblijven, zullen de herbergiers mogen declareren een zilvere piaster per persoon en daarvoor aan dezelve moeten bezorgen goede en zindelijke slaapplaats, voorts 's morgens thee of koflij, nevens eenig ontbijt, en des middags en 's avonds goed warm eeten, alsmede des achter middags thee of koffij na verkiezing, terwijl bier, wijn en andere dranken door de reizigers afzonderlijk zullen moeten worden betaald volgens den prijs, die daarvoor door de her bergiers na billijkheid zal kunnen worden geëischt. Art. 61. Mede zullen de herbergiers voor de bediendens der reizigers iederen dag mogen declareren zeven en een halve stuiver, zilver geld, per hoofd en dezelve daarvoor een slaap plaats en twee malen des daags goede mondkosl moeten geven. Art. 62. Zij zullen nog verpligt zijn te zorgen, dat ten dage, dat de postwagen van hunne herberg afrijd, op de passangrahan halver wege van het traject, 't welk gedachte postwagen moet afleggen, koffij en thee gereed is om aan 1809 H. W. DAENOELS 1033 de passerende reizigers tot rafraichissomenl te worden ge presenteerd. Art. 63. Wanneer de reizigers tot hun vertrek gereed zijn, zullen de herbergiers hun de reekening moeten maken van hetgeen zij aldaar gedurende hnn verblijf hebben verleerd, zoo mede van het bedragen der vragtloonen van de postwagens, rijpaarden of gladdakkers, waarvan zij zich staan te bediencn ( en dit vervolgens door de reizigers dadelijk moeten worden betaald, met eene scherpe interdictie aan de herbergiers om meerder te eischen, als hier boven aan hun is vergund, sub poene van, niet alleen van het hun aanbetrouwde opzicht ipso facto te zullen worden ontzet, maar daarenboven zoodanig te zullen worden gepunieerd, als na exigeutie van zaken zal worden bevonden te behoren. Art. 64. Aan de gemelde herbergiers wordt mede ten sterkste gerecommandeert de reizigers met alle bescheidenheid te ontvangen en te behandelen en alles aan te wenden om aan dezelve het verblijf in de herbergen gemakkelijk en aange naam te maken, ten dien einde zorgende, dat hunne onderge schikte bediendens zich geschikt en zedig gedragen, de her bergen, meubelen en andere goederen zindelijk en zuiver worden gehouden, de paarden goed worden opgepast en eindelijk de spijze met de vereischte zindelijkheid wordt toebereid en voorgediend. Art. 65. De postwagens zullen twee malen 's weeks rijden, hetzij dezelve vragl hebben of niet, welk artikel met den eersten van Bloeimaand in werking zal worden gebragt. Art. 66. Het vertrek en de terugkomst der postwagens zal bepaald zijn, als volgt: in het departement Batavia: om de Oost: des Zondags en Woensdags van de hoofdplaats naar Tjieceroa, » Maandags » Donderdags » Tjieceroa » Beabang, » Dingsdags» Vrijdags » Beabang » Sumadang; 1809. H. W. DAENDELS 1034 om de West: des Maandags en Vrijdags van Sumadang naar Beabang, » Dingsdags » Zaturdags» Beabang » Tjicceroa, » Woensdags » Zondags » Tjieceroa • Buitenzorg; in het departement Samarang: om de West: des Donderdags en Maandags van Samarang naar Paccalongang, « Vrijdags » Dingsdags » Paccalongang » Tagal, » Zaturdags ■ Woensdags » Tagal » Cheribon, • Zondags • Donderdags » Cheribon • Sumadang; om de Oost: des Woensdags en Zaturdags van Sumadang naar Cheribon. » Donderdags • Zondags » Cheribon ■ Tagal. » Vrijdags » Maandags ■> Tagal » Paccalongang, » Zaturdags » Dingsdags » Paccalongang • Samarang; in het departement Sourabaija: om de West: des Zondags en Donderdags van Sourabaija naar Sidaijo, » Maandags » Vrijdags » Sidaijo • Banljer, ■ Dingsdags » Zaturdags > Bantjer » Joana, » Woensdags • Zondags ■ Joana • Samarang; om de Oost: des Zondags en Woensdags van Samarang naar Joana, » Maandags » Donderdags • Joana » Bantjer, » Dingsdags » Vrijdags » Bantjer • Sidaijo, » Woensdags • Zondags • Sidaijo • Sourabaija. Art. 67. Voor het afrijden der rijpaarden zal geen be paalde dag of dagen worden gehouden. Art. 68. De postwagens zullen nooit minder als met vier paarden bespannen wezen en elke wagen vergezeld zijn van twee voorloopersom bij het verspannen te assisteeren en onder weg, in geval van avarij aan paarden of rijtuig, assistentie te kunnen bewijzen. Art. 69. Voor elke zitplaats in de postwagens zal viji 1809. H. W. DAENDELS. 1035 stuivers per paal, zilver geld, worden betaald of per extra post niet eigen rijtuig voor ieder span postpaarden van vieren zestien stuivers, mede zilver geïd, per paal. Art. 70. De herbergiers zullen echter niet kunnen ge noodzaakt worden tol het leveren van extra post, wanneer alle de paarden en rijtuigen, welke zij volgens deze instructie verpligt zijn te houden, dadelijk reeds in gebruik zijn of zonder verhindering der gewoone posten of postwagens niet afgegeven kunnen worden. Art. 71. De herbergiers zullen niet meer dan zes personen te gelijk op de postwagens mogen nemen, tenzij de passagiers onderling mogten conyeuieren oiu aan een of meer kinderen een plaats te vergunnen, waarvoor in dat geval hetzelfde, als voor andere passagiers, zal moeten worden betaald. Art. 72. Geen bediendens zullen op de postwagens worden toegelaten, maar de reizigers gehouden wezen zich voor dezelve van gladdaks-paarden te voorzien, ten ware eenigc plaatsen op de postwagens nog onbesproken mogten zijn, welke in dit geval voor vrouwelijke bediendens zullen kunnen worden afgehuurd tegen betaling van de vragt, in het voor gaande artikel gestipuleerd. Art. 75. Reizigers, die verkiezen eenigc pakjes, koffers of andere goederen mede te nemen, zullen gehouden zijn voor ieder poud, welke dezelve meer dan tien ponden wegen, Ie belalen een rijksdaalder, zilver geld; en zullende gedachte goederen nimmer zwaarder mogen wegen dan 25 fö, nog meerder ruimte beslaan dan een voet in de hoogte en breedte en twee voeten in de lengte. Art. 74. De herbergiers zullen verpligt zijn zich tegen de passagiers beleefdelijk te, gedragen en dengcencn, die een plaats bespreeken, daarvoor afgeven lootjes, welke gemerkt zullen zijn van N°. 1 tot N°. 6, zullende de eerste en tweede plaats zijn op de achterste bank, de derde en vierde op de middelste bank en de vijfde en zesde op de voorste bank, ter keuze van diegeenen, die zich het eerste aanmelden. Art. 75. De herbergiers of houders der postwagens worden 1809. H. W. DAENDELS. 1036 gerecomniandeert en hiermede gequalificeerd om op de post wagens geen yile of gemeene personen te admitteren, waarmede vorslaan worden slaven of gemeene inlanders, welke laatste ton minste niet tot de heffe des volks gehoren, maar van eenige staal, qualiteit, of goede conditie zullen moeten wezen, zullen zij op de postwagen kunnen worden toegelaten; nog dezulken, die dronken zijn, of voor het afrijden met de overige passagiers rusie maken, dan wel dezelve kwalijk en hrusq behandelen, vooral wanneer fatzoenlijke lieden en vrouwen op de postwagens mede plaats hebben genomen. Art. 76. De koetsiers zullen verpligt zijn, sub poene van een strenge correctie, indien een of meer der passagiers en vooral vrouwen, hetzij bij het afrijden van een hoogte of om andere, billijke redenen, zulks kwamen te verlangen, stil te houden en aan de begeerte van de passagiers in diergelijke gevallen te voldoen. Art. 77- Op de passangrahans en wisselplaalsen voor de postwagens zullen altoos in gereedheid en in goede order moeten worden onderhouden drie spannen paarden van vieren met twee stellen tuigen en de bediendens, die daarbij gehoren. Art. 78. De passagiers zullen op de wisselplaatsen niet langer mogen vertoeven, als ter verspanning noodig is. Art. 79. De postwagens rijden af van de herbergen en komen voor dezelve aan; geen passagier kan vorderen om daarmede te huis te worden gebragl, ten ware zijne woning in den weg lag, in welk geval hij kan afstappen. Art. 80. Wanneer de wagen-, rij- en gladdaks-paarden van de laatste wisselplaats der herberg, van waar zij zijn afge reden, aan de volgende herberg aankomen, zal voor dezelve goede zorge moeten worden gedragen door dengenen, welke met het opzicht der laatstgemelde herberg is gechargeerd, tot zoolange de gedachte paarden kunnen worden afgehaald van de herberg, waartoe zij gehoren. Art. 81. Voor een goed rij-paard of koeda aloes zal een halve ropij, zilver geld, en voor een paard voor de bediendens of koeda gladdak vier en een halve stuiver, mede zilver geld, 1809. H. W. DAENDÈLS 1037 per ieder uur gaans of drie palen moeten worden betaald, met vrijheid voor de berijders om zonder betaling op hunne paarden een klein pakje of kempek mede te nemen, niet te bovengaande de zwaarte van tien ponden gewicht. Commissarissen over de posten, posterijen en wegen. Art. 82. De commissarissen over de posterijen hebbeu, een ieder in hun district, de surveillance, zoo over de pos terijen, inspectie der wegen, als over de herbergen. Art. 83. Speciaal moeten zij informatie nemen, of de wisselplnatsen voor de paarden op de bepaalde distanlieu zijn geplaatst: of het noodige getal paarden, wagens en man schappen, zno koetsiers, als poslillons, op de stations en in de herbergen altoos gereed en voltallig zijn; of de herbergen goed en zindelijk onderhouden worden; en in het generaal letten op de uitvoering van alle de orders, in dit reglement vervat. Art. 84. Zij zullen de wegen van tijd tot tijd iuspecteren, doch zoo min daarin, als in de zaken van hel postwezen directe bevelen geven, maar aan de prefecten, postmeesters of postconiniiesen observeren de afwijkingen of verwaar lozingen, dan wel slechte directie, die hun mogt voorkomen, en de verbeteringen, die naar hun gevoelen, in den geest van dit reglement, zouden behoren te worden ingevoerd. Indien de prefecten zich deze hunne reileclien ten nutte maken, doen zij daarvan geen rapport, doch wanneer dezelve daarentegen blijven buiten gevolg, geven zij van hunne be vinding en bedenkingen kennis aan het gouvernement. Arl. 85. Ten einde in staat te zijn om dit behoorlijk te kunnen nagaan doen zij vier malen 'sjaars een generale visitatie en inspectie van de wegen, postkantoren, herbergen, passangrahans cu wissel plaatsen in hunne districten en verder zoo dikwijls, als zij dit noodig oordeelen of voor den dienst van het Land mogt worden gevordert. Art. 86. Zij visiteren en examineren op gemelde hunne inspectien tevens de kassen, boeken en papieren van de 1809. H. W. DAENDELê. 1038 postmeesters, postcomtniesen en van de herbergiers, relatif hunne gehoudene administratie, ten einde met Ie meer grond Ie kunnen heoordcelen, of alles naar de order behandelt is. Art. 87. Indien hel bij de visitatie aan hun blijkt, dat de behandeling is conform aan het reglement, geven zij daarvan aan de postmeesters, postcommiesen en herbergiers een declaraloir tot decharge van dezelve, doch verineeiiende hierin uithoofde van gebreken en ahuisen Ie moeien dillicul lereii, daarvan kennis aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. Art. 88. Zoodra zij van eenig prefect, postmeester of postcommies narigl erlangen, dat zich vertragingen in den regulieren voortgang der posterijen, enz. voordoen, zullen zij zich, des noodig, in persoon derwaards begeven en terstond den prefecten zoodanige maal regelen aan de band doen, waardoor die gebreken kunnen worden verholpen, gevende in zaken van eenig belang daarvan levens kennis aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. Art. 89. Zij doen alle drie maanden, na het volbrengen der generale visitatie en inspectie, vau hunne bevinding rapport aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal en jaarlijks een generaal verslag, waarbij zij voor dragen de verbeteringen, die zij zouden meencn, dat, zoo ten aanzien der wegen, als van bet poslwezen, nog zouden kunnen worden ingevoerd, doch, voor zoolang het tegen woordige reglement nog niet compleet zal wezen geintrodu ccert en in ahVn opzichten geconsolideerd, maandelijks rapport van de vorderingen, die daarmede gemaakt zijn. Slot. Art. 90. Wordende met de executie van dit reglement belast het collegie van President en Schepenen te Batavia en de respective prefecten van Javasch Noord-Oostkust, de Jaccatrasche- en I'reanger bovenlanden, Cheribon en Bantam en met de surveillance van dien de commissarissen over de wegen en posterijen, een ieder, voor zooveel hem concerneert. 1800. H. W. DAENDELS. 1039 Model Letter A. District Batavia. VERDEELING der stations voor de postwagens, de rijdende brieven post en de rijpaarden der reizigers, niet aanwijzing der herbergen, passaugralians en bamboese stallingen voor de wisselpaarden in de route, gelegen van Builen zorg tol Karrang Sambong. 1808. H. W. DAENDELS. 104 iets gepretendeerd, nogte voor de ondermaate iets te goed gedaan zal worden. Ten derden: zullen de koopers het te verkoopene land aanvaarden en zal de risico daarvan ten haren lasten loopen van het uur af aan, dat hetzelve hij hen gemijnd werd. Ten vierden: zal de kooper van het land Kedong-hadak verplicht wezen 's jaarlijks, in gevolge het gevenereerde besluit hunner hoog Edelhedens van den 27 tn Februari] 1778, tot nadere dispositie aan den heer gecommitteerde tot en over de zaken van den inlander op te brengen 1500 bossen padij, de kooper van Bodjong-sarie 340 bossen, de kooper van Doerian sariboe 240 bossen en de kooper van Tji-oeroek of Tji-nanka 340 bossen van twintig ponden de bos tegens twintig rijks daalders de tjaing van twee honderd -bossen, ten behoeve van het collegie van Heemraden en den Lande. Ten vijfden: zal de kooper van het land Baccassie, in ge volge besluit hunner hoog Edellieden van den 50 " Januari) 1800, verplicht zijn van het zuiver rendement van de aldaar zijnde bazaar 's jaarlijks te betalen vijf percento ten behoeve van Heemraden cassa en gehouden wezen voor rd* 250's jaars aan huur aan den Chineeschen suikermolenaar, Sim Tjinko. zooveel gronds af te staan, als aan suikerriet-lhuinen voor de aldaar staande twee werkende molens in gebruik zijn, volgens de door de hooge regeering in den jaare 1806 met gemelden Chinees en den eigenaar dier molens gemaakte overeenkomst. Ten zesden : zullen de koopers gehouden zijn, boven de be loofde kooppenningen, te betalen alle de ongelden, op den verkoop en opdragt van het door hen gemijnde land vallende. Ten zevenden: zal de kooper gehouden zijn de kooppenningen in handen van den secretaris van Heemraden, die voor dezelve moet respondeeren, te betalen ten langsten binnen den tijd van zes maanden na het ingaan van den inkoop. Ten agtsten: zullen de koopers gehouden zijn twee sulfi cante borgen ten genoegen van meermelden secretaris te stellen, welke borgen zullen moeten staan elk in solidum als princi 1809. H. W. DAENDELS. 1040 Modki. Letter B. District Samarang. VKIIDEKLING der slatious voor de postwagens, de rijdende brieven post en de rijpaarden der reizigers, met aanwijzing der herbergen, passangrahans en bamboeze stallingen voor de wisselpaarden in de route, gelegen van Saina rang tot Karang Sambong. 1809. H. W. DAENDELS. 1041 CLAEAAI-BOKK U1.1.L IV. 66 Aanmerkingen. De afdeeling der stations (lusschen de leu 50 paal) van 4 paal is geschied oin de stalling in de hoofd-negorij van Caliewoeugoe en Candal te plaatsen, kunnende het traject van 30 paal na de verhetering der wegen als nu zeer wel niet 5 bespanningcn gereden worden. De stations van paal 30 tot 42 zijn om de menigvuldige hooglens en laagtens en de zware weg hij de minste regenbui op 4 paal afgedeelt, kunnende, zoodra die weg naar behoren is opgemaakt, met 2 bespauningen worden gereden. 1809. H. W. DAENDELS. 1042 Model Letter C. District Sourabaija. VERDEEMNG der stations voor de postwagens, de rijdende brieveu post en de rijpaarden der reizigers, met aanwijzing der herbergen, passangrahans en bawhoese stallingen voor de wisselpaardeu in de route, gelegen van Sania rang tot Sourabaija. 1809. H. W. DAENDELS. 1043 Model Letter D. MODEL, waarna het postboek van de postmeester en post coimniezen moet worden ingericht. 1809. H. W. DAENDELS. 1044 Opheldering. leder postboek moet beslaan uit zooveel halve bladen, als er dagen in het jaar zijn, ordentelijk ingebonden en ingerigt volgens het model, docli de bladen kunnen van groter papier zijn. De namen der plaatsen van ieder district moeten altoos uitgedrukt worden, zoo voor de aankomende, als afgaande brieven; en, indien van sommige plaatsen geen brieven ont vaugen worden of derwaarts te verzenden zijn, voor dezelve een streepje worden gebaald Iu tle rubricq «ler brieven moet achter iedere plaats, van waar dezelve komen of voor dewelke zij gedestilleerd zijn, gespeci ficeerd worden de verschillende port-gelden, ten laste van dezelve vallende; bij voorbeeld : zes van 10 stuivers a rd a 1 : 12, twaalf van 7','ï stuivers, rd 8 1 : 42, enz., om vervolgens iu bet rubricq der port-gelden te worden samengetrokken. Zie ook I Zomermaand 1810 en 11 Julij 1811. 1809. H. W. OAENDELS 1045 12 Wintermaand. Verpachting van de vgemeene middelen van hel koningrijk Jaccatra" voor het jaar 1810. Van wegens de hooge regeering dezer landen wordt een iegelijk bij dezen geadverteerd: dat op Zaturdag den 30 ,n van Wintermaand dezes jaars, ten gouvernements buize, staande op Molenvliet, 's morgens ten acht uren, door de generale directie publiek geveild en aan den eerstmijnende voor den tijd van een jaar, ingaande niet primo van Louwmaand 1810 en eindigende met ultimo van Wintermaand deszelven jaars, zullen worden verpacht de gemeene middelen van het koningrijk Jaccatra, namenlijk: de inkomende en uitgaande regten of de boom, » ingevoerd wordende Westersche lijnwaden, » groente-kramen en winkels, het hoofdgeld der Chinezen, • slachten van vee, » • » varkens, geschore bokken en schapen, » kerven van de Chinasche tabak, de waschkaarsen, » rijstmarkt en daaronder de over zee uitgevoerd wor dende rijst, de herbergen binnen en buiten de stad, » hane-vechterijen, » top-tafels en de pho en topho, » vischmarkt, » waag, » waijangs en » handel aan de schepen en vaartuigen; dat de pagt der inkomende en uitgaande regten of de boom, die van de waag en die der Westersche lijnwaden dit jaar onder de navolgende conditiën zullen worden ver pagt, als: 1° dat alle zoodanige goederen en koopmanschappen, als te voren aan de pagt van de boom onderhevig zijn geweest en alhier zullen worden aangebragt, zoo uit Europa, 1809. H. W. DAENDELS. 1046 Amerika, als Isle de France, benevens die van de West van Indien, niet onder de voornoemde pagt zullen worden gerekend, maar daarvan uitgezonderd blijven; 2° dat daarentegen de aangebracht wordende goederen door aankomende schepen en vaartuigen van Atchim ofle uit de Noord en Oost als voorheen onder de pagt-gerech ligheid van de boom zullen blijven begrepen;. 5' dat onder de pagt der inkomende Westersche lijnwaden mede niet zullen worden begrepen de groote cargaizoenen, die direct uit Bengale of andere plaatsen om de west van Indien worden aangebragt, en deze pagt dus eenlijk betrekking zal hebben tot mindere vaartuigen, die van Atchim, Riouw en andere dergelijke plaatsen lijnwaden aanvoeren; 4° dat de pagter van de boom gehouden zal zijn om onder opzigt van den sabandhaar en licentmeester bij aanbreng van zoodanige goederen, als hier boven bij art. 1 en 5 zijn uitgesloten, de voornoemde pagt van in- en uitgaande regten Ie heffen voor rekening van den Lande en het profluerende daarvan, na aftrek van de daarop vallende ongelden, telken reize bij aanbreng van ieder schip of vaartuig in 's Lands kassa over te brengen en te ver antwoorden ; dat evenmin in het jaar 1810, als in dit lopende jaar, eenige thol geheven zal mogen worden van de van Java's Noord-Oostkust en de prefecture van Cheribon ofte den ressorte van deze hoofdplaats over zee ingevoerd wordende rijst en de gewoone geregtigheid van dat graan, die van hier naar elders over zee wordt uitgevoert, mede op den voet van dit jaar door den pagter van de rijslmarkt zal worden geheven; "dat zijne excellentie de heere Maarschalk en Gouverneur Generaal de noodige maatregelen heeft genomen om Batavia van eene meerdere hoeveelheid visch te doen voorzien: doch dat de pagter van de vischmarkt zich daar en tegen zal moeten onderwerpen aan de verplaatsing van de vischmarkt 1809. H. W. DAENDELS. 1047 of zoodanige andere schikkingen, als hel gouvernement zal noodig oordeelen; dat ingevolge de conditiën, waarop de domeinen van den Lande op en langs Java's Noord-Ooslkust zijn verpacht, vermeld hij puhlicatic van den 18°" Zomermaand 1808, alle zoodanige lijnwaden, Chinasche, Japansche ofte andere vreemde goederen, welke van andere plaatsen builen hel eiland Java op Samarang, Sourabaija of Grissée worden aangebracht, zoouls daarbij is gepermitteerd, onderhevig blijven aan de 101-geregligheid alhier en, voor zooveel dezelve bedraagt, ten voordeele van den Bataviaschen pagler aldaar worden inge vordert; dat onder geene der voormelde pachten begrepen zal wezen de bazaar bij Builenzorg, doch dat daarentegen dat gedeelte van Crauwang, hetwelk aan de Bataviasche ommelanden is gevoegd, het gewezene regentschap Tangerang en de geconquesteerde Bantamsche landen onder dezelve zullen sorteren; dat de pachtschat van alle de pachten aan den Lande zal moeten worden opgebracht voor drie-vierde in papieren geld en het overige een-vierde in kopere munt zonder agio, met vrijheid voor de paglers om de tol-gerechligheid mede voor een vierde gedeelte in koper geld te mogen heffen, voor zoover dit zonder bezwaar kan geschieden; dat bovenstaande pagten wijders zullen worden opgeveilt en verpagt op zoodanige conditiën en voorwaarden, als vernield staan bij de paglconditiën, in den jare 1797gecma neert, en de daarin voor de verpagting van den jare 1800 en zedert gemaakte alleratiën en anipliatiën, zooals dezelve gedrukt te lezen zijn in het stads heerenlogenient, bij den ontvanger-generaal, den sabandhaar en licentmeester, den kapitein der Chinezen, den majoor der Mooren en den kom mandant der Balijers; zullende ten voorschreven dage almede worden verpagt de onder de préfecture Bantam gehoorende pagten; als: de boom en verscheidene maandelijksche pagten, 1809. H. W. DAENDELS. 1048 de groote pagt van gambir en tabak, het buffels vet, de vellen en hoorns, » olij, » poeder-suiker, » drooge pinang, • rampa rainpa, » oude klappers, » potten en pannen of grebliks, » lonthar en visvijvers, » carrang of oesters tot het branden van kalk, en alle zoodanige pagten, als daaronder begrepen en be vorens van wegens den Koning van Bantam zijn verpagt ge worden en hierbij niet aangehaald mogten wezen, onder dezelfde conditiën, als door dien vorst zijn daargesteld en waarop de verpagting jaarlijks is geschied, niet dezen ver stande nogthans, dat alle de voornoemde pagten niet ieder afzonderlijk, maar gezamenlijk zullen worden verpagt; terwijl van deze betaling van pagt niemand, hoegenaamd, zal zijn uitgezondert of ontheven; wordende egter onder de voornoemde pagten niet begre pen, maar zullen daarvan uitgezondert blijven de navolgende pagten, dewelke ieder afzonderlijk aan de meest biedende op Bantam zelve zullen worden verpagt; te weeten: de bladjan, al het zout, dat op Bantam aangemaakt wordt, de sirie en kalk op Tanara, • buffels-slagterijen, » prauw balok op Tjabanaij, • gambir en tabak op Margalanga, » visch op Terate, het brandhout op Carangantoe, benevens onderscheidene passers, als op Ceram, Margalanga, Margasane, Kaladran, passer Lanie, ftoelantjier en Badja Nagara; terwijl voorts een ieder, die tot het aanslaan der voor- 1809 H. W. DAENDELS. 1049 schreven pagten genegen mogl zijn, verdagt wordt gemaakt, dat de pagters gehouden zullen wezen aanstonds en alvorens zich van het gouvernements huis voornoemd te hegeven, tot volkomen genoegen van de generale directie en, wegens de aangeslagen pagten op Bantam, van den prefect aldaar, te stellen sufficiënte borgen, welke zig, nevens den pagter van iedere pagt afzonderlijk, elk in solidum en onder renuntialie van de beneficiën ordinis, excussionis et divisionis zullen moeten verbinden tot de prompte voldoening der pagtpennin gen op de bepaalde tijden; terwijl zoodanige pagters, als zich zouden durven verstouten hij het doen van eenige ver zoeken aan de hooge regering gebruik te maken van mis leidende opgaven, getrokken uit vervalschte hoeken, gesteld zullen worden in handen van het officie fiscaal om als falsarissen gestrafd te worden; onder verdere bepaling, dat de pagt van het hoofdgeld der Chinezen alleen door Chinezen zal mogen worden ge mijnd en dat de geene, welke participeren in de pagten van: de inkomende en uitgaande regten of de boom, het slagten van vee, de varkensslagterijen en het hoofd-geld der Chinezen, als van ouds geene medestanders mogen wezen van eenige andere pagten. En opdat een iegelijk hiervan kennis erlange, zal deze worden gepubliceert en, zoo ter dezer hoofdplaats, als op Bantam, in de Hollandsche, inlandsche en Chinesche talen worden gealfigeert ter plaatse gebruikelijk. 12 Wintermaand. Reglement voor het onderhoud, enz. van 's hands lijfeigenen en kettinggungers. Is besloten: Ten eersten: dat, aanvang nemende met den eersten van Louwmaand 1810, alle 'sLands lijf-eigenenen kettinggangers op eene egale voet zullen worden onderhouden en verstrek- 1808. H. W. DAENDELS. 105 paal scbuldenaar onder renunciatie van de beneficien ordinis, divisionis et excussionis. Ten negenden: indien de bode in het opveilen ofte onder het afslaan zich kwam te vergissen, abuseeren ofte iets te verzuimen, zoo zal bij hetzelve mogen rechten en verbeteren. Nopens Denambo is den 12 d( ' n Augustus 1808 len aanzien van zeker graf eene wijziging in de verkoop-voorwaarden gemaakt en den 16 den September daaraanvolgende is bepaald, dat de kooper van Gedong-badak voor 4722:24 rd', papieren t:eld, eenige buffels, paaiden en jiadi moest overnemen. Aan inlaudscbe kommandauten, die jaarlijks badden genoten : van Gedong-badak 4090: 36 rd 8 » Denambo, Bekasi en Papisangan T>oso: — » ■ Doerian-sariboe en Tji-0er0ek........ 1007:— » zijn op lö September 1808 jaarlijks 2 / 3 van die inkomsten »gevalideert" (Zie ook 21 September 1809). Op denzelfden datum zijn verkocht: Gedong-badak voor 84,000 rd" Denambo » 57,500 • Tji-oeroek ■ 10,000 • Doerian-sariboe en Bodjong-sari werden opgehouden, doch den 17 d '" December 1808, te gelijk met Papisangan, onder shands afgestaan: Papisangan voor 20,000 rd" Doerian-sariboe voor 3,950 » Bodjong-sari » 5,550 » Op Papisangan bleef het servituut rusten van «alle de -pancallangs of ontlaad-, inscheep- en stapel-plaatsen van »andere suikermolens", welke zich aldaar bevonden, «meteen «ruime en ongehinderde toegang tot dezelve". -1- Augustus. Last 10l hel opgeven van goederen, enz., toebehoorende aan Portugezen. Alzoo versclieide omstandigheden niet ongegrond een oorlog 1809 H. W. DAENDELS 1050 king erlangen, conform het door de heeren rapporteurs over legd tarief, en hetzelve mitsdien te npproberen ('). Ten tweeden: dat ieder hoofd, chef of baas van eene administratie, voor het einde van elke maand, zal moeten vervaardigen of doen vervaardigen eene exacte lijst en ordon nantie, door zijne handtekening hekragtigd, van de slaven of kellinggaiigcrs. welke onder zijne administratie of behering zijn, met bijvoeging van de classe, waartoe zij behoren, en ingevuld na het voorschreven tariel; op welke lijst en ordon nantie de daarbij gevraagde verstrekkingen uit 'sLands pak huisen zullen worden voldaan. Ten derden: dat vervolgens door de onderscheidene chefs om de drie maanden naauwkeurige lijsten van de onder bun sorterende slaven en ketlinggangers aan de generale reken kamer zullen moeten worden ingezonden ter confrontatie met het tarief en met de ordonnanliën, bij de administrateurs berustende, waardoor het contrasigneren der maandelijksche ordonnantiën van deze verstrekkingen kan worden vermijd, evenals zulks omtrent de verstrekkingen voor de marine en armee is bepaald. Ten vierden: dat voorts door ieder departement aan de slaven en kettinggangers onder hare directie onder ultimo van Zomermaand en ultimo van Wintermaand of twee maal 'sjaars zal moeten worden verstrekt de benoodigde en bij tarief bepaalde kleding, hetzij bij aanbesteding of inkoop, mits daarop vooraf erlangt hebbende de approbatie van het gouvernement; met last aan de voorschreven hoofden of chefs om op hunne verantwoordelijkheid voor de riglige uildeeling en verstrekking te surveilleren. Ten vijfden: dat de slaven, op het secrelarij dezer regeering en 's Lands drukkerij dienst doende, niet meer appart, maar begrepen en onderhouden zullen worden op dezelfde voet (') De Raden ordinair en extra-ordinair van Indiê, M r H. A. l'arvc en W. Wardenaar, hadden leene geueraale cynosure" voorgedragen voor het bewuste onderhoud «onder exhibitie van een daarvoor geformeerd larif", welk tarief niet is aangetroffen. 1809. H. W. DAENDELS. 1051 als de overige slaven, welke in het gouvernements huis op Molenvliet dienst doen, en dezelve mitsdien te stellen onder een chef en hiertoe te benoemen den eersten gezworen klerk ter generale secretarij, met last, invoegen voormeld, voor hunne randzoenen en kleding te zorgen. Ten zesden: dat wijders de overige slaven of keltinggangers onder derzelver tegenwoordige hoofden zullen blijven sorteren en de voormelde verstrekkingen zullen erlangen, met dien verstande nogtans, dat de lijf-eigenen, in liet Chinesche hospitaal geëmploijeert, evenals tot nu toe heeft plaats gehad, door dit gestigt zelve zullen moeten worden verzorgt; en Ten zevenden: het opgemeld tarif, nevens extract dezes, te doen drukken ten einde aan de des incumberenden te worden uitgereikt. 12 Wintermaand. Vaststelling eener boete van 100 zil veren ducalons op het ondertrouwen aan huis te Soe rabatja, in slede van op het stadhuis. Deze boete kwam ten voordeele van de stads-kas. Vroeger gaven de ondertrouwden aan huis een geschenk naar goedvinden aan de commissarissen uit den Raad van justitie, die den ondertrouw verrigtten. 12 Wintermaand. Ontheffing van den prefect der Jaca trasche en Preanger bovenlanden van de werkzaamheden van commissaris der wegen en posterijen in het district Batavia. Een ambtenaar werd speciaal voor die werkzaamheden aangewezen »op het daartoe staande traclenient". 12 Wintermaand. Regeling nopens de correspondentie met het Opperbesluur in Nederland. De Regering vereenigde zich niet het volgende voorstel van den Gouverneur Generaal, luidende in substantie: dat, toen zijne excellentie in Lentemaand jongstleden aan deze regeeriug het voorstel deed om als een gevolg van de 1809. H. W. DAENDELS 1052 afschaffing van de post van geheimschrijver van den Gouverneur Generaal het coneipieeren van alle rapporten en missives van wegens het lichaam dezer regeering aan zijne excellentie den minister van Zijne Majesteit tol de zaken van koloniën, hetgeen anderzins den secretaris dezer vergadering zou hebben geimcumbeert, over te laten aan een van hoogstdeszelfs secre tarissen generaal, welke bij hel reglement voor dezelve van den 29 en van Bloeimaand daaraan vervolgens ook mei deze werkzaamheid is belast geworden, zijne excellentie daarmede ten doel had gehnd om in die rapporten en missives een heler ensemble te onderhouden, daar het voor den secretaris der regeering destijds zeer moeielijk zou zijn geweest een aaneen geschakeld verslag aan den minister te ontwerpen, wijl eensdeels de organisatien van liet voormalige Javasche gouvernement en van Cheribon nog niet waren geconsolideerd en ten andere de generale directie niet gebragt op den pre senten voet, waardoor de tegenswoordige, regelmatige be handeling van zaken bij deze vergadering voor alstoen geen plaats kon hebben en hare rapporten aan den minister derhalve, wanneer tevens niet uil andere bronnen kon worden geput, niet alleen aan onvolledigheid, maar ook aan onnauwkeu righeid zouden hebben moeien laboreren, behalve de herhaling, waarin deze regeering zoude kunnen zijn vervallen, door met zijne excellentie te schrijven over dezelfde zaken, hetgeen niet wel te vermijden was, zoo lange de opgemelde or ganisatien van Java en Cheribon en die van de generale directie hun volkomen beslag niet hadden erlangt en zijne excellentie daardoor in de noodzakelijkheid wierd gebragt zich op alle details te expliceeren; dan dat sedert de meermelde orgauisaliën compleet zijn ingevoerd en alle zaken van wetgeving, finantie, admini stratie, aanstellingen, enz. door hoogst denzelven ter deliberatie worden gebragl van deze vergadering niel alleen, maar zelfs de maandelijkscbe rapporten van den slaat der flnantiëu, ma gazijnen, producten en in één woord van den gansenen omvang der generale directie door den directeur generaal 1809. H W. DAENDELS. 1053 bij dezelve worden ingediend en daardoor de registers dezer regeering een volkomen geheel opleveren, de eerst aange voerde redenen, die legen het concipieeren der rapporten en missives van deze vergadering door den secretaris dezer regeering aan den minister pleitende waren, als nu ten volle waren gecesseert, daar niet alleen thans door gemeldeu secretaris een volledig verslag uit de resolutiën kan worden getrokken, maar ook een verslag, hetgeen geene recites zou bevatten van rapporten van zijne excellentie, die van nu af aan eenlijk zouden rouleeren over militaire en marine zaken en die der inwendige veiligheid en rust, zoomede de gene rale situatie en het politieke bestaan der kolonie in het alge meen regardeerden, waarbij hoogst dezelve zorge zoude dragen, dat van hetgeen door deze regeeriug bedeeld wierd, door zijne excellentie geen aanhaling zouden worden gedaan, terwijl zijne excellentie zich levens flatteerde, dat dit een middel wezen zou om de impressie krachteloos te maken van alle verkeerde insinuatie», die de vijanden van de tegen woordige, verbeterde orde en iniigting over den waren staat en toedragt van zaken in deze kolonie zouden kunnen verspreiden; proponeerende lioogst dezelve milsdien oj> deze gronden ooi, gerekend van den eersleu van Louwmaand aanstaande, onder ultimo van iedere maand door den secretaris dezer vergadering Ie doen ontwerpen een behoorlijk verslag aan den minister van hetgeen in den loop der maand is voor gevallen, getrokken uil de eoinmunicalien en voordraglen van zijne excellentie, zoomede van de rapporten van den directeur generaal, die ter vergadering inkomen, en van de besluiten, die daarop werden genomen, nadat echter de I'orni van opgeinelde brieven vooral' zou wezen gearresteerd. Zie ook 5 Sprokkelmaand 1810. \l Wintermaand. Vervallen verklaring van hel bepaalde op 4r Oclober 1688 nopens den aanvoer van slaven, enz. Alzoo op den 12 e " dezer lopende maand in Rade van Indien 1809. H. W. DAENDELS. 1054 goedgevonden is Ie verklaren, dat de wet van den 12 en van Wijnmaand 1688 tegen den aanvoer alhier van Oostersche slaven, mitsgaders het aangieren van eeuige plaatsen, welke niet bij de op Maccasser verleende passen zijn uitgedrukt, reeds sedert jaren herwaards door het contrarie gebruik en een geheele afwijking beschouwd moet worden vervallen te wezen; zoo wordt hiervan aan elk en een iegelijk kennis gegeven, zoowel als dat het den particuliere handelaars op Maccasser voortaan vergunt zal zijn om bij hun retour van daar Bima, Sumbauwa, Lombok of Hal ij Sazak en Balij of de plaatsen langs Java bij verkiesing aan te doen, indien zij hetzelve geraden inoglen oordeelen. Zullende deze lot dat einde in de Hollandsche, inlandsche en Chinesche talen, zoo op dit eiland, als op de overige possesien in Indien, worden aangeplakt ter plaatse gebruikelijk. Wintermaand. Verbod legen het werpen van vuilnis in rivieren, enz. Nademaal op de daartoe gedane voordragt door President en Schepenen van Hatavia op den 12 e " dezer lopende maand in Hade van Indien besloten is om, met renovatie voor zoover van het 11 arlikel onzer publicatie van den 24 tn van Lente maand 1778, ten ernstigste te verbieden, zoo als verboden wordt bij dezen, het werpen van eenigerlei krengen, aarde, mist of ander vuilnis in de rivieren of uitwateringen, zoo binnen, als buiten deze stad, sub poene eeneramende van vijftig rijksdaalders, te verbeuren door de hoofden der huisge zinnen, door wiens onderhorigen of lijf-eigenen het feit wordt begaan, en ten behoeve van zoodanige officieren van justitie en hunne bediendens, als de calange inoglen doen, tenzij de voorschreven hoofden onvermogende of niet genegen waren voor hunne ondergeschikten Ie voldoen, wanneer de officier van justitie, door wiens bediendens de aanhaling geschiedt, hun een gevoelige correctie zal doen geven. En dat wijders een ieder voor hel door hem bewoonde 1809. H. W OAENDELS. 1055 erf gehouden zal wezen om, bij het stranden of vast raken van eenig lijk of kreng, hetzelve naar hel midden der rivier te doen stoolen ten einde de doortocht naar zee te bevorderen, almede op eene boete van tien rijksdaalders ten behoeve als boven en te verbeuren door degeene, voor wiens erf zoodanig lijk of kreng zal gevonden worden; -zoo is het, dat een ieder hiervan tot zijn narigt en observantie wordt kennis gegeven. En len einde niemand hiervan onwetenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze gepubliceert, mitsgaders in de Hollandsche. iulandsche en Chiuesche lalen wordeu gealligeert, ter plaatse gebruikelijk. 13 Wintermaand. Eed-formulier voor de commissarissen der wegen en posterijen. Dit formulier beval niets bijzonders. 13 Wintermaand. Inlandsche weiten. Bij een brief van dezen datum gaf de Gouverneur-Generaal aan den prefect van Japara o. a. te kennen, dat de inlandsche wetten alleen golden «in zaken, die de huwelijken, godsdiensl plegligheden of andere objecten, in een direct verband slaande met de zeden en gewoonlens der Javanen, concerneren, dan wel disputen uit haal en nijd van Javanen tot Javanen, die tot doodslag overgaan, zonder van roof vergezeld te zijn". 16 Wintermaand Bestraf/ing van diefstal van 's Lands houtwerken. Overwegende de noodzakelijkheid, dat morsserijen met en opkopingen van 's Lands betrouwde goederen, waartoe de Chineesen door hunne schandelijke winzucht steeds aanleiding weten te geven, op een exeiuplare wijze worden gestraft; is hesloten den Chinees Sioo op drie eerstkomende en achtereenvolgende bazaar-dagen van Weltevreden telken reize 1809. H. W. DAENOELS. 1056 een gevoelige correctie te doen appliceeren en gedurende den tijd van drie maanden, met een ketting aan een boom geklonken, op het plein van Weltevreden voor een ieder Ie doen ten toon stellen. 18 Wintermaand. Invoering van zekere voertuigen tot het transporteren van 's Lands houtwerken uil de bosschen naar de stapelplaatsen. Zijne excellentie, ontvangen hebbende de rapporten wegens de genomen proeven mei een mallcjan en andere hout machines, welke op order van zijn excellentie zijn aangemaakt ten einde de afvoer van houtwerken uit de bosschen meer spoed bij te zetten en niet alleen eenc aanmerkelijke ver mindering daar te stellen in de kosten, aan de tegenwoordige wijze van transport verbonden, maar ook eeii aanzienlijk gedeelte te besparen van het enorme getal buffels en menschen, 't welk tot het sleepen der houtwerken volgens de presente inrigting wordt vereischt en lot andere nuttige eindens voor den landbouw dienen kan; en considererende, dat gemelde proeven ten volle het nut van de mallejans en andere houtmachines, na mate van het verschillende terrein, langs welke de afvoer geschieden moet, hebben geconstateerd, builen eenige geringe verbeteringen, waarvoor gedachte machines nog vatbaar zijn geoordeelt, en die bij een meer volledige practikale kennis met weinig moeite te herstellen zullen zijn; heeft besloten de dadelijke invoering dezer houtmachines tol hel vervoeren van 's Lands houtwerken uit de bosschen naar de stapelplaatsen en aller wegen, waar dit verder mogt worden vereischl. Ie gelasten en ecu somma Ie affecleren van drie duizend rijksdaalders, zilver geld, eens, om daaruit te vinden de kosten, die voor aanmaken van meermelde hout machines en tot verdere consolidatie van deze inrigliug zullen moeten worden geimpendeert, mits daaromtrent alle ménage in acht geuorueu en gezorgt wordt, dat dit geld niet tol 1809 H. W. DAENDELS. 1057 PLAKAAI-kulh lIKI.I. IV. 67 andere eindeus worde gediverteerd, mitsgaders van hetgeen daarvan wordt uitgegeven, behoorlijke speciflcatien gehouden en welmeide specificatien, behalve aan de generaale reken kamer, ook maandelijks zijne excellentie worden aangeboden. Met die voertuigen moest o. a. vervoerd worden »een •aanzienlijke parlij zware houtwerken, die voorleden jaar » met vergunning van den Keizer en Sullhan in hunne bos «scben gekapt was". In lüuropa was Daendels "meermalen getuige geweest van »rte faciliteit, waar mede de houtwerken aldaar door middel •van houtwagens vao differente constructie en met maar •weinige trek-beesten in proportie van de zware last wierden «vervoerd". 19 Wintermaand. Condiliën, waarop door President en Schepenen ten voordeele van hunne kas voor hel aan slaande jaar 1810 zal worden verpagt hel oorgeld der paarden van alle dienaren, burgers en ingezetenen, item de belasting voor hel begieten der wegen, zoomede de wagenpagt van Chinesen, Mahomelanen en inlanders. Art. t. A;m een iegelijk, niet gehoorende tot Chinesen, Mahomelanen of inlanders, blijft toegestaan een of meer wagens of chaisen en zooveel trekpaarden Ie houden, als hij goedvind, mils in 'tjaar, onder de benaming van oorgeld, aan pagt betalende: voor een trek- of rijpaard rd* 10 » twee » » rijpaarden » 20 » drie » » » » 50 » vier » • » ■ 40 » vijl » • » » 50 » zes » » » » 60 » zeven » » » » 78 » acht » » » »• 90 1809. H. W. OAENDELS. 1058 voor negen trek- of rijpaarden rd' 103 » licn • ■ • (20 • elf ■ 133 Iwaall • ■ • 150 » dertien » » • ... » IG3 » veertien * > ■ » 180 » vijftien » • » > 200 » zestien - ■ ■ ■ 220 • zeventien » » 240 » aclilien - » • ■ 2GO ■ negentien » • » • 280 » twintig » » « en daar boven » 300 zullende deze belasting voor het aanslaande jaar 1810 moeten worden opgebragt aan den pagter door een ieder, zonder onderscheid, en niemand cenige vrijdom daarvan mogen gcuicleii, hetzij geheel of gedeeltelijk, dan voor zooverre zulks bij dit reglement nader is bepaald. Art 2. Alle militairen, zoomede de bodens der hooge regering en die verder van Lands wege vcrpligt zijn paarden te houden, gelijk de dienaren van de officieren van justitie, zullen voor hunne rijpaarden vrijdom genieten van deze belasting. Art. 3. De wagen-verhuurders worden almede van de voorschreven algemecne bepaling gcCxiinccrd en zullen kunnen volslaan met de betaling van vijf rijksdaalders voor elk der paarden, welke zij aanhouden, blijvende overigens de orders en reglementen omtrent het stuk der wagen-vcrhuiirdcrijcn, inzonderheid ook omtrent het gelal der wagens, die elk derzelve mag aanhouden, in hun geheel. Art 4. l)e voorschreven belasting moet betaald worden van alle paarden, zonder onderscheid, welke aangehouden worden binnen den omtrek der builen posten ofte ook die aldaar gebruikt worden, al is het, dal zij er niet permanent worden aangehouden; doch alle paarden, welke builen de voorschreven liiniteu worden aangehouden en binnen dezelve niel gebruikt, worden daarvan geëximcerd. 1809. H. W. OAENDELS. 1059 Art. 5. Alle eigenaars van landerijen, gelegen boven de vijftiende paal, gerekend tot aan de landhuiseu, zullen in eens moeien betalen rijksdaalders 200 en de eigenaars van landerijen boven de tiende paal, gerekend als even, rijksdaalders 100 'sjaars vour het getal paarden, dat /ij boven en beneden de posten gebruiken, wel verslaande, dat dit alleen ziet op de zulken, welke vour bet getal paarden, dat zij op Balavia aanhouden, minder aan oorgcld fourneren en niet op de zoo danigen, die uithoofde van het door hun aangehouden wordende getal paarden volgens artikel 1 verpligt zijn meerder te betalen. Art. 6. Een iegelijk zal verpligt zijn voor ultimo van Louwmaand aanstaande aan den pagler opgave te doen van het getal paarden, waarvan hij de voorschreven belasting moet betalen, ter plaatse, door denzelven op (e geven, op poene ecner boete van vijftig rijksdaalders, wanneer zulks wordt verzuimd, en van een boete van drie bondert rijks daalders, wanneer niogl blijken de voorschreven opgaven niet ter goeder trouw te zijn geschied, alles ten faveure van den pagter. Art. 7. De betaling zal vervolgens moeten geschieden voor ultimo van Sprokkehnaand aan den pagter en legen schril lelijke quilanlie van denzelven, uw ten allen lijden Ie kunnen dienen 10l bewijs; met magt om tegen de nalaligen of ouvvilligen tot parate executie te procederen. Art. 8. Alle paarden, welke iemand na het doen der voorschreven opgave aanschaft, zullen deze belasting subject zijn; en zal een ieder gehouden zijn daarvan nader dadelijk opgave en betaling te doen, gerekend na bet getal maanden, die als dan van het jaar nog overig zullen zijn, zonder dat de pagter verpligt zal wezen eenigc reslilulie, in wat geval ook, te doen, sub poene, dat de nalaligen of kwaadwilligen in gelijke boelen, als bij artikel 5 bepaald zijn, zullen worden verwezen. Art. 9. Een wagen-verhuurderij van eigenaar veranderende, zoo zal de nieuwe eigenaar gehouden zijn deze belasting 1808. H. W. DAENDELS. 106 tusschen liel Kransche Keizerrijk en hel koningrijk Portugal hebben doen vermoeden, aan welk eerste de Koning, onze meester, is geallieerd, is op den 9' n dezer in Rade van Indien goedgevonden de ingezetenen dezer hoofdplaats te gelasten, gelijk dezelve diiarloe worden gelast bij dezen, om binnen den tijd van agl dagen na de afkondiging dezes aan deze regeering schriftelijk op Ie geven alle goederen, effecten en eigendommen, welke aan onderdanen van den Koning van Portugal toebehoren en aan hun in de een e of andere hoe danigheid mogten zijn aanvertrouwd, sub poene, dat degenen, welke bevonden zullen worden iets verzwegen of in bet doen van opgave ter kwader trouw te hebben gehandeld, als weder strevers van 'sgouverncments bevelen aangemerkt en als zodanig gepunteerd zullen worden. En opdat niemand hiervan onwetenheid zoude kunnen pre lexteren, zal deze in de Maleidsche en Chinesche talen ver taald en op de gebruikelijke wijze worden afgekondigd en geaffigeerd ter plaatse, waar zulks behoort te geschieden. Zie ook 28 Februarij 1809. 13 Augustus. Verbod legen hel vorderen van heeren diensten voor private doeleinden. Uit ervarenisse van het misbruik, 't welk onder het vorige bestuur gemaakt is van het afvorderen van personele heeren diensten ten behoeve van ambtenaren van allerlei rang, waar door vele handen aan den akkerbouw onttrokken wierden en de lediggang begunstigd, terwijl de Lande verstoken bleef van de nijverheid van een groot aantal ingezetenen, die ter involging eener dwaze en aan de algemeene belangens alle zins schadelijke zucht na grootheid plegen te worden aange houden en lot dienstbaarheid verpligl. dikwijls, ja meestal, zonder daarvoor eenig loon te ontvangen, bij resolutie van den 21* 1 " Mei 1808 hebbende gestatuecrd, dat van den eersten Octoher aanstaande aan alle prefecten, gezaghebbers en min dere geëmplotjeerden langs het gebeele gouvernement van Ja vasch iNoord-Ooslkust en iu de préfecture van CUeribon zal 1809. H. W. DAENDELS. 1060 te belalen, Ie rekenen van den dag af, dat dezelve aan hem wordt getransporteerd; en zal indien gevalle aan den vorigen eigenaar ofte deszelfs erfgenamen rcslilulie geschieden van het meerder betaalde dan pro rato, gerekend tol den dai; van het voormelde transport. Art. 10. Om des te beter den pagter legen het frauderen in deze te verzekeren, zoo zullen wijknieesleren, zoo in, als builen de stad, ook dit jaar hij de beschrijving behoorlijk moeten opneeinen het getal der paarden, bij een iegelijk aan handen, en daarvan speeifique en door hun ondertekende lijsten moeten overgeven aan President en Schepenen van Batavia, die dezelve wederom zullen doen ter hand stellen aan den pagter: en zal het bovendien den pagler vrijstaan om, zoo dikwijls hij zulks noodig oordeeld, mits daartoe alvorens per missie van den President van Schepenen verzogt en ge obtineerd hebbende, te visiteren de stallen van alle degeenen, welke aan de belasting van het oorgeld subject zijn, en op te neemen het getal paarden, zig aldaar bevindende; wordende hij dezen wel expresselijk verboden het stallen van paarden aan anderen, dan den eigenaar der slal ofte bij hem inwoonende personen gehoorende, tenzij daarvan mede specilique opgave of .betaling is geschied, op poene van drie honderl rijksdaalders voor den pagter voor de contraventeurs, zoowel dengeene, die zoodanige paarden gestalt heeft, als die dezelve in eigendom toebebooren. Art. 11. De pagter zal alle dagen (uitgezonderd de Zon-en feestdagen) moeten vaceren tot den ontfangsl van opgave en betalingen, zoo voor de paarden, als wagens, die zullen worden aangehouden, des voormiddags van acht 10l elf uren. Art. 12. Voorts zal de pagler van alle Chinesen, Mooren en inlanders, die verkiezen rijtuigen aan te houden, in hel heffen der pagl zig hebben Ie gedragen aan den inhoud van het placcaat der hooge regeering van den 50'" van Wintermaand 1754, betrekkelijk de wageupagt gefmaneerd, en gerenoveerd bij publicatie van den .',;: van Sprokkelmaand 1802, met hel daarbij nader geslalueerde. 1809. H. W. DAENDELS. 1061 Arl, 13. De pagter zul hoven des ook geregligd zijn bij hel oorgeld der paarden te hellen het hij billet van den 9 ,n van Oogstmaand 1805 bepaalde voor het begieten der wegen, als van de geenen, die 500 rijksdaalders be lalen I\ds. 15 van de geenen, die 1)5 al 6 paarden aanhouden.. . • 15 voor 13 a 14 » 12 L 9 » 10 » 10 éll » .8 8»9 • 6 • 6 » 1■ - ■ » 5 4»3 . 4 1»5 » 2 I ; » 1 zoomede van de wagen-verhuurders rijksdaalders 25, ieder. Art. 14. En hoezeer de pagter bij de visitatien der stallen van den President van Schepenen de noodige assistentie zal moeten vragen, zoo zal, des ongeagt, de hooge raad van justitie van Indien (na luid derzelver instructie) geauthoriseerd blijven om ter eerster instantie kennisse te nemen van alle questien en verschillen, welke dien aangaande zouden mogen ontstaan, en daarin op korte en peremptoire termijnen regt doen en wijzen bij arrest, mitsgaders de advocaat-fiscaal in alle zoodanige zaken zig hij den pagter voegen en daarvoor, zoowel als voor hel voeren der procedures, genieten de helft der boetens en de wederhelfle komen ten voordeele van den pagter. Art. 15. Eu eindelijk zal de pagter verpligl zijn de pagl sebiit op te brengen voor drie vierde gedceltens met medio van Lentemaand en het overige een vierde gedeelte voor ultimo van Hooimaand aanslaande en voor de nakoming daarvan tol securiteit stellen vier borgen ten genoegen van President en Schepenen. Kn ten einde een ieder hiervan kennisse erlange, zal deze in de Ilollandsche, Cbinesche en inlandsche talen worden gealligeerd ter plaatse gebruikelijk. 1809. H. W. DAENOELS. 1062 19 AVintermnand. Aanmaak van 1200 zegels ad 6 stuivers door den prefect van den Oosthoek. Zulks geschiedde, omdat de voorraad verbruikt en niet bij lijds nieuwe voorraad aangevraagd was. De Regering berustte in hel gebeurde, maar de prefect kreeg (och de vermaning »zich A'oortaan niet te bemoeijen • mei zaken, welke van de onmiddclijke competentie zijn van »het Gouvernement". 19 Wintermaand. Instructie voor den landmetcr te Balavia. Art. 1. Hij zal buiten bezwaar van den Lande bij het gouvernement worden aangesteld en altijd wezen eerste taxa teur van vaste goederen. Art. 2. Hij zal in zijn officie staan onder de orders van het collegie van President en Schepenen te Balavia en in zijno burgerlijke betrekkingen der judicature van gemelde reglbank ter eerster instantie onderworpen wezen. Art. 5. Alle diensten, die van hem in zijn ollicie van wegen het gouvernement, de justitie, Schepenen, den drossaard of particulieren gevorderd worden, zal hij presteren met den mecslen spoed en accuratesse. Art. 4. Hij zal hel gouvernement, de juslilie, Schepenen en den drossaard in zaken, zijn ambt betreffende, moeten dienen van berigt, consideralien en advis, zoo dikwijls dit van hem zal worden gerequireerd. Art. 5. Schepenen zullen geene overschrijving van vaste goederen doen, voor dat hun bij een certificaat van den laudineter zal zijn gebleken, dat van den verkoop ten zijnen kantore behoorlijke aanteekening is gehouden. Art. 6. Ingevolge van dien zal hij, landmeler, verpligt zijn van den overgang van vaste goederen van den eenen eigenaar op den anderen, terstond na de ontvangene kennisgave, aan teekeniug te houden bij zijne registers eu kaarten en daarvan 1809. H. W. DAENDELS 1063 aan de belanghebbende een ccrliGcaat of landmeters-kennis Ie veilcenen. Alt. 7. Wanneer bij daartoe aanvrage ontvangt, zal hij extracten uit deze registers aan de daarbij geïnteresseerde personen uitreiken en verder aan cenen ieder de noodige ophelderingen geven, die van hem verzocht worden. ' Art. 8. Hij zal alle erven, landen, enz. op requisil meten en daarvan meelbrieven veileenen, da» wel, des gevorderd wordende, schetsen formeren, waarbij alle de belendingen behoorlijk zijn afgemeten en navolgcns de daarbij geplaatste schaal in figuur gehragt, doch niet kunnen worden vcrpligt onj voor particulieren volledige kaarten te vervaardigen. Art. 9. Hij zal zorgen, dat de onder zijne berusting zijnde kaarten, registers en andere papieren in een geschikte orde worden bewaard, en daarvoor verantwoordelijk zijn, zullende alle drie maanden eene commissie van President en Schepenen zijne papieren exact nazien en hunne bevinding aan de ver gadering rapporteren; terwijl bij ontslag of overlijden van den landmelcr, ten overslaan van eene commissie, transport van evengcdachtc kaarten en papieren aan zijnen sucecsseur zal moeien worden gedaan. Art. 10. De landmelcr is mede responsabcl voor alle schaden en nadeelen, die door verzuim of onoplellcnhcid van zijne zijde moglcn worden veroorzaakt. Arl. 11. Hij zal zich op eigene koslen moeien voorzien van cenen adjunct, welke op zijne voordragt bij licL gouver nement aangesteld en door het collcgie van President en Schepenen in den eed zal worden genomen, hlijvende hij noglans alleen verantwoordelijk voor de handelingen van voormelden adjunct. Art. 12. Als landmeter zal hij voor salaris, zoo aan den Lande, als aan particulieren, mogen declareren, te welen: n. voor het melen van een erf in de slad en Zuider voor stad vier rijksdaalders, zilver geld, doch, zoo het erf beneden de 200 rd* waardig is, maar éénen rijksdaalder, gelijke munt; 1809. H. W. DAENDELS. 1064 !>. voor hel meten van een erf buiten de Zinder voorstad' en binnen de limiten der jurisdictie van President en Schepenen van Batavia zeven rijksdaalders, zilver geld, daags, doch het erf minder dan 100 rd s waardig zijnde, niet meer dan twee rd s , mede zilver geld; c. voor het meten van een erf of land, boven de evenge noemde limiten gelegen, een-tiende rijksdaalder per cento van de waarde van het gemetene goed, geestiineerd naai de laatste, voorhanden zijnde taxatie of, bij ontslentenisse van die, naar den laatsten verkoop-prijs, ten ware dil geene zeven rijksdaalders, zilver geld, per dag mogt beloopen, in welk geval de landmeter, in stede van " l 0 percent; voornoemd daggeld zal mogen pretenderen: zullende de hiervan door den landmeter te verleenene meetbrieven, waarvoor hij niets zal mogen declareren, geschreven moeten zijn op een zegel van zes stuivers: il. voor eene schets van het gemetene land vijf en twintig rijksdaalders, zoo het perceel vijf en twintig duizend rijksdaalders en minder waardig is, doch anders nog eenen rijksdaalder daar en boven van ieder duizend rijks daalders, welk zoodanig land meerder waardig is; <■. voor het verleenen van certificaten wegens den verkoop van goederen, item voor kopijen of extracten uit zijne registers eenen rijksdaalder voor de eerste bladzijde en vier en twintig stuivers voor iedere der volgende blad zijden, mits twintig regels op eene bladzijde staan. Deze certificaten, kopijen en extracten moeten geschreven zijn op een zegel van zes stuivers, welk zegel ten laste komt van den requirant. Art. 13. Wanneer de landmeter daggeld declareert, zal hij, indien zijn werk, de heen- en terugreis hieronder be grepen, in eenen dag niet kan alloopen, zes uren per dag werkzaam moeten zijn. Art. 14. In commissiën geëmploieerd wordende zonder eenige werkzaamheden te doen, zal hem echter het voor noemde daggeld van rd 8 4 binnen en rd* 7 buiten de limiten 1800. H. W DAENDELS. 1065 dei' jurisdictie van President en Schepenen van Batavia Worden te goed gedaan. Ari i ;'>. Voor zoover de daggelden van den landuieler belaalbaar zijn gesteld in zilveren inunl, zal daarvan vol doening kunnen geschieden in papieren van credit niet de hij hel gouvernement bepaalde agio Arl. lti. Den taxateurs van vasle goederen wordt wel expresselijk verboden eenige taxatie Ie doen van vaslig heden die zij beiden niet heidten geïnspecteerd en waarin zij te zamen over de waarde niet zijn overeengekomen, moelende hierin onpartijdig en eerlijk handelen en, in ras van verschil, hetzelve aan President en Schepenen ter decisie voordragen. Art. 17. Zij zullen jaarlijks met den l" 1 van Zomermaand aan President en Schepenen inleveren cene accurate en ge moedelijke lijst der actuele waarde van alle huizen, tuinen en erven, die binnen de limites der jurisdictie van President en Schepenen welmeld gelegen en aan de belasting van het een-half percent subject zijn. Arl. 18. Deze lijst zal hij President en Schepenen worden geëxamineerd en, geapproheerd zijnde, ingevolge van die de collecte van het V 4 percent geschieden, doch Schepenen, op dezelve eenige bedenkingen hebbende, zich desvvegens kunnen adresseren aan hel gouvernement. Art. 19. De taxateurs zullen, na de approbatic van deze jaarlijksche taxalie, daarvoor uit Schepenen kas genieten een douceur van twee honderd rijksdaalders. Arl. 20. Zij zullen voor bet waardeeren van alle vastig heden genielen éenen rijksdaalder per eenlo van de gelaxeerde waarde, uitgezonderd in sterfbpedels, uit welke hel collaleraal moet worden betaald: zullende voor de taxatie der objecten, aa;i die belasting onderhevig, slechts eenen halven rijksdaalder per cento mogen declareeren en voor die salarissen tevens verleenen een laxatie-billel of lijst, geschreven op een zegel van 12 stuivers, mits het evengemelde salaris ten minste bedraagt vier rijksdaalders, zilver geld, voor eene taxatie 1809. H. W. DAENDELS. 1066 binnen de limiten en zeven rijksdaalders, gflijke munt, voor eene taxatie builen de limilen der jurisdictie van President en Schepenen van Batavia, met vrijheid anderzins om het evengemelde montant in plaats van percenlo's in rekening te brengen, betaalbaar in zilver specie of in papieren van credit met de bij bet gouvernement bepaalde agio. Art. 21. Van alle laxalien, die zij voor bel gouvernement doen, zullen zij genieten een acblsle rijksdaalder per cenlo van de waarde. Art. 22. De salarissen voor de taxateurs zullen onder hen beiden gelijk worden verdeeld. Art. 25. Voor de diensten, die de landmeter of de taxateurs aan den Lande presteren, zal alle drie maanden eene decla ratie moeten worden ingegeven aan de generale directie, geverifieerd door degenen, welke ben te werk hebben gesteld, wrlkc declaratie geëxamineerd en na approbatie uitbetaald zal worden. Art. 24. Dezelfde cynosure zal worden gevolgd ter ver rekening van de diensten, die op requisilie van President en Schepenen zullen worden gepresteerd, met deze verandering alleen, dat de declaralien aan liet collegie zullen worden ingeleverd ler betaling uit de stads kas. Art. 25. Alle queslien over de werkzaamheden en het salaris, zoo van den landmeler, als van de taxateurs, zullen ter decisie bij Schepenen gebragt en. zooveel mogelijk, de piano worden beslist. Art. 2G. De landmeter en taxateurs zullen geen hoogere salarissen mogen eischen, als bun bij deze instructie zijn toegestaan, op verbeurte van hun officie. Art. 27. De Inndmeter zal bij zijne aanstelling in Rade van Indiö afleggen den volgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning, als mijnen hoogen en doorluchtigen souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indië, gebouw en gel rouw te zijn; dat ik om tol het ambt van landmeler en taxateur van 1809. H W DAENDELS. 1067 vaste goederen te geraken aan niemand iets heb gegeven ol (e geven beloofd heb; dat ik mij in de voorsclircvene betrekkingen vlijtig, gelrouw, discreet en onpartijdig kwijlen, zonder aanzien vnn persoon, niemand met mijne kennis bevoordcelen of te kort doen en geen hoogcr salaris vorderen zal. als mij bij mijne instructie is toegelegd ; en dat ik mij voorts in alles zal gedragen achtcrvolgens de instructie en orders, voor mijne bediening gearresteerd of nog te arrcsleoren, gelijk iemand, in zoodanige» publieken dienst gesteld, toestaat en betaamt. Zoo waarlijk belpe mij God Almagtig! Bij resolutie van 3 Grasmaand 1811 is uitgemaakt, dat in art. 19 papieren geld voor bet douceur van den land meier was bedoeld. Dacndcls schrijft in zijn werk, bl. 63, dat liet collegie van Hccmraden en bet kantoor van den landmeter «geen • nut ter wereld aanbraglen". Zie ook 13 Maart 1809 en K Sprokkelmaand 1811. 20 Wintermaand. Maatregel nopens kcllingnannera. Is besloten, dal de kellinggangers in de drie administratien van Balavia, Sourabaija en Saniarang zullen worden gesteld onder de orders en bel toezicht van de havenmeesters aldaar, onverschillig in welk gedeelte van het departement zij worden geëmploijecrd. 21 Wintermaand. Slaven-lmndel. Zijne excellentie, de Maarschalk en Gouverneur Generaal, goedgevonden hebbende den inkoop van slaven ter kuste Celebes voor rekening van den Lande te doen ophouden, ten einde de speculatie van particulieren in den slaven handel des te meer aau te moedigen, zoo wordt, op lasl van hoog- 1809. H. W. DAENDELS.i 1068 gemelde zijne excellentie, hiervan aan elk en een iegelijk kennis gegeven, gelijk mede, dat de manslaven, die Ie Batavia, Samarang. of Sournhaija aangebragl en voor den militairen dienst bekwaam gekeurd worden, door den Lande zullen worden geaccepteerd legen vijf en zeventig rijksdaalders, zilver geld, per hoofd, betaalbaar te Batavia in zihere iiinut, terwijl de aanvoerders van slaven mei de manslaven, die worden afgekeurd, als ook met de vrouwenslaveii en de kinderen van beide sexe, ten hunnen nieesten voordeele, na welge vallen, kunnen handelen. En opdat niemand hiervan eenige onwetenheid zal kunnen voorwenden, zal deze, zoo Ie Batavia, Java's Noord-Oostkust en Cherihon, als ter kuste Celebes, in de Hollandsche, inlandsche en Chinesciie talen worden gealligeerl, ter plaatse gebruikelijk. Meermalen zijn op verzoek uilzonderingen op bovenslaanden regel toegelaten. 21 Wintermaand. Voorschrift nopens aanbestedingen. Is besloten van alle goedgekeurde aanbestedingen opgave Ie laten doen aan de generale directie, ten einde in hel fonneeren der Bnanlieele staten der maandelijksche uitgaven daarop Ie kunnen calculeeren, moetende tot dat einde de presumtive tijd, dat elke termijn zal moeten betaald worden, daarbij worden opgegeven. 21 Wintermaand. Opheffing van het fort te Tandjomg poera. Is besloten te bepalen, dal bet fort Tanjong-poera op den eersten van Louwmaand aanslaande zal wezen geëvacueerd; da] de tegenwoordige commandant van dat fort van daar zul worden opgeroepen door een order van den brigadier en chef der divisie van Balavia; dal de opziender van Tjicauw zal zijn gedetailleerd, indien hij wel den ll> cn van Louwmaand 1809. H. W. OAENDELS. 1069 de noodige kofïij-prauweu tot den afvoer der afbraak van Tanjong-poera niel zal hebben bezorgd; en eindelijk, dat de kapitein der artillerie, Schreiuler, zal wezen gesuspendeerd met stilstand van tracteuienl, bij aldien den s'" van Sprokkel maand aanstaande nog eenige overblijfselen van het fort Ie Tanjong-poera aldaar iianwczig zijn. 27 Wintermaand. Voorschriften nopens de wijze van werken van de generale directie. Bij brief gaf Daendels aan den hoofd-administrateur te Samarang het navolgende te kennen. Vermits ik, onaangezien de organisatie van de generale directie volgens de instruclién, die daarvan circulair verzonden zijn, nog aanhoudend wordt' geincommodeert met zaken, die bij de voorschreven directie gehoren, waardoor ik niet alleen noodeloos van gewichtiger bezigheden afgetrokken, maar ook verhindert wordt, dat de bepalingen, bij de evengemelde instructien gemaakt, regelmatig werken en tot hel zoozeer vereischte ensemble worden gebracht, zoo hel» ik de prefecten van Tagal, Paccalongan, Japara en hel lid in hel collegie van administratie der houlbossehen te Kern bang bij aanschrijving van beden gelast om van nu voortaan over alles, belgeen de generale directie concerneert, zooals bij voorbeeld aanvragen van geld of benoodiglheden, beschikkingen 10l hel overbrengen van 's Lands producten en goederen, over- en te kort bevin dingen op uitgeleverde ladingen, voorzieningen aan de ma gazijnen, inkoiipon, aanbestedingen en wal dies meer zij, onmiddelijk met u te corresponderen en speciaal legen den vijftienden van ieder maand aan u in Ie zenden een begrooting der benoodigdbeden van geld en behoef lens voor elke vol gende maand: en daarentegen, van hetgeen aan pagtschat en andere inkomsten gecalculeerd wordt te zullen inkomen, zoomede niet ultimo van iedere maand reguliere stalen van de kas en magazijnen; waarvan ik u kennis gevende tevens aanbevele de voornoemde prefecten, hiertoe ..Ie houden, mits- 1808. H. W. DAENDELS. 107 zijn verboden eenige vrije Javanen, onder welk pretest nok, o|> den voorschreven voel nis battoors of koelies tot hel pres teren van huisselijke en particuliere diensten te houden, hebben wij als nu nader goedgevonden deze bepaling bij plac cate te hernieuwen en aan een ieder kennelijk te maken, gelijk wij doen bij dezen; en wijders tot uitbreidingen heler versland onzer ware bedoeling te verklaren, dal het a;in eenige min gegoede wien het aan vermogen ontbreekt om slaven tot bunnen dienst te bekomen, vrij zal staan daartoe twee a drie Javanen met hunnen vrijen wil te engageren, zooals mede aan de prefecten en andere, gelijkstandige ambte naren, zoo civiele, als militaire, die uithoofde van hunne ambts betrekking tot het aanhouden van eenen grooteren omslag als andere geëmploijeerden zijn verpligt, vergund zal zijn de be nodigde bedienden, welke /.ij niet uit hunne eigene slaven zouden kunnen fourneren, door inhuring van vrije Javanen te suppleren, mits dezelve daartoe op generlei wijze worden gedwongen, maar vrijwillig geëngageerd, en onder deze expresse restrictie, dal alle ambtenaren en geëmploijeerden, zoo civiele, als mili taire, welke zich op de voorafgemelde wijze van vrije Javanen wenschen te bedienen, de opgave daarvan, met aanwijzing van het emplooi van hen te maken, voor primo September aan staande zullen moeten inleveren aan den gezachhebber of prefect van de prefecture, waaronder zij gehooren, en door deze voor den vijfden der gemelde maand weder aan ons, met een gelijke opgave van het getal en de bestemming der vrije Javanen, welke zij voor hunnen dienst begeren aan te houden, ten einde door ons geëxamineerd en van het gevraagd getal Javanen zoovele te worden toegestaan, als wij billijk zullen oordeelen, en tegen zoodanige redelijke betaling, als wij zullen voorschrijven, van welke licentie door ons aan den Oosthoeks gezaghebber en de prefecten van Cheribon en Java, voor zoover hun personeel betreft, en door deze aan alle overige amb tenaren en geëmplooijeerden in hunne prefectures bewijs in geschrifte zal worden verleend, welke bewijzen in iedere préfecture behoorlijk zullen moeten wezen geregistreerd, be- 1809. H. W. OAENDELS. 1070 gaders omtrent al, hetgeen de generale directie betreft, dircclcltjk te correspondeeren met de» administrateur gene raal, aan hem legen den tvvinligslen van iedere maand, builen en behalve de jaarlijkschc generale eisch van bcnoodigdlieden, overzendende de hierboven van de respeclive prefecten gerequi reerde begrooling, daarbij te samen getrokken hetgeen de préfecture van Samarang, na aftrek van hare lusten, voor iedere volgende maand gerekend wordt noodig Ie hebben, de militaire Iraclcmeuten, de uitgaven voor de marine en voor de hout-administratie hieronder begrepen, ten einde in het formeren der maundelijksche linantiële staten van uitgaven daarop Ie kunnen calculceren, excuserende u mij te schrijven over eenige van deze zaken, welke niet de groole politieke helangens bel rellen, en alleenlijk verlangende, dat mij be hoorlijke Blaten van de kas en magazijnen, benevens de aan banden hebbende fimuiliële vooruitzichten, onder ultimo van tedere maand regulier worden aangeboden. 27 Wintermaand. Verplaatsing van de bank van leening te Dalavia. Aangezien de bekende ongezondheid van het locaal in de stad, binnen hel welke de bank van leening gehouden wordt, en dal de mcnschelijkbeid vordert daartegen hoe eer hoe beter te voorzien len einde te verhoeden, dat iemand verder het slagtoffer van de eveugemclde ongezondheid worde; is besloten den direcleur-generaal van 's Konings domeinen en Gnanliën te qualificccreu na een geschikte woning builen de stad om te zien op een gezonde plaats, werwaards de bank van leening zoude kunnen worden verplaatst, en om daartoe len spoedigste aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal voordragt te doen. 28 Wintermaand. Instructie voor dewijkmecslers, binnen en builen Dalavia. Art. 1. üe jaarlijksche verandering of continuatie van de wijkiuecslereii zal geschieden door het collcgie van Schepenen; 1809. H. W, DAENOELS. 1071 cn zullen de onderhorigen van ieder wijk gehouden wezen hunnen wijkmccslcr Ie geven zijn behoorlijke ccre en respect, zonder hem Ie hoonen, injuricren ofte smaad aan te doen, op arbitrale correctie. Art. 2. En opdat de wijkmeeslercn hij een ieder bekend mogen worden, zoo zullen zij alle boven de post van hunne deur doen ophangen een door Schepenen aan hun te geven vierkant schild, waarop de letter van 't blok slaat uitge drukt; ook zullen de respectieve wijkineesleren, in cas van brand als anderzins in offioio agerende, zich moeten omgorden met een willen band of cherpe, ten einde des te beter door een ieder erkend en gerespecteerd te worden. Art. 5. Hel ambt cn de bedieninge der wijkmeesteren zal zijn notitie en regisier te houden van de huizen en woningen, in haar wijk slaande en bevonden wordende, zoo mede wal I'amilien in dezelve zijn wonende, hoc veele personen en van wat natie cn volk, alle helwelke de ingezetenen van ieder wijk verpligt zullen wezen haren wijkmeesler, zoo dikmaal des vermaand zullen worden, getrouwelijk te moeten opgeven, zonder iemand te verzwijgen, inzonderheid vreemde natiën ; op poene daarover aan den lijve of aan het leven, na gelegenheid van zaken, gestraft te zullen worden; zullende de wijkniccslercu de nolilie oflc het register van het in hun wijk bevondene volk jaarlijks voor ultimo van Herfstmaand moeten overgeven aan hel collegic van Schepenen, ten einde door den secretaris van hetzelve eeuc te zamenlrekking te worden gemaakt. Art. 4. Tot meerdere faciliteit van de wijkmecsleren zal een ieder, die uil cenig wijk in een ander komt te verhuizen, mede gehouden zijn den wijkmcesler van de wijk, daar hij uit vertrekt, als ook van die, daar hij in komt, zulks hekend te maken, hetzij zelve ofte door iemand van zijnenlwegen, op poene van drie rijksdaalders, binnen den lijd van tien dagen te verbeuren na de verhuiziiigc, zoowel ten opzigle van de wijk, daar hij uit vertrekt, als in komt, en zulks ten behoeve van stads cassa. 1809. H. W. DAENDELS 1072 Art. 5. Niemand zal eenige personen, heizij Europeër of inlandsche n;itie of Chinesche, in zijn huis ofle woninge mogen innemen, logeren ofte buisveslinge geven, of zal hiervan terstond en voor zonsondergang den wijkmeester moeien kennisc geven, met en benevens het getal der personen en ol' dezelve ook van geweren voorzien zijn ofte niet, op arbi trale correctie. Ail. G. En zal de wijkmeester zulks op het hcrigt van dezelve niel mogen laten aankomen ofte daarin lierusleu, maar /.;il op diergelijke uienschen, in zijn wijk wonende ofte komende te wonen, geduurig zelf een wakend oog moeten houden. Art. 7. Voorts zullen de wijkmeesloren op het huishouden, doen en bedrijf van de lieden van Imiine wijk, waarmede dezelve haar generende en de kost winnende zijn, te lellen hebben; en wanneer zij eenige bevinden zullen, die, niet tegenstaande van haar zelven gene middelen hebben om te leven, hun egter uiel, hevlijtigen iets bij der band Ie nemen om een eerlijk onderhoud te hehben, zoo zuilen zij de zoo dauigen den edelen gerechte dezer stad ofte den drossaard in zijne jurisdictie aangeven, ten einde op derzelver bedrij! nader gelet moge worden. Art. 8. Van gelijken zullen dezelve wijkineeslereu doeu, wanneer zij bemerken, dat in hare wijken, bij dag ofle bij nagl, eenige conventiculen olte bijeenkomsten worden ge houden, op wal wijze het ook zoude mogen wezen, opdat daarin tijdig mag worden voorzien. Art. 0. Wanneer de wijkmeesteren vernemen, dal in hare wijken zich ophouden gedroste lijfeigenen, aan welke door de aldaar wonende ingezetenen huisvesting verleend of de behulpzaame hand geboden wordt, zullen zij direct daarvan kennisie moeien geven aan den drossaard of bailluw, ieder voor zooveel zijne jurisdictie aangaat, die dan zijne bedienden last en order zal geven om de wijk mees leren te assisteren in het apprehenderen van zoodanige gedroste lijf eigenen; zullende de wijkiueesteren, wanneer zij iu de aan- 1809. H. W. DAENDELS 1073 H-AkAAI-UutK DKtL IV. 68 gave manqueren of nalatig zijn, aanspreekelijk gehouden worden voor de gevolgen. Art. 10. De wijkmeesteren zullen, zooveel als mogelijk is, moeien letten, dat de in hunne wijken wonende inlanders, Chinezen of lijfeigenen 's avonds niet het vallen van den avond niet langs de slrnten of wegen, zoowel binnen, als buiten de stad, gaan of met een prauw ofte ander vaartuig op- en iifvaren zonder een brandend licht bij hun te hebben; zul lende de wijkmeesteren die zulks overtreden, vermogen te apprehenderen en voorts in arrest houden, mits den volgenden ochtend aan den bailluvv overgevende. Art. 11. Eenig ongeluk (dat God verhoede) van doodslag, kwetsing, roof of diergelijke komende te geschieden, zoo zal de wijkraeesler van de wijk, in dewelke hetzelve voorvalt, zoo haast hij daarvan kennisse zal hebben bekomen, zulks zonder eenig verlet ter kennisse brengen van den advocaat fiscaal, bailluw ofte den drossaard, ieder in zijne respective jurisdictie, opdat de misdadigers agtervolgt en in hegtenis geraken mogen, daar dezelve wijkmeesleren ook gehouden zullen zijn na haar vermogen de hand toe te bieden. Art. 12. Eude opdat de voorschrevene wijkmeesteren bij tijden van brand ofte ander ongemak Ie beter het oog mogen hebben op de ingezetenen van haar wijk, voornamentlijk de vreemdelingen, zoo zullen dezelve in zoodanig geval zich in haar wijk blijven verhouden ende geduurig door dezelve de ronde doen, zonder gehouden Ie wezen, volgens de ordon nantie van de burgervvagt, voor het stadhuis ofte elders te compareren, van welke ordonnantie zij voor zooveel zullen worden geëximeerd en verschoond. Art. 13. De burgwallen ofte kaijen, die ingestort ofte vervallen zijn, zullen weder door de eigenaars der huizen en erven, voor welke het ingevallen is, volgens gedane of nog te doene rooijing moeten voorzien ofte nieuwelijks hegt ende bestendig opgehaall worden, 't geene de wijkmeesteren de zelve zullen belasten te volbrengen op zekeren daartoe te stellen lijd, doch bij maiujueiuent ofte nalatigheid zulks 1809. H. W. DAENDELS. 1074 bekend maken aan den heer President van Schepenen, die dan aan dezelve wijkmeesteren last en order zal geven om het werk bij aanbesteding ten eersten te mogen doen effec tueren en dat lot laste van gezegde eigenaars der huizen. Art. 14. De steene paden langs de huizen al voor langen tijd gelast zijnde compleet op te maken, zullen de wijk meesteren bezorgen, dat de eigenaars der huizen en erven dezelve zoodanig na de rooijinge voltrekken en die nu en dan ontramponeerd en beschadigd komen Ie worden, weder her maken ofte bij onwilligheid daarin D 6 zoodanig handelen, als bij het jongst voorgaande 15* artikel staat uitgedrukt. Art. 15. De gooien ol' riolen voor de huizen in de straten, zijnde de losinge van hel regenwater, als anders, zullen afloopen lot in de graglen en een ieder voor zijn deur ten minste twee maal 's weeks dezelve moeten schoonmaken, opdat alzoo alle stank en daaruit resulterende ongemakken en twisten der buren geweerd ende verhinderd worden, waarop de wijkmeesleren mede zullen hebben te letten, mitsgaders de onwilligen zulks gebieden in te volgen; doch, zij daarna niet luisterende, zullen zij de gebreken als boven laten remediëren lot laste van degenen, die daarin weigerig en ongehoorzaam bevonden worden: maar, zoo iemand de gooien bedekken wilde, zal het met een losse toeslaande plank mogen doen, doch met stecnen niet verder dan zes voeten in de lengte, op poene van zulks weder tot eigen kosten te doen opbreeken. Art. 16. Bij aldien zich eenige gebreken aan de wegen oi' bruggen in en rondsom de stad of verderop komen te openbaren, zullen wijkmeesleren daarin terstond moeien voorzien, heizij dat dezelve door de ingelanden moeien worden onderhouden en hersteld, of bij kennisgave van wegen Schepenen geremedieerd worden: gelijk zij behoorlijk mede agt zullen geven, zoo op het uitdiepen der rivieren, als ins gelijks der kreeken en doode vaarten, zoomede het schoon houden der moerassige slreeken, hel gelijk maken der gronden en zuiveren van alle kreupelbosch en ruigleus. 1809. H. W. DAENDELS. 1075 Art. 17. En dewijl het somtijds komt te gebeuren, dat de slaven, hetzij uit luiheid of kwaadaardigheid, de vuilnis buiten de bakken op 's Heereu wegen, grachten of rivieren werpen, zouder dat juisl dezelve daarop van de dienaars der justitie geattrappeerd komen Ie worden, zoo blijven de wijk meesteren mede gequalificoert binnen hunne respeclive wijken zoodanige slaven ofte sla vinnen de olficieren ofte hunne substituten aan wijzen om daarover op derzelver simple getuigenis gestraft te worden. Arl. 18. Inzelver voege zullen zij voorkomen, dat 'sHeeren wegen en slooten met het inspringen van opstallen niet be lemmerd, noch door buffels of ander viervoetig vee vertreden en bedorven worden, maar zullen, bij bevinding van dien, dat door de eigenaren, dien het incumbeerd, doen beteren, in trekken of wegruimen, zullende bij onwilligheid zulks ten hunnen kosten gedaan worden. Art. 19. Ten einde alle disputen en misverstand aangaande het waterschutten aan de landerijen, zooveel mogelijk, te preveniëren zullen vvijkmeestereu bij een distincte notitie jaarlijks aan Schepenen opgeven, hoeveel bandongangs of waterschuttingen in ieder wijk gevonden worden, niet bekend stelling wie daarvan eigenaars zijn, zoomede of dezelven van houtwerk en steen dan alleen van klei en aarde zijn gemaakt, als ook wanneer en hoedanig de eigenaars dier bandongangs qnalificalie hiertoe hebben ontvangen, dan wel in 't geheel niet, item hoeveel roede zaailand door ieder bandongang moet besproeid worden en laatstelijk welke en hoedanige bandongangs zouden kunnen worden uilgespaard en door buren geholpen, waarna eene evenredige verdeeling zal kunnen gemaakt worden omtrent het voor ieder grond benoodigde water en dienvolgens order gesteld op het sluiten en openen van de bandongangs. Art. 20. Laatstelijk zullen wijkmeesleren op alles toezicht houden, wat in hunne wijken of buurten mogte komen voor te vallen ofte gebeuren; en in hetgene hierboven niet is geêx presseerd, verplicht zijn zich te gedragen aan de orders, die 1809. H. W. DAENDELS. 1076 hen van wege Schepenen inoglen worden gegeven, zoo ten aanzien van het onderhoud der wegen, bruggen, als ook betrekkelijk hel openen en sluiten van waterschuttingen of bandongangs, mitsgaders helgenc hij bet reglement op hel braiidblussen ten hunne respecte voorkomt, en in 'l generaal alles, helgeene eene goede politie aangaat, stiptelijk obser veeren en achtervolgen. Art. SI. En opdat een ieder, die het aangaat, hiervan kennisse moge liebhen ende niemand wellelijk ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zoo zal deze ordonnantie in de Hollandsdie en inlandsche talen ter gewone plaatse worden gepubliceerd en gealligeerd, mitsgaders door den druk gemeen gemaakt om alzoo de respective wijkineesleren te dienen tot hun narigl en observantie. Zie ook 18 Lentemaand 1810. 28 Wintermaand. Voorschrift nopens de tlandaks-gelden" in den Oosthoek. De Regering willigde het verzoek van den prefect te Soerabaija in, dat »de zoogenaamde landaks gelden uit den Oosthoek, welke bevorens naar Samarang wierden overgemaakt en ten proftjte kwamen voor '/s van den Raad van justitie aldaar. '/ 3 van diakonij-armen en '/, van liet proveniers-huis, alsuu moglen komen ten faveure der justitie en diakonij-armen te Sourabaija, ieder voor '/» gedeelle, en het laatste '/ s mogl verblijven aan bet proveniers-huis te Samarang". 28 Wintermaand. Bepaling, dal voor uitvoer van rijst uil dan Oosthoek naar de onder Soemenep bchoorende eilanden 35 rijksdaalders per kotjang zoude betaald worden. Voor uitvoer van rijst naar den overwal bestond reeds hetzelfde uitgaande recht. — Zie 15 Febnmiïj 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 1077 28 Wintermaand. Last op de eigenaren van landen langs den Ooslcr-weg van Batavia naar Builenzorg dien weg ie onderhouden. Onbewust van de verplichting dier eigenaren om den be doelden weg te onderhouden, had Üaendels dal onderhoud iiilbesleed (Zie bij 15 April 1809). Sedert beter ingelicht, bepaalde hij »de aannemers van het onderhoud der üoslerweg te ontslaan vnn het niet hun nangegaan verdrag en het maken en onderhouden van ge melden weg in dien staat v;m perfectie, waartoe de overige publieke wegen langs dit eiland meerendeels reeds gebragt /ijn, te laten doen door de eigetiiiren van de landerijen, langs dezelve gelegen of onder dezelve getrokken wordende, na een nieuw te ontwerpen tarief, met verwerping van het voorstel van President en Schepenen om de eigenaren van voor schreven landen daarvoor eenigc betaling te accordeeren, als genoegzaam de ecnigste last zijnde, welke de particuliere landen in de ommelanden van Batavia te dragen hebben, zeer verschillende van de drukkende imposilien en verpon dingen, waaronder dezelve in andere landen liggen: voorts om hetgeen reeds voor den Oosterweg sedert Wijn maand 1808 door het gouvernement is bekostigd, door ge melde landeigenaren te doen restitueeren en hel montaut van dien provisioneel ten hunnen laste hij de weeskamer te negolieeren, tol dat zij daarvan teruggave aan gemelde kamer zullen hebhen gedaan". Zie ook 14/20 Sprokkelmaand en 27 Zomermaand 1810. 28 Wintermaand. Verplaatsing van de pasar Ie Baia, Itoofd-negorij van het land Djasinya, naar de kampong Kedawon. Allerlei voordeelen waren volgens Daendels aan deze ver plaatsing verbonden. 1809. H. W. DAENDELS. 1078 29 Wintermaand. Voorschriften nopens vaatwerk. De heer president heeft namens zijne excellentie, den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal, de volgende stukken ter tafel van hunne hoog Edelheden overgelegd en daarop voor gesteld, als: op een voordragt van den heere directeur generaal, van IJsseldijk, daar hij opziglelijk hel successive aangemaakt, verstrekt en verzonden wordende vaatwerk, ter voorkoming, dat hetzelve niet tot allerlei klein gebruik verwerkt, maar behoorlijk verantwoord wordt, voor eene vasle cynosure dieo aangaande voorstellende: Ten eersten: om al het vaatwerk, hetwelk met dranken, dan wel drooge of natte waaren, tot olij inclusive, n;i de buiten-kantoren gezonden wordt, op het cognossement te noteeren en het kantoor, werwaarts die verzending geschiedt, voor het kostende te belasten, tol zo l;mge de terugzending zal hebben plaats gevonden. Ten tweeden: om het gemelde vaatwerk tot geen ander gebruik te doen bezigen als alleen in de Oosterschc pro vinciën tot de benodigde waterleggers voor hel guarnizoen en zulks niet anders als op aanvrage van den militairen com mandant en besluit van deu prefect, dan wel op Macasser en Ternaten van den militair en civiel commandant, met last daarvan de generale directie vervolgens te informeren. Ten derden: om al het kleine vaatwerk generaliler op alle plaatsen bij aanbesteding te doen aanmaken, waartoe het land, des noods, de vereischt wordende materialen tegen bepaalde prijzen zal fourneren: en om dit mede op Java te doen gevolg hebben met water vaten, die aldaar voor het garnizoen worden gebruikt. Ten vierden: om alle vaatwerken, die aan de marcherende troepes of wel aan militaire campenienlen en de daarbij zich bevindende hospitalen verstrekt worden, voor rekening van de respeclive commissarissen van oorlog te doen voortlopen, welke daarvan ordonnantien of bewijzen zullen verleenen en 1809. H. W. DAENDELS. 1079 verder zoodanige arrangementen maken en orders stellen, als noodig zijn om de vaatwerken na behoren te verant woorden: met last aan den finantie-boekhouder hiervan apart hoek te houden en om mitsdien de opgaven van de verstrekte vaatwerken voortaan aan denzelven te laten afgeven. Voorts dit artikel mede applicabel te maken voordeguar nizoenen in de groote Oost en elders, alwaar de plaats-majoor voor het gedagle vaatwerk zal worden belast. Ten vijfden : om de dagelijksche verstrekking van vaatwerk tot berging van randzuenen voor het vaste guarnizoen niet anders dan op ordonnantie van den commissaris van oorlog of den plaats-majoor (e doen geschieden, welke zullen moeten zorgen, dat hetzelve wederom verantwoord of hij den inventaris van de respective koiupagnien bekend gesteld worde; en Ten zesden: om de verantwoording, zoowel van het ge schoofde, als van hel oude en onbekwame vaatwerk te laten geschieden, als van de hoepels bij de piesen en het gewigt en van de duigen bij het getal: om dien conform te besluiten; zoo is goedgevonden en verslaan lot deze voordragl te concurreren eii dien conform dezelve te arresteren. " SS ss • trekking van de belasting voor Chinezen, vastgesteld op -£ Julij 1808. Bij een rekest gaven de Chineesche officieren te Batavia aan de Regering te kennen, »dat zij in Grasmaand 1808 (') door deze regeering lot een middel van bestaan waren be gunstigd geworden met de permissie om van eiken Chinees, boven de bij de pacht-condilien bepaalde heffing van 15 sluivers of hel hoofd-geld der Chineezen ten profijte van den Lande, nog 1B gelijke stuivers te mogen vorderen, hetgeen echter bij latere bepaling eenlijk tot de vermogenden was gerestringeerd; (■) Zie bg Sjgï 1808 1808. H. W. DAENDELS. 108 vorens aan de belanghebbenden te worden uitgereikt: terwijl eenig ambtenaar of geftmploijeerde, het getal zijner in dienst genomen Javanen in der lijd wenschende te vermeerderen, zich daartoe, ter verkrijging van het benodigde consent, zal hebben te adresseren op denzelfden voet, als hierboven in het breede is aangegeven, sub poene, dat, wanneer bij eenige van dezelve vrije Javanen tot huisselijke en particuliere dien sten worden gebruikt boven het getal, daarvoor uitdrukkelijk toegestaan, dan wel dat de volgens verkregen licentie in dienst genomen Javanen niet behoorlijk worden betaald, door den gebruiker zal worden verbeurd voor ieder zoodanigen Javaan een amende van honderd zilvere ducatons, de eene helft ten faveure van den fiscaal of die daarin zal officieren en de weder helft ten voordeele van den aanbrenger, op uitspraak, welke de prefect, onder wiens ressort de calange geschiedt, na een behoorlijk onderzoek zal doen, behoudens het regt voor den beklaagden om, zich bij die uitspraak bezwaard vindende, zich aan ons te adresseren; terwijl, indien de pre fecten zelve zich aan de overtreding van deze wet mogten schuldig maken en daarvan worden overtuigd, dezelve zullen worden beschouwd als verlaten van hunne posten en onge schikt 0111 den Lande immer ofte ooit weder te dienen. Ontbieden en bevelen den gezaghebber van Javasch Oosthoek, de prefecten van Samarang en Gheribon en van de verdere kantoren van Java, zoomede den fiscaal van Samarang en alle andere officieren en justicieren, om te waken en Ie doen waken, dat de inhoud dezes stiptelijk en zonder eenige af wijking word achtervolgd, naardien wij zulks ten nutte van Zijner Majesleits dienst en ter bevordering van het algemeene welzijn alzoo bevonden hebben te behoren. En opdat niemand hiervan eenige onwetenheid voorwende, zal deze op de kantoren van Java en insgelijks te Cheribon worden gepubliceerd, mitsgaders geaffigeerd, ter plaatse ge bruikelijk. Volgens Daendels, Staat enz., bladz. 4(5, had de resident 1809. H. W. DAENDELS. 1080 dat de jongst ontslagen kapitein der Chineezen, Gouw Tjansie, bij een requesl aan zijne excellentie den Maarscbalk en Gouverneur Generaal had opgegeven uit deze impositie niet te kunne» dekken de ongelden, waartoe hij en de luitenants ambtshalve waren verpligt, en dat het welnielde zijne excellenlie had behaagd aan President en Schepenen het maken van een nadere omslag dezer belasting op te dragen, waar door aan de daarmede gebuteerde intentie beter zoude kunnen worden voldaan; dan dal het echter bij de voltrekking van dezen last aan President en Schepenen, zoowel als aan de Chineesche officieren was geconsteerd, dat meer gedachte belasting in gemoede niet verder was te extendeeren als tot een aantal van ruim 1400 Chineezen en dat, vermits liet provenu dezer heffing over een zoo gering getal Chineezen bij lange na niet toe reikende was om daaruit te vinden de onkosten, welke zij, supplianten, verpligt waren te maken, en tevens in aanmerking genomen hebbende het compleet verval van alle takken van handel en bronnen van beslaan, waar door de Chineezen ten uiterste gedrukt wierden en de vroegere welvaart te ver geefs zou worden gezocht, zij om die reden liever wenschten eene geheele intrekking van deze belasting te verwerven als het weinige te percipieeren, hetgeen dezelve zou kunnen afwerpen; aannemende uil hun privé de kosten te dragen, welke zij ambtshalve moesten maken en wel lot zoo lange, de tijds omstandigheden gunstiger zijnde, zij gelegenheid zouden vinden hieromtrent een nader voorstel aan deze regeering te kunnen doen". Het baart voorzeker geene verwondering, dat dit verzoek werd ingewilligd. 50 Wintermaand. Voorschri/t nopens rekesten van zee officieren. Is besloten te bepalen, dat de officieren en andere geëm- 1809. H. W. DAENDELS. 1081 ploijeerdens van de marine voortaan bij het inzenden van adressen, requesten of verzoekschriften aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal gehouden zullen zijn dezelve alvorens voor gezien te laten leekenen door den havenmeester van hel departement, waaronder zij sorteren, ten hlijkc, dat de daarin vervatte |iositiven met de waarheid overeenkomstig zijn. 31 Wintermaand. Reyeliny van den geneeskundigen dienst bij de marine-school , de equipage-werf en de gevange nissen Ie Samarany. Is besloten den genees- en heelkundigen dienst aan de zieken in de marine-school en de equipage-werf, mitsgaders aan de gevangenen hij den Naad van justitie en den landraad te Samarang, in stede van door den stads-chirurgijn, voortaan Ie lal en waarnemen door een der officieren van gezondheid van het guarnizoen aldaar, die zich in allen deele zal moeten gedragen aan de hij de regeling van den genees- en heel kundigen dienst voorgeschrevene bepalingen, onder eene toe lage van vijf en twintig rijksdaalders, zilver geld, 'smaands, alsmede dat «Ie geneesmiddelen en verdere henoodigdheden voor de opgemelde zieken op de voorschriften van gedachten olïicier van gezondheid uit de apotheek van het hospitaal te Semnrang zullen worden verstrekt en dat van deze te doene verstrekkingen de apotheker van welmeld hospitaal gehouden zal zijn behoorlijke aanleekciiing te houden ten einde hij het uiteinde van ieder jaar aan den voormelden Raad van justitie en landraad de gemaakte onkosten in rekening kunnen worden gebracht. REGISTER VAN NAMEN. 1083 Awen, 330, 342. Babakan, 877, 967. (districl), 835. Bachman, K 49. Badjoa, 531. Baia, 1077. Bajabang, 1021, 1035, 1034. Bakan, 551. Bakoelang, 559, 602, 898. Baleniboangan, 543. Bali, 335, 386, 432, 628, 629, 1034. » -Badoeng, 482, 851, 578. » -Sasak, 1054. » -nezen, 364, 591, 625. 1047. Baljée, 306. Bambang Soelikno (raden), 56. Banda, 53, 65, 66, 82. 83, 340, 351, 417, 418, 551, 878, 591, 707, 708, 724— 726, 729, 819, 820, 848, 968, 972 974, 978—981, 983, 987, 988, 990, 1002, 1018. Bandjar, 602,900, 1021, 1034. ■ -anjar, 342, 900. • -raasin, 67, 83, 310, 410, 551, 578, 727, 931. Bandoengan, 559, 898. Banger, 84, 172,182,298,541, 899, 900, 971. Bangil, 42. 34, 172, 176, 182, 298, 541, 899, 900, 971. Bangkalang, 160, 163, 219, 229, 831. Bangkalis, 851. Banglis, 864. Banjoewangi, 48, 83,160,168, 173, 221, 229. 298, 340, 343, 644, 820, 901. Bantam, 67, 69, 79, 82. 89, 189, 192, 228,310, 317, 382, 334,338, 387—359, 369,570, 373,375,590—393, 401, 451, 518,341, 556, 064. 693, 700, 730, 741, 746,786, 803, 804, 817,857, 863, 870, 920, 924, 936, 981, 938,973, 1010, 1020—1022. 1025 — 1027, 1038, 1047—1049. • -mers, 364, 850. Bantanan, 864. Bantjar, 899. Bantjoeng, 330. Barawa, 897. Barends (A.), 308, 849. « -weg, 535. Baroe, 897. Baslé, 54. Ba tang, 172, 180, 298, 338, 550, 464, 712. 7 IS, 741, 742, 760, 897. Batoe-bara, 551. » -djaja, 927. » -tjèper, 603, 865. REGISTER VAN NAMEN. 1084 Ba wen n, 160. 168, 175, 187, 229, 298, 343, 902, 904. Bazel (van), 507. Beer (II.), 196, 255, 545. Belindjoc, 881. Bekasi, 552, 535, 865 865, 958. (land), 103—105. Belahan, 595. Belvedère (fort), 55. Benawang, 654. -koeion, 569, 968. -welan, 569. 968. Bengalen, 551, 725, 1046. Bengawan, 486, 496. Benkoelen, 725. Bermi, 338, 559. Besoeki, 177, 182, 655, 901, 906. Betting, 507. Beasechem (van), 1, 307. Beijnon, 307. Biliton, 881. Bima, 551, 696, 1054. Blahan, 562. Blanck (.1.), 254, 509. Blandoengan, 590. 819, 560. Bloem, 510. Bock (A. B. de), 507, Bodjong-kelor, 828. » -sari, 105—105. Boeginezen, 175, 194, 269, 270, 364, 508, 509, 623, 640, 641, 1011. Boeijen (burger) te Batavia, 205. Boeijen (Lands) Ie Batavia, 598, '.112, 997. 998. » (stads) te Batavia, 997, 998. Bocja-negara, 362, 593. Bockholtz (F. van), 980. 981. Boelekoniba, 696. Boeini. 897. Boender, 342, 901. Boeroe, 982, 988. Boers, 307. Boe ton, 881. » -ners, 625. Bogaard (van den), 307. Bojolali, 179, 180, 3JB, 326, 825, 897, 1005. Bolang, 851, 918. Bonang, 899. Bongas, 589. Boni, 551 Bonthain, 696. Bontong, 898. Boodts (J.), 760, 761. Boom (de) te Balavia, 41, 214, 224-22(1, 552, 535. 584, 587, 591, 592, 594. 421, 570, 616. 759—741. Borneo, 227, 881. Bouberg, 507. Bourbon, 725, 877. Braam (F. van), 310, 549, 550. » (J. A. van), 509, 468, 702, 720, 730, 744, 764, 821, 959, 960. Brahan, 330, 340. REGISTER VAN NAMEN. 1085 Brandel, 520. Brébes, 172, 180, 234, 298, 326, 327, 339—341, 545, 718, 878, 898. Broek (van den], 188. Budach, 308, 509, Buitenkerk Ie Batavia, 820. ■ -zorg, 517, 519 --521. 546, 550, 574, 575, 450, 518, 521. 525, 350. 558, 536, 566, 367, 605, 612, 616, 645—665, 677, 816. 857, 865, 865-867, 1007, 1010, 1021, 1022, 1026, 1028, 1054, 1059, 1047, 1077. • Busscher (J. ï.), 232. Buys (H.), 345. Buyskes (A. A.), 506, 546, 468, 611, 879, 960. Canlebeen, 506. Canler Visscher, 506. Cassa, 508. Caltenburgh (H. J. van), 508, 895. Caulier, 508, 593, 865. Celebes, 694, 1067. Cbamp de Mars, 874. Chassé (P. F.), 506, 535, 554. 320, 827. Cheribon, 40, 67, 69, 79, 82. 84, 85, 87, 106—109, 114, 115, 156, 194, 279, 505, 516, 378, 379, 584, 387, 589, 592, 406, 474, 473, 478, 489, 497, 600, 801, 505, 504, 509, 310, 528, 568, 627, 673, 686, 706, 709, 714, 750, 744, 746, 765, 766, 769, 805,816— 818, 868, 870, 920, 956, 981, 968, 974,1009, 1011, 1021, 1022, 1027—1029, 1054, 1058, 1046, 1052. 1068. China, 58. 84, 267,268, 271. 272, 555, 586, 611, 734, 904, 946, 975, 1028. Chinezen, 49, 58, 59, 89, 96, 120, 125, 152,155, 165, 175, 194,254, 255,262,265,267— 272, 285, 505, 527, 538—545,555,364, 571, 579, 587, 589, 591, 594, 420,426, 477,500,501,508- 511, 526, 546,548, 566, 567, 570, 575, 600, 601, 615,627, 656, 640, 641, 700, 701, 749, 766, 769, 773, 861, 885,884, 896—902,907,909, 910, 916, 965,964, 998, 1000, 1011, 1045, 1049, 1055, 1057, 1060, 1072, 1075, 1079, 1080. » (gewapende), 611. Coenraads (R.j, 252. REGISTER VAN NAMEN. 1086 Constructie-winkel te Soera baja, 42, 45, 46. Cramer (C. F.), 254. Daalzicht, 907. Dekker, 907, 908. Demak, 62,82, 172, 181, 187. 249, 265, 260, 275, 297. 559. 540, 650, 705, 712, 718, 764, 7ü5, 897, 898. Denambo, 105, 105, 555. Denemarken, 968. Denen, 965. üepok, 865. Diamant (fort), 552, 560. 564. Dilangoe (eiland), 542, 901. Dirksz (S.), 507, 520. Djalapa, 851. Djaman Abdoe'llah. 625. Djainhi, 551. Djamhlang, 877. Djamhoe, 707, 825, 1005 Djampang-ilir, 854, 067. -oedik, 854, 007. Djasinga, 555, 388, 550, 501, 569, 570, 574, 575, 390, 558, 605, 865, 1077. Djedoeg, 878. üjelei, 551. Djeletran, 854, 007. Djembajat, 878. Djenggot, 851. Djenoe, 900. Djetis, 717. Djipat, 898. Djitak, 898. Djoeana, 40," 173, 181, 183, 184, 298, 559, 474, 608, 712, 718, 825, 879, 898, '.)74, 1081, 1034. Öjohor, 551. Djokjokarta, 65, 65, 82, 85, 110, 203, 221, 234, 274, 509, 468, 470, 578, 821, 822, 870, 905, 920, 1005. Doea-ratoes, 520. Doekoen, 342, 000. Doekoe-salain, 877. Doelij (J.), 188. Doerian-sariboe, 103 108, 555. Doniinicus, 880. Doornik, 507. I)rossers-|tad, 910. Diiilen-inunt te Soerabaija, 40. Dwars in den weg, 574, 864. Edam (eiland), 881, 958. Eekhout, 507. Ekenholm, 309. Emmerik (D. van), 252. Engeland, 504, 685, 965, 965. Engelhard (N.), 62, 185,506. (P.), 509, 520. Engelschen, 554,725,725,729, 861, 869,875,965, 1018. Equipage-werf te Batavia. 155, 406, 454, 516, 552, 721, 740, 748, 749, 884. » te Saiuarang, 1081. REGISTER VAN NAMEN. 1087 Europa, 2, 3, 59, 231, 402. 420, 421, 442, 465. 534, 595, 946, 955, 1028. 1045, 1057. Europeanen, 2, 3, 14, 17, 18, 53, 54, 115. 116, 175, 321. 327, 498, 499, 511, 522, 527, 571, 581, 584, 585, 672. 724. 769. 772 — 774, 778, 781, 998. 1000, 1072. Filerea ux, 611. Fik (J. P. F.), 506, 875. Fluit (de), 574, 864, 958. Franschen, 991. Fredrikze (H.), 599. Prees (de), 43, 44. Gabang, 359, 579, 589, 474, 486, 568. 898, 968. Galderijen-hurg, 611. Galoeh, 316, 475, 629, 650, 728, 871, 911. Ganggang, 602. Gavork Manoek. 508. Gedong-badak, 105-105,535, ' 865. » -koesambi, 828. Geerliuida-baai, 958. Generaals-wacht te Batavia, 625. Gerlach (J. H.), 252, 399, 601. Gianjar, 452. GUian, 342, 901. Gili-genling, 342, 901. » -radja, 342, 901. I Ginting (kampnng), 54. I Glonggong, 164,173,298, 474. Goa, 551. » -djero, 899. • -troes, 341, 900. Goliang (district), 855. Goedbloed, 817. Goelanlji, 562, 395. Goemoelak, 180, 337, 358, 896. Goenoeng Goentoer, 672. -sari, 857, 864,910. Goldbarh (P. A.), 232, 253, 309, 650. Gorontalo, 723, 724, 774, 978, 979, 981, 986, 987. Gouvernement (generaal) ie Ba lavia, 471, 527, 556. 947, 948, !>56. Graan-raagazljn Ie Batavia, 85, 203, 406, 455, 459, 547, 722, 756, 868, 913. Greeve (J.), 461. Grinding, 571, 853,855,967. Grissee, 48, 160, 161, 164, 172, 176, 182, 187, 219, 221, 228, 281, 298, 333, 335, 336, 542, 545, 584, 585, 587, 392, 474, 602, 712, 768, 801, 885, 900, 901, 903, 971, 974, 1047. Groenewald, 875. Grogol, 164, 548, 556, 858, 865, 865. Groningen (kruithuis), 625. Groninger gracht, 907. REGISTER VAN NAMEN. 1088 Groot (I.), 547. f.ulzlaff (von), 506. Guyana, 725. Halewijn, 574. Haroekoe, 982, 988. Hartman (A. C), 418. Hartzinck (A.), 87. Heem raden-tuin, 519. Hreren-logement te Batavia, 95, 90, 195, 591, 835,880,988, 927, 1047. » te Sourabaija, 962. Hek (J. van), 507. I leppend- (J.), 1, 5, 685. Hesselaar (J.), 55, 509. Heukevlugl, 507. Hila. 982, 988. Hillegert, 595. Hoesen (W. van), 61, 506, 919. Holland, 549. (koningrijk:. 2, 255. Holle, 506. Holniberg de Beckfeld (N. A.), 254 Hoorn (J. J. van), 252. Hospitaal (binnen) te Batavia, 671. » (buiten) Ie Batavia, 571, 551, 590, «72. » (Chineesch) te Bata via, 203, 473, 666, 667, 671, 672, 855, 929, 1051. Hospitaal (Chineesch) teSama rang, 262, 267, 209—273. Houtkap (de) te Batavia, 590, 760. Ilijmeriks, 508. Iges, 611. He de France, 421, 725,877, 968, 1028, 1046. Ingen (R. van), 252. Indragiri, 581. Indraraajoe, 39, 378, 379,584, 387, 389, 4116, 509, 516, 824, 974. Jakalra, 95, 1019. (fort), 626. » (koningrijk), 6ÜB. (post), 471. Janssen (N.), 508. Janssens (J. W.), 874. Japan, 84, 734, 904, 930, 946, 975, 102.5. Japara, 40, 160, 164, 172, 176, 181, 185—185, 196, 218, 219, 221, 229, 254, 265, 272, 274-276, 279. 280, 282, 285, 286, 290, 298, 526, 559, 540, 474, 712, 718, 824, 879, 898, !iü2, 974, 1017,1085,1069. Jassoy, 508. Java, 1, 59, 55, 67, 68, 76, 77, 82, 83, 86, 107, 109, 117, 123, 151, 152, 194, 206, 218-220, 228, 627 — REGISTER VAN NAMEN. 1089 H.AIAIT-UOKÏ UKKI. XV. 00 629, 664, 724, 750, 748, 766, 768, 777, 805. Java's Noord-Oostkust, 49,69, 76, 79, 106, 109, 114, 157, 159, 169, 205. 207, 254, 301, 502. 527, 592, 464, 468. 469, 500, 505, 512. 823, 652, 702, 705, 706, 707, 709, 710, 762, 769, 778, 821, 822, 824, 825, 832, 870, 874, 896, 903, 911, 920, 924, 1038, 1046, 1047, 1068. » Oosthoek. 144, 161, 169, 176, 181, 187, 190, 196, 210, 216, 250, 546, 383, 598. Javanen, 45, 63, 107, 108, 114, 157—159,161, 174, 175, 177, 178, 254, 275, 286, 289, 301, 534, 348,351, 579, 477, 500, 546, 562, 654, 650, 704, 705, 765, 769, 775, 795, 826, 1017, 105!',. (Ooster), 623, 624. (Wester), 625, 624. Jong (de), 611. Jongkind (G.), 520, 554, 880. Jonker (J. J.), 254. Kaap de Goede Hoop, 965,1028. Kadamandala, 878. Kadaoen, 927. Kadghien, 308. Kadilangoe, 898. Kadjamboe, 9(52. Kajeli, 551. Kalang, 359. Kalang's, 139, 164, 548. Kali-anjar, 341. >• -bebal, 558, 559, 897. » -djaroeug, 878. " -gavve, 557, 896. » -mas, 878. » -orang, 558, 897. » -tjetocng, 338, 897. » -vvoengoe, 172, 180, 181, 298, 538, 703, 712, 718, 896, 897, 1041. Kaïndra, 562, 395. Kaloerahau, 854, 967. Kambodja, 535, 386, 551. Kamp (Chineesche) te Batavia, 519, 549, 559, 701, 858, 911. » (Boegineescbe) te Sa marang, 897. » (Chineesche) te Sama rnng, 896. » (Maleische) te Sama rang, 897. Kampar, 551. Knmphuis, 508. Kampong bahroe, 625, 864. Boegis, 858. Malajoe, 519, 320, 623. 1808. H. W. DAENDELS. 109 van Sumanap niet minder dan 400 vrije lieden zonder betaling in dienst; bij reizen van den gouverneur van Java's N. 0. kust en van andere aanzienlijke personen werden »op iedere • rustplaats" tot 5000 koeli's opgeroepen. 1 Augustus. Invoering van een ambls-zegel voor militaire autoriteiten. In ampliatie der resolutie van den '2 en dezer omtrent bet gebruik van het zegel van den Staat door alle geconstitueerde civiele autoriteiten is besloten de chefs der onderscheidene regimenten en andere corpsen van 's Konings armee in Indien, zoomede alle andere, militaire commandanten, insgelijks Ie gelasten zich tegen den eersten Januari] van het volgende jaar of zooveel vroeger, als zij zich daartoe in staat zullen kunnen stellen, te voorzien en in hunne otïicieele relatien te bedienen van eeu zegel van den Staal, voerende van onderen of om den rand, van de linkerhand naar de regier, zoodanige inscriptie, als overeenkomstig is met. de bijzondere betrekking van iederen militairen chef, bij voorbeeld: generale staf, eerste regiment infanterie, commandement van deu Oosthoek, enz. 15 Augustus. Invoering van een ambls-zegel voor in landsdie regenten. In ampliatie der resolutie van den 2 Bn dezer omtrent het gebruik van het zegel van den Slaat door alle civiele autori teiten en die van heden ten aanzien der militaire chefs en commandanten is besloten de inlandsche regenten, zoo van de Jaccatrasche en Preanger bovenlanden, als van Java en Cheribon, insgelijks te gelasten zich met primo Januarij aanstaande of zooveel vroeger, als zij zich daartoe in staat zullen kunnen stellen, te voorzien en in hunne officieele relatien te bedienen van een zegel van den Staal, van onder, van de linkerband na de regter, ten opschrift hebbende den naam van een ieders regentschap en voor zoodanige regentschappen, welke den naam voeren der prefectures, waaronder zij gehooren, gelijk REGISTER VAN NAMEN. 1090 Kanakan, 339, 898. Kandang-auer, 589, 968. Kangaraksan, 389. Kangean (eiland). 342. 901. Kanton, 551. Kapong, 542, 901. Karang-anjar, 538, 897, 900. . -asem, 339, 878. 898. » -dowo, 901. » -hantoe, 1048. » -paroeng, 860. » -samhoeng, 310, 517, 379, 589, 496, 516, 655, 871, 1020, 1029, 1059. » -tengah, 89(i. » -widara, 896. Karlang, 339, 898. Karwelaan, 602. Kasepoehan (Sultan), 686, 690, 710. Kasesi, 877. Kasoemha, 551. Katapang, 605, 863, 958. Katewel, 551. Katjerihonan (Sultan), 087, 690, 710. Kedawon, 1077. Kendal, 172, 180, 298, 358, 351, 703, 705, 712, 718! 896, 897, 1041. Kepoh, 342, 900. Ketelaar, 307. Ketting (post de), 101, 471, 554, 574, 865, 907. Kieverlijn, 309. Kilian, 308. Kinanli, 717. Klatten, 470, 1008. Meeden-pakhuis Ie Batavia, 85, 154, IBS, 198, 200, 202, 400. 458, 459, 547, 608, 722. Kleeding-pakhuis (*8 Lands), 580. Klenteng, 390, r.io, 560. Klip (punt de), 62!'». Kloprogge, 185. Knaap (H. B.), 234. Knops, 157), 309. Koek (de), 44, 346, 1017. Koedoes, 170, 172, 181, 298. 712, 718, 8211. KoeDingan, 486, 568, 968. Koepang, 987. Koeripan, 605, 834, 855, 86."». 967. Kohl, 352, 555. Koniiigs-plein, 872. Korek, 571. Koromandel, 581. Kota, 452, 551. Kolaringin, 551. Kranggan, 834, 896, 967. Krawang, 89, 518, 714,855, 856,804,871,881, 914,918,927,988, 1003, 1004, 1010, 1047. (gehucht), 833. Krikil, 562, 395. Krokot (rivier), 590,556,805. REGISTER VAN NAMEN 1091 Kroonen-gracht, 864. Krijgsman (W. 10.), 345. Kuiper (de), 551. Kwal (de), 743. 958. Kwala Demak, 602. Kwitang, 857. Laboang, 541. Lakke, 508. Lainongan, 172,176, 181,298, 900, 901. Lampnng, 555, 361, 727. Lanljar, 693. Larike, 982, 988. Lasem, 164, 172, 181, 254, 298, 540, 474, 602, 712, 718, 899. Lebak-poeloes, 721. » -sioe, 878. Leeuwen (W. J. van), 779, 780. Lengkong, 359, 854, 855, 863. 866, 967. Liglen (van), 801. ümbangan, 516, 475, 629, 630, 871, 910. Lingga, 351. Loderns (J. .1.), 880. Lombok. 1054. Longoko, 389. Loriaux, 780. Lnsari, 339, 578, 579, 389, 486. 568, 898, 906, 968. Lulieck, 390. Lutzow (I). F. W. baron von), 506, 368, 853. Mabela Mabali (daèng), 625. Macao, 553, 534, 551. Macaré, 507, 613. Madura, 40, 47, 48,. 66, 87, 182, 185, 187, 487, 644, 703, 901. Madureezen, 36. Magboquor, 538, 897. Majak, 851. Mak, 611. Makasar, 67, 81, 85, 225, 310, 555, 549, 350, 586, 410, 551, 578, 694—699, 729, 754, 766, 975, 974, 1034. 1077. Makasaren, 364, 623. Malaka, 551. Malakeri, 696. Maleijers, 63, 175, 254, 269, 270, 564, 508, 509, 623. 640, 641. Manatoea, 538, 897. Mandale, 860. Mandhar, 351. Mandhareezen, 624. Mangasari, 878. Mangga-besar, 864. Mangkoe Adiningrat (raden toemenggoeng), 36. Manila, 551. Manipa, 982, 988. Manjar, 330, 542. Mantjeri (rivier), 855. Marga-jasa, 898. » -langa, 562, 393, 1048. » -sana, 562, 393, 1048. REGESTER VAN NAMEN. 1092 Marine-school te Saniarang, ! 764, 1081. Maroenda (groote), 958, 1018. (kleine), 555, 958. Maros, 696. Mars, 506. Masangan (rivier), 341, 900. Matang-hadji, 486, 568, 068. Maurisse, 506. Medan, 854, 967. Meester-Gornelis, 319, 471, 571, 857, 863-865, 867. Meeuwen-haai, 569. Megamendoeng, 861. Menado, 725. 724, 975, 978, 979, 981, 986—989. Menare, 40, 546. Mendawe, 551. Menggoei, 452, Merak-baai, 958, 975, 1007. Merken, 611. Meijer (L. W.), 506. (M.), 156, 196, 308, 345. (P.), 508. Michiels, 308. Middelkoop (J. A. van), 515, 528, 714. Middelpunt te Batavia, 625. Midden-Java, 525. Mikkenhagen, 520. Miro, 308. Moeara-blatjang, 927. » -gemboeng, 927. Moentjoel, 878. Moentjoen, 851. Moga, 878. Mohamad Ali üed'in (pange ran ratoe), 555, 386, 560, 361, 567. Molenvliet, 590, 519,555, 560, 626, 1019, 1045, 1051. Molukken, 456, 468, 694, 723, 725, 748, 861, 869, '.165, 976 979, 981, 987, 988, 991. Mom, 306. » (douarière), 609. Mondoe, 380. Monnereau, 611. Monlauiis, 309. Mookervaarl, 101. 554. Mooren, 144, 254. 255, 269, 270, 285, 354. 591, 477, 526, 575, 640, 641, 907, 908, 965, 1047, 1060. Moorrees (J. W.), 541, Motmaii (G. W. C. van), 157, 507. 551, 554, 368, 627. Muller, 253. Muntinghe, 520. Naerssen (van), 508. Nederland, 246, 251. Negara, 860. Negotie-pakhuizen (Westzijd sche) te Batavia, 155,455, 605, 608. Neijs (F. de), 252. Nicoiaas (11. en 6.), 875. Niemansverdriet, 880. Nimpho, 551. REGISTER VAN NAMEN. 1093 Noord Wester kwartier, 605. Noordwijk, 471, 555,374,590. | Oedjoeng-inenleng, 519, 560. Oeloe-djami, 177, 527. 559, 653, 897. Oenarang, 179,180,525, 520, 071, 678, 825, 897. Oender-andir, 857. Onrust, 83, 406, 455, 458, 347, 551, 605, 608, 722, 958. Ontong-djawa, 555. Ooster-rijweg (groote), 520, 657, 665, 1077. Ooslheiin (van), 255. Oost-Ja va, 325. Overbeek (P. F.), 508, 895. Overijssel (kruilhuis), 62... Padang, 551. Padjaug-koeangan, 540, 899. Pagandingan, 896. Pagiringan, 878. Pakis, G 27, 836, 881, 925, 927, 928. Palawaug, 559, 898. Palembang, 85, 84, 410, 458, 551, 612, 754, 951, 973, 974. Pamadjegan, 877. Pamakasan, 56, 172, 176,180, 182, 298, 542, 901. Pamalang, 172,298,339,718, 878, 897, 898. Pamanoekan, 628. Panaroekan, 177, 182, 517, 655, 901, 906. Pandawa, 877. Panetjikao, 562, 595. Panhuijs (van), 549. Paparean, 578, 579, 589, 486, 496. !';i|)isangan, 105, 105, 55-, 555. Paradesi, 550, 540, 899. Parang-korek, 571. Parvé (H. A.), 506,520, 1050. Parijs, 517. i'asar-bahroe, 855. » boen toe, 851. Pasetenang (rivier), 541. Pasilian, 851. Pasir, 551. ■ lani, 562, 595. • -|iaja, 877. » -poetih, 907, 908. Pasoeroean, 42, 54, 55, 160, 164, 172, 176, 182, 229, 297, 510, 541, 551, 899, 900, 971. Pati, 172, 181,185,184,297, 298, 547, 712, 718. Patjerongan, 897. Patrakau, 551. Patra-sana, 851. Pekalongan, 88, 110,160,164, 169, 172, 176, 180, 196, 219, 221, 229, 254, 265, 272, 274-276, 279, 280, 282, 285, 286, 290, 297, 520, 538, 339, 605, 615, REGISTER VAN NAMEN 1094 653, 712, 718, 741, 742, 760, 897, 902, 974. 1017, 1021, 1034, 1069. Pekapoeran, 864. Pemboean, 551. Peuangkan (berg), 853. Peudjaloe, 486, 568, 968. Penjabraban 854, 967. Peunisten-gesticht Ie Batavia, 146, 147, 201, 370. 371, 406, 467, 608, 848, 849. Pepadangan, 602. Pesing, 590, 519. 560. Petjoen, 851. Petodjo, 541, 865. Philippina (fortje), 550. Piel (H. W.), 254, 509. Pilat, 307. Pira, 551. Pisang, 918. » -batoe, 864. Pleret, 589. Ploezerscage (batterij), 471. Poeger, 182, 298, 545, 644, 900. I'oelo, 340, 899. Poeloe-ai, 984, 989. » -gadoeng, 865. » -menare, 542, 900. Poetih (land), 519, 860. Pondok-gede, 863. » -terong, 863, 895. Portugal, 105, 534. Porthgeezen, 105. Praboe Prang Wedono (pangc rang ar»), 66. Prakamoentjang, 871. Pramlian, 900. Prawiro di Ningrat, 708. Preanger, 39, 68, 82, 85, 88, 89, 109, 157, 186, 192, 316,400,516, BS4, 566,567,574, 629, 635,643,652, 653, 656,804,816. 856, 1038, 1051. » (Clierilionsche), 475, 629, 634, 655, 706, 728, 729,744,871,910,911,951. Probolinggo, 341, 602, 900. Proveniers-huis te Samarang. 399, 1076. Provisie-magazijn Ie Batavia, 83, 454, 459, 547,609. 722. Puy (P. P. du), 310,552. 355, 357, 360, 367. Quarles, 611. Raas, 542. 901. Iladamaiigan, 834, 967. Radja-galoeh, 486, 568, 569. 968. Ranlaku-kali-mali, 359, 898. Nantjing, 342. Rapat, 551. Raté, 551. Reede van Batavia, 551,759, 741, 761, 884, 958. van Samarang, 760. Rembang, 40, 59, 88, 160, 164, 170, 172, 176, 181, REGISTER VAN NAMEN. 1095 183, 184, 196, 218, 219, 221, 229. 254, 265, 272, 274, 275. 279, 280, 282, 28: i. 256, 290, 295, 526, 540. 577, 474, 602, 711, 712, 718, 784, 883, 886, sn.s-900, 902, 906, 968, 974, 1017, 1050, 1069. Reijnst, 307. Ribalds-gang te Rataviu, 590, 519, 539. Riemsdijk (VV. H. van), 506, 508, 352, 355, 873. Ringsloot (Zuider), 101, 554. Riouw, 331, 1046. Roban, 558, 897. Rokus (VV. D.), 509. Romeinen. 675, Romswiiickel, 506. Rosemijer (C), 516. Ross (J. T.), 572. RothenbuMer (F. J.), 48, 196, 509. 345, 541 i, 656. Rijswijk. 471, 555, 574, 864. (post), 907. Sabi (spruit), 855. Sack, 255, 1001. Sading, 553, 558, 559, 561, ,555, 967. Sahimbang, 877. SalabaDlar, 854, 967. Salaliga, 179, 180, 525.526. 819, 825, 897. Saleinba, 857. Saleijer, 696. Salomons (A.), 58. Samarang, 4. 16, 28, 52, 57, 39, 47, 51, 55, 62,63,70, 76, 82-86, 88, 108, 115, 131, 124, 159, 144, 157, 158, 160, 161, 164, 168, 170, 172, 174—177, 179, 180, 186—188, 190, 196, 20.1- 221. 225, 229 — 253 241, 249, 260, 261. 265, 260, 272, 273, 279—282, 283, 287, 288, 290, 297, 301—505, 308, 309, 519, 3215— 527, 350. 555, 355 — 558, 345, 348, 351, 375, 384, 585, 387, 392, 394, 420, 449, 402, 464, 465, 469, 473, 477, 523, 323, 545, 548, 568, 371, 572, 576, 583, 384, 598, 599, 601, 602, 024, 625, 628, 629, 636, 637, 640, 642, 645, 647, 648, 650, 651, 653, 663. 678, 699, 709, 712, 718, 719, 728, 743, 757—764, 778, 780, 784, 787, 788, 818, 822, 823, 823-828, 852, 833, 861, 868, 885, 887, 890, 893— 897, 902, 905, 903, 936, 942, 948, 957, 961, 962, 968, 969, 975, 987, 1000— 1003, 1009, 1014, 1016— 1018, 1020—1022, 1025— 1029, 1054, 1040, 1047. 1067—1070, 1076, 1081. REGISTER VAN NAMEN 1096 Saniboe, 897. Sampit, 551. Samuel, 509. Sandol Roy, 611. Saparoea, 982, 988. Sapoedi, 542, 901. Sarang, 170, 899. Sawab, 918. Schafer, 506. Schill, 507. Schreuder, 1069. Schullze (J. C), 534, 872. Sedogoero, 645, 644. Selapatjang, 678. Semimi, 350, 341, 542. Senioedjil, 686. Senioet-pangang, 559, 545, 898. Senu van Bazel, 507. Senliong, 864. Sepoeh (Sultan), 568. Seragi, 559. Serang, 552, 554, 562, 595, 1007, 1048. Serkangang, 559, 898. Setjo Adiningral (pangerang adipati), 5(3. Sevenhoven, 508. Siak, 551. Siam, 535, 386, 551, 904. Siarlan, 551. Siberg, 306. Sidajoe, 48, 170, 172, 176, 181, 297, 342, 602, 900, 901, 971, 1021, 1034. Signaragi, 687. Siminkir, 878. Simpang, 786. Sindang-kasib, 486, 1509. Singga, 878. Singkel, 927. Slawi, 877. Slingerland, 100, 554, 555. Slokan (de), 100, 584, 887. Smissaarl, 252. Smit (E. S.), 507. Smith (D. .!.), 508. Soedjoek, 881. Sockapoera, 516, 478, 689, 650, 687, 728, 860, 871, 911. Soelang, 878. Soembar, 559, 897. Soembawa, 881, 1054. » -reezen, 608, 684. Soemedang, 516, 517, 714, 888, 856, 871, 918, 1081, 1055, 1054, 1040. Soemenep, 48, 86, 109, 160, 164, 172, 182, 219. 281, 229, 297, 542, 901, 1076. Soempana, 881. Soengei-alap, 864. » -Keridal, 864. » -tahi, 958. Soerahaja, 16, 28, 32, 59, 42, 45, 47, 48, 51, 54,55,89, 82, 84—86, 121, 124, 159, 160, 164, 168, 170, 172, 174—177, 182, 187, 190, 196, 206—221. -25, 228, 250, 579, 281, 288, 297, REGISTER VAN NAMEN. 1097 502, 505, 509, 510, 316, 527. 555, 555, 57)6. 541— 545, 545, 546, 584, 585, 387, 392, 400, 449, 452, 465. 475. 525. 545, 576, 584, 601, 602, 624, 625, 656, 657, 640, 642, 644, 646-648, 651. 665, 697, 767, 778—781, 784—792, 800- 802, 804, 810, 826, 855, 885, 890, 893—895, 899, 900, 902, 005, 952, 056, 1)42. 057. 961, 962, 070,074,987,1000—1005, 1013, 1017, 1018, 1020- 1022. 1025—1029, 1042, 1047. 1051, 1067, 1068, 1076. Soeradadi, 828. Soerakarla, 65, 82. 85, 205. 221, 254, 274, 509, 468, 470, 578, 821, 870. 005, 920, 1005. Soeri-djodjed, 550, 808. Soero adi Mengolo (kiai adt pali), 548. Soesoehoenan, 821. 822. Soelji. 645, 644. Solok, 551. Solo-rivier, 542, 717, 900. Somerdijk, 507. Son (van), 308. Songgong, 878. Sonthar. 857. 864. » -wef, r . 556. Spanje, 354. Specht, 507. Speelwijk (fort), 554,569,570. Sprenge (van), 520. Stadhuis-plein Ie Batavia, 012. te Batavia, 102, 519, 565, 602, 859, 895, 1075. » te Soerabaija, 1081. Stads-apotheek te Batavia, 669. Sleinmetz, 500. Stopkeer, 611. Suiker-pakhuizen te Batavia, 83, 547, 548, 722. 725. Suniatra, 561. Tadoenang, 359, 898. Tagal, 87, 88, 110, 160, 164, 169, 172, 175, 176, 180, 185, 196, 219, 221, 220, 254, 265, 272. 274- 276, 279, 280, 282, 285, 286, 290, 297, 5-26, 559, 545, 515, 602, 605, 655, 715, 714, 718, 828, 877, 898, 002, 1)62, 974,1017, 1021, 1054, 1069. » -dowo, 341, 899. Tagala, 568. Taioe, 33»), 602, 898. Talaga, 486, 968. Tambaioe, 901. Tambora, 551. Tanah-almng, 101, 519, 554, 571, 677, 864, 907. REGISTER VAN NAMEN. 1098 Tanara, 362, 593,865,1048. Tandjoeog, 871,687,689,863. ■ -kait, 958. » -Oost, 865. ■ -poera, 156, 471, 863,864,866,1068, 1069. » -|iritiek, 555, 864, 865, 058. Tandjoengan, 899. Tangeraug, 89, 355, 350, 390, 450, 451, 471, 510, 557, 558, 540, 560, 571, 605, 611, 664, 666, 817, 833, 854, 863, 865, 866, 871, 958, 966. 967, 1010, 1047. Tangkil, 389. Ta wang, 897. Teisseire, 307, 817. Tencij, 613. Tengger, 330, 542. Ternate, 66, 82,83, 551,578, 725-727, 754,068,972— 974, 978, 981, 985,987— 000, 1002, 1018, 1077. Thalman, 508. Tibbe, 308. Tiedeman, 306. Timor, 66, 85, 84, 556,410, 551, 611. 754, 973, 974, 978, 070, 081, 987. Tirlo Koesoemn (raden toe menggoeng), :'>ii. Tjabambai, 562, 593, 1048. Tjal)juif, r -lioengiii, 014, 915. 928. Tjakong, 851. TjakHradiNingrat(panembaban adipati), 47, 48. Tjandi, 542, 901. Tjaroeban, 878. Tjawaug, 657, 659. Tjempaka-poetib, 857. Tjeiigati, 851. Tjeugkal-sewoe, 164,173,298 474, 899. Tjenkaring, 865. Tjerenang, 851. Tjeriugiu, 541. Tjerita, 841. Tjeromo, 54 I . Tji-aiupea, 865. » -andjoer, 575, 52"), 816, 835, 967. » -binoeng, 558,866,1)43,657, 659, 865, 865. » -lioeaja, 918. ■ -bnlang, 451, 664. » -damar, 860. » -dani, 355, 359, 561,835, 854. » -dasiri, 562, 593. » -gasong, 968. ■ -grongsong, 855. • -kadoe, B. ! i I . » -kandi, 559, 840,851,85' i, 863, 866, 1020. « -kaniki, 855. » -kao, 804, 865, 864, 866, 1068. ■ -karang, 866. . -kaso, 486, 568, 968. REGISTER VAN NAMEN. 1099 Tji-kopo, 851. » -lalian, 851. » -legOD, 562, 505. » -lejet, 851. . -lintjing, 538, 571, 865- 865. ■ -liwoeng, 858, 910. » -loear, 519, 520. 057,659, 865. • -mangis, 657, 650, 863, 805. » -manoek, 31 <>. » -mantjeri, 555. 561. ■ -nangka, 105, 104, 538. » -oeroek, 105 -105. . -pitjoeng, 589. • -seroea, 1021, 1055, 1034, 1059. « -tampoang, 855. » -taroem, 855, 856, 915, 914, 916, 918, 927, 1010. » -teras, 855. . -tjereh, 342, 901. Tjoeni, 855. Tjoerock, 555. Toeban, 170, 172, 181, 184, 208, 526, 527, 540, 341, 452, 474, 602, 7 12, 718, 900, 901, 000. -lor, 717. Toegoe, 358, 807. Toemoengga, 557, 896. Toengkal, 551. Tolbrug (de), 101. » (batterij;, 471. Tongkin, 551. Torate, 562, 30:». Torbaia, 170, 180, 350. 337, 558, 465, 896. Touches (G. des), 612. Traté, 1048. Troes, 900. Troesan, 864, 927. Ulrechlsche poort Ie Batavia, 864, 007. Veeckeus (L. Z.), 506, 508. 312, 320, 359, 419. Veeris, 507. Velthuizen, 307. Vereenigde Staten van Noord- Anierika, 504. Verhage, 252. Vcrtueuse (la), 8i57. Vierkants-brug te Batavia, 560. -poort te Batavia, 590. Vodegel (E. G.), 1005. Vogelaar, 506, Vorsten-landen. 470. Vijl'lioek (post), 471, 865. Wiiaijen (van der), 500. Wajenen, 878. Walahan, 878. Walikoekoén, 562, 505. Wana-rata, 878. Waranta, 542, 901. Wardenaar (VV.), 506, 895, 1050. 1808. H. W DAENDELS. 11 Art. 20. De officieren vau gezondheid worden ten sterksten aangemaand overledene militairen, in of aan welker lijken zij vermoeden eenige geneeskundige opheldering (e zullen vinden, voor zoo verre zulks zonder schade geschieden kan, Ie openen en nauwkeurig Ie onderzoeken en daarvan aanteekening te houden. Bij deze operatien zal men nogtans de meeste omzigligheid gebruiken en zorgen, dat zulks in een afgescheiden en afge sloten plaats kan geschieden. Art. 21. Alle verantwoordingslijsten, enz. moeten duidelijk geschreven en zindelijk gehouden worden; in het voorschrijven en invullen der receplen vermijde men het oud gehruik van caracters in plaatse van de eigene namen der geneesmiddelen te- stellen. Art. 'l'l. Behalve de verpligling om, zooveel mogelijk, te zorgen, dal de zieken zoo spoedig doenlijk in het hospitaal zich begeven of gehragl worden, zullen de officieren van gezondheid in hel algemeen opsporen al, wat in der soldaten casernen, in hun levenswijze, eetregel, lichaamsoefeningen, exercilien. uitspanningen of vermaken en wal dies meer is, de gezondheid kan schaden. Ai'l. '17>. Ter verbetering hiervan zullen zij, volgens de beste regelen der konst, de noodige ontwerpen in geschrifte maken of van hel nadeelige, hetgeen zij ontwaren, daar, waar zulks volgens de regelen van den dienst vereischt wordt, rapport doen. Art. 2i. De chirurgijns-major en apothekers van de eerste i'lasse worden op hel meest aangemaand om, zooveel doenlijk, ter meerdere bekwaming der chirurgijns of apothekers van de tweede en derde classe toe te dragen en van de voor komende omstandigheden ten dien einde het best mogelijk gebruik te maken. Art. 2s. Geen officieren van gezondheid zullen zich van de plaatsen, waar zij den diensl uitoefenen, voor eenigen lijd naar elders met verlof mogen verwijderen dan mei voorkennis van den connnandereuden officier en met speciale permissie van den chirurgijn of doctor en chef. 1808. H. W. DAENDELS 110 Tagal, Paccalongang, enz., gedistingueerd door de letter R. voor de inscriptie, beteekenende regent. 16 Augustus. Voorschrift nopens het ceremonieel, in acht Ie nemen bij ontmoeting van den Soesoehoenan en den Sultan van Djokjokarla. Het ceremonieel aan de hoven, door de secretarissen der ministers, bij absenlie van den minister, in acht te nemen, blijft op den ouden voel bepaald, behalven dal zij den wijn en de sirie niet behoeven te presenteereu en hij het binnen komen in tien dalem zich zullen moeten ontdekken, zoodru zij in het gezigt van den Keizer of Sullhan komen, en onge dekl lot den vorst naderen om zijne hoogheid te groeten. 17 Augustus. Generale order belre/fende de bagage en paarden van militairen op marsch. De Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende een veel te groote kwantiteit bagagie en paarden bij de troupes op marsch, gelast, dat voortaan de volgende bepalingen daarin zullen in acht genomen worden: 1° geene koffers of' kisten, de geld- en papierkist der corpsen uitgezonderd, zullen bij de troupes, op marsch zijnde, mede gevoerd worden: ieder soldaat zal van een goed randsel voorzien zijn en dien zelfs dragen op de gewone, militaire wijze: de officieren zullen gehouden zijn zich aan Ie schaffen zoogenaamde brokkos of twee gevlogteu, ronde manden, aan een bamboes bevestigd, welke door een battoor kunnen gedragen worden; en voor de onderscheidene rangen word toegelaten en vastgesteld, als volgt: twee brokkos voor de gezamenllijke onder-officieren van ieder compagnie, de corporaals daar niet onder begrepen; een brokkos voor een kapitein, voor een f" luitenant en voor een luitenant; vier brokkos voor een majoor of luitenant-kolonel; REGISTER VAN NAMEN. 1100 Warga di Radja (pangeran), 557, 558, 560, 567. Waroeng-bata, 589. Water-kasteel leßatavia, 471. » -100, 714, 765. » -plaats te Balavia, 626, 827. ■ -poort te Batavia, 85. 155, 406, 455, 458, 471, 547, 605, 608, 722. Wedoeng, 550, 540. Weeshuis te Balavia, 667,671, 672, 859. Weg (Jakatrasche), 864. Weleri, 170, 551. Weltevreden, 2, 5, 16, 25, 52, 57, 66, 100, 146,595, 465, 471, 544, 554, 555, 571, 616, 658, 659, 665, 677, 721, 744, 754, 857, 864,865, 1021,1055,1056. Wetangers, 564. Wieling (C. S.), 510, 724, 726. Wienrich, 752, Wiese (G. W.) 80, 509. Wilgeuburg, 626, 833. Willenaer, 508. Winckelman (F. von), 465,877. Winkel (kleine) te Batavia, 85, 154, 155, 196. » (medicinale) te Batavia, 1, 2, 26, 547. Wiradesa, 173, 180, "298, 559, 464, 683, 718, 741, 742. Wilt (de), 507. Worm (B. van der), 254. IJsseldijk (W. H. van), 192, 506, 554. IJzer-magazijn te Balavia, 85, 406, 455, 458, 547, 548, 722,'725. Zanen (van), 188. Zannet, 509. Zevenhoek (post), 865. X immer, 659. Zoetendaal, 865. Zuider-strand van Java, 54. • voorstad van Batavia, 102, 911, 1065, 1064. » -weg, 555. Zuid Wester kwartier, 605. eilanden, 984, ■ -zee, (>sl>. Zwekkerl (J. A.), 779, 780. ZAAK-REGISTER. 1102 Abuis, 115. 205. 285, 408. 476. 517. 567. 587. 665, 789. 841. 957. 1038 Acces. 121. 414. 810. Aecoord. 242. 255. :!34. 385. 577. 917. Accorderen, 246. Accuratesse, 120. 434. 1062. Achteloosheid, 52, 439. 979. Achterhalen feestolen hout), 152. • -staan, 71. ■ -stal. 767. Achting, 7. Acquiesceren in uitspraak sjahbandar, 225. Acquit, 311. Acte, 250, 594. 633. 849. • (gerechtelijke). 345 . Oudiciële), 845. . (legale), 544. . fnolariëele), 269, 643. 879. • (officiële), 161. (scabinale), 77. . (secretariëele), 328. 380. van aanstelling. 162, 491. 734. admissie. 670. ■ adoptie, 599. 600. commissie, 946. ■ décharge, 410. demissie, 6. • ■ eigendom, 250. verbindlenis, 366. Actie, 120, 121. 244.257.264.544. 842-844. Activiteit, 1018. Adat. 357. 365 Adiêren (de Hooge Regering), 842. Adipati. 161. 816 Adjudant, 56. • -majoor, 66. Adjunct, 319. 405. 793-799. 1063. -fiscaal. 654. » -opzichter. 646. Administrateur, 26. 27. 29. 83, 84. 188. 196. 198-202. 205. 206. 208-212. 211-220. 222. 228. 230. 243, 248. 249. 311. 312. 322. 323. 406, 455, 457-460. 465. 547. 548, 575, 605. 608. 613, 695, 722, 735, 756. 778. 788-791. 801. 8(12. 822. 830. 931. 932. 934. 935, 982, 983. 985—989, 1002, 1003 Administrateur-generaal, 82, 85, 86, 152. 192. 193, 198-200, 202. 310, 311. 402. 40;'.. 4K!. 452 454. 457. 458. 407. 533. 548. 507, 604, 727. 735, 849. 860. 925. 927. 930-939. 941 957. 1009. 1010. 1070. Administratie, 4. 15. 26.29.32.42. 60, 151—153, 401. 402. 404, 406. 407. 410. 463, 514. 516, 518. 521, 546. 547. 579. 605, 635. 827. 832. 890. 938-946. 948, 950-955. 957. (civiele). 8 (militaire), 786. (slordige). 144. 145. -boek. 402. 646, 832, 887. 891, 892. 934. 952. ■poederen. 748. ■ van de houtbosschen, 82, 117. 118. 120. 121'. 711- 713. 717-719. 730. 1069. 1070 Administreren (geld vanuillandigen), 868. Admiraalschap. 843. Admiraliteit, 683 Admodialie, 10U3. Adoplant, 599—601. ■ -teren. 600. 601. • -lie. 599—601. Adres. 524. 552. 883. 884. 1081. ■ -seren (zich). 259, 273. 434. 503. Adsistent, 42. 44. 604 • -lentie. 19. 26. 30, 32, 37.45. 102. 121. 276. 364. 441. 507. 666. 667. 687. 812. 817. 818. 830. 840.870.912, 1012.1034. • -teren, :;7:i. 547. Adspirant, 446. Adsumeren (een voogd). 243. Advertentie, 73, 881. 992 905 Advies. 838. Advocaat fiscaal, 81, 95—97. 120. 466. 534. 666. 676. 735, 738, 837. 838, 881. 929. 1009. 1012. 1061. 1073. Aequivalent, 609. 741. Afbetaling. 46, 320. 795. Afbraak. 55. 350. 744. 787. 1069. Afbreken, 364. 574, 625. Afdanking, 54. ZAAK-REGISTER 1103 Alfaliiliteil. 724. Allerleien lot vooruitbetalingen, 314. Affigeren (billelten van verkoopin gen), 74. Affiniteit, 403. 838. Aliixie. 71. Affuit, 746, 750. . -as. 750 ■ -makerij, 407. Ariiaal. 916.'925. 952. Afhalen (opium), 202. Afkappen, 651. 883. Afkeuring (openlijke). 575. Afkondigen (plakaten, enz.). 691. Allossen. 113. 319. Aflijvig. 237-240. ■ -hei.l. 242. 408. 960 Afmaken (complotleerenden), 701. Afpak-briefje, 199. 213. 953 • -ken (geld), 77. • -kcr, 954. • -king, 942. Afpersen.'332, 383. ■ -sing, 159. Afrekening 52. Afrijden, 867. 1026, 1034. 1036. Afschaffing, 87. Afscheep, 141, 209, 213, 214, 216. 219. 402, 406. 453. 455. 457, 458, 470. 479. 510. 542. 735. 748. 889. 895. 944, 952. 953, 001 -hoek. 208. 455. -briefje. 214. Alscheeps-ongeiden. 219. Afschepen, 904. 919. -ping. 935. Afschrift. 120. Afschrikken. 328. 380. 503. Afschrijven. 458. 934. 996. -ving 204. 417.531.748. 789. 822. Afschutting. 16 Afslaan. 73. 105. Alslacr. 200, 327. 337. 389. 628. 766. Afslager, 58. 70. 71. 73. 74, 200. 204, 278. 815. Afstammeling, 484. Al'siand. 345. 632 Afstappen uil een postwagen, 1036. Afstrüken (zout-maat), Aftreding, 505. Afval. 135. 720. 915. Afvoer, 07, 123, 125,127, 130, 133, 135. 13», 152. 406. 632. 816. 1004. 1050. Alvoeren, 541. 715. 716. 871. Afvuring, 15 Afwatering, 150, 556. Afwezigheid, 188, 801. Afwisselen (gecommitteerden), 805. Afzending. 332. Afzetten, 295. 887. . -ling, 50. 162. 363, 490, 633 Afzondering, 16. Agelgaren. 783. 854 Agio, 67. 74. 75. 156.194.219.418, 460, 521. 528. 533. 570. 601, 603. 6J7. 019.657.663.667. 728. 757. 784. 848.874-876. 902, 918, 990, 998. 1006. 1030. 1017. 1065, 1066. -leren. 601. 874. Aide-chirurgijii. 6, 84, 667. • -controleur. 37. ■ de camp. 468. 959. • -hospitaalnieester. 32. 33. ■ -informator, 232. Akker. 50. 51. ■ -bouw, 105. Alang alang, 685. . -veld. 485. Alarm. 611. Alcatief. 335. 386. Alimentatie, 266. » -penningen, 761. Alkoran, 294, 366, 367. Allooi, 305. Almanak, 609. Aloen-aloen, 144. Aluin, 754, 930, 933. Ambachts-loon. 428. -man. 42. 298. 427. 428, 572, 580, 698. 861. 987. Ambitie, 159. 370. 505. Ambtenaar. 9, 14. 106. 108, 114. 123. 153.161.169.174. 228, 282. 285. 287. 289. 290, 292.305.316.319, 327. 345. 363. 379. 395-400. 403. 426, 428,461,477,478.481. 482. 499,500. 514. 518. 521. 528.532.603.62,. 630, 032. 636.637, 677. 693. 704, 707, 710, 734, 741. 7!:i.874. civiel:, 468 470. 853. Ipnüliek), 697. ZAAK-REGISTER. 1104 Ambtenaar (reizend), 498, 499. Amblgeld, 57, 230, 470, 559, 616, 626. 027. 676, 699. Ambtsbetrekking, 107. . -halve. 1080. ■ -zegel, 79, 109. Ambulance, 23. Amende. 700, 737. Ammunitie, 72. 225. 329. 381,724, 727, 755, 750, 924, 943. -goederen, 745. 746. 748. Amok-maker, 185. Amphioen, 76.155.193-195.198— 202, 284, 288, 296. 372. 373, 479, 008. 022. 628, 629, 849, 855. 905. 937. 942, 944. 1011. 1012. -directie, 198. 200, 202. 318, 612. -handel. 195. 318, 1012. -kit, 284, 325, 326. 388, 339, 510. 028. 855,856. 881. 895,897—902.905. 920, 927. •pacht, 615-617. -pakhuis, 198—201. Anachoda, 263. Anciënniteit, 433. 484. 1003. Anker. 854. (ten) komen, 551. Ankerage-geld, 47, 225, 543, 550, 552, 099, 777. Annonce.'Bo9. 992-994. -ceren (nalatige beleenérs), 813. Annotatie, 251, 825. Anniilleren (eene gift), 370. Antieng, 342, 901. Apotheek, 2, 4, 13, 14. 17. 21, 34, 35. 1001, 1081. (Balaalsche). 669. Apotheker, 2. 6, 7. 11.19,20. 26— 30, 35, 347. Appel. 93. 153, 178. 517,567,649. 685, 841. . (zoele), 362. 393. . -latie, 841, 1011. • -leren. 567, 64!!. Applaneren. 351, 872. 873. 908.910. Appointeinent, 5. 39, 45, 48, 49. 460.553.811.828,840,845. • -teren 91 546 Apprehenderen, 508,561,916, 1027, 1073. -sie, 503.507,630,635,701. Approbatie, 121. 186. » •priëren 10l cru hospitaal, 745. Appui, 911. Arak. 19, 34, 148, 149, 337. 338. 341. 360. 470. 472. 532. 621' 750-752.834. 852. 887. 896, 899, 900. ■ -brander, 761. -branderij, 563. Arbeider, 364. Arbeidsloon, 126. 793. -man, tiOii. Arbiter, 841. Arbilrium, 652. Archief, 93, 121.187.230,450.510, 505, 507. 924. generale secretarie, 593. Architect, 812, 880. 984, 98b, 989. ('s Lamls), 534. Archivaris, 594. 004. Aria, 356, 358, 537. Arm. 345. Armatura, 888. Armee, 1. 3, 5, 22, 23, 109. 371, 403. 171. 570. 582. 584, 589. 703. 723. 920-022. 908. 972, 979. 1003, 1050. Armen (de), 70. 420. 758, 808. • -bezorger, 70, • -bus, 270. • -huis, 345, 526. Armoede, 3, 396. 979. Arrangement, 102. Arrest, 123. 153. 177, 253, 431, 040. 649. 827. 842. 843. 845, 1018, 1061. (militair), 585. Arrestant, 72S • -teren, 128, 142, 284. 479, 818. • -tering, 121. Arrondissement, 8, 13—15. 19, 21, 22, 25. 26, 30, 32, 38, 40. 321— 324, 432. 436, 439, 526, 576, 584. 587. 589, 667. 668, 895, 1001, 1002, 1008. 1014. Arrondissements-hospilaal, 1008. Arsenaal, 621. Artillerie 43, 40. 80. 134. 231. 232, 432, 454, 529. 530. 580— 582. 743. 749. 755. 026, 940, 1009. (mobile), 740. (rijdende), 66, 576—578, 580, 581, '707. 728, 743, 1017. ZAAK-REGISTER. 1105 I'LiïiAT-llUK» UKKL XV. 70 Artillerie-atelier, 88. -goederen, 745—749. -kantoor, 605. -magazijn. 407, 524. 530, 755 -officier. 46. 746. 749.751. 754. 786. -paard. 576. -park, 728. Artillerisl, 582. 583. (Chineescb), 612. Arls (militair), 19. Artsenij. 9. Asrh, 644. Assessor. 348, 349, 818. 1000. Assorteren (koopmanschappen), 211. Assuuicren (leden vaneen landiaad), 174 Assurantie. 876. Astrolabium, 441, 442. Atap, 485, 497, 687, 854. Atelier, 42. 346, 400, 750. 751. van constructie, 645, 1013. Altacbement, 960. Attacheren (zich), 724. Attacque (vijandelijke), 437, 471! Attestatie, 145. 254, 429. Attraperen, 1075. Attroupement, 701. Audiëntie, 63, 65, 144, 375. (publieke). 287. Auditeur-militair. 433. 1018. Auhigie, 561. Auteur, 995. Autorisatie. 782. 783, 840. Avancemenl, 431. • -ceren van genie-officieren, 446. Avahj, 1034. Avond, 700, 701. ■ -maal. 1005. Azijn. 8. 19. 34. 532. 736. 782. Baal, 934, 935. 942. 949. 953. 954. Baard-geld. 581. Baas, 42. 44, 455, 698. 750 -754. 836. 885. 991. 993. 995. 996, 1050. (Chineesehe), 868. -jager, 603. -kruitinaker. 524. -molenmaker, 752. -smid, 378. Bad, 33. Badjoe, 517, 658, 662. 688. Bagage. 110. 111. 498. Bailluw, 82, 100—102, 373. 449. 465, 466. 534. 553. 554, 560, 562. 666, 676, 701, 737,817,841.856, 862, 998, 1018,1019,1072.1073. Bajonet, 166, 505. 573. Bak (vuilnis-). 1075. • -meester. 115, 116, 498. Balanceren (doen), 305. Balans, 222, 317, 749, 807, 813. 886. (valsche), 613. Balcon, 536. Italië, 645, 783, 935, 1008. Balk, 117, 126, 135, 462,545,719, 720, 800. 801. Balontas, 556. Bamboe. 110, 138, 300, 485, 497. 687, 783. 853, 854. 917. -lang, 854. Ban, 678. Bandar, 52. , Bandarij. 331, 383. Bandiet, 351. Bamloengan, 738. 1075. 1076. Bank. 661. 1035. ■ -bewijs, 806. • -houder. 596. • -kas. 810. ■ -kennis, 58. ■ -ongelden, 813. Banks-officiant, 529. Bank van leening, 57. 58,103,314 315, 406, 417, 524,528.596,597 614, 616, 617. 758. 759. 805. 806, 815, 816. 1070. Bankroet, 70, 243 llankvverker, 43 Banneling, 101. Bannen, 819, 820 Bannisseinept, 121. 152. Barensnood. 669. Bark, 697. Barrière, 626. Bast, 826. Balaillon, 13, 56, 111, 471. 575, 626, 1002. 1017. . -lons-lamboer, 579. 580. Batoer, 107, .110, UI, 116, 168, 169, 218, 289, 316, 480. 499, 500, 504, 506, 512, 513, 589, 708, 709, 744, 818. 824, 862, 874, 885, 888, 1008. -diensten, "632. Batterij, 350, 611, 632, 746. 2AAK-REQISTER 1106 Bawal-drager, 172, 173, 297-299, 483. Bazaar, 49, 50, 69, 101, 104, 325. 339, 342. 373. 388. 389. 499. 518. 544. 554. 557, 559. 602. 693. 728, 729, 857, 895-898. 900. 926. 927. 966, 967. 1047. • -dag. 1055. -gerechtigheid. 1004. Beambtschrijver. 187.188.333.384. 599. 600', 643, 696. 757. 983. 985. 986. Beddegoed, 17. • -Taken, 522, 572. Bedelen, 267. Bedenkelijkheid, 412. ■ -king. 515. 600. Bederf, 145. 210. 211. 674. 809. 932. 964. 1016. Bediende. 107. 498. 499.687.1022. 1032, 1033. 1035 (huis-\ 9. Bediening, 1007. Bediensler, 348. Bedriegerij, 72. Bedrog, 258, 262. 830 Bedrijf. 1072. Beëedigen. 91, 680. 685. Begieten.' 97. 518. 559. 770. 1057. 1061. Begraalplaals, 395. 484. 906 910. Begrafenis. 236, 261-263. 269,348. 396. -ongelden. 394. 836. • -plechtigheden. 268. -rol, 397. Begraven. 3. 36. 227. 237. 365. 394, 399, 511, 624. 735. 907. Begrip (godsdienstig). 91, 177,511. Begrooting, 27. 28. 125. 141. 280, 425, 525. 614. 622. 860. 1069. 1070. Behandeling (geneeskundige , 853. Beheer. 801 Behoeftig, 59, 669. Bekeuren door den hailluw. 101. Bekken, 74. . -slag. 50. 69. 71. 201, 283. Beklaagde. 108. Beklag, 93. Beklagen (zich), 288. Bekribbiug, 560. Bekwaamheid, 6. Belading, 60, 204. Belasten, 241. 412. Belasting, 158. 179, 190, 242, 267, 269, 272, 295, 371, 393. 489. 495, 518, 539. 555. 559. 626. 627,637-641. 703. 1057-1059. 1065. 1079. 1080. (stedelijke). 962. Beleedigen, 259. 360. Beleefdheid, 65. Beleen-boek, 813. Beleenen, 252, 255. 371. 598. 758. 919 ■ -tier, 809. 813. • -ning. 57, 103. 249, 250.315. 417, 805-807. 809. • -recepis, 806. Heleen-salaris. 528 Beleg. 431. • -gen (geld), 4. 260. 267. 918. Belemmeren. 916, 964. 1019. 1075. . -ring, 481. 591. Belending, 558. 561. 562. 1063 Belofte, 244, 328, 380. Belooning, 503. 678. Bemiddelaar, 1006. Benaming (Hollandsclie), 1009. Beneficeren met den verkoop van specerijen, enz.. 343. . -cie. 247, 880. > > van inventaris, 844. . -tiniinirdiiiis.eic. 105.328.380. 393. 1049. Benoemen (mandoer van ketting ga ngers). 420. • -ming, 295. Bepaggcren (tamlak-schooli, 087. Beplanten, 136. 283. 318. 715.716. 915. • -ling, 117. Bereddering. 277. Berg, 137. • -bewoner, 504. ■ -plaats, 935. Beroep (hooger). 123,153,188. 511. • (recht van), 501. Beroepen (zich), 175. 502 Berooven, 294, 682. ■ -ver, 830. Berottingen (fijne waren), 954. Berusten, 502, 846. Beschadigen, 126, 683, 684. . -ging. 212. ZAAK-REGISTER. 1107 Bescheidenheid, 363. 1033. Beschoeijing, 134, 518. 556. 560. Beschrijver, 453. • -ving, 593, 1060. (jaarlij kschc), 638. Beslag. 533, 534. leggen, 128, 142. Besluit (gouvernements), 857. Besmetting, 511. Besnoeijen (geld). 843. Besnijdenis, 492. Besogne, 839. Besparing. 548. 610, 692. 699. Bespreken (eone plaats in postwa gen), 1035. • -king. 788, 822. Besproeijen, 738, 1075. Besteden (pupillen), 257. Bestek. 318.425, 426. 430. 434. 438. 916. Bestelling. 1028. Besterfenis. 242, 248. 267. 271. Bestuur. 468. (geneeskundig), 7, 22— 24, 27. (inlandsch). 478. 505. Betaal-boek, 887. • -meester, 516. 523. Betaling. 126, 127, 134. 168, 171, 427, 429, 498, 499. 542, 652. 711. 717, 719, 720, 722, 761. 762, 802, 824, 825. 862, 887, 894, 902, 905, 907, 909. 937, 995, 996. 999. 1058—1060, 1066. 1077. -lijst. 39, 428. 795. 891. 894. Beurs (privé), 63, 270. 559. Bevaarbaarheid, 443. • maken. 737. Beveiliging, 510. Bevinding, 218. Bevolking, 710, 713. 741. Bevordering, 231. Bevredigen (partijen), 1006. Bewaarder, 187. Bewaken (woningen van boschgan gers). 717. Bewind, 248. Bewonen (het huis Simpang). 786. Bewijs, 121, 245-247, 1007,1059. . (rechterlijk), 652. (verificatoir), 407. Bewijzen. 238—244. Bezaaijen. 283. 318. Bezegelen, 250, 564. Bezem, 750, 820, Bezetting. 470, 972. 979. Bezoldiging 485, 627. 720. Bezorgster, 348 Bezuiniging. 145, 231. 304, 594, 607, 977. Bezwaar, 276. Bezwaard (zich) vinden, 290. 813. Bezwaarnis, 844. Bezwangeren mei salpeter. 644. Bezwaren, 242, 244. Bezweren (instructie). 360. Bieden, 328, 380. Bier, 72, 1032. • -maat, 760. Billet, 12. 17, 71. 74, 95, 282. Billijkheid. 514, 515.599,623,650. 997. 1011. Biml-rotan. 219. 752. 782, 904. Binnenland, 294. • -natili, 165. 173. 175, 176. 299, 486, 487. 493. 502. 654. Binnen's lijns, 417. Binnenvaart, 990. Bladjan, 1048 Blaflert, 144. Blaiuloeng. 133, 142, 168. 543. 711-714. 716. 717. 970. 972. -diensten. 710, 877. -volk, 711. 719, 720. Bladzijde, 73, 1064. Blikslager, 43 Bloccade, 431, 861, 869, 965. Bloed (naaste), 246. ■ -verwant, 357. » -schap, 174, 554. Bloei, 481, 489. 915, 928. Blok, 655, 773, 1013, 1071. • -arrest, 701. . -geld, 1000. . en sluit-geld, 736. . -huis, 121, 177, 466, 503, 507. 574, 625. 626, 635. . -maker, 378. 885, 922. Blusschen (brand). 776. Bode, 70, 96, 105, 204, 238. 240, 249, 260, 278, 327,505,558. 605, 606, 608, 800. 1058. • fl<), 520. (inlandsche), 983. -maiij, 251. • -brief, 257. ZAAK-REGISTER. 1108 Boedel, 71, 235-239, 248. 250- 253, 256—258, 261, 262, 264-267, 270, 271, 273, 275, 277. 285. 357, 406. 463. 464, 477. 630. 918, 919, 976. 1011. . (insolvente), 236, 594, 595. -kamer, 780. (desolate), 595. • -meesteren, 85, 86, 233,234. 261, 268. 269. 371. 388, 400. 477, 596, 608. 667, 672, 756, 853. 909. -kas, 277. » -meester-kennis, 250. -redderaar, 813. -rekening, 259. - -scheiding. 294, 511. . -slaat, 286, 476. Boedjang, 373. 466, 467, 603, 658, 659, 662, 917, 1008. Boei, 279, 668. » -guastos, 608. » -leer, 854. Boek. 994. (vervalscht). 1049. • -binder, 558, 605. 600. 720. -binders-gereedschap. 154. -loon, 735. • • -winkel. 609. Boeken (werkwoord), 791. 80ekh0udeii.542.639,755.762,1031. . -houder. 25, 26, 32.37.42.44, 70, 81, 85. 86, 161. 174. 176, 208. 217. '228, 229, 239. 240. 255. 257, 278. 378, 452-455, 459, 475. 498. 523, 005. 695. 749, 751, 757, 793- 796. 798. 799. 805. 809. 885-888. 982. 983. 985. 987. 991. 995, 996. • -generaal. 82. • 401. . -jaar, 222, 314. 611. . -schuld, 257. Boejoeng. 342. 901. Boepatib, 161, 102. 105. 173—175. 178, 295, 299. 483. 485. 487— 492. 494. 498, 501. 504. 510. 654. 728. 729, 775. Boete, 53, 68, 90, 102. 152, 268, 269, 413, 773, 859, 1051. Hok, 391, 1045. 80l (amphioeii), 373. Hora; 548. 746, 750. • -bardier, 749, 755. Bon, 8, 15, 19, 27, 31, 33. 115. 116, 151, 427, 522. Bondgenoot, 724, 991. Bonis (in), 265. Bonk, 569, 571, 693,882,976. 990. Boom, 3, 117, 120. 134, 135, 137, 140, 152,300.632.716.720. 737. 819, 914-916. (vruchtdragende). 872. 878. -pacht. 420. -schender. 137. -stam. 873. Boosdoener, 301, 507. Boot, 167. Bootsgezel. 679. 680. 685. . -man, 922, 985. 986. • -mans-maat. 922. Borax, 783. Bord. 819. Borduursel, 7. Borg, 57, 78. 102. 104. 192. 193. 241. 243. 249.254.258.259. 328, 380, 393,425.426. 084. 685, 809. 838. 906. 917.927. 928. 1004, 1010.1011.1049. 1061. -stellen. 69. 131. -stolling. 57. 72. 77. 78. -tocht, 69. 70. 143, 244. 255, 264. 278, 315. 642. 806. 811, 945. Boretkleedie. 688. . -rok. 688, 689. Bosch, 89, 117. 120, 123-125. 128—130, 136, 137. 151— 153.317.318! 351.710.711. 713-717. 851. 856. 913 917, 928, 1056. 1057. -ganger. 120. 121.12: i. 12(1. 127—129. 133. 140. 142. 153. 542. 628. 678. 079. 712, 714, 716-718. 720. 788. 800. 889. -hoold. 120. 135. 136. 138. 714—716. 720. -schenden]. 560. -volk. 126, 127, 129-131. 134, 711—720. -wachter, 985, 989. ZAAK-REGISTER. 1109 Bosch werkzaamheden, 970. • -wezen, 472. Boter. 66, 147, 572, 930, 933. Botsing, 514. Bottel, 149, 338.341.806,899.930. 933. Bottelier, 459, 922 . -liers-maat, 922. Boussole. 441, 442. Bouw. 504, 506. Bouwen, 55, 398, 400. Bouwland, 300. • -werk, 534. Brand. 775, 770 781. 782, 809, 855. 888. 1071, 1073. -emmer, 775. Branden (werkwoord). 199.318. 392. 642. 644, 652. 699. 761, 917. 1048. Brandewijn. 8, 19, 34, 149. Braml-haak. 775. . -hout. 135-137. 167. 300, 362, 393. 499, 522, 532,572, 688, 752. 781. 786.854,856, 913, 916, 917, 928, 1004, 1048. » -meester, 781. ■ -merken (misdadigers), 652. • -spuit. 749, 776. . -maker. 698. ■ -meester, 776. • -slang. 781. . -stichter. 501. . -ting. 175, 301,302,561. Breukbaud, 10. Breuke, 90, 189. Brevet, 56. Brief, 1, 132, 133, 167, 189. 245, 287, 331. liB3, 593. 658. 661, 664, 665. 683. 751. 923, 1020, 1024, 1028. . (bezegelde), 237. (gouvernemenls), 1023,1025 . (ofliciële), 65, 469. van credit, 803. . -port, 662, 664, 1022, 1024, 1026-1028. Brieven-besteller, 606, 1026. -drager, 665. . -post, 321. 866, 1020, 1026. . -valies, 1025, 1026. . -zak, 1024. 1025. Brigadier, 81, 449, 579 - 582, 656, 833, 1017, 1068. Brik, 148, 149, 697, 854. Brits, 685. Brochure, 995. Broeder, 299, 303, 838. Broeijing, 674. Broek, 03, 517, 521, 522.572,582, 583, 658, 662, 1023. Broko, 110. 111. Brood, 61, 67, 522, 571. • -bakkerij, 563. Brug, 99, 171, 285. 294, 364, 390, 489, 497. 518, 555-558, 560, 563, 612, 771, 852. 858, 910. 954, 1074, 1076. Bruinslcen, 17. Bruto, 935. Buffel. 52, 67, 68, 105, 135, 137. 138. 178, 283.300.338,341, ♦ 362. 389. 393, 489,543, 556, 713. 715, 717—719, 765, 858. 863. 896,897,899,906, 1056, 1075. • -fokkerij, 68. • kar, lil. 857, 858, 862. • -slachterij, 362, 393,1048. ■ -vet. 392, 1048. -vleeseh, 522 . -weg, 555, 677. Bnitcn-armen, 273. . -kantoor, 1, 2, 5,9,155, 204, 317, 402, 403,405,408,411, 413, 425.426,444.454,458. 524, 583, 593,600,622,627, 730,732-734,761,762,841, 845, 868, 923,931,932,938, 941—943, 918-950, 1078. • -patih, 175, 486, 502. • -post, 321, 322, 407, 519, 559, 858, 1058. » -regent, 187. Buitgeld, 679, 681-683. Bultzak, 522, 572. Bureau, 45. 226,374,545, 764,887, 947, 948, 951, 953. 956. (politiek), 730. . van genie, en/.., 449, 529, 530. . oorlog, 76, 515, 784. Burger, 101. 174, 285, 287, 289, 343, 395-398, 477, 478, 481, 553, 636, 763, 770, 773. 775, 810, 842, 843, 879, 961, 1057. -negotiant, 156. -vrijdom, 697. ■ -wacht, 1073. 1808. H. W. DAENDELS. 111 zes brokkos voor een kolonel, zullende onder geen pre text meerdere hattoors mogen worden gevraagd, als tot het dragen van bovenstaand bepaald getal bagagie vereisent wordt; 2" niemand zal vermogen eenige paarden te requireeren als de commandant van het marcherend corps, die zich daarbij bepalen zal, als volgt: een paard voor ieder officier; twee paarden voor ieder kapitein: vier paarden voor ieder hoofd-officier, van luitenant kolonel tot kolonel; zullende er geene paarden voor de onder-officiers worden verstrek l. De kolonels der regimenten en chefs der corpsen worden voor de stipte opvolging dezer order verantwoordelijk gesteld en zullen dezelve aan hunne onderhoorige bataillons dadelijk mededeelen. Op 18 Grasmaand 1811 zijn in hel vorenstaande de na volgende wijzigingen gebracht. Zijne excellentie de Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende, dat bij de introductie van het reglement over de jtedattie's, het getal bullelkarren, 't welk in ordinaire tijden in steede van hattoors aan de troepen op marsen zal worden verstrekt, behoort te worden bepaald, heelt besloten, in alteratie van de deswegens te voren gemaakte bepalingen bij generale order, gegeven te Souracarla den 17 e " van Oogstmaand 1808, aan de hoofd- en mindere officieren op niarsch te accorderen, als: aan ieder hoofd-olficier een buffel-kar; aan de gezamenlijke oilicieren van eene compagnie, onver schillig van welk wapen-corps, een kar; zullende daarenboven op marsch worden toegestaan: aan ieder hoofd-officier twee rijpaarden, en aan de kapiteins en mindere officieren, ieder een paard. ZAAK-REGISTER. 1110 Hurgerij, 144. .545, 552. 696. Burgwal, 1073. Buskruit, 135. 419, 720, 724. Büt, 910. Buur, 738. 771, 773. 782, 1074. 1075. • (naaste), 242. Buurt, 1075. ■ -meester, 738. • -twist, 502. Bijbaantje, 780. Bij-boek, 155, 402. Bijeenkomst, 1072. (ongepermitteerde), 774. Bijgebouw, 687, 1022. • -loovigheid, 511. Bijl, 715. Bijzetten (een lijk), 395, 399. Bijzit, 145. Cachemir, 521, 1015. Cachet, 199, 887, 949, 1028. . (Lands), 284. • volant, 273, 287, 477. 730, 732, 734, 829. Cadet, 42, 44, 80, 191, 232, 321, 421, 422,441,532,579,611, 920-922. der genie, 959. Cahier 537. Calange, 68', 108, 195, 197, 333, 385, 699, 850, 858,876,1054. . -geren. 842. 844. Calculatie, 125, 790, 800, 812,823. • -leren, 271, 1068, 1070. Camisool, 63. Cantonnement, 150, 686. -ments-hospilaal, 1007. Canlonneren (militairen), 1013. Carga, 224. Cartographie, 1005. Carton, 546. Cassatie, 19, 30, 31, 544, 708,729. Catalogus, 994. Cautie, 239, 253, 264, 265, 685. 811, 813. » juratoir, 247. de restituendo, 265, 596, 925. Caveren voor huurders. 928. Censor, 994. Censuur, 993 Ceremonie, 537. • -nieel 63, 65,110, 365, 375 - 377. Certificaat. 6. 60. 227. 590.1062- 1064. . -ceren, 423, 428. 435, 445. Cessie, 843, 844. Chabrak, 583. Cliaeot, 324, 582, 583. 588. Chaise, 96, 320, 636, 660. 1057. Chambrée, 150. Charter, 133, 259. 273, 414. Chef (militair), 150. > ad interim, 468. ■ van de artillerie. 786. 943. van den generalen staf, 57, 349. 524. 531. 577, 578. 584, 586, 588, 656, 727, 734. 747, 829. » der burgerij, 144. . • genie. 426. 429. 433. 440. 443, 445. 530. Chertc-partij, 945, 954. Chirurgie, 34. Chirurgijn, 5-7. H—l 3, 18, 20. 28, 84. 86. 287. 321, 525. 526, 559.667. 736. 737.921,922.972.1008. (schceps-), 17. en chef. 2, 4-8, 10- 12, 14. 18-31.81,148. 149.345.347.667- 669. 685. 868. 1001. -majoor, 3, 6. 7. 10- 13, 16, 18-20,37-39, 83, 667. 972. -principaal. 1. 5. 6. 8, 14. 15. 19-21. 24—26. 30, 38, 40. 82. 188. 526, 667-670,1001. Christen. 89, 235, 261. 275. 501 (inlandsen), 327, 379.580. 749, 750. Cipier, 203, 279, 486, 598. 655. 672, 696, 736, 786, 787, 969, 983, 985, 986. 997—1000. Cipiers-woning. 1000. Circulatie. 76, 536. 597, 601,803 - 805, 875. • (gestremde), 67. Citatie, 678. Citroen, 852 Clausule, 271, 563. • van relief, 841. • -leren (zekere cautie), 685. Cocarde, 63. Codicil, 238, 239. Cognossement, 408, 453, 457, 542. 888. 893, 946. 953, 954, 1015, 1078. ZAAK-REQISTER. 1111 Collateraal, 226, 286. 406, 476, 616, 695, 976, 982, 984, 986, 1065. Collatie, 924. Collationeren, 923. . -nist, 594. 604. Collecle, 97, 757. 1065. • -teren (wagenpacht), 94. ■ -leur. 226,637-642, 695, 976, 982, 984, 986. College, 594. • van huwelijksche en kleine gerechtszaken, 606, 859. Colligeren, 92, 733, 1001. Collisie, 711. Colonne. 675. Commandant, 54-56, 115, 116, 160. 165, 167, 169, 179. (inlandsch), 101, 102, 105, 186. (militair), 75,109,144, 724, 727. (plaatselijk militair , 32, 33, 36. 38, 46. Commandemcnt, 109,164,165,183, 932. Kleren, 422. ■ -deur, 82, 353, 953. • -do. 679. Commercie (neutrale). 869. Comminatie, 163, 179. 870 Commissaris, 57. 61, 94—96. 598. 911. » der artillerie, 755. > bank van leening, 83, 805-814. > constructie-winkel, 46, 785. » -generaal, 474. > der marine, 46, 531, 541,543,727, 730,782,785,786,800, 855. 884- 889, 891— 893, 943, 1001, 1002, 1013. der houtwerken, 82, 117, 118, 123, 125- 127, 129, 130, 132, 140, 152, 153, 184, 406, 472, 474, 542, 943. • huwelijksche en kleine zaken, 756. • vanhelklein-zegel,4o6. Commissaris van oorlog, 14, 32,33, 35, 36, 38,39,82,115, 151, 321-325, 349, 374, 473. 524, 576- 578, 584—590, 625, 781, 784, 1002, 1003, 1014,1015,1078,1079. -opziener, 285. -ordonnateur, 32, 35, 38. 572, 577.578,586, 588, 589, 707, 1003, 1008, 1014, 1015. 10l den overneem der üostersche gouverne menten, 981. der posterijen, 82. suiker-cultuur, 817. over de suiker-leve rantie, 619. der week, 785. van de wegen en pos terijen, 55, 171, 662, 665, 1020, 1023,1025, 1032,1037,1038,1051, 1055. der werken, 85. Couimissiant. 169, 327, 499. Commissie, 53, 61. 77. 78. 81.130, 191, 249. 266,277,302, 422, 433-435, 442— 445, 469, 536,739,740. 746. 749, 756,920.939, 942,943,953-955,976, 1063, 1064. (bovenlandsche), 613. (juslitieele), 204, 225, 328, 668. (militaire), 1015. -geld, 590, 608. -vaarder, 680. 681. 684, 685. -vaart, 679. van retorsie, 679. Commitlimus, 844. Commoditeit, 96. i Compagnie (Oost Indische), 79. Compareren, 91,240,260,810,1073. . -rilie, 811, 813. ; Compensatie, 179,226,519,640,995. j Competent, 1007. .. -tie, 502, 818, 1062. Competeren, 262, 802. Competiteur, 725. Complainte, 843. Completering, 322. ZAAK-REQISTER. 1112 Compliment, 64. Complot, 701. • -tering, 680. Composercn, 90. 102, 284. 334, 385, 479. Comproinilleeren. 705. Comptabel, 403,407.411-414, 514. 630, 754. . -biliteil, 411, 521 Computatie-lijst, 432. Concert (do). 433, 029, 856. Concerteren met 'den profiel van Tagal, 714. Concessie, 720. Consipiëren, 119, 730, 7:51, 1052. 1053. Concurrentie, 237, 501. 52(1, 032. 706, 791, 856. Concussie, 122. Condemnatie, 560, 652. Conditum, 9. Condtiite-lijst, 440, 447. Conferentie, 158, 408. Confereren met, den prefecl \,m Samarang, 823. Confinement. 121. 152, 419, 652. Confiscatie, 77, 195, 340. 452. 641. 642, 680, 682, 684,699,800. 858, 876, 916, 1012. • -queren. 373, 511. Confrontatie, 91, 537, 735, 1050. -boek, 402, 403, 709. > • (generaal), 453, 456. Confronteren, 155, 325, 540, 565, 585, 596, 794. 807, 808. 100: S. 1031. Confusie, 201, 211, 565, 751, 875. Conniventic, 103, 302. Conqnest, 354, 850. Conquestecren (Bantam). 871. Consanguiniteit. 403, 838. Consent. 108, 224, 241, 244, 200, 262, 266. 388, 509. 563, 680, 686, 937. Conservatie, 861. Consigneren, 214, 888. Consolideren (rust en veiligheid), 509. Coristihianl, 252. Conslringeren door de algemeene rekenkamer. 412. Constructeur, 46, 785,885,886, 888. 968. • -tie-winkel, 346, 785. Consumptie, 850. 856, 014. 1010 > -hoeklinnrier, 840. -lijst. 891. -rekening, 407 Coulant fa), 196. Contanten, 60, 62. 07. 77. 193. 248, 305, 313, 314, 316. 453. 457. 528, 619, 6*2. 740. 759. 811. 869, 870. 894. 953 Contentement. 47. Contingent. 159. 161, 163, 108.180. 183. 184.265,290.485. 495, 656, 715. 718- 720. -vaartuig, 164. Contrabande, 112. 113, 683. 084. ■ -hoek. 200. ■ -borg. 838 Contrast. 230. 257. 352. 577. 578. 585-588, 643, 694.844, 945. van adoptie. 600. Contractant, 600. Contradictie, 561. Cnnlra-cassa-boek. 255. 735. 952. . -merk, 142, 543, 889. ■ -rol, 565. ■ -signeren, MB, 407, 514,515. 597, 1002. 1050. ■ -venteur, 639, 684. NMW). • -venlie. 561. 858. Contributie. 161,272,361.476,488. 495, 490. 499.519.558.560,712. Controle (generale). 27. Controleur. 25. 32. 33. 37,38,624. Conventicul, 1072. Converteren in papieren vancrejfiet, 758. Convictie, 052. Copiëren (inunt-rapporlon). 797. Copii. 1004 Corps.s. 8. 10 12, 13. 15. 18, 20. 23. 38. 39, 75. 110, 144. 321-325, 349. 577. 579. 582. 584-587! d'arinée, 437. Correctie, 1054, 1056. (gevoelige). 671, "01. Correspondentie. 102.119,129,207. 442. 730, 731. 938. 941. 945, 950, 1051. -deren, 12. .14. 22. 714. 957, 1069. 1070. Corrigeren (abuizen en delicten), 841. Corruptie, 112. . ZAAK-REGISTER. 1113 Costuum, 63, 837. Costumen, 844. C.oucheren, 90. 476, 530, 643. 845. Coupure, 968. Courant, 991-995. Cours, 75, 728 Crediet, 200, 243. 204. 327, 380, 576, 830. 870. . • -brief, 535-537. 596, 597, 803- 805, 847, 848, 861. 682. 918. -post, 402 geven. 72. Crediteut, 193, 237. 20:<. 265,402. 403. 409, 453, 463, 594, 595, 668, 669, 706, 1011. Creëren (inlandsrhe boolden). 363 Creveren van bull'els. 52. Cultiveren (verpachte lambn). 851. Cultuur. 159-161. 166. 178. 283, 293. 300, 340. 369, 489. 496. 505, 694. 768 Curator, 232. 233. 261. 918. 919. ad lites, 71. 72. 235. 261. 285, 287, 406. 463. 464, 477. 596, 630. Cureren (gevangenen), 670. Curiositeit, 58. Custodie, 998. 1000. Cijrer ('s Konings). 1021 Cvnosure, 591. 592. 595, 1050. '1006. 1078. Daad (op heeter), 120. 129. Dag (heilige), 690. Daggeld, 32, 39. 157,191.277.321. 355, 423-425, 428-430. 434. 435, 441. 444, 445, 568, 585, 673, 871, 1064, 1065. • -huur, 427, 698. . -loon, 424, 427. 466. 594. 795, 797, 873, 969 • -looner, 300. ■ -lijst, 10. • -register, 118. 230, 887. • -leekening, 72, 1031. • -vaarden, 259, 260. ■ « -ding, 91. Dak, 16. • "i>tiM 444 Dalem, 'llO.' 173. 298, 299. 317. 353. 354, 356. 367, 484, 775. Ham, 518. Damar. 854, 933. • Dankbaarheid, 370. I Dansen, 691. Datum. 250. 564, 957. Débauehe. 767. Debet. 576. . -nost, 402. Debiel. 139. 152, 189, 193, 194, 304. 462. 615. 671. 70», 766. 850, 1011 Debiteren, 480. 813. Debiteur, 52. 58. 72, 273.402,403, 409, 453. 735. 844. Décharge, 320. 1038. ■ -geren door een liquide trans port, 69. Declaratie, 116, 435.643.890.1066. • -loir, 251, 287. 1038. Declareren, 74, 90, 225. 444. 445. 624. 669, 973. 994. 996. 997. 999, 1000. 1032. 1064. 1065. Decoreren njksbrsiierdcr). 487. Detorlalie, 1(K). 185. 217. 314.333. 654, 891. . -leren, 329, 381, 466. Decreet, 840. Dcdoinmagenienl. 623, 693,837.881. -geren i(hanks-olliciaiitciv.i. 57. Défaut. 565. Defect, 52. 95. II 1.751. 1015.1031. Defensie, 432. 436. 441. 632. -scbakcl, 432. • -werk, 440. . -wezen, 281. 424, 448,433, 439. Defraudatie, 334, 385. Defroyement, 999. 1006. Defroycren (directeur der genie), 867. Degen, 837. Deken, 14, 17, 151, 686. 1008. Dekken (zich), 64. 376. Dekking. 685, 686, 862. Deliberatie, 839. Debiet, 120, 121, 123, 152, 560, 683, 841, 842. 844. Delict (capitaal), 175 (crimineel), 89. Delini|uant, 561, 683. Delinqueren. 501, 842. Deining, 115, 127, 162, 295. 483, 486. 494 497, 655. -jdadag, 819. Demissie, 25. Demitteren (opziener XjikaQ), 1008. Demoliëren, 364, 654. Dempen (kreeken), 556. ZAAK-REGISTER. 1114 Deng-deng, 532, 782, 033. Deo (pro), 859. Departement. 58,118,129,130.135. 140, 160. 290, 423, 424, 432—441, 443, 447-449, 712, 716, 721. 941. 942, 944, 1013. 1033. 1034, 1050, 1067, 1081. Ilnautiecl), 695. (militair), 84,456,605. (politiek), 84.456,695, iler genie. 753. der marine, 206.621. 697. van oorlog, 206, 822. Departcmenls-bnek, 438. Ilepatih. 835, 914, 967. Dépèche.215.505.661,664,666,1024. Dépccheren, 664, 1024. Deponeren in de groote geldkamer, 591. • -ring, 59. Deportatie, 507. Depot, 56, 321. • der marine. 146 —149. Deprcciëren (papieren geld), 869. Derogeren. 662. Desa, 49, 50. 158. 160. 163. 166, 168, 179, 294, 295, 300,389, 487, 499. 500.506 - 509, 568, 634, 635, 655,713-715,742, 743. 828, 877, 878, 896, 970. • -hoofd. 294, 487, 489, 490, 495, 506-510, 715. • -volk. 507. Descendent, 364. 600. Deserteren, 1017. • -leur, 197, 198, 364, 576,578, 745, 784. • -tie. 75, 585. Deskundige. 329, 330, 381. Desorde, 798. Desperaat, 69. Dessinaleur, 607. Deslinatie, 118, 830. Deslitulie, 996 Detachement, 8, 13—15, 21—23, 28, 65, 150. 369, 575, 585,1002. Detachering, 23. Detractie, 250. Deugdzaamheid, 328. Deur. 1071, 1074 . -waardcr, 536, 537, 637, 639, 640, 840. Devolvercn op den Raad van justitie, 841. Diaconie, 406, 808. 980. • -armen, 1076. ■ -kas, 667. Diaken, 85, 721. Dieet. 20, 672. . -lijst, 34. 35. Dief, 137, 819. • . -stal, 129. 542. 548, 549, 795, 1055. (geringe). 502. Dienaar (Comp«), 594. (gouvernement*), 842. • (Unds), 2, 101, 552, 553, 836. • (politiek), 695. Dienst (geneeskundige), 1, 2, 5, 7, 12, 15. 18. 19, 21-25. 28, 40, 187, 371, 525, 526,972, 1081. (genees- en heelkundige), 667, 669, 1001, 1002 ■ ('s Konings). 288. • (Lands), 382. (langdurige), 446. . (militaire), 7, 47, 349, 677, 1068. (particuliere), 107. [ Diensten (huiselijke). 158, 633,655. Dienstbaarheid. 563. (lijiïelijke), 113, 114, 500. Dienst-order, 440. » -praestatie, 697. Dieverij, 210, 212. Difliculleeren in hel verlcenen van tiat executie, 649. • -teil, 893. Digniteit, 839. Dilav, 845. Dilayeren, 92, 226, 841. Directeur, 42—44, 57. bank van leening, 82. t der Ibrlificalien, 594,612. der genie. 867.868,872 -generaal. 30, 81, 156. 195. 198. 200. 201, 207, 279, 280, 311, 401, 407, 408, 412, 413. 423. 426. 430, 435, 436. 443-445, 447, 448, 452, 457, 467. 533. 536. 537. 548. 585. 591—593. 604, 606, 609, 656, 706, 727. 729, 732, 748, 805, 808—810, 813, 829, 832, 882, ZAAK-REGISTER. 1115 928. 929, 934, 936-942, 944 - 947, 952. 954. 957. 960. 964. 996. 1009. 1010. 1015, 1052. 1070, 1078. Directie, 45, 46. (generale). 85. 201. 456. 475. 524. 532. 571. 591, 606. 613, 616, 618. 620. 630. 754, 929, 936. 939, 944.976.1045,1049.1052. 1066. 1067. 1069, 1070, 1078. (précaire). 49. -kantoor (generaal), 735. Discipline. 66. 446. (militaire). 433. Discours, 64. Discretie, 99, 862. Disobedientie. 318. 449. Dispencier. 86, 599, 695, 982. 983. 985. Dispens, 545, 982. Dispensatie. 468. Dispositie, 405. 732, 733. 945, 955. (testamentaire), 270.275. Dispuut, 334, 385, 1055, 1075. Dissimulatie, 840. Distantie, 98, 100. 737, 826. Distinctie, 87. . -tief, 165. 504. 598. Distributie, 237, 404. 944. District, 51, 54. 88. 89, 92. 124. 125, 133. 158, 165. 167. 175. 177. 179, 183, 184. 195. 282, 293. 316. 483, 485-487, 494- 496, 498. 501. 502. 504. 506- 509, 538. 589, 631. 644, 647, 653. 654. 709, 717. 826, 851, 861, 913. 967, 1020. Districts-boepatih, 655. •djaksa, 491. • -hooM, 294. 331, 382, 484, 489, 506, 507. 644, 1023. -toemenggoeng, 654. Divisie, 374, 524, 584-586, 590, 892. 922, 1002. (militaire), 347, 349, 656. -troepen, 785. Üjagoeng, 816, 817, 1019. Djajang-sekar, 164-166, 284, 285, 299, 504-507, 598, 777, 778, 1023. Djaksa, 161, 173, 175, 284, 294. 299, 486, 491,495.502.503.655. Djarak-olij, 746, 750, 783, 853. Djati-büom, 134. . -bosch. 136. 137. . -hout, 139. 140, 720, 917. . -pit, 136. Djoekoeng, 331. 383, 761, 864. Djoeng. 296. 297. 299. 485, 495, 504. 506. 513. 568, 569. 631. 654. 655. 687, 741, 742. 765, 877, 878. 897. 898. 911. 1029. Djoeragan, 497. 739. 740. Djoeroemoedi, 739. 740. Djogobelo. 284. 486, 691. Dobbel-kit. 388, 510, 895. Dochter, 245, 272, 599. 689. Docler, 6, 7. Doctores, 687, 688. Document, 259. Doekoen, 669, 670. Doleeren bij de Itegoiing. 259. Dolk, 138. Dolman, 582. 583. Domein, 40, 123, 152, 203. 226, 286. 353, 362, 363, 378, 380. 388, 389. 392, 475. 476. 536. 540. 778, 822. 827, 842. 856, 876, 881. 896, 928, 939.1005.1047. -boek, 946. 948. 952. Domeinen (Javasche), 326. 337. -grootboek. 402. 453. 709. Ikmicstique, 606. Domicilieeren. 737, 845. • -urn, 263. Donatie, 241, 245. Donderbus. 510, 739. Dood, 36, 893 (ter) gecondeinneerd. 999. • -boek. 398. • -brielic, 227. 400. ■ -graver, 237. 238. 399, 400, 836. -schieten, 357, . -slag. 175, 1055, 1073. . -straf, 548, 561, 649, 679. 680, 708, 729, 818, 844. 875, 918. ■ vonnis, 857. Doop-boekhouder, 605. Doorkappen, 882. • -kruissen, 102. • -slag. 213. • -voed, 1019. • -voer, 152. ! Doos (blikken), 374. I Dorp, 339, 634. ZAAK-REQISTER 1116 Dors,, (in), 250, 564. 994. Douceur, 80. 231. 232, 321. 433. 470. 585. 607. 609. 611. 613. 614. 890, 893. 894. 1065. 1067 Draag-balie, 820. • -beest, 300. 871. ■ -dienst, 512. • -loon, 395.396. . -os. 897. . -volk. 289. 825. Draaibas. 739. Draaijer, 43. Dragen (een lijk), 395 Dragon, 598. ' Dragonder. 65, 369. 579. 581, 582. • (inlandsch). 164. -lijfwacht, 465 Drangreden, 145. Drank, 36. 498. 930. 933. 935. 1078. ■ (sterke). 338. 341,896 899. Dranken (bedorven). 72. Dreigement, 679. Drenking, 294. Dresseren (hulp-troepen). 00. Drinkbeker, 33. • -water, 688, 771. 999. Dronken, 661. 1036. Drongen (matrassen), 686. Droogte, 9, 702, 912. Drossaard. 69. 81, 100. 101. 185, 186, 348, 359, 373. 518. 537. 538, 561, 562. 574. 608. 666. 671, 676, 737. 745, 817. 850, 855, 856, 862, 870. 871. 912- 916. 925- 927. 997. 999. 1006. 1007, 1018. [019, 1062. 1072, 1073. Drossen van gevangenen, 503. Druif, 374. Drukken. 2. 881, 995. . -kor. 992. 993. 995. • -kcrij. 820. 994- 996. ■ (Lands). 879, 881. 991, 1050. (particuliere). 880. ■ -letter, 546. • -papier. 154. • -pers, 993, 994 . -te, 961. Drijver, 127. 133, 713. Ducaton. 329. Duig, 135. 142. 543. 1079. Duit. 779. 780, 784, 793, 794, 796, 861, 903, 918. " Duiten-munt, 346, 400. Duiten-munlerij, 407. 779, 819. Duplicaat, 868. Duplo (in). 923. 945. 950, 954. 955. Duurte, 66, 146. 151. 232, 525. 95Ü. Dwars-straat, 773. • -weg, 99. Dijk, 518, 555. Dyssenterie, 685. Schaperen van boedjang's, 4f»7. Echtscheiding. 460. Edelmoedigheid. 461. Ediclie. 879. Educatie, 246. Eed, 61, 74, 91. 93. 94 119. 121. 131, 133, 143, 208, 209. 217. 220, 223. 227. 239. 258. 271. 272. 287. 291. 360. 414. 481. 565, 637, 642. 670.681-184, 721. 77(i. 792. 798. 799. 806. 814, 815, 846, 935. 947, 951. 950. 1063. 1006. • -formulier, 358.929.964.1055. • van getrouwheid. 56!! • purge. 839. Eendvogel, 283. Eenparigheid. 592. 990. 993, 997. Een per mille, 70, 808. Ken-stuivor-sluk. 570. Eer, 146. • -bewijs, 482. . -bied, 705 Eerediensl, 820. • -leeken, 269. • -titel. 48. Eergierigheid, 159. Eerstmunende, 1045 Eetlepel, 33. » -regel, 11. • -waar. 633. Eeuw. 417, Elle.t. 243. 253. 259. 261. 264. Effen houden. 924. 946. 1031. Egaliseren, 112, 694, 704. Eigendom. 313. 562. 715, 980. (particulier). 4. van land, 911. Eigcndoms-brief, 251, 563, 564. Eigenen (amphiocn), 202. Eiland, 901. 972. Eisen, 117. 124. 125.127.130.131. 133, 141. 207. 280. 322. 323. 443, 469, 543. 577. 578. 586. 646. 791. 823, 887. 941, 948, 949, 955, 988, 1070. ZAAK-REGISTER 1117 Eischen. 219. 715. Elevatie, 753. Elève-chirurgün, 6, 86. 667. Eluci<latie. 273, 275. 276.321.412, 413, 747. 945. Emancipatie, 265. ■ -peren (slavinnen). 371. ■ (zich). 682. Emballage, 212, 935. 952. ■ -leren (tijne waren), 954. Embargo, 761. Emigratie, 704. Emmer, 752, 820. 1008. Emolument, 157. 459. 567. 697. 727, 987. 1001. Emplooi. 697. (buiten), 987. Emulatie, 445, 440. Encouragement, 652. Enilusseren (baak-recepis), 809. Engagement, 969 Engageren, 107, 720. 884. Enormiteit. 719. Enquête, 91, 92. Enrolleren («erkvolk). 969. Entraveieu. 699, 875. Êntrée-billel, 15, 32. 33, 37. Enveloppe. 692. 1025. 1028. -peren (hrieven). 1024. Epidemie, 668. Epok-drager, 172. 173, 297-299. 483. 494, 495. Emiipajre, 321. 680, 681. 697. 850. 886, 890-892. 894, 920. 1028. -hoek, 891. 894. -goederen. 577. 631. 697, 932, 943. 944. -magazijn, 699. -meester, 894. -werf. 959.985.986. 1013. Équipement, 1016. . -menü-goed, 589. Erf, 239. 248.770. 872.911.1063- 1065. 1073. ■ -luief, 558. Erfeais, 240, 241. 243. 244. 248, 254; 258. 417. 562. 600. 601. Erfgenaam. 193. 235. 237. 240— 243. 246 247. 253. 254. 259. 261. 264, 265. 267. 271. 329. 371, 380, 411. 433. 463. 464. 565. 574. 599. 601, 630. 638. 1060. Erfportie. 243. 271. Ergernis, 461. Erneren (zich), 987. Ernst-vuurwerk, 747, 755, 756. Erreur, 206. 207. 258. 408. 413. 457, 565. 791. 813. 976. 1013. 1015. Erven. 599. 000. Escadron, 465. Etablissement, 42, 44, 698. 723. 726. 730, 979. (Imitenlamlsch), 1027. Etablisseren (zich), 357. Eten, 150. • (warm). 115, 1032. Etmaal. 508. Evacuatie, 724. ■ -eren (fort Ie Taiidjoéng-poura). 1068. Evangelie, 82, Evangeliseren, 841, 844. Evocatie, 92. Examen, 421, 446, 670. 920. Examinalie, 832. 939. 942. ■ -neren. 6, 198, 200, 206.208. 285, 286, 321, 322» 325. 441. 446. 577. 578, 585, 596. 684. 730. 791. 811, 823, 840. 844. 870, 890. 944. 949. 953. 994, 1015. Exces, 177, 179. 587. 681. Excuseren van dekolty-culluur. 908. (zich). 839. Excuus. 248. Executeren, 102, 244, 840, 845. . -leur, 193, 242,243.270.271. 328. 380, 565.918,919. testamentair, 261. 263. Executie, 92. 562, 649. (militaire). 501. 502. i paralei. 58. 72. 78. 193. 328. 380. 560. 638, 705. 813. 1010. 1059. Exempel, ,810. Exerceren mei ue brandspuit. 776. Exercilie. 11. 16. 150, 374. • -plein, 872. 874. Exhibitie, 676. Existentie. 589. Expediëren, 469, 586, 866, 867. Expeditie. 54. 101, 316, 405. 574. 590, 594. 680. 723, 730. 732, 734,735,828-830. 923,937,953,901.1023. 1028. (militaire), 281, 289. 2AAK-REGISTER 1118 Expeditie-geld, 849. •lijst, 27, 868. Expiratie, 820. Exploiteren, 678, 845. Extirpatie, 725. 978. Extorsie, 122. Extra-beUling. 218, 736. Extract, 73, 409. 1064. • -besluit, 189. • -factuurboudcr. 85. Extra-brieven-post, 1027. • -douceur, 604. ■ -post. 659, 660. 666. 1035. Faam, 120. Fabricatie. 766. ■ -ceren (kruit). 753. Fabriek (rang). 83. 520. 557. • (werkplaats). 400.444. 969. Faciliteit. 146. 1017. 1023. ■ -teren, 124. 404. • -tering, 153. Facto (de), 102. Factorij-bediende, 533. Factuur. 206, 222. 444. 453. 454. 620. 748. 762. 76:!. 790 891. 894. 946, 953. 954. -boek (extract). 454, 455. • -cognoscement, 224. -houder, 83 -lijst, 27. Falsaris, 394, 1049. Falsiteil, 73. Familie, 277. 483, 839. 907. 910, 1071. Fantóme, 669. 670. Fatalia, 685. Faveur, 145, 147, 736 Favoriseren, 139, 704. Feestdag, 70, 404. 419. 690. Fermiteit, 946. Fiat drukken, 994. . executie, 501, 534, 649. • -teren, 14, 29-31. 46, 785. Fidecommis. 253, 574. Financiën, 591. 592. 827. 842, 936. 939. Finanlie-boek. 946, 948. 952. • -boekhouder, 403. 453. 454. 709. 791. 849. 982. 984. 1079. -grootboek, 402. . -kantoor, 453,456,457.604, 646, 1015. ■ -wezen. 802. Fiscaal, 83. 84.108.112-114,153. 174, 176. 188. 189, 197, 204, 214, 225. 279, 280. 286. 302, 303. 327, 351. 490, 493, 523, 544, 640. 651, 654, 695. 699. 840. 841, 982. 984, 985. 987— 989, 998, 1018. . der bosschen. 120,121,123. 128, 129, 143. Flambouw, 395. Flesch, 338. 341, 896. 899. 930. 933, 1005. Flotille, 321. Fluweel, 7. Foelie, 155. 156, 196. 197. 344. 422, 618. 787. 831. 930. 931. Fokkerij. 178. 489. Folio, 250, 564. Fonds, 231. 232. 259. 260. 267, 269. 277. 278. 318, 319. 371. 466, 640. 849, 909. 1001. 1031. Forma (in) probandi, 92, 411. 501. . -liteit, 537, 643. . -lie. 465. 728. 780. Fort, 115. 166. 167, 179. 290, 291. 562. 574, 611, 626. 698, 746. 770, 819. 1068. 1069. Forlilicatie. 168. 407, 424. 426. 432. 436, 445. 614, 621. 697. 724. Fortres, 497. 498. 506. Fourage, 450, 576, 589. 866 • -geld, 116. Fourgon. 660. Founer, 579-581. Fourneren, 470,601.602.713,716— 718, 876. 1030. Fournissement, 164, 182, 712. Fournituur, 17, 33, 35. 36, 672, 1008. Fout, 845. 10i:'.. Frak, 1023. Franje, 517. Frankeren, 1027. Fraude. 96, 112.413.638.641.909. 996. Frauderen. 286, 333. 384, 476.1060. Fuselier, 580, 581. Fust, 72. 933, 935, 942. 949. 953. Gaga. 318. Gage, 321, 647,679 683. 755,842, 884, 1008. • -ment, 349, 778. Galg, 550, 1018. 2AAK-REGISTER. 1119 Gambir. 362, 392, 393, 904. 1048. Gamelan-speler, 484. Gangbaar, 66. verklaring, 569. 882. Gans. 283. Gantang. 926. Gapit-drager, 172, 173, 297, 298, 483. Garand, 807. Garbnleren, 935. Garen (kalocneii), 163, 182, 330. 337. 499, 569, 614, 618, 703, 831, 832. 963, 975. Garnering, 214. Garnizoen, 12, 13. 18. 54, 66,167, 375, 422-424, 428— 436, 439. 442,446. 447. 499, 567, 578.589,590. 686, 751. 784. 786,1001. 1078, 1079, 1081. houden, 1013 Garnixocns-bataillon, 625. -boek, 429. 438. -dienst, 439, 442. -hospitaal. 14. 672. 972. 973. 1007, 1008. -kamer, 471. -krijgsraad, 80.431. 1018, -regiment, 578. 1017, 1018. -reglement, 434. Geaardheid. 538. Geadopteerde. 600. Geallieerde, 683, 684. Geboorteplaats, 10. 892. -recht, 599. Geboren (jong). 489. Gebouw (civiel). 534. (Lands-1. 290, 314. 476, 614, 621. (militair). 424, 426, 534. Gebrek. 67, 30Ó, 313, 416, 424, 570, 656. 722, 837. 868. 879. 912. 913, 1005.1038, 1074. (chirurgicaal). 10. Gebreke (in) blijven, 813. Gebruik, 562. (huiselijk). 478. (oud), 499, 514. 632. Gecommitteerde. 179,276,463,468, 470,492,567,606, 735,821,895.934. van de groote geld kamer, 609. Gecommitteerde van den inlander, 39, 101, 104,186. der reede, 45. • van de riistinarkt. 609, van de suiker-cul tuur, 83, 317.466. 467. 473, 610. 619. Geconsigneerde, 954. Gedaagde, 845. Gedetineerde, 998. Gedierte (wild). 1023. Gedrag, 257. Geelgieter, 43, 607. Geessel, 370. • -selen, 652. > -lelijke, 294, 632. Geëxtropteerd. 116. Gegadigde, 71-. Gegijzeld, 668. Gehalte, 388. Geheim. 839. ■ -schrijver. 83, 535,609,1052. Gehoorzaamheid. 7, 361. Gehucht. 339, 635. Geil, 338, 341. 389, 896, 899,906. Gekwetst 13, 20, 668, 670. 671. 736, 737, 969. 970, 1001. Geld, 59, 75—78, 147. 150. 295. 646, 661, 729. 736. 762. 763. 918, 989, 990, 1011. 1030. ■ (geleend). 962. (koper), 186, 190. 533, 546. 549, 571, 601,610,613,617, 620. 784. 848, 861,862,874. 875, 902. 913. 918. 1005, 1008. • (Lamls), 54». • (papieren). 61, 62, 65. 66, 156, 418, 452, 570.603,803, 869, 870, 875, 876,919. 968. . (zilver). 700, 757. 848, 861. uitvoeren, 591. . -boete, 121. 560. • -eisch, 422. . -helling, 962. • -kamer, 452. • (gr00te),591,609,615. 794. 939, 941, 952, 953. . -kas (groote), 204, 205. 286. 615.778,788-790,823. • (kleine). 204, 205. 789. . -kist, 110. • -leening. 114, 304. 1808. H. W. DAENDELS. 112 17 Augustus. Vermeerdering van hel aantal leden der hooge militaire vierschaar met twee leden. Deze bepaling is wel vermeld gevonden, maar het besluit zelf of een extract daaruit is niet aangetroffen. 19 Augustus. Toewijzing zonder vorm van proces aan den fiscaal en aan den aanbrenger van aangehaalde contrabande. Naar aanleiding van het achterhalen van contrabande in de onniiddelijke nabijheid van Batavia, overwoog Daendels, »dat in gevallen van dezen aart, wanneer de omslaudigheeden het voornemen van fraude zoo duidelijk aanwijzen, als hij het rapport van den water-fiscaal met betrekking tot de onder werpelijke aanhaling is voorgedragen, eene prompte verdeeling van de ter sluik uitgevoerde gelden of contrabande-goederen, na alvorens agt a veertien dagen te wezen aangehouden in afwachting der reclame, die daarop mogt worden gemaakt, als het hillijkste en tevens krachtigste middel is aan te merken, niet alleen om de officieren van justitie, hunne bediendens en alle andere tot waakzaamheid aan te moedigen, maar ook om aan het gouvernement de uitvoering der wetten tegen sluik-handel te verzekeren, welke haar geenzins door eene ge rechtelijke afdoening wordt gewaarborgd, eerstdoels door de lang wijligheid, waarmede de zaken bij de justitie worden behandeld, en ten andere door de daarmede gepaard gaande kosten of proces-ongelden, die altijd aanzienlijk zijn en niet zelden het monlant der aanhaliqgen egaliseeren of ten minste zeer nabij komen, zoodat degeenen, die de wetten moeten surveilleeren, hunne interest niet genoegzaam aan het uitoefenen hunner verplichtingen verbonden ziende, zich vaak tot corruptie laten verleiden en voor de gereede aflanging van ecnig geld of per centos als het ware de oogen sluiten". Op grond hiervan machtigde Daendels den luitenant Gou verneur Generaal om, »wanneer, bij opening der agterhaalde en onder den water-fiscaal berustende negen en dertig rolletjes, ZAAK-REGISTER 1120 Geldschieter. 311. 596. . -teller. 815. » -vervoerder, 78. Geleide-briefje. 135. 142. 542. 748, 889. Gelukzoeker. 420. Gemachtigde. 253. 311,565.964. » (codicillair), 261. Gemeenle (gereformeerde), 372. 758. (hervormde). 735. 820. 1005. (Roonisch-Calliolieke), 590, 757. (schamele). 535. 756. Gemoel (te) komen, 376. Genealogie. 369. Geneeskunde, 148. 736. (gerechtelijke), 668. Geneeskundige, 868. • . -middel, 6, 8. 9. 11,21,23- 31, 526, 668, 669, 868, 1082. Generaal. 347. Generen (zich). 820. 1072 Genezing, 892. Genie, 231, 432. 438. 529. 880, 534. 721, «67. 959. -nflicier, 867. Gecmotiseerd, 802, 964. Gerecht (ambulant), 88. Gerechtigheid ('s Heeren). 476. 563, 564, 616. Gerechtsbode, 983. 985. 986. Gereedschap, 8, 881, 932. • (artsenijiiiengkini(litr). t). 30. Gerepatrieerd, 60. Gerief. 1021. . -lijkheid. 283; 293. Geruststelling, 919. Geschenk. 36, 163. 182. 266, 330, 382, 414, 478. 492. 633. 838. 839. 1051. Geschiktheid, 484. Geschil, 294, 329, 502. 745. (klein); 623. Geschut, 342, 724, 727. 746. 900. Getrouwd, 489. Getuige. 52. 90, 91, 174. 254. 203. 285, 287, 333. 384. 477, 561, 630. -nis. 683. Getuigschrift. 670. Geval (pregnant), 490, Gevangene, 174. 177.286,345,503, 598, 608, 666, 669-672. 681, 683, 787. 969. 970, 997-999. 1001, 1002. Gevangene (crimineel), 999. Gevangenis; 177. 672. 1081 Gevogelte, 708. Gevolg van een inlandsen hoofd, 171, 173. 363, 633. Gevolmachtigde, 60. 61, 193, 328. 380, 589. 868-870. 918. 919. Gewas. 49. 50, 300. 500. 728. 926. Geweer, 573. 700. 724. 727. 1072. » -drager, 172,173,297—299, 483. -laden-maker. 43. ■ -maker, 43, 572, 579, 750. Geweld. 175, 301, 679. 680. 701. Geweldiger. 279. 637. 696. 983, 985. 986. Gewicht 290. 427, 794, 886, 935, 954. Gewoonte, 844. 1055. (godsdienstige). 158. 294. Gewijsde, 840. Gezach (plaatselijk), 802 (willekeurig), 158. . -hebber. 41. 44. 48, 49,66. 82. 106-108. 115, 176. 185. 209-213. 215—217. 219. 223. 228. 230, 279, 281, 282, 285, 287. 288. 290. 312, 342. 583, 598. 639. 641, 645-647. 708. 734. 768, 801. . -voerder, 209. 215. 216, 224, 1028: Gezondheid, 11, 23, 25, 55, 147 150, 511, 763, 769. 771. Gieten. 342. 388. 548, 900. Gift. 102. 241. 245. 328. 380. 414. 478, 492, 633. 776. 838. . (vrijwillige). 267. Gladag, 170. 171. 512. 897. 1033. 1035, 1036 Glazenmaker, 607. Godsdienst, 245. 365. -oefening, 820. -plechtigheid, 1055. Godshuis, 267, 272. 525. 068. 671. 756. 758. Goed (gepermitteerd), 591. . (los). 69-71. 278. • (ongepermitteerd), 332. 383. • : (onroerend), 243, 562. • (particulier), 382. ■ (passerend), 127. ZAAK-REGISTER. 1121 PLjUUAT-UOKK dekl xt. n Goed (roeren.l). 243. 597, 598. . (vast), 70, 71, 73, 74, 241-, 248—251, 264, 278, 518,529, 559, 563, 564. 568, 574, 575. 596. 597, 676. 773,815,872, 962, 994, 1062, 1065. ■ (verkocht), 72. • (verpand), 252. Goederen (gou vernemen is), 704. (Lands), 865. (militaire), 586, 589. Goelang-goelang, 492—494 Goemoeti, 163. Gom, 930, 933. ■ -lak. 933. Gooi. 150, 1074. Gordel, 517. Gouvernement, 2, 981. -generaal, 203-205, 207. (l'orlugeesch), 533, 534 Gouverneur, 81, 109,327,329,422, 468, 707. -Generaal, 81, 90. 92, 93, 99, 120, 121. 162, 318,346,527,591,592, 606. -Generaal (oud), 81. -Generaal ad inlerim, 959 Goud,' 239, 661, 682,739,805,806, 808. -werk. 305. Graad, 232, 403, 554. Graan, 934. Gracht, 102, 169, 294. 497, 558, 773, 911, 912, 1074, 1075. Graf, 105, 237, 365, 399,511,873, 907, 909, 910. • -kelder, 398-400. Gras, 116. 298, 504. 506, 631,658, 662, 707, 1030. • -seren van mesuses, 561. • -snijder, 513. Graliae polestale (ex infinita), 845. Gratie, 844. (recht van), 365. Gratificatie, 58, 612, 884. Gratis. 3, 4, 153, 688, 907, 909, 994, 1021. Graven, 399, 497. -schending, 175. Grenaat, 750. Grenadier, 65, 580, 581. Grensscheiding, 359, 541, 629, 742. Griblik, 392, 1048. Grillier, 536, 537, 595, 828-830, 837, 838, 840, 923, 924. Raad van justitie, 929. Groei, 916. Groen (Spaansch), 754. Groenten, 116, 522, 571, 688,729, 781, 999. -kraam, 391, 570, 1045. -tuin, 556, 962. Groeten, 64, 65, 110, 376. Grofsmid, 43, 44. Grond, 345. (schrale}, 860. (voorouderlijke), 539. • -brief, 561. -huur, 834. 966. -pacht, 168. Grootboek, 200, 209, 402, 453. ■ -demang, 654. • -djaksa, 162, 165, 174, 176, 178, 286, 299,500,501,504,505, 523, 633. Groote (inlandsche), 621. Grootheid, 105. • -kassier. 83,406,454, 546, 547, 606, 657, 794, 810, • -mantri, 162, 165. 171, 173, 299, 484, 493, 504, 512, 654, 778. • -moeder, 247. , • -vader,. 66. • -zegel, 261. Gros, 811. Gruis, 976. Guasios, 999. Gunst, 592, 840- Gijzelen, 241. • -linp, 411, 560, 1000. Haat, 1055. Ilals-das, 582, 583. Halteplaats, 659, 662. Hand, 651. Handel, 39, 59, 124, 202,224,231, 291,304,305,311,313,314, 452,509,591,592,615,673, 674,694,721,725,766,768, 905, 925, 963, 965, 987, 1002, 1080. (buitenlandsche), 533. (Chineesche), 702. (clandestiene), 373. (exclusieve), 977. ZAAK-REGISTER. 1122 Handel (Japansche), 85. • (ongepermitteerde), 224, (particuliere), 284,351,387, 977, 982, 987. (smalle), 76. 550,777,990. (verboden), 284, 296, 479. (vrije), 67. aan de schepen, 391, 571, 622. 623, 1045. Handelaar, 332, 351, 383,417.848, 989, 990, 1054. (inlandscli), 831. Handen-arbeid, 489. Handlanger, 427. 798 . -leckening. 251, 938, 945,950, 955, 998, 1050. • -werk 365 509. Hanen-vechteiij.' 284, 338, 341, 388, 389, 391, 510, 571, 895-897. 899, 1045. Hangslot, 810. Hardheid, 736, llarpuis, 750. 853. 854. 930, 933. Haven, 355, 374,550.551,682,893. en equipage-meester, 885, 886, 890-894. -meester, 45, 47, 272, 458, 680,983,1000-1003.1007, 1081. meester (l f ), 894. (2*). 885, 893, 894. Hebzucht, 49. Hecmraden, 84, 86, 95-97, 104, 319, 320. 390, 517, 519, 520, 536, 552, 559. 565, 658, 738, 1067. -kas, 319. Heer van den Lande. 290, 291. Hcerendienst. 106. 132, 169, 289, 292, 295, 297, 478, 488. 499. 512. 632, 704, 705, 717, 861. 977. -plichtig, 760. 's lleeren-gerechligheid, 286. Heeren-weg, 100. 743. Helle des volks. 1036 Henen. 636. 925, 1005. 1060. Helling. 59. 179. 289, 295. 332, 383—385, 412, 478, 492, 499, 532. 538, 703, 729, 766, 768, 850, 852, 1080. Hef-machine, 134. lick, 626. 701. , llelmbardier, 605, 609. -montering, 608. Hemd, 3:!, 35. 522. 572, 582. Herberg, 169-171. 285. 297, 391, 407. 485. 512. 513, 570. 659, 661, 1021. 1022. 1024. 1028- 1032, 1036. 1037, 1045. Herbergier, 843. 1022.1030-1033, 1035, 1038. Ilerkomen, 844. Herstelling, 147. Hertrouwen. 247, 460. Heulsap. 194, 288. 905. Hiërarchie (militaire). 442 llisloria morlii, 10. 19. Hoed, 63, 837, Höefsmid, 579-581. Hoenders. 283, 522, 571. j Hoepel, 1079. Hof-band, 376. • -groote, 377. . -meester, 64, 608, 609. • -ters-woning, 625. • -meid, 376. Bok, 998. Hul, 341, 644, 645, 647, 899, 900. Homologeren, 515, 626,980. Hongersnood, 912. Honneur, 87. (militair), 282, 475. Iloold (inlandsen), 50. 96, 115,116, 131, 166, 169.174,282.490. 492, 499. 602. 632-635, 687, 713. 716,765.793.802. 1024. » (Madurcescli), 55. -administrateur, 4. 82, 161. 203-206, 208—217, 219. 222. 223, 226.229,230.279. 281-283. 290, 310, 312. 327, 328. 583. 645. 698, 709. 778.788.822-824,827,887. 895, 935-938, 940-956. 998, 999, 1069. -administratie, 463. • -etablissement, 5. • -geld, 59,179. 338-343,348. 387-389.391,394.485.570, 741, 896-902, 1045, 1049. 1079. -hospitaal. 14. • -kas, 762. -kussen, 685, 686, -kwartier, 6. ZAAK-REGISTER 1123 HooH-negorü, 40. 69. 92.166,168, 177, 294, 295, 301,348,389, 489, 494, 497, 506 509,568, 509. 634. 635. 673, 728, 770, 1041. • -officier, 111, 726. ■ -officier iler genie, 436. ■ -opziener der kollij, 500. • -plaats, 15. . -profeet, 979, 981. ■ -préfecture, 979. . -regent, 348. 486, 500, 501. ■ -regentschap, 464. . -schooi. 100. 595. • -wacht 471, 625, 860. • der chirurgie, 40. ■ der Maleischc nalie, 59. • der prauwvoerders, 760. Hoogepriester, 89. 486. 490. 491, 493, 494. 500.501.632.033,654. 655. 690. 908. Hoogslbiedende, 896. Hoorn, 392. 1048. . -vee, 295, 338, 896, 899, Hospitaal, I—lB, 21-23, 25, 28, 31. 32, 34,37,54,146- 148. 150, 151, 168, 187, 370, 371, 399, 407, 405. 470, 473. 522, 526. 571. 572, 621, 624, 085, 698, 744, 781, 783, 818, 819, 836. 852. 858. 859, 892. 943, 959, 969, 970. 972, 1001. 1008, 1009. 1078. 1081. -apotheek, I. -bediende. 36. » -dicnsl, 37. -meester, 19, 20,32—36, 38, 522, 523. -wacht, 20, 33. Hospilalicr, 4. Hotel (gouverncmenls). 544. Bout, 40. 124, 135, 136, 138. 153. 154, 163, 177.280,288,296. 318, 480. 503, 542,545,590, 044, 738, 744, 753, 855,856. 860, 914, 916. 975. 1075. . -administratie, 282, 400,406, 498. 800, 1017. . -bosch, 81, 82,159,163,169, 317. 474, 531, 851,852,855, 1069. ■ -cultuur. 351. . -handel, 119, 122, 124, Houtkap, 133, 168, 181, 718. 856, 914. ■ -machine, 1056. • -rekening, 888. Houtskool, 40, 41, 139, 163, 400, 499, 753, 793. 794,796, 798,917. Houtsoort, 139. • -stapelplaats, 602, 603, 716, 889. 885. • -vestcrij, 120, 121. . -vlot, 167. • -wagen, 1057. • -werk, 117,118,120,123—127, 129. 130, 134, 135, 138, 140- 142, 152, 153, 170, 182, 184, 278-280, 426, 462, 474, 513, 541—543. 545, 614, 618, 624, 715—717, 719, 720, 800, 822. 886. 889, 932, 943, 946. 952, 1022, 1055, 1356, 1057. Houwer, 166, 505. ■ -drager, 172, 297, 483. Huid, 854. Huis, 73. » -bediende, 513. ■ -bezoek, 257. • -bouw, 134. • -collecte, 721. ■ -genooi, 289, 478. . -gezin, 303, 330, 342.359,485. 487, 495. 496. 568. 632, 634, 635, 673, 741, 742, 871. 877, 878, 901, 968, 970. ■ -houden, 1072. . -bombus, 129, 163, 455, 457. 514. 518, 559, 507. 604. 621, 726, 782. 875. 930. • -boudkuude, 123. • -buur, 611, 612. 698. . -raad, 35, 239, 241, 806. ■ -timmerman, 698. . -vader, 485. . -vesting, 1072. . -vrouw, 461, 462. 839. Hulp (geneeskundige), 1001. ■ -troepen, 66 Huur, 538-540, 562, 660. • -eed ui, 558. ■ -der, 50—53, 352. 500, 713, 851, 855, 914, 928. • -ling, 141, 752. • -loon, 97, 98, 100, 462, 621. • -termijn, 969. • -wagen, 96. Hut, 150. ZAAK-REGISTER. 1124 Huwelijk, 145, 146, 247, 248, 266. 272, 294, 460—462, 484, 492, 599, 1055. Iluwelijks-plechtigheden, 268. -zaken, 175, 178,502,511. Huwen, 242, 244. Hydraulica, 443. Hypothecalie, 250. 562, 563, 565. Hypotheek, 241. 243,249,256,277, 564, 597, 919. (legale), 58, 72. Immeubelen, 239. Immoraliteit, 461. Impositie, 127, 417, 1077, 1080. Impost, 337, 525. 641, 767, 905, Impulsie, 908. Inactiviteit, 1017. Inbinden, 454, 829. 924. Inboeken (verkochte, vaste goederen), 278. • -king, 457. Inbreng, 809. Inbrenger, 806, 807. 809. Incassalie, 759. • -seren, 58, 225. 275. 296, 596. 625, 767, 995, 1024. Inconvenient, 116, IÜ7. 190, 348. 400, 401, 463, 464, 600. 660, 801. 807, 871, 879, 880. Indagen (weeskind), 254. . -ging, 879. Indemniseren (het gouvernement), 907. -teit, 867. Index, 923, 924. Indisnatie, 534. Indigo, 163, 337, 387, 499, 569. 614, 618, 831, 832, 963. 975. -makerij, 182. Individu, 584. Inductie, 844. Infanterie, 12, 54, 56, 66, 80, 432. 579, 581, 582, 743. 755, 920. . -rist, 582. 583. Inl'ormator. 231. 232. Ingeland, 555, 558. 560, 1074. Ingenieur, 407, 422-425, 428— 437, 439-442, 444. 448, 449. Inhuren. 116, 459. 610. 975, 1016. ■ -ring, 788, 822, 942, 952. Injurie, 175. ■ -riëren (wijkmeester), 1071. Inkapping, 916. In-kas-telling. 200. Inkoop. 331, 531. 613. 614, 621, 622, 719, 782. 783, 788, 822, 937, 941, 942, 944, 952, 953, 1050, 1069. Inkoopen (marine goederen). 892. Inkoops-prijs. 145. 170, 177, 503, 513, 521'. 526. 1012, 1022. Inkruipsel, 792. Inkt, 516, 783. . -slof, 472, 473. Inkwartieren, 471. -ring, 498. Inlander, 2, 3. 15, 17, 18, 33, 49, 54, 89, 96, 113,120,123, 151, 153, 158, 160, 183, 194, 269, 282, 301, 321, 327, 334, 371. 379. 419. 426, 477, 478, 481, 483, 485, 488. 489, 492, 495, 498, 500, 503, 505, 510, 511, 522, 539, 546, 548, 571, 572 582. 584. 585. 600, 623, 632, 635. 636, 650, 651, 663, 664, 666. 672, 686, 700. 701, 724, 741. 781, 819, 871, 873, 907. 908. 910-918.926. 927. 973,999,1000,1036, 1057, 1060. 1072, 1073. (christen), 998. ■ (suspecte), 152. (weigezeten), 175. Inlijven, 487. 635. • -ving. 352, 358, 537. 723, 741. Inmeten, 51, 926. Innemen (medicijn), 9. Innen. 244. 735. Inscheep-plaals, 352. Inschepen (poeder suiker), 336. Inschrijver, 425. Inschuld, 258. Inscriptie, 109. 110. Insect, 3, 9. Insinueren. 411, 412. Inslaan, 344. Insolvent, 262, 265, 267, 371. 400, 630. • -ventie. 193. 259, 1011. Inspecteren. 100. 795, 796, 915. Inspecteur, 754. der wapen-kamers, 322. -generaal. 43, 81. 169, 280, 281. 406, 472, 498, 940. ZAAK-REGISTER. 1125 Inspecteur-generaal der houlbos schen, 117—120. 123— 127. 129 132, 134.136, 140-142, 152, 153,351, 474. 654. 713. 714. 720, 730, 877, 885. -generaal der koffij-cul lunr. 474. 531, 631, 632,653, 654, 730, 769, 885. Inspectie, 15, 21, 23, 26. 43, 46. 55. 118. 434, 439, 440. 4-14. 558, 073. 714, 747, 785. 786, 1037, 1038. oculair, 561. 562, 711. Inspringen van opstallen, 1075. Inslampen (zont), 51. Instantie, 679. 680, 841-843. (1«), 123, 153. 175,1061, 1062. Instelling [godsdienstige), 511, Instituut, 687- 691. (openbaar), 995. Instorten van burgwallen, 1073. Instructie aannemer posterij, 657. administrateur Soerabaija, 788. administraleur-gcner.,94o. ambulant gerecht, 88. bailluw, 100. bank van leening, 805. boekhouders, enz., 208. boschganger, 133. commissaris houtwerken, 140 commissaris van oorlog, 321. 584. commissaris-generaal der marine, enz.. 884. commissie van retorsie, 679. directeur-generaal, 936. drossaard, 101, 348. 554. duiten-munt, 792 feneesknndig vak, 289, 480. generale directie, 929. j rekenkamer, 262, 403. 456, 467. 480, 515, 791, 832. gezachhebbers Java. 280. Gouverneur-Generaal, 113, J 57. 401, 758. 929. 936. 939, 960. eriilier génerale-secretarie, 828. Instructie havenmeester, 1001-1003. haven- en eiiiiipagc-mecs ters, 890 hoofd-administrateur, 203, 230, 286, 948, 951, 957. » inspecteur-generaal hout hosschen, 116, 280, 281, 289, 480. inspecteur-eeneraal kollij culluur, 289, 480, 631.' inspecteur salpetcr-falirie kcn, 643. kommies kleeding-maga zijn, 1014 landmeter, 1062. • militaire kommamlant Oost hoek, 281. » negotie-boekhouders, 221, 230. onder- equipage- meesters, 891. onder-havenmeesters, 893. opzichters houlstapelplaat sen, 541, pakhuismeester, enz., 210. Imlrama joe, 824. post-meesler, enz., 663. prefecten, 273. > president enz, houtbos schen, 122. Raad van justitie. 838. regenten, 292. Schepenen, 520, 552, 663, 745 secretaris houlbosschen, 119, 132. secretarissen-generaal, 729. sjahbandar, enz.. 224. slads-docter en chirurgijn, 666, (»70. 969. Sultan Bantam, 359, 693. vendumeesters, 57, 69, 286, 477. visitaleur generaal, 413. wagenverhuurders, 462. weeskamer Samarang, 780. wïjkmeeslers. 738, 1070. Cheribon, 769. Instrueren, (een waarnemend prac tizijn), 144. Instrument, 600. (chirurgicaal), 8, 9,21, 23, 28. ZAAK-REGISTER 1126 Instrument (notarieel), 643. Interdictie poenaal, 845. Inlerinemcnl, 845. Interjectie (indebile), 841. Intestato (ah). 285, 406, 462 464. 477. 601. 630. Intonatie. 697. Intrest. 4. 103, 253, 266, 312,316. 420. 596. 597. 620, 759. 761. 762. 807. 808, 813, 909. 964. -boek, 813. Introductie, 258. Invalide. 721. Invallen hij vacature, 656. Inventaris,' 17. 26.31, 35. 238- 240. 243. 256. 257. 259. 270, 271, 275, 278, 423. 430. 444, 672. 682, 746. 796. 841. 844. 881. 996. 1031. 1079. Inventarisatie, 266. . -geren, 33. 236. 242, 263, 264. 274, 277, 433. 477. 630. Inviteren door aansprekers, 396. Invloed, 328, 380. Invoer, 189. 191, 195. 325-327, 333-337. 372, 384-387. 391. 417. 628. 629. 903. 904. 906. 1009, 1012. -pacht, 387. Invoeren, 382-384. 387. Invorderen ('s Lands domeinen), 827. Inwatering, 716. In wegen, 888. Inwisselen (koper geld), 990. • -ling, 861, 918. Inwonen. 1060. ■ -ner (arm), 9. Inzaam. 293, 311, 341, 476, 899. 900. 925. Inzameling, 937. Irregulariteit, 515. Jaagpaard, 603. Jaartal, 755. • -wedde. 986. 991, 1016. Jager, 66. 579, 581—583. Ja.|iiet, 1023. Jas, 658. Jeugd, 511. Jol, 739, 740. Jongeling, 301, 483. 492-494. Jongen. 98, 689. Jonk. 41, 272, 551, 618, 766, 904. Jonklieden. 757. Jood, 261, 235. Journaal, 102. 120. 121. 133, 138, 139, 209. 402. 429, 153, 680, 681, 700. 707. -exlendeerder, 85. -schrijver, 85. Judicatuur, 91,'123, 153, 175.176. 500. 501, 561, 685. 745, 843, 1062 Jugeren door den lloogen Raad van justitie, 838, Jure (ipso), 50. Jurisdictie. 53, 83, 100. 101, 175, 187, 190. 364, 518, 537, 554. 555, 562. 566, 603, 630, 671, 701. 737. 842-844. 855. 1006, 1064-1066. 1072. 1073 Justiciabel, 430, 431. JustiGceren, 514. 521. Justitie, 102. 112. 174. 365. 525. 635. 648. 652, 837. 839. 840.914.1001,1002,1062. -dienaar, 637. ■ -kamer, 621. Juweel, 241. 261, 805, 806. 808. Kaars. 44. 45, 471. 516. 537. 860. Kaan, 117. 124. 125.423.430.439. 441. 442, 448. 529, 530. 558. 567. 675. 872. 1005. 1002, 1063. Kaai I en ma kers-winkel. 607. Kabaja, 33, 569 Kachel, 752. Kade. 107.!. Kadjang, 930, 933. '. -mal, 782. &54. Kafler, 101. 280, 465. 466. 486. 608, 676, 699. 739. Ka in tekambang, 688. Kajer. 163. 930. 933. • -mat. 219, Kalang-geld, 164. Kalebas, 338. 341. 896. 899. Kaliatoer-hont. 975, Kaliher. 374. 756. Kalk. 362. 392. 393. 444,496,854. 1048. -brander, 761. -branderij, 563. 865. Kamer-bewaarder, 405, 606. . -pelden, 259, 372, 859.1006. • -ongelden, 253. 371. 529. Kamisool, 582. 583 Kamp(Chineesch),33B,34l,3B9,39o. ZAAK-REGISTER 1127 Kampak. 715. Kampement, 544. 721. (militair), 1078. Kampher, 569. 831, 832, 930,933. Kampong. 101. 160. 166. 319, 338, 359. 373, 449. 450. 487, 497. 506 500.512.519. 541, 623, 641, 701,737, 763, 770. 772 776, 896, 897. 899. -hoofd, 294,506.622,701, 773. -volk, 197, 373. 658, 662. 772. 798, 819, 865 Kanasser, 213. Kandoeroean, 160. 299. Kandij-suiker, 767. Kaneel, 930, 975. Kanon. 374, 746. -neer-prauw, 854, . -nier, 580 -582. 755. . -schol. 369. Kantoor-generaal, 84, 402. Kapas, 160, 161.178.293.296.476, 489, 496 631, 632, 702- 705. 768. 906. -cultuur, 283. 296 Kapeles, 712. Kapitaal. 1. 246.249.252.253.266, 267. 371. 372. 758. 761. 762. 802. 808 810. 813. 815, 869. 882. 883. 909. 910, 919. Kapitein, 42. 43. 54 56. 83, 110 111. 161. 191, 293. 435, 463. 465. 516. 523. 531. 538. 654. 673.679-681. 685. 770. 774. 788, 885. 893, 920-922. 1003. (inlandsch), 349. haven-). 469. -Chii s, 41. 59. 96.195. 268. 269. 310. 388. 391. 417. 786. 883. 909. 929. 1047. 1080 -kommies, 745--750. -luitenant, 421, 422. 921. -militair, 968. der artillerie. 232. 748. der genie, 432. ter iee, 421. 422. Kapiteüis-weduwc-pensioen, 319. Kap-loon. 125. Kapok, 362. 393. 517, 933. Kapoen, 117. 118, 120, 124, 126, 135, 140, 152, 153, 296, 541, 543, 644, 714, 715, 851, 852, 913-917. 928. Kapper, 125, 127. 133, 134, 138, 713, . -plaats, 136. 140.541. 718. 889. . -lijd. 716. Kar. '52. 124, 139. 153. 320, 871. Karabijn, 166, 505, 777. Karakter, 11, 65. kamig. 392. 1048. Karbouw, 67, 485. Karbouwen-huid, 854. -vleesch, 572, 688, 781. Kardamon, 163. 337.387,499,569, 930. 933. Kardoes, 374, 747. • -papier, 472, 473. Karren-weg, 857. Karlel-schip, 613. Kas, 762, 823. • fin) tellen. 869. • [gou vernemen is), 324. ■ fernotei, 225, 226, 255, 256, 258. 272. 810, 811. • (klein.!), 255. 256. 258, 272. • ('s Lands), 4. 34. 48, 59. 60. 80, 147. 157. 176, 190, 198, 205. 215. 275. 283, 295, 304, 305. 312, 313. 315, 316, 318, 319, 340. 348, 412, 421, 426. 429. 476. 478, 525, 526, 533. 552. 570. 576, 583-585, 596, 601. 607, 615. 625, 640, 642, 667. 672. 789, 794. 810. 842, 861. 869. 884, 939, 953. 963, 968, 978. 990, 1005. 1026. 1046 • (particuliere), 875. • (stads), 623, 624, 640. Kaserne, 11, 14,150.471.611.612, 62Ö, 626, 685. Kashouder. 204. 597. 798, 822. Kasket, 582, 583. Kas-ordonnantie, 200, 314,944, 953. Kassa-hoek, 217, 402. 576, 735, 811, 887, 995. ■ -boek (groot), 454. ■ -rekening, 205, 221,255.256, 406, 763, 789. 822. 888, 996. Kassier, 57. 58. 84, 192, 202, 321, 457. 805. 806, 809 -815, 849. 909, 995, 996. bank van leening, 83. Kast, 530. Kastelein, 95, 96, 606, 962. ZAAK-REGISTER 1128 Katjang, 163. Katoen, 335, 386, 471, 524, 752, 860, 930, 933 Kavallcric, 66, 80, 576-582, 707. (inlandsche), 504. ■ -paard, 576. Kavallerist, 582, 583. Kaveling, 462, 545, 860. Keizer, 470, 905, 1057. Kolder, 338, 341, 896, 899, 907. Kemiri-olij, 853. Kemit, 299. Kemnek, 1037. Kendaga-dragèr, 172, 173, 297— 299, 483. Kennis nemen, 502, 706. Kerk, 590, 859, 961. (Koomsch Gatholieke), 757, 758. Kerken-dienaar, 605. Kerker, 651. Kerkeraad, 372, 735, 757. Kerk-gerechtigheid, 735. • -hof, 3, 395, 772, 907, 908. ■ -meester, 397, 399, 406 • -middelen, 395, 820. ■ -recht, 836. Kerven, 391, 570, 1045. Ketel, 33, 644. Kelin, 486, 494, 495,654,655/687, 688, 690. Ketting, 819, 820, 1056 (in de), 53, 58, 68, 115, 574, 671. -ganger, 156,378,420,572, 721, 736, 744, 745, 819, 1049-1051, 1067. -meid, 853. -sla-, 75, 121, 152, 419, 452, 647,'652, 853,876. Keuken, 17, 172, 173, 298. Keur, 555, 844 • -meester, 69. Kiel, 136 Kiezen (dessa-hoofden), 490. Kind, 9, 12, 37, 51, 113, 231, 237,239- 245,247,248,255, 257, 264, 266, 299, 300, 364, 371, 372, 399, 461, 464, 466, 484, 500, 599, 600, 660, 669, 689, 773, 839, 1035. ■ (inlandsch), 697. • (onecht), 145, 252. Kindskind, 247. Kist, 110, 332, 383, 384, 480,682, 934, 949, 952-954. Klaagslem, 113. Klacht, 18, 53, 67, 503, 595. Klapper, 163, 300, 392, 1048. -boom, 555, -man, 775. • -nool, 485 . -olij, 532,572,750,754.781. 782, 975. Klasse, 920 -922, 1050. Kleedcren, 239, 241, 990. Kleeding, 100, 100, 280. 323, 505, 506, 575. 576, 631, 752. 1050, .1051. en equipemenl-magazijii (militair). 1013. ■stuk, 17. 33. 35. 521. 672. 1008. 1016. Kleedje, 15, 33. 35. 151, 289, 478, ' 688, 689 (Javaansch), 5;2. 572. Klei. 738, 1075. Klein-demang, 655. ■ -iljaksa. 177, 178. . -k'assa-lioek, 223. • -kassier, 223, 220, 465, 779, 826, 902, 084. • -mantri, 162, 165, 173, 209, 494, 504, 655. Kleinodiën, 239. 682. Klein-winkelier, 155. • -zegel, 226. 566. Klerk, 48, 63. 86, 123, 188. 189. 207, 209. 223, 230, 278. 347. 374, 453, 456. 604. 605, 629. 646, 695,696,731,749,779, 792. 805. 812,816,830.885. 082, 984, 986, 1000. 1001. 1016. • (1«), 85, 229. 230. • (gezworen), 58, 62. 80. 85, 86, 143, 229, 405, 520.558, 559, 594, 604,605,009.673. 767, 838. 923, 982. . (1- gezworen), 85. 85. 278, 594, 601. 734.829.881,921. 995, 996, 1051. (2° gezworen), 924. • (3- ■ ), 924. (adjunct gezworen), 86. ( » l e gezworen), 593, 604. Klewang, 505. Klinken, 819, 1056. ZAAK-REGISTÊR. 1129 Klinker, 444. Klip, 7, 341, 809, 900 Klhvon, 488. 490. 491, 493, 505, 512, 054, 093. Klok, 820 Knevelarij, 141, 162,401.632,633. 819, 889. ■ -lon, 160, 332, 383. Knie, 142, 543. ■ -band, 63. Koe, 178, 283, 897, 906 Koeda aloes, 744, 10:>0 . glad.tk, 744, 1036. Koe-kraal, 612. Koeli. 107. 109. 140. 141,200,218. 291, 319, 320,317,369,427. 459, 466,500.541,545-547. 552, 594, 609,611.708,72-2. 723. 744,824, 867, 998,1016. . (Cbineesche), 749. 884. ■ -geld, 533, 608, 756. . -loon, 141. 428. 542, 619. 723. 889. ■ -rol. 609. Koels. 65, 95. 369. ■ -huis. 1022. Koelsier, 98. 99, 513, 658. 659. 661, 662. 866. 1036, 1037. Koewoe, 487, 495. 634, 655 Kofler, 110, 660. 1035. Koffij, 60. 155, 156, 160. 161,178. 196, 211. 213,218,293,303, 311, 343. 344,363,458.489, 496, 516. 523,01:1.614,618, 619. 631, 652,674,757,825, 826. 855.861,871.876.879. 930, 933. 963,968,1032 -Loom. 496, 652, 653. 673, 871, 908. 975. • -boon, 155. 196, 197. -cultuur, 81, 159. 281. 283, 296. 30.!. 304, 496, 523. 531. 629-631, 653, 704, 860. 968 -leverancier, 826 -opziener, 678, 679 -pakhuis, 379, 673, 835. 967. . -plant, 303. • -plantage, 630. 634, 878. -planten, 718 • -planter, 704, 705. -prauw, 1069. . -tuin, 300, 653, 704, 968. Kogel, 374, 548, 753. ■ -gieterij, 407. Kogel-zwaarle, 374. Kojang, 51. Kok, 32, 465. Koken, 288. 480. Koker, 16. Kolenbrander, 139. . -branderij, 124, 154. • -niijn. 407. ■ -magazijn, 797. Kolf, 751. Kolonel, 56, 66, 81. 111, 191.282, 415, 462, 463, 475, 530. 734. 739, 885, 890, 894. 1003 Kom. 1008. Kombuis, 818. • -poederen. 849. Koimuandanl, 150, 391. 407. 423. 430-434, 439, 444. 468. 498-500, 567, 578, 695, 696, 698. 893, 981. 985-987. 989. 1047. (inlandsch), 535,608, 622-624, 881,908. f militaire), 281. 287. 288. 469. 478, 589. 646. 047. 785. 1078. der artillerie. 746, 747. 751, 753. 754. burgerij. 395, 400 • haven, 734, 739. 830, 1028. militaire divisie, 449, 746 749. 751. 754, 755. Kommandeur, 458, 581. Kommies. 127. 128. 142. 143. 455, 524. 530, 593. 731. 751, 753. 755, 756, 830. 923, 924. 1013. 1015. (1'). 62. 83. Kompagnie, 12,13, 54. 56,110.111, 299, 465, 471,575,623.624,626. 728, 1002. 1079. Kongsi, 329, 381. Konstabel. 921. -majoor, 921. Kook-zaal, 185. Kool, 816. Koopbrief 250, 251, 558, 563- 565. Kooper, 70, 72, 73, 104, 105, 290, 462. Koophiudel, 158. 1808. H. W. DAENOELS. 113 FLiliiT-BUII DEEL XT. 8 daarin geld of contrabande goederen worden gevonden, dezelve mei de beroeds uit liet geopende rolletje geligte vijftig Spaan sche mallen zonder vorm van proces toe te wijzen voor twee derde gedeelten aan den fiscaal en een derde gedeelte aan den aanbrenger, wanneer inmiddels deswegons geene reclame is gedaan: met verdere qnalificatie op den gemeldcn lieulcnant Gouverneur Generaal om ook voor den aanstaande in gevallen van gelijken aart op gelijke wijze te disponeeren". Op 15 December 1808 is in een dergelijk geval een nage uoeg gelijkluidend besluit genomen. 2l) Augustus Verbod legen hel honden van pandetingen op Java. Nadcmaal de verderflijke gewoonte om vrije inlandeis, zoo mannen, vrouwen, als kinderen, voor bet leenen van een meestal geringe somine gelds in pand Ie houden en 10l lijfelijke dienst baarheid Ie verhindert, onaangezien hel verbod daartegen, door liet voormalige Javasche gouvernement bij billetten van den 3' n Maart 1794 en .ïi" Maart 179 ti geèmaneerd, in stand geldeven en.de klaagstem der daaronder lijdende ingezetenen is doorgedrongen 10l den troon van den Koning, onzen meester, zelfs nog voordat aan Zijne Majesteit bekend geworden waren de droevige uitwerkselen, welke daarvan in de Cherihonsche onlnsten ondervonden zijn, door de wanhoop en vertwijfeling der verpande menschen, die niet zelden geslagen, mishandeld en gelijk slaven openlijk plegen te worden verkocht, doch in allen gevalle buiten de gelegenheid werden gehouden om immer uit hunne dienstbaarheid te geraken, alzoo niets op hunne schulden wrerd gekort, maar integendeel dezelve door de ongehoordste praclijkeii zoodanig vermeerderd en op een ge hoopl, dal hunne gewetenloze schuldeischers hel voor hen ondoenlijk maken dezelve ooit te kunnen aflossen, en het dienvolgende aan hoogstgemelde Zijne Majesteit goedgunstig heeft behaagt ons bij onze instructie uitdrukkelijk te gelasten ZAAK-REGISTER. 1130 Koopman, 314. (rang). 81. 86. (vreemde). 842. -schap, 209,211.213,682, 806. 808. 848, 929, 1045. Kooppenningen, 104, 835, 967. • -schat, 103, 201. • -vaarder, 991. -vaardij-schip, 17. 624. 973 ■ -vaart, 065. . -waar. 044 Koper, 458. 571. 751. 770. 780, 703 708. 030, 033. 075 ■gruis. 883. -slager. 43. 750. -smelterij, 797. Kop-suiker, 767 Kopij, 287, 414. 430. ■ -boek, 262. 402. • -vendurol, 73. Koran, 687. 680. (iOO. Koren-molenaar. 608 Korl. 850. Korporaal, 110, 165. 290,377.470. 504. 579- 581 (inlandsen), 349. Korl (Ie) doen. 51. Korting. 72. 467. 826. Kosl linlandsche), 116 Kosler. 735. 820. 1005. Koslgeld, 190, 598, 842. 050, 008. 000. ■ -penningen, 736. Kous, 63. 335, 385. Kraai;. 7. Kraal. 68. Kraamptje, 770. Krandjang, 798. Krankbezoeker, 766. 083. 984. (iiilandsch). 605. Kralon, 64, 65. Kreek, 224. 556. 1074. Kreng. 910. 1054. 1055. Kreupel-bosch, 555. 556, 1074. Krib. 17. 33. 685. Kris, 166, 507. Krissen (werkwoord), 652. Kroeg, 338, 341. 896. 899. Kromhout 117. 135. Kroning. 369. Kroonprins, 64. 354, 360, 368. Kruisband, 199. . -post, 921. . -praauw, 608, 738. ■ -sen, 679, 921. Kruissen-maker, 43. • -ser, 329, 381. . -vaartniK, 167. J 79. 985. 986. Kruit, 17. 374. 510. 511, 703. ■ -hom, 754. -huis, 290. 476, 625. . -maker, 752. • -molen, 407. 626, 752—754, 8(54. • -proei. 753. . -rekening. 222. . -stoof, 752. . -tafei-plank, 142. Krijgsgevangene, 472. .' -kas. 61, 310. 361, 908. ■ -man. 247. . -raad, 433. 648. 619. (Innige). 431. Kuil, 907. 908. Kuipen (kruit in vaten), 753. Kuiper, 43. 608. 752, 922. Kuipers-winkel, 607. 745. en blokmakers-winkel, 1013. Kunde. 446. Kurkuma. 569, 975. Kussen, 517. 688. • -sloop, 522. 572. Kust, 921. Kwaadaardigheid, 258. 1075. . . -willige. 1059. Kwartier, 538. • - csier. 321. 922. 983. • -generaal, 56. Kwelling, 62. Kweslie, 640. 1066. Kwetsen, 287. . -sing, 1073. Kwispedoor-drager, 172.173, 297— 200, 483. 494. Kwitantie, 27. 35. 77. 128. 142. 311. 523. 542. 638, 646. 720. 759. 886. 887. 889, 1059. Kwijning, 539 Kwijtschelden, 337. 389. • -ding. 168. Laars. 324. 582. 583, 588. Laboratorium. 2. 27—31, 347,530, 531. 625. 747, 754, 755 Ladder. 820. Laden. 167, 497, 760, 893. -hout, 142. 543 Lading, 214. 218, 224, 225, 284. 452, 591, 753, 903, 932. 939. 944, 946, 950, 954, 1069, ZAAK-REQISTER. 1131 Lading (Japansche), 458. breken. 220. Lak. 278. 472. 473. 510. 594. 783, 806. Laken, 7. 35, 145, 151. 517, 521, 582. 949, 1008, 1015. (bedde-), 14 Lamp, 471. 860. Lampher. 397. Lampit-drager, 172. 173,297 200. 483. 494. 495. Lamp-oIM. 471. 500. 750. 752. 800. Land. 737. 1063. 1064. (particulier). 89. 1077. . -bouw, 139. 153. 158, 161, 530, 540. 1050 ■ -drost. 310. 320. 400. 419. 400. 058. 043. 841. 850. -eigenaar, 519.538 540.507. 817. 013. 1000. 1010. 1077. Landerijen, 103. 315.350.535.540, 555.557.501 -503.575. 622. 701, 760.833,835, 858.879.012.007. 1059. 1075. 1077. (particuliere). 567, 1019. Land-gerechl. 174 178, 286. 288, 302. 523. 507. 040-052. 818. . -goed, 554. 557. 000. 805. ■ -I r, 058 • -huis, 1050. . -maat. 485. 700. . -man. 49. . -meier. 84. 80. 157, 249. 310. 320. 359. 075. 676. 1062-1007. (gezworen) 507. 508. • -meiers-kennis. 070. 1003. -kantoor, 567. • -pas. 230. ■ -post, 891. . -raad. 121. 164.174—177.365, 477.400.491.493,500 503. 511. 040-052. 654. 655. 690,818,982.1081. (groote), 351, 523. Lands-architect, 006. Landschap, 653. . -taal. 92. . -weg, 297, 824, 874. Langstlevende, 238, 240, 243. Last- en ankerage-geld, (iOli. ■ -geld, 225. 543, 699, 777. Latrine. 150. Lebeh, 087, 688, 090. Leder-bereiderij, 007 . -werker. 7f)o. Lediggang, 10(i. 480. . liggen, 918. 919 . vallen van pakhuizen, 458. Ledikant, 1020. Leegloqper, 161, 507. Leen, 022. . (ler), 30. 924, 025. . -even (geld), 000. ■ -brier, 980. Leenen, 50, 96, 113, 244. Leening, 316. (geforceerde), 305. Leeningslijsl. 1013. Leerling, 687. 088. 000. -loots, 45. Leermeester, 231. 233. 087 000 ■ -tijd, 080. Legaat, 4. 01. 241, 248, 258. 205. 271. 757. Legaliseren (bijlagen, enz.), 133. Legataris, 266, 271. Lege dillainari (ex). 845. Leger, 575. 077. • -order. 75. Leges, 180. 590, 504. 00-1. 1000 Legger, 200. 704. 075. Legitimatie, 145. 110. Letter. 17. 33. 05. 90. 110. 152. 510. 558. 505. 771. 870. 880. 938. 945. 050. 955. 1071. Levend, 893. Levensmiddel, 34. 35. 02.169, 232. 499, 522. 707, 708, 710. 723. 817. • -wijze, 10. 11. Leverancier, 34. 39. 213. 210. 2(10. 321. 323. 324. 407, 408. 427. 428. 522. 577. 578. 580-589. 968. 909. 1015. Leverantie, 33. 44. 52. 125. 127, 130. 133, 101. 103.167. 168, 178, 179. 182 184, 209, 212, 283,330. 339. 342. 349. 400, 438. 476. 498. 497,499, 52;'.. 526, 531.578.610.631, 635. 046. 658. 702- 704, 707, 708,713,727. 720, 707. 768, 825, 826. 858,901,005,926.1019, 1030. (geforceerde), 965. (verplichte), 977. ZAAK-REGISTER 1132 Leveren. 103. 497. 498. 519, 913. 917,-925, 928. 1002. 1008,1019. Levering, 40, 707 Lezen, 687, 689. 690. 721. Liasseren. 78, 141. 430. 439. 537. Licenten, 843. • -lie, 108. Liccnlmeesler, 82. 192, 195, 391. 394, 406, 421, 552, 721, 739, 740, 830, 894. 1028. 1046, 1047. Lichaamsgesteldheid, 10. • -oefening, 11. Licht, 99, 700 . (brandend), 1073. Lid (adviserend). 500. (geassumeerd), 81. • (permanent), 174. . Hooge Regeering. 99,411.412. • huwelyksche en kleinegerechts zaken, 84. • rekenkamer, 418. LiefdegifL 270, 318 • -hebber. 425, 427. Ligdag, 613. Ligging, 16. 685. Ligplaats. 17, 33, 36-38. Limiet, 101. 249, 263. 538, 554. 559, 678. 1064 1066. » -scheiding, 359, Limoensap, 522, 572, 781. Linnen. 14, 36, 517, 854. (vuil). 1008. Lint, 517. Liquidatie, 52, 256. 463. 706. ■ -deren, 314, 837. 980. ■ -dileit, 595. Lilis pendent, 839. Loemboeng, 935, 1021 Loerah, 127 133. 162. 173. 295. 299. 487, 495. 634. 635. 655. Logeer-vertrek. 545. Logement, 42. Logeren, 95, 96, 1032. 1072. Logis. 169, 499. 625. Lombard, 809, Lonlar, 392. 1048. Lood, 459, 510, 511. • -gieter, 607. ■ -ie, 52. 124.140.153,427,467, 546, 547, 661. 1035. Loods, 798. Lojn, 52. 467, 548, 884. Looning-dag. 598. Loop (ziekte). 19. Looper, 992. Louis, 45, 632, 687, 744. Losbranden, 701. • -briefje, 224, 226. • -salaris. 528, 531, • -sen, 167, 497, 893. • ■ (panden), 807. • -vaartuig, 291. 985, 986 Loterij, 70 1.0/ ing, 1074. Lucht, 716. (zuivere), 3, 16. Luchleu, 36. 686, 809. 1016. Luiden (klok), 820. Luiheid, 1075 Luitenant. 42, 44, 54, 84. 86, 110, 111. 191, 435. 463. 465, 673. 743. 770. 774. 776, 787. 788. 921. (Cliineesclie).4l.l9s,26B. 269, 312, 388. 678. 883. 909, 929, 1080. (1«), 523. (inlandsche), 349. •Gouverneur-Generaal, 77, 78, 81, 99, 345-347, 468, 469, 524, 531, 606, 647, 706, 730, 785, 879. -kolonel. 43. 47. 54, 56. 82, 110. 161. 191, 293. 435, 446, 534. 721. 867, 872. 885. 894. 920.921, 985, 1003. der artillerie, 232 • genie. 1005. ■ marine. 45. ler zee, 421. 422, 020. 1003. Lijder, 4, 9, 10, 12. 16, 24.33.36, '37, 147, 1008 Lijfeigen. 262. 264, 266, 267. 268. 334, 347. 371. 395. 562. 700.701.735,1000.1072, 1073. (Gouvernemenls).744,74s, 749. (Lands), 1049. ■ -schap. 364, 365. Lijf heer, 267. 270, 334. 371 .' -slraf. 262, 561. . -vrouw. 267, 270, 334. • -wacht, 65, 377. Lijk, 3, 11, 263. 268. 269, 272. 274. 275, 365. 394-397. 399, 511, 670, 671, 836, 907. 909, 910, 1055. ZAAK-REGISTER. 1133 Lijk-baar. 398. ■ -opening, 668. ■ -slatie, 397. Lijn, 853, '. -waad, 154. '213. 334, 335, 365, 385. 391, 392, 421. 529, 570, 622, 806, 809. 937, 942, 944, 949, 965, 968, 975. 987, 1015, 1045-1047. Lijst, 96, 349. 491, 969. (nominalive), 797, 892. Lijwatier, 529. Maagschap, 248. Maan (donkere), 99. Maand, 1009. ■ -beurt, 255 • -ga*!. 921. ■ -geld, 100, 230, 466, 467, 612, 683, 928. 1013. ■ -lijst, 10. . -rapport, 22, 24. 25, Maal. 51, 290, 427, . (bij de kleine), 203. 340. . -slok. 800. Macht (militaire), 281, 694. . (rechterlijke). 460. 461. Madat-kit, 192/834. 966, 1010. Madera-win, 1005. Magang, 712. Magaiun. 8. 9. 33, 37, 42. 168, ' 205 207, 210, 213, 322, 323. 577, 578. 586. 587, 589, 727 (artillerie-), 745, 751. van geneesmiddelen, 5,8, 14. i 9, 25-31,526,552. 868. (Ljnd5).33,283,290,291, 296, 297, 311, 324, 476, 497. 506. 513, 521, 522. 634, 616, 674, 789, 790, 795. 802. 822. 924, 925, 1008. , -1)Ock 455 -meester, 26—30,868,943. Magistratuur, 258, 553. Uahomedaan. 202. 208. 294. 600. 998, 1057. Maintenue, 843, Majoor, 82, 110, 101.191,293,391. 907, 1047. (inlandsen), 349. Mallejan, 1056. Malversatie, 120,123,129.137,141, ' 148, 153,259,290,413,542,626, 889, 955. Man, 237. 238, 242, 247, 266, 300. 500, 502. Man I. 110, 750, Handament, 92, 678. 844, 845. Mandoer, 43, 44, 51, 52, 219, 373, 420. 541, 548, 552. 619, 047, 676, 692, 721, 737. 793, 794, 817, 819. (Euiopeesch), 961, 962. dor kaders, 549. Manéance van zaken, 801. Hangkoeboemi, 353, 357. Manier van procedeeren, 652, 837. Mannen (goede), 841. Mantel, 658. . -geld. 590. Mantri, 48, 49, 63, 160, 161. 171, 295, 299. 483. 486, 487. 491, 495, 633. 034, 655, 770. -anoin, 70. Manufacturen, 935. Marcheren, 498, 589, 590. Marginalist, 85, 593, (.04. Margine (in). 250. 945. 955. Marine. 206. 346. 371. 421, 469, 474, 531, 532. 680, 697. 707. 710. 748, 782, 790, 822, 855. 884. 890. 920— 922, 946, 972, 983. 1013. 1050, 1070, 1080. -beuoodigdheden, 853. -magazijn, 888, 890, 891, 894. -school, 231, 232, 1005. Mannier, 472. Markt, 49, 708. (Europcescbe). 963. • -dag, 721. • -prijs, 60.499, 522, 590,934, 964. Marsen, 150. (op), 110, 111, 115, 1013. Mas. 484. . -patib, 825. Massa, 855, 875. Masthout, 136. » -stander, 126. Mat, 15, 17, 151, 854, 975. Mata-mala, 226,332,383.549,1000, 1001. Materialen-lijst, 447. Materie possessoir, 843. ZAAK-REGISTER. 1134 Matje. 35, 686, 688. 1008. Matras. 14, 35, 151, 685. 1008. Matroos, 321, 472. 692, 767. 922. Matrozen-kist, 33. Mededinger, 195, 726. . -stander, 102. 394. 554, 838. 1049. Medicament, 3,9.10.345,1001.1002. ■ -cinae-doctor, 325. . -cijn, 8. 9, 14. 19. 21, 24, 29, 30, 345, 943. 946. ■. -kist, 9. 23. -kopje, 33. . • -lijst', 8. Meerderjarig, 243. Meestbiedende, 193. 241. 288, 328. 337. 380, 389. 1012. Meester-knecht, 42-44. 606. 007. 698. 752. 991 Meelbrief, 1003. 1004. • -ketting. 441, 442. Meineedig, 637, 681. -heid. 120. Meisje, 688-690. Memorie, 423, 430. 530. van inkomstenen uitgaven, 453. • • ménage, 998. Ménage, 424. 428, 004. 007, 738. 1056. (militaire). 150. -geld, 14, 150, 232, 375, 973 -meester, 14. 150. 1007. Menschelijkheid, 1070. Menseheu-dief, 364. Merk. 94, 126. 135, 142, 152.332, 384, 543. 566, 682, 699. 761, 800, 889. Merken, 199, 510. 755, 700. 949. 954. Merkpaal, 359. Merrie, 300. Mest, 1054. Mesnse. 123, 153. 561. Meten, 800, 1003. 1084. Meting. 676. Metselaar. 098, Meubel, 170. 239. 513, 786. 849, 1029, 1033. Meubilair. 322. Middel van bestaan, 458. 012, 673, 812, 837, 856, 1079. ■ eonlrainte, 969. Middenpunt. 486. Middernacht, 857. 858. Militair, 9, 14. 17, 18. 38. 61. 62, 66, 75, 110. 115. 149.150. 108.100.288.374.375.377. 468,470.498.085.686,696. 706. 707. 861. 1002. 1013. 1058. (Europeesch), 575, 973. . (inlandsen), 75,76,115,116, 349. 352. 353. 369. (invalied). 54. (overleden), 11. (verminkt inlandsen), 777. Miii-lietaling. 163. Minderheid. 211. 212.934.942.954. . -jarig, 243, 253. 261. Minée (misdadige), 875. Minisier, 63. 82, 87. 821,822,840, 870, 920. van koloniën, 593. 1052, 1053. koophandel en kolo niën, 730, 731, 846. marine en koloniën, 1009. oorlog, 463. Ministerie, 327. Minne (in der). 200. 502. 1007. Minuut, 676. 764. . -besluit 923. Min-wicht 830, 930, 932. Misbruik, .40, 67, 75. 70, 95. 106. 114. 140. 148, 153. 158, 166. 178. 179. 228. 396. 401. 490. 503, 507. 511, 595. 026. 033. 635. 703, 707, 708. 710. 720. 760, 868, 946, 957, 978. • -daad, 120. 123. 127. 153, 175, 286, 301-303. 477. 501. 030 651. . -dadiger, 89, 177,561,635,651, 652, 1073. ■ -draf, 102. ■gewas, 912. 913. • -handelen, 51, 53,113,127. 160, 282, 716. ■ -noegdheid, 511. . -verstand, 561, 774, 1075. Mitigatie, 419. Mobiel maken (corps d'année). 23. .Model. 321-324, 577, 587. 588. 826. Modin, 655, 687, 688, 690. Moeder. 239 242, 244-247, 264, 299. 599-601. ZAAK-REGISTER 1135 Moedwil. 301. Moeloed, 492. 768. Moeras, 555, 1074. Mogendheid (Europeescbe), 694. (vreemde). 731. Molenmaker. 753. -kers-leerling, 752. Molesteren (Bantammere), 363, Molla, 975. Monding. 914. Mondkost. 127. 290. 495, 497,866, 1032. . -spijs. 141. 718. Monopolie. 303, 331, 382. 724. Monster, 199. Monsteren, 589, 680, 959. ■ -ring, 760, 796. Mo ring, 37, 80. 166, 323. 324, 576. 587. 590, 606, 701, 700. -gelden, 576. 579. 581. -kamer. 578. -stuk, 321. 324, 450, 577. 578, 582. 585—589 743, 1016. Moord. 352-354, 359. 364, 560. Mop. 444. Moraliteit, 461, 627. Morgen-rapport. 21. 24. . -stond. 150 Morserij, 1055. Morshandel. 224. 694. Mortier. 746. 753. Morlificatie, 563. . -ceren. 86, 520. 695. Mosterdzaad. 155. \ son, 973, 979, 1024. (drooge), 770. (kwade), 98. 686, 958. Mouvement, 585, 1013. (militair). 529, 530, 747. 751, 754. Mulelc, 684. • -ren. 412. 927. 928. Munt, 150. 305. 843. (werkplaats). 793—796. . (koperen). 570. 700. 875. (zilveren), 521 Munter (Cliineesche). 611 Miililerij, 795. 797. Mnnikneclit, 793, 795. 797. > -materiaal, 780 • -meester. 84. 779, 780, 792, 794 798, 976. (adjunct), 86. Mmitspccie, 902. 922. Muskaatnoot, 154—156. Muls, 33. Muur, 772. ■ -werk. 626. Muzikant, 174. 2!)9. 579,687—689, Mijnen (werkwoord). 70, 71, 74. 104. 327, 328, 379, 380, 544, 766, 1004. Naaigaren, 517. ■ -loon, 572. • -sler-loon, 522. Naam, 10. 12. 269. 293. 565, 690. 755, 938, 945, 950, 955. 969. en faam. 687. -hoek, 609. -lijst. 886. Naams-verandering, 777. Nabestaande, 357. 396, 484, 600, 601, 651, 654. Nacht, 45, 150. . -verblijf. 1021. ■ -wacht. 497. 506, 634, 775. Nadeel, 30. 211, 1063. Nadenken door Javanen. 159. Nagel-boom, 725. Nagelen, 155, 156. 196, 197, 344, 422, 618, 757. 787. 831, 930, 931 975. Nalaten.' 886, 892. ■ -schap, 254. 255. 261, 2C3, 264, 266, 270, 274-277, 357, 364. 406, 462—464. 599. 601, 693, 758. Nalatige, 1059. Nalatigheid, 24, 72, 103, 258, 259, 262. 291. 325. 737, 775, 819, 932. 1016. 1024, 1073. Nameting, 561. Narekenen (kas-ordonnanliên), 454. Natheid, 644. Natie i('.hineeschc), 883. (Europeesene). 551. 725. . (inlandsche), 263. 562. 040- 642. • (ovcrwalsclie), 285, 477, 673. vreemdei, 3, 9, 175, 843, 1071 Natura (in), 75, 333, 384,485,488 495, 499, 656,925.920,963,998, 999, 1030. Navigeren door Hacaosche schepen, 534. Neef, 303. ZAAK-REGISTER. 1136 Neglisenlie, 450. 1016. Negorij. 49-51, 53, 141, 160.163. 167,' 168. 179. 181, 182, 712, 713, 717. 718 " (KaJanger), 348. -volk. 124, 139, 153. Negotiant, 196. • -alie, 59, 305. Negotie, 242, • -hoek, 155, 317. 402, • -boekhouder, 83, 84, 155, 188, 206, 216-218, 221 — 223, 228, 229, 378, 790. . -goederen. 331, 382, 508, 510. -grootboek. 155. ■ -kantoor. 209, 214. 223. 609. . -overdrager, 85. 86. 229. • -pakhuis, 144, 208. 217, 452, 454. 455. Negotiëren, 382. 479. 1077. Negolie-werk, 223. Nering, 876. Neutraal, 683, 684. Ngabehi. 161. 176, 180. 293, Nieuwjaar, 839. Nieuwstijding, 991, 992. Nipa-boséh, 300, 485. Niveau, 441. Nivelleren 441, 445. Non-c parant, 260. Non-executie, 698. Nood. 682. Nola, 945, 950, 952. 955. Notaris, 84, 333, 600. 643, 757. Noten, 422, 618. 831. . -boom, 725. . -kalker. 982, 984, 988, 989. . -muskaat, 190, 197, 344, 757, 787. 931, 935. Noleren (hypotheken), 564 Notulen. 404, 512, 544, 593, 845. (korte), 829. Notulist (korte), 85. Nul en geener waarde, 114. 266. Nulliteit, 50, 52. 926. Nummer. 95, 99, 558, 887. Nummeren, 17, 33. 199. 516. 760, 761, 765, 770, 773 775, 935, 943, 993. Nijd, 1055. Nijverheid. 106. 539. Obedientie. 846. i Obligatie, 251, 256. 257, 262. 266, 315, 596. 759. 786, 802. 919. Octrooi, 258. Oebi, 816, 817, 1019. Occonomie, 610, 780, 1029. Oefenen (zich) in de prarlijk dei genie, 442. Oester, 392, 1048. Oever, 855, 916. Officiant, 57, 809-813. (Chineesch), 612. Oiticie fiscaal, 594, 830, 1049. Officier, 12, 54. 56, 80, 110, 111, 115, 116, 165, 166, 191, 321, 371, 375, 462-465, 472, 504, 505. 521, 585, 598, 637. 679-681, 685. 701, 706, 707. 710. 728. 784, «53, 1005, 1028. • (Chineesch), 59, 763, 770, 929, 1079. 1080. (commanderend), 7,11- 15, 17, 23, 25, 1015. (gepensioneerd), 589. (inlandsen) 743. mililair). 452. • (2-0, 890, • der genie. 423, 430. 431. 433-435, 439, 440. 442. 444, 446, 448. van gezondheid,s—l6,lß— 25, 27, 32, 34. 39, 377, 972, 1001, 1002, 1081. van gezondheid (l e ), 4, 12, 13. 16. ■ van justitie, 68, 101, 112, 195, 334, 394. 406. 413, 666, 701, 737, 840-842, 953, 1012, 1054, 1058. 1075. Officieren, 108, 114. 254. Officiers-wacht, 44. 860. ■ -woning, 698. Ollicio (ex), 994. . (in), 123, 153,289,293.824, 874, 1071. Olij, 8, 19. 34, 44. 45, 374. 377. 392. 471. 524, 746, 751, 752, 886, 931, 933, 1048, 1078 • -molen, 835, 967. Olijftak, 63. Omhakken (hoornen langs rivieren), 737. Omissie, 845, 944. Omploegen (het Konings-plein), 873. ZAAK-REGISTER. 1137 PLAKAAT-BOEK DKÏI IY. T 2 Omslag, 107, 401, 411, 695, 726. 727, 738, 961, 978, 1031. (roerende), 849. Omvellen (boonien bij hospitalen), 3. Onachtxaamheid, 26, 30. Onattentie, 976. Onbekwaam. 13. Onchristen, 233. 234,261—263,267. 270, 275. 575. 600, 998. Onder-adjudant, 579, 580. • -chirurgijn, 559. . -daan, 683. 684. ■ -demang, 494. . -djaksa. 494. 502. 691. . -drukking, 162. 489. 632. ■ -equipage-meester, 885, 890, 894, 1000, 1001. . -geschikte, 332. . -havenmeester, 1000. 1001, 1003. . -houd, 126, 245,246,257,266, 267, 318. 363, 423.424.476, 492. 495, 497, 499. 504,513, 609, 657. 677. 771. 812,820, 968. 997-1000, 1014. 1031, 1077. . -houden, 364. 372. 518. 871. . -houds-bestek, 424. 438. » -contract. 425. . -koopman, 62, 80, 81. 86. . -laag. 542. . -maat. 104. . -majoor, 728. . -montering, 582. . -officier, 14. 44, 45,110.111, 150, 165, 321, 472. 504,576. 579, 581. 582, 589. 707, 783. 1005. -olliciers-wacht, 860. ■ -opziener, 687. der kollij. 500. . -pakhiiismeesler, 766. ■ -poslkonnnics. 1026. ■ -meester, 1026. • -prefect, 83. 87,169.219 229, 230, 531, 696, 708,724,802. , 982. 984, 986-989. . -prefectuur, 221, 474, 789- ' 791, 826, 979. . -priester, 162. . -regent, 486. 492. • -schout. 538. 603. 817. 914. 915, 928. ■ -stand, 466. • -leekenen, 90, 564. Onder-timmerman, 378. . -tolk. 696. ■ -trouw, 85!) . -trouwen, 1051. • -werping, 843. . -wicht, 932, 933. . -wükmeester, 772. 774. 776. • -wijs. 178. 295.511,669,670, 689. 690. • -wijzer, 232, 295. Ondeugdelijkheid, 844. Oneenigheid (huiselijke). 502. Ongangbaar, 375. Ongedierte, 283. OngoWen, 104, 214, 277. 1080. (politieke). 608. Ongeluk, 99. 809, 857, 1073. • -mak, 1074. . -regeldheid, 284. 515, 691. ■ -riei", 880. ■ -trouwd blijven, 301. . -zondheid, 294. 1070. Onkoslen-lijst, 429. Onkosl-rckeuing. 454. Onkruid, 137. Onlusten, 113, 486, 510, 511, 693. Onmondig, 264, 26ö. Onraad, 775. Onschuld, 91. Onschuldig, 503. Ontbolsteren (kollij), 826. Ontbijt, 1032. Ontdekken (hel hoofd), 110. Ontginnen (Gedong-badak, en/..), 103. Ontheffing, 348. Ontmoeten, 99. 377. Omslaan, 6, 503. Ontslag, 69, 1063. Onlsluit-geld. 1000. Ontvanger, 85, 226. . -generaa1.82,192.193,286, 391. 406, 606, 657, 735, 803, 809, 849, 852, 876, 917. 926. 928,1009, 1010. 1047. der domeinen, 329, 334, 381. Ontvangst (generale). 84. Ontvreemding, 9. Onlzach, 165, 505, 694. Ontregeling. 77. Onveiligheid. 1023. Onvergeooegdheid, 488 Onvermogen, 68.114. 623. 701,859. • -gend, 59, 395. 396. ZAAK-RÊGISTEtf. 1138 Onverschilligheid, 291. 565. 1017. Onwaarheid. 627. Onwil, 926, 1074. 1075. • -lig. 240—242. 1059. Oorgeld. 94. 97. 406. 519. 560. 636. 637. 640. 641, 962. 1014. 1057, 1059-1061. Oorlog. 105, 965. 973. ■ ' -schip. 9, 552, 991. Oorlogs-gelden, 608. Oosterling. 850. 852. Opbod, 327. Opbraak. 725 -727. Opbrengen. 680. 681. Opdagen van Chincesche erfgenamen, 271. Opdracht. 104. 565. 676. Opeenhooping, 674. Opeischen (geld van collegiën Ie Batavia). 313. Openen, 332, 383, 682. Opening doen. 120. 133. Openstelling. 39. 40. 1002. Operatie, 11. Opgeld, 73. Ophangen (nacht). 328. 380. Ophelling, 474. Ophoogen (zout-maal). 926. Ophouden, 70. 420. (de brievenposl), 1(127. Opinie (publieke), 726. Opium, 189, 191. 198. 343. 372. 628. 729. 965. 1009. . -kit, 906, 925. 927. Opkooping. 1055. Opmaken (rekesten), 827. Opmeten. 764. 1005. Opneem, 95, 116. 179. 249. 402. 411. 473. 674, 710, 711, 713. 764, 886 888, 915. 939. 996. 1031. (generale), 206, 790. 823, 946. Opnemen, 441, 445. 448. Oppassen. 634, 658, 662. • -ser, 19. 32. 100. 160. 176, 186. 198. 284, 285, 300. 485. 486. 505-507, 520, 558,572, 574, 606. 608, 631, 655, 666, 676. 691. 793, 862, 911. ■ -sing. 3. 818. Opperbestuur, 1051. • -brandspuit-meester. 102. ■ -chirurgijn. 3. > -demang, 493. Opper-djaksa. 493. 502, 691. • -hoofd, 64. 83. generaal tractements kantoor. 82. 456, 546. 583. 667. Japanschenhandel.B2. ■ -koopman, 81, 86. V/h kasleel. 4. 86. • -landraad, 500. . -luilenanl. 920. 922. . -priester, 162, 174, 178. 502. 511. ■ -stuurman, 921. • -timmerman. 378. 885. 922. . -toezicht. 273. 282. 285. 290, 512. 513. 516. 745. ■ -tolk. 696. ■ -wachtmeester, 578 —581. ■ -wijkmeester, 763. 770—772, 774. 776. • zeilmaker. 922. Oproer, 469. Opschuring. 210. 211. 216. Opslaan in een pakhuis. 935. Opslag, 7. 71. 195. 378. 895.1012 van het oog. 216. Opstal, 103. 556. 697. 926. 1075. Opstand. 488. 501. 502. Opstapelen, 889. 914. Opus (ad) jus hahentium. 252. Opvarende (inlandsen), 227. Opvat-loon. 197. 745, 784. • -ten, 152. 477. 701. ■ -ter. 364. Opveilen. 72. 105, 192. 193. 241, 326, 327. 378. 420, 554. 560. 895. Opvoeding, 231. 248, 255,257.511. 601. Opvolger, 484. 959. 960. Opwatering, 562. Opzet (kwaad), 52. ■ -ten (een vaartuig), 887. Opzeggen (abonnement op eouranl), 993. Opzichter. 42—44, 52. 140-142. 177. 602. 603, 654. 687. 689, 716,717.800.982. 984. (inlandsch). 542. specerij-perken, 83. Opziener. 89. 90.118. 123. 126. 153. 169. 191,304.363,516, 523,531, 629-631,634, 699, 705,793.794, 797, 81G, 855, 889, 1020, 1068. ZAAK-REQISTER 1139 Opziener ilcr houtbosschen, 499. houtstapelplaats. 135. kollij-cultuur. 499, 567. der wegen, 505, 512, • der werken, 606. Orde. 291, 388, 623, 630.631.634, 691, 700. . (goede), 477, 481, 497. Order (permanente), 733. Ordonnans. 606, 706. Ordonnantie. 46. 126,141.155,196. 205, 209, 211, 223. 226, 279, 285, 31J, 321-323, 345,407- 410, 429, 452. 454— 457. 468. 514. 515, 546, 547, 585-587. 646, 748, 785, 789. 810, 832. 840, 889- 892, 894. 936. 937, 941, 943, 944, 952, 953, 957. 1002. 1003, 1014.1015,1050.1078. 1079. -boek. 321-324._586. burgerwacht, 1073. Ordonnateur-generaal, 325. Organisatie, 44, 157. 159,445.469. 523,528,604,632,821. 836. 877, 924,1052. • bestuur Java's Noord- Oostkust, 652, 702. 704, 708, 768. Organist. 820. 983. Orgel, 820. Ornainenldrager. 492—495. Oud-arabtenaar, 310. Ouderdom, 10, 58, 68, 387. 388, 474, 531, 536, 690. 804, 828. » -ling, 84. Ouders. 9, 231.243,245-247,257. 599. 600, 090. (behoeftige), 688. 689. Oud-Sultan, 47. 48. Oven, 798. Over-bevinding, 460. ■ -compleet, 3. • -drager. 86. ■ -gang, 1062. . -gave, 980 . -last, 100, 679, 771. • -leden, 10, 489, 578. ■ -loop, 682. « -looper, 364. Overlijden. 36, 37, 69, 166, 193, 240. 259, 262. 281, 328, 347, 364. 380. 396, 433, 444, 463. 464, 468. 484, 505, 623, 624, 630, 681, 811. 813, 886, 892, 946, 959, 960. 993,1011,1063. • -maal. 103. • -macht, 723. . -maken, 246. 271. . -nachten, 37. 507, 866. . -neem, 329. 381. 423, 887. ■ -nemen, 4, 185, 329, 682. 962. • -plaatsing. 345. ■ -schepen. 333. 384. . -schot, 252. • -schnjving, 97. 564,934, 1062. • -toom', 519, 560. • -treder, 560. ■ -treding, 96, 709. ■ -tuiging, 650, 652, ■ -Taart, 179, 338, 390,519,559, 560. 834, 852, 897, 966. . -wal, 39, 194, 225—227, 333, 335-337, 384-386, 768,903- 905, 1011, 1012, 1076. . -waller, üOl. 850. . -wicht, 163,184,217,218,230, 296, 458, 459. 613, 627, 830, 930, 977. • -winning, 370. Paal, 134, 462, 770, 819. Paard, 94, 96-100, 105, 110,111, 116, 127, 160, 166, 168, 169, 172, 186, 280. 283, 285, 289, 298, 300, 398, 450, 451, 466, 471. 480, 484, 489, 492, 498, 499, 504-506, 512. 513, 519, 560, 574, 576, 589, 609, 631, 634. 636-641, 658— 660, 662, 665, 707—709, 743, 744, 824, 862. 866. 874, 885, 897, 906, 962, 1020-1024, 1029-1031. 1033, 1037, 1057—1061. . (te), 64, 65, 376. Paarden-huur, 867. ■ -stal, 545, 1022. Paarl-rif, 343. Pacht, 97. 167. 180. 182. 192— 195, 239, 241, 327—331, 335, 336, 362. 378—382, 386. 387, 393, 412, 420, 421, 509, 525, 538-540. 555, 608, 612, 615, 1808. H. W. DAENDELS. 114 het houden van verpandelingen finaal af te schaffen, zooals hetzelve, al kort na onze komst in Indien, op onzen last te Cheribon afgeschaft en ingetrokken is geworden, wij als nu mede hebben goedgevonden het houden van verhandelingen te verbieden op de geheele Noord-Oostkust van Java, ten einde volgens den Koninklijken wil van onzen meester, wiens hart met goedheid en ontferming over het lot dei- Javanen is ver vuld, voor altijd Ie vernietigen eene inrigling, welke in zich zelve verwerpelijk, doch door het daarvan gemaakt misbruik tot een knellend en ondragelijk juk geworden is voor allen, die daaromler gebukt gaan, en mitsdien te ordonneren en te statueren, gelijk wij ordonneren en statueren hij dezen: dat het houden van verpandelingen, conform aan hetgeen reeds te Cherihon is ingevoerd, mede langs de geheele Noord- Ooslkusl van Java zal wezen geinterdiceerd en dal de houders zich daarvan zullen moeten ontdoen voor primo November aanstaande, van welken tijd af aan het niet meer zal wezen toegestaan dezelve in dienst Ie hebben, veel min op nieuw geld-leeningen onder een verband of verplichting tot lijfelijke dienstbaarheid te doen, terwijl voorts alle pretensien, uit zulke geld-leeningen voortspruitende en actueel nog onvoldaan of na dato dezes te contracteren, worden gehouden voor nul, krachteloos en van geener waarde, overeenkomstig hetgeen reeds bij de, in de premisse dezes vermelde biljetten van den sen5 en Maart 1794 en 3T" Maart 1796 is bepaald, niet verbod om daarvan eenige invordering te doen; en wijders op poene. dat allen degeenen, welke na primo November aanstaande op het houden van verpandelingen worden betrapt, zoo het ambtenaren zijn, zonder eenige consideratie van hunne posten zullen worden ontzet en alle anderen zullen verbeuren een boete van twee honderd zilvere ducatons voor eiken verpan deling, de eene helft ten behoeve van den fiscaal of die daarin zal hebben geollicieerd, en de ander helft ten voordeele van den aanbrenger, de laatste ofschoon hij ook zich zelve of anderen verpand mogt hebben, zullende in cas van onver mogen om deze boete te betalen de overtreder, voor twee 2AAK-REGISTER. 1140 616, 621-623, 627, 629, 636. 767. 768, 843, 896, 903. 904. 900. 917,925—928,1004,1009 1011. 1045-1049, 1057. Pacht (maandelijkschej. 392. • -betaling, 767. ■ -conditie. 41, 303, 326, 510, 926. 927. 1047. 1079. Pachter, 51. 52,102,177.182.193- 195, 214, 224-220, 230, 283, 328-337. 340.372.373,378 388. 393. 401. 407, 420, 421. 570. 002. 010. 612, 017. 028. 699, 838, 821, 852. 801. 874. 901, 903,905. 913 -917. 925- 928, 1004, 1005, 1010 1012. 1046. 1047. 1049,1058—1001. . -tcrij, 381. Pachtpenninpcn, 193. 226.319. 328. 329, 380. 381, 393.616, 628. 735. 1004. 1010, 1049. . -schal. 192. 226. 283. 470, 570, 851. 1005. 1047. 1061. 1069. < -termijn, 381. . -tijd, 193, 328, 329.380,381, 1004. • -vrij, 382. Pad (voei-), 1074. Padi, 51, 103 105, 110, 179, 013, 010. 658. 729. 810, 890-902, 904. 911. 1030. » -dalem, 495. • -gendjah, 495, 496. . -veld, 142, 283, 318, 342. 901, 915. Padoeakan, 854. Pager, 701. 798. Paioeng, 63, 64. 376. . -drager, 172,173, 297 -299, 483, 484, 494, Pak, 332, 383, 682, 949. 954. Paket, 004. 665. 692. 1024, 1025. Pakje, 660, 661, 1035, 1037. Pakhuis. 43. 44. 183, 184, 209. 212, 214-220, 322. 348, 458. 459, 510. 540. 580, 010. 632, 634. 722, 723, 790. 795. 798, 935. 944, 948, 984 ('s Lands), 154, 193, 194. 196, 206. 208. 373. 818. 822. 825, 880, 895, 912. 963. 1011, 1050. -bedienden, 497, 901. . -behoeften, 211. Pakhuis-boek. 199. 216, 402, 455, 400, 946, 942, 1014. . -boekhouder, 85. 209. 228. 229, 779. . -klerk. 779. • -knecht, 766. • -meester, 84. 196. 208— 212, 214 219, 229. 230, 378. 475, 516, 932, 934. 935, 950. . -opzichter, 779. 792. . -rekening. 888. Paleis, 544. Pan. 392, 1048. Panakawan. 172,173. 297. 298, 483. 492-495. Pand. 113, 252.315.596—598.800. 807, 809. (in) houden, 500. Pandan. 854. Pandhewaarder. 805. 806, 809. Paadeling. 113. 114. 158.299.634. Pandjes-huis, 895. Paneel, 99. Paneinhahau. 47. Pangawenan. 172. 173, 297—299, 483. Pangeran. 42, 356, 358. 361, 363, 366. 368, 484, 491, 654. Panggiling, 853. 854. . -hoeloe, 174. 175, 502. . -kalan, 105. 352. » -loepoel-prauw. 905. Pannenbakker, 761. Panoerang. 172. 297, 483. Pantjalang. 697. Papier, 472. 473, 594, 750. 783. (Chineasch). 692. 764. (gestempeld), 633. (gezegeld), 491. ■ (Javaansch). 764. (notarieel), 285, 476. (secreet), 945. (secretarieel), 285. van credicl, 186. 194, 256, 313-315, 320, 375. 460. 521,533.597.601.002.615. 758, 759, 784. 803. 807. 809, 801.869,874,876,953.968. 1065, 1066. • -kist. 110. Parade. 433, 439. Paranakan. 624, 641, 673,769,770, 774. 776. . -phccrder. 095, 982, 983, 985. ZAAK-REGISTER 1141 Pardon. 844, 845. Pari (a), 848, 874. Participeren, 242. 260, 622. 623. 729, 1019. 1049. . -rulier. 49. 50. 57, 70. 117. 124. 139. 151. 157. 181, 203, 213, 214. 279. 280. 305. 335. 387, 417. 444. 525. 539. 557, 567. 568. 624. 813, 824. 834, 858. 860. 872, 913. 966. 993- 996. 998. 1062, 1063, 1067. Partij 838. 839. 844. Pas. 18. 38. 77. 78. 224-227, 333, 489. 508. 616. 691, 695, 708, 766. 894. 903. 1001, 1025. 1054. . (Turksche), 806. Pasanggrahan, 664, 1022, 1032. 1036. 1037 Pasar. 170, 179-181. 319, 325. 352, 362. 393. 616, 693. 721. 728. 745. 834. 835. 895. 1048. 1077. Paseban, 166. 497. 506. 634. Paspoort. 680 Passage, 835. 852, 967 . -aier. 224, 225.658.660-662, 1028. 1035. 1036 Passant, 555. Passement, 521. Passeren. 250. 508. 643. 758. 857. 858, 879. 897. 916 Pastoors-wooning. 590. Patent. 94. Patiënt. 12 Patih. 629. 633. Pave. 1004. Pedak. 834, 966. Pedali, 111. 139, 816, 826. 857. 863. 871. -weg. 677. Pen. 472, 473, 516. 594 Penceel, 155. Penggawa. 361, 368. Penneschacht, 750, 783. Penning (20'). 267, 270, 271. . (40"', 236, 248, 249. 266. 275. Pennist. 86, 144. 230, 371. 849. Penompo. 332, 383. Pensioen, 58. 185. 349. 355, 537, 589, 697, 706. 710. 768. Pensionering. 418. 777. Penurie, 305. Peper. 155, 156, 163, 196, 197, 213. 218, 311, 337, 343, 344, 363. 387, 458, 499, 614, 618, 727, 757, 931, 933, 963, 975. Perceel. 136. 137. 851, 852, 856. 916, 967. 994. 995, 1064. Perceplie. 550. Percinieeren (hoofdgeld). 1080. Perk, 979-981. Perkenier, 979-981. 989. Perk-gebouw, 979—981. . opzichter, 984. 987. 989. . -slaaf, 979, 980. Peruanen! verklaring, 756. Permissie. 510. . -billet, 124. 153. . -Iniefie, 284,508,701,916, 925. Persnon (afwezig). 60. (beleedigd), 651. (1"«). 292. (geineen). 661. 663, 1036. (gequnliliceerd). 1000. . (gequotiseerdl 962, 963. /miserabel), 843. (particulier). 38. (suspect), 137, 177, 506, 508. 701. Petinggi, 162. 173. 299. 487, 491, 495. 634, 655. Petitie, 413. Peulvrucht, 816, 817. Pharmacie, 35. -copoea Balava, 31. Pho en loplio, 391, 1045. Piagera, 230. Piek, 166, 507. , -drager, 172, 173, 297-299, 493-495. 483. 484. 712. Piekenier, 611, 862 Piekstok. 142. 543. I Pik, 931, 933. Pikoelan. 116. 783. Pinang, 362, 392, 393, 1048. ! Pinialschap, 843 Pisang-boom, 138. Pistool, 166, 505. 510. Pit. 318. 702. 915. Pili. 388, 510. 691. • -slagerij, 389. Plaat-drukpers. 881. • -koper, 836. Plaats-majoor, 1079. . -verwisseling, 946. Plakaat. 730. Planchet, 441, 442. ZAAK-REGISTER 1142 Plank, 126, 134, 135. 142, 543, 887, 1074. Plan, 423, 425. 427, 430.439,441, 442, 448, 887. Plano (de), 90, 186, 560,561,1066. Plantage, 3. 632. . -ten, 179, 632. 816. 861. . -ter, 301. Plantsoen, 117, 120. 127, 128,137, 152, 716. (jong), 915 Plal-hout, 134. Plein, 687, 819. Pleisterplaats, 657, 659. Pletmolen, 795, 797. Plichtsbetrachting. 627. Plichtverzuim, 120, 177, 450, 932. Ploeg, 124. 139, 153. Pluimgedierte, 906. . -vee. 289, 295. 78, 492, 499, 633, 729. Pluksel, 14, 858, 859. Poeasa, 492, 768. ppcdei* Q » -suiker. 766, 767, 1048. Poel, 1003, 1004 Poesaka, 741. Poetjoek, 931, 933. Politie, 3, 159. 160, 165. 169, 282, 299, 358. 359. 497, 475, 489. 504. 507, 510—512, 630, 631, 679, 700, 763, 818. 914. 1076. • (hooge). 732. Pomp-leer, 854. Pond-goederen, 402. Pondok. 101, 714, 715. 717, 1020. Populatie. 913. Porteeld, 1025. 1044. Portie, 20. Portier, 31, 32, 39. 465. Positiven. 1081. Post, 221. ■ (militaire), 860. • (radicale), 828. ■ -bediende, 1025. • -boek, 1024. 1043, 1044. • -brief, 285, 1028. • -cachet, 664, 1025. . -redui, 1025, 1027. ■ -dag, 1023. Posterri, 55, 159, 262. 407. 485, 512, 513. 518, 556, 558. 665, 693. 1020, 1022, 1023, 1028, 1037, 1038. Post-hoom, 1023. ■ -houder, 857. . -huis, 285, 1026 Postillon, 450. 451. 513. 647. 648. 658, 659, 662, 664. 665, 1021 - 1025, 1037 Post-kantoor, 55, 661. 663. 1020. 1023, 1025, 1028, 1037. ■ -kantoor-generaal, 450. . -karretje, 1023. • -koels.' 297. . -kommies, 1020, 1024-1026, 1037, 1038. ■ -meester. 285, 663, 665, 666, 827,867.1021.1022, 1024—1026. 1037. 1038. -generaal, 1,226,449, 450. ■ -paard, 297,658.659,662.1030. 1035. • -papier. 516. ■ -plaats, 170. ■ -regeling, 1. • -route, 1020. 1021. • -station. 663. 665, 1022-1024. 1030, 1037, 1041. Postuleren, 80. 416 Post-valies. 647. • -wagen. 170. 171. 512. 513. 518. 556. 657-663. 1020- 1022, 1028-1036. • -weg, 316. 319. . -wezen, 171, 285. 449, 674, 1027, 1037. 1038. Pot, 338. 341. 342, 392, 896. 899, 901. 1048. Potasch, 754. » -kookerij. 647. Potia. 373. 567. 570,571.602,861. 874. Potlood. 155, 594. ■ -suiker, 767. Pnkjjoerit, 164, 167, 299. Praaijen (passerende schepen). 167. Practiseren als med. duclor. 325. » -zijn. 143. 144, 416, 837. Practijk, 12, 837. (geneeskundige), 666, 668. (heelkundige), 666, 668. (vroedkundige), 670. Praktijken (verkeerde). 848. Praestatie, 499. Prauw. 214. 331. 383, 699, 747, 748,760,820,866,888,958,1073. ZAAK-REGISTER. 1143 Pramv halok. 362. 393. 1048. . knlek. 739. 740. . -loon. 759. 957. ■ majans. 41, 339, 551, 739, 76(), 897. papan. 864. Pranwen-veer, 958 Preadviseren door den bailluw, 553. Precautie. 76, 126. 514, 643. 919, 942. Predikant, 372, 452. 621. 698. 983. Prefect, 39, 46, 68, 82, 87-93, 106-108, 115, 116, 123, 129, 152. 153. 159. 160—162. 166, 167. 169. 171. 174. 177-179. 181. 183-187. 194, 204-206, 209-212, 214-220, 224, 226, 229, 230, 235, 272—274, 276, 1*79-282. 284—296. 299. 300, 302, 316. 351. 355. 361—365. 373. 375 379. 381. 385. 396. 400. 401. 406. 449. 451. 469. 475. 477. 481-483, 487-491, 495. 497-503. 505. 506. 509- 513. 516. 525, 528, 541. 566. 567. 574. 629. 630. 632-635. 639. 641. 643, 647. 650, 653. 655. 656. 678, 679. 686. 690, 691, 705—712. 719. 724. 727. 729. 730. 734, 741. 744, 760- 7 (isi 767-769, 771-775, 782, 785—791, 794, 795, 797, 798, 801, 802. 816-818. 821-823. 825-827. 855. 856, 861. 870. 886-888. 893. 911. 942. 962, 969, 974. 975, 981, 983. 986- 989. 1005. 1011. 1017. 1018. 1020, 1021. 1023. 1024. 1026, 1027, 1029—1032. 1037. 1038. 1049. 1051. 1062, 1069, 1070, 1076, 1078 PrefecU-woning, 497. 634. 962. Prefectuur, 106. 107.109.156.157, 159-161. 164. 165, 167. 170, 174, 176, 183. 184. 203. 205- 207. 210, 218-221, 281. 290. 292, 295-297. 3(10, 302, 474. 477. 481, 500. 507. 589. 629- 631. 634, 635, 643. 644. 678. 702, 703. 705, 712, 717. 728, 729. 760, 762. 763, 767, 801, 802. 816. 821-828, 871. 879, 911, 923, 932. 938. 943. 978. 981. Preferent, 193, 273, 1011. Preferentie, 58, 60. 71, 72, 166, 236, 331, 382, 842, 844. 992. Prejuditie, 288. Premie, 302. 303. 609. 884. Prenlah, 487, 490, 491, 495. 634, 635, 655. Preparaat, 27. 29. 31. . -reren. 730. 733 Prerogatief, 484, 656, 717, 834, 895, 926. 927, 966. President administratiehoulbosschen, 82. 117, 123. Heemraden, 82, 96, 262, 263, Hooge Regeering, 959.960, 964. huwelijksrhe en kleine ge rechtszaken, 695. • militaire vierschaar, 828. Raad van justitie, 81,188, 639. 695, 836-842, 982. 983, 985. Rekenkamer, 418. Schepenen, 81, 519, 520, 675. 1060, 1061, 1074. Weesineesleren. 82, 83, 676. 695. 982. 984. 985. 1005, 1006. Presideren, 365, 650. Presseren, 923, 993 Pretensie, 52, 72. 114, 273, 595, 596, 629. 705, 706, 735. 806, 937. 1011. Pretext. 51, 107. 111. 196, 262, 285. 331, 477, 715, 926, 1025. Preveniêren (vendumeester), 71. Preventie, 561. Previlegie. 95, 99. 288, 338, 340— 342, 480, 820. 834. 855. 880, 896, 899. 962, 966. Priester, 178, 294. 300, 486, 491, 492, 511, 632. 633, 689. (inlandsen), 975. Principaal, 870. Prins, 64. . -dom. 474, 486, 568. Priseren (land), 907. Procederen, 92. 328, 380. 560. 561. 638. 650. 652. 684. 830, 870. 1059. . -dido, 250. • -dure. 176, 185. 236, 640, 685, 813, 844. 845, 1006, 1061. Procento's, 69, 70, 607, 623. Proces, 253. 259,501, 554. 838, 840. ZAAK-REGISTER. 1144 Proces (zonder vorm van). 112. 113 -kosten. 112. -orde. 91. -stuk, 844. -verbaal, 26. 90, 92, 212. Proclamalie, 356, 367, 730. • -nieren tot Sultan van Bantam, 366. Procureur, 80. 85. 143. 144, 416, 517, 767, 837. Producten, 60, 156, 167. 184, 200. 204, 206, 207, 210-214, 218, 219, 222. 230. 283. 290. 293. 295, 296, 304, 311, 331, 337, 339, 342, 359, 365, 387, 413, 476, 479, 489, 496, 516, 533, 539, 614, 615, 617, 622, 632, 635. 646, 674, 694, 723, 760, 788. 802, 816, 822, 831. 895. 901. 929, 937, 940, 943, 944, 952. 953, 963, 964, 966, 977, 979. 981, 1019. Proef, 668, 798. Professor honorair, 372. Profil, 432. Profileren, 882, 883. Profijt, 242 Project. 529. -ceremonieel, 369. Prolongatie, 243. Proponenl, 83. Proportie, 831. 902, 936. 937, 964. Prorogatie, 843, 844. Prosccutie, 841. Prolhocol, 250, 251, 564, 565. -len-kantoor, 58, 270. » -leien (testamenten), 278. Provenu. 57. 215. 535, 536, 597, 040. 859. 881. Provisie van justitie, 842. 845. . -sién. 621. 740. 891. 932,937, 944. Provocatie, 153, 1011. Provoost, 116, 471, 922. Prudentie, 862. Prijs. 303, 522,571,081-683.685. 781, 782, 831, 856,876, 914. 936,937,974,995,1008,1011, 1012. ■ (vaste), 577. • -bepaling, 728, 757. ■ -eourani. 278, 427. 1001. -verhooging, 67. -verklaring, 729. Puie, 692. Punt van reseriptie, 729. I>upil, 243, 245. 246,248,250, 252, 254, 256, 257, 265, 266. 272. 277, 371. 761. 762. Purgc. 844. Puts. 752. Pijp, 72. Pijper, 581, 671. Oualiücatic, 3, 5, 408, 467, 611. . -late qua, 018. Quota, 312. 558, 615, 1017. 1018. Ouotisatie, 305, 311. 526, 527.555. 767, 963, 964 -penningen, 778. -slaat. 615. ltaad (kleine), 288. extra-ordinair van liuliö, 87. . van todië, 81. 87.591,673. 685, 928, 929. > ■ > (supernumerair), 656. . justitie, 68, 70, 81, 92. 115. 121, 123, 144, 153. 175. 187, 188, 190. 191, 229.241. 259-261, 279, 282,287.288. 302, 327, 345, 406, 416,418. 462, 475, 477, 501, 525, 529. 536, 595, 599. 601. 605.630. 637, 639, 640. 667, 671,672, 678, 680, 692, 705, 706. 728. 767. 800. 836-840,895.997, 1051, 1061, 1076. 1081 . geven, 554. 838. -kamer. 840 Kaamhout, 126, 135. Raden, 484. • -adipati, 293, 500, 654. • -ajoe, 484. ■ -mas, 293. Radix China, 931, 933. Rafineren, 753. 754. Rafraichissemenl, 1033. Raisonnement. 839. Rampa-rampa, 392, 1048. Rand, 51, 926. . -sel, 33, 110. Rang, 7, 14, 48, 49, 56, 87, 100, 110, 161, 162,165,171,176,231, 282, 293. 298,355,363,421,422. 433-435, 439. 441. 443, 444, 464, 474, 475,478,482.484,487, 491, 500. 504,512,516,523,531. 538, 553, 629, 654,657, 667,678, ZAAK-REGISTER 1145 695. 765, 768.769.778,787,788. 810, 842. 885.890,893.894.920. 921, 936, 940, 948, 952. 968. Rant; (militaire), 55. . -lijst, 80, 440, 447. . -regeling. 418, 531.788,828. 972. 1003. Rantsoen, 75. 147, 148, 219, 222, 322, 324, 369, 377. 470. 532, 586, 588, 589. 609, 736, 887, 890,891,1002. 1003, 1051, 1079. -verstrekker, 982, 984. Rapport (generaal). 130. 404. (summier), 22, 25. -dag, 938, 945. doen, 7, 294, 489, 506. -ganger, 405, 524. 594. 609. 805, 812, 816. Ratiön, 14, 67. 151, 672. 969,973. Rato (pro). 333. 384.638. 913, 1060. Ratoe, 484. Rail-actie, 843. Rawa. 1004. Realia. 593. Reaal (ronde), 329. 381, 628. 629. Recapitulatie, 324, 588, 1003. -leren (onkosten), 438. Recepis, 126, 135, 806. 808. 809, 1030. Recept, 11. 19. Recherche, 679 Recht, 650. (inkomend). 41/, 877. (uitgaand), 387, 525, 766, 768, 926, 1076. (in- en uitgaand), 214, 337, 389. 391,394,420.896,905, 1045, 1046. 1049. (kort en goed). 293. . -bank, 93. 349. 431. 566. 507. 841. 844. 1006, 1007. 1062. . -dag. 839, 840 . -doen, 554. 706. 839. 840 Rechten (werkwoord), 105. -ter, 37. 248, 260. 302. 652. . . (dagelijksche),B9,l2o,s62, 843 Rechthebbende, 463. Rechtspleging, 92. 301. 503,660- 652. 1010 Rechtspraak, 506, 1006. • tot verkoon. 189, 191. . van eigendom, 540. Rccipiëren, 64. 376. Reclame, 112, 113. 628. 699. 90. r ». . -meren. 116, 314, 708. Recognitie. 179. 182. 230. 342. 486. 538- 540, 900,904.905. -penningen. 283, 295. Rccolleren (verhoor), 287. . -ie, 767. Reconvalescent, 19. 38. 149. Recrutering, 979, 1016, 1017. «ecruul, 76, 323, 324. 351, 578. 587, 723, 1017. (inlandsen), 598. Rectificatie, 419. Reen, 35, 718. Recueil, 224, 439. Reciisatie, 91. Redacteur, 992. 993. Redderaar, 261. Redemptie-geld, 334. Redoute, 632. Redres. 155, 159. 259, 405, 490. 940, 978. -ïercn, 774. 947. Reductie, 402. 695, 726. 841. Recde, 47, 224, 263, 333, 384.497, 739, 893, 921. . -rantsoen. 959. Reeder, 684. Reederij, 684. Reformatie, 841. . -me. 158. Regel, 994. 1064. Regen, 702. • -moiisiin, 003 Regent, 42. 48, 50, 54-56, 64.76, 89, 109. 129. 157 186. 203, 219. 282—284. 287. 288. 290. 292 297 301, 331, 342, 363, 382. 464. 469, 495. 497, 502. 503. 506. 509. 510. 523. 629. 031 -635. 640, 644. 647. 652. 705, 700. 708. 710— 712. 718. 728. 729. 756. 760. 705. 768. 802. 820. 855. 850. 901. 910. 1004. 1017, 1018. 1022 1025, 1029, 1030 . (2'). 62, 347. . -schap. 40. 50, 89. 109. 161. 165. 166. 170. 174, 177. 185, 186, 194. 218, 293, 341. 343, 355, 464. 474. 475. 486. 488, 502, 504, 506, 507, 509, ZAAK-REGISTER. 1146 513, 523, 537, 541, 629-631, 635, 653, 712, 717, 728, 741. 742. 764. 765. 768, 786, 802, 816, 855, 871, 899. 918. 968. 970, 971 Regenlschaps-vergadering, 502. Regents-vrouw, 172. 173. 298.299. -woning. 506. liegen-water, 496, 1074. Regiment. 5, 8. 10. 12. 15. 18.21, 39, 75. 109. 111. 321-325.572. 576. 577, 579. 584-587. 1002. 1015—1017 Reginients-bestuur, 463. -kas, 583, 584 Register. 26. 38. 260. 303, 473. 565, 576, 676, 689, 690. 731.923,924,1003.1053. 1062-1064. 1071. (the), 683. Registratie, 251, 270, 589. 625. -hoek, 589. Registreren, 33. 35, 107. 250. 407. 593. 664, 773, 829. 924. 1024. • -ring. 238. Reglement administratie artillerie, enz . 745. 755. administratie hospitalen. 32. afschrijvingspillage, enz... 930. atelier van reparatie, 750. begrafenissen, 394. brand-blusschen. 1076. brandspuiten Batavia. 781. ceremonieel Solo en Djokja, 63. • Cheribonschc landen. ' 474, 874. • Cheribonsche-Preanger. 629, 910. 911. • Cheribonsche Sultans landen, 632, 634. 703. » generale secretarie. 923. genie. 422. kantoren Directeur-gene raal, 452. • kleeding. enz. dei- armee, 575. 584. koeli's. 545, 722. • kruilmolens, 752. laboratorium, 754. • Lands-drukkerij, 991. Reslement militaire administratie, 325. militaire geneeskundige dienst, 5. 808. 972. 1008. onderhoud 's Lands lijf eigenen, enz., 1049. • oorgeld enz. Samarang en Soeraliaija. 636. organisatie Java, 289, 300. nostwezen. 285. 662. 666, 827, 1019. landak scholen, 686,69 1 . wagen-vcrlmurders, 94. Reinheid, 16, 150, 512. Reinigen (rivieren, enz.), 497. Reis. 55, 263. 317. 462, 645. 921. • -geld, 38. . -kosten, 157,347.445,611.612. 870, 871. 1006. Reizen, 21, 109. 169,289,290,480, 632. 704. 744. 874. Reiziger. 170. 297, 513, 660, 709, 744. 824. 1020-1022, 1029. 1030. 1032. 1033. 1035. Rekening, 34, 39. 206, 208. 406, 407, 410-412, 414,417, 423. 428, 430. 589, 665, 669, 1033. • (privé), 459. (ter goeder). 126, 141, 719. -courant. 420. doen, 248. en verantwoording, 560, Rekenkamer (generale). 272, 402. 403, 418, 429, 457, 468. 514, 521. 546. 547. 560. 587. 596, 604. 625, 630. 646, 665, 720, 730. 735, 749. 754. 755. 783, 811, 813. 829, 832, 868, 888. 892. 894. 948. 976, 996, 1002. 1003, 1014, 1026. .1050. 1057. Rekesl. 627. 827. 840. 883, 884, 1007. 1080, 1081. • civiel. 844, 845. Relaas. 846. Relais. 285. 1019-1021, 1030. Relegeren naar Ranjoewangi, 820. Relevement. 844. Releveren van fouten, 845 Relief, 841. Remise. 76, 869, 989. Remissie. 412, 419. 678. i Remitteren, 249, 337 ZAAK-PEQISTER. 1147 Remonslreren (abuisen). 408. Remplaceren, 56. 57, 317. Rendement, 104, 200, 252. 264. 275, 314. 315. 420, 454. 536. 563. 622 623. 807. 808. 849. 876. 881, 962. Renommée, 426 Renoveren, 244. Renten. 103, 239. 241. 242, 246. 248. 249. 252, 253, 259. 266. 277. 371, 372, 563, 759, 761. 802, 807, 808. 810. Renunciatie, 105, 247. 328. 380. 393, 684. 1049. -eren (erfrecht), 600. ISenvoijeren, 93. 1006. Reorganisatie. 468. 694. 699. 976. 979 Reparatie, 33. 423, 424. 427, 432. 438. 476. 576. 577, 645, 646. 663. 697, 698. 748, 750-752, 812. 903.088. -atelier, 836. Repareren. 35. 518.555—557.745, 749. 796. Repartitie. 719. 913, 1017, 1019. Representeren (ilen Gouverneur-Ge neraal), 63. Reproche, 91. Reputatie, 235. Rcipiirant, 1064. ■ -reren, 102. 103. 111. 478. 507. 748. 817. . -siet, 130-133, 666, 719,771. 862. 939. 945. 955. 1063 ■ -sitie, 13. 28. 29. 33. 281, 975, 1066. • ■ -liisl. 8, 14. 19, 21. Rescontre. 542. 889. (in), 142 Rescontreren bij afrekening. 466. Rescriplie (generale). 732-734. Reserve, 625. . -veren ((Kali-hout), 139. Resident. 40, 41,51-53. 55, 63. 69. 77. 78, 83. 87. 151. 327. 330. 452, 612, 731 (2-). 84. Residentie, 121. 221, 727,842.948. -huis, 786, 895. Resigneren van zijne betrekking, 708. Resistentie. 701. Respect, 65. 706. 1071. Respecteren (komiuunilerende olli eieren), 7- Responderen voor deugdelijkheid, 425. Respijt, 844. Ressource, 870. Ressort, 326, 327. 896. Restant, 118. 155, 206. 216. 222. 237. 258. 403. 453. 462. 170. 586. 747. 755. 790. 810, 811, 822, 891. 894. 939. 943. 949. 950. -boek, 209. 217, 455,943. -lijst, 283, 043. -memorie, 207 Restitueren, 311, 316. 809. . -tie. 412. 638. 811, 863. 093. 1059. 1060. Restringeren (het slachten van buf fels), 67. Resumeren (een vonnis). 92. Resumptie, 405. Retorsie, 679. Retour, 78. 681. 683. Retraite, 478. Reus. 553. Reuzel, 522. Revenu, 57. 518. 693. 1001. Revisie, 123, 648, 685. Richtsnoer, 514. 515. 648, 650. Rid, 1021 Rimpo, 485. Ringmuur, 687. • -weg, 055. Riool, 1074. Risico, 104. 214. 236, 237.330. 418. 516. 807. 809. 989. Rivier, 117. 126,127,138. 142,169, 224, 294. 331. 383. 443. 448. 489, 497. 512. 542. 556, 558. 635. 737. 770, 775. 1013. 1004. 1054, 1055. 1074. 1075. Roef, 398. Roeischuit, 740. Roffel, 376, Roep, 99. Roerganger. 692. Roest. 746. Roesten van chirurgicale instrumen ten, 9. Boet, 782. Roeijer, 739. 740 Hok. 63, 582. 583. Itokinj;. 17. Hol. 143. 144, 411. 840. 846. 920. 998, 1014. • (uiaandelijksche), 868. ZAAK-REGISTER 1148 Uol-dagr. 102. Rondbrengen 992. Ilonde, 771. 774, 860 doen, 506, 1073. Romllnnpoii in bosschea, 916. ■ -scherp, 374. . -zwerven, 120, 152. 301. Ronggcng. 104. 528. 090. 691. • -school. 686. -spel, 689-691. Rood-aarde, 594. Roof. 175, 301. 302,651,1055.1073 Roosier, 16. Boover, 370. 501, 507, 682, 818. . -bende, 294. Rooijing. 1073, 1074. Roskam, 578. Rotan, 746. . -drager, 172. 173. 297. 298, 483, 494. . -slap, 819 Rouleren van coiiiniissie-leden, 074. Route. 1023. Rouwkleed, 397. • -mantel. 348. • -wagen, 398, 400 Royeren, 251, 412, 564. Ruigte, 555, 737, 910, 915. 1004. 1074. Ruiling, 713. 907. 966. Ruim (het). 682. Ruïneren (bosschen), 913. Ruiten-kaart. 455. Rundvee, 178, 341. . -vleesch, 522. 571. 781. Rusie. 1036. . maken, 661. 773. Husi. 102, 282, 291, 388,477.481, 488, 504. 506, 509,510,623. 691, 700. 773, 774. . -plaats. 109. 589, 1022. Rijden, 99, 857. Rqd-equipage, 577. 578, 1016. .' -gelden, 576. 579, 581. Rijksbestuunler. 64. 353. 357. 358, 360. 362, 367.478.483.487- 492. 495, 498. 500. 501. 505. 506. 510. 512. 654. 693. 700. ■ -kroon, 369. • -schuld. 366. • -slaat. 850. 852 Rijpaard, 111, 170, 171. 506. 636, '637. 640. 658. 659. 662. 744, 1020, 1023, 1029, 1030, 1032- 1034, 1036. 1057. 1058. Hijst. 51. 116. 163, 180. 183. 184. 202,203,211,213-215,217- 219, 283.293, 296,317,325- 327, 335, 337-341,343,374, 377. 387. 389. 391,392,417. 459, 466. 472, 476, 485.489, 492, 497. 498. 525. 532. 535. 540. 591. 616, 617, 634.647. 656. 688. 711,716-718,723. 728. 750-752, 756, 760, 764, 816-819, 850. 867,868.887, 896-902. 904,912,913.9:51, 933, 975, 979, 980. 998. 999, 1030. 1045, 1046. 1076. ■ -contingent, 709, 710. ■ -cultuur, 178, 283, 390. . -gebrek, 816. 912. . -gewis, 300, 538, 855. • -land. 296, 297.290,513.568. 569, 631, 654, 655, 704. 709, 877. 878. 1029. » -leverantie. 161. . -markt, 203. 391, 570. 1045, 1046. • -oogst, 850. ■ -veld, 50, 51, 160, 162. 165, 167. 168. 171. 176. 178, 179, 338 340. 351. 363. 369, 485, 492. 495-497. 504-506, 508, 634, 687, 688, 705. 710. 713, 741. 742, 765,897.898.911,970, Rijtuig. -64. 65, 87. 95-99, 170. '282, 285. 320. 376. 390, 466, 512. 513. 640, 642, 660, 773, 857. 867, 1028, 1029, 1035, 1060. Sagoe, 783. Said. 508, 673. Saisoen, 317. (ruw). 17. 686. Salariëren. 525. 526. Salaris. 57. 69. 73. 90. 157, 200, 248. 249, 254. 562, 568, 608. 643. 808. 837. 862. 863. 958. 1063. 1065,1066. . -lijst, 90. 696, 995. Saldo, 256, 275. 065. 813, 1026. . (batig). 463. 615 Salpeter. 17/ 645. 646, 753, 754, 931. 933, 975. -makerij. 407, 643—645, 786. Saluut. 374. • -schot, 419. 2AAK-REGISTER. 1149 Sampang, 760. 761. Sanctie, 993. San. 134. 716, 916. Sapan-hout. 569, 931. 933. 975. Sarong. 088. Sasak. 150, 852. Salz. 753. Sawah, 300. 351. 485. 654. Scabies, 36. Schaal, 441. 954. 1063. Schaap. 283, 338. 341. 389. 391, 896, 899, 905, 1045. Schaarsheid. <i 7. 146. 151. 178, 316. 418. 538, 628, 692, 816. 817. 850. 875. Schade. 26, 30, 76. 99. 226. 242, 250. 350, 542. 565. 611. 674. 809. 917. 964. 969, 1015, 1063. -loosstelling. 879. ■ -vergoeding. 52, 612. Schaftenmaker. 750. Scbeepsbeboefte, 890. -boord (binnen). 683. . -houw, 134. 153, 886. • -materiaal, 958. • -gage. 421. . -geld, 239. • -gelegenheid. 578, 734. . -kok, 922. -ollicier, 683. . -„verheid. 218. 930. 931. . -papieren, 894. . -rol, 321, 891. -ruimte, 949. ■ -timmerman, 697. . -werf, 886. 968. . -volk. 9, 17, 38. Scheiding. 835. Scheidsman. 1006. Schenden. 120, 152. Schenkage-goederen, 154. Schenking, 345. Schepenen, 58. 83. 97. 102. 103. 190, 203. 406, 416. 465. 518, 519, 535, 537, 552, 553, 555— 563, 567. 574. 603. 608. 657, 659. 665. 666. 670-673. 075— 677, 700. 737. 745. 750, 757, 761, 817. 818. 828, 847. 850, 855. 857. 879. 908. 911-913. 954. 957. 975. 997. 998. 1006. 1007, 1018-1020, 1038, 1054, 1057, 1060, 1062-1066, 1070, 1071, 1074-1077, 1080. Schepenen (gecommitteerde). 561, 562, 564. 565. Schepen-kas, 998. -kennis, 58 Scherp (zelfstandig naamwoord), 700. . -rechter, 279. 983. Schets, 1063. Scheur-linnen, 28. Schieman, 922. • -mans-nuat, 922. Schietgcweer, 167. 507. 510. Schild. 96. 327. 405. 1071. Schip. 70. 71. 73, 74. • (Amerikaanse!)). 831. (Ëuropcesch). 920 . (Keizerlijk), 893. . (koloniaal). 920. • (Macaosch), 533. (ueuiraal). 59, 534. . (particulier), 9. 1027. 1028. . (vreemd), 60. 224. 225,331, 382. 973. 991. 1028. (vijandelijk). 761. . -per. 681. 683. 921. Schoen. 324, 582, 588. Schok, 158 Scholier. 232, 233. School. 231, 254, 295, 528. 621, 686, 687, 691. -meester. 605. 983. Schoonhouden, 763. 770, 818. . -maken, 399, 915, 1074. . -vader, 838. ■ -zoon, 838. Schop, 51. Schors, 134. Schot. 374. Schout, 374, 538. 566, 603, 643, 737, 817, 835, 914, 916. 967. -ambt, 538. 603. -bij-nacht 959. Schouw. 95. 167 Schouwen, (lijken, enz.), 670. . -wing, 287,558.668,671,737. 912. Schrap, 8. Schrohhen (den vloer van hospitalen), 36. Schrijfbehoeften, 443,468,472,473, 515, 586, 589, 594, 609, 784, 812, 1000, 1001. . -foul, 544. . -gereedschap, 154, 278. . -kantoor, 80\ 282, 456, 1808. H. W. DAENDELS. 115 jaren in de ketting geklonken, aan do gemeene werken ten arbeid worden gesteld. Onlbiedeu en bevelen den gezaghebher van Javasch Oosthoek, de prefecten van Samarang en Cheribon en die der overige kantoren van Java, zoo mede den Raad van justitie aldaar en alle verdere officieren en justicieren om te zorgen, dat aan den inhoud dezes stiptelijk worde voldaan, nademaal wij zulks ler voldoening aan den wil des Konings en tot welzijn van den Lande alzoo bevonden hebbeu te behoren. En opdat niemand hiervan eenige onwetenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze op de onderscheidene kantoren van Java, als ook te Cheribon gepubliceerd en mede in de tlhinesche en trewoone inlandsche talen worden gealligecrd, ter plaatse gebruikelijk. 20 Augustus. Regelingen nopens het verstrekken van rivres aan militairen <>j> mnrscfi. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal) gezien hebbende de abuizen, welke 'er plaats hebben in de wij/e van het verstrekken van vivres aan de militairen op maisch, heeft besloten deswegen te bepalen en vast te stellen, gelijk geschied bij dezen, dat voortaan op alle plaatsen van het eiland Java, alwaar fo;tressen en hakmeesters zijn, het warm eten aan marcherende troepes tweemaal daags zal ver sl rek t worden door den bakmeester legen zes stuivers, zilver, daags aan de Europeesen en Ambonezen; en worden de res pective commandanten der forlressen gelast hetzelve te voldoen op de specilique bons of opgaven door de commandanten der passerende troepes voor rekening van den Lande; en zoomede drie stuivers, zilver, daags aai» de demaugs of inlandsche hoofden voor het fourneren op gelijken voet van vivres aan de inlandsche militairen. En zal op alle andere plaatsen, alwaar de troepes zullen verblijven en geene commandanten, nog hakmeesters zijn, op gelijke wijze door den commissaris van oorlog of een anderen officier, daartoe door den konimaiulereiiden oilicier benoemd, ZAAK-REGISTER. 1150 Schrpoon, 426. > -materiaal, 322. • -papier, 154, 515, 692. 764. ■ -werk, 262 278. 749. Schrijven. 26. 687, 689. 690, 721. Schrijver. 285, 321, 378, 629, 665. 680-682.685,749-751. 787, 830. 886. 1026. (Javaansch), 48, 604. (Maleisen), 696. Schuil houden (zich), 488. Schuil, 517, 738—740. Schuld. 69, 113. 236.239,243,244. 254,258.264,265.274.313, 352,366,417.705.706.741. 964. 980. (desperate), 409. (Lands), 778. 802. 803. (particuliere). 1000. -brief, 250, 251. 564. » -cischer. 113. -kennis. 240. 250,251.261. 266. Schuur. 644. Scriba. 47, 85. 161, 169, 174, 176, 187. 188. 202, 214, 228- 230, 250,251,274.277,281, 285. 286.345. 378,475,477. 483, 498,500.612.613,624, 625. 034, 770, 772, 779. 780. 825.827.879,986.987,1020, 1030, 1031. (gezworen), 642, 643. Seri hen I, 558. Scriptis (in), 791. 919. 1031. Scrupule, 678. Secluderen (Weeskamer, enz.). 261. Secreet, 17, 413. -houden (registers van Wees kamers), 260. Secretarie (generale), 83, 85. 186, 524, 592, 604, 605, 731, 734. 828, 829. 881, 995, 1050, 1051. -kantoor, 609. Raad van justitie. 80, 85, 143. » Schepenen, 85. 517. Secretaris, 57, 468, 769, 827. Ambon. 982. üanda, 984. bank van leening. 84, 805—815. Rnedelmeesteren. 71. 72. 86. ' Secretaris van den drossaard. 85. -generaal. 61.62. 81,520. 593. 606. 656,729-735. 828-830, 924. 1052 Heemraden, 84. 94 97, 104. 320. 416. Hooge Regering, 81,418, 606. 735, 992. 993, 995. 996 1052. 1053. houthossehen.B4.B6,l23, 133. luiwelijkschc zaken. 86, 695. ■ kollij-culluur. 84. ministers Solo en Djokjn, 83, 110. omgaand gerecht, 89, 90. 92. 94 • van den prefect, 85. Kaad van jnslilie. 71. 72, 83. 86. 188, 204. 327. 696. 982. 984. 986. Rekenkamer. 418. Schepenen, 83.406.520. 558, 559. 563 565. 673, 1004. 1071. Ternale. 986 Weesmeesteren, 71. 72. 84. 229. 230. 695. Secreleren (opgaven). 61. • -lesse, 806. Secunde, 83, 84. Secureren (suspecte personen, enz.), 177. Securiteil, 254, 255. 869. Senatus consultum Vellejanuin. 247. Sententie, 92. 93, 121. 678. 684, 685. 840. 845. (civiele), 567. Separatie. 461. ■ -reren (Europeanen eo inlan ders), 2. Seponeren, 271. 731. 748. 811. Sequesler. 236. 237, 267. 273. 287. 406, 477. 594-596. 630. Sergeant, 80, 377. 579-581. 778. (inlandsen). 349. -majoor, 579, 580. Sero. 1004. Servituut, 103, 105, 352. 563. 835. 852. 917. 927, 928, 967. Sexe, 247, 267. 671. 1068. Sexie, 537. Sextant, 441. | Sieraad. 268. 2AAK-REGISTER. 1151 Signatuur, 1002. Silentie imponeren. 553. Simplicia. 31. Simulatie. 840. Sirap, 135, 142, 543. Sirih, 64. 110. 302, 393. 1048. Sisteren door regenten, 294. Situatie. 117, 126. Sjabbandar. 82. 85. 192. 195, 198. 224, 225, 229, 230. 272. 391. 394. 406, 421. 525, 549, 552, 608, 624, 625, 695. 721, 734, 739. 830. 893. 894. 896-901. 906, 987, 1009,1012.1028. 1046. 1047. ■ -darij, 326. 327. 332. 337- 343. 378, 383. Sjaril'. 508, 673. Sjerp. 1071. Slaaf. 19. 73. 107. 113. 227. 239, 269, 334, 349. 350. 364,531, 563, 614, 621, 663, 668. 669, 677. 701. 722.849,881.987. 996. 1036. 1050. 1051.1053. 1054, 1067. 1068, 1075 (gouverneraents), 744. 745, 752. 819 (zieke), 730. Slaan. 113. 680. Slaapplaats. 1032. . -vertrek. 1022 Slachtbeest, 962. Slachten, 07. 08. 178. 327. 338, 341. 388. 389. 391. 394. 510, 570, 622. 623. 717. 834. 896. 897, 899. 960. 1045. 1049. • -ter. 68. . -terij, 68, 1019. Slachtoffer. 1070. Slapen. 088. Slaper. 891 Slaven-dieverij. 501. . -handel, 1067. . -kwartier, 984. 989 . -mandoer. 985. • -verleiding. 501. -vertrek. 185. 545. Slavin. 264. 269, 371. 531. 1068. 1075. Slechten (wallen). 787 Sleep-loon. 125. 141, 542,719.889 Slepen. 715. 1056. Sleper. 125. 133. 138. 141. 713. 716, 889. Sleutel. 199. 204. 255. 664. 789. 795. 810, 1025. Sloep. 516. 697._ ■ -roeijer. 517. Sloot. 556-558, 644. 737. 1075. . -plaat, 459, 931. 933. Slopen (gouvernements-huis te Ita tavia). 691. Slopkous, 582, 583. Slot, 204. 255. 664, 749. 789,810. 1025. Sluiten (boeken). 202.217. 222, 252. 402. 410, 417. 454. ■ -ken. 333. 384. . -kenj. 224. 332. 38.!. Sluikhandel, 40. 112, 196. Sluis. 390. 519. 560. 912. Sluitgekl. 1000. Smaad, 1071 Smederij. 400. Smeekool. 888. Smeer, 782. ■ -kaars, 44, 45, 524. 783. 860. Smellliuis.' 795. . -oven, 793. 798 • -verlies, 779. 780, 793. Smet. 146. Smid. 580. 698. 749. 885. 922. Smids-oven, 444. ■ -weik. 750. . -winkel, 607. 699, 745, 886, 990. Smokkelhandel, 676. 738. 1012. Smfjten door scheeps-equipage, 080. Snijden. 504. 506, 634. Soesoehnenan, 65, 110. Sokkel, 934, 935. Soldaat, 44, 56. 110. 321,323,324, 472. 574. 570. 579, 581. 582, 587, 589, 707, 783. 873. (inlandsen). 14. 150. 349. Solderen (blik), 750. Soldij, 598. Solemuileit, 536. Solidum (in). 104. 328. 380. 393. 909, 1049. Solven t, 265 Somali. 330, 337. 338. 340-342. 896—901. Sommatie. 976. 1010. ■ -meren, 244. Sorteren (monleringslukken, enz ), 1016 ■ -ring. 542. ZAAK-REGISTER. 1152 Soulaas. 4. » -lagement, 61, 147, 1008. ■ -lagercn (den inlander), 62. Sous-lieutenant, 921. ter zee, 422 Souverein, 145, 845. • -reinileit, 842. » -reinileits-recht, 370. Spaarzaamheid. 9, 21, 24, 977. Span, 98. 99. 803. 866.1028,1029, 1035. 1036 -nen (misdadigers). 101. Specerij-cultuur, 978. • -eiland. 723. . -en, 72. 155. 156, 196,197. 343,344,422.458,614.618. 694, 724. 725,735,757, 787. 831. 930,931, 934, 954, 963, 964, 977, 979,987. -gewas, 725. ■ -handel. 725. ■ -perk. 819. 820. 984. Sneciflcatie, 206,208,216,221,222. 428. 645, 790, 887, 1057. Speculant. 327. . -laiic. 61, 194, 702.794,1067. Spek, 66. 782. 931, 933. Spel. 185. Spelen met weezen. 244. Spelling, 993. Spillage, 203, 217, 218. 222, 459, 476, 607, 627, 748, 749, 751 754, 836. 930, 932, 933. Spion. 549, Splitsing, 855. Spoed. 120, 923, 1023, 1062. Spohe, 561, 843. Spoliëren (een sterfhuis), 263. Sporen, 5/8. . -maker, 579, 580. Spruit, 224, 294, 331, 383, 512 1003, 1004. Spijker, 170, 177. 426. 459. 498. 503. 513. 886, 931. 63;!. 975, 1022. Spijt. 20, 36. Spi'jzigen. 32, 232, 970, 997. 999, iOOB. Staaf-koper, 882. Staal, 459, 572, 836, 931. 934. Slaarl-peper, 163. Staat mnanliële), 940. (generale) van Indië, 403, 453, 454. • -kunde. 991, I Staat-rekening. 252, 259. 273,419, 583. 584. ■ van wijzen, 348. Staatsbanncling, 611, ■ -gevangene. 999. Staatsie, 268, 269, 297. Stadhuis, 1051. . -klok, 692. Stads-apotheek, 28, 1001. ■ -apotheker, 27,84.345,526.669. . -chirurgijn. 84. 525, 666, 667. 669. 671. 692. 909. 1081. • -docter, 83, 525,559. 666, 667, 669-671, 969. . -drukker. 880. • -drukkerij, 820, 879. 881. • -gerecht, 561. . -kas, 58. 465, 603. 657. 659. 660. 662. 66.-). 667, (172, 757, 781, 962, 975, 1001. 1014, 1022. 1051, 1066, 1071. ■ -lasten, 559. ■ -poort, 471, 625. • -wal, 471, 1014. • -werker. 859. Slat (generale), 109, 375. 439. ■ (plaatselijke), 433, 439 • -ollicicr, 577. Stagnatie, 539, 965. Staken van stemmen, 553. Stal. 95, 97-99. 173. 298, 471, 625. 638, 639, 657-659. 662, 1060, 1061 ■ -buis, 582, 583. » -jongen, 866. • -knecht, 513. • -len (werkwoord), 639. 1060. . -ling, 138, 1020, 1021. 1041. ■ -muts, 582, 583. Stam, 716, 914, 916. . -boek, 84, 886, 893, 894,1002, 1003. ■ -huis. 355. • -lijst, 56,440,447,584,585.973. . -pen, 826, 926. Stand (burger), 395, 396. . -plaats, 184, 603. Stang, 578. Slank. 17. 1074. Stapel (op) slaan, 886. Stapelen (hout), 542. Stapelplaats, 105, 118, 123. 125, 126, 128. 135, 138-142, 153. 184, 352. 407, 541—543. 716. 717, 719, 800, 1056. ZAAK-REGISTER. 1153 PLAEiiT-UOEI UKKL X». 73 Staten-generaal, 258. Stateren (executie), 705. Station, 450. 451. 512. 513. Stationeren, 888, 021 Slaliiten van Batavia, 103,561,562, 643. Steeg, 512. Steekpan, 33. Steen, 444. 1075. (Vlaamsche), 444. < -bakker, 761. -bakkerij, 503. -houwer, 752. Slek. 318. 915. Stelen. 800. Stem. 91, 92, 174, 056. (concluderende), 553. (dubbele), 553. . (1«). 553. -nel, 506, 090. . -pelen. 064, 1024. Sterfboedel, 1065. . -geval, 203, 2G4, 274, 276, 443, 585, 040. . -huis, 236, 257, 261, 262. 275, 270, 348. Sterkte (lort), 364 . f korte), 321, 322, 575.585, 1002. Sterven, 10,263, 503, 000, 715, 719. Stilhouden, 64, 661. 1036. . -liggen, 865, 958. . -stand van Iraclement, 1069, Stipuleren bij adoptie, 600. Stoel. 553. 730. 1029. (bamboe), 917. Stoclen-geld, 961. Slof. 154 . -lage, 323, 324, 577, 586-589, 703. Stokslagen. 628. Storm, 682. Stoutheid, 301, Straat, 102, 267, 555, 770, 1073, 1074. Straf, 419, 651, 652, 819. (corporeele), 560. -feloosheid, 301. • -fen. 431. 626, 774. • -oefening, 92. 301, 650, 651. (capitalc), 501. Strand, 224, 443, 448, 542, 702, 855. 1004. Stranden, 1055. Strandgeld, 821. Strandkantoor, 5, 9. 87. Stremming. 304,313,314,533, 615, 674, 708, 721,803. Strik-ruiter, 299, 485, 504. Stroo. 686. . -kussen, 17. . -lap, 853, 854. . -zak, 213, 219, 783, 952,975. Stroop, 8, 9. Struik, 737. Strijdigheid, 514. Slrijkgeld, 426. Stuk (gouvernementeel), 544. ■ -goederen, 402. Stuurman, 613, 921. ■ -mans-leerling, 921. Stuwen. 214. Stijl, 678, 993. en praktijk, 595. Stijven (eene kas), 205. Submissie (in) ontvangen, 90. Subordinatie, 22, 24. Subsidie, 902. Subsistenlie, 319. Substitueren (voogd), 243. . -tuut, 101. 279.465,400.534, 608,676,736, 739-741,840.999, 1000, 1075. Successeur, 48, 185. . -sie, 178, 247, 502. • (collalerale), 286. ab inteslalo, 258, 265. Sufflsance, 261, 267. Suiker, 149, 211, 213, 335—337, 341, 3«7, 389, 392. 459, 532, 614, 618, 619, 678, 766, 767, 782, 852, 899, 902, 905, 931, 934, 963, 975. -labriek, 466, 467. -fabriekanl, 473, 678. -leverancier, 612. -magazijn, 406. -molen,' 50, 104, 105,164, 318, 352, 362. 373, 393, 500, 563. 767, 835, 967. -molenaar, 51. 52,104,203, 317, 352, 466, 467, 678, 766. 767, 818, 905. -pakhuis, 455. 459,605.608. -riet-tuin, 104, 473. -water, 51. Suite. 76. Sultan, 65,110. 352. 353, 355—359, 301—306. 375, 470. 476, 478. ZAAK-REGISTER. 1154 481-493, 495-497. 500-505, 528, 654, 655, 686-691. 693. 709, 710, 727. 763, 770, 775. 821. 905, 1022. 1057. Sullan's landen, 568. Snpercarga, 84. 620. • -scriptie, 1028. Suppleren, 107, 842. 946. ■ -pliant, 840. • -poost, 207, 223, 405, 413. 410, 452-454, 456, 553, 554, 605, 609, 709. 778. 791, 792, 837, 923, 947. • ■ (1«), 84, 85. 735, 944, 957. • • (2Ó 85. Surcltcance, 845. • -citeren, 490, 649. • -plus, 205, 576, 790, 823. . -veillancc, 214. 403. 469, 488. 513, 516, 665,676,679,746, 911, 915, 923. 1029, 1037, 1038. ■ -leren, 55, 763. Suspecleren (opgaven), 271. • -pemleren, 839. 841, 1069 . -picic, 121, 839. . -lenlalie, 1027. Systems, 960. Taal (Fransche), 893. . (Ilollamlsclie), 233. • (Javaansche), 63. 604. . (Maleische). 604, 669. 787. Tabak, 336, 362, 386, 391-393, 570, 1045. 1048, Tabel, 120, 133, 179, 432, 435, 437, 438, 589, 1014. Tableau, 610. Tafel. 999. 1000. 1029. • -gelden, 147. 148. 532, 612, 695, 727, 890, 921, 985. Tak, 135. 716. 914, 915 Talas. 816, 917. Talent, 440, 446. Talk, 750, 752. Tamarinde, 782. 931, 934. • -banaan, 179. 759. • -boer. 579, 580, 581, 071. Tandak, 164, 284. 691. . -geld, 1076. • -plaats, 686. Tandoe-drager, 172, 173.297—299, 483. Taphuis, 338, 341, 890, 899. 1 Tappen, 338, 341. 896, 899. • -per, 843. . -toe, 671. Tarief, 141. 170. 171, 290, 321, 322, 349, 377. 394, 542, 572, 576, 579, 581, 585, 586, 624, 720, 744, 748, 751. 752, 853, 855, 862, 885, 889, 891, 973, 975, 1002. 1003, 1050, 1051, i 1077. Tax, 709, 710. Taxateur, 57. 529, 568, 805-808, 812-815, 872, 1065, 1066. (lö, 1062. Taxatie, 271. 329, 330, 333, 347, 381, 384. 510. 669. 807, 1000, 1064—1066. ■ -billet, 1065. Taxeren, 881, 907. Teeken, 71. • -kenen, 42, 227, 891. ■ •ken-gereedschap, 441, 443. • -kening, 529, 530. • -ken-lrant, 442. ■ . -werk. 442. Teer, 750, 886, 931, 934. Tegal, 300. Tegemoetkoming, 905, 912. Tegenslreving, 290. Tekortkoming, 204, 222, 460, 789, 798, 949. Tellen. 77, 794, 963. . -ling, 869, 870. Tempel. 294, 365, 369, 484. (Chineesche). 910. -roof, 175. Tent, 517. Tentoonstellen (een demang-glailak), 819. Termineren, 685, 813, 842. Termijn, 73, 193, 194, 226, 310— 312, 315, 328. 380, 425, 426, 515, 640, 657. 708, 919, 1010, 1011, 1068. (peremptoir), 1061. Terrein, 432. 441, 872. Territoir, 288, 507, 825. Terugbeuling, 638, 962. Testament, 235, 238,239,246,261, 262, 265. 275, 278. 599, 600, 758. 879. ■ -leur, 240. 241, 243. 270, 758. Thee, 975, 1032. Tbeologie, 372. ZAAK-REGISTER. 1155 Timmeragie, 555. 697, 698, 988. • -nierman, 43, 44, 580,612.698, 749. 885, 887, 888. 922. . . -werf (Lands), 885. Tin. 458. 795, 799, 931, 934. 975. Titel. 49, 63. 87, 478, 484, 512, 678, 707, 768, 787, 981. Titulatuur, 79. 552. 675, Tjatag, 104, 729 Tjappen (npiuin-hollcn). 373. f jaljah. 330. 339 -341, 496. 897- 900. . -geld, 164. Tj.'kal, 139. Tjiau. 338, 341, 896, 899. Tjoeké, 729, 855, 1029. . -tak, 860. Tjunia, 610, 621, 747, 760, 958. . -veer, 958. Toast, 369. Tocht-sloot, 558. Toefiigenen (zich), 51. Toegang, 16. Toelage. 7, 39, 80, 351. 372. 460. 721, 755, 820, 849, 890. 893, 894. 1002, 1006. 1081. ■ -tinc. 991. Toemenggoeng, 161,293,483.485— 491. 494, 495, 498, 500-502. 509, 510, 633, 654, 763, 770. 775. Toemetcn (rantsoenen). 891. Toera. 836. Toespijs. 688 Toestemming, 690. Toeval, 668. Toewegen (rantsoenen), 891. Toezicht, 277. Tol, 140, 225, 226, 331-334.382. 384, 385, 401. 417, 418, 555. »34. 843 896, 905. 906. 966. 1046, 1047. • -brug, 390, 519, 554, 560. 864. • -gerechtigheid. 903-905. 1005. • -heffing, 120, 518,557.745.904. Tolk, 558/986. Tol-poort, 331. 383 • -vrij, 336. Ton. 51, 645. Toon (ten) stellen, 1056 Toorts. 1023. Tophaan, 284, 327, 338, 341, 389. 834. 896, 897, 899. 966. ■ -tafel, 391, 571, 1045. Topeng, 174, 299, 484. Topographie, 448. Toucheren (pensioen), 589. Tombeurt, 13, 497. Touw, 820. i -werk, 975. Traagheid, 539, 1017. Tractcment, 3, 6, 7, 14, 26,30,32, 37, 40. 43—45, 55- 58, 61-63, 66, 70, 88, 100, 116,141,144. 150, 155, 176, 186, 188, 190. 198. 207, 209. 220, 223, 226, 228. 230-232. 277— 279, 316, 347, 372. 374, 375, 418, 420, 421, 452, 456—459, 465. 466. 468, 474, 518-521, 523, 528, 533, 534, 538, 552, 558, 559, 567, 574, 576, 579-581, 590, 598, 602, 603, 607, 608, 619, 629, 630, 656, 663. 667—669, 676. 692, 693, 695- 698. 708, 709, 721, 727, 728. 731. 741, 743, 749, 750, 757, 766, 769, 779. 780, 783, 784, 786-788, 791, 815. 816, 820. 821, 827. 828, 837, 853. 870, 885, 886, 888-890, 893, 894, 920-922. 928, 936, 940, 948. 952, 959, 1)72. 981—987, 997, 998. 1005. 1008.1013, 1016. 1018, 1021. (militair). 583,584,601, 602, 874, 1070. Tractemenls-boekhouder, 86. 188, 206, 229, 321, 465, 575. 583. 585.695.779,791. 826. 982,984,988 -kantoor, 406,456,575, 585,605,890. (generaal), 85. -lijst, 321. 585, 59a -overdrager, 86, 229, 779. ■rol, 797. -verhooging, 304, 468. Trainissement, 592. ZAAK-REGISTER 1156 Traject, 1029, 1032, 1041. Trangressie, 561. Translateur. 48, 84. 174, 176, 188. 420, 604, 787. (gezworen), 63,86,982. 986. -bureau, 48, 49. Transport, 97. 101, 127, 142, 152. 168, 169. 258. 289.297. 562, 632. 638, 708, 747, 762. 824. 843, 852,856, 946. (gouvernements), 862. (liquide). 69, (militair), 498. -luier, 564. 665. Transporteren, 565, 704, 718, 825, 865, 1056. Transportgeld, 611, 826. ■ -kosten, 266. Trap, 64. Trein, 728. Trekbeest. 125, 126, 131.133,137, 710, 713-717, 970. • -ken (prauwen), 866. • -loon, 125, 126, 141,542,889. . -paard. 636, 637, 658, 1057, 1058. • -tuig, 577. 578. Tribuut, 710. Triplo (in), 923. Troep, 715. Troepen (inlaudschc), 580. Trompet, 268. ■ -ter. 579-582, • -majoor, 579. Tronk, 353. Troon, 64, 113, 368. Trouw, 361. 487, 960. ■ (soede), 147, 637. . (kwade), 106.212, 753, 870. . (ter goeder), 237, 681, 870. • -acte, 230. . -brief. 267. Trouwen, 272, 364 Tuig (paarden-), 1036. Tuin. 42. 44. 376, 518, 544, 557, 559, 632. 687. 701. 737, 802, 962, 1005 -wachter, 466. Tulband, 517. Tusschenkomst, 346. Twist, 284. 1074. • -geding (civiel), 1006. Twijfeling, 464, 514. 550. Tijd (fatale), 845. Tijger, 283. Uhlanen, 625. Uilbarsting. 672. Uitbesteden, 429. 1077. • -taling, 204, 321, 323. 460, 465. 460, 475. 514, 515. 575,576 583, 585. 589, 700, 710, 783. 888. 894, 1013. Uitblijven van de brie ven-post, 321. Uitdiepen, 169. 497. 550. 1074. • -ping, 912. Uiterlijkheden, 705. Uitgaven (onvoorziene). 010, Uithalen van rijtuigen, 99 Uitkappen, 710'. 915, 916 Uitkeeren (vendu-rendement), 72. . -ring, 69, 729. Uilkoop, 395. Uitkoopswaarde, 413. Uillandig, 60. 868-870. 918. Uitleenen, 430. 439 Uilloogen, 644. 047. Uitmeten (zout), 920. Uitmodderen, 009, 911. Uitmonstering, 892. Uitpuilen (land). 49. Uitroeijen, 283. 294, 914. Uilrusting, 80. 031 Uitscbeppen (water uil een graf), 399. Uitschot, 1017. Uilslag. 30. 458. Ujtsluiten (Weeskamer), 27"). Uitspanning, 11. Uitspraak, 108. 175, 502. Uitstel. 276. 408, 412. 479. 790, «32, 937. -len (geld), 563. Uitsterven van eene Chineesche fa milie, 910. ■ -ving, 623. Uitstorten (bedorven dranken). 72. Uittrekken (lijst van gevenduceerde goederen), 71. • -sel, 120. Uitvoer. 76, 77, 224. 325-327, 333-337. 373. 384-387. 525. 656, 739, 740, 767, 816, 848, 850, 875. 894, 903. 905, 906. 925, 989. 990, 1076. Uitvoeren, 382—384. Uilwatering, 1054. Uitzeiten (geld), 60, 61, 371. 870, 918. ZAAK-REGISTER. 1157 Uniform, 7. 521. 576, 587. 778. 1003. Urinaal. 33. Usantie. 4, 595. 599. Ustensilia. 31, 672. Vaart, 311. 452. 519, 615. 1002. (cloode), 556, 1074. (particuliere), 284. 351. Vaartuig. 479. fgearmeerd),421,422,532. Vaatwerk, 332, 383, 930, 952. 1013, 1078. 1079. Vacanlie, 840. Vacatie, 257. ■ -geld, 266. Vacature, 505. 605. 606. 656. Vaceren, 61, 70. 71. 152,639,756, 803. 806. 876. 920. 1060. Vader. 239-242. 244-247. 268. 000, k:;ï!. (gesubstitueerd), 257. -land. 845. Valbruï. 864. Valideren, 410, 468, 514,515,521. 528. 673. (in rekening), 407. Valies. 451. 662. 664. 665. 1025, Valschheid. 809. Vangen (misdadigers), 101. Varken, 338. 341, 389, 391. 570. 896. 899. 906, 1045. ■slachterij, 394, 1049. Varkens-reuzel. 571, 781. 782. Vastigheid, 862. 1065. Vast raken van een breng, 1055. Vat. 72, 682, 753 Vechten, 773. Vederbos, 582, 583. Vee 67. 2!i3. 327. 388, 389. 391. 394. 499, 510, 570, 622,623. 834. 905.916,966,987.1045. 1049. 1075. -dieverij, 561. -teelt, 489. Vegen (vloer van hospitaal), 36. Veiligheid, 293, 509, 630,650,651. Vel. 392, 1048. Veld-artillerie, 746. Velde (te), 67. Veldpost, 121. • -stuk, 374. Vellen, 123, 126. 140, 710. 914- 916. Vendu-afslager, 800. Vendu-boekhouder, 280. 477. . -ceren, 202. 379, 536. . -houder, 58, 71. 72. 529. . -kantoor, 72, 84, 200, 313, 314, 406. 524, 614. 616. -katern, 73. . -loon, 250. . -meester, 69-74.84.189,200, 230, 250, 264, 286.314,477. 529, 536, 565, 598.780,781, 800, 807, 808,810.831,833. 983, 985, 986. . -nieuws, 881, 991, 992. • -onkosten, 929. ■ -penningen. 58. 69. 73, 236. 237, 255. 264, 278. -rekening, 73. • -rendement. 58. 618. . -rol, 73, 256, 831 ■ -salaris. 70, 73. 236. 237. 277. 278. • -schrijver, 70, 71. 73, 74. • -tafei; 74. . -tie, 70 72, 74. 200. 203, 255, 264, 278.313-315, 454, 529. 540, 565. . (publieke). 250.252,275, 327, 352, 519. 544. 697, 849. Venia aelalis. 244. agendi. 412. Venster, 809. Ventileren. 838, 842. Veralicneien. 36, 119. 122. 268, 682. Verantwoordelijkheid, 281, 467. -ding doen. 463. . -lijst. 11. 14. 27. Verarmen (land). 49. Verband, 20. 114, 266, 597. 697. ■ (fide-cnnimissair), 575. (generaal), 909. (hypothecair), 72, -brief. 250. 564. Verbanning. 58. Verbeurd verklaren (houtwerken), 152. Verbeuren (gesmokkeld goed), 384. Verbinden. 736, 741. Verblijf (vast), 689. Verbranden, 17. 135, 302, 536 555, 881, 915. -ding, 876. Vcrbreeden (Chineesch graf), 909. Verdehileren (amphioen), 1011. Verdedigen (zich), 724. ZAAK-REGISTER. 1158 Verdediging, 430- 432. 437. Verdenking. 870. Verdieping, 544. Verduisteren, 119, 122. Vereffenen (militaire boedels), 463. ■ -ning. 256. Verevenen ten voordeele van admi nistrateurs, 222. ■ -ning, 52,417, 705,909,910, 944. Verfkwast, 750 • -stof. 155, 934. Vergader-dag, 841. » -deren, 175, 403. • -dering. 175, 483. 553. (Chineesche), 268. • -der-kamer, 270. 998. • -zaal. 102. Vergezellen (den hailluw), 101. Vergissen (zich). 105. ■ -sing, 1016. Vergoeden, 30, 52. 809. 930. • -ding, 260, 412 499. 697, 934, 939, 954. Vergunning, 10. Verhandelingen Bataviaasch Genoot schap. 994. Vcrhelling, 841. Verhooging, 375, 743. Verhoor, 91. Vcrhooren (gevangenen), 286. Verhouding, 831. Verhuizen, 1071. Verhuren, 49. 50, 95, 96, 158,163, 164, 355, 500, 634, 914, 927. (zich), 508. Verhuring, 485. Verhuur, 295. • -der, 398. 400. -ster. 348. Verificatie, 589. • -eren, 151,428,806.998,1066. Verjaardag. 344. Verjaren van eene nimineele zaak, 844 Verkappen (linnken), 990. Verklaring, 683. (beëedigde), 251. Verkleefdheid, 486. Verkoop. 343. 372. 562-564, 936, 937, 944, 953.1009,1062, 1064. (contante), 215. (gedwongen), 575. Verkoop (publieke), 103, 942, 1011. -.lap, 808. Verkoopen aan zieken, 36. • -per, 70—73, 565. . -ping, 57.58, 70-72. 74,598, 807, 808. 962, 995. • • (periodieke), 529. (publieke). 153. 194, 200-202. Verkoop-prijs, 1064. • -voorwaarden. 105. Verkorten, 242, 259. Verlaten worden, 296. (zijne posi), 108. Verlegenheid. 478. Verlengen (Chineesch%rafl 909. Verlies. 535. 596. 727. 753. 925. Verliezen (beleenijig-recepis), 806. Verlor. 11, 25, 288, 434, 439, 442. 444. Verloop, 845. Verlossing (tegennatuurlijke), 669. Vermaak, 11. 528. Vermaking, 758. ■ -ning, 24. 774, 840. Vermogend, 1079. Vermoorden, 287. Vernedering, 365. Vernielen. 120, 152. ■ -tigen (papieren geld), 876. Vernieuwen (brug, enz), 518. . -wing, 423, 424. 427, 436. 438, 1031, Verongelukken van een schip, 78. Veroordeeling, 767. Verouderen van wees-brieven, 245. Veroveren, 681 — 683. Verpachten. 50. 179. 362.390,480, 896, 1057. • -ting, 189. 191, 194, 203. 319, 325-328, 330, 337. 378, 380, 382. 388-390. 420, 432, 519. 559, 562. 623, 767. 822, 834, 850, 851, 856, 881, 902. 906. 913, 914, 925. 927. 966. 1003,1004, 1009, 1010. 1012, 1045. 1048. (Javaansche). 895. Verpanden (desa). 50. . -ding, 289. (hooldelijke), 477. Verplaatsen (medicinalen winkel), 2. ZAAK-REGISTER 1159 Verplaatsing, 585, 1077. Verpleep-dag. 38. Verplegen (gouvernemenls slaven), 744. . -ging, 3, 33. 35, 150, 526, 672. 819. 973. 1008. -geld, 624 ■Verponding, 1077. Verraad. 175. Verrekenen, 409. 647. -ning. 762. Verrenten van panden, 598. Verrijken (zich), 127, 795. Verschil, 211. 1065. Verschoonen (zieken!, 36. Verscuuilen*zich), 364. Verslag, 277. 469, 791. 939. (algemeen), 118. (generaal), 207, 1038. (jaarlijksch), 731. (maandelijksch), 591. 593. Verspannen, 1034. ■ -ning, 1036. Verstand, 158. . -houding, 1018. Verstek, 845. Versteken, 263, 682. Verstempelen (honken), 883. Versterf, 265. 563, 624. • -rechl, 262, 601. Versterking. 147, 346. 369. Verstrekken, 66, 115, 718, 969. . -king. 44. 46. 61, 75, 134. 146-149. 155, 168, 169, 202, 203, 222, 322-324, 345, 374. 377, 408, 419. 455, 468, 470-473, 475, 514-516. 521, 524, 531, 532. 567, 586. 594, 607. 634, 645. 711, 736, 747, 748, 750. 752. 753, 785, 790. 798, 849, 852, 860. 888. 890-892, 894. 924, 950. 953, 980. 998. 999,1002, 1003, 1007, 1014, 1016, 1049--1051, 1079, 1081. (extra-ordinaire), 4. Vertaling (Chineeschc), 41. Verteeren door een wees. 254. Verteering, 420. 1030. Verlier, 628. Verlollcn (slaven), 334. Vertragen (de justitie), 048. • -ging, 215. 346, 591, «48. 976. 1023. Vertreden (weg), 556. Vertrek, 259. 946. . -ken, 993 ■ -uur, 866. Vertrouwen (hel Gouvernement), 963. Vertwijfeling, 113, 912. Verval. 151, 979. . -dag, 73. Vervalsenen (geld), 843. • -sching, 806. Verversching, 171. 470, 695, 853. Vervoer, 152, 288, 480, 822. ■ -der. 128. Vervoeren (karbouwen), 67. Vervolging (gerechtelijke), 705. Vervreemden, 241. 244. Verwaarlozing, 151, 1037. Verwarring. 143. Verwelkom-visitc, 377. Verwer, 43. Verwisselen (koper geld), 784. . -ling, 803-805, 847. Verzakking, 459. Verzegelen. 77, 199, 213, 261, 275, 433, 444, 477, 630. 949, 1024. Verzending. 206, 790: 820, 949, 953. Verzetten (goederen van weezen), 244. (lijkkist), 399. (zich), 373. Verzoekschrift, 1081. Verzuim. 26, 30. 95, 250,457,505, 587, 737. 774, 807, 810, 845, 917, 976, 1015, 1024, 1063. Verzwaren (hellingen), 179. Verzwijgen. 106. 239, 708, 1071. Vesting, 727. Vet, 8. Vexatie, 62, 1019. Vexeren, 282, 293. 716, 851. Vice-president Raad van justitie, 83, 836-839. Schepenen, 82, 520, 553. ■ -versa, 842 Victualiêren,.B9l, 894. Viering, 344. Vierschaar, 561. (militaire), 80,112,529. 553, 605, 828,841,842,844,848. 1808. H. W. DAENDËLS. 116 voor rekening van den Lande worden betaald aan de inlandsehe hoofden, op de bons der commandanten van de corpsen, drie stuivers, zilver geld, per hoofd, zoowel Europees en Ambonees, als inlander, zullende het eleu moeten beslaan in zeer goed vleesch, goede rijst en verdere inlandsehe kost. Terwijl de bak raeesters 'er groenlens, aardappelen, enz., zullen bijvoegen. Vermits verzuimd was de fourage-gelden voor paarden vasl te stellen, werd bij besluit van 1"> Mei 1809 bepaald, «dal voor elk paard zal betaald worden 4 stuivers, zilver geld, waarvoor zal geleverd worden een piccolan gras. houdende omlrend 50 kleine bossen, en 2'/» & padi". Merkwaardig, als den tijd kenschetsende, is, hetgeen Daendels hierop laat volgen, t. w.: Wordende verders de prefecten, door wier prefecturen troupen passeeren. gelast van alles, wat door de chefs der marcheerende troupes geëischl wordt, een exact rapport daarvan aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te zenden, of dezelve ook buiten de bepaling volgens de generale ordre van den I7 1,0 Augustus 1808 ge gaan zijn; zullende bij omissie van dien verbeuren een maand tracteraeut en de gedachte chefs, indien zij zich niet aan de bepaling gehouden hebben, met drie maanden in de provoost gestraft worden Wordende hierdoor egter niet verboden, dal de komman deerende ollicieren voor hun zelf, hunne olïicieren of voor zieken paarden, wagen of battoors legens betaling inhuren, zooverre zulks zonder inconvenient kan geschieden, welke betaling voor reële zieken of geëxlropieerden door den coinniandeereuden officier op behoorlijke declaratieu kan worden gereclameerd. 2SI Augustus. Instructie voor den ins'pecteur-generatil van al de houlbosschen op Java. Art. 1. Met den eersten en zoo spoedig doenlijk zal hij een opneem doen of ouder zijn toeverzigt laten doen van alle ZAAK-REGISTER. 1160 Vierschaar (hooge militaire), 648, 649. Vigileren legen smokkelhandel, 738. Vilipenderen (orders). 49. Vinger. 777. Violatie. 534. Visch, 167, 362. 393. 522, 5:i2. 560. 571, 688. 781, 782, 999, 1018. 1046, 1048. • -markt. 301. 022. 623,1004, 1019, 1045, 1046. -vangst, 1019 • -vijver. 392. 1048, Viseren, 585, 625. Visie, 121 » geven, 1032. Visitateur, 456. 605. -generaal, 82, 409, 418. ■ der stamboeken, 85. Visitatie. 403. 587. 639. 739, 741, 746. 755. 832. Visite, 34, 562. • -kantoor, 609. 613. (generaal). 84. 402. . -ren. 12, 13, 224, 285-287, 424. 638, 609. 670, 674, 680, 681, 739, 809, 813, 840, 1060. Visschen, 1003. Visscher, 291, 1004. 1018. Visschers-pr'auw. 167. Visscherij. 519 Visum, 586, 587. repertum, 287. Vitriool-zuur, 17. Vivres, 14, 115, 151,168,589.672. 060. 1002. Vlag, 268. Vleesch, 66, 116, 408, 931, 934. 1018, 1019 (zout). 782. -hal, 1019. Vloer, 36. • -steen, 444. Vlot, 126, 138, 141. 717. Vlotten (werkwoord), 716. -maker. 123, 153,800,821. Vlijt. 716. Vocht. 9. Voeden (zich), 817. Voeder, 98, 127. 138. Voeding, 33, 526, 672, 913. Voedsel, 912, 1030. Voegen (zich), 640. 1061. Voertuig, 1056. Voet. 651. Voel (Kijnlandsclie). 800. » (met den) gestoten, 103. . (ie). 64, 05. 376. -plank, 95. Vogel-neslje. 330. 341. 899. 900. . -nest-klip, 50. 52. 164, 327. 343. Volk (slecht), 603. Volks-verlonp, 486. Volmacht schap, 251. Vonnis, 92, 123. 144.153.186. 237. 254. 255, 501, 561, 729. (crimineel). 102. 144, 534, 648-650. ■sen. 302, 553. Voogd, 230, 24:!-24», 254. 255. 261. 565. 603. Voogdes, 247. . -dij, 243. 244, 246-248. Voordracht. 5, 633. 729. 756. • -sangcr, 962. • -kennis. 260. 290. ■ -keur, 71. • -le/.erscliap. 605. . -looper, 87, 282. 513, 1034. Vóórnaam. 73. Vooroordeel, 150. Vóór-overlijden. 600. Voorraad, 148. 140. 152. 625.916, 1011. (•sLands), 170. 177,194, 196, 418. 590. 1022. -schuur. 329. 381. Voorrang, 993. ■ -schieten, 477. 500. 542. . -schol. 14. 38. 49. 52, 100, 151, 205, 300, 313. 318, 324, 371. 408. 532, 533. 587, 789, 837, 862. 026. 969. ■ -slager, 43. ■ -span. 1020. Voortleeling. 68. Vooruilhetuling, 314. • -verstrekking, 719. Voorwendsel, 50,330,331,503, 632. » -zichtigheid, 912. • -zilter, 93. Vordering, 706. Vorm, 678. • (aarden! 548. • (zonder) van proces, 857,976. Vorst, 64. 65, 694, 695. . (Indisch), 730, 731. . (Javaaasch), 419, 507. Voteren met brieljes, 553. ZAAK-REGISTER. 1161 Vracht, 98, 100, 171, 330. • (op), 214. -geld, 99, 958, 973, 1022. -loon, 937, 1030, 1033. -penningen, 145, 613, 621. Vrede, 311, 974. . -rechter, 1006. Vreemdeling, 37. 96. 213. 214,459, 508-510, 532, 831, 843, 883, 1073. Vrees 840 Vriend, 238-240, 244-246, 254, 266, 396. Vroedkundc, 669. . -vrouw, 670. Vrolijkheid (nationale;, 1 717. Vrouw, 9, 12, 37, 51, 113, 237. 23». 242, 247, 266, 272, 300, 464, 483. 500. 502, 661, 669, 670, 773, 853. 1036. (Europeesche), 145. (jonge), 301. (Maleische). 115 Vrucht, 289, 478, 633, 729. . -baarheid, 709. . -tuin. 300. Vrijbrief, 562. Vrpom, 269, 704. 1058. Vrijgeven, 265, 268, 269. • -ver, 265. Vrijheid, 694. Vrijspreken door iandraden, 651. Vrijstelling, 653, 699, 860. Vuilheid. 910. . -nis, 770, 1004, 1054, 1075. Voorstander, 43, 44 . -steen, 724. 727. ■ -werk, 747. 755. Vijand. 78. 431, 437,478.534,724. 725. 965. Vijlen-kapper, 43. Waag, 391, 420, 571, 1045. Waakzaamheid. 112. Waar (eetbare), 492. • -borg. 95, 467. • -de, 819. • (intrinsieke), 741. • -deeren (vastigheden). 1065. • -digheid, 377, 694. 842. ■ -heid, 641. Wacht, 101. 166, 471, 506, 507, 524, 625, 798, 860. (militaire), 18, 44, 45. ! Wachter, 381, 383, 507. Wacht-huis, 166. 506, 771, 775. » -kamer. 20. > -meester, 65, 165, 299, 504. 579-582. ■ -prauw. 924. . -volk, 717. Wadang-houL 139 Wagen, 94-96, 116. 320. 398, 636. 640-642. 662, 1021.1057. 1058, 1060. (vergulde), 608. -huis, 1022. • -huur, 609, 867. . -maker, 43. 580. -paard, 170. 1021. 1028, 1030, 1036. -pacht. 94. 97, 420. 500. 636, 640. 641, 1014, 1057, 1060. -remise, 545. -verhuurder, 94-100, 462, 637, 866. 1058. 1061. -verhuurder», 97, 371,637, 638, 1021. 1058. 1059. -vracht, 266. Wajang, 299. 484. 571. 1045. '. -pachl, 608. -speler, 174. Wakeu lepen smokkelhandel, 738. Wal, 787. 912. • -nap. 583. WanbelaUng, 175. 226, 502. Wand, 36. Wandelen door zieken, 16. • -ling (militaire), 150. Wang hekli. 295. Wangedrag, 24 Wanhoop, 113. Wapen. 33, 5U5, 507, 642, 771, 751, 836. -goederen. 322, • -kamer. 88, 290, 322, 406. 454. 476. 530,605, 609, 698. 745, 746. 751. 988. » ■ -gast, 698. . -zegel, 806. Waroeng. 389, 770. -houder, 466. Was, 45. 163, 904. 931. 934. Waschloon, 522. 572. 781. 1008. Wasdom. 916. Waskaars. 45, 391, 570, 1045. Watang, 853. ZAAK-REGISTER. 1162 Water, 16. 149. 167,399,432.496. 542, 770. 835. 852. 967, 1075. ■ (stinkend], 910. . -fiscaal, 81. 100, 112, 192. 195. 421, 549. 666, 676. 738-740. 837. • -halen. 298. 484. ■ -haler. 172. . -legger, 1078. . -leiding 169,294.407,512. 518. 557, 737, 703. 770, 771. ■ -pol. 33. . -schutting, 738.1075,1076. . -werk. 424, 426. 445 Wederga, 684. Wedono. 173. 299. 486. -schap, 48. Weduwe. 247. 262. 272. 318. 319. 351. 406, 599, 843. Weduwen-fonds. 319. Weegboek, 216, 455, ■ -lijst, 935. Weekhlad (officieel), 991. 992. Weeren (vreemdelingen) 508. Weêrslrever, 677. Wees. 251, 253. 254. 257, 258. 265 -843 -boek. 238. 240, 242, 244, 245. en Boedelmeesteren, 229. -huis. 345. 526. -kind. 238-241, 243-245, 249. -kamer. 238. 240. 241.243, 249,261,285.287.315.463. 464, 477.597.030.606.758. 759. 761.762.780.832,909. 980. 982, 984. 980. 1077. ■meesteren, 84,86,103,233. 234, 237—241. 243-245. 261. 315. 371. 400. 406. 466. 477. 590. 596, 750. 861, 919. -kas. 1005. » ■ -kennis. 250 We;;. 55, 64. 97. 99,117.126,127, 142. 159. 169. 171. 285. 294, 364. 373, 390. 489, 497. 505, 506. 512, 518. 519. 538, 541, 555—560, 563, 632, 718, 760. 770, 835, 852, 910, 967, 1005, 1019. 1021, 1023, 1037, 1057, 1061, 1073. 1074. 1076, 1077. Weg (pronte). 316, 317, 704. 705. . ('s Hoeren), 268,700,857,898. 907, 1075. ■ -blijven van de rol, 143. Wegen, 369. 753. 794, 935, 954, 1027, 1035. We ? er, 219. 961, 962 Wegkappen (kreupelbosch), 555. • -loopen door een demang-gladak, 819. . -wijzer. 1023, 1024. Weiden in bosschen, 916. Weldaad, 146. Wellevendheid, 65. Welstand. 915, 917, 928. Welvaart. 161. 291. 361. 481.489. 539. 711, 1080. Welzijn. 9. Werf. 377, 697. ■ fsLands), 474. . -hoek, 887. . -kas, 887. Werk. 853—855. (achterstallig), 592. . (publiek), 479, 859. (net) der materiën, 592. . -hout, 917. • -jongen, 609. . -loon, 424, 868. . -lijst. 428. . -man, 88. 428.795.797,887. . -volk. 125.497.722,968,969. Westmouson, 716. Wel, 103, 145. 205.224,599-601. 937 939. > (Chineesche), 567. . (inlandsche), 90, 650-652, 1055. • (Javaansche). 741. . -hoek (militair). 648. 649. ■ -ligen. 115, 626. Weven, 335, 386. Weverij. 703. Wiel, 816, 858. Wil (uiterste), 238, 262, 265. 271, 600, 643. 758. . (vrije), 107. 492. 690. Wild, 4Ö2. ■ -haan. 962 Wind. 16. 137. Winkel. 389, 391. 570. 1045. Winkelier, 601, 698. 861. Winst. 288, 314, 616. ZAAK-REGISTER. 1163 Winst (op halve), 251. Wmslcn (stille). 62C, 697. 699, 987. Winzuclil, 1055. Wissel, 316. 620, 622, 677, 762. 763. 823, 848, 93Ü, 990, -plaats, 1020. 1021, 1023, 1024. 1036, 1037. Wisser. 142, 543. Witten, 36, 399. Woeker, 49. Woestheid. 370. Wond, 287. Woning (vrije), 7, 849. Woonplaats, 303. 424, 603, 690. Wortel, 134, 716, 873, 914. Wraakzucht, 503. Wijfjes-buffel, 178. Wijk. 166, 506, 738. 763, 770— 776, 1071, 1072, 1075. . -cassa. 772, 773, 775. . -meester, 37:'., 390.638,639, 738,763,770-776,817,911, 1060. 1070-1075. . -stok, 771, 775. Wijn, 8, 19, 64, 110, 146-149, 151, 470, 852, 853, 1032. -azijn, 754. IJken, 51, 926. Uknieeslcr, 608. IJver, 10, 25, 120, 716. . -loosheid, 539. IJzer, 170, 177, 426, 459,503,548, 572, 621, 720, 836,886,931, 975. 1022. . -werk, 513, 748, 751. Zaad-padi, 300. Zaag, 134. • -molen, 185. 407. Zaailand, 738, 1075. Zaak (civiele), 175, 348, 553, 630, 1006. . (crimineele), 175, 348, 630, 649, 844. » (gemêleerde), 501. • -gelasligde, 668, 669. • -waarnemer, 762, 763, 823. Zadel, 166, 450,505,631,658,662. Zadelen. 1024. Zadelmaker, 43, 579, 580, 698. Zak, 219, 934. • -instrument, 8. Zaken (inlandsche), 175, 483, 480. » (marine), 732. Zaken (militaire), 732. 734. van hooge politie, 732. Zamensmclling, 233, 768. . -trekking (generale), 403. Zand. 36. 820. Zangeres, 687—689. Zeden en gewoonten, 511,687,1055. Zee 101, 154, 541, 554, 556, 916, 1004, 1055. . -desaslre, 78. - -dienst (koloniale), 532. -engte, 346. . -kaart, 530. . -lucht, 16. . -inachl (koninklijke), 17. -man (Moorsch), 532. . -nood. 903. . -ollicier, 147, 231, 232, 421, 710, 920-922, 1080. Zeep, 8, 934 Zeepas, 230, 766. ■ -roover, 54, 167. . -schade, 613, 903. . -stand, 913, 918. ■ -vaart, 231. 843. • -varende, 3, 9, 17, 34, 38. 75, 147, 830, 886, 892, 893, 959, 973. (gedeserteerd), 745. (inlandseh), 532, 692, 884. (vreemd). 624. ■ -zout, 17. Zegel, 73. 79. 109, 155. 161, 162, 201,225,275.293,332,384, 469, 491,554,562,566,633, 695, 806,838, 982,983,985, 994. 995, 1062, 1064,1065 (klein), 606. Zegelen (zekere soort van plankjes). 887. Zegel-geld, 849. • -rekening, 222. Zeil, 74, 853, 854. • (onder) gaan, 680. . -maker, 922. -schuit, 740. Zendeling (inlandsche), 352,376, 696. Zerk. 907. Zetel, 64. Zeiler. 992. Zieke, 3, 8, 10-20, 33,35, 37.61, 116. 148-150. 345, 470, 526, 572, 024. 666. 671. 853, 892, 973, 1007, 1008, 1081. ZAAK-REGISTÊR. 1164 Ziekcn-kamer, 671, 672. . -kost, 378. -moeder, 672. ■oppasser, 31. 39, 405. -opzichter, 672. • -vader, 31. 32. 34, 36, 39, 465,671,672,969.970,1007, 1008. • -zaal, 17. 19. 20.33.37,818. Ziekte, 10, 22. 25. 71. 144. 174, 178,188,287,387,450.547, 668. 681. 685, 810, 1006. (besmettelijke), 17. Zielsbeschrijving, 300. Zilt. 340. ' Zilver, 239. 661, 682, 739. 805. 808 -werk, 305. Zindelijkheid, 36. 102. 774. Zingen door ronggeng's, 690. Zitplaats, 1034. Zitting houden, 176. Zoek (te) raken, 932 Zolder, 16. • -reslanl-lioek, 216. Zonneschijn, 644. Zonsondergang, 506, 701, 1072. • -opgang, 457, 506. Zooi-leer, 783. Zoon. 245. 268. 838. 1030. Zont. 19. 34. 51, 303. 327, 330, 336, 340—342, 302, 378. 379, 393. 510, 532. 627,028, 687, 688, 099. 718, 750.752.901. 925, 926. 928. 932. 934, 975. 9i)9, 104«. ■ -negorij, 340. 342. ■ -pacht,' 856, 881. ■ -pachter, 828. • -pau. 50. 51, 104. 340. 379, 389, 500. 828, 920. Zuinigheid, 288, 645. 947. Zuiveren, 137,555.556,716,915, 1004, 1074. (zich), 083, 839. Zuiverheid, 771. houden, 117. Zwager, 838. » -schap, 554. Zwakheid, 726. Zwalp, 126, 134, 135, 801. Zwarigheid, 515. Zwartsel. 853 Zwavel. 753. 754. 932. 934. Zweren. 361. Zwerver. 101, 507. Zijde, 334, 385. Zijdgcweor, 728. 1808. H. W. DAENDELS. 117 de bossehen op het eiland Java en dezelve compareren tegen de daarvan aan handen zijnde kaart, ten einde de nodige verbeteringen daarin Ie kunnen observeren. Art. '2. Onder zijn opzigt laat hij, inspecteur-generaal, de algemeene kaait overbrengen in afzonderlijke kaarten of ge deeltens, ten gebruike van de leden der administratie. Art 5. Hij, inspecteur-generaal, duidt de bosschen aan, waarin gekapt moet worden, en de soorten van boomen, die moeten worden omgeveld, alsmede de bepaling van de lengte der balken en de bewerking der kromhouten. Art. 4. Hij zal zich bekend maken met de situatie der wegen en rivieren, ten einde daaruit het meeste nut te trekken in het geven van orders voor de afzending der houtwerken. Art. 5. Hij schrijft aan de administratie voor den voet en wijze van het behoorlijk zuiver houden der bosschen, de be planting der ledige of nieuw te beplantene plaatsen en in het bijzonder het gadeslaan der jonge plantsoenen en laat zich van alles behoorlijk rapport doen. Art. 6. Het gouvernement geeft aan den inspecteur-gene raal op de jaarlijksche benodigtlieid van hout, zoo voor eigen gebruik, als voor de benodigtlieid van particulieren, en de inspecteur-generaal doet opgave, of en in hoe verre daaraan kan worden voldaan, na welke opgave het gouvernement voorts finale orders geelt. Art. 7 De eisscheu zijnde gearresteerd, zend hij, inspecteur generaal, dezelve in aan den president der administratie, niet aanwijzing der plaatsen, waar ieder gedeelte daarvan moet worden gekapt, doch zonder melding te maken van het ge bruik, waartoe dezelve zijn gedespiciëerd. Arl 8. Aan hein, inspecteur-generaal, word door den pre sident der administratie rapport gedaan van den aanvang en voortgang van hel werk en daarvan gedane gedeeltelijke of geheide aflevering aan den commissaris der houtwerken. Art. 9. Hij ontvangt omtrent dagelijks voorvallende zaken van den president der administratie een maandelijkse!) rap porl en van bijzondere gevallen direct. 1808. H. W. DAENDELS. 118 Art. 10. De administratie doel jaarlijks rapport van de orders, die zij tot den aankap der houtwerken ontvangen heeft, en van de verzendingen, daarop gedaan: en de com missaris der houtwerken een gelijk rapport van de houtwerken, aan de stapelplaatsen ontvangen, on de daarvan gedane af zeiufingen, welke rapporten de inspecteur-generaal met. zijne gegeven hevelen confronleerd en als ingrediënten emploijeerd tot het samenstellen van zijn algemeen verslag. Art. 11. De commissaris der houtwerken bntvangi van den inspecteur-generaal specifieke lijsten van de dilferente houtwerken, die de administratie gelast is te kappen, met aanwijzing lot welke eindens en voor welke plaatsen dezelve bestemd zijn, ten einde dezelve na ontvangst te schiften en na hare destinalie te kunnen expedicren. Art. 12. De inspecteur-generaal ontvangt vervolgens van den commissaris der houtwerken de specifieke opgave van elke afzending van houtwerken, die door de administratie aan hem wordt gedaan. Art. 15. De inspecteur-generaal ontvangt mede van den commissaris der houtwerken rapport en specifieke opgave van de afzending der houtwerken, door hem geschied, en van de plaatsen en personen, werwaarts dezelve zijn geadresseerd. Art. 14. De inspecteur-generaal zal tol zijne assistentie hehhen twee geschikte, Europeesche opzienders, die hij lot het doen van inspectien en in het generaal 10l alle andere dienslen zal kunnen emploijeren, welke hem de uiloehening van zijne amhts-lielrekkingen kunnen facilileren. Art. 15. Het zal hem inzonderheid vrijstaan de gemelde Europeesche opzienders Ie emploijeren om de restanten van houtwerken, zoo in de verschillende departementen van de leden der hout-administratie, als op de onderscheidene stapel plaatsen, op te neenien en tegen de ontvangst en de daarvan gedane verzendingen te compareren, zoo dikwijls en op al zulke tijden, als hij, inspecteur-generaal, zal nodig oordeelen. Art. 16. Eindelijk zal hij, inspecteur-generaal, een dagre gister houden van zijne verriglingen en de orders, die hij 1808. H. W. DAENDELS. 119 uitgeeft, en cene directe correspondentie onderhouden met het gouvernement. Art. 17. Bij de aanvaarding van zijn ambt doet hij den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Holland, als mijnen hoogen en doorluchtigen Souverein, mitsgaders den Gouverneur tieneraal en de Raden van Indien gehouw enge lrouw te zijn : het ambt van inspecteur-generaal opregtelijk te bedienen, goed toezicht te houden, dat de bosschen behoorlijk worden gadegeslagen en geadminisleerd, mitsgaders allengkens worden onttrokken aan den staat van verval, waarin dezelve zich actueel bevinden: mijne bevelen aan bet collegie van admi nistratie over de bosschen daartoe in te rigten en te zorgen, dat dezelve suecessivelijk worden nagekomen ; voorts mij met geenen houthandel, hoegenaamd, in te laten of eenige houtwerken weg te schenken, te veraliëneeren of te verduisteren, onder welk pretext dit ook zoude mogen wezen, maar mij in alle opzichten te gedragen na de geëmaneerde ofte nog te emaneren respective orders en instrüclien, alles, zoodanig als een vroom en getrouw ambtenaar, in zoodanigen publieken dienst gesteld, toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig! 21 Augustus. Instructie voor den secretaris en fiscaal bij den inspecteur-generaal van de hou l bosschen op Java. Art. 1. Als secretaris staat hij onder de onniiddelijke or ders van den voormelden inspecteur-generaal en overailks zal hij zijne hevelen gehoorzamen en respecteren in al, liet gene zijn pligt als secretaris medebrengt. Art. 2. Door hem zullen moeten worden afgeschreven de concepten en schrifturen, die hem ten dien einde door den inspecteur-generaal worden ter hand gesteld: ook zal hij moeten concipiëren zoodanige zaken en onderwerpen, als waarvan dezelve in zijne betrekking als inspecteur-generaal hem de 1808. H. W. OAENDELS. 12 TWEEDE HOOFDSTUK. Van den geneeskundigen dienst buiten de h os pi talen. EERSTE .'.PDEELING. Dienst bij de regimenten of corpsen in de hoofdplaatsen. Art. 1. Hij oen regiment infanterie zal <lo diens) worden uitgeoefend door een chirurgijn-major, drie chirurgijns van de tweede classe en /es van de derde olasse. Hij corpsen van mindere sterkle zal het getal der officieren van gezondheid naar gelang der omstandigheden zijn ingerigt. Art. 2. De chirurgijns major of eerste aanwezende officieren van gezondheid, welke hij dezelve aanwezig zijn, zijn ter eerste instantie verantwoordelijk voor de uitoefening vanden geheelen geneeskundigen dienst. Zij houden hel toezigl over de praclijk der chirurgijns van de tweede en derde classe, zullende deze altijd over patiënten van aanhelang met hen te rade gaan en van helangrijke om standigheden, die zich in hunne practijk voordoen, dadelijk rapport maken. Alle ollicieren van gezondheid van corpsen, bij welke zich geen chirurgijn-major bevind, dienen onder opzicht van een der chirurgijns-major van het guarnisoen, welke hunne practijk surveilleerd. Art. 3. De chirurgijns-major of eerste aanwezende officieren van gezondheid corresponderen onmiddellijk niet den chirurgijn of doctor en chef. Art. 4. Alle zieken van eenig aanhelang worden zoo spoedig mogelijk en zonder eenig verzuim in het hospitaal gehragl, voorzien van een billet, houdende den naam, compagnie en regiment of corps van den lijder, geteekend door den officier van gezondheid en comuiandeerenden ollicier. Art. 5. De officieren, hunne en andere militairen vrouwen en kinderen en sommige zieken van geen aanhelang worden door hen buiten het hospitaal gevisiteerd en van hel uoodige 1808. H. W. DAENDELS. 120 pointen zal opgeven of de aantekening ter hand stellen ; hij moet houden de boeken, journalen, tabellen en wes meer, relatief het ambt van inspecteur-generaal, en daarvan de uit treksels, kopijen of afschriften maken, ten line Ie kunnen gebruikt en afgegeven worden, daar het behoord of het den gemelden inspecteur-generaal dienstig zal oordeelen. Art. 3. Van de zaken, hem als secretaris aanbetrouwd, zal hij aan niemand opening mogen doen dan op last en met voorkennis van den inspecteur-generaal, zorgende, dat alle zijne werkzaamheden met dien ijver, accuratesse en spoed werden verricht, als van een vroom, eerlievend en gelrouw secretaris kan worden verwagt of verlangd. Art. 4. Als fiscaal inquireert hij na alle delicten of daad zaken, purement tot de hout-administratie en daartoe relative zaken betrekking hebbende, en brengt dezelve ten eerste ter kennisse van den inspecteur-generaal. Art. o. Opziglelijk pligtverzuim, meineedigheid en andere malversatien van de hoogere ambtenaren zal hij de door hem ingewonnen informatien brengen ler kennisse van den Gou verneur Generaal om vervolgens met goedvinden van hoogst denzelven te worden overgegeven aan den advocaat-fiscaal van Indien ter verdere vervolging. Art. 6. Maar tegens mindere bedienden, Europeesche bosch gangers, Chinezen en inlanders, die zich schuldig maken aan het schenden der hoornen, hel vernielen der bosschen en plantsoenen, het vervoeren of kappen van ongepermitteerde houtwerken, mitsgaders tegen alle andere, suspecte en in de bosschen nodeloos rondswervende inlanders of Chinezen insli tueerd hij, fiscaal, zelve actie bij het collegie van de houtvesterij, met uitzondering alleen, wanneer eeuige der geëmploijeerden bij de administratie zich aan willekeurige tolheffing schuldig maken, in welk geval zij ter vervolging van deze misdaad aan hunnen dagelijkschen regier moeten worden uitgeleverd. Art. 7. Hij neemt direct in goede verzekering alle inlan ders en Chinezen, die op heeter daad geattrapperd of door lieden, ler goeder naam en faam slaande, aangeklaagt worden. 1808. H. W. DAENDELS. 121 Art. 8. Tot die arrestering mag hij, des noods, de assis tentie van het plaatselijk gezag inroepen; hij heeft op de resideutien en veldposten de bevoegdheid om de gearresteerde personen in de blokhuizen te doen secureren, te Sama rang of Sourabaija in die van den Uaad van justitie of landraden, ter verantwoording van dengeene, die de waak zaamheid daarover bevolen is. Art. 9. Wanneer hij kennis zal bekomen van eenig ge pleegd delict of eenige suspitie van hetzelve, moet hij zonder verzuim de nodige inligting en bewijzen tragten in te winnen om vervolgens met een beredeneerd verslag van het feit of de reden tot het institueeren zijner actie ter deliberatie van het collegie der houtvesterij gehragt te worden. Art 10. Hij zal geen zwaardere eisehen mogen uitbrengen als tot keltingslag voor tien jaren of een geldboete, niet boven de rd 8 200 beloopende, waarvan Iwee derde gedeelten zullen komen ten voordeele van hem, fiscaal, en een derde gedeelte voor den aanbrenger. Art. 11. Edoch, wanneer tot bannissement of confineinenl voor meerdere jaren gesententieerd wordt, zal hel collegie der houtvesterij, alvorens de fiscaal dezelve ter executie mag leggen, de sententie aan den Gouverneur Generaal ter approbatie aanbieden. Art. 12. Hij zal hebbeu acces tot de archiven van het collegie der houtvesterij, zoomede toegang en visie van alle journalen en aantekeningen der boschgangers en andere sub alterne geëmploijeerden van de administratie,, zoo dikwijls als hij zulks ambtshalve zal vorderen. Art. 15. Van alle schrifturen, die hij in deze zijne betrek king dienl, zal hij, fiscaal, behoorlijke minuten houden om, nevens de gepasseerde actens, enz., ter secretarie van het col legie van administratie bewaard te worden. Art. 14. Hij zal bij de aanvaarding van zijne bediening doen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Holland, als mijnen boogeu en doorluchligen Souverein, mitsgaders den 1808. H. W DAENDELS. 122 Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gehouw en getrouw Ie zijn; dal ik in mijne qualiteit van fiscaal der houlhosschen soig neuselijk zal waken en doen waken, dat door niemand, wie hij nok zij, zonder legaal Itevel eenige boom omgekapt of ge veld, veel min andere daden van autoriteit of moedwil aan de bosschen worden gepleegd, en legen degeenen, welke zich daaraan mogten schuldig maken, rigoureuselijk procedeeren na de wetten, tegen de overtreders geëmaneerd of na dezen te enutneren: dat ik waken zal, dat een ieder der tot deze administratie geslolde ambtenaren en dienaren aan hunnen pligt voldoen en denzelven nakomen, en in conlrarie geval hun zonder onder scheid of aanzien van personen zal tegengaan en actioneren: dat ik niemand eenige concassien, exlorsie, overlast of geweld zal aandoen, noch gedogen, dat dit door mijne be diendens geschied I, en ook over gene delicten composeren; dat ik mij mei geenen houthandel, hoegenaamd, zal inlalen of eenige houtwerken zal wegschenken, veraliëneren. verduis teren of mij tot gebruik toeeigenen, onder welk pretext dit zoude mogen wezen, en ook van de boschvolk'eren geene per soneele heerendienslen vergen of toestaan zal, dat die door anderen gevergd worden; en dat ik mij overigens stiplelijk zal gedragen na alle zoodanige orders en instractien, als bereeds geömancerd ol' nog geëmaneerd zullen worden; en eindelijk, dal ik de bediening van secretaris bij den inspecteur-generaal der houtboeschen mede zal waarnemen met alle naarstigheid, ijver eu trouw, gelijk een amlitenaar, in zoodanigen dienst gesteld, toeslaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Ahnaglig! 21 Augustus, instructie, Moor den president en de leden van de administratie der lioulbossrhcn, Art. 1. Het collegie van administratie zal beslaan uit: 1808. H. W. DAENDELS 123 een president en vier leden: voorls geassisteerd zijn door eenen secretaris en twee klerken ol' kopiisten. Art. 1. Aan dit eollegie zal zijn gedemandeerd dt' admi nistratie en beheering der houlbossehen over hel gansche eiland Java. Art. .">. In de wijze dezer administratie zal hetzelve volgen de uitdrukkelijke hevelen van het gouvernement door middel van den inspecteur-generaal en voorts hetgeen haar door den aart der zaak en de regelen eener goede huishoudkunde nopens hel aanplanten, voorlkweeken, onderhouden en vellen der liosscheu wordt voorgeschreven, in het oog houdende om in alle deze opzichten het meeste voordeel van den Lande te he trachten. Art. 4. Hetzelve eollegie zal mede bezitten de judicature over alle misdaden en mal versatien, welke ten aanzien der bosschen of van eenig gedeelte van derzelver administratie niogten werden gepleegd door vloUcmakers. opzienders van de stapelplaatsen, bosrhgangers en mindere geëmploijeerdens, zo van de administratie, als van den commissaris der houtwerken, en generalijk door alle Chinezen en inlanders, op aanklachte van den fiscaal van den inspecteur generaal, terwijl nogthans de inspecteur-generaal der houlhosscheu en de president van het eollegie van administratie wegens misdaden, in officio gepleegd, ter eerster instantie zullen moeten te regt staan voor den hoogen Kaad van justitie te Batavia, gelijk mede de prefecten en alle andere Emopesche ambtenaren, niet aan bet eollegie van administratie of den commissaris der houtwerken onder geschikt, over mesuses, omtrent de bossehen of de daarvan geproflueerde houtwerken begaan. Art 5. Het voornoemde eollegie zal wijzen bij arrest en van hare vonnissen geen hooger beroep of revisie vallen. Art. 6 In het beoordeelen van delicten zal het eollegie voornamelijk in hel oog houden, dal alle bosschen zijn 'sLands domaiuen en dat alle aankap en afvoer van houlwcrken en 1808. H. W. DAENDELS. 124 handel in dezelve aan particulieren is geinterdiceerd, wanneer dezelve niet vooraf van hel gouvernement zijn ingekogt. Art. 7. Ddfh, niettegenstaande dit verbod, zal hel aan de iulandsche negorlj-volkeren gepermitteerd zijn om, voorzien zijnde van een loodje of permissie-billet van den president of eenig lid der administratie, zoodanige mindere soorten van hout, als tot hunne huisselijke noodwendigheden of het aan maken van karren en ploegen vereischt wordt, uit 's Lands bosschen te mogen kappen: zullende zelfs ieder lid der admi nistratie, voor zoover hem zulks aangaat, verpligt zijn om den aaukap van hout voor de koolen-branderijen, speciaal in de nabijheid van Samarang en Sourahaija, Ie faciliteren. Art. 8. Zoodra tusschen liet gouvernement en den inspec teur-generaal de eiscli der houtwerken-voor het volgende jaar filiaal zal zijn gearresteerd, ontvangt de president der admi nistratie van den inspecteur-generaal de specifieke opgaven van het hout, 't welk dien ten gevolge zal moeten worden aangekapt, met aanwijzing tevens van de plaatsen, waar zulks volgens de verschillende soorten van houtwerken zal moeten geschieden, en van de orde, die daarin volgens de meerdere of mindere henodigtheid van liet een of ander artikel zal dienen te worden geobserveerd. Art. 9. Nadat de gementioneerde, jaarlijksche eisch door den inspecteur-generaal zal zijn ingezonden, zal het collegie van administratie zich terstond bezig houden om de daaruit voortspruitende werkzaamheden lot den aankap van dal jaar na billijkheid en evenredigheid onder deszelfs leden Ie ver deelen, zoo noglhans, dal in alle gevalleu in dezen aan den president de decisie zal competeren. Art. 10. De voorschreven verdeeling der werkzaamheden geschied en de generale kaart der houtbosschen in afzonderlijke gedeeltens overgebragl zijnde, zal aan ieder lid der administratie een kaart worden ter hand gesteld van de hoiitbossehen in dal district, waarin hem de aankap is gedemandeerd, ge trokken uit de algemeene kaart der bosschen, welke door den inspecteur-generaal tevens met den jaarlijkschen eisch aan de 1808. H. W. DAENDELS. 125 administratie zal zijn ingezonden; wel verstaande, dat de leden, ofschoon de gemelde kaarten nog niet vervaardigd waren, echter met hunne werkzaamheden een aanvang nemen en voortgaan zullen. Art. 11. De leden der administratie, elk in hun district, eenig verschil ontdekkende tusschen den wezenlijken staat der bosschen en de aanwijzing, die daarvan op de kaart van den inspecteur-generaal is gedaan, zullen verpligl zijn daarvan in hun collegie rapport te doen, ten einde alle misrekeningen voor Ie komen, die hieruit anderzins zouden kunnen ontslaan, en daarvan herigl te geven aan den inspecteur generaal. Art. 12. Na hel ontvangen van den jaarlijkschen eisch van den inspecteur-generaal zal het collegie van administratie mede, zoodra mogelijk, formeeren eene algemeene calculatie van de benodigde kappers, sleepers en trekbeesten voor dat jaar, met aanwijzing van de plaatsen, waar en van den lijd, hoelang de zelve worden gerequireerd. Art. 13. Deze calculatie van het benodigd werkvolk en trekbeesten zijnde geformeerd en door den Maarschalk en Gouverneur (leneraal of bij deszelfs afwezigheid door den inspecteur-generaal gezien en goedgekeurd, zorgt de admini stratie, dat daarvan, voor zoover zulks noodig is, in lijdsaan het plaatselijk gezag worde kennis gegeven, ten einde tot leverantie van dezelve in tijds de vereischte schikkingen weiden gemaakt. Art. 14. Te gelijker tijd zal de administratie mede for meeren of doen formeeren eene begrooting van het beloop der trek-, sleejt- en kaploonen over hel gehecle jaar, de alvoer gerekend lot de respeclive stapelplaatsen toe, waar de hout werken onder hel opzicht van den commissaris zullen worden overgenomen, en zulks navolgens den eisch van den inspecteur generaal en het tarief der sleep- en trekloonen, achter deze instruclie bepaald ('). Art. 15. De voorschrevene, calculalive begrooling gefor meerd en door den inspecteur-generaal, aan wien dezelve {') Dil tarief is uiet ungetroSen. 1808. H. W. DAENDELS. 126 moei. worden overgelegd, zijnde goedgekeurd en voor gezien getcekend, zal daarop van wegen hel gouvernement ordonnantie ter uitbetaling van drie tol drie maanden ten hehoeve der administratie worden verleend om bij haar ler goeder reke ning ontvangen en bij ommekomst van het jaar aan den Lande te worden verantwoord. Art. iü. Uit de gedachte penningen fourneert de admini stratie aan ieder lid het noodige lot de betaling der trek- en arbcidsloonen in zijn departement en laai zich daarvan doen behoorlijke rekening en verantwoording. Art. 17. liet gedachte lid zorgt voor de goede behandeling der boschvolkercn en trekbeesten en dat aan en voor dezelve behoorlijk onderhoud en betaling verschaft werde. Art. 18. Hij maakt zich bijzonder hekend niet de situatie der wegen en rivieren, ten einde daaruit het meeste nut te trekken in het geven van orders voor de afzending der houtwerken. Art. 19. Hij waakt voor het goed verhand der vlotten, die langs de rivieren worden afgevoerd. Art. 20. Wanneer halken van eene bijzondere grootte, als maslslanders en raainhoiilen, moeten geveld worden, zal hij daarbij, henevens de hoschganger van zijn departement, in persoon tegenwoordig zijn en toezien, dat alle noodige precautien tegens het beschadigen dier houtwerken werden in acht genomen. Art. 21. leder lid zorgt voor de houtwerken, welke uit zijn departement zijn gekapt en afgevoerd, 10l dal dezelve op vaste, daartoe door den inspecteur-generaal te bepalene stapel plaatsen zullen zijn overgehragt en tegen afgave van eene behoorlijke recepis aan den commissaris over de houtwerken of den opzichter van de stapelplaats afgeleverd. Art. 22. Alle halken, zwalpen, timkauische planken en andere diergelijke houtwerken zullen, alvorens naar de .stapel plaatsen te worden afgezonden, door denzelven met het ge woone merk der administratie moeten worden voorzien en met het bijzondere merk van het departement en van het boschhoofd, ouder wien het gekapt is. 1808. H. W. DAENDELS 127 Art. 25. Buiten den aankan, afvoer en de leverantie aan den commissaris van de hij den generalen eisch gevorderde houtwerken zal ieder lid in zijn departement heiast zijn niet de zorg voor alle nieuwe aanplanlingen, welke door den inspecteur-generaal zijn voorgeschreven. Art. 24. Hij zorgt wijders, dat volgens hel voorschrift van den inspecteur-generaal de bosschen behoorlijk worden ge zuiverd, de ledige plaatsen aangevuld en het jonge plantsoen na belmoren gadegeslagen. Art. 2;>. Tot alle de voorschrevene eindens en zooverre de heheering der bosschen specleert, zullen de daartoe gebezigd wordende boschgangers. deniangs, loerahs en mindere hooiden, kappers, drijvers, enz. staan onder de orders van hel collegie van administratie' en speciaal vau dat lid uit dezelve, in wiens departement zij worden geemploijeerd; zullende nogthans deze lieden ten aanzien van hunne overige betrekkingen blijven sorteeren onder hel plaatselijk gezaeh van hunne woonsteden. Art. 26. Mij zal derhalven ten nauwkeurigsten hebben te letten op het gedrag der boschgangers navolgens de voor hun bepaalde instructie en toezien, dat de boschvolkeren door hen niet werden mishandeld, nog iets hoegenaamd om niet van hen werde gevergd, zelfs geen mondkost, noch voeder voor hunne paarden, maar integendeel, dal voor alles eene richtige betaling geschiede, doch dat dezen zich daarvoor mede na behooren van hunnen pligt kwijlen- en het hun opgedragen werk volvoeren. Art. 27. Ook zal hij soigneuselijk toezien en waken, dat de boschgangers, zoo min als andere geëmploijeerdens van ile administratie, eenige impositie leggen op de passeerende goe deren en zich alzoo op eene ongequalificeerde wijze verrijken, welke misdaad na exigentie van zaken zelfs aan den lijve zal worden gestraft. Art. 28. Hij zal aan de wegen en rivieren, langs dewelke gewoonlijk de afvoer van houtwerken geschiedt, onder zich hebben commiezen en andere personen, geauthoriseerd om op alle transporten vau houtwerken, niet van de administratie 1808. H. W. DAENDELÖ. 128 komende of van het gouvernement ingekocht, dadelijk beslag Ie leggen teu profijle van den Lande en de vervoerders Ie arresteeren en aan hem over te zenden ter verdere overgifle aan den fiscaal van den inspecteur-generaal. Arl. 29. Hij zal daartoe worden geassisteerd door een corps rijdende commiezen, op te riglen van Amboinezen, waarvan het reglementaire nader zal worden bepaald. Art. 50. Hij vordert van den boschganger verantwoording van alle zijne verrichtingen en maandelijks een schriftelijk rapport van de door hem aangekaple, naar de stapelplaats vervoerde en in de bosschen restant gebleven houtwerken: hij confronteerd deze rapporten legen de quitantien der af geleverde houtwerken aan den commissaris en onderzoekt de verschillen, welke daartusschen mogten bestaan. Art. 51. leder lid zal gehouden zijn om, zoo dikwerf znlks door den president wordt gevorderd, schriftelijk rapport te doen van zijne verriglingen en van den staal der werkzaam heden in zijn departement. Art. 52. Speciaal zal hij veipligt zijn om met het begin van elke maand aan het volle collegie in te zenden eene exacte lijst en specificatie van de gedurende de vorige maand gekapte, vervoerde, op de stapelplaats liggende, aan den commissaris afgeleverde en in de bosschen per restant geblevene houtwerken, enz. Art. 55. Hij zal buitendien met den aanvang van elke maand afzonderlijk dienen van rapport wegens de overige werkzaamheden in zijn departement, zoo tot zuivering der bosschen en gronden, als tol aanleg van nieuwe plantsoenen, en daarbij, zoo dikwerf hij zulks noodig oordeelt, kunnen voegen zoodanige cousideralien en voorstellen, als hem tot verbetering der bosschen en dcrzelver administratie mogten voorkomen de attentie van het collegie waardig te zijn en om verders ter kennisse van den inspecteur-generaal te worden gebragt. Arl. 54. Hij zal mede maandelijks eene specifieke lijst hebben over Ie leggen van alle de in zijn deparlemenl ge dane verstrekkingen en uitbetalingen. 1808. H. W. DAENDELS. 129 PLAIiAI-BOEk BEEL XV. 9 Art. 35. Bij ontdekking van dieverijen, schenderijen of andere malversa tien, welke aan 's Lands bosschen of hout werken moglen zijn gepleegd, zal hij, bij aldien de schuldigen op heeterdaad mogten werden betrapt, dezelve doen appre hendeeren en met de pointeu ten hunnen lasle slellen in handen van den fiscaal van den inspecteur-generaal; voorts daarvan mede onmiddelijk kennis geven aan den gemelden inspecteur generaal en aan den president van zijn collegie. Art. 56. Voor de stipte volbrenging der pligten, bij de voorgaande artikelen aan ieder lid in zijn departement voor geschreven, zullen niet te min de overige leden en speciaal de president mede verantwoordelijk wezen. Art. 57. De president zal dien ten gevolge gerechtigd zijn, niet alleen om van ieder lid, zoo dikwijls hij zulks noodig oordeelt, 't zij mondeling of schriftelijk, verslag te vragen zijner verrigtingen, maar ook om hem bepaaldelijk tot de uitvoering der bij hem noodig geoordeelde werkzaamheden aan te sporen en te gelasten. Art. 38. Hij zal, ten einde van alles onderricht te zijn, eene continueele correspondentie onderhouden, zoo met de naar hunne departementen afwezige leden, als buiten hen om met de Europeesche boschgangers, den commissaris over de houtwerken, de prefecten, onder wier territoir de bosch volkeren sorteeren, de inlandsche regenten of met wien hij zulks verder uoodig mogt oordeelen; zullende alle de geëm ploijeerdens bij het werk der bosschen, mitsgaders de com missaris over de houtwerken, verpligt en gehouden zijn om op de eerste aanvraag aan hem, president, alle zoodanige openingen en elucidatien te geven, als hij tot de uitvoering zijner hem opgelegde pliglen noodig zal hebben te vorderen. Art. 39. De president zorgt ook op zijne personeele ver verantwoordelijkheid, dat het collegie van administratie ten allen tijde gereed zij om op de eerste requisitie, 't zij van wege het gouvernement of den inspecteur-generaal, eene per tinente opening te geven omtrent den geheelen staat van zaken en alle deelen xler huishouding, aan hare directie onderworpen. 1808.". H. W. DAENDELS. 13 voorzien uit de apotheek van het hospitaal, op voorschriften, door hen eigenhandig geschreven en onderteekend. Art. ü. De lijsten, requisitiên en al, hetgeen tot verant woording van den dienst behoord, worden, zoo als in de derde afdeeling van het eerste hoofdstuk is bepaald, aan den doctor ot' chirurgijn van het arrondissement gezonden. Art. 7. Weekelijks zullen zij aan den commandeerenden officier een exact rapport doen van den staat en het getal der zieken bij iedere compagnie, onverminderd bijzondere gebeurtenissen, van welke, zoo spoedig mogelijk is, aan den commandant zal kennis gegeeven worden. Ten deezen einde en in het algemeen zullen ook de chi rurgijns der '1'- en 3 L ' classe verplicht zijn van alle zieken of gekwetsten, bij welke zij geroepen zijn, aan den chirurgijn major of eersten aanweezenden officier van gezondheid rapport te doen. Art. 8. Indien er in hetzelve guarnisoen bataillons, corpsen of detachementen zijn, waarbij geen officier van gezondheid zig bevind, zal een der chirurgijns-major verplicht zijn voor de behandeling der zieken daarbij te zorgen. Art. 9. De chirurgijns-major of eerste aauweezende olli cieren van gezondheid moeten alle manschappen, die aange nomen worden, visiteeren. Degenen, welke gebreken hebben, die hem voor den dienst ongeschikt maken, worden door hen daartoe onbekwaam verklaard. TWEEDE AFDEEMNG. Dienst bij de detachementen en op de strand- en buiten-comptoiren. Ail. 1. Bij detachementen van verschillende wapen-corpsen worden de noodïge officieren van gezondheid bij gepaste tour beurten inedegegeven. Art. 2. De gedetacheerde officieren van gezondheid builen de hoofdplaatsen ontvangen bij bun vertrek op requisitiên, 1808. H. W. DAENDELS. 130 Art. 40. In het bijzonder draagt hij zorg, dat telkens in de maand December een generaal rapport van de verrigtingeu van dat jaar aan den inspecteur-generaal werde ingediend, houdende eene distincte en specifieke aanlooning van de eischen van den inspecteur-generaal en in hoeverre daaraan door le verantien aan den commissaris der houtwerken is voldaan, voorts eene opgave van de per restant geblevene boulwerken en run verslag van de gedane aauplautingen, verbeteringen en uit breidingen der bosschen, niet bijvoeging van alle zoodanige voordragleu en consideratien, als het collegie nopens de wijze van administratie, de behandeling der gronden en plantsoenen, den aankap en afvoer der houtwerken, het emplooi der bosch volkeren en derzelver bezoldiging onder het oog van den inspecteur-generaal zal vermeenen te moeten brengen. Arl. 41. Wanneer door den inspecteur-generaal, buiten den gewonen, jaarlijksrheu eisch, binnen tijds nog extra-ordinaire requisiten worden gedaan of orders gegeven, hetzij tot te doene leverantien, aanplantingen, locale inspectien, opnemen of anderzins, zullen de daaruit voortvloeiende commissiën en werkzaamheden alleenlijk door den president en naar zijn goedvinden worden gedecerneerd en opgedragen aan zoodanig lid of leden der administratie gezamentlijk of ieder afzonderlijk, als hij daartoe het meest geschikt en bekwaam zal oordeelen, zonder dat hij in het decerneeren dezer commissiën zal ge bonden zijn tot diegenen der leden, in welker departement deze buitengewone werkzaamheden vallen. Art. 42. De president draagt zorg, dat de leverantien van houtwerken en alle overige werkzaamheden, welke uit deze extra-ordinaire requisiten zijn geproflueerd, afgescheiden worden gehouden en genoteerd van de andere leverantien, welke in voldoening aan den gewonen, jaarlijkschen eisch zijn geschied, en dat daarvan tevens bij het generaal rapport op hel einde van het jaar eene onderscheidene aantooning en specificatie werde gedaan. Art. 45. In gevalle bij het decerneeren dezer buitengewone commissiën en werkzaamheden het eene lid in het deparle- 1808. H. W. DAENDELS. 131 ment van het andere wierd geëuiploijeerd, zullen zij zich ten aanzien van het gebruik der ondergeschikte bediendens, in landsche hoofden, boschvolkeren en trekdieren onderling ver slaan en alle geschillen, welke daarover onder hen mogten rijzen, oniniddelijk l)rengeu ler kennisse van den president, die dezelve of direct beslissen of naar zijn goedvinden ter decisie overlaten zal aan den inspecteur-generaal. Art. 44. Wanneer tot de voldoening aan de voormelde extra-ordinaire requisiteu een buitengewone eisch van werk lieden of trekbeesten mede noodzakelijk wierd gemaakt, zorgt de president, dal daartoe in tijds aan het plaatselijk gezag, 't welk dezelve moet leveren, de noodige aanvraag worde gedaan. Arl. io. Wanneer president en leden mogten vermeeneu redenen te hebben om zich over het een of andere plaatselijk gezach te beklagen, zullen zij hunne bezwaren oniniddelijk kunnen brengen onder het oog van 't gouvernement. Art. 46. De president zal borg stellen voor rd' 5000 en de leden voor rd' 2000, ieder, tot een waarborg en guarantie voor alle mogelijke tekortkomingen. Art. 47. De president en leden zullen bij aanvaarding hunner bediening doen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit, den Koning van Holland, als mijnen hoogen doorluchtigen Souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gehouw en getrouw te zijn; dat ik de post van president ot' lid van de administratie der boutbosschen zal waarnemen met alle naarstigheid, eerlijkheid en trouw en punctueel zal nakomen en doen execiileereu de orders, die aan mijn collegie door den in specteur-generaal over dezelve bosschen worden gegeven; dat ik vooral oplettend wezen zal op het gedrag der bosch gangers en andere bediendens, aan de administratie der hout bosschen ondergeschikt, en wel bijzonder zorgen zal, dat hel kappen en vellen van boomen, zoowel als het schoon houden der bosschen en het doen van nieuwe aanplantingeu, regel matig en overeenkomstig de gegeven bevelen geschied; 1808. H. W. DAENDELS. 132 dat ik mij met geenen houthandel, hoegenaamd, zal inlaten of eenige houtwerken zal wegschenken, veraliëneren, verduis teren of mij tot gebruik toeëigeneu, onder welk pretext dit zoude mogen wezen, en ook niet gedogen zal, dat andere zich daaraan bij mijn welen schuldig maken; dat ik van de Javanen, die in de liossclien werken of hij de administratie zijn geëmploijeerd, geene personeele heeren diensten vergen zal of toestaan, dat die door anderen gevergd worden, maar zorgen zal, dat de gemelde lieden wel behandeld worden en hun salaris rigtig ontvangen; en dat ik mij voorts in alles zoodanig gedragen zal, als een vroom en getrouw president of lid van de administratie der bosschen en een eerlievend ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig! 21 Augustus. Instructie voor den secretaris van de administratie der houlbosschen. Art. 1. Hij assisteerd de bijeenkomsten van president eu leden der hout-administratie en houd aantekening, zoo van de zaken, die door den president worden ter tafel gebragt, de propositien der leden en hetgeen verder daarin wordt ver handeld, als van de besluiten, daarop gevallen, leu einde daaruit de resolutien te formeren. Art. 2. Alle concepten en pointen, die hem door den pre sident ambtswege worden ter hand gesteld, zal hij overnemen en zorgen, dat de eersle afgeschreven en de laatste na be horen werden geëxtendeerd. Art. 5. Aan alle lasten en requisiten, die hem door den president der administratie opgedragen worden, zal hij met den meesten ijver en spoed voldoen. Art. 4. De brieven aan den inspecteur-generaal wordeu door den president en aanwezig zijnde leden, — die aan een lid, in commissie wezende, en aan den commissaris over de houtwerken door den president alleen, — en die aan de onder geschikte dienaren van de administratie door hem uit naam van de administratie getekend. 1808. H. W. DAENDELS. 133 Art. 8. Hij legaliseerd door zijne handtekening alle bijlagen, tot de brieven behorende, en insgelijks alle kopiële stukken, hoegenaamd, eiseben, labellen, specilicalien, opgaven, requi silen en wes meer. Art. 6. Hij houd een journaal van alle voorvallende zaken en zorgt, dat hetzelve met den dag worde ellen gehouden, zoo mede dat de chartres van het collegie allen in eene behoor lijke orde bewaard worden. Arl. 7. Hij zal van de zaken, aan hem toebetrouwd, geen opening mogen doen dan op last en met voorkennis van de administratie, en wijders zich van zijn pligt met zooveel ijver, accuratesse en spoed kwijten, als van een vroom en actief secretaris verwagt of verlangt kan worden. Art. 8. Hij zal bij de aanvaarding van zijne bediening doen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den-Koning van Holland, als mijnen hoogen en doorluchtiger) Souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gehouw en ge trouw te zijn: dal ik mij van mijne lunctie als secretaris van het collegie van de administratie der houtbosschen met naarstigheid, ijver en trouw zal kwijten, aan den president en leden alle be hoorlijke reverentie bewijzen en mij voorts zoodanig gedragen zal. als een vroom secretaris toestaat en betaamt. Zo waarlijk helpe mij God Almagtig! 21 Augustus. Instructie voor den boschganger. Art. I. Hij zal hel opzicht hehhen over een bepaald dis trict, waarin hij zal worden geplaatst. Art. 2. De loeras der blandongs van het gemelde district, de kappers, drijvers of sleepers zullen allen, voor zooverre de werkzaamheden van den houtkap betreft, onder zijn opzicht gesteld zijn: hij zal mede de noodige zorg dragen voor de leverantie en de behandeling der trekdieren en ter zijner verantwoording hebben alle de tot den houtkap en afvoer gebruik wordende gereedschappen. 1808. H. W. DAENDELS. 134 Art. 5. In het bijzonder zal hij toezien en letten, dat de boschvolkeren de hun competeerende verstrekkingen of be talingen richtig erlangen. Art. 4. Wanneer de inspecteur-generaal of een der leden der houtadministratie aanwijzingen doet der te vellene hoornen, zal hij daarbij tegenwoordig zijn. Art. 6. Hij moet ook steeds aanwezig zijn bij de hout kappers, ten einde hun aan te wijzen het werk, dal zij dagelijks te verrigten hebben, en hun aan te toonen, in welke rigting zij den boom moeten nedervellen, ter vermijding van beschadiging van andere jattijboomen en ter voorkoming, dat de boom zelve niet barst, splijt of scheurt. Art. 6. Bevorens een boom ter neder geveld wordt, zal hij zorgen, dat dezelve van zijne overtollige takken ontbloot wordt, en dat daarentegen alle de zoodanige daaraan werden gelaten als benoodigd zijn om voor te komen, dat dezelve niet in eens op den stam nederkome. Art. 7. Al hel hout, voor de artillerij, scheeps- en huis bouw benoodigd, moet uit boomen gekapt worden, waarvan de sappen verdikt zijn. of in hel tijdstip, als de boom deszelvs bladeren verliest en afvallen laat, terwijl daarentegen tot houtwerken voor palen en beschoeijings, ook tot plathoul, als zwalpen, linkamsche planken, enz. en tot bontwerken, bestemd om gezaagd te worden, boomen moeten worden gekozen, die in deszelvs volle sappen staan. Art. 8. Doorgaande moeten de kappers aan een gevelden hoorn arbeiden, totdat dezelve van dies schors ontbloot is en. zoo niet geheel, dan ten minste in het ruwe het begeerde formaat vertoont. Art. 9. Hij zal aan de kappers, zoo spoedig doenelijk, de handigheid moeten doen verkrijgen om met de horisontale zaag om te gaan en die alsdan doen gebruiken om den boom door te zagen. Art. 10. Nadat de boom van alle zijne takken ontbloot is en daarvan zal zijn afgezonderd 't geen tot gebruik kan dienen, zal hij den wortel met een hefmachine uit den grond doen 1808. H. W. DAENDELS 135 ophalen of door buskruit doen springen en het gat met aarde aanvullen. Art. 11. Hiervan zijn echter uitgesloten dusdanige stompen van hoornen, welke hij gelast wordt in den grond te laten verblijven om daarna tol kromhouten te worden gebruikt. Art. 12. Al hetgeene van den afval eens booms onbruik baar is tol bet kappen van kleine zoort balkjes, planken, jattijduigen, cirappen of andere houtwerken, moet hij op twee voelen lengte laten kappen lot brandhout; liet overige, geheel niet te gebruikene hout wordt tot assche verbrand en tot het vet maken van de aarde ter plaatse zelve over den grond verspreid, dan wel, daar niet benoodigd wezende, naar zoodanige plaatse vervoerd, alwaar het zijn nut kan aanbrengen. Art. 1"). Van alle gevelde hoornen, zoowel als van hetgeen uit de takken van dezelven gekapt wordt, zal hij kennis moeten geven aan hel lid der hout-administratie, waaraan hij gesub milleerd is, en daarvan wekelijks aan denzelven schriftelijk rapport indienen. Art. 14. Alle balken, zwalpen, tinkamsche planken en andere diergelijke houtwerken zullen, alvorens naarde stapel plaatsen Ie worden afgezonden, door denzelven met het ge wone merk der administratie moeten worden voorzien en met het bijzonder merk van het departement en van het hoschhoofd, onder wien het gekapt is. Art. 15. Hij zal de balken langs den koristen en ge schiktslen weg naar de houtstapelplaalsen laten afgaan, daarbij voegende een geleide-briefje, waarop derzelver lengte, breedte en dikte bekend staat, gelijk mede het getal der spannen buffels, tot den afvoer gebruikt, welk geleide-briefje tegens een recepis van den opzichter der houtstapelplaatsen uitge wisseld wordt en vervolgens dienen moet om daarmede zijne lijsten, specificatien of berigten te justificeren. Art. 16. Geen hout dan bekwaam, ten minste dat na onderzoek bet uiterlijk aanzien als zoodanig heeft, mag door hem naar de houtstapelplaats afgezonden worden, bijzonder mogen geen balken van buitengewone grootte, als voor raam- 1808. H. W. DAENDELS. 136 houten, kielen of masthouten, van de kapplaatsen vervoerd worden, voordat men van de werkelijke deugdzaamheid ten volle overtuigd is. ten einde zoowel den tijd. als den nutte loozen arbeid van menschen en vee te besparen. Art. 17. Wanneer een zoodanig kostbaar stuk hout be vonden mogt worden onbekwaam te zijn, zoo moeten daaruit, met advies van den inspecteur-generaal, zulke mindere stukken hout gekapt worden, als hetzelve kan fourneeren, en het overige tot brandhout gekapt of verbrand worden. Art. 18. Alle percelen, die uitgekapi worden of hereeds uitgekapt zijn, zal hij terstond wederom met jattij pillen moeten beplanten. Art. 19. Ten dien einde zal hij moeten zorgen, dat door de boschhoofden een voldoende hoeveelheid pitten steeds ver zameld en aan handen gehouden word. en vooral in vrugtbare jaren den inzaam van dezelve vermeerderen. Art. 20. Jaarlijks moeten ten minsten een honderd duizend boompjes geplant en de voldoende jallij-pitlcu ten dien einde gestrooid of gezaaid worden. Art. 21. Tot de strooijing of zaaijing van die pillen moot hij een middelmatigen grond uitkiesen, alzoo de ondervinding geleerd heeft, dat de vette, zoowel als de magere gronden tot het aankweeken der jaltij-bosschen minder geschikt zijn. Art. 22. Zijne bijzondere oplettenheid zal hij vestigen op het derde jaar der uitspruiting van de pitten, wanneer dezelve veelal aan het kwijnen geraken, zorgende dal alsdan de grond rondsom dezelve worde losgemaakt, ten einde aan den wortel het indringen te faciliteren en aan de reeds lot eenige consistentie gekomen jonge spruit het voedzel Ie bezorgen, hetwelk deszelvs toegenomen waschdom vereischt. Art. 2.ï. De tijd om deze gezaaide pitten in geregelde bosschen te verplanten zal, naar mate van de meer of min voordeeligen aanwasch, gekozen worden van bet vierde tot het zesde jaar. Art. 24. Bij den aanleg van nieuwe bosschen zal hij bij zonder in aanmerking nemen de locale gesteldheid der plaats, 1808. H. W. DAENDELS. 137 de zijde, van waar de hevigste winden komen, de ligging van bergen, doortogt van winden en andere omstandigheden, die van invloed kunnen zijn. \rt. 25. Hij zal mede zorgen, dat bij den aanleg van bosschen de hoornen op een behoorlijke distantie van den andere geplant worden, zich daarin regulerende na het locale en de meerdere ol' de mindere vrugthaarheid der gronden. Art. 26. Alle boompjes, die sterven of krom en scheef na de herplanling opgroeijen, zal hij laten uitroeijen en dadelijk door regt en fleurig opschietende boompjes doen vervangen. Art. 27. Hij zal moeten zorgen, dat aan deze jonge plant soenen, zo min als aan de overige bosschen, eenige schade toegebragt wordt door bulfrl of ander vee. Art. 28. Hij zal de percelen, waaruit het hout gekapt wordt, behoorlijk doen zuiveren van alle wortelen, struiken en ander onkruid, ten einde de nieuwe aanplantingen he kwamelijk te kunnen ontvangen. Art. 29. Tegen alle aankappen in de jatlij-houthosschen, die niet voor hel land of buiten expresse qualificalie geschieden, zal hij zorgvuldig waken en doen waken, de daders daarvan zonder eenige oogluiking apprehenderen en aan het lid van de administratie, waaraan hij gesubmitteerd is, afgeven. Ail. 30. Hij zal in gelijker voegen handelen met alle dieven, boomschenders of andere suspecte personen. Art. 51. Alle billijke klagten van de aan hem gesubmil teerden zal bij aan het lid der administratie moeten voor dragen, zoo ook alle aan hem bekend wordende malversatien en ontrouwe behandeling: doch, in geval het gedagte lid dezelve verder mogt verzwijgen, zal hij zich tot den president van de administratie en verder tol den inspecteur-generaal kunnen en moeten vervoegen. Art. 54. Het brandhout moet, na de bij art. 12 vermelde lengle gekapl wezende, behoorlijk vaamsgewijze opgestapeld worden en dusdanig verantwoord. Art. 55. De trekbeesten zal hij bijzonder gadeslaan en zorgen, dat de taak, hun opgelegd, aan den eenen kant niet 1808 H. W. DAENDELS. 138 overmatig zwaar zij en aan de andere zijde van dezelve die parlij getrokken wordt, welke zonder nadeel van het vee kan word n gevergd, en dal voorts na behooren voor derzelver stalling en voeder worde gezorgd. Art. 34. Tegen den lijd, dat de aankap begint, moet hij zorgen, dal 't benoodigde volk en buffels aan handen zij en dezelve na vereisen der werkzaamheden worden verdeeld Art.'3s. Almede moet hij een lijst aan het lid over het departement, in 't wolk hij geëmploijeerd is. inzenden van de onbekwaam geraakte buffels, ten einde, in geval dezelve geheel onbruikbaar mogten wezen, ter slagting Ie worden verkocht. Art. 36. De houtwerken, bestemd om langs de rivieren naar de stapelplaatsen vervoerd te worden, moeien in tijds. tegen dat de rivieren hoog zijn. Aan-de oevers derzelve be zorgd en daartoe niet dan overjarig hout gehezigd worden. uitgenomen in bijzondere gevallen, dal er één si uk hout of meer benondigd was, waarvan de bezorging spoed vereisrht. als wanneer dusdanige stukken hout. hetzij door de ligte stronk van den pisanghnom of dolken of dom' hamboosen of onnutte stukkeu droog hout ondersteund, afgezonden kunnen worden. Art. 37. Hij de afzending van een kapitaal stuk hout naar de stapelplaats zal hij hetzelve telkens moeten doen verzeilen van een vertrouwd en kundig hoschhoofd, die het noodige loeverzicht moet houden, dat hetzelve gedurende het transport niet onbekwaam gemaakt of de vlotten ontbonden worden. Art. 38. Hij zal moeten houden een journaal, 't welk da gelijks effen gesteld moet zijn, waarin alle zijne verrichtingen moeten genoteerd slaan; hij zal hetzelve jaarlijks moeten overleggen aan den inspecteur-generaal en aan den president der administratie, zoowel als eene generale lijst, welke hij mede zal verpligt zijn te houden, van de hoofden, onderhoofden, kappers, sleepers, buffels, enz., onder zijn opzicht geëmploijeerd; hij houdt mede een boek bij wijze van debet en credit, waarbij alle de aangekapte en aangesleepte houtwerken en de daarvan gedane afzendingen, mitsgaders de restanten in hel bosch 1808. H. W. DAENDELS 139 staan aangehaald, uit welk journaal en boek hij maandelijks om de zes maanden en hij het uiteinde van het jaar een aan tooning moet doen van het aangekapte, afgescheepte en per restant gebleven, en deze herichten overzenden aan den in specteur-generaal, den president der administratie en het lid in zijn departement. Art. 39. Den Lande reserveert aan zich de uitsluitende beheering, afvoer en debiet van het jattihout. zo van de drie hoofd-soorten: jatie soengie, ■ doerie, en • kapok, als van alle overige, min algemeen hekende soorten, voorts het wadang-hout en alle andere houtsoorten, die zij in der tijd mogt aan zich trekken. Art. 40. Alle ander hout, als daar is het waroe. waloe koekoen, kassamhie, ingas, tekie, tengoeloen, janggoeli, woengo, poen, haros en alle overige houtsoorten, hier niet benoemd, worden onder de voorgaande restrictie overgelaten tot gebruik van particulieren. Art, 41. Aan de negorijs-volken, welke verre van de stapelplaatsen gelegen zijn, wordt de aankap van dat soort hout overgelaten, 't welk hun tot aanmaking van ploegen en andere gereedschappen van nut kan zijn, ten einde den land bouw te favoriseeren. Art. 42. Aan de Kalanger-volken of diegeene, die de tjekats, pedatten of inlandsche karren maken, is ook de vrije aankap toegestaan, mits dat door hun onaangeroerd gelaten werden die houtsoorten, welke den Lande aan zich heeft gereserveerd. Art. 45 Ook is aan de kolenbranders almede de vrije aankap voor hunne kolenbranderijen op bovengemelde voor waarde toegestaan; en hij zal, uithoofde van het steeds aan houdend gebrek aan houtskolen, de branding daarvan moeten favoriseren, bijzonder in den omtrek van Samarang en Sou rahaija, alwaar steeds een groot gebrek aan houtskolen heerscht. 1808. H W. DAENDELS 14 die zij aan den doctor of chirurgijn principaal van hef arron dissement inzenden om door den doctor of chirurgijn en chef te worden gefiatteerd, de noodige medicijnen, linnen, pluksels, enz. uit het magazijn van geneesmiddelen of uit de apotheek \;in liet hoofd-hospitaal, inils opgevende onder aan de requi sitie-lijst de sterkte van hel detachement. Art. 3. De gedetacheerde officieren van gezondheid behan delen hij de detachementen alle zieke militairen en 's Lands ambtenaren aldaar, zonder onderscheid. Art. 4. Zij zeilden zonder onderscheid van rang hunne verantwoordinglijsten en al, wat daartoe behoort, om de drie maanden, indien er gelegenheid van verzending is, aan den chirurgijn of doctor principaal van hel arrondissement, met wien zij over het noodige tot'den dienst correspondeeren. Art. :>. Hij de detachementen moei er altijd voor een geschikte, afgezonderde plaats gezorgd worden tot berging der zieken, huilen de plaatzen, daar de militairen huisvesten, welke hij wijze van guarnizoens-hospitalen kunnen zijn in gericht. Door guarnisoens-hospitalen worden verstaan afgezonderde plaatsen in de casernen, tot verpleging der zieken van het detachement geschikt, in welke een onder-officier als ménage meester fungeert, die voor de huishoudelijke orde en ver rekening der gelden verantwoordelijk is: zullende voor hel houden der ménage voor de Europeesen en Ambooeesen worden ingehouden hel gewone menage-geld, terwijl van weegens liet gouvernement in rekening /.al geleden worden voor ieder inlands soldaat twee stuivers daags, in zoodanige munt, als waarin de traclementen ter plaatse, alwaar het hospitaal is aangelegd, uitbetaald worden, hehalven nog de gewone rations van vivres. De geringe voorschotten, die hiertoe door de commandeerende offic eren worden gedaan, met de noodige bewijzen voorzien, /uilen 's maandelijks aan den commissaris van oorlog worden gezonden, ten einde daarop voldoening geschiede. De matrassen, deekens en lakens voor de Europeesen en 1808. H. W. DAENDELS. 140 Art. 44. Ter voorkoming echier van alle misbruiken zal door den president of de leden der adminislralie. mei voor kennisse van den inspecteur-generaal, een teken of loodje aan diegeenen gegeven worden, aan wieii het vrijstaat om ten voormelde oogmerk boomen te vellen, met waarschuwing, dat die zich van hun moglen schuldig maken aan het kappen van jattihout of aan andere overtredingen van de daar leggende orders en bepalingen, naar mate der omstandigheden ar bitrairlijk en ten strengsten zullen worden gecorrigeerd. Art. 45. Aan alle boschgangen zal het ten strengsten zijn geinterdiceerd eenige willekeurig? lollen bij den aanvoer, doortocht ol verkoop van goederen te hellen, op poene van hij overtreding dezes arbitrairlijk en na bevinding van zaken, zelfs aan den lijve, Ie zullen worden gestraft. 21 Augustus. Instructie mor don commissaris over de houtwerken. Art. t. De houtwerken, welke onder het opzigl van de leden van bet collegie van administratie in de verschillende departementen gekapt en vervolgens afgevoerd worden, ont vangl hij of laai die ontvangen op do stapelplaatsen, daartoe door den inspecteur-generaal te bepalen. Art. 2. Over de gemelde stapelplaatsen zullen opzigters worden aangesteld, die, zoowel als de daarbij dienst doende koelies, onmiddelijk aan de bevelen van den commissaris der houtwerken zullen zijn gesuhmilteerd. Art. 3. Hij ontvangt van de gemelde opzigters wekelijks rapport van de van de kapplaatsen aangebragte en door liun ontvangene houtwerken, zoomede van de weder afgezondene en nog resteerende Art. 4. Hij formeert daaruit mede wekelijks een rapport van de ontvangene houtwerken voor den inspecteur-generaal en den president der administratie, doch, de afzending daarvan naar hunne destinatie niet behoorende tol de kennisse van het collegie van administratie, bedeeld hij dezelve eenlijk aan het gouvernement en aan den inspecteur-generaal en geeft 1808 H. W. DAENDELS. 141 van de generale eisschen aan niemand anders eenige opening. Arl. l>. De afscheep geschied ingevolge de eisschen, die hem daarvan toegezonden worden door hel gouvernement oi den inspecteur-generaal. Arl. 6. Van deze generale eisschen moet hij gespecificeerd hoek houden, aantooueude op den eenen kant, wat daarop ont vangen is, en op de tegenzijde de afleveringen, daarvan gedaan; zoomede een hoek der houtwerken, die hij met ieder vlot ontvangt, volgens derzelver onderscheidene sorteringen en op het tegenhlad van hetgeen hij daarvan heelt verzonden, ten einde uit deze twee hoeken te doen blijken, wat hij ontvangen en afgescheept heeft en op welke wijze aan de eisenen is voldaan. Art. 7. Hij betaald of laat door de onder hem dienst doende opzigters betalen de sleeploonen, treklooneu en koelieloonen, welke op de stapelplaatsen en verder tot den afscheep der houtwerken worden verdiend; hij betaald mede de tracte menten der opzigters over de stapelplaatsen, alles navolgens het daaromtrend bepaalde tarief en op ordonnantien, navol geus eene door hem gemaakte calculalive berekening van drie tot drie maanden, aan hem door het gouvernement te verleenen. Art. 8. De gemelde begrotingen zullen nogtans door den inspecteur-generaal moeten worden geëxamineerd en ten blijke zijner goedkeuring voor gezien getekend, voor en al eer daarop de ordonnantien van betaling woeden uitgegeven. Art. 9. Hij zorgt en doet toezieu, dal in de afbetalingen aan de sleepers, enz., enz. geen malversatien of knevelarijen plaats hebben, maar dat een ieder het zijne erlangt. Art. 10. Hij zal van hetgeen hem daarop ter goeder re kening wordt geavanceerd een gedetailleerd hoek houden en bewaren of daarbij liasseereu de bewijzen, die hij van de daarvan gedane betalingen ontvangt, ten einde zijn rekening bij hel einde van ieder jaar te kunnen justiliceren na behoren. Arl. 11. Voor de mondspijs van de aan de stapelplaatsen gebruikt wordende koelies moet hij zorgen, indien dezelve huurlingen zijn, doch, bijaldien daartoe negorijen afgezonderd 1808. H. W. OAENDELS. 142 worden, dat hunne padi-velden een toereikend onderhoud van dezelve kunnen opleveren. Art. 12. Hij doet door de opzigters der houlslapelplaatsen hehoorlijk quitantie geven van de door hun ontvangene hout werken in rescontre van de geleide-briefjes, die dezelve van de boschgaiigers ol' hel lid der administratie vergezellen, waarbij hehoorlijk hekend moei slaan het gelal, lengte, breedte en dikte der houtwerken. ' Art. 15. De ondervolgende houtwerken, wanneer daarvan eisch wordt gedaan, worden door het volk van de blandongs aan de stapelplaatsen bezorgd en daarvoor door de opzigters aan hen direct in zilver geld ol' iu duiten betaald, als: 100 toune planken rd' :>: lüü legger duigen __. » 5: — lÜÜ kruitvat duigen » t : 12 cirappeu het pees » —: —*/ 4 I kleine krommer ol' knie 10l boots en schuiten » : 4 1 lade hout » —: 4 1 piekstok » : 2'/, 1 wisser of aanzetter » —: 2'/, 1 kruit-tal'el-plank met desselfs randen, schoon gemaakt » —: 20 Art. 14. Geene houtwerken mogen door hem ol' door de opzigters ontvangen worden, waarop het merk van het land en het contra-merk der plaatsen, waar die gekapt zijn, niet uitgedrukt staat. Art. 15. Indien eenige houtwerken door hem onbekwaam worden gekeurd, zal hij daarvan terstond kennis geven aan den inspecteur-generaal. Art. 16. Hij zal aan de wegen en rivieren, langs dewelke houtwerken worden afgevoerd, onder zich hebbeu commisen en andere personen, die op alle transporten van houtwerken, niet van de administratie komende of van hel gouvernement ingekocht, dadelijk beslag leggen leu profijte van den Lande en de vervoerders arresleeren en aan hem 1808. H. W. DAENDELS. 143 overzendeu ter verdere overgifte aan den fiscaal van den inspecteur-generaal. Art. 17. Hij zal daartoe worden geassisteerd door een corps rijdende coinmiseri. op te riglen van Ainboinezen, waarvan het reglementaire nader zal worden bepaald. Arl. lb. Hij zal verpligl zijn een horglogt Ie stellen van id' SOOO en bij de aanvaarding van zijn post doen den na volgenden eed: Ik beloof en zweer zijne Majesteit den Koning, als mijnen hogen en doorluchligen Souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Kaden van Indien, gehouw en getrouw te zijn; het ambt van commissaris der houtwerken met alle vigi lanlie te bedienen, conform de instructie, daarvoor gearresteerd of na dalo dezes te arresteeren; mij op generlei wijze in prejudicie van het gouvernement te verrijken, geene hout werken weg te schenken, te verduisteren of te veralieneren, aan wie en onder welk pretext dit ook zoude mogen wezen; tegen alle malversatie der onder mij gestelde opzigters en bediendens zoo zorgvuldig en met dien ijver te waken, als iemand om niet bedrogen te worden in zijne eigene zaken zoude kunnen doen: en eindelijk mij in alle opzichten te ge dragen, gelijk een vroom en eerlievend ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig! 22 Augustus. Voorschrift nopens het wegblijven van praclizijiis en procureurs van de rol. In aanmerking genomen zijnde, dat het meermalen zoude kunnen gebeuren, dat de gezworen klerken ter secretarij van den hoogen Haad van justitie, die als procureur voor deeze rechtbank geadmilleerd zijn geworden, door amblsbezigheeden bij den hoogeu Raad verhinderd zouden kunnen werden ter rolle van deezen gerechte te verschijnen, waardoor ver warring zoude ontstaan, zoo wierd alsnu goedgevonden de gezworen klerken bij den hogen Haad van justitie, als ook de jtractizijns, resuective bekend te niaakeu, dat, indien zij 1808. H. W. DAENDELS. 144 door ziekte ofte andere wettige redenen verhinderd werden ter rolle Ie verschijnen, gehouden en verpligl zijn een ander practizijn behoorlijk te instrueeren omtrend hunne zaaken ler rolle en daarvan hij missive kennis zullen moeten geven aan deeze vergadering, sub poene, dal dcgeene, welke hieraan in gebreeken blijft, vervallen zal in de boete bij den blaffer!, den 23" Maart 1778 bepaald: en zal van dit besluit de pro cureurs ter audiëntie van de rol kennis gegeven werden. 22 Augustus. Opheffing van hel corps gewapende Mooren te Samarang. Is besloten het corps gewapende Mooren, 't welk te voren heelt gesorteerd onder het ingetrokken corps-pennisten, alsuu te stellen onder de orders van den chef der burgerij, na het voorbeeld van Batavia. 22 Augustus. Last 10l het ten uitvoer leggen van en mineele vonnissen van den Raad van justitie te Samarang op de aloen-aloen aldaar. Zulk was «bereeds oen andermaal geschiedt", maar ge woonlijk werden die vonnissen ten uil voer gelegd «legen over »het negotie-pakhuis". 23 Augustus. Verhooging van het tractement van den militairen commandant van Javas Oosthoek. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat het tractement van den commandant militair van den Oosthoek tot rd 8 6000 'sjaars niet evenredig is aan zijne charge en de uitgestrektheid van zijn cominandement en niet proportioneel aan de veel hoogere tractementen, welke de civiele ambte naren van den Oosthoek genieten, besluit het gemelde trac temenl te verhoogen tot rd 8 10000 'sjaars, zilver geld. 24 Augustus. Slordige administratie te Batavia. Nadat Daendels uit de Ambousche missive van 19 Julij 1808 1808. H. W. DAENDELS. 145 rLAIAAT-UOKI DEEL XV. ontdekt had, dat gedurende de twee laatste jaren, tegen de bedoeling van het Amlionsche bestuur, »een abundante aan breng van fijne lakens" van Batavia op Ambon was ontvangen, zoodat men die, ter voorkoming van bederf, tegen inkoops prijzen had moeten verkoopen, schreef hij aan den Luitenant- Gouverneur-Generaal op 24 Augustus 1808: »Ik laat u hoog Edelgestrenge oordeelcn, boe mij dit heeft moeien frappeeren, vooral bij de algemeene overtuiging en het geroep te Batavia over de insupportable lasten van de groote Oost en de enorme vragtpenningen, die men zoo moed willig gaal vermeerderen. Men schaamt zich een zoo slordige administratie Ie ontdekken in tijdsomstandigheden, die de grootste bezuinigingen gevorderl hadden". 25 Augustus. Legitimatie van onechte kinderen. Zijne excellentie, gezien hebbende de requeste van den president van de administratie der houtbosschen op bet eiland Java, houdende verzoek tot legitimatie door gunst der hooge overheid van zijne tien kinderen, allen buiten huwelijk ver wekt bij verschillende Maleidsche vrouwen; Overwegende, dat volgens de bij bovengemelde requeste overgelegde attestalien drie dezer vrouwen bereeds overleden en de twee overigen in een wettig huwelijk met lieden van hare natie zijn getreden: dal overzulks, geen andere weg tot wettiging overblijvende, liet faveur dezer kinderen den Souverein, overeenkomstig de bepalingen der wet, in deze voor hen begeerde weldaad kan doen bewilligen: overwegende wijders, dal, buiten hel algemeen faveur der kinderen, 't welk in alle omstandigheden, zoowel in Europa, als in Indien, den Souverein tot het verleeuen van het onder werpelijk verzoek zoude doen overhellen, de bijzondere situatie van zaken in deze kolonie daartoe een drangreden te meer opleverd, alzoo het gering getal der Europeesche vrouwen de huwelijken niet dezelve zeldzaam makende en daarentegen de verbintenissen met inlandsche vrouwen als bijzitten ten uiter 1808. H. W. DAENDELS. 146 slen vermenigvuldigende, het getal van onwettig geborenen daardoor zoo zeer is toegenomen; dat het de zorg der hooge overheid waardig is zulk ecu lalrijk gedeelte der bevolking te bevrijden van den smet, die in de algemeene opinie aan hunne geboorte gehecht blijft, en ben door deze weldaad zooveel te meer aan hel gouvernement, 't welk hen dezelve bewijst, te verbinden en door een nieuw gevoel van eer op Ie wekken om nuttige leden der maat schappij te worden, te meer, dewijl door de faciliteit, hier omtrend Ie betonnen, de onvocgzaamheid zal kannen worden vermijd van in hel vervolg, gelijk bij hoogstdeszelfs aankomst in deze kolonie plaats vond, ambtenaren van de eerste klasse in huwelijk verhouden Ie zien met onecht geborene en on gewettigde vrouwen en hierdoor wijders nog aan eene menigte van ambtenaren, zoowel ter hoofdplaats Batavia, als langs de geheele Noord-Oostkust van Java, eene aanmoediging zal worden gegeven om zich len aanzien van een onwettig, doch onschuldig kroost van hunnen vaderlijken pligt te kwijlen: heelt besloten het voorschreven verzoek van den rei|iieslranl te accordeeren en mitsdien aan denzelven te doen afgeven brieven van legitimatie in optima forma, ilenzelven wijders lihereiendf van de betaling der 10 percent van zijne liezil lingen, welke gewoonlijk in geval van legitimatie pleegd te worden betaald. 26 Augustus. Afschaffing der verstrekking van lands voege van wijn, beludve aan hospitalen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende eene spccilique aantooniug van de niaande lijkscbe verstrekkingen van wijn sedert de maand Januaiïj jongstleden tot uu toe, zoo aan de hospitalen te Batavia, het gesticht der pennislen, het depot der marine op Weltevreden, als ook ten behoeve van onderscheidene schepen en vaartuigen gedaan; overwegende, dat deze verstrekkingen van wijn, vooral in een tijd van duurte en schaarsheid aan alle Europeesche goe- 1808. H. W. DAENDELS, 147 deren, niet zonder een merkelijk bezwaar van 'sLands kas kunnen geschieden; dal buitendien verscheidene van deze verstrekkingen, zooals die ten faveure der jongelieden in 't gesticht der pennisteu, als zeer oneigen moeien worden beschouwd, hun boven hel faveur der inwooning nog toevoegende een gebruik van wijn, 'I welk dikwerf anderen, in dezelfde omstandigheden geplaatst, doch hel gedachte faveur missende, moeten ontbeeren, terwijl die, welke aan hel depot der marine, zoomede aan de onder scheidene schepen en vaartuigen zijn gedaan, directelijk strijden legens hel besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van den 2t')™ Februari] jongstleden, waarbij alle verstrekkingen van geld, van wijn en boter ten behoeve van het gedachte depot zijn afgeschaft, mitsgaders tegen het 2" artikel van het reglement nopens de lufelgelden en randsoenen der koniuglijke en koloniale zee-olïicieren, ge arresleerd den 9'" April jongstleden; dat zelfs diegeene van deze verstrekkingen, welke met de menschlievendsle oogmerken van de zijde van het gouver nement ten behoeve der lijdenden in 's Lands hospitalen worden geaccordeerd, door deze heilzame bedoelingen zelven niet genoegzaam worden gejuslificeerd, aangezien niet alleen de Innige prijzen der wijnen, maar ook de hoeveelheid, tol welke dezelve ruimschoots gedurende de laatste maanden ten dienste der hospitalen zijn verstrekt, het vermoeden wet tigen, dat dezelve niet altijd zijn gekomen lot hen, voor wiens soulagetnent dezelve waren bestemd, maar buitendien ook, al ware het, dat de verstrekkingen ter goeder trouw wierden gedaan, de slechte hoedanigheid van deze dranken, als veel uil zuure en wrange wijnen beslaande, dezelve geheel onge schikt moet maken om in iets tot de herstelling of verster king der lijders in de hospitalen Ie contribueren en veel meer ua dan voordeelig aan derzelver gezondheid moot doen zijn; dat deze zelfde aanmerking almede van applicatie is op de verstrekkingen, welke ten behoeve van geineene Europeesche zeevarenden en van schepen en vaartuigen worden gedaan, en 1808. H. W. DAENDELS. 148 dat deze verstrekkingen dierhalveu, zoowel al diegeenen, welke ten faveure der hospitalen worden gedaan, zeer gevoeglijk en tot voordeel der gezondheid van hun, die daarin deelen, kunnen woiden geremplaceerd, de eersten door een matig gehruik van arak en water en de laatsten door andere, versterkende middelen, welke de geneeskunde aan de hand geeft, en dat aldus door eene algeineene afschaffing der verstrekkingen van wijn eene ruime deur tot misliruiken en malversalien zoude kunnen worden gesloten en tevens eene zeer aanzienlijke som 's jaarlijks uitgespaard; heeft besloten: l u dal voortaan geene wijnen, hoegenaamd, van 'sLandswege zullen worden ingekocht, noch verstrekt, hehalven alleenlijk aan de zieken in 's Lands hospitalen en zulks niet verder, dan de aanhanden zijnde voorraad zal toereiken; '1° dat de verstrekkingen van wijn, na den 20"" Februarij jongstleden gedaan ten behoeve van het depot der marine en na den 9 e " April jongstleden ten behoeve van de brikken Rembang, het Duifje en van andere schepen en vaartuigen, ten laste zullen worden gebragt van diegeenen, welke ongequalificeerd en tegens de resolutie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van den Ï6* D Februarij en het reglement nopens de tafelgelden en rand soenen van den 9 en April jonstleden de gedachte verstrek kingen hebben gedaan; 5° dat de chirurgijn en chef zal zijn gechargeerd op te geven en te berigten, op welke wijze de verstrekkingen van wijn ten dienste der hospitalen op de beste wijze kunnen worden geremplaceerd. De chirurgijn en chef voldeed al zeer snel aan den hem bij art. 5 opgedragen last, want reeds den 27" Augustus 1808 besloot Daendels: Lul u dat de verstrekkingen van wijn van dato dezes geheel en al zullen zijn en blijven afgeschaft' 1808. H. W. DAENDELS. 149 2° dat echter met de verstrekking van wijnen, die nog in voorraad zijn, zal werden gecontinueerd, tol dat dezelve zullen wezen verbruikt; 5" dat de chirurgijn en chef zal gelast, zijn te zorgen, dat van de voorschreven, aan handen zijnde voorraad een millig en spaarzaam gebruik ten behoeve alleen der gevaar lijkste zieken werde gemaakt, zoodat de verstrekking aan oenen zieke niet te boven ga de quantiteit van acht oneen of het derde gedeelte van een bottel 'sdaags; 4 n dal de meergedachte voorraad van wijn geconsumeerd zijnde, de verstrekkingen van dezelve ten aanzien van zieken zullen worden geremplaceerd door brandewijn, ge mengd met water en suiker, te geven tot eene hoeveelheid van 2 oneen of een 12' I '' gedeelte van een bottel 'sdaags, waarboven niet zal mogen werden gegaan: ;>° dal in zelver voegen de voormalige verstrekkingen van wijn len aanzien van reconvalescenten zullen worden vervangen door een gebruik van arak, met waler gemengd, zullende de hoeveelheid der arak mede niel mogen surpasseren het 12*° gedeelte van een bottel of 2 oneen des daags. o|i den 7 le September 1808 is daarentegen besloten »buiten effect te stellen en in Ie trekken, gelijk wordt ingetrokken bij dezen, hel besluit van den 2(>'" Augustus jongstleden, voor zoo verre daarbij was bepaald, dal de verstrekkingen van wijn, na den 26™ Fehruarij jongstleden gedaan ten behoeven van het depot der marine en na den i)" n April jongstleden ten behoeve van de hrikken Reinbang, het IHiil'je en andere schepen en vaartuigen, zoudei: worden gebragl len lasten van diegenen, welke origequalificeerd de gedachte verstrekkingen hadden gedaan". 26 Augustus. Generale order betreffende het bewaren van de gezondheid der militairen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in 1808. H. W. DAENDELS. 15 Amlioneeseii, als ook de matjes en kleedjes voor de inlanders, zullen van de militaire of plaatselijke civiele administratie verkregen worden op bons, door de cominandeerende officieren geverifieerd en geteekend, welke voorts de noodige zorgen zullen dragen, dat deze artikelen behoorlijk onderhouden en verantwoord worden. Art. (>. De gedetacheerde officieren van gezondheid zullen bij te doene rapporten aan den chirurgijn of doctor principaal van het arrondissement opgeven, in hoe verre zij mei bijzondere inrichtingen voor de zieken hebben kunnen slagen, waar het locaal zig bevind, hoe gelegen, hoeveel zieken hel kan bevallen en welke voor- en nadeelen, lot den geneeskundigen dienst betrekkelijk, hetzelve heelt. Art. 7. De zieken van de detachementen nabij de hoofd plaatzen moeien, zooveel mogelijk, en zoo spoedig naar de hospitalen verzonden worden, voorzien van een entree-billet. Art. 8. Wekelijks zullen de gedetacheerde officieren van gezondheid een rapport doen aan den commandeerenden <>lli eier van het detachement van het getal en den staat der zieken, onverminderd bijzondere gebeurtenissen, van welke zij zoo spoedig mogelijk zullen kennis geven. Art. 9. Bij het intrekken van een detachement worden de zieken alle voorzien van de noodige billet l en om in het hospitaal in de hoofdplaats van het arrondissement te worden gebragt. DEBDE AFDEELING. Van de tegenwoordigheid <lev officieren van gezondheid bij revuen en exerciliën. Ail. i. Bij inspectien, afvuuringen of andere plechtigheden, hij welke hel geheele regiment of corps of hel detachement onder de wapenen komt, zullen de aanwezeude officieren van gezondheid, hiervan kennis hekomen hebbende, tegenwoordig moeten zijn, zoodanig nogthans, dal de geneeskundige dienst daarbij niet kome te lijden. 1808. H. W. DAENDELS. 150 aanmerking genomen hebbende, hoe in de onderscheidene cantonnementen of detachementen door de militaire chefs en commandanten niel de behoorlijke zorgen en pligten worden aangewend, zo tot bewaring der gezondheid van de krijgs lieden, als tot de bezorging van hel nodige voor de verpleeging der zieken: gelast aan alle militaire chefs en commandantes: Ten eersten: dat tot de gewone exercitien. marsenen, militaire wandelingen, enz. men zal verkiezen den koelsten tijd en wel den nacht of morgenstond, ten einde men. zooveel mogelijk, vermijde den nadeeligen invloed der lngtsgesteldlieid op de gezondheid; dal hel nodige toeverzigl worde genomen over de militaire menages of chamhreis, opdal deze behoorlijk ingerigt worden en hei eten op bepaalde tijden geschieden kan; dat de nodige reinheid in de bamboes kasemen of hullen worde bewaard; daarin zogenaamde sasaks worden gelegd om den grond droog te houden en in den omtrek goten tol af watering worden gemaakt; ook de latrines diep genoeg worden gegraven op eenen tamelijken afsland der kazernen of hutten en tijdig worden gedempt; en in 't algemeen zal alles worden geweerd, wat nadeelig zoude kunnen zijn aan het behoud van de gezondheid der militairen. Ten tweeden: dal in de cantonnementen of bij de deta chementen altijd voor eene geschikte, afgezonderde plaats moet gezorgd worden tol verpleging en berging der zieken, buiten de plaatsen, alwaar de gezonde militairen huisvesten: dat in deze zogenaamde garnisoens hospitalen een onder officier als menagie-meesler zal fungeren, die voor de huis houdelijke ordres en verrekening der gelden verantwoordelijk is, zullende voor het houden der menagie voor de Europezen en Ambonezen worden ingehouden het gewone menage-geld; terwijl van wegens het gouvernement in rekening zal geleden worden, voor ieder inlands soldaat twee stuivers daags, in zodanige munt, als waarin de tractementen ter plaatse, waar 1808 H. W. DAENDELS. 151 Int hospitaal word aangelegd, uitbetaald worden, bebalven nog de gewone rationa van vivres: dat de geringe voorschotten, die hiertoe door de comman derende officieren zullen worden gedaan, met de nodige be wijzen voorzien, maandelijks aan den commissaris van oorlog zullen gezonden worden, ten einde daarop de voldoening urseliiede; dat uithoofde van de tegenwoordige schaarsheid en duurte geen wijn kan verstrekt worden aan do hospitalen; dat de matrassen, dekens en lakens voor de Europezen en Ambonezen, als ook de matjes en kleedjes voor de inlanders, van de mili taire ol' plaatselijke civile administratien zullen verkregen worden op bons, door de cominandeerende officieren geveri- Beerd en gelekend, welke voorts de nodige zorge zullen dragen, dat deze artikelen behoorlijk onderhouden en verantwoord worden. Zie ook 50 November 1809. 29 Augustus. Maatregelen in hel belang van de bosaclien op Java. Nademaal wij bij het daarstellen van eene algemeene in speetie en daaraan ondergeschikte administratie der hout bossebet) over het gansche eiland Java inzonderheid hebben beoogd om voor altijd te doen cesseren de willekeurige beschikkingen, die èn de voormalige residenten èn particuliere personen zich onder het vorige gouvernement over de kost baarste houtbosschen hebben aangematigd, waardoor dezelve gebragt zijn tot zoodanigen staat van verwaarloozing en diep verval, dat deze voorname resource voor den Lande, indien nog langer aan de opgenielde, eigenbatige directie zijn ver woestende loop was gelaten, welhaast geheel tot niet zoude zijn gereduceerd, wij om aan den Lande het effect van dezen maatregel te verzekeren goedgevonden hebben te ordonneren en te statueeren, gelijk wij ordonneren en statueeren bij dezen: Ten eersten: dat degeenen, die zich in 'sLands bosschen 1808. H. W. DAENDELS. 152 schuldig maken aan het schonden der hoornen, het vernielen der bosschen en plantsoenen, het óngequalificeerd kappen van houtwerken, zoomede alle suspecte en in dé bosschen noodeloos rondzwervende inlanders of Chinezen, zullen worden opge\;il en gepunieerd niet confinemenl, bannisseuaeut, keltingslag of eene geldboete, na exigentie van zaken en het begaan delict. Ten tweeden: dat generalijk zal verboden zijn alle afvoer, vervoer, doorvoer en debiet van houtwerken, welke niet van het gouvernement zijn ingekocht of met hare voorkennis zijn gekapt en verkregen, mitsgaders len blijke daarvan mei hel merk der administratie zijn voorzien, bestaande in de leltcrs L. R. in een cirkel, sub poene, dat dezelve houtwerken, on verschillig waar zij worden achterhaald, zullen worden verbeurd verklaard len profijte van den Lande en bij transport de vervoerders getraft met ketlingslag voor twee jaren. Ten derden: dat de uitvoering der voorschreven wet eililer niet voor primo October aanstaande in werking zal worden gebragl. len einde een elk in staat zij het dour hem gekochte en in voorraad hebbende hout nog voor dien lijd te luien voorzien met, hel merk van de administratie, doende daartoe aangave te Batavia aan de administrateurs-generaal van 'sKo nings finanlien en domeinen en op de overige kantoren van hel eiland Java aan de prefecten of den commissaris der hou l werken, welke gelast worden tol hel oulvangen der gemelde aangaven te vaceren lul den Iwintigsten der naastkonieiide maand September, dagelijks des voor den middags van agl 10l elf uren. en na oniinekoinsl van dit termijn, alle aangegeven hiiiilwerken, een ieder in zijn ressort, gratis te laten voorzien met het merk van bel collegie van administratie, in het voor gaande artikel gedesigneerd, zorgende, dal, dit, voor of met ultimo der gemelde maand September zijn beslag erlange en de door hen gebezigde merken vervolgens vernietigd of aan den president van hel collegie van administratie worden in gezonden, mitsgaders de specifieke lijsten van de aangegeven en gemerkte houtwerken worden bezorgt aan den inspecleur generaal over de lioulbosschen; en 1808. H. W. DAENDELS. 153 Ten vierden: dat de jndicature over alle misdaden en malversatien, die ten aanzien der bosschen of van eenig ge deelte van derzelver administratie mogten worden gepleegd door vlottemakers, opzienders van de stapelplaatsen, boschgangero en mindere geêmploijrerdens, zoo van de administratie, als van den commissaris der houtwerken, en generalijk door alle Chinezen rii inlanders, zal worden uitgeoefend door het collegie van presidenl en leden van de administratie der lioulbosschen, op aanklachfe van den lisraal van den inspecteur-generaal, welk collegie zal wijzen hij arrest, zonder dal van hare vonnissen eenig appèl, provocatie of ander hooger beroep vallen zal, terwijl nogtans de inspecteur generaal der hou!bosschen en president en leden van hel collegie van administratie wegens misdaden, in officio gepleegd, ter eerste instantie zullen moeten teregi staan voor den hoogen Raad van justitie te Batavia, gelijk mede de prefeclen en alle andere Europesche anible naren, niet aan hel collegie van administratie of den commissaris der houlwerken ondergescbikl. over mesuses, omtrent de bosschen of de daarvan geproflueerde houtwerken begaan. Zullende, ofschoon door deze hepalingen de weg lo! vorige misbruiken is afgesneden, een ieder in de gelegenheid worden gesteld om hel bij hem henoodigde hout, heizij tof den ci vielen of scheepsbouw. Ie verkrijgen door middel, of van de periodieke verkoopingen, die van lijd lot tijd van 'sgouver neinents wege zullen worden gehouden, öf van tijdige aan vingen direcl aan hel gouvernement navolgens de bepalingen, die, zoowel daarvan, als van de houtwerken, nader ter kennisse van de gemeente zullen worden gebragl: en het wijders, 10l facilitering van den landbouw, aan de inlandsche negorij volkeren zal zijn gepermitteerd om, voorzien van een loodje of periiiissie-hillel van den president of eenig lid der administratie, 't welk aan hun gratis zal worden uitgegeven, zoodanige soorten van hout Ie mogen kappen, als door den Lande niet worden gecmploijeerd, doch niet te min voor karren, ploegen en andere gereedschappen en ooodwendigheden zeer geschikt zijn, als bij voorbeeld : bel waroe, waloe-koekoen, kassambie, ingas, 1808. H. W. DAENDELS. 154 tckie, tengoelang. jang-goeli, woengo, poeng. baros en ander bout: welke opgemelde vergunning ook lot de houders van knlenbranderijen zal wezen geöxlendoerd. Ontbieden en bevelen den lioogen Raad van justitie van Bollandsch-Indién, den inspecteur-generaal en bet collegie van administratie der houtboeschen, zooniede den fiscaal van den inspecteur-generaal en generalijk allen en een iegelijk, dien het zoude mogen aangaan, den inhoud dezes te achter volgen en te doen achtervolgen, nadien wij zulks 10l welzijn van Zijner Majesleits dienst en bevordering van 's Lands In langen alzoo bevonden hebben Ie behoor en. En opdat niemand biervan eenige onwelenbeid zoude kunnen voorwenden, zal deze. zoo op Batavia, als de onderscheidene kantoren van Java en Ie Cheribon gepubliceerd, mitsgaders in de Chinesche en gewone inlandscbe (alen worden gealligeerd, ter plaatse gebruikelijk. 50 Augustus. Last tot het in zee werpen van stof van muskaatnoten, aanwezig in 's Landspakhuizen te Batavia. Deze wijze van handelen was volgens de Regering de •gewone". Op 27 September 1808 is gerapporteerd, dat 15418 ponden slof in zee waren geworpen: het ontbrekende ad 479"'/, ponden werd afgeschreven. ;;,;;. Opheffing van 'sLands kleinen winkel te Batavia. Is goedgevonden en verslaan: Ten eerslen: dat met ultimo dezer lopende maand de ad ministratie der kleine winkel geheel en ;il ingetrokken en gedisponeerd zal wezen. Ten tweeden: dat de restanten uit de kleine winkel inde na te meidene administratien zullen worden overgebragt. als: a. de lijnwaden, hel schrijf- en druk-papier, de schrijf- en boekbinders-gereedschappen, etc, item schenkagie-goederen in het kleede pakhuis; 1808. H. W. DAENDELS 155 b. verwstotTen. potlood, penceelen, elc. op de werff; c. de kolïij-hnonen in de Waterpoort, en il. de specerijen, peper, mostaardzaad, enz. in de Westzijdsche negotie-pakhuizen. Ten derden: dat alsmi uit de opgemelde administratien de gewone verstrekkingen Landswege zullen gedaan worden, met lasl op den negotie-boekhouder om bij het Bataviasche negotie grootboek twee bijzondere hoofddeelen te formeeren onder den naam van: goederen diversche in de Waterpoort en goederen diversche in het kleede-pakhuis, om vervolgens gpe eifiek bij het bij hoek verhandeld te worden, en om wijders alle de goederen diversche, zoowel in de Waterpoort en het kleden-pakhuis, als uil de andere administratien, tegens de verleende ordomianlien behoorlijk en ( na de order te con fronteeren en om van de bevonden verschillen alle zes maanden, voordat dezelve bij de Bataviasche negotie-boeken worden overgenomen, bij een bericht kennis te geeven, met voordragt tot de nodig geoordeeld wordende redressen. Ten vierden: dat door deze schikkingen de boeken der kleine winkel onder ultimo dezer zullen moeten worden ge slooten, nadat bij dezelve specifiek zal zijn bekend gesteld, aan welke administratien de restanten zijn afgegeven en ver antwoord geworden. Ten vijfden: dat hel tractement van den klein-winkelier zal gevoegd worden bij dat van den administrateur van het kleede-pakhuis, waarvoor aan hem de zorg is opgedragen voor de bij den Lande ingekogt wordende ampbioen en het afpakken en verzenden van zegels na de builen-kanloren is gedemandeerd. Ten zesden: dat van nu voortaan de gemeente zal worden geriefd: met foelij het ffi a rd s 8: — nooten-muscaat » • .. » 3: — nagelen » » » 1:12 kollij het pikol » 17: 8 peper » » » 14: 8 1808. H. W. DAENDELS. 156 alles zilvergeld, of de drie eerst gemelde artikelen uitkoops bezwaard met 20 percent advans en de (wee laatstgenoemde artikelen niet 10 percent belast, ten voordeele van degeene, welke met dien verkoop word gechargeerd: en Ten zevenden: dal met. den opgeruelden verkoop is gebenefi ceerd geworden de burger-negotiant, Matttlüjs Meijer, aan denwelken 's maandelijks lot den verkoop aan de gemeente uit 'sLands voorraad zal worden afgegeeven: 1 5 tt' l'oelij hel Sa rd' tf: 52 2i> » nooten-muskaat ■ 2:52 40 » nagelen » 1 : 2 48 pikol kollij » 15 :50 40 » peper » 15: 1 mede zilver geld, om voor de in het „vorige artikel vermelde prijsen te worden uitverkogt op zodanigen voel en wijze, als aan hem bij instructie zal worden voorgeschreven. Zijnde wijders goedgevonden en verstaan den heere direc teur generaal te verzoeken en te qualificeeren aan hel een en andere de nodige executie te geeven en voorts de gemeente bij billet van deze veranderde inrichtingen wegens de ver kooping van specerijen en producten kennis te geeven. De 48 pikols kollij werden op 23 December 1808. »als • niet. toereikende bevonden zijnde", tot 78 pikols vermeerderd. Op 12/16 Junij 1809 is nader besloten, «de bij billet van den 6 e " September anno passaio bepaalde verkoop van spe cerijen, koflij en peper ten huize van den burger-negotiant, Malthijs Meijer, voortaan Ie laten geschieden, wel berekend tegen zilver geld, doch betaalbaar in papieren geld met de in iedere maand door de hooge regeering bepaald wordende agio". 51 Augustus. Bepaling nopens keltinggangers. Is besloten de keltinggangers, zoo te Batavia, als te Tanjong Poura en verder onder liet ressort van gemelde hoofdplaats, zoomede in de prefecture van Cheribon, te stellen ter dispo 1808. H. W. DAENDELS. 157 silie van den prefect der Jaccalrasche en Preanger bovenlauden, van MolnniM, ten einde aan het maken der wegen te worden geëmploijeerd. 5' Augustus. Aanstelling van een gezworen landmeter voor Java's Noord-Oost knul. Is besloteu aan Ie stellen een gezworen landrneler voor Samaraug en de overige prefecturen langs Java's Noord-Oost kust en zulks onder genot van zoodanige emolumenten, als hij de uitoefening dezer bediening van ouds van particulieren plegen te worden genoten, doch zonder dat hem eenig salaris uil 's Lands kas zal worden te goed gedaan en dat zijne werkzaamheden ten dienste van den Lande in daggeld a 4 rd s , zilver, daags zullen worden beloond, wanneer dezelve te Sa marang of in den omtrek plaats hebben, en daarbuiten met de reiskosten daarenboven, en voorts op zoodanige instructie, als nader voor denzelven zal worden gearresteerd. 1 September. Onjanisalie van liel bestuur over Java's N. O. kust. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat overeenkomstig de weldadige en vaderlijke bedoelingen van Zijne Majesteit den Koning, gemanifesteerd bij de '2ö en volgende artikelen van de voor hem beraamde instructie als Gouverneur Generaal van Indien, alle notable veranderingen in de plaats hebbende inrigtingen onder de Javanen, ofschoon ook tol voordeel van den Lande en der koloniën kunnende strekken, gepostponeerd zullen moeten blijven, zoolang er nog eenige bedenkingen overblijven, of dezelve met den aart en zeden der Javanen hand aan band zouden kunnen gaan; dat hij, Gouverneur Generaal, echter bij het 29 e artikel \;m zijne voorschreven instructie door Zijne Majesteit uit drukkelijk is gelast om dien onverminderd te zorgen, dat onverwijld de meest geschikte middelen met overleg van de inlandsche regenten werden beraamd eu in liet werk gesteld 1808. H. W. DAENDELS. 158 om in de landen onder het gebied van Zijne Majesteit in Oost-Indien liet lot van den geineeneu inlander te verbeteren en Ie verzekeren, alle onregelmatige en willekeurige belastingen en andere misbruiken af te schaffen, den landbouw, zooveel mogelijk, uit Ie breiden en, benevens allen geoorlonfden koop handel, te beschermen en aan te moedigen; overwegende, dat buiten alle zoodanige voorzieningen, als bereeds bij bijzondere wetten en ordonnantien door hem. Gouverneur (leneraal, legen hel houden van verhandelingen, het verhuren van dessa's of districten en bel houden van vrije Javanen 10l het presteren van huissclijke diensten zijn gemaakt, bel aan zijne excellentie uit de ingekomen consideratie van den Oosthoeks gezaghebber en van de kuudigsle prefecten der verdere prefectures van Java, zoomede uit de gehoudeue conferentien met de inlandsche regenien, die, daartoe expres selijk bijeen geroepen, van den 19"" Jnlij 10l den 20" Augustus jongstleden te Samarang hebben gevaceerd ('), en uil. de kennis, door eigen oordeel en ondervinding opgemaakt en verkregen, lot volle overtuiging is gebleken, dat, niet alleen de gcmeene Javaan, maar zelfs het grootste gedeelte der regenten, — eenige weinigen alleen uitgezonderd, die, beschonken met een meer geëclaireerd verstand, nok heter als hunne ambtgenooten hunne belangeus welen te pondereren, over het algemeen aan de oude inrigtingen Ie zeer verkleefd en niel lterekend zijn om den schok te kunnen verdragen, welke groote veranderingen in het inlandsche bestuur zouden voortbrengen; overwegende, dat deze bevinding, zoo volkomen slrookende met de denkbeelden, daarover door Zijne Majesteit den Koning opgevat, hoe zeer niel toelatende de invoering vooralsnog van zoodanige, meer uolable relonnes en verbeteringen, waar voor dit gelukkig land vatbaar kan worden gerekend, echter geen empechetnent kan wezen om, behoudens de zeden, ge bruiken en godsdienstige gewoonlens van den Javaan, alzulke redressen daar te stellen, waardoor de regenten in het uit oefenen van een willekeurig gezag ten nauwste worden be [') l!ij ilif i'iiiiliMViiliüii zjjn 38 ii.'yciiiin li'j;(Miv.Miiirilij; geweest. 1808. H. W. DAENDELS. 159 perkt, doch tevens ook in het bezit van billijke inkomsten geraamÜaeerd en door blijken van onderscheiding tot altache inent aan het gouvernement, mitsgaders eergierigheid en ambitie worden opgewekt, en wijders de Javaan ontheft van alle eigendunkelijke afpersingen, waartoe zijne hooiden zoo vaak overhellen; wijders voor het overige de contingenten gelaten op den ouden voet en de inkomsten in gelde eeniger mate verhoogd in evenredigheid van andere, weggenomen, drukkende lasten, met zoodanige verdere bepalingen als in hel generaal aan de uitbreiding der culture, hel handhaven van eene goede politie, bet onderhouden van wegen, posterijen, enz. kunnen bevorderlijk zijn; overwegende eindelijk, dat, ofschoon de genoemde redressen geen volkomen plan van verbetering in zich bevatten, dezelve niettemin als een eerste slap moeten worden aangemerkt om den Javaan lot nadenken Ie brengen, hem de weldadige be zorgdheid van hel gouvernement voor zijnen stand te doen gevoelen en door dit gevoel alleugskens los te maken van de \ooroordeelen, die vooralsnog aan grootere verbeteringen in den weg slaan, terwijl door deze inrigtingen alleen en zonder in aanschouw te nemen de immense voordeelen, welke in hel vervolg uit de nieuwe administratie der houlbosschen en de gemaakte bepalingen ter uitbreiding der kollij-culture zijn te wagleii, de inkomsten van bel voormelde gouvernement van Java's Noord-Oostkust boven die van vroegere jaren dadelijk zullen worden vermeerderd met eene noemenswaardige som van circum circa rd* 700000 a rd» 800000; besluit te arresteren, gelijk gearresteerd wordt bij dezen, de navolgende organisatie voor hei bestuur van Java's Noord oostkust : Art. 1. De prefecten zullen zijn de eerste persoon, ieder in hunne préfecture, en als de gouverneurs civiel daarvan worden geconsidereerd. Art. 2. Zij zullen verpligl zijn voor de goede orde en politie in hunne prefecture te waken en levens te zorgen, dal de onder hen gehoorende regenten en mindere hoofden 1808. H. W. DAENDELS. 16 Art. 2. Bij gewone exercitien zal de chirurgijn-major of eerste aanwezend olïirier van gezondheid zorgen, dat daarbij altijd een of twee officieren van gezondheid, van het noodige voorzien, tegenwoordig zijn. UEKOE HOOFDSTUK. Vii nil e hospitalen. EERSTE AFDEELING. Inrichting der hospitalen en algemeene bepalingen. Art. I. Op Weltevreden nabij Batavia, Samarang enSou rabaija zal een genoegzaam uitgestrekl locaal voor een hos pitaal aangelegd zijn, dal van allen toegang, zooveel liet zijn kan, behoord vrijgesteld Ie wezen. Ail. '1. lii hel algemeen dienen de hospitalen ronésomin liet water te slaan of van alle zijden met afschilt tingen worden voorzien, op zoodanigen afstand van het locaal, dat de zieken daartusschen kunnen wandelen. Art. ü. De bijzondere vereistens van ieder goed hospitaal betreffen reinheid, vrije toegang van lugt, bijzonder van koele lugt, niet hesmet met dierlijke en andere nitvloeizels en dus, zooveel mogelijk, der zeelugt; ligging der lijders, ieder afzonderlijk en genoegzaam van elkander verwijderd; be hoorlijke afzondering der lijdeis, vooral van besmettelijke en bijzonder belangrijke, enz. Art. 4. Ter behoorlijke verversching der lugt moeten er op een behoorlijke afstand van elkander, overal, waar de buitenlugt vrij kan inkoomen, gaaten gemaakt worden, langs en raakende aan den grond, van tien duimen in het vierkant, van buiten voorzien met ijzere roosters en van binnen met schuiven, die, wanneer de koele wind nadeelig mogtworden bevonden, aan de zijde, van waar de wind inkomt, kunnen worden geslooten. Art. B. Ook behoord in ieder zaal ten minste een gat in de zolder met een koker door 'I dak Ie zijn om de bedorven, ligtere luchl dooi' ie laaien. 1808. H. W. DAENDELS. 160 mede tot hunnen pligt worden gehouden; dat de gemeen e inlauder door hen niet werde gekneveld, noch mishandeld, maar integendeel in alles volkomen regt wedervare; dal ook de ver schillende cultures hehoorlijk worden gadegeslagen, de rijst velden op hun tijd beplant en inzonderheid de cultures der kollij en kapas meer en meer worden uitgebreid en verbeterd. Art. 3. Zij, prefecten, zullen ten dien einde niet alleen in hunnen dienst kunnen behouden de mantries of zoogenaamde condoeroeans, die lot het overbrengen van orders aan de regenten wierden gebruikt, maar bovendien nog in dienst nemen, voor zooveel Tagal, Paccalongang, Samarang, .lapara, Rembang, Sourabaija, Grissée, I'assourouang en Sumanap be treft, een getal van 24, doch te Banjoewaiigie, Uancallang en de Baviaan van slechts 12 jonge en geschikte manschappen, met een algemeen hoofd over dezelve, door den prefect of commandant der plaats Ie benoemen en aan te stellen en verdeeld in volgender voege, als op de eerstgemelde prefeclures: 4 tot oppassers, 12 anderen om tol maintien der politie en goede order te worden gebruikt en inzonderheid om alomme in de kampougs, negorijen en dessas een wakend oog te houden op hetgeen aldaar omgaat en van alles rapport te doen aan den prefect; en de overige 8 manschappen tot het inspecteren en houden van opzigl over de koffij en andere cultures; en zo op de kleine en ondergeschikte prefeclures na raio. Zullende voorts deze manschappen naar de differente de partementen, waarin dezelve worden geëmploijeerd, door eene bijzondere wijs van kleding na een daarvan door den prefect of het hoofd der plaats te geven model alle van den andereu worden gedislingueerd. Art. 4. De gedachte manschappen zullen door de respective regenten, niet alleen ieder van een goed paard mei dies toe behoren worden voorzien, maar ook door de prefecten mei de nodige rijstvelden tot derzelver onderhoud, welke bestaan zullen in 4 jonken voor hel hoofd en 1 '/i j°"k voor ieder 1808. H. W. DAENDELê. 161 PLAHAT-BOEK DEEL XY. il genieene, zullende zij voorls mede bevrijd zijn van alle andere lasten, belialven liet opbrengen van hun aandeel in rijst-le verautien aan den Lande. Arl. 5. Bij absentie van den prefect zal het gezag zijn loe\ertrouwd aan don boekhouder of scriba, met uitzondering alleen van den Oosllioek en van Saniarang, zullende bij ab sentie van den gezaghebber de prefect van Grissee en van den prefect van Sainaraug de hoofdadministrateur aldaar met het gezag bekleed zijn. Art. 6. Aan de gedachte prefecten zullen, ofschoon in alles aan derzelver gezag en bevelen ondergeschikt ten aanzien van het inlandsehe bestier, onmiddelijk in rang volgen de regenten, welke 10l hunne prefecture gehoren. Arl. 7. Zij, regenten, zullen voortaan mede worden gecou sidereerd als ambtenaren van Zijne Majesteit den Koning van Holland en in die hoedanigheid in alle olticiele aclens gebruik maken van het zegul van den staat. Art. 8. Zij zullen den rang hebben : een adipaHij van major, een tommogong van luilenant-kolonel en een ingebeij van kapitein. Art. 9. Zij zullen daarentegen ook verpligt zijn zich met allen ijver toe te leggen op de verbetering en uitbreiding der cultures en inzonderheid van die der koflij en kapas, en navolgens den wil van Zijne Majesteit den Koning het 10l van den genieenen Javaan te verzaglen en van alle onder drukking te bevrijden, mitsgaders te zorgen, dat daarenboven alle ledigloopers, zwervers en andere, schadelijke voorwerpen zorgvuldig uit hunne regentschappen geweerd dan wel tot den landbouw of andere, nuttige bezigheden werden aange spoord; dal voorts de contingenten, verpligte leveraulien en contributie in gelde ter behoorlijker lijd worden voldaan en eindelijk alles aangewend, wat eenigzinls dienen kan om den bioeij en welvaart van de aan hun I oever trouwde regent schappen te bevorderen, zoo en in diervoege als hun nader hij een speciale instructie zal worden voorgeschreven. Art. 10. De bepaltijs, jaxas, manlries en mindere hoofden 1808. H. W. DAENDELS 162 zullen onderling den rang blijven behouden, welke zij Ibans bezitten, en verpligl zijn mei alle getroawheid uil te voeren de bevelen, welke bun door de regenten dan welonmiddclijk door den prefect worden gegeven. Art. 11. Alle onderdrukkingen en knevelarijen van den geineenen man, door de gedachte mindere hooiden gepleegd, zullen onmiddelijk door hel verlies hunner bedieningen worden geboet, dan ook wel zwaarder naar exigentie van zaken worden gestraft. Art. 12. De afzetting van alle de voornoemde mindere hoofden zal voorlaan alleen geschieden door zijne excellentie den Gouverneur Generaal, op voordragl, van den prefect, zullende de regenten eenlijk gerogligd zijn hunne klagten en bezwaren ten aanzien van dezelve aan den prefect in te dienen. Art. 15. Ter betere nakoming van hel voorgaande artikel zullen alle de daarbij vermelde hoofden van aelens van aan stelling worden voorzien, met uitzondering alleen van de palingies of loerahs, als wordende veelal door hel volk zelve gekozen en van jaar tol jaar verwisseld. Art. 14. De voorschreven actens van aanstelling zullen. voor zover de bcpallijs en grool-jaxas helrefl, worden verleend door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal en voor het overige uit hoogst deszelfs naam door den prefect. Art. 15. Zij zullen zijn geschreven, die van een bepattij op: een zegel van rd' IJ: — die van een groot-jaxa » 5: — » » » opperpriester » 5: — > » » onderpriesler » 1: — » » » groot-ma nlrie » t: — » » demang » 1: — en die van een klein-mantrie • —: 24 Art. 16. Aan de nieergedachte hoofden zullen bovendien een toereikend aantal rijstvelden worden toegestaan om daaruit, volgens hunnen rang. een ordentelijk beslaan (e kunnen vinden, zonder nodig te hebben, om daartoe te geraken, 10l andere middelen of wegen hunne loevlugl te nemen. 1808. H. W. DAENDELS. 163 Art. 17. De contingenten van rijst, groene katjang, elappus en aard-olij, item hout, kaijer en goenioetie-draden, mils gaders ile geforceerde leverantie van peper, zal vooreerst nog op den ouden voet worden gelaten, dat is, dat dezelve op even die wijze als voorheen en niet even dezelvde overwigten en mui-betalingen zullen geleverd worden, meL deze essensiele verandering nogthans, dat de voorschrevene overwigten en Huurbetalingen niet meer ten voordeelc zullen komen van de genen, die dezelve te voren na zich trokken, maar ten faveure gebragl worden van den Lande, onder deze bepalingen: 1" dal de opbrengst van de groene kaljang zal worden ver vangen door eene betaling in gelde, gerekend legens rd s 40, zilver geld, de koijang, 2° dal liet desgelijks ook aan alle de ingezetenen zal zijn gepermitteerd om hel aandeel, dat zij in de leverantie van rijst aan den Lande zullen moeten fourneren, mede in gelde te vereffenen legens een rd', zilver, depikolvan \ï.\ pond. Art. 18. De leverantie van houtskolen en andere dier gelijkc, onontbeerlijke artikelen voor de huishouding zal ins gelijks nog op den presenten voet worden gelaten, 10l dat op voordragl van de administratie der houtbosschen daar omtrent eene nadere bepaling zal zijn gemaakt. Art. 19. Alle verdere, geforceerde leveranlien, als die van indigo, katoene garens, cardamom, was, slaarl- en lange peper zullen geheel zijn en blijven afgeschaft. Arl. 20. De respective regenten en tnlandsche hooiden zullen voor den vervolge mede geheel zijn gelihereerd van het fourneren van geschenken, hetzij in gelde, dan wel in goederen of anderzints, onverschillig om welke redenen of aan wien dit ook zoude mogen geschieden, met connniiialie zelfs van, hier legens handelende, naar omstandigheden van zaken te zullen worden gecorrigeerd. Art. 21. Hel verhuren van dessas en iiegorijen aan Chi nezen en anderen bij placcaat van den 1 4 en Julij 1808bereeds zijnde geinterdiceerd, zullen zij. regenten, zich daar na slip 1808. H. W. DAËNDELS. 164 telijk hebben te gedragen, uitgezondert alleen diegeenen, welke aan de suikermolens, aan de zoulpannen, dan wel aan de vogeluest-klippcn zijn verbonden en welke zij op den vorigen voet zullen mogen voortgaan Ie verhuren, mits de ware be nodigdheid niet te buiten gaande. Art. 22. De gezamenllijke regenten zullen voorlaan nog ontheven zijn van alle verdere betaling van tjatjar- en calanger gelden, zullende echter de jaarlijksche lournissementen voor bet houden van tandak- en ronging-spellen, zoomede die ten behoeve van den laudraad, op den ouden voel worden ge continueerd, met die verandering noglans, dat de betaling der laatstgemelde voor als nu gedeeltelijk te Sourabaija zal ge schieden. Art. 23. De regent van Lassuni'zal in het bijzonder voor taan zijn geêxcuseerd van het aanbouwen en leveren van hel anders gewoone contingent-vaartuig, zullende hij niettemin verpligt blijven tol de betaling van rd* 1000 wegens de in bet Damakscbe gelegen calanger negorij Grogol, zoomede van gelijke rd" 245 wegens Glongong en rd" 51:12 Van Tjinkalsewoe Art. 24. De zogenaamde pradjoerits of onbezoldigde in landsche troupes, als van geen nul zijnde, zullen van nu voortaan worden afgeschaft en de respective regenten van derzelver onderhoud bevrijd. Art. 25. Daarentegen zal op iedere préfecture of commaii dement worden opgericht een corps van inlandsche dragonders of zogenaamde djajiug sekars, zullende bestaan: te Tagal uil een corps van 80 koppen » Paccalongang 50 » » Samarang : 100 » » Japara 50 • » Rembang 50 » » Grissee 50 » » Sourabaija 80 ■ Passonronang 100 » » Sumanap 100 Terwijl noglans de ondergeschikte prefectures en posten 1808. H. W. DAENDELS. 165 van Baw-allang, Banjocwangie en de Baviaan van de ojirichting van dezelve blijven geëxeuseerd. Arl. 2(i. De gedachte corpsen dezer djajing sekars zullen onmiddelijk staan ouder de orders van den prefect of comman dant der post, waartoe zij gehooren, en door denzelven ge emploijeerd worden ter bewaring eener goede politie en veiligheid in de districten, waarover hij gesteld zal zijn. Art. 27. Ten einde aan deze hunne bestemming te kunnen beantwoorden zullen de gedachte djajing sekars alle gekozen worden uit goede ingezetenen en beslaan uil jong en knap volk, waarop men zich veilig kan verlaten. Art. 28. Zij zullen door hunne eigene officieren worden aangevoerd, welkers getal echter niet hooger zal mogen zijn dan van drie voor ieder prefecture of commandement, waarvan de eerste rang zal hebben naast den bepattij en de overigen naast den binnen pattij en grool-jaxa, lerwijl zij voorts alle drie zullen voorzien zijn met het gewone dislinclief-teken, aan hunnen rang verknocht: zullende wijders aan de onder-offi cieren en gemeenen respectievelijk worden toegekend de rang van groot- en klein-manlric, ten einde daardoor te meer ontzach aan den gemeenen man werde ingeboezemd en de corpsen zelve met eenen beteren geest werden bezield. Arl. 19. Tol onderhoud van deze manschappen zal in ieder dislricl een genoegzaam aantal rijstvelden worden afgezondert, en gesteld ter dispositie van den prefect of van den com mandant der post om door hem zelven of eene commissie van zijnent wegen in volgender 4 voege te worden verdeeld, als: voor den eersten officier 15 jonken » » tweeden >• 10 » » » derden » 8 » » twee wachtmeesters, ieder , . 5 » vier corporaals » 4 » en ■> ieder gemeene 5 » Art. 50. De voorschreven rijstvelden zullen verdeeld worden over de gezamentlijke regentschappen, onder elke prefecture gehorende, naar evenredigheid van derzelver grootte en bevol 1808. H. W. DAENDELS 166 king on op dienzelvden voet, als tot hiertoe ten opzichte van andere lasten heeft plaats gehad. Art. 31. De meergemelde djajing sekars zullen van 's Lands wege worden voorzien met een toereikend aantal korte ka rabijnen mei hanjoiiellen, item houwers en goede pistolen, wanneer die aan handen zijn. Art. 52. Zij zullen bovendien ook voorzien worden, ieder, van een goed paard mei dies zadel en verder toebehoren, mitsgaders van eene montermg na een daarvan te geven «adel, en wel voor de eerste maal ten koste van de regenten, waaronder zij gehoren, doch in het. vervolg voor hunne eigene rekening. Art. 33. De commandeerende ofliciercu zullen gcvolgelijk verplicht zijn te zorgen, dal, ingeval van overlijden van een dezer manschappen ol' wanneer dezelve op eene andere wijze den dienst komen Ie verlaten, niet alleen alle derzelver wa penen in een behoorlijken slaat werden overgegeven, maar ook alle de goederen, welke, als voorzegd, door den regent voor de eerste maal zijn gefourneerd, en dal dezelve voorts aan hunne opvolgers in den dienst worden uitgereikt. Art. .14. Zich bij hunne corpsen wel gedragende, zullen de officieren en" gemeenen der djajing sekars in het vervolg mede lot het inwendig heslier der regentschappen of tot het opzicht over de differente cultures en tot inlandsche hoofden hij pre ferentie verkiesbaar zijn. Art. 35. Ongeacht de oprichting der voren omschrevene corpsen van djajing sekars, zal ook voor den vervolge blijven stand houden de al oude verpligting, welke op de ingezetenen, zoo van de hoofd-negorijen, als dessas ligt, om, een ieder in de wijk of kampong, waartoe hij gehoord, op zijne beurt bij nacht mede de wacht Ie houden in de ten dien einde oj» bekwame afstanden van elkander geplaatste wachthuizen en, waar zulks noodig is, ook voor hel fort öf hij des prefecls woning, item op de passeerbaan en andere diergelijke plaatsen; doch zullen deze wachten eenelijk mogen gewapend wezen met hunne pieken en krissen om, dus doende, alle misbruik, 1808. H. W. DAENDELS. 167 hetwelk van liet schietgeweer zoude kunnen gemaakt worden, voor te komen. Arl. 56. Evenals van liel onderhoud der zoogenaamde pradjoeriets of onbezoldigde inlandsche troupes, zullen de re genten voor liet vervolg mede zijn gcliliercerd van de leverantie van kruissersvaarüiigen legens de zeerovers en van de leve rantie van vaartuigen (er afhaal van water en brandhout, met uitzondering aiüeen van de mindere forten en prefectares, alwaar sleclils reu enkel vaartuig len ltehoeve van het garnizoen zal worden verstrek! ; voorts van hel overbrengen van l)rieven en papieren, item van hel praaijen van passerende schepen en vaartuigen en andere diensten meer, welke Ie voren van hun pleegden te worden gevergd. Arl. o". Ter voorkoming noglans van groote kosten eu omslag voor den Lande zal de leverantie van hooien, schouwen en andere vaartuigen, benodigd, zoo 10l het lossen en laden van schepen, als 10l den afhaal en aanbreng van producten, item 10l hét transporteren der houtvlotten en wat dies meer is. voor als nog op den ouden voel en voor rekening van de regenten worden gelalen. Art. r>B. Hel zal niettemin aan de respeclive prefecten en commandanten der posten len slerkslen zijn geiiiterdiceerd van deze vaartuigen eenig ander gebruik te maken, dan 't geen in 's Lands dienst word vereischt. Arl. 59. In die plaatsen en districten, waar ten voorschreven einde de visschers-prauwen plegen te worden gebruikt, zal zulks mede op den ouden voet werden gelaten, doch zullen de eigenaars van deze visschers-prauwen op de gedachte plaatsen, niet alleen geheel vrij zijn van de betaling van pacht voor de door hun ingevoerd wordende visch, maar bovendien ook voor dezelve en de verdere, mei hen varende manschappen een of meer vaste negorijen worden afgezon derd met een toereikend getal rijstvelden om daaruit hun onderhoud te vinden, en zonder dal zij voor het genol van deze rijstvelden eenige andere lasten zullen behoeven op Ie brengen, noch om dies wille tol eenige andere diensten 1808. H. W. DAENDELS. 168 worden verpligt buiten hel gewoue contingent van hunne rijstvelden. Art. 40. De leverantie der benodigde manschappen voor de magazijnen zal insgelijks als van ouds door de regenten worden gedaan; en zullen voor deze manschappen mede de benodigde dessas en rijstvelden worden afgezonderd, uitge nomen nogtans Sourabaija en Samarang, alwaar lot de voor schreven werken eenlijk de inwooners der hoofd-negoiïjen zullen worden gennploijeerd en zulks zonder dat aan bun daarvoor eenige andere beloning zal worden gegeven als alleen de kwijtschelding der grondpacht, die zij auderzinls voor de vrijheid van inwoning gewoon zijn te betalen. Art. 41. Voor de diensten ten behoeve der hospitalen, het werk der blandongs en den zogenaaniden houtkap zullen nis van ouds eenige vaste dessas met een genoegzaam aantal rijstvelden lot onderhoud der battoors blijven afgezonderd; terwijl len aanzien der werken aan 'sLands (brtificatien en wal dies meer is, de daaraan geëmploijeerde manschappen, zoo nu, als in het vervolg, zoodanige betaling en verslrekkingrn zullen genieten, als omtrend ieder van dezelve bij afzonderlijke besluiten is of nog zal worden bepaald. Art. 42. Daareulegen zullen alle transporten van goederen, die van 'sLandswege worden verzonden, als ook de benodigde battoors, vivres en paarden voor marcherende Iroiipes of bij zondere militairen door de regenten moeten worden bezorgd, doch zonder dat daartoe eenige bijzondere dessas of rijstvelden worden afgezonderd: zullende deze diensten door de gezament lijke negorijen moeien worden gepresteerd, een ieder opzijn beurt, in diervoege, dat omtrend het getal der batloors en paarden, alsmede de verstrekkingen van vivres en de daar voor te doene betalingen exactelijk werden geobserveerd de orders, gesteld bij besluit, van den 17 en en van den 20™ Augustus jongstleden. • Art. 45. Evenals tot het transport van 'sLands goederen en ten dienste van militairen, zullen ook de battoors en paarden door de regenten moeten worden gefourneerd len dienste 1808. H. W. DAENDELS. 169 van andere ambtenaren, wanneer dezelve in officie reizen, mits nogtans, dat tot het transport van personen en goederen geen meerder manschappen en paarden zullen mogen worden gevorderd, noch gegeven als: voor een inspecteur-generaal of prefect twintig battoors en vier paarden: voor een lid van de administratie der houlbosschen, com mandant in den Oosthoek en onder-prefect twaalf battoors en drie paarden: voor een scriba en ander diergelijk ambtenaar agt battoors en twee paarden; voor een op/.iender vier battoors en een paard; en voor alle andere connnissianten twee battoors en een paard, mitsgaders het nodige logies en levensmiddelen voor hun zelven en gevolg tegens billijke betaling. Art. 44. Met uitzondering van de voorschreven diensten en prestatien, alsmede van bet maken en onderhouden der wegen, hel uitdiepen van kleine rivieren, gragten en water leidingen en voorts \an alle zoodanige, publieke werken, welke 10l onderhoud van een goede orde en politic mogten worden veroisrhl, zullen voortaan, te rekenen van den 1'" October aanslaande, alle heerendiensten komen te cesseren, met uit zondering alleen van dezulke, welke voor de regenten of andere inlandsche hoofden nader hij hel 54' artikel zullen worden bepaald en toegestaan. Art. 45. Alle verdere heerendiensten, verstrekkingen van paarden en hal lom-som piel en diergelijke prestatien zijnde afgeschaft, zoo zal tot gerief der ingezetenen en reizigers, die zwarigheid mogten vinden het noodig getal manschappen en paarden 10l transport van hunne personen en goederen in huur te bekomen, op gevoeglijke afstanden van den anderen een aantal bekwame herbergen worden opgericht en wel onder het ressort van 't voormalige gouvernement van Java's Noord- Oostkust : de eerste te Tagal, » tweede » Paccalongang, 1808. H. W. DAENDELS 17 *Ul4iT-b»U DEfcL IY. i Art. 6. Vooral 's morgens vroeg en 's avonds zal men rookingen van salpeeter of zee-zout met vilriool-zuur in de zaaien aanwenden. Bij besmettende ziektens zullen er zaaien van verwisseling behooren te zijn, welke geëvacueerde zalen dan met bruinsteen, zeezout'en vitrioolzuur moeten berookt worden; alle andere rokingen van kruit, bacc. juniperi, enz. zijn zonder nut. Arl. 7. De keukeu en apotheek behooren van de ver blijfplaatsen der zieken afgescheiden te zijn en de secreten naar vereisch afgezonderd en zoo ingericht, dat dezelve geen stank in de zalen kunnen veroorzaken, Art. 8. leder ligplaats moet behoorlijk genummerd zijn, terwijl ook ieder zaal een vast nummer of letter behoort te hebben. Art. 9. üe ligplaatsen zullen bestaan in houten, eenmans kribben, van het noodige beddegoed voorzien, voor de Euro peesen en Amboneesen; doch voor de inlanders zal alleen een mal en strookussen en voor sommige zieken van aan belang een deken worden verstrekt; echter in het ruwe saisben zullen alle lijders van een deken moeten voorzien Worden. Art. 10. De kribben zullen in alle zalen ten minsten twee roeten ler zijde van elkander moeten staan en tusschen iedere rij zal een distantie zijn van zes of zeven voeten. Art. 11. Pournitures en kleedingstukken, voor besmettende ziekten gebruikt, behooreu niet weder te worden geëm ploijeerd, maar moeten na den afloop verbrand worden. Art. 12. In de hospitalen worden opgenomen en behandeld: 1° militairen, voorzien met een billet; - ü scheepsvolk van 'sKonings zeemagt of van Hollandsche koopvaardij schepen, voorzien met een billet en inventaris van het goed, dal zij meede brengen, beide geteekend door den commandeerenden otlicier en chirurgijn vaii het schip; S° vreemde zeevaarenden met een billet en inventaris, ge teekend door den commandant van het vaartuig; 1808. H. W. DAENDELS. 170 de derde ie Weöerie, » vierde » Samarang, » vijfde » Coedus, » zesde » Rembang, » zevende » Sarang, b achtste • Touban, » negende » Sidaijoe en ■ tiende » Sourabaija. Art. 4G. De opbouw der gedachte herbergen zal ge schieden voor rekening van de regentschappen, welke lot de prefecture gehooren, waarin dezelve gelegen zijn, in evenredig heid van het aandeel, dat dooi' ieder van dezelve in andere lasten moei worden gedragen, en zulks ingevolge een nader daarvan ie formeren laiief voor ieder préfecture. Art. 47. De tot den opbouw der meer gedachte herbergen benoodigde houtwerken, mitsgaders ijzer en spijkers, zullen daartoe uit 'sLands voorraad tegen inkoopsprijzen worden verstrekt. Art. 48. Daarentegen zullen de regenten moeien zorgen. dat, behalven de meubelen en verdere heneodigdheden tot gerief der passerenden, elke herberg nog voorzien werd e van twee goede postwagens, ieder voor zes personen, dan wel vooreerst van zoodanige andere rijtuigen, als de omstandigheden zulleu komen loe Ie laten, benevens zoovele spannen wagen paarden, als benoodigd zijn om de eerste poslplaats van de volgende herberg Ie bereiken, ieder span gerekend voor een traject van een of hoogstens anderhalf uur gaans, en voorts bet noodige aantal van goede rijpaarden en zoogenaamde gladdakkcrs naar evenredigheid. Art. 49. De voormelde postwagens zullen ten dienste dei reizigers ten minsten tweemaal in de week en wel des Maan dags en DonderdagS, zoowel om de Oost, als om de West inoefen afrijden, terwijl van de rijpaarden dagelijks ten minsten twee zullen moeten te bekomen zijn, die op bekwame af standen tot de eerste poslplaats der volgende herberg worden afgewisseld. 1808. H. W. DAENDELS. 171 Art. 50. Hel opzicht en de directie over de meer gedachte herbergen zal door den prefect, onder goedkeuring van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, worden opgedragen aan een der zoons of andere naastbestaande der regenten, indien dezelve daartoe de noodige bekwaamheid bezitten, ofte anders aan zoodanig, inlandsen of Europeesch persoon, als hij daartoe het meest geschikt zal oordeelen. Art. 51. Tot onderhoud van elk van deze herbergen en van het, post wezen, daaraan verhouden, zullen door de ge zanieiiilijke regenten, een ieder in evenredigheid van de lasten, welke zij overigens dragen, worden bijeengehragt een aantal van 90 jonken rijstvelden, waarvan de hehcering en verdeeling zal worden overgelaten aan diegeenen, die met de directie der herberg is belast. Art. 52. Ten aanzien van de verdere huishoudelijke in rigting der gedachte herbergen, de veryerschingen, welke door de houders van dezelve zullen moeten worden gefourneerd, de betalingen, welke door hen zullen mogen worden gevorderd, zoomede ten aanzien van het tarief der vragten voor de post wagens en huur voor de rij- en gladdakspaarden, mitsgaders omtrent hel opper toezicht, hetwelk door den prefect en com missaris over de wegen en posterijen over de kas en den slaal van ontvangst en uitgaven zal worden uitgeoefend, zullen zoodanige vaste bepalingen worden beraamd, als bij een nader deswegens te emaneren reglement aan de gemeente zal worden hekend gemaakt. Art. 53. Ten einde de wegen en bruggen, langs welke de postwagens zullen moeten passeren, bestendig in goede orde werden onderhouden, zullen in ieder district, twee der geschiktste mantrie's worden gekozen, die, met den rang van groot man trie's hekleed, onder de onmiddelijke orders van den prefect eenelijk mei de zorg voor hel onderhoud der wegen en bruggen zullen zijn gechargeerd. Art. 54. Het getal der huisselijke hediendens en gevolg van de inlandsche regenten en mindere hoofden zal niet meer mogen hedragen, dan: 1808. H. W. DAENDELS. 172 voor de regenten van Samarang, Darnak, Paccalongang, de eersten van Tagal en l'attij, de heiden van Sourabaija en voorls nok die van Sumanap. Passourouang en Sidaijoe, ieder: 12 piekdragers of panoerangs, waarvan dagelijks zes in functie, 2 paijong-dragers, ad idem. 2 epok- » » •> 2 lampet- » » » 2 bawat- » » » 4 geweer- of bouwerdragers I r _, . , , oi zoogenaamde pangawenan. 6 piekdragers 2 kandaga-dragers, ad idem, 2 rotting- » • 2 quispedoor- » » •< 2 gapet- » » » Ifi panakawangs en 16 tandoe-dragers voor des regents vrouw. 6 panakawangs » » » » 12 piekdragers » » •> » 80 man 10l oppassing der paarden, waterhalers in de keuken en wat dies meer is, dan wel 168 man in 't geheel; voor de regenten van Caliwoengoc, Candal, Bfttang, Wira ilessa. I'amalang, Biches, heiden die van .lapara, den tweeden van l'attij en voorls die van Coedus. Joana, Bembang, Lassum, Touban, Lamongang, item beiden die van Grissée en die van I'amacassang. Bangel en Banger, ieder: 2 piekdragers, 2 paijong-dragers, 2 lampet- » 2 epok- » 2 bawat- » 2 kandaga- » 2 geweer-dragers I .. . . ol zoogenaamde pangawenan, 4 piek -18 koppen. 1808. H. W. ÖAÊNDÊLê. 173 18 2 rolling-dragers, 2 quispedoors-dragers, 2 gapet- » 12 panakawans, 16 tandoe-dragers voor des regents vrouw, 1 paijong- » » » » » 8 piekeniers 4 panakawans. 08 man in de dalin. op den stal, in de keuken, elc. of 154 koppen in hel geheel; en voor den Iweedeu regenl van Tagal en dien van Glon gong, Tjinkalsewoe, Banjoevvangie en Baviaan, ieder: 4 piekeniers, 1 paijong-dragers, 2 e pok- » '1 lanipel- » 1 hawat- » '1 geweer- • I „ . ' J . ! ol /oogeiiiiamde pangawenaii, 2 kandaga- » 2 quispedoor-dragers, 8 panakawans. 24 man in de dalm, keuken, slal, elc, IS tandoe-dragers voor des regents vrouw, 4 piekeniers en 2 paijong-dragers, of 70 man in hel geheel. Terwijl voorts de bepatlijs een vierde, de jaxas, biimen pattijs en weilono's of grool-tnantrie's, als ook de broederen en kinderen der regenten een achtste, de klein-mantrie's en andere gelijkstandige hoofden een zestiende gedeelte in hun gevolg zullen mogen hebben van hel getal, 't welk aan hunne regenten is toegestaan: zullende de loerabs patingie en andere diergelijken niet meer dan een of uiterlijk twee man in hun gevolg mogen hebben. 1808. H. W. DAENDELS. 174 Art. 55. Onder de voorschreven bepaling zullen echter niet begrepen zijn de muzikanten, noch ook de topping- en waijang-speelders, die bovendien naar oud gebruik zullen mogen werden aangehouden, doch /onder dal derzelver gelal werde vermeerderd. Art. 56. Ten einde het lot van den gemeeueii Javaan nok door eene verbeterde administratie van justitie te meer werde verzekerd en levens dp bezwaareu werden uit den weg ge ruimd, welke de overzending van gevangenen efc getuigen van afgelegene plaatsen aan den landraad van Samarang noodza kelijk ten gevolge moet hebben, zal voortaan in ieder préfecture worden opgericht een afzonderlijk landgericht. Art. 57. Hetzelve zal beslaan uit den prefect of dengeeneu, die hel gezag voert, als president, de onder hem sorterende regenten, nevens derzelver bepatlijs als leden, waarbij op plaatsen, waar slechts een of twee regenten zijn. nog zoovele andere, van de voornaamste en braafste, inlandsche hoofden zullen worden gevoegd, als noodig zullen zijn om een getal van zeven stemmen uit te maken; voorts uit een groot-jaxa als fiscaal en den boekhouder als scriba en permanent lid, met uitzondering noglans van Samarang en Sourabaija, alwaar de translateur scriba en de scriba steeds permanent lid van hel landgericht zal wezen. Art. 58. In de voorschreven landgerichlen zal mede zitting worden gegeven aan de panghoeloes of opperpriesters der onderscheidene regentschappen, doch zonder dal aan dezelve eene concluderende, maar eenlijk eene adviserende stem zal worden toegekend. Art. 59. Ingevalle eenige der leden door ziekte of anderzins inogten worden verhinderd de vergadering waar te nemen, dan wel dat iemand derzelver uithoofde van bloedverwanl schap of om andere redenen belel wierd te zitten, zal de president bevoegd zijn een of meerdere, kundige, inlandscbe hoofden dan wel Europeesche ambtenaren of burgers ie as sumeren, ten einde een ieder goed en onpartijdig recht te doen wedervaren; 1808. H. W. DAENDELS. 175 Art. 60. De gedachte landgerichlen zullen vergaderen eens om de veertien dagen <d' zooveel malen meer, als de nood zakelijkheid zal vorderen. Art. (>l. Zij zullen bevoegd zijn Ie oordeelen over alle inlandsche zaken, civiele en rrimineele, binnen den omtrek vau derzefrer jurisdictie voorvallende en bij de volgende artikelen daarvan niel uitdrukkelijk geëximcerd. Art. (52. Tot de laatstgemelde zaken zullen in de eerste plaats behoren aHe de zoodanige, waarbij Enropesen, C.hinesen, Maleijers, Bouginesen, dan wel andere vreemde natiën zijn betrokken, alle welke aan de judiralure van den Baad van juslilie zullen worden gelalen. Art. G 3. Voorts de misdaden van verraad, graven-schending, tempel-rooi, doodslag, door den eenen Javaan tegens den anderen bedreven, wijders alle Misdaden-, waarin de regenten, bepattijs, jaxas. hunne faniilien en andere welgezetene inlanders zijd betrokken, mifsgtiders alle zoodanige capitale delicten, welke niel \ allen in de termen van brandstichting, roof en van ge weld, alle dewelke, met uitzondering van de misdaad \an verraad, aan den groolen landraad te Samarang verblijven. Art. (J 4. Van de judieature der meergemelde landgerichtcn zullen ter eerster inslanlie nog zijn geëximeerd kleine ge schHlen over huwelijkszaken, injiirie, wanbelaling en wat •lies meer zij, ter afdoening van dewelke door de regenten, ieder in hun district, nevens derzelver binnen- en buiten-pattijs, jaxas en panghoeloes. eene afzonderlijke vergadering zal worden geformeerd, die twee maal des weeks, namelijk 's Dingsdags en Zaterdags, hare zittingen zal moeten houden, zullende van net voorgevallene in dezelve telkens worden verslag gedaan aan den president \an het landgericht en blijvende aan par tijen het recht om. in de uitspraak niel berustende, zich op nel landgericht te beroepen. Art. 65. Er zullen vonrlaan zijn Iwee groote landraden, ah: een Ie Samarang en een Ie Sourahaija: de groole landraad te Samarang zal beslaan uit dezelvde leden, welke het ge woone landgericht aldaar uilmaken, niet bijvoeging eenclijk 1808. H. W. DAENDELS. 176 van een der regenten om de Oost en een der regenten om de West, bij beurten uil de prefectures Japara en Ilembang en Tagal en Paccalongang te verkiesen, en te Sourabaija uil den gezaghebber als president en de eerste regenten van Sourabaija en Grisée, nevens die van Lamongang, Sidaijoe, Bangil, Passourouang en Pamacassang als leden, terwijl de Iranslateur daarbij mede de post van scriba zal bekleeden en een braaf en kundig inlander die van fiscaal, waartoe door den Oosthoeks-gezaghebber aan zijne excellentie don Maarschalk eu Gouverneur Generaal eene voordragt zal worden gedaan. Art. 66. Door deze groote landraden zullen geene zitlingeu worden gehouden, als wanneer werkelijk procedures aanhangig zijn, in welk geval de presidenten het regt zullen hebben de leden te beschrijven. Art. 67. Alle zaken, bij art. 65 aan de judicalure van het gewoone landgericht geëximeerd en aan den laudraad te Samarang verbleven, zullen, voor zooverre den Oosthoek be treft, voortaan bij den groolen laudraad te Sourabaija worden overgebragl. Art. 68. De fiscaal van den landraad te Samarang zal uil consideratie van de vermindering zijner inkomsten als iugebeij van Torbaija, doordien de inkomsten der passer aldaar aan den Lande zijn getrokken, uit 'sLands kas eene bezoldiging genieten van rd 8 150, zilver geld, ter maand en die vanden landraad Ie Sourabaija een tractement, gelijkstandig met dal van boekhouder, builen en behalven het genot van die gelden, welke voorheen door de regenlen tol onderhoud van den landraad Ie Samarang wierden gefourneerd en waaruit zij het onderhoud hunner oppassers en bedienden zullen verplicht zijn goed Ie maken. Art. 69. De groot-jaxas der landgerichlen en hunne be dienden zullen daarentegen dom' de respeclive regenten zelven moeten worden onderhouden en de eerstgemelde van een even groot aantal rijstvelden voorzien worden, als de hiiinen palüj van de eerste of voornaamste der gemelde regenlen geniet, met wien hun gelijke rang zal worden toegekend. 1808. H. W. DAENDELS. 177 'LUAAT-BOEI DEEL XT. Art. 70. De klein-jaxas, waarvan de verschillende regent schappen en districten zijn voorzien, zullen op den ouden voet mede door hunne hoofden werden onderhouden en sliplelijk worden hewaakt, opdat ze zich aan geene excessen of pligt verzuim komen schuldig te maken. Art. 71. Ter securering der gevangenen, welke aan den groolen landraad te Samarang komen, zal men zich blijven bedienen van het gebouw, dat van ouds daarvoor is bestemd geweest, doch te Sourabaija, alwaar geen zodanig gebouw aanwezig is, zal helzelve, zoodra mogelijk, worden opgericht en wel ten koste der gezamentlijke regenten in den Oosthoek, benevens den pachter van de landschappen Bezoekie en Pan naroekan, een ieder na rato van de grootheid der lasten, welke hij overigens verpligt is te dragen: zullende nogtans bet daarloe benodigde liouL, item ijzer en spijkers uit 'sLands voorraad (egens inkoops-prijs worden verstrekt. Art. 71n. Ter bewaring der gevangenen, welke aan de respective landgerichten komen, zullen mede diergelijke ge bouwen voor rekening der regenten worden geëxstrueerd; en zal de executie hiervan aan de respective prefecten zijn aan bevolen Art. 72. Ongeacht de oprichting der voorgeschreven ge vangen-haiseo zal het noglans de regenten, mitsgaders de opzichters der landschappen Bezoekie, Pannaroekan en Oeloe djamie zijn gepermitteerd om de kleine blokhuisen, welke zich I h;ms in de hoold-negorijen bevinden, te blijven aanhouden, doch zonder daarvan eenig verder gebruik te mogen maken als om de agterbaalde misdadigers eu suspecte persooneu «ogenblikkelijk Ie kunnen secureren en onder de uildrukkelijke mits, dat zodanige, gesecureerde pesonen niet langer dan een maal vier en twintig uren in arrest zullen mogen worden gehouden om na verloop van dezelve aan het landgericht te worden overgegeven, dan wel, onschuldig zijnde bevonden, met voorkennis van den president op vrije voeten te worden gesteld. Art. 75 Op de godsdienstige begrippen der Javanen zullen geenerhande inbreuken worden gemaakt, zullende ook het 1808. H. W. DAENDELS. 178 rechl van hunne opperpriesters tot het decideren van zekere geschillen over huwelijkszaken en suceessien in zijn geheel worden gelaten, mits daarvan geen misbruik makende en het recht van appel aan liet landgericht open blijvende. Art. 74. Daarentegen zullen de priesters in het algemeen eene meerdere zorg voor het onderwijs der jeugd hebben te dragen en zal hier omtrent het oppertoezicht aan de res pective prefecten en regenten zijn aanbevolen. Art. 7!>. De voormelde priesters, groot- en klein-jaxas, mitsgaders de bepaltijs en verdere bedienden en aanhorigen der regenten, gelijk mede de gemeene Javanen, welke in YLands dienst worden geéniploijeerd, zullen personeel van alle verdere diensten en in het bijzonder van den aanplant en de leverantie van kollij en kapas zijn geöxcuseerd. Art. 7G. Alle overige Javanen, onder ons gebied gezeten, zullen öf 10l de culture vnn kapas, aan hel gouvernement te leveren legens Sp" 5, zilver geld, de picol van 128 pond, öf lot de culture der koiïij, aan hel gouvernemenl te leveren tegens rd s 4, zilver geld, de pikol van 22;> pond, èf eindelijk tol de betaling van Sp' 3 voor elke jonk rijstvelden, die zij in gebruik hebben, worden aangehouden. Art. 77. Ongeacht de uitbreiding, welke door de voor schreven inrigtingen aan de culture der koflij en kapas zal worden gegeven, zal niettemin hel belang der rijst-culture niet uit het oog worden verloren en zullen de respective prefecten en regenten gelast en gehouden zijn daaromtrent het voordeel van den Lande, zowel als van den genieenen Javaan te behartigen. Art. 78. En, vermits door de voor eenige jaren op Java algemeen geheersclit hebbende ziekte onder de buffels en het rundvee op sommige plaatsen alsnog een schaarsheid van dezelve word ondervonden, zullen de respeclive regenten ver pligl zijn te zorgen, niet alleen, dat de gestelde orders tegens het slachten van wijfjes-buffels en koebeesten met alle nauw keurigheid worden nagekomen, maar ook, dat de aanteell en fokkerij van dezelve, zooveel doenlijk, worden bevorderd. 1808. H. W. DAENDELS. 179 Art. 79. Mei de jaarlijksche opnemen der negorijen, dessas, rijstvelden, enz., welke in ieder district plegen te geschieden, zal als voorheen worden gecontinueerd en door de prefecten of commandanten der plaatsen worden gezorgd, dal, telkens na liet planten der piidij ol' wel in de maand Mei, expresse gecommitteerden» daartoe werden benoemd; zullende van hel resultaat der gedune opneem rapport moeten worden gedaan aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. Art. 80. landelijk zullen de hoofdgelden en andere belas tingen, welke de ingezetenen aan hunne regenten en verdere hoofden plegen op te brengen, op den ouden voel mogen werden geheven en de gemelde regenten insgelijks blijven genieten de inkomsten, welke de in hunne districten gevonden wordende passers en tamhangers of overvaarten opleveren, mei uitzondering der passers in de nabijheid van Samarang en de forten te Oenarang, Salaliga en Boejoelalie, dewelke voortaan ten prol'ijte van den Lande zullen worden verpacht; oio nogtans, dat het de meermelde regenten ten ernstigsteu zal zijn geinterdiceerd de voorschreven hellingen en belastingen '»p eenigerlei wijze te verzwaren hoven hetgeen een al oud gehruik daaromtrent heeft medegebragt en door hen zelven l'i.j de tabellen hunner inkomsten aan hel gouvernement is opgegeven, wordende de respeetive prefecten mede gelast Werop een waakzaam oog te houden, mei comminatie van wegens alle excessen en misbruiken, daaromtrent gepleegd, mede verantwoordelijk te zullen wonftn gehouden. Art. 81. In compensatie nogtans van de voorschreven* voordeden, zoowel als van de afschalling van onderscheidene «everantien en andere verpligtingen, item het onderhoud va n onbezoldigde troupes, kruissersvaartuigen en wal dies "•eer is, zal door de respeclive regenten jaarlijks aan den Lande worden opgebragt ecne recognitie in gelde, geëven redigd aan de meerdere inkomsten, welke dezelven alsnu zullen genieten, en welke recognitic zal zijn geregeld in V(t als volgt: 1808. H. W. DAENDELS. 18 4° ook andere persoonen met een last van weegens zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. De inlanders zullen in hetzelve gebouw, van de Europeesen, en Amboneesen afgescheiden, verpleegd worden. Art. 15. Geene zieken of herstelden zullen de hospitalen mogen verlaaten dan op last van den doctor of chirurgijn majoor en voorzien van een pas. Art. 14. Tol behoud van de goede order in de hospitalen zal er een militaire wacht aan ieder derzelve gegeeveu worden. Art. 15. Voorts zal dagelijks een officier van hel guarni soen belast zijn met de visitatie van het hospitaal en ver neemen, of er ook eenige klagten zijn, en van deeze rappori doen aan den commandeerenden oiïicier van het guarnisoen, zonder over de verschillende klagten te decideeren. TWEEDE AFDEELING. Van den geneeskundigen dienst in de hospitalen. Art. 1. Ue algemeene, geneeskundige dienst in de hospitalen, zoo voor militairen, als andere personen, wordt uitgeoefend door alle officieren van gezondheid, zoowel der regimenten of corpsen, als die hij het hospitaal geplaatst zijn, welke daartoe door den chirurgijn of doctor en chef zullen worden geordon neerd. Art. 2. De genees- en heelkundige dienst in de hospitalen zal van eikanderen afgescheiden zijn, zoodat de eerste door een doctor en de tweede door een chirurgijn van de eerste classe zal worden waargenomen, die ieder bijzonder voor hunnen dienst verantwoordelijk zijn. Zij zullen lot hunne adsislentie hebben een chirurgijn van de "!'' en vier chirurgijns van de 5 1 ' classe; de chirurgijns van de 2* en ~>'' classe zullen na de vermeerdering der zieken of andere noodzakelijke omstandigheden door den chirurgijn nl doctor en chef hoven dit bepaalde getal kunnen vermeerderd worden. Art. ~». Zij hehooren Ie zorgen, dal de zieken volgens 1808. H. W. DAENDELS. 180 te Tagal: voor den regent te Brcbes. rd s sp. 1400 » l« n » » Tagal.. » » 4000 » » 2<"> » » » » » 1400 en » » » » Pama cassang • » 2000 of rd 9 sp. 8800 te Paccalongang: voor den regent te Wiera dessa rd' sp. 2000 voor den regent te Pacca longang » » 7200 voor den regent te Balang » » 2000 » » » 11200 te Samarang: voor den regent te Gandal, zoo in geld, als het contingent rijst rd s sp. 2800 voor den regent te Cali woengoe » » 1600 voor den regent te Samarang het bedragen der nu voor den Lande te verpachtene passers, hetgeen gesteld wordt op cir cuui circa » » 7000 het bedragen van de pacht der nu mede aan den Lande vervallene passers hij de forten van Oenarang, Salatigafcn Boe joelalie, hetgeen mede gesteld wordt op circuni circa » » 2000 voor den ingebeij te Goe moelak aan gelde » » 625 en bet bedragen der te ver pachtene passers, waarvoor ge steld wordt ■ » » 157!> voor den ingebeij te Torbaija Transporteeie. .. rd s sp. 15600 rd" sp. 20000 1808. H. W. DAENDELS. 181 Per transport. . . rd'sp. 15600 rd'sp. 20000 en Caliwoengoe. het bedragen der nok aldaar te verpachtene passers, dat gesteld wordt op. ■> » 1554 pii voor den regent te Damak in geld.. » » 6000 of » » 22954 te Japara: voor den l' n regent Ie Japara rd s sp. 2500 » 2 en » aldaar.. . » » 2000 » » » teCoedus » » 1500 » l en » » Pattij. » » 3000 en » » 2<"" » aldaar... » » 5000 » » • 12000 te Rembang: voor den regent te Joana. . . rd s sp. 2000 » » » » Rembang de drie aan den Lande getrok kene negorijen voor den hout kap, die voorheen aan den prefect aldaar verhuurt zijn geweest tot.. . • » 550 voor den regent te Lassum de aan den Lande vervallene negorijen voor den houtkap, die aldaar bevorens aan par ticulieren zijn verhuurd ge worden tot » «5100 en voor den regent te Touban de ook in dat district aan den Lande te vervallene negorijen ten zelvden einde, die voorheen verhuurd zijn geweest tot » » 1600 » » • 7050 en in den Oosthoek: voor den regent te Sidaijoe rd a sp. 5000 » »• » ■ Lamon- S an S _» » 2000 Transporteere rd ! sp.TÖOO - rd' sp. 61984 1808. H. W. DAENDELS. 182 Per transport. .. . rd B sp. 7000 rd'sp. 61984 voor den 1™ regent te Grissée » » 2000 r> » 2<"> » • » . » 1200 » » i«n » . Soura baija » » 5000 voor den T" regent te Sou rabaija » » 6000 (') voor den regent te Bangil.. » » 1000 » » » » Passou rouang » » 5000 voor den regent te Banger.. » » 2000 » » » » Poeger.. » » 500 » » » » Sumanap > » 7000 en » » » » Pamac cassang » ■ 2000 en waarbij voege hetgeen, waarmede de recognitie van Madura, uithoofde nu de indigo makerijen en leverantien van catoene garens ook aldaar af geschaft zijn, nog zal verhoogd worden op » » 1000 en hetgeen de pachter van de landschappen Bezoekie en Panaroekan, mede om dezelvde reden, zoowel als 't afschaffen van geven van geschenken, jaarlijks meerder aan pacht zal tourneren moeten.. » » 1200 of 58900 zoodat alle deze fournissementen en aan den Lande te vervallcne voordeden van verhuurde negorijen en geleverd wordende houtwerken te zanien bedragen zullen cir cum circa rd 8 sp. 100884 (') Sic, maar vermoedelijk fout. Zie by l tn regent van Soeraba{ja. 1808. H. W. DAENDELS. 183 Art 82. Alle de voorschreven bepalingen zullen echter eenclijk worden toegepast op de prefectuxes en de verdere districten en commandementen, op hel eiland Java gelegen, /.onder te worden uitgestrekt tot het eiland Madura, verder, als uitdrukkelijk hij de voorafgaande artikelen is bepaald. Reeds op 31 October 1808 verheugde Dacndels zich in oie allezius satisfacloirc wijze, waarop de nieuwe organisatie ■ van hel. voormalige gouvernemenl van .lava's Noord-Oost •kust is voltrokken en, niettegenstaande de menigvuldige «zwarigheden, welke zich daarin van den beginne opdeden, "aanzienlijke voordeelen voor 'sLands kas heeft afgeworpen" ('). Op 15 Augustus 1809 berigtle Daendels aan de Hooge Regering, dal de reorganisatie van Java's N. O. kust «ten «volle" was «geïntroduceerd". Zie ook 4 April, 10 en 17 Mei 1809. 3 September. Voorschrift nopens de leverantie van rijst door het regentschap Pati. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat, ofschoon het regentschap Pattij bij het intrekken van de residentie Joana is gebragl onder de préfecture van Japara, noglans de leverantie van het contingent rijst uit dat regent schap op den ouden voet te Joana kan geschieden, als daartoe beter als Japara gelegen zijnde en dus tot verligling van de regenten en van den iulauder strekkende; heeft besloten, dat de rijst uit hel regentschap Paltij als van ouds te Joana zal worden afgeleverd en de behering en verantwoording daarvan, na gedane leverantie in liet pakhuis, den prefect van Uenibang zal incuinberen. (') Considerans van het besluit van 51 Octolier 1808, bij welk besluit, ;<ls »ecn bewijs ran edelmoedigheid en toegeeflijkheid van gouveroements wege", aas den oud-gonvemeor, ». Engelhard, zekere belasting is kwijt gescholden. Dnndela zal deze •edelmoedigheid en toegeeflijkheid", aan zijn grootsten H'nen stander bewezen, later vermoedelijk betreurd hebben. 1808. H. W. DAENDELS. 184 Op 26 September 1808 is nader Iteslolen, »dat, buiteu de contingent-rijst, alle overige producten uit het district van Pattij, welke te vooren op Joana werden geleverd, indien dezelve niet genoegzaam naai' Japara kunnen worden over gebragt, als nog derwaards zullen worden afgegeven en ter verdere beheering aan den aldaar resideeronden prefect van Rembang worden overgegeven". 5 September. Aanwijzing van Djoeana als standplaats van den prefect van Rcmbana en Rembang als die van den commissaris der houtwerken. — Voorschrift nopens de leverantie van rijsl door hel regentschap Toeban. Zijne excellentie, in overweging genomen hebbende, dal de woning van den resident te Joana beter voor een vast ver blijf van den prefect van Rembang is geschikt als de bebui/ingc in de gedachte préfecture, uithoofde van de allenzins favorable situatie van Joana om de leveranlieu van rijst en andere producten, fournerende hel Rembangsche, buiten de houtwaren, bijna geene producten builen zestig koijangs rijst van ïoeban, welke door den regent in gelde zullen worden verrekend; overwegende wijders, dat Henibang als een der grootst e stapelplaatsen van de geleverd wordende houtwerken daaren tegen niet minder gunstig gelegen is voor eene permanente woonplaats van den commissaris der houtwerken en de kust door de genoemde verdeling ook beter als anderzins is bezet en kan worden gesurveilleerd: besluit, dat de prefect van Rembang zijne woonplaats kiezen zal te Joana en de commissaris der houtwerken zal occupeeren het huis te Rembang, den Lande in eigendom toebehorende; voorts, dat de regent van ïoeban zijne verpligte leverantie van rijst tol zestig koijangs 'sjaars met een overwicht van "20 koijangs zal voldoen in gelde tegen een rijksdaalder de picol van i 25 lï, op denzelfden voet, als daartoe bij het nieuwe plan van organisatie voor Java aan de overige regenten vrij heid is gelaten. 1808. H. W. DAENDELS. 185 3 September. Opheffing der betrekking run tweeden regent van Tagal. Du ontslagen titularis kreeg een pensioen van 1000 rijks daalders, zilver geld, 's jaars »len laste van hel regentschap, Minder de mits van in den Oosthoek door hem te moeten «worden verteerd". Wegens zijne verslaafdheid aan het spel werd hij gesteld ouder het toezicht van den gezaghebber van Tagal. Al de rechten en verplichtingen van den tweeden regent gingen op den eersten over. 4 September. Bepaling, dal de prefecten van Japara zekeren zaagmolen van elkaar moesten overnemen Is besloten vast Ie stellen, gelijk vastgesteld wordt bij dezen, dat de zaagmolen, staande op de préfecture van Japara en door den liians aankomenden prefect, kloprugge, overgenomen voor eene somma van rd* 15000, zilver geld, mitsgaders de slaven-verlrckken, kookzalen en andere bijgebouwen, behorende aan dun prefeel aldaar en door denzelven overgenomen voor eene somma van rd" 4000, door zijnen opvolger in der tijd, iiiils behoorlijk onderhouden zijnde, in overnaam zullen moeten worden geaccepteerd voor de gedachte somma van 19000 rd" te zauieu, onder decortatie van 10 percent, en zoo vervolgens «oor hunne respective successeurs in oflicio, totdat de geheele hoofdsom zal zijn geabsorbeerd, wanneer alle de voorschreven vasle gebouwen aan «l«sn Lande zullen zijn vervallen: blijvende a "f kusten van onderhoud voor rekening van den tljdelijken bezitter. September. Toepassing van hel bepaalde op 6 April L 764 napen* de procedure tegen amok-makers o/» den drossaard van (Ir Bataviasche ommelanden. ' s goedgevonden en verslaan den drossaard over de Bata viasche ommelaudeu te qualiOceereu om voortaan zoodanige 1808. H. W. DAENDELS. 186 vonnissen, welke naar den inhoud der wet van den (> en April 17(>4 de piano worden gewezen, pa ra lelijk te executeeren, /onder daarop alvorens Ie vragen de approbatie van den heer Gouverneur Generaal. 6 September. Verhooging van hel iractement der oppassers van den drossaard van de Baiaviasche ommelanden. Dewijl de levensmiddelen en andere onkosten in de Bata viasche ommelanden duurder zijn en hopger in geld loopen als in de regentschappen en de gemelde oppassers niet minder moeten vigileeren en mobiel zijn als die van den prefect der Jaccatrasche en Preanger bovenlanden en ook het belang van den Lande vordert, dal deze dienaren eene redelijke betaling erlangen ten einde hun tot de vervulling hunner plichten aan te moedigen, zoo is goedgevonden derzelver traclemcnten te verhoogen en te bepalen op gelijken voel met de maand gelden der oppassers van den preieel der Jaccatrasche en Preanger bovenlanden. Uit dit stuk blijkt ook, dat vroeger de oppassers van den gecommitteerde tot en over de zaken van den inlandcr door regenten en inlandsrhe kommandanten van de noodige paarden werden voorzien. 8 September. Regeling der uitbetaling van de Iracle inenten van zekere civiele ambtenaren Ie Samarang. Is besloten de civiele dienaren te Samarang, welke aan de penne worden geêraploijeerd «mi lot hiertoe hunne tractementen hebben getoucheerd 2 / 5 in papieren van credit, 2 /s »' koper geld en '/e m zilver mant, voortaan te laten uitbetalen, ge rekend van primo dezer, half in zilver geld en halfin papieren van credit, gelijk ten aanzien der tractementen van de ge emploijeerdens op het bureau der secretarie van den 27 on Julij jongstleden is bepaald. 1808. H. W. DAENDELS. 187 10 September. Benoeming van een beambtschrijver te Samarang, levens scriba van den prefect van Samarang en Demak en beivaarder van hel archief van het Javaasch gouvernement. 10 September. Ontbinding van het collegie van com missarissen en bui ten-regenten der hospitalen. Deze ontbinding was het gevolg van de in werking treding op 1 October 1808 van «het plan ter regeling van den «geneeskundigen en administraliven dienst der hospitalen". 10 September. Instelling van een Raad van justitie te Soerabaija. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de uitgebreidheid der ju risdictie van den Raad van justitie te Samarang en de incon venienten, welke daaruit, vooral ten aanzien van afgelegen plaatsen, worden geboren: overwegende, dat door de gedachte jurisdictie te splitzen en te Sourahaija een afzonderlijken Raad van justitie te etablisseren met een gebied van bijna dezelvde uitgestrekt heid, als dan nog aan den Raad van justitie te Samarang zal verblijven, en met dezelvde magt en autoriteit als die Raad bekleed, het voorschreven inconvenient op de gevoeg lijksle wijze zal worden verholpen: beeft besloten: 10 dat er zal zijn een Raad van justitie van Java's Oosthoek, zitting houdende te Sourahaija en wiens jurisdictie zich zal uilstrekken van het Zuid-Oostelijk punt van Java, tot Grisée ingesloten, en voorts over de eilanden Madura en de Baviaan; 2 dat door den voorschreven Raad van justitie van Java's Oosthoek in alle zaken, zoowel crimineele als civiele, binnen de gedachte limiten voorvallende, zal worden regt gedaan 1808. H. W. DAENDELS. 188 met gelijke mag) en autoriteit, als waarmede <le Raad van justitie te Samarang in den haren is of zal worden bekleed, en zulks mede in conformiteit van zodanige in structien, wetten of usantien, als bijden Raad van justitie te Samarang worden gevolgd en geobserveerd; 3° dat alle hooger beroep van den Raad van justitie van .lava's Oosthoek, evenals van den Raad van justitie van Samarang, directelijk zal vallen aan den hoogen Raad van justitie te Ratavia; 4° dat de Raad van justitie van Java's Oosthoek zal bestaan uit: een president, zes leden, een fiscaal en een secretaris, welke laatste, ingevalle de Raad door ziekte of afwezig beid van een of meerder leden zoodanig mogl zijn verzwakt, dat dezelve tot hel afdoen der zaken buiten staat geraakte, op voorstel van den president mede tot de zitting als lid zal kunnen worden toegelaten; 5" dat tol de voorschreven functien zullen worden benoemd, gelijk benoemd worden bij dezen: lot president: de Oosthoeks gezaghebber; lot leden: de chirurgijn-principal, van Zanen, de administrateur, de negotie-boekhouder, de scriba, de traclements-boekhouder, de gezworen translateur, Moor; tot fiscaal: de beambtschrijver te Samarang, van den Rroek: en tot secretaris: de klerk, Jan Doelij; zullende de fiscaal en secretaris aan vaste tractementen geuielen rd a 3000 en rd' 1200, respeclive in zilvere munt, 1808. H. W. DAENDELS 189 'sjaars, boven de boeten en breuken voor den eerstge inelden en de leges voor den laatstgenoemden; o" dat de Qscaal /.al worden gelast om zich ten spoedigsten ter aanvaarding van zijne bediening naar Sourabaija te begeven en den Haad van justitie aldaar om zich dadelijk bij zijne aankomst te constitueren en mei primo October hare werkzaamheden te beginnen, inmiddels dal dooi den president geformeerd en aan den Maarschalk en Gouverneur Generaal zal worden gezonden een voordragt van het getal bedienden, welke aan den fiscaal behoren te worden toegestaan, en den voet, waarop dezelve zullen worden gesalarieerd en gekleed, zoomede van de klerken, voor het secretaiij benoodigd. En zal van de creatie van den Raad van justitie van Java's Oosthoek bij placcaat aan de gemeente worden keunis gegeven. Zie ook 14 September 1808. 13 September. Last op collegiën, enz. brieven, in plaats van extract-besluiten, ami de Regering aan te bieden. Is goedgevonden en verslaan de respective collegiën, bene vens vendumeesteren alhier (e gelasten, bij het dienen van berichten en het doen van voorstellen, verzoeken, etc, deze regeering te adresseeren bij missive of adressen, in stede van "ij extracten uit hunne resolutien, zooals tot nog toe bij velen °"eigen in gebruik is. 13 September. Verpachting van den invoer en hel recht tol verkoop van opium in de af deelingen Batavia en Bantam. Is goedgevonden en verstaan den iuvoer van het deltiel van ,u >iphioeii te Batavia eu dies ban en ommelanden, item bet ri jfc van Bantam, op den 1" October aanstaande publiek bij " e n opslag te verpachten en die pacht te doen ingaan met primo Januarij 1809. Zie ook ïtj September 1808. 1808 H W. DAENDELS. 19 hunne hoofdverdeelingen. zooveel mogelijk, worden gescheiden en zulks bijzouder ten aanzien van besmettelijke, koortsige, van de aan den loop laborerende, venerische, scabieuse, enz.; ook behoort er een afzonderlijke zaal te zijn voor de conva lescenten. Art. 4. In bijzonder belangrijke gevallen is de chirurgiju majur of doctor vau een hospitaal verplicht over den slaat van zoodaoigen zieke met den chirurgijn of doctor en chef (indien deze tegenwoordig is) en chirurgijn of doctor princi paal van het arrondissement onderling te raadplegen. Art. 5. De genees- en heelkundige diensten worden op ge zette tijden des morgens en 's avonds verricht en wel des morgens mn zes en des avonds om vijf uuren; en op deze uuren zullen alle de officieren van gezondheid builen wettige verhindering zonder onderscheid moeten aanwezig zijn. Art. C. Tot het gereedmaken der recepten zullen in de hospitalen zijn twee apothekers, een van de l e en een van de T classe, benevens de noodige oppassers of slaven tot adsislenlie. Welke verplicht zullen zijn tevens alle voorschriften, builen het hospitaal voorgeschreven door militaire artsen ingevolge art. S van de eerste afdeeling van het 2 1 ' hoofdstuk, gereed te maken. Art. 7. De medicijnen en middelen tot uitoefening van den dienst worden, zooals in het eerste hoofdstuk, derde afdeeliug gemeld is, op requisilie-lijslen, door den apotheker opgemaakt en ouderleekend, uit het magazijn van geneesmiddelen verkregen; het overige als azijn, zout, olie, wijn, arak of brandewijn en diergelijke meer, worden op bons van den hospitaal meester ontvangen; dot; hel is len strengste op poene van cassatie verboden van alle deze artikelen eeuig gebruik dan l en behoeve der zieken.te ïnaaken. Art. 8. Dagelijks worden behoorlijk alle recepten op de 'ijslen ingevuld, terwijl in het algemeen alles, wal len op sigteu van het houden der lijsten, het opmaken vau bisloriae 'Uorliiiruni, enz. en wat verder op den geneeskundigen diensl 1808. H. W. DAENDELS. 190 15 September. Bepaling, dal het collegie van Schepenen uil eigen fondsen zijne onkosten moest bestrijden. Is goedgevonden en verslaan het oollegie van Schepenen dezer slede te gelasten alle tractenienten, welke zedert primo Januarij jongstleden uit 's Lands kas ten behoeve van dal collegie zijn uitbetaald, van den president af tot de geringste geëni pi oij eerden toe, weder aan voormelde kas Ie restitueeren eu voortaan hare geêmploijeerdens zelve Ie betalen, mei over tating echter aan hetzelve om, bijaldien haar fondsen daartoe niet toereikende zijn, eene belasting voor te dragen, waaruil de betaling kan worden gevonden. 14 September. Verhooging vaiuhei kostgeld voor Euro •oeesche en Ambonsche militairen ie Batavia nut rijks daalders 1: 2 i tot rijksdaalders 4: — per hoofd. Deze regeling /oude slechts zóó lang gelden, als de bewuste militairen mei koper geld werden betaald- Te Samarang en te Soerabaija kregen de gelijkstaande mi litairen, zoowel hun Lraclement, ;ds lam koslgeld. voor de lielll in zilveren munt uitbetaald. 14 September. Oprichting /<; Soerabaija van een Haad van justitie, voor Java's Oosthoek. I il ervarenisse van de inconvenienteri, welke door de uit gebreidheid der jurisdictie van den Raad van justitie Ie Sa marang, vooral ten aanzien van algelegene plaatsen, worden geboren, in overweging genomen hebbende, dat hel splitsen van de gedachte jurisdictie en hel etablisseren van een af zonderlijken Haad van juslilie te Sourabaija met een gebied van bijna dezelfde uitgestrektheid, ais dan nog aan den Raad van justitie Ie Samarang zal verblijven, en met dezelfde inagl en autoriteit als die Raad hekleed, voor het gevoegelijkste middel te houden is om de voorschreven incenVeniëhten Ie verhelpen, dienvolgeude hebben wij goedgevonden vast te stellen 1808. H. W. DAENDELS. 191 en te decreleeren, gelijk wij vaststellen en decreteeren bij dezen: Ten eersten: dal er zal zijn enz. (aie bij 14 September 4808, sub 1' Ijm 4°). Ten vijlden: dat de voorschreven Raad van justitie van Java's Oosthoek zich onverwijld constitueren en bare werkzaam heden met primo Oclober aanslaande zal aanvangen. Ontbieden en bevelen den president en leden van den hoogen Raad van juslilie van Hollandsch-lndiéii, dien van den geregle van de stad Batavia, den Raad van juslilie te Samaraiig en wijders alle hooge en lage ambtenaren, hooge en mindere officieren en speciaal alle op- en ingezetenen van Java's Oosthoek den voormelden, nieuw gecreèerden Raad van justitie te erkennen en Ie respecleeren, naardien wij zulks 10l be vordering van Zijner Majesteits dienst en 10l welzijn van deze kolonie alzoo bevonden hebben te hebooren. Kn, opdat niemand hiervan onwelenheid zoude kunnen voor wenden, zal deze, zoo Ie Batavia, als in Java's Oosthoek en op de verdere prel'ectures van Java. alomme gepubliceerd en in de llollandsche, Chinesche en de gewone inlandsche talen worden gealligeerd, ler plaatse gebruikelijk. lü September. Regeling der daggelden van officieren bij buitengewone commissiën. , Deze bedroegen in zilver geld: voor een kolonel rd 8 8 • » majoor of luitenant-kolonel » 6 » » kapitein » 4 » » eersten luitenant » 5 » » luitenant » 2 » » kadet ol' opziener » 1 Zie ook 17 Lentemaand 1810. li> September. Verplichting van den invoer en verkoop van opium Ie Batavia, enz. voor hel jaar 1809. Van wegen de hooge regeering dezer Lande wordt elk en 1808. H. VA DAENDELS. 192 een iegelijk hij dezen geadverteerd, dat zij van meening is op Ziiturdag, den 1'" October aanstaande, Itinnen hel. generale gouvernement, 's morgens ten agt uuren, door den heere ridder en directeur-generaal van 'sKonings linanlien en domainen in Azia, Wouter Hendrik van IJsseldijk, geassisteerd dooi de administrateurs-generaal en ten bijwezen van den water tiseaal, den ontvanger-generaal, den sahaiidhaar en licentujeester en den kassier van de generale ontvangst, bij den opslag publiek te laten opveilen en aan den hoogst biedende voor Jen tijd van een jaar, ingaande met primo Januari) 1809 en eindigende met ultimo December deszelven jaars, te ver pachten den invoer en verkoop van amfioen te Batavia, dies ressort en in het liantamsche rijk, en zulks op de navolgende conditien en voorwaarden, als: Arl. 1. Dat de voorschreven pacht zich zal bepalen lot den invoer en verkoop van amfloen in de districten van Batavia, dies ressort en ommelanden tot aan de regentschappen, item het rijk van Bantam in deszelfs gaulsche uitgestrektheid, doch dat de regentschappen, behorende tot de Bataviasche en Preanger bovenlanden, daaronder niet zijn begrepen. Art. 2. Dat met deze pacht tegelijk zal worden verpacht de madat-kitlen, ouder dezelvde voorwaarden en restrictien, als bij het houden der laatste generale verpachting der do mainen daaromtrent zijn vastgesteld. Art. 5. Dat de pachter gehouden zal wezen telkens een maand vooruit te betalen, inzelver voegen en op dezelvde poenaliteiteu, als op de overtreeding dezer bepaling bij arl. 3 van de generale pacht-condilien is bepaald. Art. 4. Dat de verpachting zal gedaan worden tegen be taling in papieren geld, zullende de pachter bovendien verplicht zijn van de pachtschal te betalen een percent ten behoeve van bet gestigt der pennisten en een hall' percent voor de generale directie e. s. Art. !>. Dat de pachter zal gehouden en verplicht zijn, dadelijk, nadat deze pacht bij hem is aangeslagen, vier sufficiente borgen te stellen ten genoegen van den heere di 1808. H. W. DAENDELS. 193 leur-generaal, de administmteurs-generaal en den ontvanger generaal, en «lat de gemelde borgen zich zullen moeien verbinden op dezelvile wijze en onder dezelvde verplichtingen en voor waarden, als bij art. 5 der algemeene pachl-conditieu is voorgeschreven en bepaald. Art. 6. Dat, bij aldien de pachter in gebreke blijft invoege voormeld behoorlijke borgen Ie stellen of de pachlpenningen <>p ile bepaalde termijnen op Ie brengen, zal de voorschreven paehl wederom opgeveild en andermaal aan den meestbiedende verpacht worden ten laste van den eersten pachter, voor zooverre dezelve minder zonde mogen gelden, zonder dal hij echter, indien de gemelde pacht hooger mogt komen te loopeu, daarvan iets zal kunnen of vermogen te vorderen of Ie pre tenderen. Art. 7. Dat tegens den pachter en zijne borgen, bij aldien dezelve in gebreke blijven aan hunne verplichtingen te voldoen, zal worden voortgeprocedeerl bij parate excculie, lerwijl den Lande len allen tijden, in cas van insolventie van den pachter en zijne borgen, preferent zal wezen boven alle andere cre diteuren omtrend bare pretensieo len hunnen lasle. Arl. 8. Dal, bij aldien de pachter slaande de pachl-üjd Qiogt komen Ie overlijden of op eene andere wijze absent le geraken, in zoo een geval de executeuren van den over ledene of absent geraakten pachter, dan wel desztlfs gevol- Dtegtigdeng ol naaste erfgenamen verplicht zullen wezen de a augeslageu pacht Ie moeien aanhouden en legen dezelvde conditien, waarop de opveiling was geschied, te administreeren, l °t dat de gemelde pachl-tijd zal geëxpireerd zijn of anders daarover zal wezen gedisponeerd. krt 9. Dat de pachter de vrijheid zal hebben om de amfioen, die hij tot het debiel nodig heeft, met kleine vaar luigen ie laten afhalen, van waar hij dezelve zal kunnen magtig worden, doch waartoe hel hem echter niel vergund ls contante munl-specie van hier uil Ie voeren; onder bepaling Wl jders, dat de amfioen, die hij voor primo Januarij aanstaande "I' die wijze verkrijgd, in 'sLands pakhuizen zal worden 1808. H. W. DAENDELS. 194 bewaard 10l op den eersten Januarij voormeld, wanneer hij dezelve zal kunnen en moeten afhalen. Art. 10. Dat de pachter verplicht zal zijn uit 'sLands voorraad over te neemen twintig kislen amlioen. de kist tegen 1700 Spaansche matten en zooveel daarboven, als hij art. 4 hierroren is bepaald, te betalen in zilver geld dan wel in papieren van crediet niet de agio, zooals die onder de ge meente is |«n dage der betaling. Art. 11. Dat de voldoening van de opgemelde twintig kisten zal moeien geschieden, de helft drie maanden na de on I vangst en de andere helft over zes maanden of onder ultimo Maart 1809, alles onder borgtocht, zoals bij art. 5 is gefcx presseerd. Art. 12. Dat geduurcnde het termijn dezer pacht geene publieke verknopingen van amfioen zullen worden gehouden, doch hel gouvernement daartegen aan zich voorbehoud om al de amfioen aan te slaan, die huilen de bemoeijenis van den pachter zal worden aangehragl, en welke amfioen alleen op Java. Cherihon en in de regentschappen van Batavia Landswege zal werden omgezet. Art. 15. Dat den paehter voorts de vrijheid Wordt gelaten de amfioen, die door Hoegïueezeu en andere inlanders ol'Chi necsen van den overwal wordl aangehragl, aan Ie slaan, mits daarvan alvorens kennis gevende aan het gouvernement, hetwelk als dan na billijkheid zal heoordcelen, in hoeverre het zelve vermeend die amfioen aan den paehter te kunnen overlaten. Art. 14. Dal, indien de voorraad van amfioen in's Lande pakhuizen zulks gedoogd en de pachter door toevallige om standigheden geene genoegzame hoeveelheid van dal heulsap voor zijn debiet kan verkrijgen, hem de vrijheid is gegeven zich hij het gouverneinenl te adresseeren, wanneer hem de benodigde kisten zullen worden afgestaan voor denzelvden prijs, als waarvoor die door de ministers en prefecten op Java worden verdebiteerd. Art. 15. Dat om een ieder den tijd te geven zich des (e heler over deze speculatie te kunnen heiaden, de verpachting 1808. H. W. DAENDELS. 195 zal geschieden hij den opslag, zullende de prijs door den heere directeur-generaal worden ingesteld en de mededingers naar deze pacht met geen mindere somma mogen bieden'dan met 100 rd\ Art. 16. Dat, eindelijk de pachter het regl zal hebben om alle amfloen, die door anderen als door hem met kleine vaartuigen wordt ingevoerd of verkogt en waarvan geen kennis aan den saluindhaar en licentmeester zal zijn gegeven, te mogen aanhalen, mits daarvan dadelijk kennis gevende aan den water-fiscaal: en zal aan den pachter voor zodanige calange de volle, daarop gestelde boete worden toegeweezen, na altrek nogthans van tien percent voor den officier van justitie, welke tot de confiscatie procedeerd; zullende dé offi cieren van justitie verplicht zijn in deze, niet alleen aan den pachter alle assistentie Ie bewijzen, maar ook, ongeacht deze ; 'lsland van den auilioen-handel, inzelvervoegen tegen den clan deslinen invoer van amliocn te waken, als bij de wel ten is bepaald; onder bepaling verder, dal alle amfioon, die door olie van wegen den pachter buiten zijn district verkogt óf ver roerd zoude mogen worden, geconfisqueerd zal worden onder zodanige poenali teilen, als de wetten op den sluikhandel in anifioen dicteeren. Zullende voorts de gedachte conditien gedrukt en te lezen z 'j" in het slads-heeren-logement, bij de administrateurs generaal, den sabandhaar en licenlmeester en bij den ka pi tain en luitenants der Chincesche natie. Met last wijders aan de respeclive officieren van justitie, den sabandhaar en licentmeesler en die zulks verder aangaat, toe te zien en Ie waken, dal aan den inhoud dezes stiptelijk n zonder eenige afwijking wérde voldaan. kn. opdat een ieder hiervan kennis erlange, zal deze worden B e P«bliceerd en, behalven in de Böllandêche, ook in de Chi leesch(! taal worden gealligeerd ter plaatse gehruikelijk. Ueze pacht werd ditmaal gegund voor 26.(100 rijksdaalders l' (1 maand. 1808. H. W. DAENDELS 196 16 September. Afschaffing van den verkoop a contant van goederen uil 's Lands pakhuizen. Is besloten, in navolging van hetgeen door zijne excellentie te Batavia liij de afschaffing van den kleinen winkel is inge voerd, te bepalen, gelijk geschied bij dezen: 1° dat van nu voortaan alle contante verkoop van goederen, inzonderheid onk van specerijen, kofFij en peper, uit 'sLands pakhuizen, zoo te Samarang, Sourabaija, als elders, zal cesseren, met last aan den pakhuismeester alhier [Samarang] en den administrateur van Java's Oosthoek 0111 in den aanstaande aan niemand, wie hij zij of onder welk pretext dit zoude mogen wezen, daarvan eeuige afgave te doen, als op behoorlijke ordonnanüen; 2° dat daarentegen, evenals zulks te Batavia aan den nego tiant, Matthijs Meijer is gedefereerd, de oud-major alhier [Samarang], Heijneman Beer, zal zijn gebeneuYeerd niet den verkoop van koflij, peper en specerijen in kleine quantiteiten aan de gemeente, voor zoover Samarang, de beide hoven, Tagal, Paccalongang, .lapara en llembang betreft, terwijl met dien verkoop mede, voor zoover bet ressort van den Oosthoek aangaat, zoodanig persoon zal worden begunstigd, als zich daartoe zal willen engageren en door den Oosthoeks ge zaghebber, Bolhenhuhler, zal worden voorgedragen: 3° dat aan de gemelde personen ten dien einde maandelijks uit 's Lands voorraad, op daartoe te verleenen ordonnantien, zal worden afgestaan, als: voor Samarang: 15 ffi foelij, 't SÈ a rd" ü: 32 25 » noten-muskaat, 't ffi a » 2: 32 40 » nagelen »»» » t: i 48 pikols koffij-boonen, 't pikol » 15 :30 40 » peper « » » 13: 1 en voor den Oosthoek: 8 ÏÈ foelij, 't ffi rd' 0: 52 10 » noten-muskaat, 'I lif '» 2: 32 1808. H. W. DAENDELS 197 20 ft nagelen 't ÏC rd s 1 : 2 28 pikols koflij-boon en, 't pikol. » 15 :30 30 • peper » » » 13: 1 te betalen in zilver geld, drie maanden na de allevering, zullende zijlieden echter niet verpligt zijn opnieuw van die artikelen in te slaan, voor en al eer de bevorens ont vangene zijn verdebiteerd; 4" dat de opgemelde, met den verkoop gebeneficeerde personen verpligt zullen zijn deze artikelen aan de gemeente te verkoopen voor directe betaling in zilver geld tegen de volgende prijzen, als: de t'oelij, het ft' tegen rd" 8: — > nolennmscaat, 't ft* tegen » 5: — » nagelen » » » » 1: 12 » koflij, het pikol » » 17 : 8 • peper >• » » » 14:8 'l welk een advance geelt van 20 percent op de specerijen en van 10 percent op de koffij en peper, ten voordeele van den verkooper; ' dat de verkoopers zullen gehouden zijn de versche spece rijen aan de gemeente af te leveren bij het pond en de kollij en peper bij quart, agtsle of'mindere gedeeltens van eeu pikol, na gelang der aanvrage, en daarvoor niet meerder zullen mogen eischen als de hierboven gefixeerde prijzen, op verbeurte telken reize eener boete van twee honderd rijksdaalders, zilver geld, de helft voor den aanbrenger en de helft voor den fiscaal, die de calange zal doen. Zie ook 22 October 1808. -*J September. Regeling van het opvat-loon voor militaire deserteurs. Naardien volgens het door den heere luitenant-gouverneur- Beneraa) in ftade van Indien gecommuniceerde is bepaald, - aan opvalloon voor militaire deserteurs, welke door bet ttpongsrolk of andere personen zullen worden aangehouden, 1808. H. W. DAENDELS. 198 lien rijksdaalders, zilver, en voor den oppasser, welke met de bewaring en overbrenging van den deserteur is belast, rijks daalders vijf, koper geld, uit 's Lands kas zal worden voldaan, zoo wordt hiervan aan een ieder, die zulks aangaat, kennis gegeven, zullende de inhoud dezes voorts ook in de inlandsche en Chinecsche talen worden gealligeerd ter gewone plaatse. Üiü September. Reglement op de behandeling vam opium, ten behoeve >'<nt den Lande gekocht. Art. 1. De amfïoen-directie volgens besluit der hooge re geering van den 1 e " April jongstleden geheel gedissolveerd zijnde, is dienvolgende noodig geworden daaromtrent de vol gende bepalingen te maken. Art. 2. De administrateur van het. klceden-pakliuis zal tevens administrateur van hel. amfioen-pakhuis zijn. onderde benaming van administrateur van hel amlioen- en kleeden pakhuis, op een vast Iraclemenl van ;>()() papieren geld 's maands, niet intrekking van alle verdere voordeden, behalven de geringheid, onder arlicul 15 genoteerd. Art. 3. Alle amlioen, die ingevoerd wordl. zal direct na de order aan den wal gcbragl, in liet kleeden-pakbuis opge slagen en van dies ontvangst kennisse gegeven worden aan den directeur-generaal, zullende de examinatie daarvan ge schieden ten bijwezen van den administrateur van het amliocn-pakhuis. van den eigenaar o£ aanbrenger van dezelve en den sahandhaar en wijders ten overslaan van de admini slraleiirs-generaal, uil welkers naam door den administrateur de voornoemde personen 10l hel doen van die examinatic geappointeerd zullen worden. Art. 4. Uit ieder parlllij aangebragl wordende, hetzij Bengaalsche of Levanlsche, amlioen zullen eenige kisten ge opend, geëxamineerd en van dies bevinding door den voormelden administrateur een duidelijk rapport in geschrifte aan den directeur-generaal van 's Konings linanlien en domeinen ge diend moeien worden, geleekend door, alle de voornoemde 1808. H. W. DAENDELS. 199 personen, met overlegging van de monsters ainlioen lot spe nilalie der booge regeering, welke monsters na genomene inspectie teruggegeven zullen worden in het pakhuis. Arl. :>. Wanneer de amlioen geaccepteerd en door den Lande iagekogt is, zal dezelve terstond in kal amlioen-pakhuis overgebragl en na de ordre behandeld worden, dat. is om de Bengaalsrhe, wanneer in gewigl. en deugd na de nionsler kislen geaccepteerd wordt, de kisten direct niet kruislianden te omwinden, te verzegelen, te branden, te nomineren en na hunne qualileil. mei 1/ A, B of C, etc. te merken: en zal in een afzonderlijk pakhuishoek aanleekening gehouden worden van de (|iianlileit, de qualileil, nat nette gewiirL door elkander, wanneer en mei wien aangebragt en hel jaargetal, uil welke inzaam de partlrtj is, len einde de keopars daarvan te kunnen infortneeren; doch, indien de amlioen niet ap die wijze ge accepteerd WOldt en dal ieder kisl apparf geopend, geëxami neerd en gewogen moei. worden, zal van dies qiialiteit en gewjgl ook afzonderlijk aanleekcning gehouden en ieder kist ook gemerkt eu daarin een apparl al'pakbriel'je gedaan moeten Worden. Art. 6. Omtrent de Levantsclie amlioen zal gehandeld wonlen overeenkomstig het hesluil der hooge regeering van den 20?" Maart t 80.7 en zal na hel weegen, inpakken, ver zegelen, hrauden en merken, zoowel van deze. alaookvan.de Bengaalsche amlioen, de verzegeling geschieden mei 's Lands cachet van de administrateurs-generaal en de branding mei e en a/zonderlijk daartoe ie bepaalen merk: ook zal van de ' j evaiilsche amlioen in zelveirvoege als van de Bengaalsche a &nteekening moeten gehouden worden. Arl. 7. Zoodra de inpakking, zegeling en branding, etc Rescliied is, zal hel pakhuis ten eersten gesloten en een der s 'cutels daarvan bij den administrateur-generaal en de andere '"j den eersten administrateur in bewaring genomen worden: 0o * zal de opening niet mogen geschieden dan len hij wezen va " een der administrateurs-generaal.; wordende wijders den genieldeu administrateur hel verder voorkomende bij 1808. H. W. DAENDELS. 2 mogelijk, gelijken voet, als mede de wijze der inrigting in de laatstgemelde, zo ten aanzien van den geneeskundigen dienst, als huishoudelijke directie of administrativen dienst derzelve, voor zo veel de plaatselijke omstandigheid en het locaal, daartoe geschikt, zulks zal komen toe te laten, te regelen na de in Europa en wel voornamelijk liiiuien het Koningrijk Holland plaats hebbende gebruiken en dien volgens te approheren en te arresteren de dientwege in concept gehragte reglementen en instructièn, niet de daartoe gehorende lijsten en verdere hescheiden voor dezelve; voorts alle deze reglementen, lijsten en instructièn ter hoofdplaats Batavia te doen drukken, ten einde de nodige exemplaren daarvan ler distributie, daar en waar zulks behoord, aan den chirurgijn en chef te doen afgeven, mitsgaders circulair na de res pective gouvernementen en buiten-kantoren verzonden Ie worden; i" de Europeezen en inlanders in de hospitalen van eikan deren te separeren, doch onder één opzicht en directie te stellen; 5° om het geneeskundig vak geheel van den administrativen dienst der hospitalen af te scheiden en te reguleren, zo als bij de reglementen is bepaald; 4° de medicinale winkel en laboratorium te Batavia van eikanderen te separeren en van binnen het kasteel naar* Weltevreden te verplaatsen in liet daartoe te boudene locaal en voorts den administrativen dienst daarover zo danig te doen plaats hebben, als bij de gearresteerde reglementen bepaald is; 5 U de apotheeken op de respecfive buiten établissementen mede af te scheiden, zo wel van den geneeskundigen dienst, als de huishoudelijke administratie, en daarover afzonderlijke administrateurs of apotheekei's aan te stellen, overeenkomstig den inhoud der hiervoren gearresteerde reglementen; ü" buiten alle 'sLands dienaaren, in de respective hospitalen 1808. H. W. OAENDELS. 20 betrekking heeft, nauwkeurig door de officieren van gezond heid der hospitalen, ieder in zijne betrekking, zal in acht moeten genomen worden, zoo als in het eerste hoofdstuk, derde afdeeling is voorgeschreven. Art. 9. In de hospitalen zal de chirurgijn-major eu doctor, ieder in zijn departement, zorgen, dat het dieet, hetgeen hij oordeeldt noodzakelijk te zijn, bij de visite behoorlijk wordt opgeteekend, ten einde op lijsten, door hun onder leekend, dadelijk na de visite aan den hospitaalmeester te doen bezorgen, welke in het doen gereed maken iler spijzen verpligt is zich hier na te gedragen. De portien in het voorschrijven van bel diëel zullen met overleg van den chirurgijn of doctor en dief, benevens den doctor of chirurgijn principaal, dom 1 den doclor en chirurgijn major in de hospitalen worden vastgesteld. Art. 10. Bij afwisseling en naai 1 ver,eisch der omstandig heden zal een olficier van gezondheid der tweede of derde classe de hospitaal-wacht zijn aanbevolen, gedurende welken tijd zij hun verblijf in hel hospilaal zullen moeten houden in een daartoe geapproprieerde wachtkamer, in welke de verbanden, enz. door de chirurgijns der derde classe zullen worden gereed gemaakt. Art. 11. De vvachlbebbende chirurgijn zal zorgen, dat de inkomende zieken of gekwetsen, waarvan hun dadelijk moei worden keunis gegeven, bij hel inkomen terstond, volgens de daarvoor gemaakle verdeeling, geplaalsl en van bet nodige voorzien worden ; zij verrigten al den genees- en heelkundigen dienst, welke (uitgezonderd ingevallen \an aanbelang' lusschen den lijd der visites bij de lijders mogt nodig zijn. Ook zullen zij allijd bij bel toedienen der spijzen in de zalen tegenwoordig zijn en van alles rapport maken aan deu doctor of chirurgijn-major, die zelfs van lijd tot tijd bij hel toedienen der spijzen behooren tegenwoordig te zijn, ten einde toe te zien, of alles goed en overeenkomstig de intentie gereed gemaakt zij. Arl. 12. l)e apothekers zullen allijd een van beide in de 1808. H. W. DAENDELS. 200 genoemd besluit, raakende bel pakhuis zelven, de stipte ob servantie aanbevolen, ten welken einde hij gehouden zal zijn, telkens om de drie of vier dagen, het pakhuis te openen, te laten schoonvegen, alles examineeren en wederom sluiten; zullende hij tol dat werk de gewone coelijs uit het kierden pakhuis emploijeeren en bij inpakking van amfioen de coelijs daartoe huren. Art. 8. Indien erin den tijd wederom verkoopingen van ara fioen bij den Lande mogten plaats hebben, zullen die geschieden bij den afslag en gehouden worden door den directeur-generaal van 'sKonings linantien en domeinen, geadsisteerd door de administrateurs-generaal en ten bijwezen van den administra teur van het kleeden-pakhuis, op dezelfde plaats, als tot noch toe is in gebruik geweest; en eal daarbij als afslager fun geeren de afslager van vendumeesteren, zonder daarvoor meer salaris te genieten, als helgeene bij in de opgemelde betrek king van afslager van bet vendu comptoir ontvangt. Art. 9. Direct na den verkoop zal bel rendement opge maakt en ter tafel der hooge regeeriug overgebragt worden ; en wijders door den administrateur van de amfioen-directie een appart grootboek geformeerd en gehouden worden, waarin, oogenblikkelijk na het afloopen van de vendutie, de koopers gedebiteerd moeten worden, met bekends!elling van de con ditien en den tijd van het aan bun verleend credit, zullende daarvan tevens contra-boek bij den eersten administrateur generaal worden gehouden. Art. 10. De incastelling zal geschieden op de gewone wijze en evenzoo, als omtrent de producten gehandeld wordt. zullende de cas-ordonnantie ten comptoire van den eersten administeur-generaal opgemaakt en de amfioen op vertooning van de gequiteerde cas ordonnantie afgegeven en voor de ont vangst in een appart boek behoorlijk geteekend worden; ook zal buitendien nog op de gemelde cas-ordonnantie moeten worden genoteerd, dat en wanneer de afgave geëffectueerd is ; en om de administrateurs-generaal in staal Ie slellen de cas ordonnantie na behooren te kunnen opmaken, zoo zal vooraf 1808. H. W. DAENDELS. 201 een geteekend briefje van den administrateur van hel amfioen pakhuis gevraagd moeten worden, waarop bekend zal moeten staan : a. de naam van den kooper, li. de soort amfioen, c. de nommers en het merk van de kist; en wijders de som van dies kostende met de daarop gevallene ongelden, ten einde geene confusie te veroorzaken. Ail. 11. Üe verkooping van amfioen zal bij billetlen veertien dagen bevorens bekend gemaakt en drie dagen voor den dag der verkooping bij bekkenslag nader geadverteerd worden. Art. 12. Ook zullen de conditien van den verkoop telkens bij de publicatie bekend gemaakt en bij de te houdene ver kooping nog nader geannonceerd worden, zullende de koopers eens vooral verpligl zijn. boven den koopschat, volgens het tegenwoordig gebruik, te betalen 1 percent voor het gesligt der pennisten en '/•> percent voor de generale directie c. s. Art. 13. Na de verkooping zullen de koopers, des be geerende, van den administrateur van het amfioen-pakhuis kunnen erlangen extraxt van de gekogte parthij amfioen, geschreeven op een zegel van 1 1 stuivers, tot welke afgave hij is gequalificeerd onder het genot van een en een halven rijksdaalder, papieren geld, te belalen bij de koopers. Art. 14. Alle weken zal de administrateur van het amfioen pakhuis aan den directeur-generaal in geschrifte opgave doen van den staal van het pakhuis, met bekendstelling, wat af gehaald en nog restant is, en alle maanden daarvan suppedi leeren een generaal rapport, dat gepresenteerd zal moeten wonlen aan zijne excellentie den heer Gouverneur Generaal, den heer luitenant-gouverneur-generaal en aan den directeur generaal: en na de expiratie van hel verleend credit zal hij accurate opgave hebhen Ie doen van de koopers, die hunne amfioen nog niet afgehaald hebben, ten einde daarover kan Worden gedisponeerd. Art. 15. Indien de koopers hunne gekogte amfioen niet 1308. H. W. DAENOELS. 202 binnen den lijd vau vier maanden afhalen, zal hel gouvenie nienl zirh voorhehouden om de onal'gehaalde anilioen te eigenen voor den prijs, waar die voor verkogl. is, dan wel dezelve len pericule van de koopers nader Ie lalen venduceeren. Art. !(). Blijvende wijders de voor de over de amfioen adminislratie de directie hebbende personen gestelde orders omtrent bet drijven van handel in amtioen in haar volle kragt, als bevorens heeft plaats gehad. Als een gevolg van de vaststelling van dit, reglement be paalde de Regering: aan den administrateur van hel klceden- en anilioen-pakhuis toe Ie Leggeg rd" !>o<). papieren geld. ter maand, met afschaf fing van alle verdere voordeelen, tenzij er in der lijd wederom verkoopingeu van amfioeu (poglen plaats hebben, wanneer hij voor ieder extraxt van gekochte, amlioen, helwelk door den kooper begeerd wordt, zal genieten 1 '/, rd s , papieren geld, het zegel van 12 stuivers daaronder begrepen: de post van cassier van de geannuleerde amiioen-dinciie in te trekken; den scriba van voornoemde directie als zoodanig Ie lalen conlinueeren 10l ultimo December aanslaande, met last aan denzelve inmiddens de boeken te sluiten en onder voorschreven datum alles, wal. van de gewezen amphioen-directie nog onder zijne berusting inogle zijn, aan de administrateurs-generaal over te geven, en wijders de gelden, die geprollueerd zijn uit bel '/,„. hetwelk.volgens hel .">()' artikel van de instructie vnn de anipbioen-direclic is blijven staan, ten voordeele van den Lande Ie laten innemen en de Ui) 1 /, fa te min bevonden en bij besluit van den ÖO" 1 Augustus jongstleden aan de des incuinbeerende ler vergoeding opgelegde amphioeii daarop Ie lalen afschrijven. L H) S'plember. Staking run verstrekkitigeti m verkoop van n'jsl run Regeringswege. Is goedgevonden en verslaan ; 1808. H. W. DAENDELS. 203 Eerslelijk : in lo trekken alle verstrekkingen van rijst, die bevorens voor zekere vastgestelde prijzen aan de suikermole naaren. de rijslmarkl, hel arm- en weeshuis, den regent van liet Chinees-hospitaal en den cipier van de burgerboeijen zijn gedaan. Ten tweeden : van nu af aan te doen cesseeren den ver koop van rijst aan particulieren uit het graaii-niagzijn en de daartoe benoemde commissie in te trekken. Ten derden: het collegie van Schepenen te gelasten om, uithoofde der ingetrokken verkoop van rijst op de rijstmarkt, zich als nu met de distributie daarvan hij de kleine maat np den legenwoordigen voet Ie occnpecren, waartoe hun de rijst zal worden afgegeven voor den daarvoor helaald wordenden prijs op vendutie om naarmate derzelve door de al'haalders te worden helaald; en eindelijk al' Ie schallen '2 en ."> percent spillage, welke bevorens door den administrateur in bet graan magazijn boven de 1.00 IK op iedere koijang werd genoten. Zie ook 30 October 1807. 20 September. hislnirlie voor den lioofd-nilminislnilcur van Jnva's Noord-Oosl-kusl. Ofschoon alle de prefeclures langs de NporA-Ooslku&l van Java, benevens den Oosthoek en de doven van Soiirabaija en Djocjocat'ta, welke te voren hebhen gecomponeerd het Java's iioiivcrneincnl. in het civiel bestuur van eikanderen gescheiden, onderling onafhankelijk verklaard en de respeclive presidenten, gezaghebber en ministers van Imn bestuur alleen aan het goiivernenient-gencraal verantwoording schuldig zijn. zal nog • ans het adminislralive onder een g(!iieiaal loeverzigl blijven en dat loeverzicht de ainbls-verpliglingen uilmaken van den hooid-adminislrateiir Ie Samarang, dewelke in die betrekking nan de volgende voorsclirirten zal gebonden zijn. Art i. f)e verpachting van 's I,ands domeinen te Samarang MÜ op de conditien, daarloe door hel gouvernement-generaal gearresteerd, door hem gehouden worden len overslaan van 1808. H. W. DAENDELS 204 een justitiële commissie, bestaande uit vier leden, den fiscaal en secretaris, geassisteerd door den gerechts-bode als afslager. Art. "2. Alle inkoopen, besprekingen of inhuuringen van scbe]>en en vaartuigen ter vervoer van 'sLands producten voor rekening van den Lande door de prefecten geschiedende op advis van den hoofd-administrateur, wanneer hel gouver nemenl-generaal hier [Samaraug] niet tegenwoordig is, zal, voor zoover Samarang betreft, de prefect gehouden zijn daarin cominunicatief met den hoofd-administrateur te werk te gaan en, hel contract tot den koop of inhuur gesloten zijnde, de verdere directie daarover en over de belading of andere no dige beschikkingen aan den hoofd-administrateur alleen ver blijven, zonder verdere bemoeijenisse van den prefect; zoo deze eenige itiformatie dienaangaande mogt verlangen, zal hij, hoofd-administrateur, dezelve met alle bereidwilligheid hebben te suppedileren. Art. 3. De groote geld-kas te Samarang zal staan onder hel toe verzicht en de behering van den prefect en hoofd administrateur Ie samen en voorzien zijn van twee differente sloten, waarvan de eene sleutel door den prefect en do andere door den hoofd-administrateur zal worden bewaard, opdal zij builen elkunderens voorkennis gcene toegang kunnen hebben tol de kas: zij zijn beiden voor alle tekortkomingen ver antwoordelijk en zijn gehouden eenmaal 'sjaars de kas door gecommitteerden ten hunnen overslaan te laten opnemen. Art. 4. De hoofd-administrateur zal buiten speciale auto risatie van den Maarschalk en Gouverneur (leneraal geene uitbetalingen hoegenaamd, noch uit welken hoofde ook, uil de groole kas doen, wanneer daardoor de aan handen zijnde gelden zouden worden gereduceerd beneden de somma van veertig duizend rijksdaalders van zilvere munt. Arl. '6. De kleine geld-kas te Samarang, gelijk ook de kassen van de buileu-kanioren, slaan onder bet generaal loe verziclil van den hoofd administrateur, in zooverre, dat hij nagaat alle oneigene afschrijvingen en uitgaven, terwijl de speciale verantwoording alleen de respective kashouders in 1808. H. W. DAENDELS. 205 cumbeerd, die, zoowel als alle administrateurs, in deze betrekking sorteren onder de hoofd-administratie en verpligt zullen zijn uiterlijk voor den l en van iedere maand hunne kassa-rekeningen van de vorige maand aan hem in Ie /.enden. Art. G. <ieen ontvangst, in- of uitgave ui! 'sLands kaste Samarang zal geschieden dan op ordonnantien, van wegens het gouvernement-generaal geteekend, tenzij hetzelve hier niet aanwezig is. wanneer de ordonnantien op de groole kas door den prefect en op de kleine door den hoofd-administrateur zullen worden verleend. Art. 7. Op gelijke wijze zal niets in de magazijnen te Samarang ontvangen of daaruil verstrekt worden als op ordonnantien, die onmiddelijk vanwege het gouvernement ver leend of, hetzelve bier niel aanwezig zijnde, door den hoofd administrateur geleekend zijn. Art. 8. Alle aanvragen om ordonnantien op de groole en kleine kas geschieden schriftelijk en worden geëxamineerd door den hoofd-administrateur, die, bevindende, dal dezelve rusten op ecne wet, resolutie of aanschrijving, daarvoor de ordonnantien opmaakt en voor alle ahuisen, daarin begaan, alleen responsabel is, doch in alle andere gevallen, waarvan geene qualificatie voorbanden is, niet als op eene speciale autorisatie van bet gouvernement, welke speciale autorisatie bij afwezigheid van den Maarschalk en Gouverneur Generaal, ingeval dal. eenig extra-betalingen, hetzij onder den litul van voorscliol, als anderzins, noodzakelijk inoglen wezen, zal worden verleend door den prefect of die alhier met het gezag mogt zijn bekleed, ter zijner verantwoordelijkheid. Art. 9. Wanneer de kas van een der prel'ectures grooter is, als naai' calculatie der uitgaaf in de eerste drie maanden uoodig wezen zal, zal hel, surplus worden overgebragt in de groote geld-kas te Samarang dan wel in zodanige andere kassen, welke gelden noodig hebben, gelijk ook aan den hoofd administrateur de faculteit wordt toegekend om ten allen tijden gelden uit de eene kas te ligteu en de andere daarmede, ingeval van noodzakelijkheid, te stijven. 1808. H. W. DAENDËLS. 206 Art. 10. Alle Lands-magazijnen en pakhuizen, daaronder tot nader order mede hegrepen dezulken, welke tot de departementen van oorlog of marine behoren, zullen staan onder het oppertoezicht van hem, hool'd-adnrinistrateur, en gevolgelijk de administrateurs te Samarang en Sourabaija, zoowel als de prefecten in de overige prefectures van Ju va. des wegens aan hem verantwoording schuldig en. gelijk reeds ten aanzien der kassen onder art. 5 is bepaald, verpligl zijn uiterlijk voor den 10" van iedere maand aan hem in duplo in te zenden een distincte en accurate memorie of specifi catie van de ontvangst en verstrekking der producten en goederen in de vorige maand, met aantooning, van waar en met welke gelegenheden dezelve zijn aangehragt, de hoeveel heid en aan wien afgegeven, op wiens order en met welke occasie de verzendingen zijn geschied en hoe groot het restant nog is gebleven, de eeue om te dienen voor hem, hoofd-ad ministrateur, en de andere voorden negolic-hoekliouder, zullende echter, voor zoover het ressort van den Oosthoek betreft, gemelde specificatie maar eenmaal hehoeven Ie worden over gezonden en de wedergade daarvan direct aan den negotie boekhouder aldaar moeien worden afgelangt. Art. 1 1 . Hij zal, huilen den generalen opneem onder ultimo Augustus, de kassen iii de magazijnen zoo dikwijls mogen opnemen of doen opnemen, als hij nodig /.al oordeelcn. Art. 12. Alle rekeningen, specilicatien, facturen, enz. worden door den hoofd-administrateur geëxamineerd en de negotie- en traclenienls of andere boekhouders, die, zoowel als hunne suppoosten, aan den hoofd-administrateur onderge schikt zijn, zullen dezelve niet vermogen Ie hoeken, voofdal zij door hem goedgekeurd en voor de approhatie onder tekend zijn. Art. 15. Hij zal mede examineeren de negotie-hoeken van Samarang en Soiirahaija en van alle andere administrateurs op .lava. dienende van zijne hevinding telken reize van rapport in scriptis. Hij zul personeel veranl woordelijk worden gehouden voor de erreuren, die na het indienen van zijne 1808. H. W DAENDELS 207 berigten in de gemelde boeken mogten worden onldekl en niel door hem waren aangegeven. Art. 14. Hij /al van de erreuren. die hij in de hoeken aanwijst, hetzij ten voordeele ol' ten nadeele van den Lande, ge nieten '/<; gedeelte in züvere specie, ten lasten van dengeenen, die deze erreuren hebben begaan. Art. 15. Alle de eischen van het gouvernement-generaal, voor zooverre Java's Noord Oost kust belieft, worden aan bem ingezonden en door hem ter voldoening over de ver schillende prefectures verdeeld. Arl. 16 Hij formeert daarentegen jaarlijks een generale eiscli van hel benoodigde voor Samarang en Sourabatja, de zelve inzendende aan het gouvernement-generaal en houdende bij de successive aanbrengen van de gevraagde artikelen daarin zoodanig beleid en directie, dal Sourabaija, naarmate v an de hoeveelheid van den aanvoer en het meer of minder gebrek aan hel gezondene, in lijds worde voorzien. Art 17. Hij onderbond een directe correspondentie met het gouvernement: speciaal zal hij maandelijks aan de hooge regering en aan den directeur-generaal aanbieden de generale restant me 'Doiïeii van de kassen en van de producten, die in 's Lands maga zijnen aanbanden zijn. mei bekendstelling van hetgeen sinis de laatste gezondene memorien ontvangen. Uitgegeven en verstrekt is. Art. 18. Hij zal daarenboven onder ultimo December van ieder jaar een generaal verslag zijner verrigtiugen en ge boudene directie inleveren aan het gouvernement. Art. 19. Hij za | e en vast tractement genieten van negen uuijzend rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars, en geassisteerd Worden in zijne werkzaamheden door een eersten suppoost a rd s 80 n tweeden » • >. (50 • klerk » » 50 » » 40 twee klerken » . 30 n » 25 mede in z jj ver ' gnMian d Si 1808. H. W. OAENDELS. 208 Art. 20. Bij de aanvaarding van zijne bediening zal hij doen den uavolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majcsleil, den Koning van Holland, als mijnen hoogen en doorlnclitigen Souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien, gehouw en getrouw te zijn: dat ik mij met alle vlijt en naarstigheid zal kwijten van de verpligtingen, die hij mijne instructie zijn voorgeschreven of nog voorgeschreven zullen worden, en inzonderheid in hel examineeren der boeken, speeificalien en rekeningen de stipste trouw en pliglmatige behartiging van 'sLandsbelangensaltijd zal laten prevaleren boven eenige andere inzigten of conside raliën, van welke natuur die ook zouden mogen wezen: dat ik mede soigueuselijk y.nl waken tegen alle afwijking en inkruipselen, welke ten aanzien van hel nieuwe plan, organisatie voor Java, voor zoover hel mercantiel- en linan tieel-departement betreft, zouden mogen worden ondernomen en getenteerd, en hij ontdekking van de minste inbreuk, die daarop wordt gemaakt, daarvan zonder verzuim kennisse zal geven aan het gouvernement; en dat ik mij generalijk zoodanig zal gedragen, als een vroom en getrouw ambtenaar toestaai en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij (iod Almagtig! 20 September. Instructie voor de boekhouders bij de negotie-pakhuizen Ie Samarang e» ir Soerabatja. Art. 1. De boekhouders in de negolie-pakhuizen te Sama rang en te Sourabaija zullen wezen geheel independent van den pakhuismeester enden administrateur en in hunne ambts betrekking staan onder de directe bevelen van den hoofd administrateur alhier [Samarang]. Art. 2. Zij zullen houden een ontvangst-en afscheep-boek, waarbij alle goederen of koopwaren, in of uil de pakhuizen gaande, worden aangeteekend, latende bij elke inkomende of uitgaande parlij de alleveraars ol ontvangers voor de algele 1808 H. W. DAENDELS. 209 f L«Al T . BolI DIÏL XT< ü verde of ontvangeu quantiteil hunne namen in het voorschreven hoek leekenen. Art. 3. Zij zullen mede houden een journaal, een groot hoek en een restantboek, van welk laatste een in het pakhuis 10l legger zal moeten dienen en daarenboven, met het einde van iedere maand, te Samarang een aan den prefect en den hoofd-administrateur, doch te Sourabaija enkel eene weder gade aan den gezaghebber zal worden gepresenteerd. Arl. 4. Zij zullen van de op den pakhuismeester of ad ministrateur verleende ordonnanlien een bundel formeeren, zoomede van de orders eu bevelen, die met betrekking lot de pakhuizen worden gegeven door den hoofd-administrateur of anderen, daartoe geregtigd. Art. '■'>. Bij de verzending van Landsgoedcren of koopman schappen zullen zij daarvan formeeren cenc distincle memorie voor hel negotie-kantoor, niet. aantooning van het getal balen, fusten, kasten, enz., het gewigt, zoo netto, 'bruto, als tarra, de Hommers of merken en de aanbrengen of leveranlien. uit dewelke de verzending geschiedt: deze memorie zullen zij laten onderleekenen door den kapitein of gezagvoerder van bet vaartuig, waarmede de goederen worden afgescheept, ten I'Hjke, dat de afscheep conform aan de opgave is gedaan. Art. U. Zij znllen ieder genieten een traclemenl van hon derd en vijftig rijksdaalders, zilver geld, ter maanfl en in hunne werkzaamheden geassisteerd worden, de pakhuis boekhouder van Samarang door twee klerken en de pakhuis "oekhouder van Sourabalja door een klerk, genietende elk Verlig rijksdaalders, gelijke munt, ter maand. Art. 7. Zij zullen bij de aanvaarding van hunne bediening doen den navolgenden eed: s Ik beloof en zweer Zijne Majesteit, den Koning van Holland, a 's mijnen hoogen en doorluchtigen Souverain, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden vau Indien, gehouw eu getrouw te zijn; dal ik, niet alleen de hoeken van de administratie, bij de welke ik geëmploijeerd ben, na de order zal houden en de 1808. H. W. DAENDELS. 21 tusschen tijden in ile apotheek tegenwoordig zijn tot het gereedmaken der geneesmiddelen. VIERDE HOOFDSTUK. Van het opzigt over den geneeskundigen diensl in de arrondissementen. Dienst van de doctoren of chirurgijns principaal. ArL I . Daar de uitgehreidheid van het land en de moeilijk heid tot reizen voor het doen van de noodige inspectien zulks voor den chirurgijn of doctor en chef ondoenlijk maken, zullen R r doctoren of chirurgijns principaal het toezigt over den geneeskundigen dienst, op hunne verantwoordelijkheid aan den chirurgijn of doctor en chef, in de arrondissementen waarnemen. Art. 2. De chirurgijns of doctors principaal dnen dagelijks "ispectien in het hospitaal der hoofdplaats van hun arrondis sement, alwaar zij woonachtig zijn, en hij gelegenheid zullen z ij de hospitalen der detachementen, enz, daartoe hehorende, 'nspecteeren en zijn verantwoordelijk, dat nopens de inrigting rterzelve, als aangaande de onderscheide deelen van den dienst, z °o hij deze, als hij de regimenten en corpsen, alles, wat ten "•en opzigle in dit reglement bevat is, naauwkeurig worde n agekomen. Art. 3. Zij zullen toezien hij hunne inspectien, dat de r nirurgicale en andere instrumenten, benevens de medicijnen, hehoorlijk worden in order gehouden en bewaard en in het l °cdienen der laatsten de noodige spaarzaamheid en goede aanwending worde betracht. Art. 4. Zij ontvangen de lijsten en andere verantwoordingen Va <) den geneeskundigen dienst, benevens de requisitiën van van de officieren van gezondheid, dienst doende 'n hun arrondissement, en zenden dezelve aan den chirurgijn of doctor en chef. Dagelijks ontvangen zij uit het hospitaal der hoofdplaatsen, een morgen rapport, hetwelk zij teekenen en wekelijks aan en chirurgijn of doctor en chef inzenden. 1808. H. W DAENDELS. 210 overige papieren, die van mij gerequireerd worden, naar beste kennis opmaken, maar ook tevens toezien zal, dat in de voor zegde administratie alles na de order (en aanzien van's Lands zaken door den pakhuismeester of administrateur wordt be handeld, zonder daarvoor of onder wat benaming ook van denzelven iets aan te nemen of te genieten, dan wel op eenigerhandc wijze mij in zaken in te laten, die tot prejudicie van 's Lands intrest gouden kunnen strekken, mitsgaders dal ik van alle, door mij ontdekt wordende malversatien terstond zal kennis geven aan den hoofd-adminislrateur 'en, voor zoover Sourabaija betreft, ook aan den gezaghebber. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig! 20 September. Instructie voor den te Samarang en voor den administrateur in den Oosthoek. Art. 1. De pakhuismeester te Samarang, de administrateur te Sourabaija en de prefecten in de overige prefectures van Java zijn wegens de beheering van 's Lands goederen ver antwoording schuldig aan den hoofd-administrateur en gehoor zamen in die betrekking zijne ordres, zonder dat hierdoor in eenigerlei opzigt wordt weggenomen de ondergeschiktheid van den administrateur Ie Sourabaija aan deii Oosthoeks gezag hebber. Art. 2. Zij zullen een goed en oplettend toezicht houden over de magazijnen, aan hunne beheeringen aanbetrouwd, en dagelijks nagaan of laten nagaan, of aan dezelve eenige ge breken dan wel aan 's Lands goederen bederf wordt bespeurd, waarvan zij de nadeelen aan den Lande zullen moeten ver goeden, indien de gemelde gebreken zijn veroorzaakt door verkeerde opschuring der producten, dieverijen dan wel eenig ander verzuim, 't welk aan eene onachtzame administratie mogt zijn te wijten; gevende «Ie pakhuismeester te Samaraug en de administrateur te Sourabaija in een der aangegevenc gevallen daarvan terstond kennis, de eerste aan den hoofd administrateur en de laatste aan den Oosthoeks gezaghebber, 1808. H. W. DAENDELS. 211 ten einde daarop hunne provisionele orders te verstaan, terwijl de prefecten de gebreken, die eene onmiddelijke voorziening vorderen, zullen herstellen en verder van hunne bevinding den hoofd-administrateur informeeren. Art. 5. Zij zullen dienvolgende niet alleen waken voor eene goede opschuring en tegen het bederf van de koopman schappen, producten, pakhuis-behoeftens en andere goederen, onder hunne heheering staande, maar ook door eene goede directie den Lande de meest mogelijke voordeelen aanbrengen, zooals bij voorbeeld door het afzonderlijk plaatsen van ver schillende producten of koopmanschappen, alsmede hel assor teeren van dezelve, gelijk de koffij. rijst, suiker, enz. na derzelver differente soorten, qualiteiten en de jaren der gedane leverantie, zullende zij in contrarie geval verantwoordelijk zijn voor de nadeelen en confusie, wefke door nalatigheid in dezen zouden mogen ontslaan. Art. 4. Zij zullen geene goederen ontvangen of afleveren als in presentie en ten genoegen van degenen, welke de af levering of ontvangst aangaat, en in contrarie geval voor alle minderheden aansprakelijk zijn, gelijk ook de pakhuismeester te Samarang en de administrateur Ie Sourabaija geene goe deren zullen ontvangen, afschepen of afleveren als op schriftelijke ordonnantie, de eerste van den hoofd-administrateur en de laatsle van den Oosthoeks gezaghebber. Art. 5. Desgelijks zullen, bij aanbreng van kisten, balen, enz., dezelve niet als in bijwezen van den aanbrenger of iemand van zijnentwegen mogen worden geopend, op de poene, in het voorgaande artikel bepaald. Art. 6. Wanneer te Samarang of te Sourabaija verschil mogt ontslaan lusschen den pakhuismeesler of den admini strateur ter eenre en de ontvangers of afleveraars ter andere zijde omtrent de weging, meling, lelling als anderzin ts, zal de pakhuismeesler te Samarang daarvan aan den hoofd adminislraleur en de administrateur te Sourabaija aan den Oosthoeks gezaghebber kennis geven, die liet verschil, een ieder ll > den hare, zullen decideeren of door anderen van hunnent 1808. H. W. DAÊNDELS. 212 wegen laten beslissen, gevende nogtans in gevallen van aan gelegenheid of van kwade trouw kennisse van hunne bevinding aan het gouvernement. Art. 7. Bij ontdekking van minderheden bij den aanbreng, hetzij door dieverij of andere oorzaken, dan wel beschadiging aan de goederen, die in de pakhuizen afgeleverd worden, mits gaders slegte qualiteil dor aangebragt wordende producten, zullen de pakhuismeester te Samarang en de administrateur te Sourabaija daarvan op de vooraf gemelde wijze, de eerste aan den hoofd-administrateur en de laalsle aan den Oosthoeks gezaghebber kennis geven, die, het voorschreven rapport be komende, gehouden zullen wezen de aangebragte goederen te laten inspecteeren, voordat de pakhuismeester of administra teur met de ontvangst z,al, voortgaan, met de verpligting verder om hen in dezen met de noodige orders te muniëren. Art. 8. In de bij art. 6 en 7 vermelde gevallen zullen de prefecten der overige prefectures van Java een proces-verbaal formeeren, door hen en de ontvangers of afleveraars onder teekend, en hetzelve inzenden aan den hoofd-administrateur, die daarin direct decideeren of eene voordragl ter afdoening doen zal aan den Gouverneur Generaal, terwijl noglans de 1 ontvangst of aflevering der producten inmiddels voortgang zal moeten hebben. Art. 9. Verzegelde kisten en kasten zullen te Samarang en te Sourabaija niet mogen worden geopend als in tegenwoordig heid van den hoofd-adminstrateur en den Oosthoeks gezaghebber of iemand van hunnentwegen. Art. 10. In hel generaal zal, bij ontvangst van goederen uit schepen en vaartuigen, zoo ook bij binnenlandsche leve rantien van producten, de pakhuismeester te Samarang en de administrateur te Sourabaija verpligt zijn vierentwintig uuren, nadat de goederen in hel pakhuis zijn afgeleverd, daarvan een distinct schriftelijk berigt te dienen, de eerste aan den hoofd-administraleur en de laatste aan den Oosthoeks gezag hebber, met nauwkeurige vermelding van de qualitcit en quantileit der goederen, embalage, fust, kast eu hetgeen over 1808. H. W. DAENDELS. 213 en te knrl is uitgeleverd, zoomede al hetgeen eenige bijzondere speculatie kan verdienen. Art. 11. Hij den afscheep van producten en koopman schappen, welke van 's Lands wegen naar elders verzonden worden, zullen zij vooral zorgen, dat de kisten, halen en zakken, waarin dezelve producten en koopmanschappen worden afgepakt met berotting, verzegeld en in alle opzigten goed geconditioneerd worden afgeleverd en wijders de gemelde kisten en halen voorzien van een door hen geteekend afpak briefje, distinctelijk beschreven met het bruto-, netto- en tarra-gewigt, terwijl, voor zoover Samarang en Sourabaija betreft, de hoofd-administrateur en Oosthoeks gezaghebber, bij de verzending van lijnwaden of dergelijke goederen, des noodig oordeelende, bij de afpakking en verzegeling in persoon tegen woordig zullen zijn of daartoe iemand van hunnentwegen zullen kunnen committeeren. Art. 12. De verzending van kollij, peper en andere pro ducten voor rekening van den Lande zal geschieden in goede dubbelde stroozakken, niet te boven gaande de zwaarte van tagtig ponden, en bij vervoer naar Batavia of bij verkoop aan vreemdelingen worden afgescheept, de kollij en peper tegens 12(i h? de pico] en de rijst tegen 5400 S de koijang. Vil. 13. De suiker zal van de leveranciers worden geac cepteerd in kanassers, hebbende de zwaarte van 573 tot 425 ponden, bruto-gewigt, met een doorslag van vijl'ponden op ieder kanasser, doch zwaarder wegende aan den leverancier worden teruggegeven: dezelve zullen behoorlijk met stroozakken worden ó'eëiuhaleerd en beroltingd en voor tarra gerekend worden 55 l'"ii(len per kanasser, zooals jongst mede te Batavia is bepaald. Art. 14. De rijst, die uit de magazijnen aan vreemdelingen en particulieren verkogt wordt tegen dertig rijksdaalders, zilver geld, de koijang, zal na verkiezing van de koopers worden a 'gelevenl in enkelde of dubbelde stroozakken, mits betalende Vl "Jr de enkelde zakken rd* 1 '/j en voor de dubbelde zakken 0 rd s per koijang, waarmede bet verkoop-bedragen van de rijst * a l worden bezwaard ten laste van de koopers. 1808. H. W. DAENDELS. 214 Art. 10. Voor alle andere ongelden, die de vreemdelingen of andere koopers van producten tol garnering hunner ladingen tnogten begeeren te maken, zullen zij extra betalen, in welk geval zij niet het daartoe benoodigde legen marktprijzen zullen worden geassisteerd. Art. 1(3. Vreemdelingen en particulieren zullen de pro ducten, die aan hun worden afgestaan, in de pakhuizen ontvangen en, wanneer de aflevering aldaar ten hunnen ge noegen is geschied, verder alle risico dragen; mei het benoodigde volk voor de prauwen zullen zij van 'sLands wege zonder betaling worden geassisteerd, doch daarentegen het wegstuwen binnen boord loopen voor hunne rekening. Art. 17. Alle prauwen of andere vaartuigen, welke aan 's Lands pakhuizen, hetzij met rijst of andere producten, worden beladen, zonder onderscheid of dit geschied voor rekening van den Lande of van particulieren, zullen door den pakhuismeester, administrateur of prefecten voorzien worden van een afscheep briefje, continerende het getal der zakken, balen of kasten en den uetto-inhoud der daarin afgepakte goederen, zoomede eene opgave, naar welk schip of vaartuig dezelve zijn gecon signeerd en wijders of de gemelde goederen en producten uit 's Lands pakhuizen verkocht, dan wel op vragt naar elders voor 's Lands rekening vervoerd worden, ten einde bij het passeren van de boom aan den pagter van de in- en uitgaande regten of die aldaar van zijnentwegen het toezicht houdt, vertoond en afgegeven te worden, zullende te Samarang en te Sourabaija echter twee dergelijke afscheeps-briefjes met iedere praauw moeten worden medegegeven, als een voor den pagter en een voor de bediendens van den fiscaal, welke met de surveillance van de boom belast zijn. Art. 18. Desgelijks zal te Samarang en te Sourabaija, wanneer er afscheep plaats heeft, de'pakhuismeester-en ad ministrateur ten eerste en wel, zoodra de goederen alle afge wogen zijn, een distincle en accurate opgave van den gedauen afscheep, zoo op het kantoor van den hoofd-administrateur en te Sourabaija'van den scriba, als op het negotie-kantoor be 1808. H. W. DAENDELS. 215 zorgen, aantoonende de quauliteit en soorten der goederen, zoo aan bruto- als netto-gewigt, met welk vaartuig de ver zending geschied en naar welke plan Is, zoomede den naam van den kapitein of gnzaghebber, ten einde de papieren tot der zelver depêche in tijds te kunnen in gereedheid brengen, 't welk te Samarang ten kantore van den hoofd-administrateur zal geschieden. Art. 19. üe coulante verkoop uit de pakhuizen zal ten eenemaak' ophouden, buiten de rijst, welke, zoo aan de gemeente, als aan anderen ten vervoer naar elders zal winden afgestaan in een onbepaalde quanlileit, doch niet meerder als bij een quart koijang tevens tegen dertig rd 8 , zilver geld, de koijang en verder op den voet, gelijk hiervoren onder art. 13 is bepaald. Arl. H). Hel provenu van deze verkogte rijst zal door den pakhuismeesler te Samarang en den administrateur te Sourabaija om de twee maanden aan 'sLands kas moeten worden verantwoord en door de prefecten van de overige prefectures alle maanden hij hunne kassen ingenomen. Art. 21. Met uitzondering van Zon- en feestdagen zullen de pakhuismeester te Samarang en de administrateur te Sou rabaija des voor de middags van 6 tot 11 uren en, zoo de dienst het vordert, ook des agtermiddags van 5 tol half zes uren in hunne administratie moeten present zijn, edoch hij extra-ordinaire gelegenheden zooveel langer, als hun dienst in I'et pakhuis wordt vereischt, in dien gevalle de Zon- en feest dagen daarvan niet uitgesloten, bijzonder bij belading ofont- van vaartuigen, die met spoed moeten geëxpedieerd of onllost worden, blijvende alle nadeel, die den Lande door ver tragingen in dezen mogl lijden, voor hunne verantwoording. Art. 22. Uiterlijk voor den 8'" of 10™ van iedere mdand *■! de pakhuismeester te Samarang aan den hoofd-administra teur en de administrateur te Sourabaija aan den Oosthoeks gezaghebber bij een distinct berigt opgeven, welke goederen ln den loop der vorige maand in de pakhuizen ontvangen en daaruit afgeleverd zijn, met aanlooning van waar en met welke gelegenheid dezelve zijn aangebragl en op wiens orders en met 1808. H. W. DAENDELS. 216 welke occasie do verzendingen en afleveringen zijn geschied, zoomede welke restanten in de pakhuizen verbleven zijn, en voorts een wedergade van dat berigt aan den negotie-boek houder bezorgen, terwijl de prefecten van de overige prël'ectiires van Java een soortgelijke memorie of specificatie mede in duplo aan den hoofd-administrateur op den aangegeven tijd zullen hebben in te zenden, als een voor den gemelden hoofd administrateur en een voor den negotie-boekhouder te Samarang, met uitzondering echter van de prefectures en posten, welke onder den Oosthoek gehooren en vanwaar de gemelde speci ficatieu in duplo naar Sourabaija worden verzonden, de eene aan den gezagbebber ter verdere voortschikking aan den hoofd-administrateur en de andere aan den negotie-boekhouder aldaar, wordende deze specificatie geformeerd uit de pakhuis boeken, in het navolgende articul bieder te vermelden. Art. 25. De pakhuismeester te Samarang en de admini strateur te Sourabaija, zoomede de prefecten der overige prefectures van Java zullen van hunne administratie houden de navolgende boeken, als: a. een distinct weegboek van alle aangebragte producten en goederen, in ieder pakhuis afzonderlijk, en een dito van den afscheep, in welk laatste accuraat zal moeten wezen aangeteekend de dagen der afscheep en de weegsels, zooals dezelve na den andere zijn afgewogen, het vaartuig, waarmede de afgescheepte goederen worden vervoerd, en de naam van den kapitein of gezaghebber, die het vaartuig com mandeert ; /;. een distinct pakhuis- en zolder-restant-boek, waarin ten nauwkeurigsten moeten worden genoteerd, hetgeen in elk pakhuis of zolder, welke voortaan genonnnerd moeten zijn, opgeschuurd en daaruit weder afgegeven wordt, zoo meede hetgeen uit het eene pakhuis in het andere of van den eenen zolder op den anderen wordt overgebragt en verplaatst, alles in dier voegen, dat met een opslag van het oog kan worden nagegaan, welke goederen in ieder pakhuis en op eiken zolder geborgen liggen: 1808 H. W. DAENDELS. 217 e. een kassa-boek, daarin aanteekenende de ontvangst dei gelden voor de verkogte rijst, en d. een restanl-boek van materialen, die door den Lande (en dienste der pakhuizen zijn ingekogt of ontvangen, met een nauwkeurige aanleekening, waartoe dezelve verstrekt, af gegeven, dan wel in 's Lands magazijnen verbruikt zijn. Art. 24. Tot het houden dezer boeken zullen in de negotie pakhuizen Ie Samarang en te Sourabaija expresse boekhouders worden aangesteld, op voordragt van den hoofd-administrateur en van den- Oosthoeks gezaghebber respective, welke boek houders onder eedc slaan en geheel independent zullen wezen van den pakhuismeester en den administrateur, on rniddelijk sorteerende onder de directe bevelen van den hoofd administrateur alhier en, voor zoover Sourabaija betreft, mede onder den Oosthoeks gezaghebber. Art. 25. Overwigten ten faveure vau den pakhuismeester, administrateur of prefecten ten eenemaale opgehouden hebbende, zoo zullen alle de aangebragt wordende goederen, dranken en wat dies meer is, na decorlalie der scheeps-spillage, die aan de overheden van vaartuigen is toegestaan of nog toe gestaan mogl worden, zuiver ingenomen en zoodanig tot het sluiten der boeken moeten blijven voorUoopen, wanneer de uegotie-boekhouders te Samarang eu te Sourabaija, een ieder in den zijnen, zullen lbrmeereii eeue berekening dor pakhuis spillagie volgens het reglement op alle artikelen, aan spillage onderhevig, dewelke, zooals van ouds, ten lasten der goederen moeten gebragt worden. Arl. 2(j. Al, hetgeen pa gedane korting van de gemelde spillagie door eene goede en trouwe behandeling in de pak huizen wordt over bevonden, zal verblijven ten voordeele van den Lande, terwijl hel tekort komende tegen de hoogste uit koops-prijzen zal moeten worden vergoed. Art. 21. Hij den aanbreng van 's Lands goederen zullen lusschen de overheden der vaartuigen en den administrateur geene particuliere schikkingen mogen worden gemaakt wegens over eu tekort bevoudene artikelen, veel min aan de gemelde 1808. H. W. DAENDELS. 218 overheden worden toegestaan om hetgeen zij kunnen re kenen op hunne spillagie te profiteeren aan boord te houden, maar zal alles ontscheepl en daarvan te Samarang en te Sourahaija zoodanig distinct berigt moeten worden gediend, als bij art. 10 is voorgeschreven. Art. 28. Uit deze berigten zullen door de negotie-boekhouders te Samarang en te Sourahaija worden opgemaakt de bevin dingen der ladingen en volgens de order het tekort door de overheden of die het incumbeert moeten worden vergoed, terwijl het over uitgeleverde ten faveure zal worden ingenomen van den Lande. Art. 29. Wanneer op de overige prefectures van Java goederen van Samarang of Sourabaija, gelijk bij voorbeeld van Samarang naar Japara, van Sourabaija naar Rembang, enz., dan wel van daar vice versa worden aangebragl, zal slechts de helft der anders geaccordeerde spillage aan de scheeps overheden worden gevalideerd. Art. 50. De producten van rijst, koflij, peper en wat dies meer zij, zullen ontvangen en aan den Lande verantwoord worden met overwigten, zooals dezelve aan den pakhuis meester, administrateur of prefecten volgens de differente, plaatselijke inrigtingen worden geleverd; de rijst over inkoop zal echter conform placcaat van den 1808 generalijk worden ingenomen tegen 5500 VÈ de koijang en op ieder koijang 100 'S spillagie aan den pakhuismeester worden gevalideerd. Art. 51. Voor afbetaalde producten zal niet meer mogen Worden in rekening gebragt, als hetgeen daarvoor eirectivelijk, mede op grond van verschillende, plaatselijke inrigtingen, wordt betaald en dus daarin niet mogen worden gevolgt de be palingen van vorige jaren. Art. 52. De battoors of koelies voor de pakhuisen zullen uit de regentschappen geformeerd worden, conform de ge maakte bepalingen bij het nieuwe plan van organisatie voor Java. Art. 55. En daar alsim alle extra-betalingen wegens ver- 1808. H. W. DAENDELS. 219 strekkingen van materialen en afscheeps-ongelden ophouden, zoo zullen de pakhuismeester, administrateur en prefecten verpligt zijn in tijds de benodigde materialen voor de pak luiisen en den afscheep, als stroozakken, kaaijmatten, bind rotlings en agul garen, op te geven om dezelve te kunnen inkoopen of van elders eischen, onder indiening tevens van een lijst der materialen, die dezelve aan handen hebben, ten einde door den Lande te worden overgenomen tegen zodanige prijzen, als dezelve kunnen aantoonen daarvoor betaald te hehben, dan wel, zoo die prijzen den Lande niet convenieren, aan hen te verblijven. Art. 54. Maandelijks tegen den 10' n zal door den pak huismeester te Sainarang en de prefecten van Tagal, Paccalongan, .lapara en Rembang aan den hoofd-administrateur en door den administrateur te Sourahaija, prefect van Grissee, onder prefecten van Bancallang en Sumanap, enz. aan den Oosthoeks gezaghebber een specificatie moeten worden overgezonden van het gebruik, 't welk van de gedachte materialen is ge maakt, zullende de Oosthoek gezaghebber de gemelde speeifi catiën verder aan den hoofd-administrateur bezorgen. Art. 55. Alzoo de rijst en andere producten, zoo te Sa inarang en Sourahaija, als op de andere prefectures van Java, meestal door de regenten en leveranciers in enkelde zakken afgeleverd worden, zo zullen dezelve voor randsoenen als anderzints ook dusdanig verstrekt worden, ten ware de zakken door lang liggen zoodanig in stukken geraakt en vergaan waren, dat noodzakelijk nieuwe, enkelde zakken moeten worden verstrekt, waaromtrent egter in die gevallen de grootste zuinigheid wordt aanbevolen. Art. 56. De pakhuismeester te Sainarang zal buiten het noodig getal koelies tot zijne assistentie hebben: een Europeeschen mandadoor a rd s 50 » inlaudschen weger » -. » 15 zes mandadoors » » 5 ieder, zilver geld, 'smaands, welke door den Lande zullen worden betaald, terwijl de bepalingen der bediendens, zoo 1808. H. W DAENDELS. 22 Voorts ontvangen zij maandelijks een maand-rapport mede uit het hospitaal, hetwelk zij insgelijks leekenen en inzenden hij den doctor of chirurgijn en chef. Bij hetzelven zullen zij voegen een summier rapport inel aanmerkingen oinlrent den aard der heerschende ziektens in hunne arrondissementen, niet opgave dei' gelegenheid, oorzaken, wat aangewend is ol' zoude kunnen worden lot voorkoming, en de best beproefde behandeling. Art. 5. Zij correspondeeren met de officieren van gezond heid over het noodige tot den geneeskundigen dienst, in welke zij in noodzakelijke gevallen zullen voorzien, doch onder verptigting van hunne verriglingen kennis te geven en rap port te doen aan den chirurgijn of doctor en chef. Art. G. Zij doen de noodige voorziening, indien spoedig officieren van gezondheid lot een detachement vereischl worden, ingevolge de voorschriften, in dit reglement bepaald. Art. 7. Zij zullen zorgen in hunne arrondissementen, dal de vereischle siihordinalic word in acht genomen, en waken, dal de officieren van gezondheid zich naar het voorschrift hunner pligten en werkzaamheden gedragen. VIJFDE HOOFDSTUK. Van liet opzigt over den geheelen geneeskun digen dienst en hel magazijn van geneesmiddelen. EERSTE AFDEELING. Dienst van den chirurgijn nf doctor en chef. Art. I. Hij zal in hel algemeen gehoorzamen en nakomen alle orders en hevelen, welke hem van wegens zijn excellenlie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zullen worden gegeven. Mitsgaders van alles, wal zijn dienst betreft, behoorlijk aan zijn excellentie den Maarschalk en Gouverneur tieneraal rapport doen, doch is ten opzichte van het geneeskundige verant woordelijk aan het geneeskundig bestuur over de armee en 1808. H. W. DAENDELS. 220 voor de pakhuisen Ie Sourabaija, als op de overige prefectures van Java, blijft uitgesteld in afwagtiug der voordragten, die deswegens door den Oosthoeks gezaghetiber en de prefecten zullen worden gedaan. Art. 57. De pakhuisnieester te Samarang en de admi nistrateur te Souraltaijii zullen ieder genieten een vast trac lement van zes duizend rijksdaalders, zilver geld, e;; bij de aanvaarding hunner bedieningen doen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit, den Koning, als mijnen hoogen en doorluchtigen Souverain, mitsgaders tien Gouverneur Generaal en de Kaden van Indien, gehouw en getrouw Ie /.uilen zijn; dat ik in mijne administratie alles zal aanwenden ten profijte van het gouvernement, wat men van een getrouw en eerlijk administrateur kan of mag verwachten, zonder mij direct of indirect op eenigerhande wijze tol prejudicie van het gouvernement te bevoordeelen of te verrijken ter vermeerde ring van de inkomsten, die mij wettiglijk zijn toegelegd of nog toegelegd zullen worden; dat ik ook stiptelijk zal nakomen en observeren het gesteld verbod tegens allen particulieren in- en verkoop in mijne ad ministratie en geen handel, hoegenaamd ook, hetzij door mij. door iemand voor mij of wel door anderen zal drijven in goederen of wharen, respectivelijk tot mijne administratie gehorende; dat ik getrouwelijk en zonder eenige de minste achter houding aan het gouvernement zal verantwoorden de over wigten, die op de goederen, welke in de aan mij toevertrouwde pakhuisen geborgen zijn of nog geborgen inogten worden, komen te vallen, hetzij dat die overwigten spruiten uit hetgeen op de aan inij geaccordeerde spillage wordt overbehouden, dan wel uit eenige andere oorzaken; dat ik niemand in bet zijne zal verkorten, maar'integendeel legen alle excessen en kwade praclijketi zoo zorgvuldig zal waken, als iemand, om niet bedrogen te worden, in zijn eigen zaken zoude kunnen doen; 1808. H. W. DAENDELS. 221 dat ik trii dien einde ook met naauwlettendheid zal gadeslaan het gedrag van de bediendens in mijne administratie ler wering van alle fraudes en dat ik niet gedogen zal, dat het gouvernement of particulieren bij de ontvangst en aflevering van eenige artikelen in maat, gewigt of op eenige andere onrechtmatige wijze worden verkort, hetzij door mij zelven of door iemand van mij; en dat ik wijders, zooveel in mijn vermogen is, zorgvuldig zal toezien en waken, dat de mij aanbeliouwde goederen niet ontvreemd of op ecnigerlei wijze aan bederf onderhevig worden, en voorts in alle gevallen zodanig de mij toever trouwde post zal waarnemen, als een getrouw administrateur toeslaat en betaamt. Zoo'waarlijk helpc mij God Alma-tig ! Blijkens onderscheidene bepalingen dezer instructie ilieude zij ook tot voorschrift voor de prefecten op Java, hoe zich te gedragen in het beheer vau 'sLauds goedereu. 20 September. Instructie voor de negotie-boekhouders te Samarang en te Soerabaija. Art. 1. De negotie-boekhouder te Samurang zal bij de nieuwe boeken intrekken de residenlien van Souracarta en Djocjacarta, nevens de prefectures van Tagal, Pacalongang, Japara eu Rembang, en de negotie-boekhouder van Sourabaija de préfecture van Grissée, de onder-prefecture Sumanap en de post Banjoewangie. Art. 2. De gemelde negotie-boekhouders zullen, als ingre diënten tot het houden der voorschreven boeken, vóór den Ben8 en van iedere maand van de onderscheidene prefectures en posten, die zij bij hunne boeken moeten intrekken en verder met eenige administratie zijn gechargeerd, ontvangen de navolgende papieren, afgesloten onder ultimo der vorige maand, als: een accurate kassa-rekening, een distincte memorie of specificatie van de on l vangst en 1808. H. W. DAENDELS 222 verstrekking van goederen en producten, met aantooning, van waar en niet welke gelegenheden dezelve zijn aangebragt, op wiens order en met welke occasie de verzending en alleve ringen zijn geschied en hoe grool de restanten nog zijn gebleven, een kopij van alle afgaande en aankomende facturen, een accurate lijsl der verstrekkingen, zoo aan de civiele, als militaire en andere geémploijeerdens, in geld en randsoenen, een kruit en zegel-rekening. Art. 5. Wanneer de voorschreven papieren niet in de ver eischtc order zijn, te laat worden ingezonden of daaraan eenige ontbreken dan wel abusive opgaven in zich bevatten, zullen de negotie-boekhouders zich deswegens adresseeren aan den hoofd-administrateur en daarin zijne voorziening vragen. Art. 4.. Bij het sluiten der hoeken zullen de negotie-boek houders zich zorgvuldig onthouden om iets te verevenen ten voordeele der administrateurs of wie het ook zoude mogen wezen, maar alle het overbevondene. spruitende uit hetgeen op de geaccordeerde spillage wordt overbehouden als ander zinls, ten faveure van den Lande innemen en daarentegen de tekortkomingen stellen op rekening van vergoeding door den gene, dien 't incumbeert. Art. 5. De negotie-boekhouders zullen moeten zorgen, dat de boeken onder balance gebragl. en gesloten zijn, uilei'lijk drie maanden na het einde van het boekjaar, en alsdan ook met de generale slaal-rekeningen ter confrontatie en cxaminalie aan den hoofd-administrateur worden ingezonden. Art. 6. Zij zullen zorgen, dat de aanrekeningen naar de naburige en andere etablissementen ten behoorlijken tijde ge schieden en ten minste vier malen 'sjaars generale facturen van aanrekening afgaan; voorts het werk, zooveel mogelijk, houden op een ellen voet en aan alle requisiten van den hoofd-administrateur promplelijk en zonder eenig dilai beant woorden. Art. 7. Alle rekeningen, specifiratiën, facturen, enz. dooi den hoofd-administrateur geëxamineerd wordende, zoo zullen de negotie-boekhouders dezelven niet vermogen te boeken, voor 1808. H. W. DAENDELS. 223 dat zij door den gemelden hoofd-administrateur geapprobeerd en voor goedgekeurd geteekeud zijn. Art. 8. De negotie-boekhouders zullen houden hel klein kassa-boek van Samarang eD Sourabaija, zonder daarvoor van den klein-kassier eenige betaling te genieten, als behoorende tot het negotie-werk, wel te verstaan het kassa-boek, dat volgens de ordonnantiën opgemaakt en naar Batavia verzonden wordt. Art. 9. De negotie-boekhouders van Samarang en Sourabaija zullen ieder genieten een tractemcnt van twee honderd en vijftig rijksdaalders, zilver geld, ter maand: voorts die van Samarang geassisteerd zijn door een eersten suppoost a rd s 80 » tweeden » » . » 70 » derden » » . » 50 » vierden » » » 40 vier klerken a » 30 n m » n 25 I) >> o » 20 mede zilver geld, 'smaands, terwijl nopens hel benoodigde getal klerken voor het negotie-kantoor te Sourabaija, na mate van den minderen omslag aldaar, de voordragt van den Oosthoeks gezaghebber zal worden afgewagt. Art. 10. Gemelde negotie-boekhouders zullen bij de aan vaarding hunner bedieningen doen den navolgenden eed: Ik belove en zwere Zijne Majesteit, den Koning van Holland, als mijnen hoogen en doorluchtigen Souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien, gebouw en getrouw te zijn: dat ik het ambt van negolie-boekhouder zal waarnemen met alle naarstigheid en stiptelijk opvolgen hetgeen mij bij mijne instructie is voorgeschreven of nog voorgeschreven staat te worden, inzonderheid dal ik geen ongeoorloofde afschrij vingen doen zal ten voordeele van administrateurs of anderen en generalijk mij zoodanig gedragen, als een vroom ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almaglig! 1808. H. W. DAENDELS. 224 20 September. Instructie voor den sjahbandar, tevens klein-kassier en ontvanger der domeinen te Samarang. Art. 1. Als sabandhaar zal hij bij aankomst van vreemde en particuliere schepen of vaartuigen de kapitains of gezag hebbers terstond presenteeren aan den prefect dan wel aan dengene, die aldaar op dat tijdstip met bet gezag mogl zijn be kleed, hun tevens afvragende de pas, factuur-cognossementen, benevens alle verdere brieven en papieren, liet gouvernement of hunne bodems betredende, en dezelve aan den lijdelijken gebieder der plaats overhandigen. Art. 2. Hij zal de gemelde kapitains of gezaghebbers van vreemde en particuliere schepen of vaartuigen aanstonds bij hunne aankomst bekend maken met de plaatselijke wetten en orders op den handel, voor zoover hffn maar eenigzints zoude kunnen regardeeren, houdende ten dien einde daarvan een appart recueil. Art. 5. Hij zal met alle vigilanlie waken en doen waken tegen sluikerijen en allen ongepermitteerden handel en ten dien einde zijne bediendens aan de boom hebben, die tegen woordig zullen zijn bij hel visiteeren van alle inkomende en uitgaande goederen door het volk van den pachter en ook het regt zullen hebben om, wanneer de pachter de visitatie al niet mogle begeeren, dezelve te kunnen eisschen : zullende zijne gemelde bediendens mede surveilleeren op de reede, langs de stranden en aan de mondingen van krceken, spruiten en rivieren legen allen uitvoer van geld en anderen tnorshandel, ten einde bij ontdekking en agterlialing door hem te worden aangegeven. Art. 4. Alle kapitains, gezaghebbers of carga's, die eenige ladingen of cargaizoenen ter verkoop aanbrengen, moeten zich bij den sabandhaar melden en hunne medegebragte goe deren, passagiers, enz., aangeven, mogende geen goederen landen zonder een losbriefje van hem, sabandhaar, hetgeen hij niet verleenen zal dan na daartoe te hebben verkregen het consent van dengene, die het gezag voert. 1808. H. W. DAENOELS 225 I'LAKAAI-lIOÏÏ UïliL IV. 15 Art. 5. De sabaudhaar zal verpligt zijn nauwkeurige lijsten te houden van alle aankomende en vertrekkende, vreemde en particuliere schepen en vaartuigen, derzelver ladingen en passa giers, welke lijsten op zijn bureau hewaard en bij ontslag of over lijdeu aan zijnen vervanger zullen moeten worden overgegeven. Art. 6. Hij zal gehouden zijn den pachter van de boom in het heffen van den bepaalden tol, daartoe verzogt wordende, de behulpzame hand te bieden en, indien er eenig verschil mogt ontstaan tusschen den pachter en den eigenaar of aan brenger der goederen, daarin decideeren, zonder dat nogtans parthijen daarbij zullen behoeven te acquiesceeren, maar zich ter nadere uitspraak zullen mogen adresseereu aan den plaat selijken gebieder. Art. 7. Alle vaartuigen, van den overwal komende, worden door een justitieele commissie, ten overstaan van den fiscaal, doch die van Maccasscr en andere plaatsen uit de groote Oost door hein, sabandhaar, gevisiteerd. Art. 8. De passen voor vertrekkende schepen en vaartuigen worden door hem, sabandhaar, opgemaakt, waarvoor hij zal mogen declareeren in zilver geld, als: voor een pas naar den overwal, geschreven op een zegul van twee rijksdaalders rd" 15: — voor een pas naar Batavia en Bantam, geschreven op een zegul van vier en twintig stuivers » 1: 32 voor een pas langs de kust, geschreven op een zegul van zes stuivers » —: 45 Art. 9. In margine van de passen zal moeten blijken, welke ladingen, ammunitie, passagiers, enz., worden mede gevoerd, zoomede dat het last- en ankerage-geld is voldaan, 't welk de sabandhaar zal hebben te incasseeren en alle zes maanden aan de groote kas te verantwoorden. Art. 10. Hij zal voor de passagiers-passen mede mogen declareeren in zilver geld, als: voor een pas naar Batavia, den overwal en de groote Oost rd« 1 :12 en voor een pas langs Java's kust » —: 30 1808. H. W. DAENDELS 226 Art 11. Hij zal den pachter van de boom in tijds ver wittigen, welke goederen door de van hier vertrekkende schepen en vaartuigen worden medegevoerd, ten einde de pacht daarvan te kunnen innen, voor zoover dezelve aan tol suhject zijn, en de passen niet afgeven, voordat hem hij quitaiitie blijken zal, dat de gemelde pachter behoorlijk is voldaan. Art. 12. Als ontvanger der domeinen zal hij zorgen, dal de pachters hunne verschuldigde pachtschat op de gestelde ter mijnen voldoen en dezelve daartoe aanmanen, doch, zoo zij, des ongeacht, daarmede tot veertien dagen na het termijn dilayeren, daarvan schriftelijk berigt doen aan den prefect, sub poene, dat bij nalatigheid op hem zal worden verhaalt de schade, die den Lande door wanbetaling mogt lijden. Art. 15. Hij zal maandelijks van de bij hem ingekomen pachtpenningen verantwoording doe» aan de groole kas. Art. 14. Als klein-kassier zal hij geene gelden voor den Lande ontvangen of uitgeven dan op ordonnantiën, door den hoofd-administrateur of, zoo de Maarschalk en Gouverneur Generaal hier tegenwoordig is, van zijnentwegen te verleenen. Art. 15. Hij zal tevens bekleedeu de funclien van cnllccteur van het collaleraal en van hel klein-zegul, zoomede van post meesier generaal, volgens de orders en instructien, deswegens geëmaneerd, en hetgeen van die belastingen inkomt om de zes maanden aan de groote kas verantwoorden. Art. 16. Hij zal een vast tractemenl genieten van vier duizend rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars en daarenboven tot compensatie van de onkosten van zijn bureau, het houden van matta-matta's en andere, onvermijdelijke uitgaven, aan hem worden gelaten hetgeen de passen opbrengen, zoomede de oudervolgende inkomsten, bij hem tol hier toe genoten, als: van ieder vaartuig, 't welk van Batavia hier aankomt en naar den overwal of groote Oost is gedestineerd, vijf rijks daalders, doch geen lading brekende of innemende slechts de helft; voor een losbriefje ten behoeve van vaartuigen, komende van den overwal, drie ropijen; 1808. H. W. DAENDELS. 227 voor een doodbriefjc tot het begraven van inlandsche op varenden van particuliere vaartuigen, een ropij; voor het teekenen der passen naar den overwal, een halve ropij; voor het teekenen van passagier-passen naar Batavia en langs Java, een schelling; voor het verleenen van een certificaat voor een slaaf, die van de kust van Borneo of van den overwal alhier wordt inge voerd zonder transport, twee dukatons. Art. 17. Bij de aanvaarding van zijne bediening zal hij doen den navolgenden eed : Ik beloofden zweer Zijne Majesteit, den Koning van Holland, als mijnen hoogen en doorluchtigen Souveiein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien, gehouw en ge trouw te zijn; dat ik de persoonen, welke ten handel worden geadmitteerd met bescheidenheid zal behandelen en hun nauwkeurig onder rigten van de wetten, die alhier omtrent contrabande-goederen zijn geëtablisseerd; dat ik met de uiterste vigilantie zal waken legen allen smokkelhandel en zonder eenige conniventie zal aangeven degenen, welke daarop door .mij of mijne bediendens worden betrapt, zonder deswegens op eenigerlei wijze te composeeren; dal ik mij onthouden zal van het drijven van allen handel met schepen en vaartuigen, die ter dezer plaatse komen ne gotieeren, en evenmin in die van anderen zal participeeren; voorts ook van geene handelaars zal aannemen eenige giften of gaven, of permitteeren zal, dat die door mijne aanhoorigen en bediendens aangenomen worden; dal ik zorgvuldig zal toezien, dat de pacht-termijneu op den behoorlijken lijd worden voldaan en de pachters, die daarin nalatig blijven, zal aunonceeren zonder daarvan, om welke consideratien ook, te blijven in gebreke; en dal ik mij voorts in allen opzigte in mijne bediening kwijten zal, gelijk een eerlijk en vroom ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Ahnagtig! Zie ook 22 November 1809. 1808. H. W. DAENDELS. 228 20 September. Regeling der tradementen van onder scheidene ambtenaren op Java. Zijne excellentie, in overweging genomen hebbende, dat aangezien het afschaffen van alle indirecte middelen en wegen, langs welke de ambtenaren onder het vorig bestuur zich gerechtigd waanden hunne inkomsten te vergaderen, is bevestigd en geconsolideerd bij de voor Java geïntroduceerde nieuwe organisatie, alsnu ook aan zoodanige civiele ge emploijeerdens, voor welke nog geene vaste tractementen zijn bepaald en die, bij ontstentenis daarvan, tot hiertoe geeue inkomsten hoegenaamd genoten hebben of daarin door de bedoelde afschaffing aanmerkelijk verminderd zijn, zoomede nog aan anderen, die in evenredigheid van hunne werkzaamheden alleszins sober beloond wierden, eeif sortahel bestaan dient te worden verzekerd, toereikende om daarvan overeenkomstig hun karakter en den aart, de aangelegenheid en verantwoor delijkheid hunner bedieningen op ecne convenabele wijze te kunnen leven, ten einde ook tevens hierdoor alle ambtenaren tot eene eerlijke administratie op te wekken en met meer nadruk als te voren te verbinden, mitsgaders met te grooter regt dezulken van hen te kunnen straffen, die, zich op nieuw aan de oude misbruiken overgevende en uit de vorige, on zuivere bronnen puttende, daardoor hunne wettige inkomsten op eene onwettige wijze zouden trachten te vermeerderen, besluit: 1° aan de ondervolgende ambtenaren de nabeschrevene trac tementen 'sjaars in zilver geld toe te leggen, als: te Sourabaija: den gezaghebber rd* 20000 » administrateur » 6000 » negotie-boekhouder » 5000 » pakhuis- » » 1800 te Grissée: den prefect rd s 10000 » scriba of boekhouder » 1000 1808. H. W. DAENDELS. 229 te Sumanap: den onder-prefect rd e 5200 » scriba of boekhouder » 200 te Bancallang: den onder-prefect rd s 1200 » scriba of boekhouder » 400 te Banjoewangie: den scriba of boekhouder rd 9 600 te Passourouang: den scriba of boekhouder rd s 600 ten eilande Baviaan: den onder-prefect rd s 1200 te Samarang: den prefect rd' 20000 » hoofd-administrateur » 9000 » pakhuismeester. » 6000 » sabandhaar » 4000 ■ negotie-boekhouder » 3000 • secretaris van Wees- en Boedelmeesteren •> 3000 » tracteWnts-boekhouder » 2000 » negotie-overdrager » 1440 » pakhuis-boekhouder » 800 » gezworen klerk bij den Raad van justitie » 600 tractements-o verdrager ' » 600 > eersten klerk van Wees- en Boedel meesteren » 480 * te Tagal: den scriba of boekhouder rd s 1200 te Paccalongang: den scriba of boekhouder rd 6 1000 te Japara: den prefect rd s 15000 » scriba of boekhouder » 1200 te Rembang: den scriba of boekhouder rd 8 1000 2° dat alle de voorschreven ambtenaren vrij zullen wezen 1808. H. W. DAENDELS. 23 brengt alle de orders en voorschriften voor Je officieren \an gezondheid aan dezelven over. Ari 2. De doctor oi' chirurgijn en chef is voor den ge heelen geneeskundigen dienst in Indien verantwoordelijk en heeft liet oppertoezigt over den geheelen omvang van den/elven, fegeli denzelven onder de officieren van gezondheid, welke indien zij niet uit het vaderland zijn gezonden) op zijn voordragt worden aangesteld en die alle aan hem onder hunne verantwoordelijkheid ondergeschikt zijn. Art, o. De chirurgijn of doctor en chef zal toezien, dat villes worde aangewend, het geen lot hewaring der gezondheid V; "i de krijgslieden kan dienen, terwijl hij hij zijn generaal rapport aan het geneeskundig hestuur zal hehooren op te ?even. het geen tot dit heilzaam oogmerk is hewerkstelligt. Art. 4. Bij het mohiel maken van een gedeelte van het c orps der armee zal hij, hiervan kennis hekomen hebbende, zorgen, dat hel noodige voor ambulances in gereedheid zal zijn ; 'Dsgelijks hij dctacheeringcn zal hij een verdeeling van de officieren van gezondheid van de onderscheidene wapen-corpsen Baar gelang der afstanden, den aard der plaatsen, het getal gedetacheerden, enz. doen; alles niet kennisgeving aan ( le coinniandeerende officieren, van welkers corpsen de officieren V; m gezondheid worden afgenomen, en der detachementen, r ''iii welke zij dan toegevoegd zijn. Art. 5. Voor al heeft hij het toezigt der hospitalen en Is verantwoordelijk, dat nopens de inrichting derzelvc en aangaande de onderscheidene deelen van den dienst alles naauwkeurig word nagekomen, hetgeen in het hoofdstuk der «ospitalen is voorgeschreven, ten welke einde hij dezelve en, '"dien mogelijk, ook de hospitalen der detachementen dikwijls zal iuspecteeren. Art. 6. Hij zal tevens hij zijne inspectien toezien, dat de c hirurgicale instrumenten, het geen tot, bereiding der genees middelen noodig is, de medicijnkisten, enz. in behoorlijke °rde gehouden en voor alle nadeelige omstandigheden, zoo veel mogelijk, bewaart worden. 1808. H. W. DAENDELS. 230 van de betaling van ambtgeld, gerekend van primo Janiiarij dezes jaars, en de Iraclemenlen voor den Oostboeks gezag bebber, de prefecten en onder-prefecten, den pakbuisineester te Samarang en den administrateur te Sourabaija mede zullen ingaan met den eersten Janiiarij dezes jaars, zullende daarentegen alle winsten, door de gemelde ambtenaren sints dien tijd gepercipieerd en genoten aan overwiglen, recognilien en op de betaling der producten als anderzins moeten worden gebragt ten voordeele van den Lande, conform de deswegens gedane circulaire aanschrijving vnn den 16 pn Mei 1808, en wijders de traclemcnten voor den hoofd-administrateur, sabandhaar en de overige genoemde geëmploijeerdens, voor zoover zij in den loop van dit jaar zijn aangesteld of nog aangesteld zullen worden, ingaan met den dag hunner aanstelling; 5° dat de scriba in den Oosthoek, even gelijk die van Samarang, voortaan geen tractement van den Lande genieten, doch daarentegen jouïsseren zal van de winsten als vendumeester en die op de zee- en landpassen, de piagems of contracten met de pachters, de trouw-actens, als anderzins te voren geheel of gedeeltelijk bij hem wierden gepercipieerd en niet ingetrokken of door de nieuwe inrigtingen vervallen zijn; wordende wijders ingetrokken de bediening van eersten klerk ter secrelarij en aan hem, scriba, niet meer als eenen enkelen klerk è ri' 40 ter maand van Lands wege geaccordeerd om hem in het bewaren der archiven, het houden van het dagregister en andere bezigheden in zijne functie van scriba te assisteeren; 4° dat de maand-gelden voor de klerken en mindere pennisten bepaald blijven op den voet, zooals door de hooge regering te Batavia bij resolutie van den 23"" Februarij 1808 is vastgesteld, buiten zoodanige uitzonderingen, als daarop bij de inslructien voor den hoofd-administrateur en den negotie-boekhouder alhier, item bij sommige resolutien bereids zijn of nog mogten worden gemaakt; 5° dat de tracleniciiten van den secretaris en de verdere 1808. H. W. DAENDELS. 231 geëmploijeerdens bij de collegien van Wees- en Boedel meesteren te Samarang zullen loopen ten laste van hare eigene kassen. 22 September. Bepalingen nopens de marine-school te Samarany. Zijne excellentie, overwegende, dat dit etablissement niet alleen nuttig is om, ingevolge de primitive instelling, jonge lieden tot de zeevaart en tot de arthillerie of genie op te leiden, maar ook tevens eenigormate vergoed het volstrekt gebrek aan scholen en leermeesters hier te lande voor zoo danige ouders, die, geene genoegzame middelen hebbende om hunne kinderen tot het verkrijgen van eene behoorlijke op voeding naar Europa te zenden, daardoor in de gelegenheid worden gesteld dezelve tegens een zeer mediocre betaling in het voorschreven instituut te doen onderwijzen; overwegende wijders, dat de qualiteiten van zee-officieren bij de kolonie, welke tegenwoordig nog bij de informators worden bekleed, als een overblijfsel van de oude inrigting der voormalige Oost-Indische Compagnie oin haren handel met eigen schepen te drijven, voor de gemelde informators behooren te vervallen en dezelve gecreëerd tot officieren van de arlhillerie, als zeer gepast zijnde voor de belrekking, waarin zij zijn geplaatst, en zulks namate van de verschillende graden, die zij thans bezitten, en de aanspraak op bevordering, welke zij door het lang gemis van avancement hebben ver kregen ; overwegende eindelijk, dat door het accordeeren aan de gemelde informators van den rang van officieren der arthil lerie zij ruim zooveel aan tractementen zullen toucheeren, als zij anderzinls gewoon waren qua zee-ofïicieren en aan douceurs van het instituut te genieten, waardoor de gemelde douceurs ten bedrage van rd s 2970 kunnen worden bespaard tot groole verligting van hel fonds, 't welk reeds zints ecnigen lijd de lasten niet heeft kunnen bestrijden, terwijl uit die bezuiniging tevens kan worden gevonden cene ver- 1808. H. W. DAENDELS. 232 hooging van het menage-geld der scholieren, gemerkt het bij de toegenomen duurte van levensmiddelen niet meer mogelijk is hen, gelijk bevorens, voor rd s 2 1 /» per hoofd 'smaands na behooren te spijzigen; besluit: 1° de informators en onderwijzers in 't marine-school te Samarang te ontslaan als zee-officieren bij de kolonie en hen aan te stellen, gelijk zij aangesteld worden bij dezen: Johannes Gerlach tot eersten kapitein van de arthillerie en eersten informator; Jan Teunis Busscher tot eersten lieutenant van de arthillerie en tweeden informator; David von Emmerik tot eersten lieutenant van de arthillerie en derden informator; Johannes Julius van Hoorn tot'lieutenant van de arthil lerie en vierden informator; Roelof van Ingen tot lieutenant van de arthillerie en vijfden informator; Carel Coenraads en Frederik de Neijs tot kadets van de arthillerie en aide informators; alle op de tractementen, tot hunne respective graden bij de arthillerie staande, doch zonder eenig verder genot van douceurs uit het fonds van het marine-school, be halven voor de aide informators, aan wie uithoofde van de geringheid hunner inkomsten ieder een halve rijks daalder daags in zilver geld ten lasten van het voorschreven fonds zal worden betaald; 2° het menage-geld voor de scholieren te verhoogen van rd s 2 1 /, tot rd" 4 ter maand en derzelver getal te be palen op 80 koppen; 5° de tegenwoordige curatoren van het voormelde instituut, thans nog bestaande uit den prefect, Goldbach, den havenmeester te Rembang, Verhage, en het lid van het collegie van administratie der houtbosschen, Smissaart, honorabel als zoodanig te ontslaan en weder tot curatoren te benoemen: 1808. H. W. DAENDELS, 233 den prefect Goldbach, » president van het collegie van administratie der houtbosschen, Knops, den lieutenant-koloncl van Oostheim, » » » en havenmeester, Muller, » hoofd-administrateur Sack, welke laatste tevens zal zijn kassier, verwisselende maandelijks van presidie en in hunne werk zaamheden geassisteerd door den scriba, Beer; 4° aan de gemelde curatoren te demandeeren om de in structien voor het voorschreven instituut zoodanig in te richten, dat dezelve voor het onderwijs van den dienst te lande, zoowel als van dien ter zee, beiden dienstig zijn ; 5° ingelijks aan de gemelde curatoren op te dragen om ten laste van het fonds een leermeester in de Hollandsche taal voor 't marine-school te engageeren, zoodra zich de gelegenheid daartoe zal voordoen, ten einde de scholieren, die hier te lande zijn geboren en de Hollandsche taal niet volkomen magtig zijn, daarin onderwijs te geven tot faciliteit van de lessen, welke zij van de informators ontvangen. 23 September. Zamensmelting van de collegiën van Wees en Boedel-meesteren Ie Samarang. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat de president en de secretaris van Weesmeesteren te Samarang, tevens zijnde president en secretaris van het collegie van Boedelmecsteren, het laatstgemelde collegie zeer gevoeglijk kan worden gedissolveerd en deszelfs werkzaamheden op het collegie van Weesmeesteren overgebragt, alleen met assumtie van eenige Chineesche en Moorsche leden, wanneer over de belangen van onchristenen wordt gehandeld; besluit het collegie van Boedelmeesteren in te trekken en president en leden honorabel te ontslaan, met dankbetuiging voor hunne aan den Lande in die betrekking bewezen diensten; 1808. H. W. DAENOELS. 234 voorts de belangens van onmondige onchristcnen in den aan staande te laten waarnemen door Weesmeesteren onder den titul van het collegie van Wees- en Boedelmeesleren, samen gesteld uit de volgende personen, als: president: Jacob Blanck; vice president: Barend van der Worm; leden: H. W. Piel, H. B. Knaap, J. J. Jonker, C. F. Cramer, Kouw Tjaijsceng, Tan Tianseeng, Mura Lebe, Djenal Albiedien; seaetaris: Nicolaas Anlhonij Holmberg de Beckfeld; met dien verstande, dat de Chineesche en Moorsche leden alleen tot de zitting zullen worden toegelaten, wanneer over de belangen van onchristenen wordt gehandelt. Een gevolg van deze zamensmelting is geweest de onder staande, op een onbekend tijdstip (vermoedelijk niet vóór 1810) gearresteerde instructie. Art. 1. Overeenkomstig het geresolveerde van zijn excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal op den 23'" van Herfstmaand 1808 maken de collegien van Wees- en Boedel meesteren te Samarang voortaan maar een collegie uit en, ofschoon het voormalig gouvernement van Java's Noord-Oost kust in verschillende deelen, van elkander onafhankelijk, ge scheiden is, hlijven Wees- en Boedelmeesleren in hare voormalige betrekking langs deze kust, van Brebes lot Lassum ingesloten, en in keizers en sullhans gebied onveranderd en worden aan de hoven van Souracarta en Djocjocarta en op de prefectures Tagal, Paccalongang, Japara en Bembang door de civiele magten zoodanig geassisteerd, als hieronder nader beschreven zal worden. Art. 2. Het gemeld* collegie van Wees- en Boedelmeesteren beslaat uil een president, een vice-presidenl en zeven leden: de president, vice-president en drie leden zijn alloos Europeesen of van Enropeesclie afkomst, twee leden Chineesen en twee Mooren. Maleiers ol' van andere Mahomedaansche natie, geene Javanen zijnde; dit collegie wordt geassisteerd door een se 1808. H. W. DAENDELS. 235 cretaris, een gezworen klerk, die tevens boekhouder is, en met zoovele klerken, als het schrijfwerk zal vergen, en word verder bediend door een bode. Art. o. De belangens van Christenen en Joden gaan echter bij het collegie van Wees- en Boedelmeesteren alleen aan den president, vice-president en de eerstgenoemde drie leden, terwijl die van Chineesen, Mooren en andere Oostersche natiën, geen Javanen zijnde, den president, vice-president en alle de hier voorgenoemde leden aanbevolen zijn ; het collegie, in de eerste plaats handelende, doet zulks onder benaming van Weesmees teren en in de tweede plaats onder die van Boedelmeesteren van Chineesen en andere onchristene sterfhuizen. Art. 4. In 't generaal moeten alle boedels van Christenen en Jodeu, waar de erfgenamen onmondig, dan wel uitlandig of absent en die notoir lijk suffisanl zijn, door Weesmecsteren, in zooverre haar Eervvaardcns bij testament niet uitgesloten zijn, aangevaart en geadmiuistreert worden, zoodanig, als altijd gepractiseerd werd, met dezen verstande nogthans, dat, bij aldien er eenige de minste haesitalie mogt wezen, door wien van beiden, Weesmeesteren of den curator ad lites, de boedel moet worden aangevaard, Weesmeesleren dezelve niet onder zig mogen nemen, alvorens daarover te hebben erlangd de decisie of ordre van den heer Gouverneur Generaal, zooals de curator ad lites aan zijne zijde ook verpligt. zal zijn te doen; in afwagting van die decisie zal de prefect van Samarang en Damak de bevoegdheid hebben de weeskamer dan wel den curator ad lites tot eene provisioneele aanvaarding te authoiïseeren. Art. 5. Dog in cas van twijffeling omtrend de suffisantie eenes boedels, tol welkers administratie Weesmeestereu ge roepen zijn, zal dezelve, om de reputatie van den overledene te conserveeren, zoolang voor suliisant gehouden werden, lot dal het contrarie komt te blijken, en gevolgelijk de eerste aanvaarding van dien moeten geschieden door den secretaris van Weesmeesteren ler presentie van twee gecommitteerde leden met voorkennisse en ordre van den heer president. 1808. H. W. DAENDELS. 236 Art. 6. Zullende in dezen gevalle ten eersten alles in het sterfhuis geinventarisseerd en de zaken van des overledens liegravenisse op 't menagieuste en zoo soher, als immers de conditie van den overledene dal lijden kan, gesteld moeten worden. Art. 7. Dit verrigt zijnde, zal de secretaris, zoo ras doenlijk en alvorens tot den verkoop der goederen te procedeeren, gehouden zijn aan het collegie te vertoonen den slaat des boedels, te weten, de onkosten der liegravenisse en wijders de schulden des boedels, zooverre bekend zullen zijn, en daarin stellen alle de in wezen bevondene effecten, schulden, etc. om alsdan bij hetzelve collegie geëxamineert te werden, of zoodanige boedel, ten gelde gemaakt werdende, zoude komen toereiken of niet, om in 't eerste geval voort te stappen tol de verkooping der goederen en de verdere administratie van dien, dog in het laatste geval daarvan sedert die ure af te zien en denzelven als een noloiren insolvenlen boedel aan den sequester over te geven. Art. 8. Maar, wanneer het gebeuren mogte, dat zodanige boedel bij Weesmeesteren op het gemelde vertoog van haaren secretaris voor sumVant aangezien en egter na dato der verkoping insolvent bevonden wierdt, het zij dat de goedereu zoo hoog in prijs niet baaien, als men wel gedagt hadde, of wel, dat zig na dato nog eenige schulden openbaarden, zo zal die boedel almeede aanstonds aan den sequester moeten overgegeeven worden, zonder dat bij leeden van Weesmeesteren de 4O S|(l penning van de verkogte goederen genooten, maar, getrokken zijnde, weeder ten voordeele van den boedel zal moeten uitgekeerd worden, gelijk dan ook de secretaris weegens de risico in het invorderen der vendu-penuingen, die hij daar van onderheevig blijft, niet meer zal trekken dan de eene helfte van 't ordinaire vendu-salaris, boven de gevallene kosten, en de weeder helfte laten genieten door den sequester, aan welken zodanige, naderhand insolvent be vondene boedel werd overgetransporteerd, en dal voor de moeite der te houdeue procedures, in cas van preferentie 1808. H. W. DAENDELS. 237 en concurrentie, mitsgaders de distributie, in conformiteit van het daarop te vallene vonnis. Art. 9. Zulks zal ook vice versa moeten geschieden, in gevalle de sequester een boedel, die eerst notoir insolvent g'oordeelt was, na dato sufficant bevond, welke als dan niet alleen aanstonds aan Weesmeestereu overgegeeveii, maar ook, in cas de goederen reeds verkogt mogten zijn, als dan door den sequester voor risico en moeite van 't iumaanen der vendu-peuningen niet meer dan het halve vendu-salnris boven de gevallene onkosten genoolen en de resteerende helfte aan den secretaris van Weesmeesteren gecedeert zal moeten worden. Art. 10. Alles nogthans met dien verstande, dat, ingevalle liet mogte gebeuren, dat, nadat de ganlscbe hoedel reeds gered en de bekende crediteuren al voldaan mogten zijn, zig onverwagt nog een crediteur kwam op te doen, wien, naderhand eerst te voorschijn komende en dies crediteurs pretentie grooler mogte weezen dan het overgeblevene restant des boedels, alsdan geen overgifte van dien, hoewel daar door insolvent bevonden weidende, zal geschieden, maar alleen uitkeering van dat restant aan zodanigen crediteur behoeven gedaan te worden, zonder dat hij, schoon de oudste bezegelde brieven hebben mogte, de verdere crediteuren, welke haar aan deel bevoorens ter goeder trouwe uit den sullirant geoordeelden boedel genooten hebben, tot eenige weederuitkeering ver moogens zal zijn aan te spreeken; egter zal zulx geen plaats hebben, dan wanneer alle bekende en onbekende crediteuren, bij aflixie van billetten, zowel in het Neederduits, als in 't Maleidsch en Chineesch, van de voorschreven te doene volkomene af belaaling der crediteuren zes maanden bevoorens zullen weezen verwittigt. Art. 11. lemand aflijvig wordende, hetzij man ofte vrouw, en kind ofte kinderen agterlaatende ofte geen maagen of ge regtigde erfgenaamen alhier hebbende, zal de doodgraver, die het graf voor den aflijvige maakt, gehouden weezen, al oer dezelve begraven word, zulx Weesmecsteren ofte 1808. H. W. DAENDELÖ. 238 haaien secretaris aan te brengen, op verbeurte van zijn dienst. Art. 12. En zullen de naanien en woonsteeden van den overleedene bij den secretaris aangeteekend worden, mits de doodgraver, zowel als de secretaris, daarvoor genietende elk zes stuivers. Art. 13. Waar en boven en om dezelfde reeden van alle les lamenten, codicillaire procuratien of andere actens van uitersten wille kennisse eu verlooning zal werden gedaan aan VVeesmeesteren, ter registreering, invoegen het respective collegie van justitie gerecoinniandeert word daarop reguard te neeinen, indien iemand riaaromtrend eenige difficulteit maakte. Art. 14. Onderlusschen dat Weesmeesteren gcqualiliceerd werden tot het openen van alle beslooten testamenten, ter weeskamer gebragt werdende of dezelve raakende. Art. 15. Vervolgens zullen Weesmeesteren door den bode den overgebleeven man ofte vrouw doen aanzeggen om ter weeskamer te komen op zulken dag, als het Weesmeesleren gelieven zal, genielende di; bode daarvoor ses stuivers, alles te verschieten bij de weeskamer en weederom te halen aan de goederen van weeskinderen, die ter kamer gebragt worden. Art. 16. Vader ofte moeder laugstleeveude zullen gehouden weezen ter weeskamer te koomen om te verriglen en der weezen goed te bewijzen en ler weesboek te brengen, in presentie van de daarover te roepene naaste vrienden van den aflijvige, zo er eenige zijn, eu dat binnen zes weeken na begravinge van den overleedene, op poene van twaalf rd s , te verbeuren ten behoeve der kamer en des niettemin gehouden te blijven bewijs te doen, ten waare den langst leevenden bij advis van Weesmeesteren langer tijd wierde toegelaaten om bewijs te doen ofte zonder bewijs Ie doen in den boedel ongedeell te blijven zitten. Art. 17. Niemand zal van zijne kinderen scheiden, voor en ar eer hij zal hebbeu geleeverd staat en inventaris van 1808. H. W. DAENDELS. 239 alle goederen, meubelen, immeubelen, huizen, erven, slaven, paglen, renten, scheepen ofte parten, scheeps- geld, actie schulden en onschuldon, hoe die genaaml moogen weezen, inilsgaders goud, zilver, kleinodieu, kleeren en allerhande huisraad, dewelke met den overleeden ten dage van deszelvs afsterven te zaïnen gehad en bezeeten heelt, en dat gesterkt met eede, die hem bij Weesmeesteren, als daartoe geautho riseerd zijnde, afgenoomen zal worden, ten waare dat bij Weesmeesteren eu de naaste vrienden en voogden van de weezen anders geraaden en geaccordeerd wierd. Art. 18. Zo bevonden word, dat eenige goederen ver zweegen en niet in de gezegde inventaris gesteld zijn, zullen dezelve zonder eenige contradictie koomen en blijven ten voordeele van de kinderen van den aflijvige, ten waare de geenen. die voorsz. inventaris heeft geleeverd, bij eede wilde verklaarcn, dezelve niet willens en weelens verzweegeu te hebben. Art. 19. In zo verre iemand voorwende de overleedene geen goederen agter gelaaten te hebben en dat de boedel meer ten agler als te vooren is, zal dezelve daarmeede niet moogen volstaan en van het doen van bewijs vrij zijn, voor en al eer hij inventaris in forma voorschreven met schulden en onschulden overgeleeverd zal hebben, waarbij hetzelve blijken mag, almeede binnen voorschreven tijd, ten waare bij Weesmeesteron toegestaan wierd, dat er geen inventaris geleeverd zal worden. Art. 20. Bij aldien het gebeurt, dat eenig boedelhouder of boedelhoudster zig wilde behelpen met eenige testamenten of codicillen, bij den overleedene gemaakt, zo zal daarin niet toegestemt moogen weiden, maar de zodanige des niette min gehouden weezen inventaris te leeveren en bewijs te doen, ten waare sullionte cautie konde en wilde stellen en Weesnieesteren daarmeede tevreeden waaren. Art. 21. Vader en moeder beide stervende zonder baare kinderen bewijs gedaan te hebben, zullen de oudste en naaste magen ler wederzijden gehouden weezen bewijs te doeu 1808. H. W. DAENDELS. 24 Art. 7. Als ook, dat in het voorschrijven, bereiden en toedienen der geneesmiddelen de meest mogelijke spaarzaam heid, voor zoo veel met het welzijn dor lijders bestaaudbaar is, worde betracht en dat aan niemand medicijnen worde toegediend, dan die er aanspraak op heelt. Art. 8. Voorts is hij gehouden Ie zorgen, dat de lijsten der officieren van gezondheid, benevens de verantwoordingen van den geneeskundigen dienst, waarvan in het eerste hoofd stuk, derde afdeeling gesproken is, behoorlijk bij hem ontvangen worden, ten einde bij gelegenheid naar 't. vaderland te worden opgezonden om vervolgens ook door het geneeskundig bestuur der armee onderzogt te worden. Art. 9. Dal de vereischte subordinatie worde in het oog gehouden, op het gedrag der officieren van gezondheid worde gewaakt en iu hel algemeen, dat alles worde in acht ge nomen, hetgeen ten opzigte der pligten en werkzaamheden der officieren van gezondheid is voorgeschreven. Art. 10. Indien hij mogt bevinden, dat eenig officier v;m gezondheid niet aan zijne verpligting voldoed of zich aan wangedrag schuldig maakt, zal hij, indien zijne serieuse ver maningen vruchteloos mogten afloopen, daarvan kennis geven aan zijne excellentie den Maarschalken Gouverneur Generaal, opdat daartegen de noodige voorziening kan geschieden. Art. 11. Hij is gehouden, zoowel van de goede pligts betrachting der officieren van gezondheid, als van hunne nalatigheid, gemotiveerde aanteekeningen Ie houden en daarvan, zoowel als van alle bijzonderheden, die hem in den loop van zijne functien voorkomen, aan zijn excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, als ook het geneeskundig bestuur over de armee, bij ieder overzending der stukken te rap porteeren. Art. 12. Hij ontvangt 's weekelijks van de doctors of chirurgijns principaal der arrondissementen het dagelijks morgen-rapport der hospitalen. Insgelijks ontvangt hij van dezelve's maandelijks een maand rapport met bijvoeging der dagen van verpleging, beiden 1808. H. W. OAENDELS. 240 van de goederen, liij den overleedene agterlaatèn, gelijk voorsz. Art. 22. Indien vader eu moeder ofte andere bocdelhouders bereid waaren binnen voorzegden tijd bewijs van goederen te doen eu de vrienden van den allijvige, verzogt zijnde voor Weesineesteren te compareeren, daartoe niet verslaan wilden, zo zal men zodanige onwilligen tot drie verscheidene reizen, telkens op zeekeren, te preügeeren dag, bij den boode van de kamer doen roepen ominc te horen 't geene dien aangaande gedaan zal worden; dog dezelve egter niet compareerende, zullen Weesmeeslereu zodanige» bewijs ontvaugen en de bewijzer daarmeede kunnen volstaan. Art. 25. De kinderen van de eene zijde beweezen zijnde, zo zullen na 't overlijden van den langstleevende de oudste en naaste maagen van deszelvs zijde der kinderen bewijs dooi), meede binnen voorsz. lijd, op verbeurte van zes rd s ten behoeve van de kamer, en overmindert hunne gehoudenissc om als nog bewijs te doen. Art. 24. Het voorsz. bewijs zodanig gedaan zijnde, zullen alle de brieven, schullkennissen en alle andere goederen of gelden, die beweezen zijn, terstond op de weeskamer gebragt winden, al ware het ook, dat anderen daar part en deel in hadden. Art. 25. Indien eenig wees, tot zijne mondige jaaren nog niet gekoonien zijnde, staande in het weesboek ofte niet, bij institutie van iemand erfgenaam gemaakt waare, zo zal de boedelhouder ofte die hem met den boedel bemoeit, gehouden weezen, binnen zes weeken na des testateurs overlijden, over te leeveren in handen van Weesmeesteren, ter presentie van de naaste vrienden, behoorlijk inventaris van alle goe deren, bij den testateur agtergelaaten, omme vervolgens de ervenisse naar den testamente te schiften, scheiden en deelen en vooral zulk een part ofte deel, als de kinderen toevallen zal, alwaar 't ook met andere gemeen, terstond op de wees kamer te brengen, als vooren op poene van twaalf rijksdaaldei-s ten behoeve van de kamer. 1808. H. W. DAENDELS 241 PLAIAAT-BOEK DEEL IY. 16 Art. 26. Insgelijks zullen alle legaaten, donatien, giften of anderszints. hoe hetzelve genaaml zou mogen zijn, den weeskinderen l>ij iemand besprooken ofte gelegateerd, bij de erfgenaaineii ofte testateurs, indien er eenige zijn, binnen voorsz. tijd ter weeskamer gebragt werden, meede op voorsz. poene. Art. 27. En zullen alle meubilaire goederen, als huisraad, kleeden, juweelen en zo voorts, de kinderen aanbestorven ofte bij hel doen van bewijs toegevallen, in 't openbaar opge veibl eu aan den mecstbiedende verkogt worden en dat in praesentie van de naaste magen, zo er eenige zijn, ten waare de weeskamer, met advies der voorsz. naaste maagen, om reedenen anders goed vond. Art. 28. Egter zullen de maagen of ook Weesmeesteren niet vermoogen eenige vaste goederen, renten ofte pagten, de weeskinderen toekomende, te verkopen, belasten ofte vervreemden als met voorgaande consent van den geregte, zijnde de Raad van justitie te Saraarang, en zullen die van den geregte ook daarinne niet cousenteeren als om groote redenen en in alle gevallen zal de verkooping van zoodanige goederen niet geschieden als opentlijk aan den meeslbiedende. Art. 29. Vader ofte moeder, hunne kinderen zekere somma van penningen bewijzende, zullen gehouden wezen dezelve terstond op de weeskamer te brengen omine tot profijt van dezelve kinderen belegt te worden olie, indien de ouders de penningen onder haar begeerden te houden, zullen daarvoor stellen vaste hypolheecq en twee sufficante borgen, ter discretie van de weeskamer. Vil. ."»(). Eu zoo iemand hem onwillig toonde en in ge breke bleef omtrent 'tgeene hiervoren van 't doen van bewijs ofte aanbrenginge der goederen, ervenisse ofte legaten, den kinderen gemaakt, gestatueerd is, zal de zoodanige daarover gegijzell en in dier voegen gehouden worden tot ter tijd toe, dat bewijs, gelijk het behoord, gedaan zal hebben. Art. 51. En zullen des niettemin Weesmeesteren terstond na de expiratie van voorsz. zes weken mogen gaan ter 1808. H. W. DAENDELS. 242 woonstede van den onwillige en aldaar door den secretaris, ter presentie van de magen van den overledene, zoo er eenigeu zijn, ofte van de naaste geburen, alle de goederen, in de huizen wezende, zoomede alle andere goederen, die moglen Ie vinden ofte ten tijde van de aflijvigheid van den overledene geweest zijn, laten inventariseeren. Art. 32. Alle aanwas of profijten, 't zij door de negotie ofte bij besterffenisse en anders, hoe hel genaamd mag wezen, 't welk vader ofte moeder aankomen mogte na den voorsz. gepreOgeerden tijd van bewijs te doen. zal zoowel komen ten profijte van de kinderen als van den vader eu moeder, zonder dat de kinderen zullen participeeren in eenige schade, die den boedel mogte voorkomen, als zullende dezelve alleen gedragen en geleden worden bij die hun onwillig geloond hebben. Art. 53. Desgelijks zal ook de belaslinge van renten of anderzints, die op vader ofte moeder voor dato van hel bewijs in eenigerhande manieren gedaan zal worden, alleen komen tol last van derzelver goederen, dewijl der kindeion goed altijd zuiver en onhezwaaid moei blijven, zonder dal vader of moeder der kinderen conditie eenigzints bezwaren, verkorten ofte verergeren zal kunnen. Art. 34. Niemand, 'l zij man of vrouw, weezen of on mondige kinderen hebbende, mag weeder huwen, voor en aleer, den overgebleevene weezen, in maniere voorschreven, behoorlijk beweezen ofte met de weeskamer en de naaste maagen dierweegens overeengekomen zijnde.de goederen der kinderen, bij diergelijken accoord toegeweezeu, ter weesboek gebragl zal hebben, op poene, indien iemand door blijkelijke verzui menissen 't contrarie deede, van te verbeuren het agtste part zijner ofte harer goederen, ten behoeve van de \oorsz. kinderen. Art. 55. Alle particuliere executeuren van boedels, waarin minderjarige erfgenamen zijn, zullen, ingevolge publicatie van de hoge regeering van den 1808, gehouden en verplicht zijn om binnen den lijd van agl maanden na hel aanvaarden van dezehre boedels (van welk termijn evenwel 1808. H. W. DAENDELS. 243 Weesnieesleren om gegronde motiven zullen vermoogen pro longatie te verleeneu) ter weeskamer over te leveren een staat en inventaris der roerende en onroerende goederen, schulden en credilen. enz. en wijders het aandeel der on mondige erfgenamen in de erfenis te bewijzen, met deze modificatie uogtans en naar den inhoud van art. 20 van het placcaat van den 1781 len opzichten van de langst levende der ouders van onmondige kinderen, dat zodanige executeuren niet zullen worden begrepen onder de verplichting van de erfportien van onmondigen ter weeskamer te moeten overbrengen, ingeval dezelve begeren die gelden len profijte der minderjarigen in eigen perzoon te admini streren, mits daarvoor stellende vaste hypotheek of sufliciente borgen, ten genoegen van voormeld collegie en de naaste magen der onmondigen: onder bepaling wijders, dat, bij aldien alle de door den teslateur iiomhiatini benoemde voogden en administrateuren der door hem aan minderjarigen na te laten goederen en dus niet de zodanige, welke door benoemde voogden of executeuren worden gesubstitueerd of gcadsumeerd, overleden en de onmondige erfgenamen nog niet meerder jarig of tot eenig ander geapprobeerden staal niogten zijn gekomen, derzelver gelden en effecten ter weeskamer zullen moeten worden overgebracht om daar verders te worden beheerd tot hunne meerderjarigheid, terwijl nogtans aan Weesmeesteren hel recht word toegekend om in bijzondere gevallen, wanneer de voogden van een geabandonneerd gedrag, verkwistend, voortvlugtig of bankeroet mogten zijn, zich de belangens der pupillen, ongeacht de institutie van voogden door den testateur, aan te trekken, mits hunne bevinding of gronden tol verdenking aan het oordeel der hoge regeering submittcrende. Art. 56. Alle kinderen, die vader- of moederloos zijn, worden geconsidereert als weezen en onmondige en dus niet bekwaam om haar eigen voogd te weezen, voor dat zij den ouderdom van 25 jaareu bereikt hebben, invoegen zij tot dien tijd loe moeien blijven onder voogdij en opzigt v;in 1808 H. W DAÉNDELÖ. 244 Weesmeesteren en haare voogden, (en waare zij in den huwelijken staat kwamen Ie treeden otte bij goedvinden van Weesmeesteren en de naaste maagen van de hoge overigheid veniam aetatis erlangden. Art. 57. Indien noglhans VVeesineesteren met de gemeene vrienden en maagen om deugdelijke reedenen niet geraden vonden alzulke perzoonen. tot gezegde jaaren gekoomen ofte ook gehuwd zijnde, uit de voogdij te stellen, zo zal men zicb dierweegens moeten adresseeren aan de hooge regeering en derzelver goedvinden afwagten. Art. 38. Zo lange de weezen of andere, onder voogd ije staande, met haar goederen in 't weeshoek bekend staan, zullen zij dezelve niet moogen verkoopen, verzetten, hezwaaren, nog vervreemden in eeniger manieren, ten waare Wees meesteren met de naaste maagen en voogden zulks vonden en expresselijk daarinne consenleeren. Art. 39. En zo wie met voorsz. weezen ofte andere, onder voogdij en in het weesboek staande, contraheerde, kogle en verkogte ofte hen lieden leende ofte borgde, buiten consent als vooren, hooger als een rijksdaalder, 't zelve zal van geener waarde weezen en daarop geen recht mogen gedaan worden, hoe oud van jaaren de weezen ook moglen zijn; en zal daaren boven de geene, die zulke perzoonen geld geleend, geborgd of met speelen afgewonnen heeft, arbitralijk gecorrigeerd worden. Art. 40. Der weeskinderen schulden, die te boek gesteld zijn, mitsgaders al, hetgeene bij ervenisse door vader ofte moeder ofte door andere bewezen ofte ten voordeele van de kinderen opgebragt zal wezen, zal men mogen innen met sommeeren, renoveeren en executeeren legens dengenc, die de schuld bekend ofte het voorsz. bewijs gedaan heeft, in alle opziglen als zulx voor het gerecht gepasseerd ware. Art. 41. Ook zullen alle overeenkomsten en beloften, borg togteu, mitsgaders alle andere actiën, die in eenige zaken der weeskinderen ofte andere, welkers goederen op de weeskamer berustende zijn, voor Weesmeesleren gepasseerd zullen worden, van gelijke kragl. zijn. 1808 H W. DAENDELS. 245 Arl. 42. Alle brieven, weeskinderen toebehoorende en in de vveesboeken staande, die van kragt waren, doen dezelve daar aankwamen, zullen in ireenderlei wijze verkeeren, ver ouderen olie vergaan, hoe oud van jaren die ook mogten wezen. Arl. 45. Nopens bel onderhoud der kinderen werd gesta tueerd, dat vader ofte moeder, in leven blijvende, schuldig zal wezen bare kinderen te onderhouden van de vrugten van het bewijs, en zulx de zoons tot haar agthiende en de dogters tol baar vijftiende jaar toe, hoe sober en klein dezelve vrugten ook mogten wezen, zonder te genieten eenige inkomsten ofte profijt van de kinderen, bij eenige dispositie, testamentaire gifte, donatie ofte eenige andere manieren aangekomen ofte nog aan te. komen van vader- ofte moederszijde ofte iemand anders, len ware de making of gifte ten behoeve der kinderen zulks expres in dier voegen verklaarde ofte bij Weesmeesteren om redenen anders verstaan niogte worden, waarinne alsdan tot discretie van Weesmeesteren en bij advies van de naaste vrienden en voogden gedaan ofte met de ouders geaccordeert zal worden na bebooren. Art. 44. De voorsz. tijd van onderhoud geëxpireerd wezende, zal nogtbans vader ofte moeder, die bewezen zullen hebben, van dal onderhoud egler niet vrij ofte ontlast zijn, voor en aleer zij, bij Weesmeesteren komende, ter presentie van de vrienden, zoo er eenige zijn, verklaarden, dat zij hegeeren van hel onderhoud ontslagen te wezen, waarinne alsdan bij Wees meesteren gedaan zal worden, zooals haar Eerwaardens in billijkheid bevinden zullen te behooren. Art. 4fi. Indien bevonden wordt, dat de weeskinderen niet zoodanig onderhouden worden, als geconditioneerd is, of dat men niet dienstig en nuttig oordeelde dezelve langer te laten blijven ler plaatse, daar zij besteld of woonachtig zijn, 't zij bij de ouders, naaste vrienden ofte andere personen, zal men ten allen tijde bij advies van Weesmeesteren dezelve van daar mogen nemen en ergens elders besteden, met dezen verstande nogtbans, dat de pupillen onder lieden van denzelfden godsdienst als hunne ouders ter opvoeding moeten besteld worden, 1808. H. W. DAENDELS. 246 Art. 46. En, bij aldien diegene, waaronder de pupillen bevorens besteld zijn geweest, eenige goederen van dezelve onder hen hadden, zoo zullen zij gehouden wezen zoodanige goederen binnen een maand na de verhuizing der papillen op te brengen, op poene van zes rijksdaalders ten behoeve der kamer, te verbeuren bij degenen, die daarop in gebreke mogten blijven, onverminderl dat evenwel gehouden zullen wezen dezelve te leveren. Art. 47. En, zooverre de vrugten of renten van hel. bewijs bevonden worden werkelijk meer te bedragen, als tol der kinderen goed onderhoud vereischt wordt, zoo zullen in dien gevalle de vrienden en voogden met advies van Weesmeesteren dienwegens met vader ofte moeder accordeeren, zooals na redenen behooren zal. Art. 48. De capitalen van pupillen, die in bare jongheid ter educatie naar Nederland verzonden werden, moeten Wees meesteren alhier aanhouden, tot zoo lange haare ouders <>l' voogden derzelver ovennakinge requireeren of bare Eerwaar dens oordeelcn, zonder prejuditie van gedagle papillen, Ie zullen kunnen geschieden, dog de intressen van zoodanige capitalen moeten zij jaarlijks overmaken aan degenen, onder welkers zorge diergelijke kinderen zijn toevertrouwd. Art. 49. Aangaande de voogdij diend noodzakelijk gelet te worden, dat, indien hij testament van den overleedene geen voogden zijn gesteld (want die anders voor alle andere als de zodanige zullen geconsidereerd werden), 't van zelvs spreekt, dal de vader van de nagelaten kinderen, een man van eer, nugter en bequaam zijnde, in de eerste plaats competeerl de voogdije over zijne kinderen en om goede toezigl over dezelve te neemen, mitsgaders hunne goederen te admini streeren. Art. HO. Ten waare hij volgens voorgaande niaking ofte andere voorwaarden in de goederen van zijne kinderen niel succedeeren mogte, in welker gevalle de administratie zal toekomen en bevoolen worden aan 't naaste bloed van de voorsz. kinderen, in zo verre hij erfgenaam, van de mannelijke 1808. H. W DAENDELS. 247 sekse, cpii ingezeeten en niet te oud van jaren zij ofte om andere reedenen bij Weesmeesteren onbequaam daartoe ge- U(>ml wierd, dewelke dan ook gelioudcu zal weezen dezelve voogdij te aanvaarden onder cautie juratoir, op poene van vijl' en twintig rd' ten behoeve der kamer. \rl. 51. (ïeene vrouwen, al waar het ook moeder ofte grootmoeder, getrouwd zijnde, nog ook andere lieden, die, even nis zij, onder een ander voogdij slaan, zullen mogen benoemd werden lot eenige regeerende ofte administreerende voogdije, veel min zig vorderen die, zo lang zij haar eigen voogd of voogdesse niet zijn, aan te neemen of, voor hun hertrouwen aangenoomen hebbende, te blijven oeffenen, direc lelijk of indirectelijk, inoogende in dien tijd of omstandigheid zelvs geene meede toeziende voogdesse wezen, gelijk mede geen krijgslieden. Art. 52. Üaarenleegen zullen moeder eii grootmoeder, weduwen én dus haar eigen meesteresse zijnde, indien zij daartoe hen naam en gequalificeerd zijn, voor zo lange zij zig niet weder door 't huwelijk onder de magt en voogdij eens iii;nis begeeven, wel mogen weezen meede toeziende voogdesse, ja zelfs mogen hebben de administratie der goederen, haare kinderen ofte kindskinderen toekomende, en dat hij advies viin Weesmeesteren en der kinderen voogden, te weelen, zo zij erfgenaamen daarvan zijn ofte eenige successie ver wachten, in maniere als voren van de vader gezegl is; ook mits stellen de cautie en onder renunciatie van het beneficie senatus consulti Vellejaui en alle andere heneh'cien van regten, de vrouwen competeerende. Art. 53. Welke voorsz. administratie van vader, moeder ofte grootmoeder duinen zal lot haare hertrouwen loc en niet langer; en, ingevalle iemand van haar weder quam te huwelijken zonder reekening, bewijs en reliqua gedaan te hebben, zo zullen als dan de goederen van dengeene, die met al zulke perzoonen getrouwt zijn, meede verbonden en gehypothecqueerd weezen voor de voorsz. administratie. Arl 54. Wanneer de ouders om voorsz. reedenen geene 1808. H. W. DAENDELS 248 voogden ofte administrateurs van hunne kinderen en derzelver middelen weezen kunnen, zullen dezelve des niet te min behouden het opzigt, die hun natuursweegen over dezelve toekomt, en zullen daaromme de voogden, zowel als Wees meesteren, aangaande der kinderen opvoeding, huwelijk of andere gewigtige zaaken gehouden weezen hun na derzelver goeddunken te reguleeren, in reden en billijkheid. Art. öB. En of 't gebeurde, dat er niemand van de maag schap ware om de voogdije van de kinderen en de admini stratie van haare goederen te aanvaarden, zo zal bij Weesmeesleren met advies van den rechter een ander goed man gesteld en geordonneerd worden, die 't zelve ook gehouden zal weezen te accepteeren, op poene als vooren, ten waare hij hadde wettige oorzaaken van excuus. Art. üG. De voogden en administrateurs van Weeskinderen en haare goederen zullen gehouden weezen ten allen tijde op 't verzoek van de maagen en Weesmeesteren van haare ontfangst en bewind, in prezenlie van de maagen, zoo 'er eenige zijn, reekening te doen, op poene van twaalf rd s . telken rijze bij den onwillige te verbeuren ten behoeve van de kamer. Art. 57. En zullen de voogden van de weeskinderen en ontfangers van haare inkomsten voor haar salaris hebben den veertigsten penning, niet alleen voor de onlfangst derzelver inkomsten, maar onk van de hoofd somma, van de afgeloste renten, verkogte huizen en erven ofte andere vaste goederen. Art. 58. Werdende onder het voorsz. woord inkomsten met relatie tot Weesmeesteren verstaan alles, wal voor reekening van de pupillen, die onder hun opzigt reeds gesteld zijn <>l nog gesteld zullen worden, ter kamer mogl, worden gefour neerd, 't zij legaaten. erfenissen en besterfl'enissen, die vroeg of laat aan de weezen ten deel mogten vallen, en met één woord niets uitgezonderd van het geene dezelve competeerd of ten voordeele komt als alleen de contanten, in een boedel bevonden wordende, waarvoor zij geen salaris mogen op brengen. 1808. H. W DAENDELS. 249 Art. 59. Insgelijks mogen zij den veertigslen penning niot inhouden of genieten van capitaalen, die, ler weeskamer he rustende, door de eigenaars geligl ol' ten behoeve derzelver elders geremitteerd werden. Art. C>o. Zullen de Weesmeesteren, nog de voogden ofte administrateurs van der weeskinderen goedoren, derzelver geld nicl op renten nioogen uitzetten dan op vast hypotheek en onder twee sulüYante borgen, die zich te zaamen en den ren voor den anderen verbinden. ' Ar( 61. Uit dien hoofde zullen dan ook Weesmeesteren gehouden en verpligt zijn jaarlijks alle, de bij haare ver bondene vasligheedcn, in de prefectuure Samarang en Damak geleegen, door een commissie uil, hun midden Ie doen op nemen en nagaan, of dezelve wel onderhouden en de gedaane beleeningeu, mitsgaders de gestelde borgen met gerustheid kunnen worden aangehouden, invoege zij van deeze haare bevinding moeten dienen in scriptis, ten einde het meermelde collegie in slaat Ie stellen de nodige maatregelen tot voor koming van nadeelige verliezen te beraamen, terwijl die opneem builen de prefectuure Samarang en Damak door plaatselijk gecommitteerdens zal geschieden. Art. 62. Zonder dat zij op eenige vaste, goederen meer als twee derde gedeelte der getaxeerde waarde zullen nioogen afgeven, zullende de leden, benevens de secretaris en boode van dit collegie, als meede de landmeeler, in gevallen van commissies lot hel bezigtigen en opneenien van vaste goederen ter voors/. einde, genieten de volgende salarissen, als: binnen de limite van Samarang voor ieder lid en den secretaris, zomeede den landmeler, rd 8 2 en den bode rd* 1 ; * buiten de limit e. voor ieder lid, den secretaris en den laml meter rd' ö en'den bode rd' I'/»; en wanneer lot diecom inissien met het heen- en terugreizen een geheele dag vereisrlil word, eens zoveel dan wel meer of minder na billijkheid, te voldoen bij dengeene, die zodanige beleening verzogt heeft. Art. ti3. En zijn VVeesmeestcren gequalificeerd om, de zaake daarna geconstitueerd zijnde en wanneer zij het voor 1808. H. W. DAENDELS. 25 opgemaakt door de contrarolleurs of boekhouders der hospitalen en door den doctor of chirurgijn principaal van hel arrondis sement geteekend. Nog zal hij van de doctors of chirurgijns principaal bij het maand-rapport ontvangen een summier rapport omtrent den a; irl der heerschende ziektens in hunne arrondissementen. Uil dezen zal hij 's maandelijks een eenigzinls gedetailleerd, doch algemeen summier rapport opmaken van den genees kundigen dienst en staat der ziektens en hetzelve aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal indienen. Art. 13. Hij accordeert voor eenigen lijd inlands verlof, doch niet langer dan voor een maand, met voorkennis van de commanderende officieren, aan de officieren van gezondheid. Art. 14. Hij ontvangt behoorlijke kennisgeving van de officieren van gezondheid, welke hunne deinissie verlangen, 'en einde dan hij zijne excellentie den Maarschalk en Gou verneur Generaal de noodige voorstellingen te doen. Art. 15. Hij heeft ook het toezigl over en is verant woordelijk omtrent de behoorlijke iurigling van het magazijn van geneesmiddelen en verdere hehoeflens tot den dienst, zoo in de eerslvolg nde afdeeling breeder is omschreven. Art. 16. Eindelijk word aan de kunde en iever van den chirurgijn of doctor en chef overgelaten om in alle voor komende omstandigheden en waarvan in deze instructie niet Dlo gl gesproken zijn, zoodanige schikkingen en maatregelen ' e nemen, als hij tot bewaring of herstelling der gezondheid Vau de krijgslieden, onder zijne verantwoordelijkheid, zal v ermeenen te moeten bewerkstelligen. TWEEDE AKDEEMNfi. Van hei magazijn van geneesmiddelen en de verdere benoodigheden tot den dienst Rl 1. Op Weltevreden, nabij Batavia, zal een magazijn Van geneesmiddelen zijn ingerigt, ter goede bewaring der geneesmiddelen geschikt en, voor zoo veel noodig is, geap- Pfoprieerd. 1808. H W. DAENDELS 250 het belang van haare pupillen nodig oordcelen, onverminderl een ieders regl, des verzogt werdende, te mogen consenteeren in den verkoop der onder haar ofte onder de boedels, onder haare administratie zijnde, gehypothequeerde vaste goederen, als van weegen de eigenaar zelfs, 't zij onder de hand of bij pubücque vendutie, door den persoon of persoenen daartoe gesteld, ten einde het procedido van dien ofte zoveel baar Eerwaardens daarvan conipeteerl, zonder Benige andere de tractie als hel ordinaire venduloon, direct uil handen van de vendinneesteren te ontvangen. Art. 64. Wees- en Boedelineestcren zijn gequalificeerd en geauthoriseerd om voor twee gecommitteerde leeden en haren secretaris te mogen laten passeeren schuldbrieven en belee ningen op vaste goederen ten behoeven van het collegic, als wanneer die actens van dezelvde kragt en valeur zullen wezen, als of ze voor den scriba verleeden waren. Art. 6ö. En zal de secretaris gehouden zijn den scribn telkens schriftelijk op te geeven de wees- of hoedelmeeslcr kennissen, die in voegen als even gepasseerd zijn, om dezelve in het prothocol der schuldkennissen te regislreeren en te insereeren, moetende die opgave binnen den tijd van drie dagen uittcrlijk na het verleiden der actens geschieden, op poene van bij nalatigheid aansprcekelijk en redevabel te zijn voor de schade, die door deze zijne verzuimenisse veroorzaakt mogte worden. Art. 66. Ook zal de secretaris moeten zorgen, dal hij diergelijke hypolhecalien zulks, niet alleen in dorso der ori gineele koopbrieven of andere actens van eigendom, maar ook in 't prothoeol in margine van dezelve koopbrieven ge noteerd word, met aanwijzinge van den. datum en folio", waarop de verbandbriev in 't prothocol der schuldkennissen geregistreerd staat. Art. 67. En om in deze zeeker Ie gaan zullen de ge committeerde leeden geen schuldkennisse mogen teekenen of bezeegelen, voor en aleer dat de secretaris in dorso van de schuldkeuflisse zal hebben genoteerd, dal hel verband ook op 1808. H. W. DAENDELS. 251 de laatste koophrieven aangeteekend is, die zulks mei zijne handteeking zal moeten bekragtigen. Art. 68. Aan de andere kant zal de secretaris Mj 't rotjeeren van eenige schuldbrieven almede moeten zorgen, dal die roija telkens, niet alleen op de voorsz actens in het prothocol der schiildkennissen, maar ook in liet prolhocol der koop- en andere eigendomsbrieven, mitsgaders op de koopltrieven zelvs aangeteekend en genoteerd werd, dal, de schuld voldaan zijnde, het verband geroyeerd word, en daarenboven hetzelve telkens ook aan den scriba opgeeven, die zo min voor de voormelde i'cgistralien als deze annotatie iets zal hebben te pretendeeren. Art. 69. Ten opzigte van het aanhouden en administreeren der vaste goederen, dewelke aan de zorge van Wecsineesteren reeds gekomen zijn en bij vervolg nog zouden mogen komen, worden Weesmeesteren gequalificeerd omtrend het een en ander zoodanig te mogen handelen, als zij voor hel meeste belang der weezen en gerustheid der kanier olieden van die, na voorgaande, oinzigtige overlegging, inzonderheid met be hoorlijke relleclie omtrent zoodanige vaste goederen van weezen, die na verloop van weinig lijds hare mondige jaren slaan te bereiken en welkers aanhouding voordeeliger en voor de kamer niet geheel diüiciel zonde mogen, zijn, zullen bevinden dienstig te zijn. Art. 70. Weesmeesteren moeten hij het verzenden van ohli gatren, door haar gevonden werdende in boedels van verstuiven personen, naar Nederland telkens voegen een beéedigde ver klaring van de personen, welke in den hoedel werden gebruikt, of wel anderzinls een deelaratoir van Weesmeesteren zelvs, houdende, dal bij nauwkeurig examen van den staal des boedels hun in geenerlei wijze gebleken is, dat zoodanige obligatien gesproten zijn uit oorzaake van eenig geld of goed, op liodemarij ol op halve winsten mede gegeven, directelijk of indireclelijk. Art. 71. En werden Weesmeesteren gequalificeerd om alle volmagtschappen, dewelke inboedels, onder hare ad ministralie komende, gevonden worden of na hel overlijden der geconsti 1808. H. W. DAENDELS. 252 (ueerdens alhier in derzelver handen mngten geraken, aan de mcdegevolmagtigdens, zoo die er zijn, over te geven en, deze ontbrekende, aan te houden, ten einde door hen met de con stituanten over de zaken, ter uitvoering gedemandeerd, gecor respondeert te worden tot advertentie en ook ter verkrijging van de noodige instructie, dog intusschen niets anders in zoodanige zaken te verrigten dan hetgeen zonder prejudilie van de absente constituanten geen uitstel lijden kan. \rl. 7:2. Verpande goederen in boedels vindende, welkers eigenaars absent zijn, gelijk ook in't generaal alle die, waarop minder als een honderd rijksdaalders beleend is, mogen Wees meesteren na voorafgaande publieke vendutie en dat zig niemand binnen den tijd van zes maanden ter aflossing van dezelve zal hebben aangegeven, verkoopen, ten einde daardoor de betaling van de daar op gemaakte schulden te bekomen, liet overschot of meerder rendement ter hare kamer blijvende ad opus jus habentium. Art. 7">. Dog met panden van meer als een hondert rijks daalders, waarvan de eigenaars in loco present en, des noods, wel Ie vinden, dog niet in staat of genegen zijn dezelve af te lossen, moeten zij den ordmaireu weg van justitie inslaan. Art. 74. Ten aanzien van de renten, welke door Wees meesteren len behoeven van de pupillen der kamer worden te goed gedaan, wordt bepaald, dat aan alle onmondige pupillen, zonder onderscheid, 't zij dezelve echte dan wel onechte kin deren zijn, zal worden gevalideerd drie agtsle procento 'smaands lot de somma van rd' 20000 en van hel meerder bedragen van een ieders kapitaal een quarl gelijke procento, zullende hetgeen van die kapitalen meer aan renten wordt getrokken komen ten voordeele van de kamer. Art. 75. Weesmeesteren zullen, zoodra de staatrekening op hare boeken, die onder ultimo December moeten gesloten worden, zal wezen opgemaakt, aan het gouvernement generaal overzenden een afschrift van de voorsz. staatrekening, daarbij op een distincle wijze vertoonende hel geheele capitaal, met aanwijzing, in welke munt hetzelve bestaat, dat onder haar 1808. H. W DAENDELS. 253 Eervvaardens administratie is, en wijders aan de eene zijde aan welke personen en rekeningen, alsook hoeveel daarop na het voorwaards gestatueerde moet wordeti betaald, en aan de andere zijde, hoedanig.dat het capitaal is verdeeld, wat daarvan bij diverse is uitgezet, alsmede hoeveel van het een en ander aan inlressen, voor dat loopend jaar vervallen, reeds ingekomen of nog Ie verwaglen zal zijn, en voorts 't montant der kamer ongelden niet al, wat daartoe verder gehooid. Art. 7ö. Dog op penningen, aan onbekende weezen loe behoorende, werd in 't geheel geen intrest goed gedaan. Art. 77. Insgelijks nioogen de gelden der weezen, die, mecrderjaarig geworden zijnde, dezelve niet komen afnaaien, geen rente doen, als meede ook zodanige penningen, die bij overlijden van minderjarige aan mondige, uitlandige erf genaamen koomen te vervallen, invoegen zelvs de gelden, die onder VVeesmeesteren berusten en met lidecommis be zwaart zijn, na de voorwaards bepaalde somma niet verder rente zullen doen, dan tot zo lange dezelve minderjarige toekomen en langer niet. Art. 78. Penningen, geproflueerd uit een boedel, waarvan de erfgenaamen uitlandig, dat is buiten het Koningrijk Holland en dies resorte, zijn, zullen, zo lange zij absent blijven en geen gemagligde stellen om de voorez. penningen van Weesmeesteren te vorderen, van dezelve geen renten moogen pretendeeren, maar zal hen slegts hel bloote capitaal, bij Weesineeesteren bewaart, gerestitueerd worden. Art. 79. Als zullende de vruglen ofte renten, die van dezelve mogten gemaakt zijn, komen en geëmploijeerd worden 10l vervang van de jaarlijkse lasten van de kamer. Art. 80. Ondertusschen zijn Weesmeesleren niet gehouden proces Ie moveeren over zaaken, absente en uitlandige per zonnen raakende en waarvan zij geen penningen aan handen hebben, en moogen volstaan en bevoegd zijn met het doen eenelijk van arrest teegen zodanige, onder welke eenige effecten, de absente toekomende, berusteu, die dan ook gehouden zijn sufficante cautie voor die effecten te stellen en dezelve 1808. H. W. DAENDELS. 254 zo lange te presteeren, tol dat na ontfangen antwoord van de absente perzoonen de zaaken hier ten principaalen iu reglen betrokken en vonnis daarover gevallen zij. Art. 81. En ingevalle Weesmeesteren officieren in zaaken, waartoe zij geen geld in banden hebben, zullen zij exenit zijn viin het salaris, de secretarissen van justitie anderzints dier weegens competeerende. Art. 8:2. De goederen, weeskinderen toebehooreude, zullen gemeen blijven ter tijd toe, dat iemand van hen mondig geworden zij, ten waare, dat daaromtrent anders gedisponeerd waare ofte Weesmeesteren niet de vrienden en voogden, om zonderlinge reedenen, anders geraaden dagte, olie dat iemand van de kindereu eenige merkelijke schuld boven de andere maakte, zig qualijk iredraagde ofte ter schoole gehoude worde, dan wel anderzinls merkelijk meer verleerde, dan benodigl was; want in zulke gevallen zullen die meerder ongelden alleen komen ten zijnen laste. Art. 83. Bij aldien eenig weeskind den tijd van sestien agtereen volgende jaaren continueelijk absent zal geweest zijn, zonder dal men weete, of zodanige kind nog in leeven zij of niel, zo zullen de naaste vrienden, die vermeenen lot de erfïenisse te weezen, denzelven bij advies van Weesmeesteren doen indaagen ter plaatze, daar de perzoon 't laatste woonagtig is geweest: en, indien men bevind den zelven overleeden te weezen ofte dal men niet kan naspeuren, waar hij zig bevind, zo zal men consenteeren in de deeling van deszelfs nalatenschap ten behoeve van voorsz. vrienden en eifgenaamen, mits zij, te vooren slaande, bij attestatie olie getuigen alvooren doceeren en tellens slellen sufficante borgen, elk voor zoveel zijn aandeel bedraagt, omme geresti tueerd te worden, iu cas de uitlandige weeder te voorschijn naogte komen. Art. 84. Voorts is, zo wel tot securileit van dit collegie en de leedeu, waardoor hetzelve word bediend, ten opzigte viiu haare verantwoording, als de secuiirslelling van het intrest der pupillen, weezen en andere, welken goederen 1808 H. W. DAENDELS. 255 door Weesmeesteren geadministreerd werden, nog gestatueerd, dat Weesmeesteren moeten werden geconsidereert als een beëedigd collegie van magistratuure over onmondige kinderen, haare middelen en opvoeding, item derzelver voogden, mits gaders over verscheide nalatenschappen, welke dezelve moeten doen bestieren en verevenen. Art. 85. De administratie der groote kassa zal voortaan geschieden en ter verantwoording staan van den president en verdere leeden, zullende dus geene penningen worden uit gegeeven, nog beleend, dan na alvorens in de ordinaire ver gadering daarover zal zijn gedisponeerd, in voegen, tol meerder securiteit, van de groote kas zullen worden aangehouden drie sleutels met differente slooten, de eene onder den pre sident en de twee overige onder lieiuslinge der leeden, die de inaaudlteurl hebben of op die bij verwisseling dezelve de volveerd. Art. 86. De kleine cassa daarentegen zal staan ter veranl woordinge van den secretaris onder borgtogt van vier duizend rijksdaalders, zullende dezelve gehouden en verpligl zijn maandelijks te formeeren een accuraale cassa-reekening van den ontvangst en uitgaave, om. nadat dezelve door gecom mitteerde Weesmeesteren der maand, ler presentie van den boekhouder, teegens het contra-cassaboek en dit wederom teegens de gehoudene aanteekeningen omtrend de ingekomene penningen door het afsterven van luiden of wel door aan schrijvinge van buiteplaatzen en verkreegene vonnissen ofte anderzints bijgekoomen, mitsgaders leegens de genomene be sluiten omtrend de gedane afbetaalinge, zal zijn geconfronteerd en accordeerende bevonden, ter vergaderinge te worden inge diend; zullende voorts ten blijke van accoord door meermelde gecommitteerdens en den boekhouder gemelde reekening moeten worden geteekend. Art. 87. Gemelde secretaris zal voor de gehoudene ven dutien en dus voor de geprollueerde vendupennningen direct op eene bijzondere reekening bij de boeken werden gedebiteerd en dus ook gehouden en verpligl zijn om de zes maanden 1808 H. W. DAENDELS. 256 voorsz. penningen (hetzij dezelve al of niet ingekomen zijn) hij de cassa-reekening te verantwoorden. Art. 88. Onder gemelden secretaris en dus in de kleine cassa zal niet meer mogen berusten dan een somma van drie duizend rijksdaalders aan papieren van credit en twee duizend rijksdaalders aan zilveren munt, dan wel te zamen vijf duizend rijksdaalders, invoege maandelijks na resumtie der voorsz. cassa-reekeniug, het meerdere bedragen direct in de groote cassa zal worden overgebragt. Art. 89. Van de groote cassa daarenteegen zal het dagelijks aanleekeniugsboek berusten en gehouden worden door den president zelfs, waarvan het saldo van dien, maandelijks af geslooten, door hem en de gezamenllijke leeden geteekend zal worden, mitsgaders genoteerd bij de eerste resolutie vau de eerste vergadering der maand, hetwelk almecde bij de maandelijkse verantwoordinge der kleine cassa zal worden geobserveerd. Art. 90. Geene uitbelaalinge uit de kleine cassa zal ge schieden dan niet voorkennisse en goedkeuringe der vergadering. Art. 91. De gecommitteerde leeden zullen gehouden en verpligt zijn aanteekening te houden van de boedels, die ge duurende haare maandelijkse commissie aan de kamer zijn vervallen, ten einde, nadat de verkopinge zal zijn geschied, de geformeerde inventarissen te kunnen confronteeren teegens de vendurollen: dewijl egter de uitslaande penningen op ohligatien, liypotheeken of andere balen zoo direct niet geincasseerd kunnen worden, dienen zij dierhalven om de drie maanden nadere revisie te houden en zulks tot de volle liquidatie des boedels, welkers accuraate vereffening dus ter haarer verantwoordinge loopt, invoegen zij telkens tol de charge van dien in seriptis haare bevindinge en in welken staal de boedel of boedels, geduurende haare maand ter kamer ge koomen, zig bevinden, moeten dienen ter eerste vergadering van de maand om, na resumptie van dien, te forineeren zodanige besluiten, als Weesmeesteien met hel meeste lielani* der pupillen overeenkomstig zulltjn vermeeneu te bebooreu. 1808. H. W. DAENDËLS. 257 PI.AKAAT-BOKB DKBL XV. 17 Art. 92. Het formeeren der inventarissen zal met alle nauwkeurigheid moeten geschieden, zodanig, dat alle actiën, obligatien, contracten, hodemarij-brieven en dus alle papieren, relatie hebbende tot uitstaande penningen, ten faveure des boedels zullen werden genoteerd, invoegen de te vindene boeken of gehouden aantcekeninge aan den boekhouder zullen werden overgegeeven om direct te werden afgeslooten, om daarna almeede op voorsz. inventaris te kunnen noteeren de boekschulden en al hetgeen ten faveure des boedels mOgle komen Ie strekken; zullende gemelde inventaris dan ook dadelijk, na geëindigde vacatie, direct in het sterfhuis door den secretaris afgeslooten en vervolgens door denzelvc en de gecommitteerde leeden worden geteekend. Arl. Ho. Vermits alles van een gereguleerde schikking en gepaste ordre dependeert, mitsgaders een exact op- en toezigt onitreud de opvoeding en middelen der weezen hel vertrouwen en de geruststelling van stervende ouders om- Ireml het lot van haare na te laten onmondige kinderen diend te verzeekeren, zo zal dierhalven hel collegie alle de onder haar staande pupillen verdeeleu en stellen onder hel. oppertoezigt van den vice-president en de leeden, die dan ook gehouden en verplicht zullen zijn gemelde weezen in per zomi dikmaals te bezoeken, na haar gedrag, opvoeding, gods dienstige oeffeniug, onderhoud en verzorging het uoodigc onderzoek te doen, te meer de ondervinding leert, dat veele baatzuchtige lieden, bij wien men de pupillen heeft hesleed, zeer weinig zorge diagen voor derzelver opvoeding en lijdelijk welzijn, ten einde door zulk een personeel onderzoek en te neemene voorzorge te voldoen en te beantwoorden aan de plicht en gehoudenisse, die op hen als gesubstitueerde vaders zijn gedevolveerd, invoege tot meerdere aandrang van dien en ter bereiking van dit zo heilzame oogmerk door ieder lid voornoemd om de drie maanden aan de vergadering zal worden overgegeeven een exact berigt van het getal der onder zijn toezigt slaande, onmondige weezen, nopens der zelver bevindinge bij hel gedane huisbezoek en hetgeen verder 1808. H. W. DAENDELS. 258 op ieder van dezelve eenige relatie mogt hebben, om na resumtie van dien zodanig te besluiten, als met eed en plicht overeenkomstig zal worden geacht. Art. 94. Bij introductie van een nieuwen president ol lid van Weesmeesleren zal aan denzelve transport en aanwijzinge werden gedaan van hel restant der groote kassa, mitsgaders van de uitgezette gelden en al, hetgeen ter hunner verant woording strekt, blijvende dus de kleine kas, nevens de tot de kamer en boedels betrekking hebbende papieren en verdere omslag ter verantwoording van den secretaris, aan vvien bij introductie of aanstelling almede behoorlijk transport en overgave zal moeten gedaan worden. Art. 9!5. Wees- en Boedelmeesteren, uit kragle harer magi stratuur en op haren gepresteerden eed besoigneerende en resolveerende over de personen en middelen der Weeskinderen en de redding der boedels, welke onder hare bezorging ver vallen, in 'l doen innen en uitkeeren van inschulden en schulden der boedels, in 't maken van huizingen, uitkeeren van erffenissen, legaten enz , mitsgaders de remisen van gelden na het vaderland of andere plaatzen, moeten gereekend worden als mannen van eer en conscientie, op haren eed, in alle hare besluiten en handelingen te werk te gaan, gevolgelijk in cas van eenig erreur ol' kwade uilslag, daar over niet aanspreekelijk geagt kuunen worden, nog in haarc persoonen, nog in haare goederen, ten ware er kwaadaardigheid, bedrog ofte supine nalatigheid gepleegl mogt zijn, of wel directelijk aangegaan tegen den klaren texl der aan haar voorgeschrecveu orders en bijzonderlijk ook teegens het octroij vau haar hoogmogende, de gewezen stalen generaal, over de successie ab intestato. Art. 96. Wanneer iemand door nalatigheid van den secre taris beleedigt mogt zijn en het collegie van Wees- of Boedelmeesteren het nodige geobserveerl mogle hebben, zal niemand anders daarvoor aauspreekelijk zijn dan de secre taris en zijne borgen en geenzints de gecommitteerdens, nog oek de verdere Wees- of-Boedelmeesleren: doch, bij aldicn 1808. H. W. OAENDELS. 259 door dezelve ofte hare gecommitteerdens mede eenige mal versatie of sii|iine nalatigheid gepleegd mogle zijn, zal de geene, welke zulks hegaan mogt hebhen, in haar lieden privé redevabel zijn om te hclalen, het geene de benadeelde van den secretaris en zijne borgen niet mogt kunnen consequeren. Art. 97. Wanneer iemand door Wees-of Boedelmeesteren vermeent verkort of beleedigt te zijn, dan wel staat en inventaris, mitsgaders hoedel-reekening met de daartoe be horende charters en documenten begeert te hebben, zal dezelve zich aan het collegie in behoorlijke termen moeten adrcsseeren, zulks te kennen geven en daarom verzoek doen, mitsgaders om redres van de beleedigiug of dat hem mag aangewezen worden, liij wien de beleediging veroorzaakt is; en zullen AVees- of Boedelmeesteren, daarover delibereerende, niet alleen vooraf moeten inneemen het advies van dengeene ofte geenen, welke die beleediging gepleegd ofte tot dezelve aanleiding gegeeven hebben en mitsdien daarvoor respondeeren moeten, maar ook vervolgens daarop een behoorlijk berigt geven aan den beleedigde, met aanwijzing van den schuldige, tot hetwelke zij, bij weigering, voor den Raad van justitie gedagvaart zullen mogen worden. Art. 98. Wanneer, op den schuldige door insolventie, over lijden zonder erfgenamen of effecten in Indien na te laten, dan wel door derzelver vertrek na elders, mede zonder nalating vau effecten of goederen, niets te verhalen mogt wezen, zullen Wees- of Boedelmeesleren daarvan kennisse moeten geeven aan de hooge regeering, teti einde daarop te disponeeren na bevinding van zaken en personen omme, 't geen waarvoor de beleedigde wezentlijk benadeelt is en geoordeelt word denzelven na billijkheid te competeeren, te doen vergoeden uit de kamer gelden of het fonds der wees- of boedelkamer wegens over gewonnen renten of andere bronnen; en, zoo Wees of Boedelmeesteren hierin nalatig mogten zijn, zal daarover egter geen proces mogen gemoveerd, maar bij de hooge regeering gedoleerd moeten worden door degenen, welke door Wees- of Boedelmeesteren veinieenen benadeelt Ie wezen. 1808. H. W. DAENDELS. 26 Arl. 'l. Hetzelve slaat onder bijzonder toezigt van den doctor of chirurgijn en chef (of bij deszelfs absentie, onder loezigt van den doctor of chirurgijn principaal van het ar rondissement van Batavia\ welke ten opzigtc van derzelver goede inrigting verantwoordelijk is. Art. S. Tot den ontvangst, ler alle vering en ter bcgrooting der benoodigde [geneesmiddelen, het houden der boeken en het schrijven der verantwoordingen, enz. zal in liet magazijn van geneesmiddelen een magazijnmeester, gelijk staande in in rang niet een apothekar van de eerste dasse, onder opzicht van den doctor of chirurgijn en chef worden geëm ploijeerd. Hij zal alleen verantwoordelijk zijn voor deze aau hem toevertrouwde administratie,en uit hoofde van dien ook aan den lande moeten vergoeden alle nadeelen en schaden, die blijken, dat door zijn verzuim of onachtzaamheid aan den lande is loegebragt. Hij zal een jaarlijks traclenient genieten van 4000 rd s , zilver geld. Tot zijn adsistentie zal hem worden toegevoegd een boek houder, die hem in hel schrijven en de verdere werkzaamheden zal behulpzaam zijn; welke voor een jaarlijks tractement zal genieten IüOO rd\ zilver geld. Voorts zullen de verder noodige, mindere bedienden voor het magazijn van geneesmiddelen naar gelang der omstandig heden worden geëmploijeerd Art. 4. Er zal, vóór het verplaatsen der tegenswoordige medicinale winkel, in dezelve een inspectie geschieden door den doctor of chirurgijn en chef, ten einde te beoordeelen, welke geneesmiddelen overtollig of onbruikbaar zijn, van welke een proces-verbaal zal worden opgemaakt door den administrateur, door hem en den chirurgijn of doctor en chef getekend; voorts zal van hetgeene ten gebruike geschikt is bevonden, een inventaris geformeerd worden, welke de grond der verantwoordinge voor het vervolg zal leggen. Art. 5. Deze inventaris zal hij overbrengen in het register 1808. H. W. DAÊNDELS. 260 Art. 99. Ingevalle iemand aangesproken word, die in de vergoeding behoord Ie participecren, zal de beleedigde denzelven eerst in der minne moeten aanspreken en eerst daarna, des noods, konnen dagvaarden ter vergoeding, ieder voor zijn aan deel, mitsgaders hetgeen er deficieert, in het vriendelijke moeten verzoeken van de wees- of boedelkamer, welke zulks bij een adres aan de hooge regeering zal moeten voordragen ter vergoeding van hetzelve uit de voormelde fondsen der wees of boedelkamer. Art. 100. Voorts zal nog het collegie van Wees-of Boedel meesteren zelvs, nog de president of leden van hetzelve in hare privé personen of goederen aangesproken mogen worden voor hetgeene anderen verzuimd ofte misdreven hebben. Art. 101. Wees- en Boedelmeesteren zullen de registers van de kamers secreet houden, zonder dezelve aan iemand te vertoonen als bij gemeen consent ofte ter ordonnantie van den regier. Art. 102. Die omeenige zaken voor Wees- of Boedel meesteren ontboden word, zal gehouden wezen te compureeren ten dage en ure, hem bij den bode geprefigeerd, ten ware de dienst van den Lande zulks niet toeliet, dan wel hij olie zij eenige andere, wettige verschooning hadde, waarvan alsdan met discretie den bode kennisse zullen hebben te geven, ten ware zij goedvonden in persoon of hij billet haar excuus bij den president te komen maken; zulks op verbeurte voor de eerste reise van een halven rijksdaalder ofte vier en twintig stuivers, de tweede reise een halve ducaton en voor de derde reise een heele ducaton, waarvan de invordering door den bode op last van den president gedaan zal worden; en zal zoodanige, ongehoorzame nonconiparant voor de vierde reise hij den regter verklaagd en gecorrigeerd worden na gelegen heid van zaken. Art. 105. En moet de Raad van justitie te Samarang, door Wees- of Boedelmeesteren daartoe verzogt wordende, dezelven voorslaan en helpen raden; zullende diegenen, welke tegen Wees- of Boedelmeesteren misdoen, 't zij met woorden 1808. H. W. DAENDELS. 261 ofte werkm, gestraft worden, evenals of zij het de justitie zelve gedaan hadden. Art. 104. Die eenige penningen van de wees- of boedel kamer moeten ontvangen, zullen zig des Vrijdags, nadat Woensdag te voren de afgave bij hel collegie zal wezen gearresteerd, ler weeskamer zelvs moeten vervoegen om dezelve uit handen van den secretaris te ontvangen. Art. 105. Het grootzegel tot gebruik in sterfhuizen, in het verzegelen van juweelen en andere effecten, in geschriften, schuldkennissen, enz. zal onder den president moeten berusten en bewaard worden om, wanneer hetzelve gebruikt moet woiden, door de gecommitteerde leden, wier maand of beurt het is bij voorvallende zaken en commissien te adsisteeren, van denzelven afgehaald te worden en dagelijks, na volbrenging van het werk, aan denzelven weder terugge"bragt moeten worden en raiddelerwijl gedagle zegel onder haar moeten houden, zouder den secretaris bij opschorting van het werk of schei ding der commissie daar al' meester te laten. Art. 106. (reene andere collegien als dat van Weesmees leren, wat de Christenen en Joden, of Boedelmeesteren, voor zooverre onchristenen aangaat, zijn geregtigd om te fungeeren als testamentaire executeurs of redderaars van nalatenschappen en voogden over minderjarigen, ja zelvs niet tot executeurs van begravenissen. Art. 107. Het collegie van justitie te Samarang moet bij voorkomende testamenten nauw reguard slaan, wat lieden, namelijk van wat conditie en suffisance, tot curators, executeurs of codicillaire gemachtigdens over de boedels, uit dewelke de weeskamer en curator ad liles gesecludeerd zijn, werden ge steld om, bij aldien Benige gefundeerde bedenkingen daartegen moglen zijn, zoodanige boedels aan de weeskamer of curator ad lites te doen overgeven of opdragen ter administratie, mits zulk echter niet doende, dan wanneer hetzelve in gemoede ten nutte en voonleele der erfgenamen of belanghebbende personen noodig gevonden wordt. Vil. 108. De weeskamer zal zich houden aan hel ten 1808. H. W. DAENDELS. 262 haren opzichte vnorgescbrevene bij de instructie voor de ge nerale rekenkamer in Indien, alsmeede aan alle zoodanige voorschriften, als het gouvernement generaal ten aanzien van hare verantwoordelijkheid bij deze instructie reeds heeft vast gesteld en nader nog zal goedvinden te bepalen. Arl. 109. Terwijl, ter vermijding van schrijfwerk, zij in den aanstaande verschoond word copijboeken en testamenten aan de Bataviasche weeskamer over te zenden, alzoo door de invoering van een geregelde post binnen weinig tijdsverloop alle gevraagd wordende elucidatien over en weer gesuppediteerd kunnen worden. Arl. 110. Wanneer eenig Chinees, Mahometaan of ander onchristen komt (e overlijden, zullen de weduwe, magen, lijfeigenen ofte die bij of omtrend den overledene gevonden worden, gehouden of verplicht wezen aan den president van Hoedelmcesteren dadelijk en op staanden voet daarvan kennis te geven, op verbeurte van vijf en twintig rijksdaalders voor ieder vrij persoon en arbitrale lijfstraffe voor ieder lijfeigene, die daaraan in gebreke blijft, zonder dat iemand, onder wat pretexl ook, builen kennisse en expres consent van Boedel meesteren zich met eenig onchrislen sterfhuis zal mogen bemoeien ofte eenige orders, zoo aangaande begravenisse. als andersints geeven, op poene, dat, zoo wie, contrarie hetgeene voorschreven is, bevonden zal worden hem een zoodanigen boedel aangetrokken te hebben, verbeuren zal al. hetgeene hem uit denzelven boedel, hetzij bij uiterste wille, versterfregt, obligatie ofte anders zoude mogen competeeren: en daaren boven gehouden zijn, bij aldien de hoeder insolvent is, de tekort komende crediteuren uil zijne eigene middelen te voldoen, mitsgaders nog vervallen in eene aniende van een hondert rijksdaalders, welke, zoowel als de eerstgemelde boeten, zal komen ten behoeven van het Chineesch of oncbrislen hospitaal, 't welk te Samarang zal worden opgericht. Art. 111. En, opdat alle bedrog en nalatigheid daaroinlieiid te heler voorgekomen word, zoo worden allen, die zulks in cumbeerl en eenig gezag voeren, gelast, zooveel doenlijk, 1808. H. W. DAENDELS. 263 behulpzaam te zijn, dal Boedelmeestcien de nalatenschappen, welke onder hare administratie behoorcn, zonder verzuim bekomen. Art. MS. Terwijl op poene voorsz. van alle sterfgevallen onder Chineezen en andere oncliristenen te Damak of andere oorden, builen de liniiten van Samarang, edoch in de préfecture Samarattg en Damak gelegen, aan het naaste, civiele hoold zal moeten worden kennisse gegeven, zonder welkers verlof de begravenis niet zal mogen geschieden, die verplicht, zal wezen van het sterfgeval den president van Boedelmeesteren spoedig te informeeren. Art. 113. Gelijk onder 'skeijsers of sulthans gebied, de preleclures TagarF, Paccalongang, Japara en Reinbang, zonder kennisg&ve aan en terlof van de ministers, prefecten of het lid der hou (administratie te Rembang, geen Chinees, Moors, Maleiscli ofte lot andere, inlandse natiën behorend lijk ter aarde zal mogen worden besteld, (en ware het sterfgeval op zulk verren afstand van hel iloiiiicilitnn van het gezegde civiele gezag plaats vond, dat men de begravenisse niet wel tot de ontvangst van het gemeld verlof konde uitstellen, in welk geval de toezending van spoedig bericht zal kunnen volstaan, alles op voorschreeven poene, te verbeuren hij den overlreeder of in gebreeke blijvende. Art. 1)4. lemand van voorsz. natiën, te Samarang dan wel in 'skeijsers of sulthans gebied, in de prefectures Tagal, I'accaliinirang, Japara of Rembang te huis horende, op een lucht <>f reise komende te sterven, zal de nachodu of ge zaghebber van het vaartuig, waarop het sterfgeval plaats vind, dadelijk, in presentie van getuigen, des overleedens papieren en goederen doen inventariseeren en in bewaring neemen en, zo ras doenlijk na het aandoen eener rheede, aan Boedelmeesteren, hel plaatselijk civiel gezag, dan wel aan andere, volgens de wetten aangeschreven executeuren getrouwelijk overgeeven, alles op verbeurte van voorsz. boete. Art. 115. Zo iemand bevonden word eenige goederen verstoken ofte in eenige maniere den sterf huize gespolieerd 1808. H. W DAENDELS. 264 te hebben, zal boven de voormelde boete naar geleegenlieid van zaken aan den lijve worden gestraft. Art. 116. Boedelmeesteren, als voorzegd, van cenig sterf geval verwittigd zijnde, zullen in boedels, waarvan de erfgenamen onmondig of absent en waaruit dat collegie niet uitgesloten is, dadelijk alle de goederen, effecten, actiën, crediten, enz., doen inventariseeren en in bewaring neemen: doch, wanneer de erfgenaam of erfgenamen van den over leedene present en mondig zijn, mitsgaders sufficanle cautie konnen stellen voor de schulden van den boedel, zullen zij, na genomen borgtogten, den boedel aan dezelven mogen overlaten. Art. 117. Maar, in gevalle de overleedene over de ni!- ministralie en beheering zijnes boedels niet gedisponeerd heeft ofte dal de wettige erfgenamen ofte eenige derzelven absent, minderjarig ofte onvermogend zijn deugdelijke cautie te stellen, zullen als dan gezegde goederen, gelijk voorsz. geïnventariseerd zijnde, bij Boedelmeesteren ten overstaan van twee gecommitteerde leeden van Boedelmeesteren en de presente magen van den overleedene, indien daar eenige zijn, in 't openbaar aan den meestbiedende worden verkogl, ten ware, belangende de vaste of onroerende goederen, raadzaam werde geacht dezelve ofte eenige van dien in den boedel onverkogl te laten: en zal de secretaris, als vendameester zijnde, zodra de gehouden vendutie, 't zij van vaste of losse goederen, uit eene nalatenschap is afgelopen, ten eerste bij de boeken voor het rendement gedebiteerd en daarentegen zodanige boedel gecrediteerd moeten worden, insteede van zulks uit te stellen, totdat de vendu-penningen ingekomen zijn. Art. 118. Chineese en andere vrije, onchristen kinderen, schoon bij slavinnen geprocreëerd, nogte ook derzelver moeders zullen niet als lijfeigenen verkogl mogen worden, te weelen, zoo veel de moeders aangaat, wanneer de boedel niet ten agteren is. zijnde hieronder egter niet begrepen kin deren, die door onchrislenen hij lijfeigenen van een ander geteeld worden. Art. 119. Dezen uitgezondert, zullen alle andere lijfeigeneu, 1808. H. W. DAENDELS. 265 die de overleedene bij zijn leeven of uiterste wille niet vrijgegeeven of anders daarover gedisponeerd heeft, ten prolïjte, zo van de gemeene crediteurs, als de erfgenamen verkogt worden, ten ware Bo&delmeesteren goed vonden cenige derzelve ten diensle van de weezen onverkogt te laten, waarin op de geleegeuheid der weezen en den staat des lioedels gelet zal worden. Ait. 120. Echter zal het vrijgeeven van Hjfeigeuen bij testament geene kragl of elïect hebben, wanneer de vrijgeever insolvent is of iloor 'l vrijgeeven hem zclven insolvent maakt; nog ook onder den leevende, wanneer niet blijkt, dat de vrijgever ten tijde van de emancipatie volkomen solvcnt of in lionis is geweest en daardoor niet insolvent geworden zij. Art. 121. De goederen, als voormeld, zijnde verkogl, moeten Boedelmeesteren van 't geprollueerde, mitsgaders van de geïnde schulden en andere, gereede penningen, aan de crediteuren geheel., dan wel pro raio lietalinge doen, mils sufficante cautie de restituendo doende stellen, in cas daarna meer crediteuren te voorschijn mogten komen. Art. \'22. Waarna het resleerende onder de daartoe ge rechtigde erfgenamen verdeelt en gedistribueerd zal worden agtervolgenfl de wetten, op't stuk van de successie ah inlestato beraamd, mits deze van gelijke gehouden zullen zijn suluYaiite cautie Ie slellen, 't geen echter niet gevergd zal worden van erfgenamen ex testamento, tenzij Boedelmeesleren reden liadden om te twijfelen of 't wel dezelvde perzoonen zijn, die als erfgenamen bij het testament bekend slaan. Art. 123. Wel verslaande, dat het contingent der on mondige pupillen, voor hoedanig gehouden worden de mans personen tot haar een en twintigste jaar en de vrouwspersonen haar leeven geduurende, onder de administratie van Boedel meesteren zal blijven, gelijk aldaar mede komen zal al, hetgeen de voorschreeven personen bij versterf, testament, legaten ofte anders aankomen en te beurt vallen zal. Art. 124. Echter zullen boedehneesteren zich niet bemoeien met geschenken of legaten, minder dan 10 rijksdaalders waardig, 1808. H. W. DAENDELS. 266 schoon ook aan minderjarige pupillen gedaan of besproken zijnde, iugevalle de heschonkene of legataris geen reekening hij de boeken der kamer beeft ; flög oök met nalatenschappen, welke zo veel niet te vooren staan, lateode de administratie daarvan, na voorgaande behoorlijke aanleekening bij resolutie, over aan een der naaste vrienden van den overteedene of zodanig onmondige. Art. 121). Ander/.inls zullen de middelen, bij Boedelmees teren geadministreerd wordende, belegd worden ten profïjte der pupillen, die daarvan den intrest van '/„ percent 's maands zullen genieten, met dit onderscheid echte*, dat de vrouwen, lot haar 28' jaar, huwelijk ofte anderen, gcapprobeerden staal gekomen zijnde, onlvangen zullen de gantsche rente van haart capitaalen, onder Boedelmeesteren berustende, maar de min derjarige, zo mans als vrouwen, niet meer, als zij na billijkheid, ter discretie van Boedelmeesteren, lot haare alimentatie en onderhoud nodig hebben. Art. I*2o. Boedelmeesteren zullen verplicht zijn zorge te dragen, dat de minderjarige kinderen hij goede lieden in de kost besteed en na hunne geleegenbeid opgetrokken en groot gemaakt worden. Art. 127. De goederen, gelijk voorschreeven, onder Boedel meesteren berustende, zullen door den onmondige, zonder expres consent van dezelven, niet veraliëneerd mogen, worden, maar zullen alle verbanden, sehuldkennissen en obligatien, hij gezegden onmondige gemaakt ofte verleeden, voor zoveel de gemelde goederen aangaat, gehouden worden voor nul en van geener waarde. Art. 128. Boedelmeesteren zullen voor hunne moeite en arbeid hehhen den veertigsten penning van alle onlvangen wordende gelden, zonder dal zij, zo min als de secretaris, eenige vacatie-gelden tot de inventarisatie van boedels als andersints zullen mogen opbrengen, zullende eenlijk bij ver afgeleegen commissien in de préfecture Samarang en Damak de hoognoodige wagenvragt ofte andere transportkosten ten lasten der boedels in reekening geleeden worden. 1808. H. W. DAENDELS. 267 Arl. 1 20. Aangaande het lieleggen van gelden zullen Boedel niecsteren zich moeten gedragen ra hetgeen biervoren aan Weesineesteren is voorgeschreven. Art. 130. Met boedels, welke notoir insolvent of insuf licieul moglen wezen, zullen Bocdelnieesteren zich niel be moeijen, maar dezelve ler aanvaarding en administratie overlaten aan den sequesler. doch in cas van twijll'eling nmtrend de suffisance eenes boedels zal hetgeen biervoren aan Weesmees is voorgeschreven, ook voor Boedelmeesteren ten regel strekken. Art. 151. Boedelmeesteren zullen mede het opzicht hebben ovi'i- het Chineeschc hospitaal. 'I welk te Samarang zal worden opgericht, waarin, behalve zieke, blinde, mismaakte en ver minkte Chineezen en andere onchristenen van de beide sexe, die niet in staat zijn bun kost te winnen eu langs de straat gaan bedelen, ook zieke en zinneloze lijfeigenen zullen worden opgenomen en verzorgd, mits het onderhoud kostende van de zoodanigen. wier riaasthestaanden of lijfheeren of vrouwen daartoe vermogend zijn. door deze aan de kas van het hos pitaal word gerestitueerd; zullende dal godshuis worden opgericht, zoodra hel daartoe benoodigde fonds aan handen zal wezen; eu zullen Boedelmeesteren voorts tot onderhoud van dat gesticht genieten en hellen: 1" van alle erllenissen en heslerll'enissen van Chineezeu en anderen, die na China ofte elders overgemaakt moeten worden, in 't generaal den 20" penning; 2° van alle, na China vertrekkende of terugkeerende Chineezen, rd* 10000 en daarboven bezittende, 10 percent van haar kapitaal: die meerder bezitten tot rd' 5000 inclusive, 6 percent; beneeden de 5000 tot 1000 rd s , 3 percent, terwijl degenen, wier bezitting geen 1000 rd* bedraagd, van die belasting vrij zijn; 5° voor verleend wordende trouwbrieven aan gegoede Chi neezeu rd* 18 en aan minder vermogende rd* 10. door den secretaris in te vorderen en maaudelijks te verantwoorden en zulks onverminderd de vrijwillige giften van 10 tot'2s. rd* na rato van ieders libenüileit; 1808. H. W. DAENDELS. 268 4° van ieder Chinees lijk. dat na Cliina word vervoerd, 100 rd 8 van een vermogende en 50 rd s van een minder gegoede ; 5° van ieder lijl'eigen, welke door Mahometanen en Chineezen worden vrijgegeven, 10 rd 1 ; 6° bij alle huwelijksplechtigheden der Chineezen, excepl de capiteins en officieren, de Chiueesclie leden van Boedel meesteren en den secretaris der Chineesche vergadering, welke van die hoete gelihereerd zijn, te weten: voor den zoon van een kapitein, wanneer zijn vader nog leeft, rd" 100 en, zijn vader dood zijnde, rd' 50; voor den zoon van een luitenant, zijn vader leevende, rd' 80 en, zijn vader overleden wezende, rd' 40: voor den zoon van een Boedelmeester, wiens vader nog leeft, rd" 60 en is zijn vader overleden dan rd' 30; voor den zoon van een secretaris in het eerslgemeld geval rd* 40 en in hel laatste geviil rd' 20, alles papiere geld: voor ieder ander Chinees wegens liet voeren langs 's Heeren wegen van twee naren, zoogenaamde teugs, twee paren vlaggen en twee paren trompetten twee zilvere ducatons en voor het gebruik van meerdere sieraden en statie rd' 80, papiere geld, doch degenen, welke de voor noemde sieraden binnenshuis ten toon stellen dan wel de teugs en vlaggen builen, maar de trompetten onder het dak gebruiken, zijn vrij van de gemelde boete; 7" bij alle begravenisplechtigheden van de Chineezen, als op hel lang boven aarde houden der lijken: voor een kapitain, over de drie maanden boven aarde slaande, rd" 75 of na het eindigen van ieder maand rd s 25; voor een zijner kinderen of naaslbeslaande, over de vijf en twintig dagen boven aarde staande, rd" 100; voor eeu luitenant, langer als twee maanden boven aarde blijvende, rd' 100 ofte na het eindigen van ieder maand rd' 50; voor een Boedelmeester, meer als een maand boven aaide gehouden wordende, een hondert vijf en twintig rijksdaalders; 1808. H. W. DAENDÊLS. 269 voor een secretaris als voren rd" een honderd en vijftig; voor ieder ander lijk van een Chinees of Chineezin, langer als vijf en twintig dagen hoven aarde staande, rd* drie honderd, alles papiere geld: . voor de begravenissen met huitengewone statie van de kinderen, zo van den kapitein, als van de verdere officieren en Boedelineesleren, item van ieder ander Chinees of Chineezin rd s vijf honderd papiere geld, doch de begravenissen van de capileins en luitenanls, zo mede van de leeden van Boedelnieesteren en den secretaris, kunnen zonder betaling van eenige boete zo statieus en plechtig worden gevierd, als na een ieders omstandigheeden convenabel word geoordeell, met deze bepaling nogthans, dat het voeren van eereteekens aan niemand anders dan aan den kapitein zal worden gepermitteerd. Art. 132. Van al, hetgeene van de hier voren bepaalde boelens en belastingen ofte anderzints ten behoeven van hel Chineesche hospitaal zal inkomen, zal een aparte reekeuing geformeerd worden, afgescheiden van die van de Wees- of Boedelkamer; en, wanneer hel een en ander tot een toereikend fonds zal aangegroeid wezen om daaruit den opbouw of aankoop van een geschikt locaal tol een onchristen hospitaal Ie kunnen goedmaken, zal hetzelve daartoe besleed worden en het daarna verder inkomende tol onderhoud van helzclve strekken. Art. 153. Geene slaven of slavinnen van Chineezen ol' inlanders zullen buiten voorkennis van hunne respective hoofden, om welke reedenen ook, mogen worden vrijgegeeven, zo min bij notarieele, als andere actens; en zullen de kapiteins van de Mooren, Chineezen, Boegineezen en Maleijers maan delijks, ieder voor zoveel hun aangaat, aan Boedelineesleren moeten overgeven een lijst van zodanige slaven en slavinnen, als in elke maand hun vrijdom hebben verworven en waarvan aan hen de gerepliceerde kennis is gegeeven, met be kenlstelling hunner naamen en de reedenen, waarom zij hunne vrijheid hebben bekomen, zo ook de namen hunner 1808. H. W. DAENDELS. 27 van den staal van liet magazijn van geneesmiddelen, van welke hem nader een model zal worden ter hand gesteld. Art. 6. Alle drie maanden zal hij in duplicaat een ver antwoording van het magazijn opmaken; deze word door hem getekend eu geverifieerd door den doctor of chirurgijn en chef, waarvan een aan de generaale contrarolle word ter hand gesteld en een bij de geneeskundige verantwoording aan het geneeskundig hestuur dei" armee zal worden gezonden. Art. 7. Het gestelde in ieder coloni der gemelde veranl woording-lijst moet worden geverifieerd, als van coloni 2 en 3 door de copia factuur-lijsten; van colom 4 en 6 door getekende lijsten van den apotheker van het laboratorium, inhoudende de hoeveelheid der middelen, welke hij ontvangen heeft lot het bereiden van een chemisch of pharmaceutisch preparaat en de hoeveelheid van het preparaat, welke hij heeft aan het magazijn teruggezonden; van colom 5 door bij te voegen lijsten, getekend door dengeen, van wien de bijge komen artikelen zijn ontvangen: van colom 7 en 8 door de hons of gequiteerde expeditie-lijsten van de oüicieren van gezondheid; van colom 9 en 10 door quitauliên van hetgeen Mj de administrateurs en stads apotheker volgens hun schrif telijke aanvrage ontvangen is; en van colom 11 door lijsten, getekend door den chirurgijn of doctor en chef, dei- genees middelen, welke bedorven zijn bevonden. Al, hetgeen niet behoorlijk word verantwoord, zal niet in rekening worde geleden. Art. 8. Jaarlijks, wanneer het naar de omstandigheden w egens vermindering der voorraad noodzakelijk word een aanvrage te doen van geneesmiddelen uit het Vaderland, zal « e begroting van het benodigde door den magazijnmeester Worden opgemaakt en worden getekend door den doctor of chirurgijn en chef om aan zijn excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te worden gezonden. Art. 9. Vóór deze begrotinge geschiede, zal de stads apotheker hiervan kennis bekomen, ten einde de opgave te doen van geneesmiddelen, welke hij zoude voor een jaar be 1808. H. W. DAENDELS. 270 gewezen lijflieeren ofle vrouwen en derzelver woonplaatsen, sul» poene van een boete van rd s vijf en twintig, te verbeuren door gemelde kapiteins der Mooren, Ghineezen, Boegineezen en Maleijers ten behoeve van het Chineesche hospitaal, voor ieder keer, dat zij hierin nalatig hlijven, terwijl van deeze lijsleu of rapporten mede maandelijks door ofte ter order van lioedelrneesleren een generale lijst ten prothocol-kanlore zal moeten worden bezorgd. Art. 134. Uoedelnieesteren zullen ook een armbiis mogen plaatzen in hunne vergaderkamer ter verzameling van Helde giften voor het gedagte hospitaal. Art 155. En ten einde aan voorsz. oogmerk behoorlijk voldaan werde, zullen alle executeurs in de nalatenschappen van overleeden Chineesen en alle andere onchrislenen ver plicht zijn om binnen den tijd van zes weeken na 't afsterven van zodanig perzoon aan Boedehneesteren ter registralie over te leeveren, niet alleen de testamentaire dispositie van van den overleedene, maar ook binnen drie maanden daarna een distincle staat en inventaris van al zulke boedels, die subject zullen wezen aan de voorwaards bepaalde boete van den 20'" penning, 't zij geheel ofte ten deele, dan wel vol doende reedenen te suppediteeren, waarom het laatste binnen het bepaalde tijdperk niet heeft kunnen effect sorteeren, op poene, dal, wanneer gedagte executeurs in dezen opzichte nalatig blijven tot over den gefixeerden tijd van drie maanden na hel afsterven van den testaleur, dezelve als dan zullen vervallen in een boete van een hondert zilvere ducalons, uil hunne privé beursen te voldoen, ten behoeve van het Chineesche hospitaal, en des niettemin gehouden zijn om als nog te voldoen aan de gerequireerde productie van slaat en inven taris. Art. 1,~6. De voorschreeven, aan Boedelmeesteren gepre senteerd wordende slaat en inventarissen zullen zij behoorlijk laten onderzoeken en daarvan aan hel collegie rapport doen en, ingeval dezelve in het minst niet suspect, maar deugdelijk bevonden worden, zich daarna omtrend de ligling van den 1808 H. W. DAENDELS. 271 twintigslen penning reguleeren, behoudens de faculteit van Boedelmecslcren om, in gevalle zodanige erfenissen oflegaleu de somma van 500 rd s komen te excedeeren en dat de opgave of inventarisatie haar nni blijkbare en gegronde reedenen niet voldoende voorkwam, eene andere, doch alleen maar onderhandsche inventarisatie en taxatie te vorderen en dezelve, zowel in het een, als ander geval te accepteeren, onder pre sentatie dan wel prestatie van eede, in haare vergadering af te leggen, indien zulks nodig geoordeeld word, kunnende zij in alle gevallen mei de presentatie van eede" laten volstaan de executeuren van boedels, die zij calculeeren minder als 25 rijksdaalders in 'l geheel te zullen afwerpen. Art. 157. En, dewijl ondervonden is, dat sommige Chi neezen bij baare uiterste wille een nieuwe clausule hebben geinventeerd om de hiervoren geordonneerde hetling van den twinligslen penning van alle na China overgemaakt wordende eril'enissen en besteril'enissen elusoir te maken, door namelijk Ie begeeren, dat hunne in China reinoroerende erfgenamen of legatarissen haare erfportie of legaten hier te lande zullen moeten komen ontvangen, van welke dispositie de executeurs zouden kunnen profiteereu met die gelden in stille over te makeu, zo zullen Boedelmeestereu de executeurs van zodanige dispositien voor zich doen compareeren en den 'M)'"" penning van dieigelijke vermakingen afvordereu en onder haar sepo neereu lot de overkomst van de geinstitueerde erfgenaamen of legatarissen, wanneer zulks moet worden gerestitueerd en, ingfvalle dezelve niet komen opdagen, evenals alle andere boetens, ten behoeve van het Chineesche hospitaal ingenomen te worden. Art. 138. Met opzicht tot 't geene de na China over gaande, reraogende Chineezen na bet gestalueerde bij art. 131 moeten fourneeren, zullen Boedelmeesteren laten vali deeren de door hen gedaan wordende vrijwillige opgave, dan namelijk, wanneer dezelve, geëxamineerd en rigtig geoordeeld zijnde, geapprobeerd is; eu, ingevalle Boedelineesleren dezelven als niet voldoende of niet sumYanl. inogten suspecleeren, zullen 1808. H. W. DAENDELS. 272 zij de faculteit hebben een naderen, onderhandschen slaat te vorderen, onder presentatie dan wel prestatie van eede na bevind van zaken. Art. 139. En om hierinne te beeler verzeekerd Ie weezen zullen de sabandhaar te Samarang en de havenmeesters Ie Tagal, Paccalongang, Japara of Rembang geene permissie mogen geeven, 't zij ;ian Chineezen om ua China over te gaan of aan andere tut het vervoeren van lijken niet ver trekkende jonken of vaartuigen, dan nadat hun alvorens gebleeken zal zijn, dat door de zodanige en deu overvoerder behoorlijk voldaan is aau de belastingen voormeld. Art. 140. liet bewijs, dat door den secretaris van Doedel meesleren te Samarang of aan de hoven de ministers en in de prefectures Tagal, Paccalongang en Japara de prefecten, dan wel te Rembang hel lid der houtadministratie aan Chi neezen, derzelver weduwe, dochters of verlatene vrouwen, die trouwen willen, van de voldoening der voormelde con tribulie word verleend, zal echter niel afgegeven worden, alvorens schriftelijk komt te blijken, dat hunne officieren derzelver toestemming tol het voorgenomen huwelijk gegeeven hebben, welke toestemming nogthans van die kragl niel wezen zal, dal aan Boedelmeesteren daardoor de faculteit zoude worden ontnomen om zulks, wanneer daartoe gegronde reedenen zijn, aan haare pupillen te weigeren. Art. 141. En zullen de aan boven en prefectures voormeld ten behoeve van het Chineesche hospitaal gecolligeerd wordende gelden en lioelens alle drie maanden aan ltoedelineesleren Ie Samarang worden overgemaakt om op de rekening van dal godshuis ingenomen en verantwoord te worden. Arl. 142. Ten aanzien van de administratie en beheering der groole en kleine kassa van IJoedelmeesleren zal hetzelvde geobserveerd worden, hetgeen aan Weesmeeslereu hiervoren is voorgeschreven, moetende echter'de kas van Boedelmeesteren aparl en afgescheiden van die der weeskamer worden gehouden; evenals Weesmeesteren, zijn ook Uoedelmeesteren verantwoor delijk aan de generale rekenkamer in Indien en dierhalven 1808. H. W. DAENDELS. 273 PLAIIAT-BOEÏ DEEL XV. 18 verplicht hare boeken ter examina tic bij gemelde kamer in te zenden. Art. 143. Bij de staat-rekening, welke jaarlijks aan de honge regeering overgezonden word, zal bekend gesteld moeten worden het getal der buiten armen bij dassen en hoeveel ieder van dezelve in het afgeloopen jaar en ter maand genoten heeft, gelijk mede waarin de crediten en de inkomsten voor het Chineesche hospitaal bestaan en hoeveel die bedragen hebben. Art. 144. Omtrend alle insolvente boedels van hare debi teuren moeten Boedelmeesteren, niet alleen hunne pretensien, maar ook daarnevens noteeren, wat daarvan bij den Lande of den sequester berustende is, en in hoeverre zij daarin ver meenen preferent te wezen. Art. 145. Den prefect van Samarang en Dainak volgens artikel 7 van de instructie voor de prefecten het oppertoezigt ook over de weeskamer te Samarang aanbevoolen zijnde, zoo zullen Wees- en Boedelmeesteren alle de door hem gevraagd wordende elucidatien moeten suppediteeren, alsmede, wanneer hij noodig mogt oordeelen hunne resolutien, boeken of charters in te zien, zulks niet vermogen te weigeren, gelijk ook Wees en Boedelmeesteren alle hunne brieven, adressen of berigten aan het gouvernement generaal of generale rekenkamer in Indien ouder cachet volant hem zullen moeten overgeven ter verdere verzending, ten ware Wees- of Boedelmeesteren redenen hadden zig te beklagen over gezegden prefect, wanneer zij de bevoegdheid zullen hebben zig directelijk te adresseeren aan het gouvernement generaal, zullende de prefect van Samarang en Damak echter de bevoegdheid niet hebben dit collegie eenige bevelen te geven uit eigener aulhoriteil; maar, in gevalle Wees- of Boedelmeesteren van de hun voorgeschreven regels mogten afwijken, zal hij hun zulks eenlijk op eene discrete wijze onder het oog mogen brengen; en daarop geen reguard geslagen wordende, zal gezegde prefect de hem voorgekomen afwijking het gouvernement generaal moeten ter kennisse brengen. Art. 146. Alle behandeling, beheering en toeverzigt, welke 1808. H. W. DAENDELS. 274 Wees- en Boedelmeesleren zijn aanbevolen en welke onder resorte van de hoven van Souracarta, Djocjocarta eu onder die van de prefectures Tagal, Paccalongang, Japara eu Rembang, Wees- en Boedelmeesleren betrekkelijk, dienen in acht genumen te worden, gaan onder hunne resorten de gezegde ministers aan die hoven, de prefecten te Tagal, Paccalongang en Japara, alsmede het lid der hout administratie te Rembang aan, in dezer voegen nogthans, dat zij altoos op authorisatie en in naam van Wees- en Boedelmeesteren handelen, beheeren en toeverzigt houden. Art. 147. Eene nalatenschap aan de wees- of hoedelkamer onder resorte van gezegde civiele magten komende te ver vallen, zullen de ministers aan de beide hoven van Souracarta en Djocjacarta, de prefecten van Tagal, Paccalongang en Japara, alsmede het lid der hout administratie te Rembang, in naam van Wees- of Boedelmeesteren te Samarang, door den secretaris van den minister of scriha der prefectuure, ten overstaan van twee gecommitteerdens, dezelve nalatenschap doen aanvaarden, in gelijker voegen en onder ioachtneemiog van al het voorgeschreeveue voor Wees- en Boedelmeesteren en hunnen secretaris; echter zal men ter dier plaalze in geene gevallen verder mogen gaan zonder nader qualificatie van de wees- of boedelkamer als het ter aarde bestellen van het lijk, waarvan des afgestorvenen» nalatenschap aan de wees- of boedelkamer behoord te komen, het inventariseeren van al, wat tot die nalatenschap behoord, en het opneemen van alle vorderingen en schulden, welke den of de afgestorvene mogUia gelateu hebben, of wat anderzints ten voordeele of bezwaar van de nalatenschap mogt bestaan. Art. 148. Tegelijkertijd dat door de gezegde ministers, prefecten of lid der hout administratie last gegeeven is ter aanvaarding eener voorschreeve nalatenschap, zullen zij Wees of Boedelmeesteren te Samarang van het afsterven der perzoon, welkers nalatenschap in hun naam word aanvaard, kennisse doen toekomen, gelijk zij zulks meede, zo spoedig mogelijk, zullen doen van alle sterfgevallen, waarvan de nalatenschap 1808. H. W. DAENDELS. 275 aan Wees- of Boedelmeesteren zoude konnen komen, ofschoon bij testamentaire dispositie of anderzints die collegien van aanvaarding of andere bemoeienissen uitgesloten zijn geworden. Art. 149. Ook zullen voornoemde ministers, prefecten en lid der bout administratie zorgen, dat op de spoedigst mogelijke wijse de wees- of boedelkamer geworden de testa menten van alle Christenen en ondiristenen, geen Javaanen zijnde, die onder hunne resorteu afsterven. Art. 150. Een aan de wees- of boedelkamer vervallene nalatenschap onder resorle van gezegde hoven of prefectures geïnventariseerd zijnde, zal die inventaris met alle verdere mogelijk te jjevene elucidatien Wees- of Boedelmeesteren toegezonden en na bekomen qualificatie dezelve zodanig verder worden gehandeld, als waartoe hun Eerwaardens zullen nodig oordeelen de ministers of prefecten te magtigen. Art. 151. Zulk een nalatenschap voor Wees- of Boedel meesteren aan de hoven of onder ïagal, Paccalongang, Japara of llemliang aanvaard en te gelde gemaakt zijnde, zal binnen de zes maanden na de gehoudene publique vendutie het rendement, beneevens alle zodanige gelden, als in den boedel gevonden of ten behoeve deszelven geincasseerd zijn, na aftrek nogthans van alle zodanige daarop gevallene lasten of ver pligte uitbetalinge, in 'slands cassa overgebragt worden, ter plaatze, alwaar de nalatenschap is aanvaard, ter dispositie van Wees- of Boedelmeesteren; en zullen Wees- of Boedel meesteren van het zuivere saldo van zodanige, aan haar overgemaakt wordende boedels mede genieten den veertigsten penning ten behoeve van de kamer. Art. 132. Wanneer een der ministers aan de hoven te Souracarta, Djocjocarta, dan wel een der prefecten te Tagal, Paccalongang of Japara of het lid der hout administratie te Remhang kwam af te sterven en de nalatenschap aan de Samarangso weeskamer verviel, zal de secretaris aan het hof of de scriba ter plaatze, waar het sterfhuis legd, eenlijk het lijk ter aarde doen bestellen en den inboedel ten over slaan van gecomuiilleerdens verzeegeien mei de zeegels van 1808. H. W. DAENDELS. 276 hem en die der gecommitteerdens, terwijl onverwijld per expresse de weeskamer van het plaats gevonden sterfgeval zal moeten kennisse gegeeven worden, welke onmiddelijk na den ontfangst van die kennisgave een commissie uit hun midden naar het sterfhuis zullen moeten zenden om de nalatenschap te aanvaarden en daarmeede verder te handelen, zo als de verpligting van Weesmeesteren meede brengt. Art. 153. In geen andere gevallen als in de boven aan gehaalde zenden Wees- of Boedelmeesteren gecommitteerdens buiten de prefecture Samarang en Datnak zonder vooraf door het gouvernement generaal tot het zenden van gecommitteerdens verlof of authorisalie bekomen te hebben; uit dien hoofde zullen dan ook, Wees- en Boedelmeesleren eenige elucidalie of assistentie in hare betrekkinge benoodigd zijnde, de ministers of gezegde prefecten op daartoe te doene verzoek die voor haar inwinnen of in haar naam datgeene verrigten, het welk Wees- of Boedelmeesteren zullen vermeenen de hun aanvertrouwde belangens te vergen, en de ministers aan de hoven en de prefecten te Tagal, Paccalongang en Japara, alsmede het lid der hout administratie zullen geene verzoeken van de weeskamer mogen afwijzen, ten ware die verzoeken vau dien aart waren, dat de ministers of de gezegde prefecten aan dezelve niet konden voldoen of wel dat zij op goede gronden vermeenden dezelve niet ten uitvoer te mogen brengen, in welke gevallen zij hunne bezwaren de weeskamer of boedel kamer zullen moeten voordragen; Wees- of Boedelmeesteren na het ontvangen van gemelde bezwaren bij het gedaan verzoek blijvende persisteeren en de ministers of prefecten, dan wel het lid der hout administratie, dan nog blijvende vermeeuen het meergemeld verzoek te moeten afwijzen, zullen de gewisselde stukken ter decisie het gouvernement generaal worden toe gezonden door de ministers, prefecten of lid der hout admini stratie; intusschen gezegde civiele magten datgeene ten uitvoer zullen moeten doen brengen voor rekening en verantwoording van Wees- en Boedelmeesteren, hetgeen die collegies zullen vermeenen geen uitstel te konnen lijden. 1808. H. W. DAENDELS. 277 Art. 154. Wanneer onder bovengemelde resorten eene nalatenschap aan Wees- of Boedelraeesteren is komen te vervallen, zal met den laatsten van iedere maand gedurende de bereddering derzelver door de genoemde ministers, prefecten of lid der houladministralie ten opzigte van den staat dier bereddering alle mogelijke opening de weeskamer moeten toegezonden worden. Art. 155. Gelijk mede van drie tot drie maanden Wees en Boedelmeesteren zal moeten geworden door middel van voorschreven verslag, hoedanig hel toeverzigt zij ten opziglen van hunne pupillen, ter dier verschillende plaatsen besteed of onder opzigl hunner familieu aldaar gelalen. Art. I">6. En tegelijker tijd verslag van het geincasseerde overeenkomstig het verhandelde bij art. 151 voor Boedel meesteren. Art. 157. Alsmede eenmaal 'sjaars ten aanzien van de gesteldheid der hypotheeken, aan de wees- of boedelkamer verbonden en aan de hoven of in de verschillende prefectures gelegen. Art. 158. Buiten het gewone vendu-salaris zal onder resorte der hoven en der genoemde prefectures voor den secretaris of scriba en gecommitteerdens een daggeld van drie rijks daalders, zilver, ieder, voor het inventariseeren of andere commissien, voor Wees- en Boedelmeesteren te doen, in reke ning mogen gebragt worden, dog geene andere ongelden, hoegenaamd, meerder en mits gezorgd word, dat de commis sien niet langer duren, als volstrekt noodig is, waarop de ministers en prefecten respective de noodige agt zullen slaan, ten einde de boedels met die daggelden niet oneigen worden bezwaard. Art. 159. De secretaris van Wees-en Boedelmeesteren zal voortaan een vast tractement genieten van drie duizend rd», zilver munt, 'sjaars, te vinden gedeeltelijk uit de over te winnene renten en gedeeltelijk uit de separate cas van Boe delmeesteren, in evenredigheid die fondsen jaarlijks zullen te voren komen, behoudende hij daarenboven het tot heden ge* 1808. H. W. DAENDELS. 278 notene vendu-salaris van 4 percent, het genot voor het opmaken der inventarissen en prothocolleeren der testamenten, terwijl hem het toeëigenen van alle andere inkomsten op verbeurte van zijn post verboden blijft. Art. 160. Uit gelijke fondsen zal de eerste gezworen klerk, die tevens boekhouder is, genieten een maandelijks inkomen van 75 rijksdaalders en boven des nog */« percent voor het inboeken der verkogte en getaxeerde, zoo losse, als vaste goederen, alsmeede der ingekomen vendu-penningen, en boven des nog 'sjaars rijksdaalders een honderd vijf en twintig, zilvere munt, waarvoor hij zal moeten leveren het bij de kameren benodigd schrijfgereedschap en zegel lak. Art. 161. Alsmeede twee klerken, waarvan een met een inkomen van rd s twintig en een met een inkomen van rd" vijftien, zilvere munt, 'smaands; het schrijfwerk meerder klerken vergende, zullen Wees- en Boedelmeesteren dezelve niet meerder mogen toe te leggen dan vijftien rd s , zilver, 'smaands. Art. 162. De bode zal op maniere voorschreeven een maandelijks tractement genieten van rd* 20, zilver munt, en boven des als afslager 1 percent van de gehouden wordende vendutien, waarvoor hij dan ook voor l /« gedeelte voor het inkomen der vendu-penningen zal moeten instaan en bij de aanvaardiging van ambt een bortogt passeeren, groot een duizend rijksdaalders. 26 September. Prijs-caurant van houtwerken. Dit uitvoerige stuk is, behalve in den vorm eener publi catie, ook afgedrukt in het werk van Daendels, staat der Ned. O. I. bezittingen, bijlagen, deel I, organieke stukken, houtbosschen, n° 8, waarnaar verwezen wordt. Hét bestaat uit eene zeer lange lijst van maten en prijzen, aan hel slot waarvan het navolgende voorkomt: Onder informatie verder, dat de geenen, welke met hout tegen de bovengemelde prijzen verlangen te worden geriefd, 1808. H. W. DAENOELS 279 zich daar toe zullen moeten addresseren, te Batavia aan den directeur-generaal van 'sKonings finantiën en domeinen, onder het ressort van den Oosthoek aan den gezaghebber te Sou rabaija, te Samarang, Tagal, Paccalongang, Japara en Hembang aan den hoofd-administrateur te Samarang, en te Cheribon aan den prefect aldaar, welke gelasl zijn tot de afgave tegen directe betaling in zilver geld de nodige ordonnantie te ver leeuen [sic] ; zullende geen verkoop van hout op andere plaatsen geschieden: terwijl nogtaus aan particulieren de vrijheid wordt gelaten om, bij aldien zij tot eenige aanbouw van consideratie een aanzienlijke hoeveelheid hout mogten be nodigd hebben of van aoodanige assortementen, als te voorzien waren, dat niet aan handen mogten wezen op het tijdstip, dat zij daarvan zouden wenschen gebruik te maken, ter voorkoming hiervan, zelve een tijdige aanvrage der verlangd wordende houtwerken onmiddelijk aan het gouvernement te doen. y 2.ï Ql/\ -- ■'"TrokVelmftHnt! *Q-| f 26 September. Toekenning aan den geweldiger of sub stituut van den fiscaal te Samarang van een tractement ten bedrage van 50 rijksdaalders, zilver geld, 'smaands. 26 September. Toekenning aan den cipier der boei jen van den Haad van justitie te Samarang van een tractement ten bedrage van 25 rijksdaalders, zilver geld, 'smaands. — Ophef/ing van de betrekking van tweeden cipier aldaar. 26 September. Toekenning aan de scherprechlers te Sa marang en te Soerabaija van een tractement ten bedrage van 15 rijksdaalders, zilver geld, 's maand». — Op heffing der betrekking van tweeden scherprechler te Samarang. — Aanstelling van een scherprechter te Soerabaija. 1808. H. W. DAENDELS. 28 nodigt hebbeu, om hierna de begroting in te richten, zullende hij verplicht zijn, bij de aankomst der geneesmiddelen uit het Vaderland, dezelve (welke niet bedorven zijn) volgens zijne schriftelijke opgave te accepteeren: behalven deze zullen geen geneesmiddelen hoegenaamd aan de stads-apotheek worden afgegeven. Dit artikel zal van gelijke applicatie zijn, indien zig apo thekers elaltlisseerden te Samarang en Sourabaija. Art. 10. Indien het nodig wierd geoordeeld, of bij ge lpgendheid, of uit noodzakelijkheid een aankoop van genees middelen alhier te doen, zullen alvorens deze geneesmiddelen worden onderzogl door den magazijnmeesler en apotheker van het laboratorium in tegenwoordigheid van den chirurgijn of doctor en chef ten einde haar deugdzaamheid te onder zoeken, van welke zij een schriftelijk rapport der bevinding zullen opmaken en ondertekenen, dat aan zijn excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zal worden ingezonden. Art. I]. Bij ontvangst van geneesmiddelen uit het Vader land, zooals ook om de drie maanden in het magazijn zal moeten geschieden, zal opgenomen worden door den chirurgijn of doctor en chef, welke geneesmiddelen bedorven zijn. van welke een getuigschrift zal worden opgemaakt, door den chi rurgijn of doctor en chef getekend, ten einde zulks bij de verantwoording te voegen. Art. 12. Chirurgieale en pharmaceutische instrumenten, enz., voorraad van scheurlinnen en andere benodigdheden voor den geneeskundigen dienst worden mede onder bewaring en verantwoording van den magazijnmeester gesteld en op re quisitien uilgegeven, terwijl hij gehouden is hiervan invoege voorschreven verantwoording f e doen, zorgende, dat alles in het magazijn goed bewaard en voor bederf behoed worde. Art. 15 In de hospitalen of zomtijds bij detachementen worden de chirurgijns der 1 e classe van de nodige chirurgicale instrumenten voorzien, alleen op speciale authorisatie van den chirurgijn of doctor en chef. Art. 14. De chirurgijn of doctor en chef ontvangt alle 1808. H. W. DAENDELS. 280 26 September. Bepalingen nopens de kaffers van den fiscaal te Samarang. Is besloten het getal kaffers voor den fiscaal alhier te bepalen op veertien stuks en aan dezelve toe te leggen vijf rd* zilver geld, ieder, 'smaands, ingaande met primo October aanstaande, waarvan zij zig tevens van een paard en hunne eigen kleding zullen moeten voorzien. 26 September. Bepalingen naar aanleiding van de in structie voor den inspecteur-generaal der tioutbosschen, art. 6. Is besloten, in conformité van het bepaalde bij het zesde artikel van de instructie voor den inspecteur-generaal der houtbosschen, dat het gouvernement jaarlijks aan hem, in specteur-generaal, »zal opgeven de benodigdheid van hout, »zoo voor eigen gebruik, als ten dienste van particulieren" de gemelde opgave jaarlijksch voor ultimo October, gerekend voor het volgende jaar, te laten formeren voor Batavia door den directeur-generaal van 'sKonings finantien en domeinen, met last om de gemelde begrotingen in te leveren aan het gouvernement, ten einde vervolgens op hare order ter exa minalie aan den inspecteur-generaal te worden afgegeven; en voorts met vrijheid om, wanneer de geëischte houtwerken door het ondernemen van eenige buitengewoone werken voor den Lande of door extra-ordinaire particuliere aanvragen niet voor de wezentlijke benodigdheid mogten toereiken, in dat geval ook tusschentijds extra eisschen te doen. 27 September. Instructie voor den gezachhebber in Java's Oosthoek en voor de prefecten van Samarang, Tagal, Pekalongan, Japara en Rembang. Art. 1. De gezaghebber in den Oosthoek en de prefecten van Samarang, Tagal, Paccalongang, Japara en Rembang oeffenen, een ieder in zijne prefecture en dies onderhorige districten, na 1808. H. W. DAENDELS. 281 mens zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, mitsgaders het ligchaam der hooge Indiasche regering, het gezag uit en ontvangen, óf van den Gouverneur Generaal alleen, öf van Gouverneur Generaal en Raden, direct hunne orders. Art. 2. Zij ontvangen requisitien van den inspecteur-pene raal der houtbosschen en van den inspecteur-generaal over de koffij-cullure, ter uitvoering van orders, aan de gemelde inspecteurs door het gouvernement gegeven, en zijn verpligt daaraan te defereren, alles, conform het bepaalde bij de in structien voor de gemelde inspecteurs-generaal. Art 3. Bij afwezigheid van den Oosthoeks gezaghebber en prefect van Samarang uit* derzelver prefectures, dan wel bij overlijden, word het gezag aldaar waargenomen, te Samarang door den hoofd-administrateur en te Soerabaja door den tijdelijken prefect van Grissee, en zulks in het laatste geval 10l tijd en wijle, dat daarover door zijn excellentie nader zal zijn gedisponeerd, lerwijl zulks op de overige prefectures door den scriba op gelijke wijze gedaan word. Art. 4. De magt van den gezaghebber in den Oosthoek en van den prefect van Samarang zal zich echler in geenen deele uitstrekken tot het militaire of defensie-wezen, alzoo dit geheel en al van het politieke blijft afgescheiden en hetzelve alleen den millitairen commandant aangaat, terwijl daarentegen op de overige prefectures zulks is en blijft op de oude voel, exceplo in extra-ordinaire gevallen, wanneer 'er om een of andere redenen militaire expedilien in dezelve gedaan moeten worden, als wanneer daaromlrend door den Maarschalk en Gouverneur Generaal de nodige schikkingen gemaakt en orders gegeven zullen worden. Art. 5. De gezaghebber in den Oosthoek, de prefect van Samarang en verdere prefecten zullen niet te min over de militaire magt in gevalle van noodzakelijkheid kunnen dis poneren op schriftelijke requisitien aan de militaire com mandanten, welke gehouden zullen zijn daaraan op hunne verantwoordelijkheid te voldoen, gelijk bij de instructie voor 1808. H. W. DAENDELS. 282 den militairen commandant in den Oosthoek reeds is be paald. Art. 6. Aan den gezaghebber in den Oosthoek en de prefecten te Samarang, Tagal, Paccalongang, Japara en Rem bang zal militair honneur, gelljkstandig de rang van kolonel, gegeven worden, mitsgaders aan den Oosthoeks gezaghebber en den prefect van Samarang hel gebruik van twee voorlopers voor hunne rijtuigen in hunne prefeclures wezen gepermitteerd. Art. "7. De gezaghebber in den Oosthoek en de prefecten zullen in hunne respective prcfectures en daaronder gehorende districten op alles een waakzaam oog moeten vestigen en zorgen, dat alomme een goede order en policie werden onder houden: dat de gezamenllijke ambtenaren, zoowel als de regenten en mindere inlandsche hoofden, een ieder in het zijne, behoorlijk aan zijn pligt komt te voldoen en dat de inlanders over het generaal niet door de gemelde regenten of hoofden op eeniger hande wijze gevexeerd of mishandeld, maar in alles spoedig en goed regt komen te erlangen; terwijl de gezaghebber in den Oosthoek en de prefect van Samarang inzonderheid nog verpligt zullen zijn over de differente ad ministratie en schrijfkantoren, voor zooveel niet onmiddelijk onder de orders van den hoofd-administrateur staan en dus van den prefect zijn afgescheiden, zoomede over alle collegien, in de hoofdplaats hunner prefectures aanwezig, het opper toezigt te houden en te zorgen, dat. alles aldaar navolgens orders en billijkheid ten meeslen voordeele van den Lande behandeld en geadministreerd werd, met uitzondering nogtans van den Raad van justitie en de hout-administratie, alzoo de president en leden van deze beide collegies van hunne daden en handelingen enkel en alleen aan den Gouverneur Generaal en de hooge Indiasche regering verantwoording schuldig zijn. Art. 8. Alle orders en bevelen, die de prefecten vermeenen mogten ter bevordering van de rust als anderzints aan de in- en opgezetenen te moeten geven, zullen zij in hunne prefeclures, zoo door het publiceren en ailigeren van billetlen 1808. H. W. DAENDELS. 283 op de gewoone wijze en plaatsen, als door publieke bekkenslag kunnen en mogen bekend maken. Art. 9. Zij zullen in het bijzonder hebben te zorgen voor de verbetering en uitbreiding der onderscheidene cultures en de vermeerdering van alle die gerief!ijkheden, welke de gemeene man noodig heeft, doch inzonderheid zullen zij hunne betragting moeten maken, dat de koffij- en kappas culture, zooveel mogelijk, worde uitgebreid en tot die hoogte gebragt. waarvoor dezelve vatbaar is en met eenige moge lijkheid gebragt worden kan. Art. 10. Voor de uitbreiding der rijst-culture, zoowel als het ler behoorlijker tijd bezaai jen en beplanlen.der padijvelden, zal door dezelve mede gezorgt moeten worden. Art. 11. Het aanfokken en vermeerderen van allerlei zoort van nuttig vee. zoo van paarden, koebeeslen, buffels, schapen, als hoenders, ganzen en endvogels, voor zoover zulks niet tot nadeel van de koffij of rijst-culture komt te strekken, zal ook een hunner voornaamste betragtingen moeten zijn. Art. 12. Zij zullen mede zorgen, dat de tijgers en ander verslindend ongedierte, zooveel mogelijk, worden uitgeroeid, waarmede zij zich verdienstelijk zullen maken bij het gou vernement. Art. 15. Dat de verpligte leverantien, zoo van rijst, als anderzints, jaarlijks vroegtijdig in 's Lands magazijnen worden afgeleverd, zal mede een hunner eerste pligten zijn. Art. 14. Ook zullen zij hebben te zorgen, dat de pagtschat der pagters en recognitie-penningen der regenten, alsmede zoodanige andere gelden, welke aan den lande moeten worden betaald, ter bepaalder tijd in 's Lands kassa worden overge bragt, waarvoor zij responsabel worden gesteld. Art. 15. Met het einde van iedere maand zullen zij verplisrt zijn, zoowel aan zijne excellentie den heere Gouverneur (leneraal, als aan den hoofd administrateur te Samarang over te zenden een restant lijst van alle 's Lands gelden, goederen, effecten en producten, die aanwezig zijn, met aantooning, welke gelden, goederen en producten gedurende den loop 1808. H. W. DAENDELS. 284 van die maand ingekomen, ontvangen, afgelangd, uitbetaald en verzonden zijn, en wat werkelijk onder dien datum restant komt te verblijven. Art. 16. Wekelijks zullen zij ook verpligl zijifeen speciale lijst aan den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te zonden van de gedurende dezelve onder het ressort hunner prefectures aangekomen en vertrokkene vaartuigen, met aantooning van de door dezelve aangebragte en vervoerde ladingen; terwijl jaarlijks onder ultimo December daarvan een generale notitie aan de hooge regering moet werden ingezonden, mei een vergelijk van het vorige jaar daarbij, ten einde te kunnen nagaan, in hoe verre de particuliere vaart en handel ver meerdert is en waarin de artikelen bestaan, die het meest aangevoerd of vervoert werden. Art. 17. Tegens het drijven van allen verboden handel, inzonderheid van ainphioen, zullen zij zorgvuldig hebben te waken en met niemand, die zich daar aan hebben schuldig gemaakt, mogen composereu, maar dezelve arresteren en vervolgens daarvan onmiddelijk aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal de vereischte kennisse geven, zich daaronitrend verder gedragende aan het placcaat van den j',™ 1808. Art. 18. Op alle topbanen, amphioen kitten, haneveglerijen en publieke tandak-spelen zullen zij permanent dagelijks een of twee justitie dienaren of jogobellos van de regenten moeien plaatsen, ten einde alle ongeregeldheden voor te komen en de onlstane twisten in der minne te slegten, ten welken einde ook niemand een publieke topbaan, amphioen-kil, haneveglerij of tandak-spel zal vermogen Ie houden, dan met voorkennis en toestemming van den prefect en daartoe van denzelven ontvangen een permissie-briefje, in het Hollandsch, Cliineesch en Javaansch geschreven, met 'sLands cachet voorzien, dat, zoo dikwijls zulks gerequireerd werd, aan de djajang sekars, oppassers van den prefect of justitie dienaren der'djaxas zal moeien werden vertoont en waarvoor zal moeten werden betaald vier ropijon voor een rondjaar, waarvan een halve 1808. H. W. DAENDELS. 285 ropij zal zijn voor de schrijvers van hetzelve en het overige werden verdeeld onder de djajang sekars en oppassers in gelijke deelen, en zulks om te strekken tot aanmoediging om derzelven pligten na hehoren te volbrengen. Art. 19. Zij zullen ook moeten zorge dragen, dat alle secretariële en notariële papieren navolgens de order werden opgemaakt/ ten einde alle ahuisen, die anders daarin gemaakt mogten werden, zoo veel mogelijk voor te komen. Art. 20. Alle boedels van ab intestato overledene ambte naren, burgers, Chinesen, Mooren en andere overvvalsche natiën moeten de gezaghebber in den Oosthoek en de prefecten van Tagal, Paccalongang, Japara en Rembang onmiddelijk door den scriba ten bijwezen van twee getuigen doen aan vaarden en 'daarvan aan de weeskamer, curator ad lites te Samarang of dengeene, die zulks ambtswege mogte aangaan, kennisse geven. Art. SI. De gezaghebber in den Oosthoek, zoowel als de overige prefecten, zullen hebben te zorgen, dat de wegen en bruggen, in derzelver prefectures gelegen, in goede order werden onderhouden en dat de respective postmeesters in allen deele aaii derzelver orders komen te voldoen, opdat alles, wat het postwezen aangaat, in een goeden staat zij en alle aankomende postbrieven ten spoedigsten gedepecheerd en in geenen deele of onder wat pretext zulks ook zoude mogen zijn. opgehouden werden. Art. 22. Zij zullen van lijd tot tijd de kassas en boeken van den postmeester kunnen en moeten visiteren en examineren en, bij bevinding, dat die niet in order zijn, denzelve daarover moeten onderhouden en tot derzelver pligt aanmanen en, zulks niet helpende, daarvan aan den Gouverneur Generaal kennisse geven. Art. 23. Zij zullen ook het oppertoezigt over de herbergen, posthuizen en relaizen hehben en zorgen, als dat de scriba of postmeester, die daarover op ieder préfecture als com missaris-opziender is aangesteld, dezelve in een goeden staat brengt en komt te onderhouden, en ook van tijd tot lijd 1808. H. W. DAENDELS. 286 de kas daarvan, die onder berusting van den scrilia is, moeten visiteren mitsgaders aan hen ordonnanties tol het doen van eenige inkopen van paarden, rijtuigen en andere noodwendige uitgaven mogen verleenen, daarorulrend volgende de aanstaande reglementen op het postwezeu. Art. 24. De prefecten van Tagal, Paccalongang, Japara en Rembang zullen op derzelver respective prefeclures mede liet ambt van vendumcesler en de scriba dat van vendu boekhouder moeten waarnemen en daaromtrend zich tot een rigtsnoer laten strekken de instructie voor den veudu meester en vendu-boekhouder te Samarang, sub dato 50 Julij jongslleeden geëmaneerd. Art. 25. leder prefect bekleed in zijne préfecture ook de post van ontvanger-generaal en is in die hoedanigheid ook verpligt hel oppertoezigt over 'sLands domeinen Ie houden en voor de voldoening van alle collaterale penningen, 's heeren geregligheid, als anderzints te waken; terwijl hij voorts alle boedelstaten nauwkeurig zal hebben te examineeren, ten einde zeker te zijn, als dat ten aanzien der collaterale suc cessien 'sLands geregtighcid op geener bande wijze werde gefraudeert. Art. 26. Zij 'zullen ook onder derzelver administratie hebben de groote geld kas der prefecture en zich daaromtrend gedragen na het bepaalde bij de instructie voor den hoofd administrateur. Art. 27. Zij zullen hcbbcu te zorgen, dat alle diegeenen, welke zich aan eenigerhande misdaad hebben schuldig ge maakt, opgevat en in hegtenisse genomen werden. Art. '28. Van alle gevangenen, welke niet bij het land geregt te huis geboren, moet door de prefecten van Tagal, Pac calongang, Japara en Rembang gezorgd werden, dat zij uiterlijk binnen twee maal vier en twintig uren na derzelver appre heosie door den gezworen scriba, ten bijwezen van twee expresse gecommkleerdens en den fiscaal of groot jaxa vau het land geregl, wanneer het Javanen zijn, werden verhoord en daarvan de uoodige verklaring werden ingewonnen om, 1808. H. W. DAENDELS. 287 na te zijn gereeolleerd, nevens die der getuigen en delinquanten aan den Raad van justitie te Samarang te worden overgezonden. Art. 29. Bij het ontvangen van rapport, dat hier of daar iemand gekwetst of vermoord is, zullen zij terstond den chirurgijn van de prefecture, zoo zulks niet te ver afgelegen is en men van de schouwing nog eenig nul voor de justitie trekken kan, met twee gecommitteerdens derwaarts zenden, ten einde de wonden van de gekwetsten ol om het leven gebragten te visiteren en daarvan onder presentatie van eede door dezelve een duidelijke opgave bij wege van een visum repertum laten doen, welke declaratoir dezelve vervolgens, zoo wanneer het een genieleerde zaak is, beveveus alle andere papieren, daartoe betrekkelijk, aan den Raad va» justitie te Samarang zullen overzenden. Art. 50. Alle brieven, die door dezelven aan deu Raad van justitie, Wees- en Boedelmeesleren, den curator ad lites, sequester of aan militaire commandanten werden afgezonden, zullen, bij aanwezen van zijne excellentie te Samarang, hoogsl.- denzelven ter verdere afgave, daar en waar zulks gehoord, onder cachet volant werden aangeboden; terwijl, bij afwezig heid van hoogstdenzelve, die oinmiddelijk verzegeld zullen kunnen werden overgezonden, mits in een dusdanig geval daarvan tegelijkertijd onder aanbieding eener kopij aan zijne excellentie kennis gevende Art. 51. Des Maandags en Donderdags zal dii gezaghebber in den Oost-hoek en de respective prefecten bij aanwezigheid op de hoofdplaats hunner prefecture, ten ware in cas van ziekte of zoo wanneer zulks om andere redenen onnodig mogten oordeelen, gehouden zijn des morgens, zoo wel aan de regenten, als andere ambtenaren, item burgers en alle zodanige, welke eenige verzoeken, klagten of bezwaren hebben in te brengen, publieke audiëntie te geven, terwijl voorts buiten dien ten allen tijde de toegang bij dezelve voor een iegelijk, zonder aanzien van persoon, open zal moeten zijn, alzoo zij lieden op derzelver verantwoordelijkheid niemand zullen vermogen al' te wijzen. 1808. H. W. OAENDELS. 288 Art. 32. In de huishouding zullen dezelve alle mogelijke zuinigheid moeten betragten en voorts door dezelve alles werden aangewend, wal maar eenigzints dienen kan om den lande voor het vervolg meer en meer voordeel uit derzelvcr préfecture te bezorgen. Art. 55. Zij zullen ook hebbeu te zorgen, als dat de voor het landgeregt, alsmede den kleinen raad en regenten hunner prefeclures ontworpene instructie in allen deele stipt en zonder de minste afwijking nagekomen werde. Art. 54 Niemand, die zich over het een of auder bij den Maarschalk en Gouverneur Generaal mogte willen heklagen of zijn regt bij den Raad van justitie of andere geconstitueerde magten wil vervolgen, zullen zij vermogen daarin hinderlijk te zijn en dus, ingeval bet ambtenaren zijn, dezelve daartoe het nodig verlof ook niet mogen weigeren. Art. 55. Aan alle ambtenaren en militairen, ten aanzien der laatsten uogtans met uitzondering van Sourabaija en Samarang, alzoo zulks aldaar alleen aan de militaire com mandanten gedefereerd blijft, zullen de respective prefecten buiten dien ook voor ecnige dagen verlof mogen geven, mits zulks niet tot praejudilie komt te strekken van 'sKonings dienst en dat verlof zich niet verder uitstrekt als bet territoir van hunne prefecture. Art. 56. De verkoop van aniphioen zal alleen aan den Oosthoeks gezaghebber en de respeclive prefecten zijn gede fereerd, terwijl voor iedere kist aniphioen door dezelve, boven de aanrekening prijs, voor winst zal mogen werden genomen een honderd Spaansche realen; en voorts op eene daartoe te bepalene dag, jaarlijks, aan den meeslbiedende publiek zal werden verpagt hel previligie van hel koken en in het klein verdebiteren van dat heulsap ten voordeele van den lande. Art. 57. Bij ontdekking van verboden aankap of vervoer van hout zullen zij daaromtrend hebben te observeren de orders, bij placcaat van den 29 e " Augustus en aanschrijving van den 27 en September 1808 vervat, sub poene, dat, wanneer zulk een verboden houtkap reeds eenige dagen mogl hebben 1808. H. W. DAENDELS. 289 PLAKAAT-BOEI DEEL XT. 19 plaats gehad, zonder dat daartegen naar behoren zal zijn gevigileerd, zij daarover zullen worden gecorrigeerd en voor de tweede of derde maal zelfs met verlating hunner posten kunnen worden gestraft. Art. 38. Alle de orders, vervat in de instructie van den inspecteur-generaal over de koflij-culture, item die der hout bosschen en het collegie der hout administratie, zoomede het geneeskundig vak in Indien, zullen dezelve, voor zooveel op hun van applicatie zijn, zich tot obseryantie strekken laten. Art. 39. Zij zullen zich na primo October aanstaande wel expresselijk hebben te onthouden om voor hun privé van den Javaan eenige hcerediensteu te vorderen of eenige heifinge van pluimvee, vrugtcn, kleedjes ofte anderzints te doen en ook hebben toe te zien en te waken, dat die door niemand hunner huisgenoten, dan wel ondergeschikte ambtenaren, bur gers of andere in- en opgezetcnen gevorderd werden, maar dengeenen, die zich daaraan schuldig komt te maken, na volgens den inhoud van het placcaat van den 13" 1 Augustus jongstleeden doen corrigeren. Art. 40. Ook zullen zij hebben te zorgen, dat niemand eenig geld op hoofdelijke verpanding \an vrije Javanen voor schiet, onder wat pretext ofte onder welke benaming zulks ook /oude vermogen te zijn, maar zich daaromtrend in allen deele stiptelijk hebben te gedragen na den inhoud der dientwege door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal geëmaneerd placcaat van den 20"' Augustus jongstleeden. Art. 41. Om trend het reizen van ambtenaren in officio zullen de prefecten, voor zoover de te verlenene adsislentien in battoors en paarden betreft, zich reguleren naar het be paalde bij het 43 e art. van het generaal reglement voor de organisatie van Java. Art. 42. Ingeval van militaire expeditien zullen de res pective prefecten ook hebben te zorgen, dal op het ontvangen aanschrijvens daaromlrend het nodige lot transport van dezelve in gereedheid is, en daartoe zooveel draagvolkeren en paarden 1808. H W DAENDELS. 29 requisitien van geneesmiddelen, enz. zonder onderscheid : hij heeft vrijheid, indien hij het nodig oordeeld, dezelve over eenkomstig de voorraad in te richten; ook, indien hij twijireld, of de gevraagde hoeveelheid Ie groot inogt zijn dezelve te verminderen. Art. 15. Hij lekend vervolgens de requisilieu ter afzending: deze worden dan geëxpedieerd met een copie, geschreven door den niagazijniueester en wederom getekend door den chi i'urgijn of doctor en chef, welke copie vervolgens door de geene, die de medicijnen ontvangl, gequileerd ter verant woording van het magazijn, aan hetzelve word teruggezonden. Art. 16. De iuagazijnmeester zal 's maandelijks aan den doctor of chirurgijn en chef opgeven een door hem ge tekende lijst der schei- en artzenij-mengkundige preparaten, welke dienen toebereid te worden, niet bijvoeging der voor raad, welke van deze dan nog voorhanden is, en der hoeveel heid, welke benodigd zoude zijn, zullende deze lijst door den chirurgijn of doctor en chef worden geflatteerd en voorts aan den apotheker van het laboratorium gezonden, ten einde deze hierna zijn aanvrage inrichle der artikelen van geneesmiddelen, d'e hij benodigt heeft lot het bereiden van die preparaten; deze aanvrage dan weder aan den chirurgijn en chef gezonden om te fialleereu, om dus doende uit het ma gazijn de gevraagde middelen Ie kunnen ontvangen. Uit het laboratorium ontvangt de magazijn meester de chemische en pharmaceutische toebereidsels, met bijgevoegde 'ijst van de hoeveelheid der artikelen, welke gezonden worden, d ( Jor den apotheker der 1" classe van bet laboratorium ondertekend. Welke lijsten van den apotheker der l e classe van bel 'Moratorium bij de verantwoording van hel magazijn zullen dienen. Art. 17. Eenige artikelen, in het magazijn van genees middelen voorhanden, welke voor andere admiuistratien lot £Ouvernemenls gebruik nodig zijn, kunnen alleen bekomen worden op schriftelijke aanvrage van de administrateurs, ge- 1808. H W. DAENDELS ' 290 aan handen zijn, ;ils hun van wegens den heere Gouverneur Generaal zullen werden opgegeven, en tot welke diensten de Lands opgezetenen rerpligt en gehouden zullen wezen; terwijl daarentegen de mondkost, enz. voor rekening van den Lande zal worden te goed gedaan, navolgen» hel tarif, deswegens door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal vastgesteld. Art. 45. De prefect zal in zijne prefecture zoo dikwijls mogen rondreizen, als hij zal verkiezen of zulks voor's Lands belangens uudig oordeeld, doch buiten hel territoir zijner prefecture zal hij zich niet verinogen te begeven dan mei voorkennis van den Maarschalk en Gouverneur (leneraal of dengeenen, die liij afwezigheid van hoogstdenxelve van Sama rang aldaar hel gezag is toevertrouwd. Art. 44. Alle orders, die door den gezaghebber in den Oosthoek of door de respeclive prefecten, een ieder in de zijne en voor zooveel van derzelver departement is, gegeveu werden, zullen door de regenten, hunne onderhorigen, mitsgaders overige ambtenaren en ingezetenen slipl en zonder de minste tegen streving indelen worden nagekomen eii ter executie gesteld, mei vrijheid oogtans van. zich daarmede bezwaard vindende, hierna derzelver belangens aan den Maarschalk en Gouverneur Generaal te kunnen inbrengen. Art. 45. liet oppertoezigt over 's Lands magazijnen, item kruithuis, wapenkamer en andere 's Lands gebouwen is ook aan de bijzondere zorge van de prefecten der prefectures van Tagal, Paccalongang, Japara en Rembang aanbevolen, echter voor zoover de magazijnen betreft onder de direclie van den hoofd-administrateur, ten welken einde dezelve zullen hebben te waken, dal geene nialversalien of frauduleuse handelwijzen door de daarin zich bevindende liediendens met 's Lands goederen en producten worden gepleegd ofte iemand dei leveranciers of kopers, dan wel den heere van den Lande, door wien zulks ook zoude vermogen te zijn, in maal of gewigt weide te kort gedaan; mitsgaders's Lands forleresseu en andere gebouwen door gebrek aan loezigt komen te ver 1808. H. W. DAENDELS. 291 valleii, maar integendeel in een goeden staat onderhouden worden; terwijl ook wel expresselijk door hun zal worden gewaakt, dat de in de magazijnen zich bevindende koelies, item laad- en losvaartuigen der vissers ten dienste van het forteres, tol geene andere diensten als die van den heer van den Lande werden gebezigd. Art. 46. Eindelijk zullen zij steeds hunne attentie hebben te vestigen <>|i al, hetgeen aan 's Konings belangens en de conservatie der rust en goede order bevorderlijk zoude kunnen zijn. alles aanwendende, wat een goed prefect ter bevordering der belangens zijnes meesters en der bloei en welvaart \au liet aan zijne zorgen toevertrouwd land en van dies in- en opgezeteuen met billijkheid kan worden verwagt; terwijl zij voor alle nalatigheid of onverschilligheid verant woordelijk vvoiden gesteld. Art. 47. Bij de aanvaardiug hunner bediening zullen zij hebben at' te leggen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit, den Koning van Holland, als mijne hooge en doorluchtige souvereiu, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gehouw en getrouw te zijn: dat ik den post van prelect zal waarnemen met alle eer lijkheid, naarstigheid en ijver, daarin behartigende het meeste voordeel van den Lande; dat ik mij onthouden zal van alle verkeerde praktijken ter vermeerdering van de inkomsten, die aan mij wettiglijk zijn toegelegd; dat ik mitsdien hij ontvangst of afscheep van goederen en producten van den Lande, ook met betrekking tot den landman of leverancier, zorgvuldig zal toezien en waken, dat niemand in maat of gewigt worde bedrogen of verkort, zoo min door mij zelve, als door iemand mijner ondergeschikten; dat ik mij onthouden zal van hel drijven van allen handel, zoo in de voortbrengselen van mijne préfecture, als met schepen en vaartuigen, welke onder mijn ressort komen nego tiëren, en wijders van niemand mijner onderhorigen eenige presenten, gillen of $aven, hetzij onder de benaming van 1808. H. W. DAENDELS. 292 contributien der pachters of onder welken titel ook, aannemen of gedogen zal, dat die door mijne huisgenoten, bediendens of door anderen mijne* 1 aanhorigen aangenomen worden; dat ik naar mijn uiterste vermogen waken zal tegen den smokkelhandel en zonder ecnigc conniventie zal doen niiile teren degeenen, welke daarop onder mijn gebied worden achterhaald; dat ik na den eersten October aanstaande geene personele heere- of huiselijke diensten vergen zal van Javanen, onder wat pretext dit ook zoude mogen wezen, en ook niet ge dogen zal, dat die door anderen onder mijn gebied gevergd worden, aan wien dit niet bij uitzondering is gepermitteerd, ofschoon de gemelde Javanen zich daartoe ook vrijwillig kwamen aan te bieden; en dat ik mede niet zal doen eenige heffingen van pluimvee, vruchten of andere huiselijke be nodigheden: dat ik den inlander wel behandelen zal en daarin met een goed voorbeeld de regenten zal voorgaan, zonder Ie permit teren, dat zij hunne onderhorigen kwellen met willekeurige belastingen of andere drukkende bezwaren, welke hun afkerig zouden kunnen maken van het over bun gesteld gezag; en dat ik mij voorts generalijk in al, hetgeene tot mijne bediening specleerd, zoodanig zal gedragen, als een vroom en eerlijk prefect toeslaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God almagtig. 27 September. Instructie voor Je regenten in hel ronr malige gouvernement van .lavas N. O. kunt. Art. 1. De regenten zullen in iedere préfecture in alles ondergeschikt zijn aan den prefect en, overeenkomstig den inhoud dezer instructie handelende, in den volsten zin moeten nakomen en executeeren de orders en bevelen, welke hun door denzelven gegeven worden. Art. 2. Zij zijn na de prefecten de eerste personen en zullen alle beschouwd en behandeld worden als ambtenaren 1808. H. W. DAENDELS. 293 van Zijne Majesteit, den Koning van Holland, en rang hebben, een radeen adipattij of kiaij adipattij van een majoor in dienst van Zijne Majesteit den Koning, een radeen maas en kiaij tomongoug van een luilenant-koloncl en een ingebeij, die zelfs een district beheert zonder bemoeijenis of ondergeschiktheid aan een of ander regent, dien van kapitain en alle voorzien zijn van 's Konings zegel, hetwelk van onderen, van de regter na de linkerzijde, zal zijn beschreven niet den naam van hel regentschap en door hun in officio altoos gebruikt zal moeten worden. Ait. ,ï. Ue pligt en zorg van dezelven zal zijn de belangens van Zijne Majesteit den Koning in allen deele bevorderlijk te zijn en alles tol verbetering van het aan hun ter beheering afgestaan regentschap bij te dragen, wat met eenige mogelijk heid gedaan en betragt worden kan. \rl. 4. Het gadeslaan en bevorderlijk zijn van de onder scheidene cultures en liet vermenigvuldigen van alle die gericfelijkheden, welke de genieene man tot zijn onderhoud uoodig heeft, doch inzonderheid van rijst, kotlij en kappas, zal een hunner eerste zorgen zijn. Art. 5. Zij zullen mede voornamentlijk tot hunne betrach ting maken den inzaam van die producten te vermeerderen en te brengen tot die hoogte, waarop dezelve naarmate van de bevolking hunner regentschappen en de geschiktheid der gronden gebragt worden kan. Art. 6. Het zal insgelijks hunne pligt zijn om voor de veiligheid der goede ingezetenen te waken en dezelve te verzekeren, mitsgaders toe te zien, dal niemand hunner on derhoorigen op eenigerhande wijze worde gevexeerd of door derzelver naastbestaanden en mindere hoofden worde ver ongelijkt, maar integendeel al het mogelijke bijdragen, dat de geschillen tusschen den man en zijn naasten na behooren beslegl en een ieder kort en goed regl gedaan word. Art. 7. Zij zullen behoorlijk ter executie moeten stellen alle de hun door den prefect gegeven wordende orders tot het tegengaan van alle willekeurige handelingen van de mindere 1808. H. W. DAENDELS. 294 hoofden en hel uitroeljen en agtervolgen van alle rooverhenden. welke de wegen onveilig maken of de goede ingezetenen in hunne dessa's en woningen ontrusten en van derzelver liave en goederen herooven. Art. 8. Zij zullen tweemaal in de week, des Maandags en Donderdags, en voorts zoo dikwijls zulks noodig is en gere quireerd word, zig sisteeren ten huize van den prefect 101, het doen van rapport van alle voorvallende zaken, mitsgaders het ontvangen van alle noodige bevelen. Art. 9. Zij zullen ook hebben te zorgen voor het maken en onderhouden der wegen en bruggen, item het maken en schoonhouden van alle zoodanige waterleidingen, rivieren, gragten en spruiten, als dienen moeten, zoo tot drenking van den gemeenen man van de honl'd-negorij, als de binnenlanden, voor zoover die thans aanwezig zijn of verder noodig geoor deeld mogten worden. Art. 10. Zij zullen mede trachten weg te nemen en voor te komen, zooveel mogelijk, alle oorzaken, welke aanleiding tot ongezondheid geven kunnen. Art. 11. Zij zullen het op- en loezigt houden over de onderscheidene hoofden der districten, dessa's en campongs, alsmede de djaxa's en hunne onderhoorigen, mitsgaders opper en onder-priesters. Art. 12. Zij zullen ook hebben toe te zien en te waken, dat op de godsdienstige gewoontens der Mahomedanen geen inbreuk werd gemaakt, noch ook aan de opper- en onder priesters belet worde het voltrekken in de tempels en ontbinden van huwelijken, mitsgaders het slegten van geschillen over boedelscheidingen en het betrachten van andere godsdienstige instellingen, alsmede dat de geestelijken zich niet met politieke ofte andere zaken komen op te houden, maar hunnen gods dienst oeffeneu op den bepaalden lijd, volgens den alcoran en op de Mahomedaansche wijze, en alle geschillen, welke daarover tusschen dezelven mogten komen te ontstaan, op de best mogelijke wijze trachten af te doen en uit den weg te ruimen, doch, dit niet kunnende doen, alsdan daarvan in tijds 1808. H. W. DAENOELS. 295 aan den tijdclijken prefecl kennisse te geven, ler voorkoming van alle onheilen, die anders daaruil zouden kunnen voort vloeijen. Art. 15. Voor het onderwijs van de jeugd in de zeden, gewoontens wellen en godsdienstige begrippen van den Javaan en hel oprigten van de daartoe in de respeclive hoofd-negorijen en districten hennodigde scholen, mitsgaders het plaatsen van goede en geschikte onderwijzers in dezelve, zal ook door de zelven gezorgd moeien worden. Aii. 14. Geen bepattijs, mantries, demaugs of andere hoofden zullen door dezelven mogen worden afgezet of in derzelver bediening gesurcheerd, om welke redenen ofte onder wat pretext zulks ook zoude mogen zijn. maar, niet aan hunne pligt komende te voldoen, daarvan aan den prefect kennis moeten geven en voorziening verzoeken. Art. 15. Bij aanstelling van een bepattij, mantrie, demang, loerah of ander hoofd zullen dezelven geen de minste betaling onder de benoeming van wang hoktie of anderzints mogen vorderen, hetzij in geld, producten, pluim- of hoornvee, dan wel andere artikelen, hoe ook genaamd. Art. 16. Zij zullen buiten de inkomsten, die zij thans zijn hebbende en door hun zijn opgegeven geworden, geene nieuwe belastingen aan den gemeenen man mogen opleggen, veel min eenige extra-ordinaire heffingen van producten, pluimvee ofte anderzints doen, dan eenelijk van die landen en dessa's, welke hun door de afschaffing der heerendiensten en het verbod, dat op den verhuur van dessa's gelegd geworden, weder zijn toegevallen en dewelke door hen met de overige, thans door hen bezeten wordende landen en van heerendiensten vrij geweest zijnde ingezetenen gelijk gesteld zullen moeten worden. Art. 17. Voor ultimo December van ieder jaar zullen zij, op verbeurte van derzelver ambten, hebben te zorgen, dat in 's Lands kassa op de prefecture, waaronder zij sorteerende zijn, worden overgebiagt de recognitie-penningen, welke zij vcrpligt zijn aan den Lande te voldoen. 1808. H. W. DAENDELS 296 Art. 18. Ook zullen zij hebben te zorgen, dal ten be hoorlijken tijde in 'sLands magazijnen op de hoofdplaats der prefecture, waaronder zij sorteeren, dan wel op zoodanige andere plaats, als daartoe het convenabelst geoordeeld worden zal, worden afgeleverd de rijst en andere producten, welke zij tot dusverre verpligt geweest zijn voor contingent aan den Lande te leveren, te weten, voor zooveel zulks niet is afge schaft geworden en wel met de tot hiertoe gevalideerd geweest zijnde overwigten. Art. 19. Ook zullen zij hebben te zorgen, dat vau zoodanige jonken rijstland, als voor de kappas-culture geschikt zijn en waarvan de bezitters niet tot. de kofflj-culture geëmploijeerd kunnen worden, jaarlijks een pikol schooue en zuivere kappas van ieder jonk ter zwaarte van 128 fö tegensrd 5 o:36,zilver geld, in 'sLands magazijnen op de hoofd plaatse der prefecture, waaronder zij gehooren, dan wel op zoodanige andere plaats, als daartoe het geschiktste zal werden geoordeelt, afgelevert werd en dat voorts van alle zoodanige jonken land, als welke niet tot de kappas-teelt geschikt zijn of waarvan de eigenaars of huurders niet tot de kollij-culture geëmploijeerd werden, twee Spaansche matten in het jaar zal werden voldaan en, door hen geincasseerd zijnde, mede voor ultimo December van ieder jaar in 's Lands kas op do préfecture, waar onder zij sorteerende zijn, overgebragt werd. Art. 20. Tegen het drijven van allen verboden handel in amfioen zal zorgvuldig door hun werden gewaakt en de geene, die zig daaraan mogte komen schuldig te maken, bij agterhaling of ontdekking zonder aanzien van persoonen aan den prefect aangegeven en, des mogelijk, overgeleverd moeten werden. Art. SI. Wanneer zij ontdekken, dat er hout gekapt wordt anders als voor den laude, zullen zij daarvan terstond kennis geven aan de prefecten, sub poene, dat, wanneer zoo danige verboden houtkap reeds eenige dagen mogt hebben plaats gevonden zonder door hun te zijn bekend gemaakt, zij daarover zullen worden gecorrigeerd en voor de tweede of derde maal worden verlaten van hunne posten. 1808. H. W. DAENDELS. 297 Art. 22. Geene andere heerendiensten zullen na primo October eerst komende mogen werden gedaan, voor wien ofte onder wal benaming zulks ook zoude mogen zijn, als die welke bij deze instructie bereeds zijn of nog zullen werden aangehaald, en zulks op zoodanige poeualiteiten, als bij plac caat van den 13 en Augustus jongslleeden is bepaald. Art. 23. Op ieder prefecture zullen een of meer herbergen, naar mate zulks zal werden nodig geoordeelt, lot gerief van de reizigers werden opgerigt en voorzien zijn van het be paald gelal post-koelsen en posl-paarden 10l transport van dezelve over den landweg, waartoe de nodige jonken lijsl land en volk ter onderhoud en oppassing zullen werden afgezonderl. Art. 24. (lok zal ten dienste van 'sLands magazijnen eenig volk werden afgezonderd om dagelijks in dezelve 10l diversehes Lands diensten te werden geëmploijeerd. Art. 25. De regent zal voor zijn statie en huiselijke diensten geen meerder volk ter zijner dispositie mogen hebhen, dan hieronder bepaald is: als voor de regenten van Samarang, Damak, Paccalongang, Tagal, den eersten regent van Pattij, de heiden van Sourabaija en voorts ook dien van Sumanap, Passourouang en Sidaijoe, ieder: 12 piekdragers of panoerangs, waarvan dagelijks zes in functie, 2 paijong-dragers, waarvan dagelijks een in functie, 2 epok- » » » » » » 2 lampit- • » » » » » 2 bawat- » » » » • » 4 geweer- of houwerdragers j „ , . , , of zoogenaamde pangawenan, 6 piekdragers waarvan mede dagelijks de helft, 2 kandaga-dragers, ad idem, 2 rotting- » » » 2 quispedoor- » » » 2 gapit- » » » 16 panakawangs » » 16 tandoe-dragers, » » 1808. H. W. DAENDELS 298 voor des regents vrouw: 6 panakawangs, ad idem, 12 piekdragers, » » 80 man tot oppassing der paarden, waterhalen, gras snijden, in de keuken en wat dies meer is, dan wel te zamen 170 man, waaronder de noodigeainbagtslieden mede begrepen zullen worden; voor de regenten van Caliwoengoe, Candal, Batang, Wira dessa, Painalang, Brebes, beiden die van Japara, den tweeden van Patlij en voorts die van Coedus. Joana, Rembang, Lassura, Touban, Lamongang, beiden van Griss('e en die van Pamacas sang, Bangil en Banger, ieder: 8 piekdragers, 2 paijong-dragers, 2 lampit- • 2 epok- » 2 ba wat- » 2 kandaga- » 2 geweer-dragers 1 „ . , <>l zoogenaamde pangawenan, 2 rotting- » 2 quispedoors-dragers, % gapit- » 12 panakawans, 16 tandoe-dragers voor des regenls vrouw, 2 paijong- » » » » » . 8 piek- » » » » » 4 panakawans » » » • 68 man in de dalm, op den stal, in de keuken, etc. of 140 koppen in hel geheel, daaronder mede begrepen de be noodigde ambaglslieden; en voorts voor de regenten van Banjoewangie, Poeger, Baviaan. Glongong en Tjinkalsewoe, en die daarmede in rang gelijk staan, ieder: 4 piek-dragers, 2 paijong-dragers, 1808. H. W. DAENDELS 299 2 epok-dragers 2 lampit- » 2 bavvat- » 2 geweer- I . . ol zoogenaamde pangawenan, — pieß- •> 2 kandaga- » 2 ([iiispedoor-dragers, 24 man in de dalm, enz., 12 landoe-dragers voor des regenls vrouw. 4 [dek- » »»» » 2 paijong- » » » » » <)2 man in hol geheel, terwijl voorts de bepatlijs een vierde gedeelte van liet volk zullen mogen hebben, aan hunne regenten toegestaan, de groot-djaxa's, binnen-bepatlijs en wedonos ot' groot-mantries, alsook de moeders, broeders en kinderen van de regenten een achtste gedeelte, de klein-mantries, djaxa's en andere gelijkstandige hoofden een zestiende gedeelte en de loerahs, petingies en andere diergelijke niet meerder dan een of uiterlijk twee man: voorts aan de regenten daarenboven nog hunne muzikanten, toppings en waijang-speelders. Art. 26. Geene verpandelingen zullen dezelve vermogen te houden: ook hebben zij toe te zien en te waken, dat die door niemand hunner onderhoorigen gehouden worden, op verbeurte van derzelver ambt. Art. 27. De mantries, candourouans en comits van den prefect blijven als voorheen aan denzelven verbonden en ge attacheerd. Art. 28. In stede van de afgedankte pradjoerits zal tot handhaving der policie op ieder prefecture een compagnie strik-ruiters onder den naam van djajeng-sekars navolgens de daarvan gemaakte bepaling werden opgerigt, welke mede geheel alleen aan den prefect zullen zijn gealtacheerd en zullen er langen, als de commandeerende officiers IK, de daarop volgende 10, de jongste 8, een wachtmeester 5, een corporaal 4 en een gemeene ieder 5 jonken rijstland, die hun buiten bemoeijenis der regenten door den prefect zullen werden toegewezen. 1808. H. W. DAENDELS. 3 op een speciaale qualiflcatie van den Maarschalk en Gouverneur Generaal of de respective hoofden der plaatsen gratis ter verpleeging en cureering op te neemeu alle inwoners, welke dooi- armoede huilen staat zijn zich zelve de nodige medicamenten en oppassing als anderzins te kunnen bezorgen en dus, huilen deze vergunning, anders veel ligl hulpeloos zouden blijven moeten, als mede teegens betaling alle zeevarenden van vreemde natiën, zo wel Europesen, als inlanders, en de betaling daarvan slellen voor de Europesen opeen en een halve Spaan sche mat en voor de inlanders een rijksdaalder Hollands per dag, alles zilver geld: 7" op Weltevreden bij Batavia of elders, waar zich in de nabijheid der hospitalen kerkhoven bevinden, dezelve ten minste 1000 passen van hel gebouw te doen verwijderen en de lijken, welke in hel algemeen op dezelve hegraven liggen, 4 ;i ii voelen diep in den grond te doen delven ler voorkoming van alle insecten, als mede alle hoornen en plantagien, zonder onderscheid aan wie zij zijn toebehorende, insgelijks op eene distantie van 200 passen te doen ontvellen; met aanbeveling aan de geene, die met de politie, zo op Weltevreden, als de overige etablissementen in Indien belast zijn. van Ie zorgen en te doen zorgen, dal daaraan stiptelijk voldaan word, ten einde meerdere en zuivere lucht aan de zieken, welke zich in dezelve bevinden, hier door bezorgt werd; 8° alle chirurgijn-majors, welke, hetzij nu ot' door aan komst uil Europa, overcompleet mogten zijn, provisioneel en tot zoo lange dezelve als zodanig zullen kunnen in vallen, de plaatsen der 2 e klasse te doen vervullen, met behoud van derzelver tractement als chirurgijn-majors; voorts ook alle de zich thans nog in Indien bevindende opper-rhimrgijns van de voormalige Oost-Indische com pagnie mede in de 2 e klasse der chirurgijns te plaatsen; en voorts de tractementen derzelve en alle die geene, welke in hel geneeskundig vak bij de armee in Indien 1808. H. W. DAENDELS. 30 tekend door den heer directeur-generaal en ingezonden bij den chirurgijn oi' doctor en chef, welke dezelve fiaüeerd om in het magazijn te kunueu ontvangen worden. Art. tB. Er zullen geen medicijnen aan iemand, wie het ook zij, ler leen gegeven of geen voorschriften gereed ge maakt worden in het magazijn van geneesmiddelen, zelfs niet tot eigen gebruik van den magazijnmeester oi' bediendens, op poene van cassatie. Ait. 19. Bij absentie van den chirurgijn of doctor en chef uit het arrondissement van Balavia zal het loeverzigt over het magazijn v;m geneesmiddelen en laboratorium, in gevolge inhoud dezer instructie, worden waargenomen dooi den doctor of chirurgijn principaal van dat arrondissement, zullende alvorens door den chirurgijn of doctor en chef van zijn vertrek behoorlijk kennis worden gegeven. DERDE AFDEEMNO. Dienst in het laboratorium van het magazijn van geneesmiddelen. Art. 1. Het laboratorium behoord tot liet magazijn van geneesmiddelen en staat onder hetzelve loezigt van den chi rurgijn of doctor pii chef (of hij desselvs absentie onder dal van den doctor of chirurgijn principaal van het arrondissement van Batavia), doch is afgescheiden van de directie van den niagazijnmeesler. Art. i. Tot het bereiden der schei- en artzenij-mengkun dige bereidingen zal in hetzelve een apotheker van de 1" classe onder upzigt van den chirurgijn of doctor en chef zijn geëmploijeerd, welke voor het behoorlijk bereiden derzelven alleen verantwoordelijk is en uithoofde van dien ook aan den Lande zal moeten vergoeden alle nadeelen en schaden van geneesmiddelen, die blijken door verzuim of onagtzaamheid in het laboratorium aan den Lande te zijn toegebragl. Hij zal een jaarlijks tractement genieten van rd' ">OOO, zilver i, r eld. Tot zijn adsistenüe zal een apotheker van de l' h en een 1808. H. W. DAENDELS. 300 Arl. 29 De prefecten hebben lot hun dienst op de gronte prefectnres 24 en op de mindere 12 oppassers, in voegen als hij art. 3 en 4 van liet generale reglement voor de organisalien van Java is bepaald. Art. 50. De regenten zullen verpligt zijn jaarlijks eene accurate zielsbeschrijving te doen van het getal mans, vrouwen en kinderen, item hooiden en priesters, en inzonderheid hoe veel werkbare mans zig in de respective dessas bevinden, alsmede van de buffels, draag-beesten, nierrien en andere paarden, met aan tooning van dies vermeerdering sedert bel voorgaande jaar, het getal rijst- of sawa-velden en andere bouwlanden, item tegals, bamboe, brandhout, niepa-bosschen en vrugt-tuinen, wat een ieder derzelven bij een goed gewas opbrengen kan, welke inkomsten en lasten een ieder ingezeten heeft, van den regent al tol. den gemeenen arbeider of dag looner toe, mitsgaders of ook nieuwe rijst- of andere bouw landen zijn aangelegd, de uitgestrektheid daarvan en door wien deze aanleg geschied is, hoeveel nieuwe koflij-tuinen zijn aangelegd, het getal hoornen, dat in dezelve en in de oude tuinen aanwezig is, zoomede het aanwezig zijnde getal oude clappers en de aanplant, die daarvan sedert het jongst ver weken jaar gedaan is, en voorts in hel generaal, welke vermeerdering en verbetering de onderscheidene cultures in dat jaar ondergaan hebben. Art. 31. Ofschoon het doen van voorscbJetiogen op het gewas aan elk en een iegelijk is verboden bij placcaat van den 14«" .lulij 1808, zijn nogtans daarvan uitgezonderd de regenten, die zullen hebben te zorgen, dat de rijstvelden steeds ten behoorlijken tijde bezaaid en beplant werden en dat de genieene man bij gebrek van de noodige gereed schappen, buffels en zaad pa dij daarvan door dezelven voorzien werden tegens billijke en geenzins onereuse dedommage menten. Art. 32. Zij zullen ook zorgen, dat, nadat het rijst-gewas in is, de velden op alle daartoe geschikte landen met aard vruglen worden beplant, waarvan de voordeden alleen aan 1808. H. W. DAENDELS. 301 den plantor zullen verblijven, zonder dat de regenten daarvan iets mogen vorderen. Art. 53. Een der voornaamste zorgen van de regenten zal ook moeten zijn, dat de gemeene inlander niet ongetrouwd blijve, maar alle huwbare jongelingen en jonge vrouwen zich behoorlijk in den echten staat begeven, dewijl hierdoor het ledig loopen en rondzwerven, alsmede vele andere onheilen voorgekomen werden en de bevolking op eene geregelde wijze komt te vermeerderen. 28 September. Regeling der rechtspleging betreffende roof' en brandstichting. Wij, in ernstige overweging genomen hebbende de alle bezef te bovengaande stoutheid, waarmede de misdaad van roof en brandstichting zedert jaaren herwaards op Java's Noord-Oostkust word gepleegd, zoo dat zelvs de inwooning in de hoofd negoiïj van Samarang, in de nabijheid van den zetel van het gouvernement en, als het ware, onder hel oog van den Gouverneur Generaal, den vreedzamen Javaan legen den moedwil van eenige verlatenen niet schijnt te kunnen beveiligen, waarvan de oorzaak veel al moet worden gezocht in de slralloosheid, waarmede deze misdaad onder het vorige gouvernement is gepleegd, hetwelk liet kwaad zoodanige diepe wortelen heeft doen schieten en den moedwil, het geweld en de voorbeeldeloose onverzaagtheid van dit gruwelijk bedrijf tot zulk eene ontzettende hoogte heeft doen klimmen, dat helzelve, behalven door andere, genomen maatregelen, op geen zekerder wijze kan worden bedwongen, als door het daar stellen van zoodanig eene gestrengheid van straf oeffening, waarvan men kan vcrwagten, dat dezelve op de verhardste en onverschrokkendsle gemoederen van overgegevene boos doenders eene genoegzame indruk zal maken, en hier in willende voorzien, na ingenomen advis van de kundigsle en consciëntieuste, inlaudsche regenten, goedgevonden hebben te 1808. H. W. DAENDELS. 302 ordonneren en Ie slatueren, gelijk wij ordonueren en statueren bij dezen: dat de misdaaden van roof en brandstichting, gezanielijk, en ook die van brandstichting, afzonderlijk gepleegd onder het ressort van het voormalige gouvernement van Java's Noord-Oostkust, voortaan zullen worden geregt en gevonnist te Samarang en Ie Sourabaija door eene commissie van expres gecommitteerde leden uit de respective Raden van juslilie aldaar, geassisteerd mei den fiscaal, en op de overige prefectures door den prefect, benevens de verdere leden van bel land gerecht; dat alle de geenen, welke zich van nu voortaan aan de misdaaden van roof en brandstichting gezamelljk, dan wel aan die van brandstichting afzonderlijk schuldig maken, bij achterhaling en overtuiging van deze misdaaden, zonder eenige conniventie, op de plaats zelve, waar zij die hebben begaan, in levendige lijve zullen worden verbrand; dat aan de geene, die een schuldige anti de voorschreven misdaaden levendig in handen van den regier zullen over leveren, zoodanig, dat de misdaad in regten tegen hem word bewezen, van 'sLands wege een praemie zal worden uitbetaald van tien Spaansche realen. Ontbieden en bevelen de respective Kaden van justitie te Samarang en te Sourabaija, zoomede de land geregleu op de overige prefectures van Java, mitsgaders alle verdere officieren en justicieren onder hel ressort van het voormalige gouver nement van Java's Noord-Oostkust en generalijk alle en een iegelijk, die het zoude mogen aangaan, dezen onzen placcate te achtervolgen en te doen achtervolgen, nademaal wij zulks lot welzijn van deze kolonie en voor de veiligheid en bescher ming van hare ingezetenen alzoo bevonden hebben te behoren. En op dat niemand hiervan eenige onwelenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze, zoo in Javasch Oosthoek, als op de verschillende prefectures van Java gepubliceerd, mitsgaders in de Hollandsche, Chineesche en de gewoone, inlandsche talen worden geaffigeerd ler plaatse gebruikelijk. 1808. H. W. DAENDELS. 303 Naar aanleiding van hel vorenstaande bepaalde Daendels op 6 October 1808: »de h'scaals van Samarang en Sourabaija, een ieder in den haren, worden gelast om bij het aaugeevcn en overleveren van perzoonen, welke wegens de voorschreeven misdaden worden aangeklaagd, zowel van deze, als van de namen der aanbrengers en hunne woon plaatsen distiuete aan tekening te honden bij een apart register; en wijders, zodra de misdaad tegen den beschuldigde in regten is be wezen, den aanbrenger ot' de aanbrengers bij zich te ontbieden en aan dezelve de gemelde premie af te belalen in presentie van twee geloofwaardige perzoonen, die, nevens den aanbrenger of de aanbrengers, in hel opgemelde register zullen moeten tekenen, ten bewijze, dat de ineermelde betaling is geschied". 28 September. Regelinij van den aanplant van kofj'ij. Is besloten vast te stellen, gelijk vastgesteld word bij dezen, dat door ieder huisgezin, hetwelk tol de koulij-culture op Java /al worden gefimploijeerd, nog in dit najaar zullen worden aangeplant twee honderd koflij-planljes, terwijl voorts met deze aanplanting van twee honderd kolïij plantjes jaar lijks zal worden gecontinueerd, tot zolang men ieder huisgezin zal kunnen berekenen op 500 vrugtdragende hoornen, die vervolgens, mei afschalling van de jaarlijksche aanplanting, bestendig lot hel volle getal zullen worden gesuppleerd. 28 September. Bepaling van den prijs van hel zout, dal Ie Ckeribon bij de kleine maal verkocht werd, op 25 Spaansche matten de kojang van dertig pikots. Deze bepaling werd genomen »ler voorkoming van de monopolie, welke winzuchtige Chinezen anders al zeer ligt in dit artikel maken lot groot bezwaar van den genieenen man". Overtreding zoude gestraft worden »met de poenalileiteu, welke daar op hij de publicatie over de Javasche pacht condilien zijn gesteld". 1808. H. W. DAENDËLS. 304 28 September. Toekenning aan verdienstelijke opzieners bij de koffij-culture eener Iractements-verhooging ad 200 rijksdaalders, zilver geld, 's/aars. Deze bepaling is vernielt! gevonden, maar liet betrekkelijke besluit niet aangetroffen. 2 October. Gedwongen geld-leening. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de bij hoogstdenzelveu ingekomen beriglen wegens de meer en meer toenemende noodzakelijkheid, dat in den staat van 'sLands kas op eene efficacieuse wijze worde voorzien en de verlegenheid voorge komen, waarin momentaneel het gouvernement, bij voortduring der oneenigheden tusschen hel Brilsche rijk en de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, zoude kunnen geraken; overwegende, dat de stremming, welke door deze oneenig heden bereeds aan den handel onzer Oost-Indische bezittingen is toegebragt, van dien aart is, dat daardoor hel debiet der meest voordeel gevende producten voor een tijd geheel is komen stil te slaan; dat echter volgens de jongste en meest geloofwaardige berigteu omtrent den poliliekeu slaat van Europa, zoowel als dien der geschillen, lusschen Engeland en de Vereenigde Stalen van Amerika gerezen, geen twijffel overblijft, ot' de buitengewone staat van zaken, welke daaruit, speciaal voor den kolonialen handel, is ontslaan, zal van geen langen duur kunnen zijn, terwijl de gezegende en steeds toe nemende inzaam der rijkste producten, gepaard met verscheidene maatregelen van bezuiniging, onlangs door het gouvernement geadopteerd, bij eenen regulieren loop van den handel, niet alleen de publieke inkomsten van dit jaar verre zoude gebragt hebben boven die van vorige jaren, maar ook een waarborg zijn voor de zekerheid van zoodanige, finantiele operatien, als waartoe het gouvernement uithoofde van deze tijdelijke be lemmeringen zal moeten besluiten en dewelke, ofschoon ook 1808. H. W. DAENDELS. 305 PLAKAAT-D>IKK TEEL 20 in een buitengewone en onverwagte conjuncture van zaken van ecuen builengewonen aart moetende zijn, echter nimmer in eeneii te zeer drukkenden last der ingezetenen zullen kunnen ontaarden, in aanmerking genomen de milde bronnen van beslaan, welke in den boezem dezer kolonie zelve nog kunnen worden geopend en dewelke eene verzekerde hoop verleenen, dat met de onvermoeide pogingen, welke daartoe door het gouvernement zullen worden aangewend, ook bij eene niet te voorziene voortduring van deih stilstand van handel de middelen zullen kunnen worden gevonden ooi, buiten eenige extra-ordinaire bezwaren der ingezetenen, de inkomsten van hel gouvernement legen de uitgaven te doen balanceeren: overwegende nogthans, dat van alle de aan hoogstdenzelven voorgeslagene middelen ten einde in de tegenwoordige, tem poraire penurie van 's Lands kas te voorzien het openen eeuer vrijwillige negotiatie als Ie onzeker in den uilslag en waar schijnlijk ontoereikende, hel opbrengen aan den Lande van alle ongemunle goud- en zilverwerken als hij vorige gelegen heden reeds even ontoereikende bevonden en bel verminderen van het allooij der munt als ten uitersten schadelijk, zoowel voor het Gouvernement, als voor alle particuliere belangens moet worden beschouwd: dat gevolgelijk alle de voorschreven hulpmiddelen-aan zoodanige zwarigheden onderhevig zijn, als het gouvernement moeten weerhouden een van dezelve te adopteeren; nog overwegende, dat geene van deze zwarigheden worden gevonden in eene geforceerde leening door het gouvernement zelve, naar billijkheid en het bekend vermogen der ingezetenen, bij wijze van quotisatie, aan de meest bevoordeelde 's Lauds anilitenareu en overigens aan de meest gegoede en bij de algemeene welvaart meest belanghebbende particulieren op gelegd ; heeft besloten te arresleeren, gelijk gearresteerd wordt bij dezen, dal door de na Ie noemene hoogere en mindere amb tenaren en particuliere personen in contanten, gouden of zilveren specie aan den Lande zal worden opgebragt, als: 1808. H. W. DAENDELS 306 op Batavia: door den Maarschalk en Gouverneur Generaal Daeudels rd' 20000 door den oud-Gouverneur Generaal Siberg » 30000 » • lieutenanl Gouverneur Generaal Buijskes » 5000 » • direcleur generaal over 's Koniugs fi nantien en domeinen van IJsseldijk » 19000 door den Uaad ordinair van Indië van fiiemsdijk » 6000 •• Chassé » 15000 » » • van Hoesen.. » 10000 »»» • » Parvé . 2000 » » ■ extra-ordinair van Indië Wardenaar » 2000 » » » » Boinswinckel » 10000 > president van den hoogen Baad tan justitie Maurisse » 2000 door den gewezen Baad ordinair N. Engelhard. » 6000 » » « » GaulerVisscher » 4000 » » » » extra-ordinair Baljée... » 4000 » » oud Baad tilulair Vogelaar » 10000 douarière Mom » 5000 Holle » 250O0(') den brigadier von Gutzlall' » 5000 l en secretaris der hoge regeering Tie deman » 5000 door den oud 1" secretaris L. W. Meijer » 5000 » kolonel van de genie von Lulzow.... » 3000 » » » en inspecteur generaal der ar thillerie Filz » 5000 door den oud kolonel titulair Scha Her » 2000 het lid van den hoogen Baad van justitie Cantebeen » 5000 door het lid van den hoogen Baad van justitie Maas » 4000 door den drossaard Veeckens » 2000 Transporteerc nf 223000 (') U\j besluit van 31 Oetöber 1808 is dit bedrag tot 12,000 rd» verminderd. 1808. H. W. DAENDÈLS. 307 Por transport r<l s 225000 dooi- den water-fiscaal Doornik » 3000 » balluw Veeris » 2000 » » ontvanger generaal Senn van Bazel.. . » 6000 » » prefect der Jacatrasche en Preanger bovenlanden van Motinan » 5000 door de erven van wijlen den commandeur van Bantam Heijuon » ISÖOO door den president van de bank van leening Heu kevlugt » 5000 door den boekhouder-generaal de Witt » 5000 » » kapitein ter zee Bouberg » 3000 » » chirurgijn principal Asmus » 5000 bet oud opperhoofd over het generaal tracte mentskantoor E. S. Smit » 5000 door den oud vice-presidenl van schepenen Specht » 8000 » » » » » » Eekhout » 5000 » predikant Schill » 5000 » de erven van wijlen den predikant Somerdijk » 8000 » den sa bant! ha ar en licentmeester van Beu sechem » 3000 door den oud hoofdschout Ketelaar » 3000 » " " sahandhaar Reijnst » 4000 » het lid van Schepenen van den Bogaard. . » 8000 » » » » » Macaré » 5000 • » . » J. van Hek * GOOO ■ ■ • ■ Betling » 3000 » i o » » Boers » 3000 . > » » • S. Dirks . 3000 » » » » * Velthuizen » 5000 . . . » A. B. de Itock • 2000 » den gecommitteerde over de zuiker-culture ïeisseire » 2000 door de weduwe van Bazel » 5000 » » » den majoor titulair Pilat. » 3000 Transporteere rd' 551000 1808. H. W. DAENDELS. 308 Per transport rd' 3SIOOO door den oud majoor titulair v/d inf. Thalnian. » 4000 » » » » » der burgerij Michiels » (5000 » > groot kassier Bareuds » 8000 » » secretaris van den hoogen Raad van justitie Caulier » 7000 door de erven van wijlen den stads docter Jassoy » 5000 den administrateur van Riemsdijk » 5000 » » » Overbeek » 30 '0 » » « van Son » 6000 Cattenburgh » 2000 Tibbe • 2000 D. J. Smith » 0000 ■ » medicijn pakhiiismeester Hijmeriks. .. » 2000 secretaris van Schepenen Sevenboveu. » 2000 » commissaris v/d bank van leening Lakke » 2000 » » boekhouder vb vendukan loor Wiltenaar » 2000 liet lid van VVeesmeesteren P. Meijer.... » 2000 » de erven van wijlen den secretaris van de bank van leening Kadghien. . » 6000 door den secretaris van Weesmeesteren Kamphuis » 5000 » » notaris Kilian » 2000 » •• gewezen resident van Grissée v. Naersseu » 5000 » • » pakhuismeester en dispencicr te Samarang Cassa » 3000 door den burger Arnold » 5000 M. Meijer » 3000 A. Barends » 4000 Miro » «000 • » » N. Janssen » 4000 » » » Gavork Manuk ■ 10000 op Java: te Samarang: door de douariere Bodacfa » 5000 » den secretaris-generaal Veeckens » 5000 Transporteere rd" 495000 1808. H. W. DAENDELS 309 Pel' transport rd' 493000 te Djocjocarta: door den geëligeerden president van Schepenen P. Engelhard . 6000 Ie Sourahaija: door den gezachhebher van Java s Oosthoek Rolhenhuhler • 5000 te Samarang: door den prefect van Samarang en Damak Gold hach » üOOO te Solo: door den minister aan 's keizers hof van Braam ■ 6000 te Djokjo: » den minister aan sullhans hof G. W. Wiese » 10000 te Samarang: den president van het collegie van de administratie der houtbossohen Knops » 5000 door den prefect van Reinbang Ekenholm » 3000 » » lieutenant kolonel bij de cavallerie Kieverlijn » 5000 door den oud lieutenant kolonel Zannet » 5000 » » predikant Montanus » 5000 te Sourahaija: » den commissaris over de wegen en pos terijen Hesselaar » 4000(') te Samarang: door den vice-presidenl vau Weesraeesteren Blank » 6000 • » oud capitein ter zee Steinmetz » 5000 ■ » » van de Waaijen. • 5000 » » pakhuismeester Budach » 5000 ■ het lid van Weesmeesteren Piet » 4000 » den borger Samuel .. » 20000 » de weduwe W. I). Rokus ■ 10000 Transporteere rd 8 595000 (') Aan dezen i< hij besluit van ï!' December ISiiS toegestaan zfjne quota io verrekenen met gelden, welke hij van bel gouvernement Ie vorderen had. 1808. H. W. OAENDELS. 31 v an de S* 1 classe, behalven de nodige mindere bediendens, worden geëmploijeerd. Art. 3. Hij ontvangt, indien nodig is, een geiialteerde lijst v au den chirurgijn of doctor en chef der geneesmiddelen, welke hij zal moeten bereiden : dan zal hij opmaken een aan vrage der simplicia, welke hij tot die bereiding nodig heeft, en dezelve aan den doctor of chirurgijn eu chef inzenden om gefiatteerd en uit hel magazijn te worden- ontvangen. Voorts zullen de bereidingen, wanneer zij gereed zijn, uit net laboratorium naar het magazijn worden gezonden, met bijvoeging van een lijst der artikelen en derzelve quantiteiten, welke gezonden worden, door den apotheker der l e classe ondertekend. Art. 4. Alle schei- en artzenij-mengkundige bereidingen zullen vervaardigt worden naar voorschrift van de pharma copoea Batava. Art. 5. Alle schei- en artzenij-mengkundige gereedschappen en ustensilia worden op bons van den apotheker, gefiatteerd door den doctor of chirurgijn en chef, mede uit hel magazijn v an geneesmiddelen ontvangen: van alle deze artikelen word een behoorlijke inventaris geformeerl en aan den chirurgijn "1 doctor en chef om de drie maanden ingezonden, met bij voeging der artikelen, welke onbruikbaar, vermist of gc brokes zijn. Art. 6. In het laboratorium zullen geen geneesmiddelen bereid mogen worden, dan alleen voor het magazijn, volgens den inhoud van artikel 3, en het is op cassatie verboden '" hetzelve voor wie hoegenaamd aldaar eenig preparaat te "'■ruiden of van eenig artikel van geneesmiddelen een ander gebruik te maken, dan tot de bereidinge, volgens de gefiat teerde lijst van den doctor of chirurgijn en chef ontvangen. D<' zeer uitvoerige bijlagen van dit reglement, waaronder zich bevinden reglementen voor de zieken-oppassers, zieken- Vi| il«'rs, portiers der hospitalen, enz, zijn le vinden in Daeudels, 1808. H. W. DAENDELS. 310 Per transport . . . rd' 5950Q0 door den capiteiu Chinees te Sourahaija » SBOOO » » » n Passarouang met deszelfs familie » 25000 op Ambon: door den gouverneur en directeur van Ambon C. S. Wieling » 4000 op Maccasser: door den gouverneur en directeur van Maccasser F. van Braam » . 5000 op Bantam: door den commandeur van Bantam du Pny ... » 5000 op Banjermassing: » oud resident v. Banjermassing Bloem Bzn. » 10000 nF/oOOOÖ - En zulks onder de navolgende condilien en bepalingen: 1° dat de voorschreven opbrengst zal moeten geschieden in drie gelijke termijnen, waarvan de eerste zal zijn vervallen den l e " Januarij 1809, de tweede den l cn Maart en de derde den len1 en Mei daaraan volgende: 2° dal omtrent den vervaltijd dezer termijnen voor de gequoliseerde personen, op de bezittingen van den slaat builen hel eiland Java gezelen, dit onderscheid zal plaats hebben, dal hel eerste termijn van betaling zal gerekend worden vervallen le zijn drie maanden, hel tweede vijf en het derde zeven maanden na den dag, dal hel onder weipelijk decreet aldaar zal zijn bekend geworden: 5 n dat die geenen. welke in gebreke blijven op de voor schreven tijd aan hunne verpligting te voldoen, zullen vervallen in eene boete van twintig percent voor elke maand, die zij nalatig zijn betaling le doen; 4° dal de voorschrevene gelden zullen worden in kas geteld, te Batavia ten kantore van de administrateurs generaal van den handel, te Samarang en voor de overige prefectures van .lava's Noord-Oostkust len kantore van den hoofd administrateur te Samarang, in den Oosthoek aan den 1808. H. W. DAENDELS. 311 administrateur aldaar en op de respcctive huilen gouver uementen aan degeenen. welke aldaar met de hoofd administratie zijn gechargeerd, met uitzondering nogthans van het geval, wanneer de aldaar gequotiseerde personen hunne gemagtigdens te Batavia of elders op het eiland Java nioglen hehhen. wanneer dezelve, de nodige fondsen daartoe onder zich hehhende, verpligt zullen zijn den opbrengst namens hunne principalen te doen op dezelfde voet en wijze, als voor de ingezetenen van het eiland .lava is vastgesteld: B° dat voor alle voorschrevene, door het gouvernement lei leen genomene gelden aan de geldleeners speciaal zullen zijn verbonden alle de thans in 'sLands magazijnen voor handen en uit den inzaam van dit jaar Ie proflueren producten van kofïij en peper, met verdere verbintenis en belofte van de zijde van hel gouvernement om, na dal de verkoop der gedachte producten door hel herstel van den vrede of van de vaart en handel op Amerika of andere neutrale plaatsen zal hehhen kunnen gevolg nemen. de genotene sommen aan de geld-schieters in klinkende munt wederom Ie restitueren, onder betaling intusschen van een half percent in gelijke specie ter maand, ont vanghaar om de drie maanden tegen ordonnansen, te verkrijgen ten kantore van de administrateurs generaal van den handel: 6° dal het niet te min aan de keuze der respeclive gequo tiseerden zal worden gelalen om terstond hij de voldoening van elk termijn der quotisatie tegens de thans bepaalde prijsen uil. 'sLands magazijnen te ontvangen drie vierde koffij en een vierde peper, ler montanl van liet opgc hragle termijn; 7° dal aan de respeclive. gequotiseerde personen tot acquit hunner voldane termijnen qui tan tien zullen worden ver leend. Ie Batavia door den directeur generaal van 's Konings linanlien en domeinen en voor den ontvangst ge leek end door de administrateurs generaal van den handel, te 1808 H. W. DAENDELS. 312 Samarang door den ridder en secretaris generaal Veerkens en voor den ontvangst geteekend door den hoofd-admini strateur aldaar, in den Oosthoek door den gezaghebber en voor den ontvangst geteekend door den administrateur aldaar en op de buiten gouvernementen door de respective gouverneurs of gezagvoerders en voor den ontvangst ge teekend door de administrateurs aldaar. Reserverende voorls het gouvernement aan zich om, bij nadere bevinding, de lijst der bij dezen gequotiscerde per sonen zoodanig te amplieeren en te vermeerderen, als zulks billijk en ten dienste van den lande dienstbaar zal worden bevonden. Uil besluit is een geheim besluit, dal echter gedrukt is, met weglating van de lijst der gequoliseerde personen. Het vorenstaande is op den ü i,B November 1808 aldus gewijzigd: Aan de respective gequotiseerdens, welke ten gevolge der bij besluit van den 2" October jongstleeden gedecerneerde geldleening genegen mogen zijn hunne quota's, hetzij geheel ol' gedeeltelijk, vóór de bij het geciteerd besluit bepaalde termijnen in 'sLands kas over te brengen, zal dadelijk na die telling de geaccordeerde interest van een half percent 'smaands worden gevalideerd. Gebruik makende van de «rescrvaloirc clausule bij secreet besluit van den 2'" October" Insloot Daendels op den 18' len December 1808 «den oud luitenant der Chineescbe natie te Batavia, Tan .laplong. te quotiseren op een bedragen van rd s 20,000, zegge twintig duizend rijksdaalders, zilver geld, om gefourneerd te worden op den voet en wijze, als bij het opgemeld besluit van den 2"' October zijn uitgedrukt". Op 25 December 1808 maakte Uacndels een ruim gebruik 1808. H. W. DAENDELS. 313 van de bewuste -clausule" door niet minder dan 36 «Moorsche en Chineesche ingezeelenen ter hoofdplaats Batavia" aan te slaan 10l ecu gezamelijk bedrag van 102,000 rijksdaalders, welke som echter bij besluit van 2 Maart 1800 met 5,000 rijksdaalders verminderd is. ' Zie ook 1800. 2 October. Overbrenging van gelden uil de />'«n van hel vendu-kanloor te Batavia naur 's hands l;<ts aldaar. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouvèrne'ur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de moinenlaneele behoefte, waarin 'sLands kas, zoo ten aanzien van klinkende munt specie, als aan papieren van credit, bij eene voortdurende Stremming van den handel zoude kunnen geraken: en daarbij overwegende, dal in dit gebrek op geene voeg zaaraer wijze kan worden voorzien, als door liet opeisehen van zoodanige gelden, als bij de respective collegien Ie Batavia als het eigendom van hel gouvernement voorhanden zijn; heelt, behalven de niesures, welke door hoogstdezelve zijn genoomen om 'sLands kas met eene aanzienlijke hoeveelheid contanten Ie stijven, in conformité der aan zijne excellentie gedane voordragl. ten einde inzelver voege in het'gebrek aan |iapieren geld te voorzien, goedgevonden de commissaris en officianten van het vendu-kantoor te gelasten, zoo als ge schied bij dezen: ten ecrslen: om successive uit hunne kas in die van den Lande over te brengen een bedragen van rd" 628,184:45, be staande in de navolgende pesten, als: n. een montant van rd s 174.000 welke aan ingepalmde, agterslallige schulden van hel oude vendu-kantoor tot een fonds bij bet presente vendu-kantoor zijn blijven voortlopen: b. de door het gouvernement voorgesehooten rd' 100,000 tot het doen der gewoone voorschietinge op de gehoudene veuduliën: 1808 H. W. DAENDELS. 314 c. <\c overbehouden winsten in <le boekjaaren van 1804/5 tot 18015/7. bedragende, na aftrek van het bereedsinkas getelde, eeu montant van rd* 88235:21; </. de behaalde voordeelen op de-gehoudcne vendutiön van bet jongst verweken boekjaar van 1807/8 na decortatie der lasten, bedragende eene somma van rd 5 92180:12-. e. de rendementen van de successive verkogte lands gebouwen on goederen zedert de maand Mei tot October laalsllecden ten emporte van rd* 180709:10; eu wijders ledoen ver nietigen de ingevolge besluit der boge regecring van den 1B" 1 Maarl jongstleden verleende kas-ordonnanüe ter afgave aan vendu-meestersn eener somma van rd s 50,000; en ten tweede: dat daarentegen bij bet vendu-kautoor zal blijven berusten het monlani der kas 10l rd* 157U69:9, met qualificatie om dat bedragen Ie affecteeren tot de vooruit betalingen, hetzij geheel of gedeeltelijk, aan zoodanige koop lieden, welke ter verkrijging van contanten genegen mogten zijn vendutie aan ie leggen, of aan zoodanige personen, welke, zich naar elders willende begeven, bevorens hunne zaken wenschen af te doen en te liquideeren. Met authorisatie wijders aan de boge regeering Ie Batavia van bet tweede lid van dit besluit de gemeente bij billet de aoodige kennis Ie geven. 2 Oclober. Bepalingen nopens tic bank run leening te Balavia. Zij:.'e excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de benoefle, waarin bet gouvernement bij ecne voortduureude stremming van den handel zoude kunnen geraken, zon om contante munlsnecie, als om papieren van crediet; en daarbij overwegende, dal in dil gebrek op eene voeg zaame wijze kan worde voorzien door hel reclameren van zoodanige penningen, als bij hel collegie van de bank van leening Ie Batavia zullen kunnen worden gemisl ; 1808. H. W. DAENDELS. 315 heeft overeenkomstig de deswegens aan hoogstdenzelven ge dane voordragt ler verkrijging der benodigde papiere munt en behalven zoodanige maatregelen, als bij besluit van heden zijn daargesteld om 'sLands kas van klinkende muntspecie te voor zien, goedgevonden te bepalen, zoo als bepaald wordt bij dezen: ten eerste: dat een montant van rd" 197,000, 't welk door de bank van leening te Halavia op obligatien onder borg tochten aan de ingezetenen is omgezet, op den ontvangst dezes zal worden opgezegd ten einde binnen een termijn van vier maanden bij dat collegie te worden afgelegd om ver volgens in 'sLands kas te worden overgebragt; ten tweede: dal van nu voortaan zal zijn geinterdiceerd om op bcreeds vervallene panden op nieuw beleeningen te doen en dat daarentegen uil. de daarvoor geaffecteerde gelden 10l een bedragen van 180,000 in 'sLands kas geleld zal moeten worden eene somma van rd s 100.000; ten derde: dat de geaccordeerde beleeningen op bij de bank verbonden vastigheden tot een montant van rd" ;>G4,750 successivolijk aan de weeskamer te Ratavia zal worden over gedaan, navolgens eene deswegens te maken overeenkomst lusschen het collegie van de bank van leening en dat van Weesmeestereu voormeld om vervolgens dat bedragen almede in 'sLnnds kas over te brengen; en ten vierde: dat provisioneel en tol nader order gcene beleeningen op huizen, landerijen, panden of obligalien door meermelde bank van leening, de somma van rd' 100 exce derende, zullen vermogen geaccordeerd te worde, met last wijders uit de gelden, welke actueel in de kas van de bank voorhanden zijn ter somma van rd' 185.G69, een bedragen van rd* 140.000 in 'sLands kas over te brengen, zoomedc rd' o"(i30:ö8 na -liet inkomen van hel rendement der in de jongst verweken maand Augustus bij de bank geboudenc vendutie. En zal van dit besluit extract worde afgegeven aan de collegien van de bank en Weesuieqsleren ten einde zich daarna te gedragen. 1808. H. W. OAENDELS. 316 2 October. Leening van geld ten behoeve van den Lande bij een oud-amblenaar. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de schaarsheid van contanten ter dezer residentie [Cheribon] ter afbetaling van de trac tementen aan de ambtenaren, zoo alhier bescheiden, als in expeditie, heeft goedgevonden om alhier in 'sLands cassa te accepteeren van den afgaanden opper-chirurgljn, Coenraad Rosemijer, eene somma van twintig duizend rijksdaalders, Hollands zilver geld, om na verloop van agt maanden aan denzelven te Sourabaija weder gerestitueerd lo worden met den interest van '/j percent ten honderd 's maands, gelastende dierhalven den prefect dezer préfecture om voorschreven somma alhier in 'sLands cassa ter zijner verdere verant woording te accepteeren en daarvan de nodige wissels in ordre te brengen en te verleenen. 5 Ociober. Aanstelling van een prefect over de drie Cheribonsche Preanger-regenlschappen, Soehapoera, Limbangcm en »"/ land van Hallo" ((>aloeh). Hel tractement van dien prefect bedroeg 6000 rijksdaalders. zilver geld, 'sjaars: bovendien zoude hij «12 gelijke stuivers •van ieder kleine pikol kolïij" erlangen. 3 October. Bepalingen nopens den aanleg van den groolen postweg tusschen Soemeiang en Karang- Sambong. Is besloten den prefect van Cheribon te gelasten om binnen vier dagen te leveren een duizend baltoors, dewelke genomen moeten worden uit de districten van Cheribon, gelegen aan beide zijden van de rivier Tjie Mainik. beneden Carang-Sambong, om te werken aan den grooten weg tusschen Carang Sambong en Sumadang, alwaar zij zullen staan onder de orders van den prefect der Jaccatrasche en Preanger bovenlanden. Deze battoors zullen kunnen worden vervangen, zoo dikwijls 1808. H. W. DAENDÊLS. 317 hunne hoofden andere zenden om de aan het werk zijnde te remplaceeren. Hunne werkzaamheden zullen niet langer duren, als tot dat de groote weg van Carang-Sambong lot Sumadaiig klaar zal zijn ol dat het saisoen het werk niet meer zal perniit teeren: zij zullen 's inaands genieten rd' vier, zilver geld, en vier gantangs rijst ieder, en de daarbij zijnde hooiden rd' vijf, ieder. Dil besluit heeft Daendels te karang-Sarabong genomen. Op 15 Augustus 1809 berichte Daendels, na afloop eener reis van Buitenzorg naar Soerabaija en terug, aan de Hooge Regering, dat hij dcD «buitengemeen spoedigeu" afloop dier reis voornamelijk toeschreef «aan de importante verbetering der publieke wegen, welke vooral in den Oosthoek en te Cheribon die van Parijs in fraaiheid evenaren en binnen kort van Anjer af tot Pannaroekan toe verder zodanig zullen zijn, dat men het eene punt van het andere in zeven a agt en Soerahaija van Batavia in vijf dagen zal kunnen bereiken". •4 Octnber. Lasl op de buiten-kanloren, r>mel de negotie' y>boeken, teren* over Ie zenden de op dezelve getrokken tbalam". Zulks geschiedde »ten einde kon worden nagegaan, of dezelve •behoorlijk zijn afgestoten". 4 October. Maatregelen in hel belang van bosschen in de omgeving van Batavia en in Bantam. Uil een rapport- van gecommitteerden over de suiker-cultuur gebleken zijnde, »dat de meeste der suikermolenaars zich niet houden aan de door deze regeering gestelde order ten opzichte van hel gadeslaan der houtbosschen, zoo is goedgevonden en verslaan de voornoemde gecommilteerdens te gelasten hun dit nader en met de meeste ernst onder het oog te breugeu 1808. H. W. DAENDELS. 318 en dezelve aan te zeggen, dat degenen, die zig in deze aan disobedientie zullen komen schuldig te ïuaken, van alle verdere voorschieting door den Lande op hunne werkzaamheden zullen blijven verstooken. Voorts uit gemelde rapport almede ontwaard zijnde, dal de uitgekapte bestekken in de door den Koning van Banlain verhuurde bosschen onder Kahrasana, Mizak, Prauw en Gandoe ten behoeve van de suikermolens Cadauw West en Safe Pandjang, tegens de orders door de ingezetenen van dien vorst tot padi-velden of gaga's werden gebezigd, den Ban tams commandeur aan te schrijven en te gelasten om hij den Koning van Bantam te bewerken, dat de gemelde bos schen tot den aankap van hout alleen werden geconserveerd en de uilgekapte stukken grond wederom worden bezaaijd of beplant met pitten of stekken van zoodanig hout, als voor het branden het best geschikt is. 4 Ootober. Aanwijzing van fondsen 10l onderhoud van arme weduwen. Geranarqueerd zijnde, dat door de vernietiging van de amphioen-directie is komen te cesseeren de uitbetaling van de gelden, dewelke voorniaals door den Gouverneur Generaal werden genoten uit de winsten van den amphioen-handel ten bedragen vaii rd s 7200 's jaars en die, ofschoon door zijne excellentie den heer Maarschalk en Gouverneur Generaal daarvoor ingevolge besluit d zer regeering van den 2 en Fe bruarij dezes jaars is bedankt, als toen ten voordeele en tot onderhoud van noodlijdende weduwen ter dispositie van hoogst denzelven zijn afgegeven, zoo is goedgevonden en verstaan om die liefdegaaven te laten stand houden en mitsdien eene gelijke somma van rd 5 7200 *s jaars uit 's Lands kassa te laten uitkeeren om in den vervolge tot een fonds tot onderhoud van arme weduwen te kunnen strekken. In eeu besluit van 1 October 1809 is sprake van »het 1808. H. W. DAENDEL6. 319 »privé weduwen-fonds van Samarang"; in dal van *24 No vember 1809 van »het fonds tot subsistentie der weduwen »van civiele ambtenaren": bij een besluit van 16 September 1809 is »het maandelijksche kapileins-weduwe-pensioen van «rijksdaalders dertig aan papieren van credit" toegekend aan de weduwe van een chirurgijn-majoor »uit de militaire krijgs »kassa". Uit een besluit van 19 Louwmaand 1810 blijkt, dat liet fonds, waaruit de militaire weduwen werden onderhouden, werd gestijfd o. a. door de gelden, voorlvloeijcnde uit de verpachting van de pasar te Meester-Cornelis. Aangezien bij bedoeld besluit bepaald is, dat die gelden voortaan in 's Lauds kas moesten gestort worden, werd tevens bepaald, dal jaarlijks »oen gelijk montaul als do pagtpenningen" door 'sLandskas aan dal fonds moest uitgekeerd worden. 8 October. Last op hel collegie van Heemraden den groolen postweg tusschen Kampong-Malqjoe en Tji-toear te doen verbeteren. Aan dien last voldeed hel collegie van Heemraden, volgens Daendels, zoo slecht, dat hij op 29 October 1808 den I 8 gezworen landmeler te Batavia en diens adjunct gelaslle »op «ontvangst dezes" (namelijk van het extract-besluit) zich naar het bedoelde gedeelte van den weg te begeven en de leiding der werkzaamheden aldaar op zich te nemen. De Landdrost kreeg tevens bevel de noodige koeli's »uk «de meest gelegen cainpongs te leveren, zorg dragende, dal "dezelve om de acht of veertien dagen werden afgelost en «regulier legeus 8 stuivers, koper geld, daags betaald uit de »kas van Heemraden". Hoeveel belang Daendels in dien weg stelde, blijkt ook uit het navolgende, op 50 October 1808 genomen besluit. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende, dat de verbeteringen aan den grooten weg naar Builenzorg, ingevolge besluit van den Ben8 en en den 1808. H. W. DAENDELS. 32 staat der Ned. O. I. bezitt., bijlagen 111, militaire zaken, geneeskundige dienst, n°. 95. Zie ook 13 September 1809. 4 Julij. Reglement voor de administratie der hospitalen. De administralive dienst der hospitalen is in het algemeen ondergeschikt aan den commissaris ordonnateur, bijzonder in de arrondissementen aan den commissaris van oorlog, en word uitgeoefend door een hospilaalmeesler en door een contrarolleur ot' boekhouder. EERSTE AFDKBLING. Dienst van den hospitanlmeester. Art. 1. De hospilaalmeesler zal den geheelen dag in het hospitaal behoren aanwezig te zijn en ten dien einde in hetzelve moeten woonen. Art. '1. De hospitaalmeesler op Weltevreden naliij Ba tavia en te Samarang zal een jaarlijks tractement genieten van rd* 2000, zilver geld, dog de hospitaalmeesler te Sou rabaija zal rd' 1500, zilver geld, genieten. Tot zijn adsistentie zal hem worden toegevoegd een aide hospitaalmeesler op een tractement van rd' 600, zilver geld. Het nodige getal oppassers en mindere bedienden, als ook der opzichters over dezelveu (bij de hospitalen onder den naam van ziekenvaders bekend) worden, benevens de portier en kok, benoemd en aangesteld op voordragt van den hospitaal meester door dei) commissaris van oorlog ol' plaatselijk mili taire commandant, op zodanige daggelden, als zullen worden noodig geoordeeld. Welke alle, evenals de aide hospitaalmeester, in het hospitaal worden gespijzigd. Art. 3. De hospitaalmeesler zal zorgen, dat er niemand in het hospitaal word opgenomen dan voorzien met een entree-billet van den conlrarolleur. Art. 4. Voorts zal hij van den officier van gezondheid der 18C8. H. W. DAENDÈLS. 320 2!) en dezer te maken, mei geen vrugt zullen kunnen worden voortgezet, wanneer de gedachte nieuws gemaakte weg ter slond weder door allerlei soort van rijtuigen word bereden: besluit, dat de groote Oosler rijweg van Batavia naar Buitenzorg, gerekend van Gaxupoug Malaijoe lot Tjiloear, tot nader opzeggings toe, zal zijn gesloten voor allerlei soort van rijtuigen, wagens, chaisen en karren, met lasl aan den eerstgezworeu landmeter, Brandel, als met de directie over het maken van den weg gechargeerd, om naar liehooren voor de afhaking en sluiting van den weg te zorgen en aan deu landdrost Veeckens om op de slipte naarkoniing dezer order een waakzaam oog te houden en tegens de overtreders van dezelve naar exigenlie van zaken te procedeeren. Ten ltlijke, dat 't Daendels ernst was met hel betalen der koeli's, volge nog zijn onderstaand besluit, genomen op den l() d " November 1808. Zijne excellenüe de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende het adres van den eerst gezworen landmeter, Brandel, houdende verzoek, dal Heemraden zouden nmgen worden gequaliliceerd aan hein ter nadere verantwoording af te geven het benoodigde papiere geld tot de afbetaling van de aan den groolen Ooster rijweg van Campong Malaijoe tot Tjiloear geémploijeerd wordende werklieden; overwegende de moeielijkheid, die er in gelegen ligt, dal de landmeter Braudél, als met de zorge lot hel vervaardigen van den gedagten weg belast, levens zoude zijn gechargeerd met het doen van die afbetalingen; besluit het collegie vau Heemraden te Batavia te autoriseeren, zooals geschied bij dezen, om 's wekelijks, conform de door meermeiden Brandel in te zenden lijsten der geëmploijeerd wordende werklieden, hunnen secretaris te committeeren en te gelasten de afbetaling te doen; en wijders de voorschreven, door Brandel geleekende lijsten ler zijner decharge bij de boeken van Heemraden behoorlijk te doen innemen en ver handelen. 1808. H. W. DAENDELS. 321 PLAIAAT-UOEK UK KL H. 21 Op den 17 din December 1808 is een onderzoek gelast »na »de oorzaken van het gedurig uitblijven der posten van Balavia »na Builenzorg en vice versa". 9 October. Bepaling nopens scheeps-rollen. Is besloten : 1 ° dat alle de rollen van 's Koniugs equipagien, zoo van schepen als vaartuigen, flotille en depot, in deze kolonie nog existerende, met ultimo September laatstleden zullen worden gesloten; en 2° dat alle de gagien, zoo van officieren, cadets, schrijvers, chirurgijns, onder-officieren, matrosen en soldalen, zoodanig als dezelve in gemelde rolle bekend zijn, voorlaan, gerekend van 1 Octoher 1808, op den voet en wijze, als bij de kolonie gebruikelijk, uitbetaald zullen worden. lo October. Instructie voor den Commissaris van Oorlog. Art. 1. Op den laalsten van iedere maand zal aan den commissaris van oorlog van ieder regiment, corps of builen post, onder zijn arrondissement behorende, korte sterktens door de quartiermeesters in persoon, om, des verlangende, de noodige elucidalien te kunnen geven, ingediend worden, be nevens de tractements-lijsl van de Europeesen, Amboneesen en inlanders, volgens model: deze lijsten worden naauwkeurig door hem geëxamineerd en, zulke wel bevonden hebbende, door hem voor accoord geteekend en aan den tractements boekhouder afgegeven om de nodige uitbetaling daarvan te doen, volgens tarief bepaald. Art. 2. Alle verdere uitbetalingen, als aan de leveranciers der monteringstukken, daggelden of douceurs aan ofliciers of onder wat benaming zulke ook mogen wezen, moeten op een daarloe verleende ordonnantie op den cassier volgens model geschieden, dewelke door hem, voor en aleer dezelve afgegeven word, moet geboekt zijn in bet ordonnantie-boek van dal regiment of corps dien hel aangaat. 1808. H. W. DAENDELS. 322 Arl. ö. De randzoenen worden op de volgende wijze ver strekt: nu de opgaven der corpsen of regimenten wel ge ëxamineerd te hebben, word volgens het bepaalde tarief de quanlïteit der ranlzoenen bereekend en lot den ontvangsi ceue ordonnantie verleend volgens model; op deze randzoeuen ordonnanlie word niet het getal kt>]»]>cn gespecificeerd, maar ■bij hem gehoekt voor de afgave in het ordonnantie-boek van dat corps ol' regiment, die hel aangaat. Art. 4. Als de commissaris van oorlog eischen van de regimenten of corpsen ontvangt, hetzij van meubilaire goe deren, schrijfmateriaalen, etc, etc, moe' hij een van zijne hem ondergeschikten met dezen eisch naar het magazijn of pakhuis zenden, waaruit deze goederen ontvangen worden, en bij de administrateurs laten aanvragen, welke artikelen hiervan aan handen zijn, waarop dan, voor die aan handen zijn. de ordonnantie volgens model verleend word: nok moet. voor dat de verstrekking geschied, dezelve in bet ordonnantie boek van dat corps of regiment, die het aangaat, gehoekt worden. Deze aanvrage is zeer noodzaaklijk, dewijl anders door hem ordonnantien zouden verleend worden tot afgave van liet een of ander, hetwelk niet aan handen is, en bij dus in de verbeelding bleef, dat zulks behoorlijk door de regi menten zoude ontvangen zijn. Art. 5. Hem, commissaris van oorlog, zal alle maanden van de gezamentlijke regimenten, corpsen en posten, hij 'I af geven der korte sterktens, opgave gedaan worden in hel kort van alle wapengoederen, dewelke zich bij de onderscheidene Iroupes in zijn arrondissement bevinden en van de nog tot den compleeten staat manqueerende; na ontvangst dezes zal hij met den inspecteur der wapenkamers de noodige maat regelen neemen, op welke wijze de completeering kan ge schieden, edog altijd in het oog houden, dal ieder regiment of corps een gelijk getal wapens ontvangt: doch moet uit deze administratie niet eerder eenige verstrekking geschieden, voor en aleer door hem eene ordonnantie daartoe verleend is volgens model. 1808. H. W. DAENDELS. 323 Arl. 6. Alle Maandagen zal, volgens besluit dato 29 Augustus, ljrm door den administrateur der magazijnen, waar de stolfagien, welke tot kleeding der troupes zullen en-kunnen geëmploijeerd worden, als ook van alle de door den leverancier afgeleverde goederen, behoorende tot de kleeding van een soldaat, in hel kort opgave gedaan worden; ook zal hij maandelijks een opgave ontvangen van de gezameullijke corpsen en regimenten in zijn arrondissement van de voorhanden zijnde montceringen en nog mamjueerende, waarop hij dan de verdeeling, indien niet genoegzame stolfógies in ile magazijnen mogten zijn, moet maken, zoodat de corpsen of reginienlcn volgens hare sterkte gelijkslandig hiermede voorzien worden en niet het eene meerder als hel andere ontvangt, maar dal door dien weg de regimenten in staat gesteld worden te gelijker lijd gemonteerd te zijn; ook moet uil deze magazijnen niets af gegeven worden zonder daartoe verleende ordonnantie. Art. 7. Word de commissaris van oorlog ten stipslen gelast om hoegenaamd geene eisschen te accepteeren, dewelke niet volgens besluiten of orders bepaald zijn, maar hij zal dezelve terug geven om door dengeenen, die diergelijke eisschen doet, eerst aan zijne excellentie of aan dengenen, die door hoogstdenzelven daartoe gesteld is, ter approbatie te doen aanbieden; na ontvangene approbatie zal hij de ver strekking hiervan eerst laten geschieden op daartoe verleende ordonnanties. Art. 8. Alle andere verstrekkingen of uilbetalingen, waar mede hij volgens eene order of extract gechargeerd word en niet. 101. de respective regimenten of corpsen behoren, moeien i)]> ordonnanties, door hem verleend, geschieden en in een ordonnantie-boek, onder benaming vandiverse verstrekkingen en nilbetalingen, voor de afgave gehoekt worden. Art. 9. De stofl'agien tot aanmakiug der monteeriiigen voor de reerulen moeten aan den leverancier op ordonnan ties afgegeven worden volgens model en niet meer aan de regimenten of corpsen; en, daar hij, leverancier, van ieder regiment hel model heeft, zoo kan hij altoos in voorraad 1808. H. W. DAENDËLS. 324 werken; en, indien eene quantiteil van zijne Ie leverene arti kelen klaar is, kan hij zulke op eene daartoe door den com missaris van oorlog verleende ordonnantie volgens model afgeven in 'sLands magazijnen. De commissaris van oorlog is verpligt met hem een gelijkluidend boek (e houden, waarin de als voorschot ontvangene gelden en slofï'agien genoteerd moeten staan, en hij de aflevering niet hem het ontvangene vereffenen; ook moet hij, zoo spoedig als mogelijk, van de regimenten en corpsen opgave ontvangen van de monteering stukken, dewelke door het gouvernement afgegeven zijn, voor namenlijk aan die recrulen, dewelke gratis gekleed worden, en van die der reeds langer gediende soldaten, om zulke te berekenen, terwijl het montant hiervan in gouvernemenls cassa moet worden voldaan; en word de verstrekking van stolfagien aan de regimenten of corpsen lot aanmaking der monteerings voor aankomende recruten hij dezen afgeschaft, zullende voortaan genoegzame monteeririgen in voorraad ge maakt worden om bij augmenlalie direct te kunnen verslrekt worden; dog blij f I eonlinueeren de al'gave van slotfagien voor inkoops kostende, gelijk 10l dus verre heeft plaats gevonden, en kunnen zulke altijd door de administrative besturen ge vraagd worden. Art. 10. In de arrondissementen, waar nog geen contract gesloten is tot levering der monteeringstukken voor de troupes. zal de commissaris van oorlog ten spoedigslen een daartoe geschikt sujet opzoeken, hem van ieder regiment of corps een model van monteering laten aanmaken, als ook van laarsen, schoenen, chacoos, etc, etc, en zulks, benevens het gemaakt contract en gespecificeerde prijzen, ter approbatie aan zijne excellentie aanbieden: gemelde leveranciers mogen hoegenaamd niets aanmaken, voor en aleer zij daartoe de noodige order van den commissaris van oorlog ontvangen hebben. Art. 11. De commissaris van oorlog wordt gelast om maandelijks eene recapitulatie of tezamentrekking op te maken van al, hetgeene, hetzij gelden, stolfagien, randzoenen, etc, etc, gedurende de maand aan de onderscheidene 1808. H. W. DAENDELS. 325 troupes is verstrekt geworden, om, indien zulks verlangd word, te kunnen opgeven. Art. 12. Daar volgens het provisioneele reglement op de militaire administralien en verantwoording, blijkens art. 5, aan den commissaris van oorlog met hel einde van iedere maand van ieder regiment of corps bijzonder moet ingediend worden een generale staat van ontvangst en uitgave, zoo word dezelve gelast deze nauwkeurig te examineeren en na Ie zien en van maand tot maand tegen elkander te eonfron teeren en van de 1 bevinding rapport te doen. Art. 15. De commissaris van oorlog word ten stipsten irclitsi om de werkzaamheden, hierin bepaald, ten nauwkeurig sten naar te komen: en, indien hem de opgaven en stukken niet op den bepaalden tijd bezorgd worden, kan hij hierover zijn belangen inbrengen, terwijl hij, hierin mauqueerende, voor de minste nalatigheid zal verantwoordelijk gehouden worden. Deze instructie werd slechts vastgesteld »bij provisie en «tot tijd en wijlen, dal de vcrwagl wordende ordonnateur «gerieraal z;il zijn gearriveerd". Zie ook 20 Mei 1809. 18 October. Vergunning voor een medicinae doctor te Batavia te practiseren. Die medicus moest echter «alvorens bij examinatie bekwaam •bevonden" worden. 19 Oclober. Verpachting van pasar's en amphiom-kitten, alsmede van den in- en uitvoer van rijst in midden en Oost-Java. Nademaal zijne excellentie, de Maarschalk en Gouverneur Generaal, besloten heeft publiek te doen veqiagten de inkomsten der voornaamste bazaars, in de nabijheid van Samarang en de forten te Oenarang, Salatiga en Boejoelalie gelegen, zoo 1808. H. W. DAENDELS. 326 mede, na hel voorbeeld van Balavia, het regt tot liet houden van gepreviligeerde anilioeii-kiüeri onder het ressort van liet voormalige Javasche gouvernement op de conditien, daarvan door hoogstdenzelvon gearresteerd, zoo wordt hiervan bij dezen aan elk en een iegelijk kennisse gegeven, zoowel als van de begeerte van wehuelde zijne excellentie, dat de op gemelde condilien door een ieder, die het zoude mogen aan gaan, stiptelijk nagekomen en bij dezen zullen worden gehouden voor geinsereerd; zullende de verpaglidg van de ainfioen-kitleu, voor zoover Samarang 1 , Tagal, Paecatongang, Japara en Bembang betreft, worden gehouden te Samarang op den 30* n .November aanslaande en, voor zoover den Oosthoek aangaat, op den IS 1 '" December daaraan, terwijl de bazaars, in de nabijheid van Samarang en de forten te Oenarang, Salatiga en Boejoelalie gelegen, mede op den gemelden ?>')'" Novemher te Samarang zullen worden verpagt, alles gerekend voor een jaar of van primo Januari] tot ultimo December 1800. Terwijl wijders ook de in- en uilvoer van rijst van Brebes af tot Touban toe, welke bij de gehoudene verpagting der Javasche domeinen op den l en September jongstleden als toen niet is opgeveild, in gelijker voegen te Samarang zal worden verpagt op zoodanige condilien en voorwaarden, als verval, zijn bij de publicatie van den 18 en Juni 1808 en du daartoe gehoorende pagt-conditien. Lasten en bevelen een ieder, dien het aangaat, den inhoud dezes te achtervolgen en (e doen achtervolgen, zorgende, dat daaraan sliptelijk en zonder eenige afwijking worde voldaan. En, opdat niemand hiervan eenige ignorantie zoude kunnen pretendeeren, zullen de voorschreven, nieuw geëmaneerde conditieu lot hel verpagten der amlioen-killen en bazaars, zoowel als deze publicatie, te Sourabalja, Samarang en op de verdere prefectnres van Java gepubliceerd en in de Hol landsche, Chinescbe en de gewoone inlandsche talen worden gealïigeerd ler plaatse gebruikelijk. De conditien voor de verpachting der sjaliuaudarijeu en 1808. H. W. DAENDELS. 327 verdere domeinen op en lanijs Java's N. ü. kust luiden, ,ils volgt: Art. 1. De/e verpachtirig zal geschieden, zooals van oüd's, per publieke vendulie, doch niet bij den af- maar wel bij den opslag en onder directie van den eersten of hoold administrateur en ten overstaan van vier leden uil den Raad van justitie, benevens den liseaal en secretaris van dien Raad en den bode, voorzien mei liet schild; in stede van den gouverneur en het ministerie, zooals dit voorheen is geweesl: doch zullen daarbij echter ook dienen aauwezig te zijn alle de residenten of andere hoofden der kantoren, onder welkers ressort eenige der gemelde domainen gelegen zijn. Art. 2. De dus te verpachten domaiuen zullen ook niet meer enkel en alleen Ie Samararig worden opgeveild, maar dil aldaar slechls (en opzichte van dezulke plaats vinden, welke bevorens gereekend zijn geworden direct onder het ge melde kantoor Ie gehoor en, dal is van Brebes af 10l Toubari toe, en de onder den Oosthoek sorleerende integendeel te Soura baijft; mei dil onderscheid verder, dnl de verpachting te Satnarang geschieden zal op den l m van de maand September en die Ie Somabaija ."">;> dagffa laler, ten einde, dus doende, den s|)eciil;inlen lijd te geven om. des liegeerende, beide deze verpachtingen in persoon te kunnen bijwonen of hunne com missiaulen derwaarts te zenden. Art. 5. De lijd, die de/e verpachting duren zal, is van de sabandharijen. item in- en uitvoer van rijst, topbaueu. slagten van vee en wal dies meer is, slechls een jaar, doch die van de Baleittboangsehe vógelnestjes-klippen en het zout 5 en van het landschap Oeloedjamie 12 jaren, alle ingaande met primo •laniiarij van het aanslaande jaar 1809. Art. 4. Tot het mijnen van deze pachten zullen toegelaten worden, niet alleen alle Chineesen en andere inlanders, welke zich daartoe genegen bevinden, maar ook Europeërs en in landsclie Christenen, mits geène ambtenaren zijnde: en zal zich derlialven ook niemand, onverschillig wie die zijn moge, hebben te onderstaan dom- zijn meerder aanzien, credit of 1808. H. W. DAENDELS. 328 invloed, dan wel beloften, gifteii of op eenige andere wijze anderen af Ie schrikken of terug te houden om deze ver pachtingen mede te komen bijwonen of op de daarbij opge veild wordende doniaincii te bieden, sub poene, dat bij ontdekking van dien de schuldigen daarover ten streiigslen zullen worden gestraft. Art. 5. Zoodra iemand eenige pacht zal hebben gemijnd, zal hij terstond twee sullicienle borgen inoeleu. stellen, lot volkomen genoegen, zoo van den gedachten hoofd administra teur en juslilieele commissie, als vau het hoofd der plaats, waar onder de gemelde pacht gehoord, wijl deze wel degelijk mede voor derzelver deugdzaamheid zullen aansprekelijk wezen; en welke borgen na het afloopen der verpachting zich dadelijk, met en benevens den pachter, bij een secrelarieele acte, elk in solidum en onder renunciatie der benefien ordinis, divisionis et excussionis, zullen moeten verbinden tot de prompte voldoening der pachtpenningen op de daartoe vastgestelde tijden. Art. 6. Bij aldien het echter gebeuren mogt, dat iemand der gemelde pachters zich niet in staat bevind sufficienle borgen te kunnen stellen, dan wel in gebreke komt te blijven de pachtpenningen op de gezette termijnen te voldoen, zoo zal alsdan de door denzelven aangeslagen pacht weder op nieuw worden opgehangen en aan den meestbiedende afgestaan en wel voor rekening vau den eerstgemelden pachter, indien namelijk dezelve minder niogl komen te rendeeren. als waar voor die eerst door hem was aangeslagen, en zonder dal hij in het contrarie geval iets het minste van het meerder be haalde zal vermogen te pretendeeren of eisscben; terwijl daarenboven ook tegen de nalatigen in de betaling, zoowel als derzelver borgen zal voort geprocedeerd worden met parate executie op hun persoon en goederen. Art. 7. In gevalle een der pachters staande den pacht-Ujd mogt komen te overlijden of op een andere wijze absent te geraken, in zoo een geval zuilen de executeuren van den overledene of absent geraakten, dan wel deszelfs gevolmagligdeus 1808. H. W. DAENDELS. 329 of naaste- erfgenamen, verplicht wezen de aangeslagene pacht te moeien aanhouden en op dezelfde conditiën, waartegen de opveïling was geschied, te adruinistreeren, totdat de gemelde pacht-tijd irelieel zal geëxpireerd zijn of anders daarover zal wezen gcdisponeerd. Art. 8. De pachtpenningen zullen door de pachters in goede, wichtige, zilvere ducatons of ronde realen moeten Mij ven betaald worden, doch zonder bijvoeging van de bevorens plaats gehad hebbende 8 percent voor den gouverneur, item l [tercenl tol onderhoud der kruisers en '/ 4 percent len behoeve van den ontvanger der domainen: en ook zal de voldoening daarvan niet meer, zooals voorheen, telkens van vier maanden vooruit behoeven te geschieden, maar slechts voor een enkelde maand, mits dit alsdan ook precies op den bepaalden dag komt gevolg te nemen, te weten, die van Januari) den eersten van die maand en zoo vervolgens, sub poene van in het contrarie geval uil de pacht gezet en verder zoodanig ge handeld Ie worden, als hierboven aangehaald is. Art. 0. De pachters zullen daarentegen gehouden wezen, een ieder in het zijne, van de tfgaande pachters te moeten overnemen legen eene billijke taxalie van deskundigen en van wederzijde te benoemene, onpartijdige personen de zoogenaamde kongsies en andere publieke gebouwen en voorraadsehuren, item vaartuigen, amniunilie-goedcreu en verdere benoodigd beden, welke 10l de aangeslagene pachteiijen gehooren en niet kunnen worden gerekend een eigendom van den Lande te /.ijn. en om voorts deze gebouwen, etc. behoorlijk Ie onder hoiideu, ten einde dezelveu na het afloopen van hun pacht terinijn weder in een even goeden staat, als zij die hebben ontvangen, aan hunne opvolgers Ie kunnen overgeven; en waarvoor deze dan insgelijks zullen verplicht wezen de door hen daarvoor betaalde waarde weder Ie moeten reslitueeren en zoo vervolgens de verdere opvolgers, mits telkens '6 percent daarvan decorteerende; terwijl wijders, wanneer de pachters zich omtrent den voormelden overneem met den anderen niet wel mogten kunnen verstaan, zij alsdan het geschil zullen 1808. H. W. OAENDELS. 33 5 hospitaal-wacht verneernen, in welk departement of zaal de ingekomen zieke behoord geplaatst te worden, welke hel n°. °P het billet zal invullen, len welken einde alle ligplaatsen zonder onderscheid behoorlijk moeten genommerd worden; en °°k ile zaaien een vast iiominer, letter of benaauiing zullen behooren te hebben. Dan zal hij zorgen, dat ieder zieke, namentlijk de Eurojieesen eii Ainboneesen, van een hemd, mots en kabaaij en de in landers van een kleedje worden voorzien: voorLs van een ( ' r inkbeker, eel-lepel en medicijn-kopje en ieder zwaar zieke daarenboven, zooveel mogelijk, van een waterpot, terwijl in de Ve rlrekkon voor de belangrijke zieken teevens een of meer st eek|iannen en urinalen behooren voorhanden te zijn. Art. o. De meede gebragte goederen van ieder lijder 'boeten door den aide hospitaalmeester geïnventariseerd worden; " le geene, welke niet ten gebruike worden gelaaten, hetzij in I% andzels of matroozen kisten gepakt; en ook de wapenen w orden in een afzonderlijk magazijn, onder verantwoordelijk heid van den hospitaalmeester, geplaatst met bijvoeging voor le< Jer van een lijst. Art. 6. Deeze lijsten of inventarissen van hetgeene van le deren zieke in het magazijn is gedeponeerd, worden, alvorens " l i het goed te annexeeren, door den contrarolleur geregistreerd, e levens zulks aanteekend agter op het entree billet, wanr- de zieke word voorzien. r t- 7. De hospitaalmeester zorgt verders op de geschiktste l Jze voor de verpleging en voeding dier zieken. 8. Hij vormt behoorlijke requisitie lijsten of bons, o °i" ieder leverantie in bet bijzondere ingericht, waarop hij, at * a t /.ij door den commissaris van oorlog of plaatselijken, mili '"ren commandant geverifieerd zijn, dagelijks of voor eenige a £en uit d e magazijnen of v;m de leverancieren het benodigde ö tvangt; iusgelijks ontvangt hij op dezelve wijze alle kribben, Urn ilures, ook sommige kleeding-stukken en andere benodigt et*ens, als ketels, baden, enz. uit 'sLands magazijnen. kleinere benodiglbeden en reparatien van minder aanbelang, 1808. H. W. DAENDELS. 330 moeien laten verblijven aan de billijke uitspraak van de rc sidenten of anderëi höófded dor plaatsen. Art. 10. Desgclijks zullen dë paditérs van hel zout ver" plicht wezen al hot zout, dat betonden zal worden onder ultimo December aanstaande noch, op de plaatsen, waar de danmakihg is geschied, restant te zijti, van de afgaande pachters te moeten overnemen, ir wéten Ie l'aradessie, Wedong en Braban de kojang van 30 pikóls tegen rd s Hollands S, zilver geld, te Sommie voor rd s 2 : 24 én ie Manjer, Tenger, Bantjong, Awen én verdere plaatsen in den Oosthoek mede voor rd~ 2 : 24. Art. 11. Het zout, dal liereeds van de plaats! waar het is aangemaakt, vervoerd is zal insgelijks moeten worden overgenomen, te weten in den Oosthoek na een hiilijke taxatie van deskundige en van wederzijde te benoernene, onpartijdige personen, doch ie Samafang, Torbaija en dies ressort voor rfl' 12:24 de kójang van .10 pikols; en zo op de overige kanloren en plaatsen in evenredigheid van de meerdere of mindere vracht, risico en wat dies meer is, welke men na den wijdoren of Sorteren afstand van de plaats, van waai de vervoer is geschied, met billijkheid daarop berekenen kan. Art! 12. De pachters zullen hiertegen vrij zijn van de bevorens plaats gehad hebbende leverantie van katoene garens en alle verdere lasten en inzonderheid nok van hel fourneeren van eenige geschenken, hetzij in gelde, dan wel goederen of anderzints, zo mki voor, als na de verpachting en onverschillig onder welk voorweudzel of aan wien dit ook zoude mogeü wezen; terwijl dit ten overvloede ook en om tevens allen na deligen invloed voor (e komen, welke zulks op den pachter zoude kunnen hehhen, wel ernsliglijk word verboden, onder bedreiging, dat degeene, die zich daaraan komt schuldig te malen, ten exempel van anderen rigoreus zal worden gestraft ; doch zullen de pachters ook van hunne kanl geen meerder sonias of volk, noch Ijaljas of huisgezinnen van de regenten of inlandsclie hoofden len haren dienste mogen pretenderen, als van ouds daarvoor zijn toegestaan en hier onder bij ieder pacht nader zal aangehaald worden. 1808. H. W. DAENDELS. 331 Arl. 13. In zelver voege zullen de pachters zich met niets anders mogen bemoeijen als hunne paclilen en gcvolglijk ook geen aanspraak maken op de preferentie in den inkoop viin goederen en producten, veel minder om dezelven legen de hunne te verruilen, dan wel eenige andere monopolie Ie drijven of zich het recht toe te eigenen om alleen te mogen negotieerei) en wal dies meer is: terwijl zij, pachters, in alfa deze en andere gevallen, welke niet 10l hunne pachten ge liooren. gelijkslandig zullen zijn niet andere, handeldrijvende personen en dus ook aan dezelvde orders en weiten onder worpen blijven. Art. 14. De pachters zullen almede geen Ihol mogen pretenderen van goederen, die voor den lande worden in of uitgevoerd, van en werwaanls dit nok zoude mogen wezen, namelijk in zo verre die niet eerst van vreemde of andere schepen ingekocht zijn en waarvan dus nog geen pacht is betaald; doch van alle andere of particuliere goederen, on verschillig wien dezelven ook zouden mogen toegehoren, zal de bepaalde Ihol geheven worden en zonder dal iemand, zo min dienaar, als inlaiidsche regenlen en andere ingezetenen, onder eenig voorwend/cl hoegenaamd, daarvan vrijheid zal mogen pretenderen, ja zelve de hooiden der districten niet, alwaar de zodanige goederen worden ingevoerd, uitgezonderd alleen de zulken, welke zich in 'slvoniags of 'sL.inds dienst van de eene plaats naar de andere moeten hegeven en die van de betaling van pachl vrij zullen zijn, mits niets anders als hunne benodigde eigendommen en geen uegolie goederen mede nemende. Art. \'.>. De pachters zullen uit, dien hoofde ook vrijheid hebben om, ieder in het district, waar hij penter is, zowel aan de rivieren, als spruilen en op alle andere plaatsen, waar zij het nodig oordeelen, wachters of toezienders te si ellen, doch zullen zij zich niet mogen onderstaan onder dal praelext eenige thol-poorted te houden of tollereeren, veel minder die zelve op te richten, noch ook van de aan hunne bandharijen enkeld met brieven of leedig passeerende prauwen, joekoengs 1808. H. W. DAENDELS. 332 eb andere, kleine vaartuigen eenige helling hoegenaamd (e doen, dan wel meerder thol Ie vorderen, als hun wellig competeerd of mei de bepaling overeentomt, noch loe te laten, dat dit door hunne ondergeschikte bedienden», malta niattas en wat dies meer is geschied, dan wel dal de handelaar door dezelven gekneveld of iels van hem afgeperst worde, hetzij voor ponompo of onder welke andere benaming dat ook zoude mogen wezen, sub poene, dat, bij ontdekking in deze contrarie is gehandeld, de pachters slrenglijk zullen worden gestraft, alzo zij, niet alleen voor hun eigen, maar ook voor het gedrag hunne ondergechiklen zullen verant woordelijk zijn. Art. 10. De pachters der sa band ha rij en zullen ook het recht hebben om alle kisten, kasten, pakken en vaatwerk, die worden in- of uitgevoerd, ter hunner presentie Ie doen openen of ten minsten iemand van derzelver volk hij de opening Ie doen present wezen, ten einde zich verzekerd te kunnen houden, dal deze kisten, etc. niets anders komen in te houden, als hetgeen door den eigenaar zal wezen aan gegeven, en om door dit middel ook des te heter Ie kunnen waken tegen sluikerijen van ongepermilteerde goederen. Arl. 17. Ten dien einde zullen de eigenaars der zodanige goederen ook gehouden zijn den pachter in tijds van de te doene afzending Ie verwittigen, met overlegging van eene lijst dei" goederen en derzelver waarde, mits deze laatste niet te gering worde gesteld, alzo de pachter anders het recht zal hebben de zodanige goederen voor zich zelve over te nemen mei een advaus slechts van 6 percent; doch zal hij, pachter, ingevalle de opening aan de boom te moeijclijk inogt zijn, kunnen volstaan, niet slechts op ieder kast, baal of vat zijn zegel of merk te zetten en vervolgens de waarschouwing van den eigenaar af te wachten om bij de opening present te wezen, mits hij zich als dan ook ten eersten naar de plaats begeve, waar deze opening slaat te geschieden, of iemand zijnent wegen derwaards zeade, alzo de gemelde eigenaar anders gerechtigd zal wezen dadelijk tot de opening over 1808. H. W. DAENDELS. 333 te gaan en wel ter presentie van den notaris of beambl sclirijver en twee getuigen en alles ten zijnen kosten, terwijl de eigenaar bovendien ook in dat geval zal kunnen volstaan met de betaling slechts van de (hol pro rato der door hem opgegeven waarde, daar hij anders verplicht zal zijn zich Ie vrede te moeten houden met de billijke taxatie van den pachter, met dien verstande nochtans, dat, wanneer hem dezelve te hoog voorkomt, hij de voldoening alsdan in .natura zal kunnen laten geschieden of anders pretenderen, dat de pachter, als die op zijn taxatie slaan blijft, de goederen zelve daarvoor oveineme, na decortatie eeuelijk van de denzelven daarvan competerende Ihol. Art. 18. Van de aangebragt wordende goederen, welke de boom niet passeeren, maar op de rheede verkocht en in andere vaartuigen overgescheept worden ter vervoer naar elders, zal slechts de enkelde tiiol worden betaald, dat is die van invoer, doch voor den uitvoer niets, terwijl de zodanige goederen, welke in de vaarluigen blijven en niet overgescheepl ol' ingevoerd worden, in het geheel geen ihol zullen subject wezen, uitgezonderd alleen, wanneer dezelve op plaatsen zijn ingenomen, van waar geen passen naar den overwal of elders builen Java mogen worden verleend, en die eenelijk te Sa marang, Sonrabaija of Grissée aangebragt zijn om zich aldaar van zodanige passen Ie voorzien, en van welke goederen als dan de volle Ihol van uitvoer zal mogen worden geheven. Art. 19. Die eenig goed zoekt te sluiken of langs onge peimill eerde wegen in- of uit te voeren, dan wel op een andere wijze de tbol te fraudeeren, zal verbeuren het aangehaalde goed, een derde ten prof ij te van den officier, die de calange zal hebben gedaan, een derde voor den pachter en het overige derde voor den aanbrenger, terwijl de schuldige bovendien ook de volle waarde van deze dus gestuikte goederen in gelde tot een boete zal moeten opbrengen, indien dezelve namelijk de somma van 1000 rd s overtreft, doch minder zijnde, als dan de dubbelde waarde van dien, de helft voor het land en de wederhelfl voor den officier, die de calange zal hebben 1808. H. W. OAENDELÖ. 334 gedaan, wel te verslaan, ingevalle liel. goederen zijn, waarop geen speciale of swaardere straf is gesteld, terwijl in liet contrarie geval daar pa zal moeten gehandeld worden. Art. 20. De pachters zullen voor liet overige niet ver mogen bij vvege van aceoord minder te nemen, als hun wel lig cnmpelccrd, veel minder iemand van de betaling van lbo] geheel vrijlaten, noch ook te coinpnseercn over eenige «le fraudatien, dan wel zich onderstaan om de ontstane disputen tusschen hun en de eigenaars der goederen clandcslin af le. maken of zich op eenige andere wijze daden van aut.horil.eil te permitteeren, maar zullen dezelve wel degelijk gehouden wezen, wanneer iets dicrgelijks ler hunner kennisse komt, daarvan terstond aan den oflicier van justitie nf'apder per soon, uien zulks mogte aangaan, bericht Ie geven en die van hunne kant ook gehouden zullen wezen de pachters de behulpzame hand te bieden en om in alle voorvallende zaken na recht en billijkheid Ie handelen: en Arl. 21. Wal nu de thol betreft, welke bij in* en uitvoer van goederen zal mogen geheven worden, deze beslaat in: I" voor lijfeigenen, boven de vijl' jaren oud, die len verkoop van elders aangebragt worden en waarvan, zoo min op Java. als te Balavia noch eenig redemtie-geld is betaald, belzij door den tegenswoordigen of vorigen lijfbeer of vrouw, in eens vijftien rd" voor den pachter, doch zonder meer, noch aan den onlvanger der doniainen. noch iemand anders, en zonder dat ook voor den uilvoer hoegenaamd iels zal behoeven betaald te worden en evenmin bij den invoer, wanneer de zoodanige slaven eeumaal behoorlijk vertold zijn; terwijl voorts geene onderdanen van zijne Calholijke .Majesteit den Koning van Spanje, die door de Mooren of inlanders tot slaven zijn gemaakt, verkocht of gekocht zullen mogen worden en dit ten opzichte van Javanen mede geen plaats zal mogen vinden: %° voor lijnwaden, zoowel Souralsche. Mallabaarsche en Ceilonsche, als Chormandelsche en Bengaalsche, hetzij ruw, wil, gecouleurd of geschilderd, zoomede zijde sloffen, 1808. H. W. OAENDELS. 335 kousen, katoen en alcaliven, bij invoer van Batavia tien ten honderd, te rekenen na «Ie waarde dier goederen op de kantoren, waar dezelve aangebragl worden: doch deze invoer direct, dan wel van den overwal of andere plaatsen huilen Java geschiedende, hetgeen volgens publicatie van den I8 e " Junij 180 S voortaan zal gepermitteerd wezen, mits op geen andere plaatsen als te Samarang en Sou rabaija en <>ok wel te Grissée, noeli zes percent daaren boven of zooveel als de Bataviasche pacht bedraagt, dit laatste len behoeve van den pachter aldaar, maar zal daarentegen voor den uitvoer van de zoodanige lijnwaden, etc. niets boeven betaald te worden; voor lijnwaden van Makkasser en elders uit de groole (lost aangebragl wordende, bij invoer slechts zes ten honderd en bij uitvoer mede in het geheel niets: voor lijnwaden van Balij, China, Cambodja, Siam of andere plaatsen, vijftien procenlos, Ie welen, als de drie laat si gemelde soorten van Batavia of elders langs Java worden ingevoerd; doch dit direct en wel vau den over wal of andere plaatsen zijnde, belgeen nu mede zal mngen geschieden, mits, even zoo als len opzichte van die van de Wesl van lndië gezegd is, nergens anders als te Samarang en Sourabaija of Grissée, alsdan ook noch de Bataviasche pacht ol 0 procenlo daarenboven, mede ten behoeve van den pachter aldaar: doch zal de uilvoer van deze lijnwaden van Java insgelijks vrij wezen en voor lijnwaden, op Java zelve geweven, bij den uitvoer, zoowel als invoer, werwaarls dit ook zoude mogen wezen, 'o len honderd van de waarde: 5" voor de rijst bij uit- en invoer, hetzij langs Java van de eene plaats naar de andere of naar den overwal, rd" ï> de koijang, indien namelijk de vervoerder prouveeren kan, dal deze rijst werkelijk van den Lande is ingekocht, doch anders rd" 1b daarenboven ten behoeve van den Lande; 4" voor suiker bij uitvoer door particulieren, zoo naar Batavia als andere plaatsen, zestig stuivers het pikol kandij 1808 H. W. DAÊNDELS. 336 en dertig stuivers het pikol poeder suiker en ook zooveel bij invoer: doch in gevalle deze zoetigheid op Java van de eene plaats naar de andere wordt getransporteerd, alleen om daar te worden ingescheept, zal ler laatstge nielde plaats daarvoor niets mogen worden geheven, zooals in zelver voegen ook de Javasche suiker te Batavia tholvrij zal wezen: 5° voor het zout bij uitvoer, onverschillig of hetzelve naar Batavia, de Oostersche gouvernementen, Ti mor eu langs Java, dan wel den overwal word vervoerd, 1 \. l rd" Hollands de koijang en bij invoer van de plaatsen, waar aange maakt is, even zoveel, doch van elders komende vier rd'; 6° voor vogelnestjes rd' li> bij den invoer en vijf en twintig gelijke rd s bij den uilvoer, mits naar Batavia, doch dit naar den overwal of elders buiten Java geschiedende, als dan rd' 35; 7° voor Chinasche tabak bij invoer twee rd* het pikol, te welen, als de aanbreng van Batavia geschied, doch dit direct dan wel van den overwal of andere plaatsen zijnde, als dan 10 percent of noch zoveel daarenboven, als de pacht van invoer te Batavia bedraagd. dit laatste ten behoeve van den pachter ter gemelde hoofdplaats en mits in zo een geval ook alleen Ie Samarang en Sourabaija of firissée wordende ingevoerd, terwijl van de Javasche tabak bij uilvoer eenelijk agt stuivers voor bet pikol zullen hoeven te worden betaald: 8° voor andere Chinasche, dan wel Japansche of verdere, in dezen ongenoemde, vreemde goederen, bij aanbreng van Batavia of langs Java en zo ook bij den uitvoer, 8 percent, doch dit direct van den overwal of andere plaatsen buiten Java geschiedende, als dan noch (i percent of zoveel daarenboven, als de invoerpacht te Batavia bedraagd, insgelijks ten behoeve van den pachter aldaar en onder deze mils levens, dat de gemelde goederen mede nergens anders als te Samarang en Sourabaija of Grissée zullen mogen worden ingevoerd; 1808 H. W. DAENDELS 337 PLAKiAT-UOEK UttL XV. 23 9° voor katoene garens bij den uitvoer naar Batavia en langs Java eu desgelijks bij den invoer 10 ten honderd, doch naar den overwal of andere plaatsen buiten Java gaande, als dan 15 percent; 10° voor de mede in deze nog ongenoemd geblevene, eigene producten en verdere goederen en daaronder ook indigo, cardamoo, lange en slaarlpeper, van welke artikelen thans de vervoer geheel is opengesteld, bij uitvoer en zo mede bij invoer zes procento van de wezentlijke waarde ter plaatse, alwaar de tholheiïiitg geschied; en 11° of laatstelijk, voor ieder legger arak bij den invoer van Batavia twee en een halve en bij den uitvoer 5 rd' voor ieder heele legger: en zo na rato voor de mindere fusten. Art. 25. Alle de voorschreven imposten of in- eu uil gaande rechten zullen geheven worden door en ook alleen zijn ten behoeve van den pachter van de sahandharijen, uit genomen alleen voor zooveel die van de rijst en suiker be treft, welke afzonderlijk of afgescheiden van de sahandharijen zullen worden verpacht en waarmede zich dus de pachters van deze niet zullen mogen bemoeijen, zo als die van de rijst en suiker mede niet met de hunne zullen mogen doen; en Art. 24. Onder de gemelde, generale conditieu en die gene, welke men nog verder oordeelen mogt na dezen te moeten maken, zullen dan ten dage van de verpachting, gelijk gezegd, bij publieke opveiling aan den meestbiedende de volgende domainen worden toegewezen en overgelaten, met speciaal beding echter, dal niet het minste van de aan geslagen prijs geremitteerd of kwijl gescholden, maar in tegendeel alles zonder eenige afslag zal moeten betaald worden, als: Te Sainarang: 1° de inkomende en uitgaande rechten of de sahandharijen te Samarang, Goeruoelack. Caligawe en Torbaija, in een gel rokken met do dessn Toemoenga en veertig koppen somas bij de eerstgenoemde sahandharijen: 1808. H. W. DAENDELS. 338 "2" de in- en uitgevoerd wordende rijst te Samarang, Goe uioelack, Caligawe, Torbaija, Caliwoengo eu Candal; 3° het hoofdgeld van de Chineezen, te heffen op dien voet, zo als de conditieu van het hoofdgeld te Batavia mede brengen ; 4° de topbaneu en hanevechterijeu, mede te heffen als boven; 8 n het slagten van buffels en ander hoornvee, insgelijks op den voet, zo als te Batavia plaats vind, te heffen; 6° het slagten van varkens, schapen en geiten, ook als boven te heffen; 7° de taphuizen of kroegen buiten de stad of het previligie om in de Chineesche en andere campongs rondom de stad arak, tjieuw en andere sterke dranken te mogen tappen en verkopen in het klein, te weten bij kelders, kalbassen, potten, flessen, bottels etc, tol de kleinste maat inclusive; 8° de sabandharijen te Caliwongo, te gelijk met het hoofd geld der Chineezen, topbaneu, hanevechterijen en het slagten van buffels en ander vee, nevens zestien koppen somas, mitsgaders vier djongs rijstvelden en de bazaars te Carang Anjer en Toegoe; 9° de sabandharijen te Candal, mede annex het hoofdgeld der Chineezen, hanevechterijen, topbanen en het slagten van vee en dan nog vijf djongs rijstvelden, nevens de bazaar aldaar: 10" de sabandharijen te Batang met de van ouds daarbij gehoord hebbende vijf campongs, Hoban, Caliorang, Ca lietjelong, Magboquor en Manatoea, nevens twaalf somus uit ieder van die vijf campongs of in het geheel zestig koppen, en voorts als boven het hoofdgeld der Chi neezen, etc.; 11° de sabandharijen te Paccalongang, Bermie en Calie Bebal met veertig koppen somas en de overvaart over de rivier boven de Chineesche campong, en voorts het hoofdgeld der Chineezen, etc.; 1808. H. W. DAENDELS. 339 12° de in- en uitgevoerd wordende rijst te Paccalongang, Batang, Bermie en Calie Bebal; I.V de negorij Oeloedjamie met de verdere, in dat district gelegen dorpen en geliugten, item bazaars, sabandharijen, in- en uitgevoerd wordende rijst en wat dies meer is, op dienzelfdcn voet, zooals het daarmede tegenswoordig is gelegen, uitgezonderd alleen de districten van Seragie en Kalang, welke aan de regentschappen van Wieradessa en Paccalongang gehooren en niet mede daaronder zullen begrepen wezen, doch zonder eenige leverantie van pro ducten of anderzints, hoegenaamd, hetzij voor niet of tegen betaling; 14° de sabandharijen te Pamalang en Soember met zestig tjatjas en zeventien djongs rijstvelden, item vier prauw majangs, nevens de bazaars te Pamalang, Bakoelang en Palawaug en het hoofdgeld der Chineezen, etc.: 15" de sabandharijen te Tagal met de bazaars aldaar en de zes dorpen Sercangnng, Karlang, Senioet Pangang, Ban dongan, Bonkong en Ranl.icakalimatie, nevens een hondert vier en veertig tjatjas en dertig djongs rijstvelden, en voorts als boven het hoofdgeld der Chineesen, etc: 16" de in- en uitgevoerd wordende rijst te Pamalang, Tagal en Brebes; 17° de sabandharijen te Brelres, Carang Assain, Kanakan en Loessarie met Soerie Jodjeth, doch zonder Ijatjas of rijstvelden, maar wel met het hoofdgeld der Chineezen, etc.: 18° de sabandharijen te Damak zonder somas, tjatjas of rijstvelden, maar niet het bazaartje voor de negorij Gabang en voorts het hoofdgeld der Chineezen, etc; 19° de in- en uitgevoerd wordende rijst aldaar: 20° de sabandharijen te Japara, item aan de Tadoenang en te Taijoe, met vijftig koppen somas en het hoofdgeld der Chineezen, etc; 21° de in- en uitgevoerd wordende rijst op die plaatsen; 22" de sabandharijen onder Joana met de dessa Japara en dies bazaar en voorts het hoofdgeld der Chineezen, etc; 1808. H. W. DAENDELS. 34 bijzonder sommige geringe huishoudelijke benodigtheden voor het hospitaal en ook voor de apotheek, vooral wat niet uit de magazijnen kan geleverd worden, moet bij bepaalde levcran cieren worden aangekogt. Art. 9. Het is ten slrengsten verboden omeenige levens middelen van bet hospitaal of iets anders te verkopen, ten einde zig daardoor andere noodwendigheden, bij voorbeeld, in plaats van gezouten vleesch, verscli vleescb en diergelijke, door ruiling te bezorgen, aangezien alles, wat benodigt is, op bovengemelde wijze zal kunnen verkregen worden. Art. 10. Daar de hospitaalmeester, ingevolge hetgeen voorschreven is, geen aankoop van levensmiddelen of benodigt heden van eenig aanbelang behoeft te doen, ontvangt bij van den commissaris van oorlog uii 'sLauds cas voor den aankoop van benodigde kleinigheden, en ook voor te doene uitschot van gelden voor zeevaarenden, een convenable somme ter goeder rekening, waarvan hij maandelijks een specifieke, ge quiteerde rekening indiend. Art. 11. De hospitaahneesler ontvangt zoo spoedig doenlijk na de visite de dieet-lijsten uit de respective departementen, aldaar opgemaakt door zieken-vaders, die de olficieren van gezondheid bij de visitens volgen. Deze lijsten, vooraf door ieder dezer officieren van gezond heid getekend, moeten nauwkeurig door den hospitaalmeester in het doen bereiden en toedienen der levensmiddelen worden gevolgd. Art. 12. Hij zal zorgen, dat de levensmiddelen behoorlijk gereed gemaakt worden, en altijd bij de uitdeeling daarvan tegeuswoordig zijn, ten einde dat overeenkomstig de aan tekeninge, bij de visite gedaan, ieder hel zijne bekome. Voorts, dat hetgeen bij iedere zieke moet. geobserveerd worden, en hetwelk dezelve zieken-vader behoord op te tekenen, die de aantekeningc ten tijde der visite doet, nauwkeurig worde nagekomen. Art. 15. Het geene voor de apotheek en chirurgie be nodigd is, als wijn, brandewijn of arak, azijn, zout, olie en 1808. H. W. DAENDELS. 340 25° de in- en uitgevoerd wordende rijst aldaar; 24° de sabaudharijen te Rembang, niilsgaders Padjangcoe angang en Poelo, doch zonder somas of tjatjas, maar wel met het hoofdgeld der Chineezen en wat dies meer is: 25° de in- en uitgevoerd wordende rijst te Uembaug, Lassum en Touban; 26° de Rembangsche zout-negorij Paradessie en de van ouds mede daartoe getrokken dorpen Wedong onder Damak en Brabau onder Japara, die de pachter op den vorigen voet zal hebben met hel prcvilegie om het door de in gezetenen aldaar aangemaakt wordende zout alleen te mogen inkopen, vervoeren en omzetten, zonder dat van Brebes af tot Touban toe eenig ander zout zal mogen worden verkocht zonder zijn toestemming, sub poene van conliscatie, doch waartegen hij ook verplicht zal zijn het benodigde voor den Lande na gewoonte te leveren tegen 5 rd' de koijang van 4550 ffi en voorts te zorgen, dat overal steeds een genoegzame voorraad van dit zilt aan handen zij en hetzelve nimmer duurder bij de kleine maat aan de ingezetenen werde verkocht, als 10l 2'5 Spaansche matten de koijang van 30 pikols, sub poene van anders in eene boete Ie zullen vervallen van 100 Spaansche matten en voor de tweede maal van 500, de helft voor den aanbrenger en de wederhelft voor 's Lands kas, en dan noch verzending na Banjoewangie of Banda voor den tijd van .> jaren; terwijl hij, pachter, voorts ook ten eersten na het aanslaan van deze pacht zal moeten omzien na zodanige plaatsen onder het ressort van Tagal en Paccalongang, alwaar, zonder aan de rijst velden of eenig andere culture nadeel toe te brengen, mede zoutpannen zullen kunnen worden aangelegd en die als dan ten eersten daartoe te approprieeren en binnen den tijd van een jaar in werking te brengen ten einde alle verder gebrek aan dit zilt in die con trijen voor te komen; 27" de sabaiidliarijen te Lassum en dies ressort zonder somas 1808. H. W. DAENDELS. 341 of tjntjas, maar met de negorij Tagal Dowo, nevens de inzaain der vogelnestjes uit de daarbij gelegen drie klippen of holen, Goa sie Jero genaamd, en voorts het hoofdgeld der Chineezen, etc; 28° de sabandharijen te Touban en dies ressort, almede zonder somas of tjatjas, maar met de negorij Troes en den inzaain der vogelnestjes uit de daarbij gelegen drie klippen of holen, Goa Troes genaamd, en de heffing van het hoofdgeld der Chineezen, etc: 29° de in- <ti uitgevoerd wordende poeder- en kandijsuiker van Brebes af tot Touban toe. En te Soerabaija: I " de sabandhartjen alomme in dat regentschap en bij alle dezelve zeven en veertig koppen somas; 2° de in- en uitgevoerd wordende rijst te Sourabaija, Pas sourouang. Banger en Bangel; 5° het hoofdgeld der Chineezen, item de topbaanen en hane vechterijen en het slachten van varkens: 4" hel slachten van buffels, rundvee, schapen en geiten; 5° de lapbuizen en kroegen builen de stad of het previlegie om in de Chineesche of andere campongs arak, tjieuw en andere sterke dranken te mogen tappen en verkopen in het klein, te welen bij kelders, kalbassen, potten, flessen, bottels en wat dies meer is; 6 U de zout-negorij Simimie onder Sourabaija met het voor recht om al het zoul, dat door den genieenen man word aangemaakt, alleen te mogen kopen, vervoeren en weder verkopen op den ouden voel, mits het benodigde voor den Lande leverende legens o rd'de koijang van 4350 S; 7° de sabandharijen te Passourouang en daaronder ook de rivier Massangan met tien koppen somas en voorts het hoofdgeld der Chineezen, elc; 8 U de sabandharijen te Banger en I'robolingo met 16 koppen somas en het hoofdgeld der Chineezen, elc; 9° de sabandharijen te Bangel en Calianjer mei vier koppen somas en het hoofdgeld der Chineezen, etc; 1808. H. W. DAENDELS. 342 10° de sabandharijen van Dnekoeu en Kepoh, leggende op waarts aan de rivier van Solo, die bevorens aan deu gezaghebber te Sourabaija zijn afgestaan geweest, doch thans mede staan verpacht te worden op den voet, zo als die tegenwoordig zijn: 11° de sabandharijen te Grissee en op Poelo Menare en bij alle dezelve 78 koppen somas en ook de helling van 10 percent voor recognitie van al het klein geschut, dal aldaar word gegoten, en voorts als boven het hoofdgeld der Chineezen, etc.; 12° de zout-negnrijen Manjer en Tenger onder Grissee met hetzelvde previlegie en onder dezelvde voorwaarde, als bij die van Simimie gemeld is: 15 de sabandharijen te Sidaijoe en dies ressort met 50 koppen somas en de bazaar te Banjer Anjer, nevens het hoofd geld der Chineezen, etc; 14° den in- en verkoop en vervoer van aarde pollen of zogenaamde boeijongs; 15° de zout-negorijen Rantjing en Awan, beide onder Sidaijoe, mede op den voet, als bij die van Sourabaija en Grissee is aangehaald: 16° de sabandharijen te Sumanap en op de eilanden Delangoe, Cangiang, Sapoedie, Kaaas, Galiang, Giiiginting en Giliradja en bij alle dezelve 10."; huisgezinnen en 14 antjengs padijvelden, nevens de heffing van het hoofdgeld der Chineezen, etc.; 17° de sabandharijen te Paniecassang en dies ressort niet de van ouds daarbij gehoord hebbende negorij Kappong, item de bazaar te Tjitjeree en Waranta, zomede een derde van het zout, dat in de negorijen Boender en Tjandie wordt gemaakl, nevens het hoofdgeld der Chi neezen, etc. en dan nog 56 somas of koppen, doch waartegen hij, pachter, ook gehouden en verplicht zal zijn aan den regent van dat district, tot tegemoetkoming voor de leverantie van de benodigde vaartuigen tol den overbreng van producten voor den Lande naar bet kan- 1808. H. W. DAENDELS. 343 toor Grissee, jaarlijks te moeten uitkeeren eene somma van 150 Spaansche realen; 18° de sabandharijen te Banjoewangie en dies ressort op den ouden voet met de in- en uitgevoerd wordende rijst, item het hoofdgeld der Chineezen en wat dies meer is; 19° de vogelnestjes-klippen onder Ooster Balemboangang en de mede hij dat district vallende paarl-reven met de negorij ; 20° de vogelnestjes-klippen onder Wester Balemboangang of het regentschap Poeger; 21° de sabandharijen en in- .en uitgevoerd wordende rijst ten eilande Baviaan met het hoofdgeld der Chineezen en wat dies meer is, en 22° de in- en uitgevoerd wordende poeder- en kandij-suiker onder het ressort van den Oosthoek. De opium bracht te Samarang en te Soerabaija op 560,715 rijksdaalders of 552,690 rijksdaalders meer dan in 1807 (Resolutie Indische Regering o Januarij 1809). 22 October. Verkoop van koffij en specerijen aan de gemeente in Java's Oosthoek. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende de voordragt door den ridder en Oosthoeks gezaghebber, Rolhenbuhler, in conforiuité van hoogstdeszelvs besluit van den 16 en September jongstleeden, van den te Sourabaija woonachligen burger, W. E. Krijgsman, aan wien de verkoop kan worden betrouwd van specerijen, kollij en peper in kleine quantiteilen : heeft besloten, even als zulks te Batavia aan den ne gociant, M. Meijer, en te Samarang aan den aldaar woon achtigen burger, H. Beer, is gedefereerd, den voormelden Sourahaijasch burger, W. E. Krijgsman, met den verkoop van koffij, peper en specerijen aan de gemeente, voor zoover den Oosthoek aangaat, te benificeereu en als een gevolg van 1808. H. W. DAENDELS. 344 dien, even als aan voormelde personen, denzelven maandelijks uit 'sLands voorraad op de daartoe te verleenen ordoniiantien af te staan: Bfê foelie a rd s 6: 52 het pond, 10 » notenmuscaat » » 2:52 » » 20 » nagelen » » 1 : 2 » • 25 pikols koffijboonen » » 15 :50 per pikol, 50 » peper ... » » 15 : 1 » » te betalen in zilver geld, drie maanden na de aflevering, zullende hij echter niet verplicht zijn op nieuw van die artikelen in te slaan, voor en aleer de bevorens ontvangene zijn verdebiteerd; en welke artikelen hij verplicht zijn zal aan de gemeente te verkoopen voor directe betaling in gelijke muntspecie tegens de volgende prijzen, als: de foelie het pond tegen rd" 8: — » notenmuscaat » » » » 5: — » nagelen » » » » 1:12 » koffij per pikol » » 17 : 8 » peper » » » » 14:8 't welk een advance geeft van 20 percent op de specerijen en van 10 percent op de koffij en peper ten faveure van den verkooper; terwijl hij wijders zal gehouden zijn de voor schreven specerijen aan de gemeente af te leveren bij het pond en de koffij en peper bij kwart, agste of mindere ge deelleus van een pikol, naar gelang der aanvrage, en daarvoor niet meerder mogen eischen als de hierboven gefixeerde prijzen, op verbeurte telken reise van eene boete van twee honderd rijksdaalders, zilver geld, de helft voor den aan brenger en de wederhelft voor den fiscaal, die de calange zal doen. 22 October. Bepaling, dat de onkosten voor de viering te Batavia van den verjaardag run Z. M. den Koning van Holland kwamen voor rekening van den Lande. Deze onkosten bedroegen 2,500 rijksdaalders, papieren geld. 1808. H. W. DAENDELS. 345 26 October. Gratis afstand van grond aan een ambtenaar. Zijne excellentie, gezien hebbende de requeste van den scriba van ïagal, H. Buijs, verzoekende gratis in eigendom te mogen hebben zeker stukje grond, gelegen naast aan de negorij Semer-pangang op den weg van Brebes omtrend een uur van Tagal en lang Oost en West 55 en Zuid en Noord 55 roeden: heeft besloten het door deu suppliant gedaan verzoek te accordeeron en dienvolgens aan hem, suppliant, gratis af te staan boven vermeld stukje grond, mits niet passerende de gedachte groote van 1215 vierkante roeden en dat van den afstand een gerechtelijke acte ter prefecture van Tagal zal worden gepasseerd en geregistreerd, waarvan extract heiwaards gezonden zal worden ten einde op het bureau van zijne excellentie te blijven gedeponeerd. De motieven voor deze schenking blijken niet. Het besluit is te Buitenzorg genomen. 26 October. Verstrekking van medicijnen aan zieke gevangenen en armen te Balavia. Is besloten, provisioneel op ordonnantie, de dadelijk be oodigde medicamenten voor de gevangenen van den hogen Raad van justitie en der burgerij, alsmede voor de zieken van het arm- en weeshuis, na de vertoning en approhatie dier benodigdheid door den chirurgijn en chef, te laten afgeven tegens gelijke prijzen, als waarvoor dezelve tot nu toe aan den stads apothecar worden gefourneerd, met intrekking van de daaromtrend voormaals geusilccrde verstrekkingen. 26 October. Overplaatsing van den Luitenanl-Gouverneiir- Generaal van Balavia naar Soerabaija. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, •u aanmerking genomen hebbende hel groot belang voor deze 1808. H. W. DAENDELS. 346 kolonie, dat de aangelegene werkzaamheden in Java's Oosthoek, welke 10l dusverre met het meeste succes zijn begonnen en voortgezel, zoo tot versterking van Sourabaija en van ile zee-engte bij Menaie, als ook ter verdere uitbreiding van de duiten-munt, voortzetting van 't atelier van constructie, ge durende hoogstdcszelvs afwezigheid van Java's Noord-Oostkusl niet komen te verflauwen, maar bestendig gehouden onder een oppertoczicht en gezag, in slaat om in zaken, die ander sinls de tussehenkomst van het gouvernement generaal zouden vorderen, eigener autoriteit te decideren, daardoor alle ver traging voor Ie komen en op de plaats zelve met een oordeelkundig oog zoodanige orders te geven en beschikkingen te maken, als met hel interest van den dienst van Zijne Majesteit 't meest overeenkomen zal. overwegende voorts, dat hierin op geene voegzamer wijze kan worden voorzien, dan door den tweeden persoon van het gouvernement, den luitenant Gouverneur Generaal Buijskes gedurende hoogstdcszelvs residentie in dit gedeelte van het eiland deszelfs verblijf naar derwaards te doen overbrengen: heelt besloten den luitenant Gouverneur Generaal te autoriseren, gelijk dezelve geautoriseerd wordt bij dezen, om zich naar Sourabaija te begeven, met last aldaar gedurende het verblijf van den Gouverneur Generaal op Buitenzorg deszelvs residentie te houden en om in hoedanigheid van luitenant Gouverneur Generaal aldaar, zoowel in ordinaire zaken, als in die, rakende de marine, de versterking, zoo van Sourabaija, uls van Menare, de munterije, de constructie-winkel, enz. hetzelvde gezach te voeren, 't welk door zijne Hoog Edele Gestrenge in de voorschreven hoedanigheid ler hoofdplaats Batavia is uilgeoeffend, zullende uit. dien hoofde, zoowel de gezaghebber in den Oosthoek, de ridder Rothenbuhler, als de commandant militair, de kommandeur de Koek. aan hoogstdeszelfs orders zijn gesubmilteerd. Aan den Luitenant-Gouverneur-Generaal werd den 29"" n 1808. H. W. DAENDELS. 347 Oclober 1808 eene som van 5,000 rijksdaalders »in zilvere »sperie" voor reiskosten toegekend. Zijn tractement zoude voortaan bedragen, als Luitenant-Gouverneur-Generaal 25,000 rijksdaalders en als kommanderend Generaal der militaire divisie in den Oosthoek 12,000 rijksdaalders 'sjaars, uit te belalen »op denzelven voet in zilvere munt, zo als aldaar • [Soerabaija] aan de eerste ambtenaren de uitbetaling van «hare tracteraenten word gedaan". 2 November. Bepalingen nopens den medicinalen winkel. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende enz., besluit al te schaffen, gelijk afgeschaft worden bij dezen, de drie in den medicinalen winkel geêni ploijeerd werdende klerken en voorts de koelie's, welke thans nog in geinelden winkel bun dienst doen ten getale van 23, te reduceeren lot 12, met toelegging aan ieder derzelven van 8 stuivers in stede der dooi' ben lot dusverre genotene 6 stuivers daags; voorts de twee lljfeigenen, toebeboorende aan den apolhecar der 1" klasse, I. Groot, na gedane laxalie door twee personen, den eenen door den chirurgijn en chef en den anderen door den eigenaar dier slaven Ie benoemen, voor rekening van het gouvernement over te nemen om dezelve permanent bij hel werk in het laboratorium te laten blijven. 5 November. Ophcf/iny der betrekking van tweede» Reqenl te Puti. Hiertoe werd gebruik gemaakt van het overlijden van dien regent, wiens zoon voorloopig werd aangesteld tot exlra-ordinair «pepattij der beide vereenigde regentschappen" om bij eerst voorkomende gelegenheid «als ordinair pepattij te worden •geëmploijeerd". Die zoon moest de dalem van wijlen zijn vader verlaten en »doen slechten". 1808. H. W. DAENDELS. 348 5 November. Ontheffing van den Hoofd-regent te Sa marang van de jaarlijksche betaling aan den Lande van zekere som gelds. Is besloten den hoofd-regent van Samarang, Kiaij Adipaltij Soero Adi Mongnlo, te onlheffen van de betaling van rd'een duizend 'sjaars aan het gouvernement wegens de in het Dnmaksche gelegen, ealanger negorij Grogol en zulks uit con sideratie, dat zijn hoofd-negorij exlra-ordinair belast is ge worden mei hel werk in de pakhuizen Ie Samarang, etc, waardoor hij, hoofd-regent, de hoofd- en andere gelden, door deze Javanen tol hiertoe opgebragl. zal komen te missen. 4- November. Intrekking der van verhuurder r>vun rouumanlels" te Haiavia. Is goedgevonden en verstaan de bediening van verhuurster van rouwmantels in te trekken en daarmede te beneficeeren de bediendsters der sterfhuizen en bezorgsters der begra fenissen. 4 November. Wijziging van de instructie voor den Drossaard over de liataviasche ommelanden. Is besloten den drossaarl der Bataviasche ommelanden Ie autoriseeren, zoo als dezelve geautoriseerd wordt bij dezen, om in alle zaken, zoo crimineele, als civiele, zonder assessoren hel nodig onderzoek Ie doen en de zaken in staat van wijzen te brengen, om daarna gezamenllijk met zijne assessoren Ie worden gedetermineerd en beslecht. Met qualificatie wijders op den drossaard welmeld om de nodige personen 10l permanente assessoren voor te draden, welke egter buiten bezwaar van 'sLands kas en niet langer dan voor een jaar zullen worden geëmploijeerd. Aanleiding hiertoe gaven »inconvenieuten, waarmede het 1808. H. W. DAENDELS 349 ■verkrijgen van assessoren" gepaard ging. en »het voorbeeld «van verscheiden ïeglbanken in Holland" —Op 24 November 1808 zijn vier Europeanen tol permanente assessoren benoemd, provisioneel voor een jaar en buiten bezwaar van den Lande. Zie ook ;: 1808. 4 November. Tarief voor de pensioenen van inlandsche ui Hit ai ren. Vermits bij de regeling van militaire pensioenen op den 26'" " Mei 1808 de inlandsche militairen vergeten waren, werden die pensioenen alsnog vastgesteld en wel voor: een inlandschen majoor in de maand rd* 1G zilver, 'sjaars 192 kapitein » » » »12 » » 144 l cn lieut. » » • •> 8 .. 96 lieuten. » » ■ 6 » 72 ■** > sergeant » • » • 3 ■ 36 korpor. • • » » 2 • » 24 » » soldaat » ■> » • II L » » 10 »en zal alle drie maanden door de corpsen aau den chef der generale staf worden gezonden lijsten der inlandsche militairen, welke in 't geval zijn pensioen of gagement te kunnen erlangen, geverifieert door den commissaris van oorlog en chef van den staf of commanderende!) ollicier der divisie". 5 November. Maatregel ten aanzien van slaven, te Ma kusar voor den militairen dienst aangekocht. Als reu merkwaardig staaltje van de uiterst willekeurige wijze, waarop Daendels somtijds de belangen van den Lande behartigde, diene het volgende. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, overwegende, dat de prijs van rd* 90 bij voorschieting en van rd* 100, zilver geld, bij de leverantie voor ieder slaaf, welke ingevolge de door den Maccassers gouverneur, van Braam, gemaakte overeenkomst op Java word aangebragt ooi lot den militairen dienst te worden geëmploijeerd, veel 1808. H. W. DAENDELS. 35 Vergelijken, word gevraagd aan den hospitaalmeester op een door den apotheker getekende lijst, welke artikelen voorts «oor denzelven aan de apotheek worden bezorgd, voor welke hij van den apotheker quilanlie ontvangt. Art. 14. Alles, hetgeen volgens art. 8, 10 en 13 van levens middelen, enz., als ook van lienodiglheden voor de apotheek ls ontvangen, wind door den hospilaalmeester in een hoek geregistreerd en bij het einde van iedere maand in algemeene s talen overgebragt en hel gebruikte verantwoord, met over- van de nodige bewijzen, beslaande in de dagelijksche •««et-lijsten en in recueu uit de pharmacie. Art. i:;. Deze verantwoordingen, getekend door den hospilaal *eester, worden iedere maand aan den commissaris van oorlog Sponden, ten einde dezelve na te zien en te verifieoren, om aa " den commissaris ordonnateur te worden ingezonden. Art. ig. Van de fournitures en huisraad, 10l legging en der zieken en tot het gereedmaken der spijzen benodigd, &ls ook de nodig geoordeelde kledingstukken, enz., w elk alles de hospilaalmeester zorgen zal, dat. in behoorlijke orde worde onderhouden, zal hij een behoorlijke inventaris en verantwoording houden, die iedere maand insgelijks ge verifieerd word door den commissaris van oorlog, om den c "n]iuissaris ordonnateur te worden ler hand gesteld, zijnde " e liospitaalmeesler voor heigeen ontbreekt verantwoordelijk. '" dezen inventaris moei tevens verantwoord worden hel Sehruik j er ontvangene goederen tot hel repareren van •Datrassen, matjes, kussens, lakens, hemden, kleedjes, enz., lllet aantekening in de rubriek der aanmerkingen, hoeveel stuks er mede gerepareerd zijn. Niets mag aangemaakt of gerepareerd worden, dan met s l>eeiale toestemming van den commissaris van oorlog. A't. 17. ledere drie maanden zal alles in bijzijn van den '"'"iiHssaris van oorlog worden nagezien: daarbij beoordeeld niei ', wat buiten gebruik is en hetwelk volgens schriftelijk getuigenis van den commissaris van oorlog als zodanig in de r uLniek van den inventaris, daartoe bestemd, word gebragt. 1808 H. W. DAENDELé. 350 te hoog is en alle bevorens op Maccasser gelroffrn Irans aclien ter verkrijging van slaven surpasseerd; dat de door den gouverneur van Braam bijgebragte reden voor dien verhoogden prijs, nameUjk liet rugtbaar worden te Maccasser, dat de slaveu alhier voor den lande zijn ingekogl tegen rd s 175, papier, en op Java a Sp 8 80, zilver geld, per kop, in geen compulatie kan worden gebragt, wijl het gou vernement nog na die inkopen in den loop dezes jaars aan dezelfde aannemers, welke met den gouverneur hebben gecon tracteerd, aanbesteediug heeft gedaan tegen de gewoone betaling van rd s 60 zilver geld voor de beste der slaven, welke door hun alhier zullen worden aangebragt; dat de voorschrevene daadzaak ten duidelijkste de verkeerde directie van den Maccassers gouverneur in deze prouveerd, daar liet gouvernement met grond van den invloed eens gou verneurs had mogen verwagten, dat hij althans ter plaatse niet meerder voor de slaven zoude behoeven te betalen, als waar voor men dezelve te Batavia heeft gecontracteerd, en mitsdien het gouvernement niet gerekend knn worden gehouden Ie weezen om de voorschreven onereuse overeenkomst te homologecren; besluit, dat alle de slaven, welke ten gevolge der door den meermeiden Maccassers gouverneur gesloten transactie alhier en op Java zullen worden aangebragt, tegens de ordinaire betaling van rd s 60. zilver geld, per kop zullen worden geac cepteerd, doch dat, bij aldien d<; aanvoerders dier slaven niet mogten incliueeren dezelve voor dien prijs aan het gouvernement over te laten, dezelve terug kunnen erlangen, mits dan ook dadelijk met alle de door hun herwaards gebragte slaven naar Maccasser retourueereude, alwaar hun de faculteit word gelaten de schade deswegeus te verhaalen, zooals zij dit te raden zullen worden. 5 November. Publieke verkoop voor afbraak van het fort je, Philippina, te Builenzorg met de daarvoor ge legen batterij. Volgeus Daendels had dit fortje «hoegenaamd geen nut voor 1808 H. W. DAENOELS. 351 •den dienst van Zijne Majesteit". — De kooper moest binnen acht dagen na den verkoop niet het afbreken beginnen en den grond »applaneren". Blijkens een besluit van 15 December 1808 was de eenige bieder de prefect der Jakatinsche en Preanger bovenlanden, van Motinan, aan wien de afbraak voor 1500 rijksdaalders, papieren geld, werd toegestaan. 8 November. Overvoer van •arecrulen of bandieten" naar Atnbon of Banda. Is besloten, dat alle handelaren, welke ten gevolge van be reeds geobtineerde of nog te verkrijgen permissie van dit eiland [Java] naar Arouw, Lingga en andere, om de Oost van Indië gelegen plaatsen ten handel willen varen en dienvolgens, conform de orders op de particuliere vaart eu handel, verplicht zijn alvorens Amboina of Banda aan te doen, gehouden zullen zijn bij vertrek van Batavia of van Java op iedere zes lasten, welke hunne vaartuigen groot moeten wezen, eeu recruut of bandiet mede te voeren om door hen op Amboina of Banda legeus betaling van rd s 5, zilver geld, per kop te worden afgeleverd. 15 November. Last op den prefect van Samarang en Uemak in het bosch van Weleri (regentschap Kendal) rijstvelden te doen aanleggen. In overleg met den iuspecteur-generaal der houtbosschen moesten 60 morgen laag land, in voornoemd bosch gelegen en voor de hout-cultuur ongeschikt bevonden, in sawah's hei-schapen worden ; maar geld werd daarvoor niet toegestaan. 15 November. Toekenning uil de krijgs-kas eener toe lage ad 5 rijksdaalders 's maands aan twee oude en onvermogende weduwen. 15 November. Aanstelling van een Javaan lot fiscaal bij den groolen landraad in den Oosthoek. Dit is het eerste , voorbeeld van dien aard, hetgeen aan getroffen is. 1808. H. W. DAENDELS 352 16 November. Verkoop van de landen Bekasi en Pa pisangan. Is goedgevonden en verstaan: ten eersten : liet land llaccassie niet dies passer aan den heer Raad ordinair van Riemsdijk af te slaan voor de daarvoor gelaxeerde waarde van rd' 25000, mits de daarop slaande twee siiikermolens, volgens het daarvan aangegaan contract, in het bezit worden gelaten van den tegenwoordigen huurder, tol dat de schulden van de insolvent overleden suikermolenaars. Sim Simko en Siin Kiamko, aan den Lande zullen zijn verevent: en ten tweeden: hel geheele land Papisangan per publieke vendutie te laten verkopen, onder voorwaarde, dal hetzelve zal belast zijn en blijven niet het servitut van alle de pancallangs of ontlaad-, inscheep- en stapelplaatsen van andere suiker molens, welke zich aldaar bevinden, niet een ruime en onge hinderdp toegang tot dezelve, zoo als tegenwoordig plaats vind. 22 Noveinhpr. Inlijving van hel rijk Bantam. Het door Daendels te Serang ter zake genomen besluit luidt, als volgt: Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende, dat na hoogstdeszelfs arrivement te Bantam de geloofwaardigste berigten zijn ingekomen, dal de gepleegde moord aan den commandeur du Puy, den luitenant Kohl, en nog een Europees en drie iulandsche militairen met omstandigheden zijn verzeld gegaan, dat men daaruit met volle zekerheid kan opmaken, dat de Sullhan, ofschoon misschien in het geval zelve lijdelijk, daar in echter, zoo niet genoegen geschept, ten minste niet belet heeft, dat de wreedaardigste en verraderlijkste daaden daarbij zijn gepleegd en uitgeoeffend geworden; dat wijlen gemelde du Puy, na alvoorens op de gewooue wijze door een zendeling van den sullhan te zijn afgehaald, bij hem in het lorlres de Diamant gekomen eu in eenige 1808. H. W. DAENDELS. 353 woordentwist geraakt zijnde over de opzending vaii den afge zelten rijksbestierder of Mancoe Boemie na Balavia, daarvan ;il len eerste de mishandeling van hem, du Puy, het gevolg geweest is, niet zoo zeer door den Sullhan zelven, maar door het volk van gemelden rijksbestierder, over hetwelk hij als vorst authoriteit genoeg hadde zulks te beletten; dal hier uit al verder de gepleegde, gruwelijke moord voortgevloeid zijnde, het lijk van den commandeur voormeld bij de heenen voor den Sullhan en voorts op de veragte lijkste wijze na de rivier gesleept en daarin is geworpen geworden: «lal dit helzelvde geval geweest is met de overige om het leven gebragte Europezen en inlandsche militairen en boven dien aan bel gedrag, omtrent den in den dalm de wagt gehad hebbenden luitenant Kohl gehouden, is beweezen, met welk een gepremediteerde opzet en verraadelijk overleg die schande lijke daad is bestierd, daar hij, Kohl, na een nagt in den tronk gezeeten en dus des Sullhans gevangene geweest Ie zijn, des daags daar aan daar uitgehaald en vervolgens in koelen bloede is gemassacreerd, zonder dal die wandaad door den Sulthan, die zulks geheel in zijn magt hadde, is tegengegaan of belet geworden: dat door eenige van Sullhans zendelingen de order na de bocht van Anjer is gezonden om de drie zich te dier tijd daar bevindende, weerloze Europeezen almede in koelen bloede te vermoorden, dewelke echter, daarvan bij tijds verwittigd geworden zijnde, zulks overzee hebhen welen te ontkomen ('): dal bij arrivement van zijne excellentie met hoogstdeszell's gevolg ie Bantam gebleken is, dat de Sulthan, wel verre van °ver het gebeurde zijn leedweezen te betuigen, veel eer op (') Volgens een brief van den Raad van India, Ohassé, aan zijn collega, "feinsdjjk, dd. SeraDg '21 November 1808, zijn deze Europeanen gewaarschuwd uoor den te Anjer •voor Ibnlanis Koolag het (,'ezag voerenden paap" en over Poeloe Pandjaog naar hel fort Speelwflk gevlucht. Als belooning kreeg die »paap'', liadji Abdoe'llab, op 38 November 1808 van Daendelg den titel Aria, een gnmlen. ltlet brlllanten bezeilen bnikband en Iwee gooden krinsen. Ook werd hij iu "j" beheer van Anjer bevestigd. 1808. H. W. DAENDELS 354 een halstarrige wijze <le gelegenheden ontdooken heeft om tot eenige bemiddeling te komen, niet alleen door hel weigeren van gehoor aan den prefect der Jaccatrasche bovenlanden, Willem Gasimier van Motman, die met orders van zijne excellentie aan hem was afgezonden, maar zelvs ook te dilfi culteren in de ontmoeting voor het fortres Speelwijk van den ridder en directeur generaal, Wouter Hendrik van IJsseldijk. en den Raad ordinair van Indien, Petrus Theodorus Chassé, dewelke door zijne excellentie waren verzogt zich uit het campement Ceram ten dien einde derwaards te begeven; dat zijn excellentie, niet willende of vermogende te dulden, dat de waardigheid van het Hollandsche gouvernement, het welk door den gepleegden moord aan een Lands ambtenaar, die de bij hem ontfangen orders executeerde, bereeds op eeue zoo ongehoorde wijze was beleedigd, verder wierd gekrenkt, en gebruik makende van de middelen, die hoogstdezelve ter handhaaving van die waardigheid had undig geacht daar te stellen, zich in de verplichting heelt bevonden om den Sullban in zijn dalm Ie doen omzingelen en, bij weigering zich vrij willig over te geven, door de wapenen daartoe te noodzaken, hetwelk dan ook van dat gevolg is geweest, dat de dalm geforceerd en hij, Sulthan, zich gevangen gegeven hebbende, in 's Lands fortres Speelwijk is overgebragt geworden f 1); overwegende verders, dat gemelde, nu gevangen Koning zich geheel onwaardig gemankt heeft om langer over het rijk van Bantam als zodanig het gezach uit te netlenen en dat hetzelve door deze met 'sgouvernemenls waardigheid allezints bestaanbaare démarche direct en in een meer vollen zin, als bevorens plaals had, is geworden een conquest. geheel afhangende aan de dispositie en bet welbehagen van het Hollandscb gouvernement; en daarbij nog in aanmerking nemende de noodzakelijkheid, dat een zoo veragtelijk schau daad, als is het vermoorden van 's Lands eersten ambtenaar (*) De traditie wil, dat Daendels. bij de geWßfceanemißg van ili'ii Sultan, dezen, die op zijn trnini zat. de hand gereikt en hem van dien troon getrokken heelt om zelf iluaroji li' gun zitten. 1808. H. W. DAENDELS. 355 en meerdere dienaren, met die rigeur worde behandeld en afgedaan, dat andere vorsten en inlanders, aan liet Hollandsen gouvernement onderworpen of van dies protectie gebruik makende, daaraan voor altoos een exempel hebben, heeft besloten: 1° bet koningrijk Ban lam te verklaren tot domein van Zijne Majesteit den Koning van Holland ten einde over hetzelve zoodanig te beschikken en te disponeeren, als tot welvaart van land en volk en overeenkomstig het belang van den Lande zal bevonden worden te behooren; 2° den tegenwoonligen kroonprins, Pangerang Ratoe Alie Oe dien, uil consideratie voor het oude stamhuisder Bantamsche vorsten te benoemen tot Sultban van Bantam, onder zoo danige bepalingen eu restrictien, als bij een daarvoor te formeeren instructie en eed, alsmede bij het reglement, op het bestier van deze préfecture te ontwerpen, zullen worden geëxpliceerd: 3° de Lainpongsche provinciën en alle de daar gevonden wordende havens aan het bestier van den Koning van Bantam te onttrekken en onder het direct oppergezach en van het Hollandsche gouvernement te nemen : en 4° het Oostelijke gedeelte van het Banlamsche rijk, hetwelk door den Sultban aan Chineezen is verhuurd geworden, loopende van het regentschap Tangeraug langs de rivier Tjidanie tot 300 roeden over de rivier Tjiinantjerie, zoo mede de districten Sading en .lessingen, als afgezonderd van het Banlamsche rijk Ie verklaren en dezelve met de ommelanden van Batavia te vereenigen. In 1752 waren de Lampongs door de Indische Begering a ls leeti aan den Sultan van Bantam afgestaan. 22 November. Aanstelling van een prefect van Bantam. Deze, — een ouJ-eerste secretaris van de Regering — * re eg, met behoud van zijnen rang en pensioen, voorloopig een daggeld van 20 rijksdaalders, zilver geld. 1808. H. W. DAENDELS. 356 22 November. Proclamatie aan het. Bantatnschc volk. Zijne excellentie de heer Maarschalk van het Koningrijk Holland, Herman Willem Daendels, maakt hiermede in hoogst deszelfs belrekking van Gouverneur Generaal praealahel aan alle Bantamsche onderdanen hekend, dat om den wille van het onlangs voorgevallene in Sulthans dalm, waardoor de eere en waardigheid van het Hollands gouvernement en door het zelve die van Zijne Majesteit den Koning van Holland op de ongehoordste wijze is aangerand en heleedigd, de Padoeka Sirie Sulthan Ahoel Nassau Mohumat lsack Sainoel Moestakien door hoogstdenzelven is vervallen verklaard van de Koninklijke waardigheid en dat dezelve eerlang met behoorlijke plegtigheid zal worden opgedragen aan den wettigen kroonprins, l'auge rang Raloe Alie Oedin, van welk voor hel Bantamsche rijk en dies onderdanen noodzakelijk, heilrijk hesluit de gemeente door eene publicatie, waarin de redenen, die daartoe aanleiding hebhen gegeven, breeder zullen worden gedetailleerd, zal worden bekend gemaakt, gelastende en bevelende aan alle pangerangs, aria's en mindere hooiden en onderdanen van het Hollands gouvernement in het Bantamsche rijk om gemelden Pangerang liatoe Alie Oedin als haar aanstaanden Sulthan te erkennen, verwagtende hoogstgemelde zijne excellentie de heer Maarschalk en Gouverneur Generaal, dat dezulken, die uil vreeze hunne woningen hebhen verlaten, daarin ten spoedigsten zullen terug keeren om onder de protectie van het hooge Hollands gouver nement de rust en vrede te genieten, die het doel is van hetzelve, onder verzekering, dat niemand eenig leed zal ge schieden, die geen deel gehad heeft in de opgemelde, aan het Hollands gouvernement aangedane beleediging. En opdat hiervan niemand eenige onwetendheid zoude kunnen voorwenden, zal deze gepubliceerd en geafligeerd worden ter plaatse gebruikelijk. 24 November. Proclamatie aan het Banlamsche volk. Alzo de eere van bel Hollandsch Gouvernement door hel 1808. H. W. DAENDELS. 357 doodschieten van den Pangerang Warga di Radja, bevoorens mancaboemie of rijksbestierder, en verdere genomene maat regelen genoegzaam gewroken is over het vermoorden van haar eersten ambtenaar, den commandeur te Bantam, I'. I'. Du Puy, zo word hiermede uit naam van zijn excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal aan alle Bantammers, zonder eeuige uitzondering, vergiffenis verleend en gegeven over het gebeurde. En opdat een ieder zich daarna schikken en gerustelijk in zijn woning kan terugkeeren, zal deze worden gepubliceerd en gealligeerd ter plaatse gebruikelijk. 2 1 November. Machtiging op den Sultan van Bantam de nalatenschap van den ter dood gebrachtcn rijks bestuurder zich toe te eigenen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende, dat, daar de nieuwe orde van zaken in hel Bantamsche rijk. waardoor de bezillingen van ieder individu wordt gewaarborgd en derzelver nalatenschappen aan hunne naaste bloedverwanten moeten vervallen, nog niet is geïntroduceerd (') en boven des de op heden gefusilleerde rijks bestierder, l'angerang Warga di Radja, door zijne misdadige handelwijze althans niet heeft gemeriteerd, dat zijne naast hestaandeu, bij uitzondering dier oude instelling, in het bezit van deszelfs nagelaten inboedel zouden worden gelaten.; en tevons aan den nieuw geëligeerden Sullhan van het Banlamsch rijk een blijk willende geven van hoogsldeszelfs toegenegenheid en vaderlijke zorgen om den Sulthan in de gelegenheid Ie slellen om zich op eene, aan zijne hoge charge IJGSvenredigde wijze te kunnen elulilisseren; besluit den Sullhan van Banlam te auloriseeren en te lualiflceeren zoo als dezelve wordl geautoriseerd en gequali nceerd bij deze, om den meernielden boedel van den pangerang O He Banlamsclii' adat luidde, dal de Snllh.iu. des verkiezende, elke nalaten- M ™l' vuil een zijner oudenlanen kon naastcu. 1808. H. W. DAENDELS. 358 Warga <li Radja aan te slaan en zich toe Ie eigenen en denzelven tot dat einde te agterhalen en te doen agterhalen, weiwaards dezelve zich door het rijk van Bantam verspreid mogt bevinden. 26 November. Eed-formulier voor den rijksbestuur der van het Danlanuche rijk. Ik beloove en zweere, dat ik Zijne Majesteit den Koning van Holland als opperheer van het rijk van Bantam en zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal en de Baden van Indien als hoogstdenzelven representerende gehouw en getrouw zal zijn; dat ik den dienst van rijksbestierdcr over hel Bantamsche rijk met alle ijver en vlijt zal waarnemen tot welvaart van land en volk: dat ik den Sulthan het behoorlijk respect zal bewijzen, doch geene bevelen van zijn hoogheid zal uitvoeren, als die door den prefect van bet Hollands gouvernement aan hem gegeven zijn, navolgens de instructie, door den Koning vóór het aanvaarden van den Bantamsche troon plegtig bezworen; dat ik waken zal tegen alle onwilligen, die zich in hel Bantamsche rijk zouden mogen verloonen, en den prefect zal informeren van alle zaken, die legen de goede rust van hel rijk, hetzij door den Sulthan of anderen, mogten geprojecteerd of ondernomen worden. Op den :J7 slen November 1808 werd deze rijksbestierder, die den titel Aria voerde, tot Pangeran verheven. 26 November. Inlijving bij het Balaviaxche gebied van de landen Sading, Djadnga, enz. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende, dat de verwaarloosde staat van policie, waarin de nieuw van hel Baulamsch rijk afgenomene 1808. H. W. OAENDELS. 359 en hij de Bntaviasche oninielanden gevoegde landerijen Sadine 8H Djasinga en het Oostelijke gedeelte van het rijk van Hautain. loopende van het regentschap Tangerang langs de rivier Tjidanie tot over de rivier Tjikandie, verkeeren, vordert, dat daarin spoedig en efïicatieus worde voorzien en geregeld op de zelfde voet en wijze, als ten aanzien der ommelanden van Batavia is geadopteerd: en tevens ter voorkoming van alle duhiteilen het gedacht territoir van hehoorlijke limiet-scheidingen willende doen voorzien; besluit den drossaarl der Balaviaschc ommelanden, L. Z. Veeckens, te gelasten, zoo als hij gelast wordt hij dezen, zich naar de voorschreven districten te begeven en zich aldaar naar den staat dier landen te informeren en te doen informeren, ten einde op grond zijner verkregen kennis de geschiktste middelen aan de hand te geven om in dezelve eene gelijke inrigting en policie in Ie voeren, als in de ommelanden van Batavia is gerecipieerd: roet verdere last om direct een aan vang te maken nie.l de grensscheidingen van merkpalcn te voorzien, aan de eene kant beschreven of gebrand met het woord Batavia en aan geene zijde naar het Bantamsch ter ritoir met bet woord Bantam: en [wordt hem] tot het in executie brengen van dit laatste poinct authorisatie verleend ten dien einde een geschikt persoon van het kantoor van den landmeter te requireren. Nopens de kampong's, behoorende tot de desa Lenkong, "il ongeveer 50 huisgezinnen bestaande en jaarlijks voor 50 Spaanwhe malteu aan producten opleverende, ontstond geschil bij hel bepalen der grensscheiding tnsschen Bantam e u Djasinga, waarom de Regering den 28 stcn Maart 1809, »ler "eviteering van alle dubiteiten" bepaalde, dal Lenkong bij Djasinga behoorde 27 November. Instructie voor den Sultan van Hautain. Ofschoon de schandelijke en verraderlijke moord, onder het 1808. H. W. DAENDELS. 36 Art. 18. De hospi (aalmeester zal nauwkeurig toezigl houden, dnt alle huishoudelijk geëmploijeerdens en hediendens, die aan hem in het bijzonder ondergeschikt zijn, aan hunne plicht voldoen en, hij gebreken hierin, hun de nodige cor rectien geven of, des nodig zijnde, mei den commissaris van oorlog of plaatselijken militairen commandant zoodanige schik kingen tot behoud van goede orde en nakoming van plicht heraamen en uitoeifenen, als de omstandigheden vereischen zullen. Art. 19. Hij zal met de meeste oplettendheid zorgen, dat de uiterst mogelijke zindelijkheid in alles worde onderhouden : dat het linnen of catoene goed behoorlijk gewasschen en de lijders naar vereisch verschoond, de legplaatsen der lijders, met het geene er toe behoord, behoorlijk gereinigd en de wanden gewit worden; dat de vloer, na vooraf met nat zand of bladeren bestrooid te zijn, ten minste twee maaien daags geveegd en een of meer maaien in de week worde geschmbt. Arl. 20. De legplaatsen, met hetgeen er toe behoord, der gestorvenen moeten, schoon zij ook gereinigd zijn, rfiet weder gebruikt worden, dan na een geruimen tijd behoorlijk gelucht te zijn. Art. 21. Vooral moet ook toegezien worden, dat aan geene zieken, ninl met scabies of diergelijken uitslag behebt, four nitures worden gegeven, welke te voren door dergelijke zieken zijn geoccupeerd geworden; moeiende ook het linnen, enz., door deze gebruikt, afzonderlijk gewasschen en gehouden worden. Arl. 22. Van onverwagte gebeurtenissen en van het over lijden van een der lijders zal hij zig door de ziekenvaders dadelijk rapport doen maaken en alles verzorgen, hetgeen tot het begraven der dooden word vereischt. Art. 25. Hij zal toezien, dat geene der hospitaalbediendeus eenige spijze of drank, als ook kledingstukken of eenige andere artikelen, hoegenaamd, aan of voor de zieken verkopen ofali encren of dat door geen hunner van zieken, gekwesten of overledenen in het hospitaal het minste geschenk ontvangen, 1808. H. W. DAENDELS. 360 oog van den nu van den Banlamschen troon vervallen verklaarden Koning, Paducca Sirie Sultan Aboel Nazar Mohamat Ishak Sainoel Mofakier, en zijne raadslieden en wel bijzonder op insligalie van den verachtelijken rijksbeslierder, den pangerang Warga di Had ju. aan den eersten ambtenaar van 't Hollandscfa gouvernement, den commandeur Pieler Philip du Puy, en eenige mindere dienaren gepleegd, aan zijne excellentie! den Maarschalk en (Gouverneur Generaal, Herman Willem Daendels, genoegzame en billijke redenen gave om de waardigheid van Koning over het Bantamsche rijk voor altoos te vernietigen en af te schallen, Ie meer daar opgemelde Koning, wel verre van zijn schuldig hoofd in den school der genade en vergiffenis te leggen, op een halstarrige wijze heeft van de hand gewezen de gelegenheden, die hem 10l het verkrijgen derzelve gegeven waren, waardoor zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, als representerende Zijne Majesteit den Koningvan Holland, zich ter handhaving van de eer en waardigheid van het Hollaiidsch gouvernement vcrpligt heeft gevonden om hem daartoe door militaire maatregelen te noodzaken en waardoor dan ook hel kasteel, de Diamant, hetwelk tot een verblijfplaats heeft gediend van de Baulamsche Koningen, met alles, wat daarin is, is geworden- een eigendom van den overwinnaar, zoo heeft zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Ge neraal echter uit consideratie over de onschuld van den Kroonprins, den paugerang Ratoe Alie Oedien, aan die onge hoorde schandaad, waardoor de nagedachtenis van het aloude Bantamsche Koninklijk geslagl voor eeuwig is bevlekt geworden, op denzelve wel een gunstig oog willen vestigen en daardoor aan hem en de Bantamsche onderdanen willen toonen, dat, zoo zeer als het Hollaudsche gouvernement niet wil en nimmer dulden zal, dat hetzelve op eeuigerlei wijze worde beleedigd, ook aan de andere zijde genegen is zich te schikken naar de oude gewoonte van hel Bantamsche rijk, dewelke steeds mede heeft gebragt, dal hetzelve door Koningen is bestierd: en uil welke consideratie hoogstgemelde zijne excellentie bij hoogst deszells besluit van den 2\'" November dezes jaars gcmclden 1808. H W. DAENDELS. 361 pangerang Ratoe Mie Oedien heeft aangesteld tot Sultan van het Banlamsche rijk onder de volgende condilien en verpligtingen : Art. 1. Dat de op de kust van Surnalra gelegene en in den jare 1755 door de voormalige Compagnie ter beheering aan den Sulthan Aboel Moehalie Mohamad Wasie Halaniicn in leen afgestaane Lampongsche provintieu voortaan van hel Bantamsehe rijk zijn afgescheiden en geheel en al sorteren zullen onder het lieslier van hel Hollandsch gouvernement, zender dal de Koning zich daarmede in het minst zal mogen bemoeijen of daarin eenige hevelen geven.' Art. 2. Dat de Sulthan in zelver voege geen hel minste regt zal hebhen eenig gezag uit te oell'enen over de landen, liggende langs de rivier Tjidanie tot 500 roeden beoosten de rivier Tjinianderie. als ook niet over de landen Sading en Jessinga, al dewelke van het Banlninsr.he rijk afgezonden en gevoegd zijn bij de ommelanden van Batavia om geheel en al door het Hollandsch gouvernement, zonder bemoeienis van iemand anders, Ie worden bestierd. Art. 5. Dat de Sulthan verpligl. zal zijn op een pleglige wijze trouwe en gehoorzaamheid te zweeren aan Zijne Majesteit den Koning van Holland, als souverain vorst en opperheer over hel Bantamsehe rijk, en voorts aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal en Raden van Indien als hoogstdenzelven representerende. Art. 4. Dat de Sulthan zich onderwerpen zal aan een zoodanig reglement, als hem door het Hollandsch gouver nement zal worden voorschreven en geschikt zal zijn om, zoowel hem. als den pangerang, pangawas, hoofden en ge meene onderdanen een gevestigd genot Ie doen hebben van een welvaart, waarvan zij bevoorens geen denkbeeld hadden. Art. 5. Dat de Sulthan de orders zal respecleeren en obedieren, die hem door den prefect, die het Hollandsen gou vernement represenleerd, zullen gegeven worden en geene nieuwe uitvaardigen, nog lasten of contributien op de onder danen leggen zal dan overeenkomstig de bevelen, door den prefect gegeven ol door denzelven goedgekeurd. 1808 H. W. DAENDELS 362 Art. 6. Dal hij dm rijk bestierder, — die door hel llollandsch gouvernement word aangesteld en de generale uitvoerder is der hevelen: dewelke bezweeren zal, dat hij geene andere orders zal uitvoeren dan de zoodanige, die door den prefect aan den Sulthan gegeven en goedgekeurd zijn, — niet zal nood zaken tol het ohserveeren van eenige andere orders, hoegenaamd. Art. 7. De domainen en inkomsten, bevorens lot het hol van Bantam behoord hebbende, zullen voortaan worden verpagt en gelieven door hel Hollandsen gouvernement en de Sulthan jaarlijks in persoon genieten een somma van 15000 Spaansrhe matten; echter zullen aan den Koning bovendien verblijven de passer van het land Krekel, die nu jaarlijks verhuurd is voor . Sp. m. 108 de Blahan » » 160 het verkoopen van bulleis aan de suikermolens.. » » 170 de pacht van de pinang en zoete appelen » • 80 » ö kapok » » 70 'l zout op Waliekoekon » » 60 » • » » ■ Panetjikan ■ • 35 • » Boejanagaoe » » 50 » sirie en kalk op Tanara » » 150 » buHel-slagterijen » • 540 » kapok Ceram » • 1 20 » praauw balok en brandhout op Tjabambaij » ■ 204 » gember en toebak op Margalango » » 126 » visch op Torrate » » 1592 » passer op Ceram ■ " 024 » ïjilegon « . 264 » » '> Margalango » » 180 » » • Margasana • • 108 » » • Kalodra » » 192 » » » Tjidasirie » » 54 • » » Passir lanie » » 72 • » » Goelatjies " » 56 zullende in den vervolge niemand van de Bantamsehe grooten, wie bel ook zij. van hel betalen van pacht onllievcn zijn. 1808. H. W. DAENDELS. 363 Art. 8. Dr tegenswooTtHge pangerangs en andere hoofden worden gecontinueerd in hunne rangen, doch zal de Sulthan geene andere of nieuwe creëeren mogen of aanstellen, hetwelk geheel en al aan den heer Gouverneur Generaal zal zijn overgelaten. Art. 9. Ook zal de afzetting van regenten en andere ambtenaren op geenerlei wijze door den Sullhan mogen ge schieden, maar hij daartoe verzoek kunnen doen aan den heer Gouverneur Generaal, indien wettige redenen die afzetting noodzakelijk maken. Art. 10. Echter zal de Sulthan het regl liehheu om hun mindere stralie op te leggen en ook om te mogen disponeren over de aanstelling en afzetting van mindere dienaren, die tot zijn huis behoren. Art. 11. Aan de pangerangs en mindere hooiden zullen worden overgelaten zoo vele rijstvelden en volk, als een ieder lot zijn onderhoud, gevolg en diensten nodig heelt, en zal de Sulthan zijne broeders, neeven en verdere pangerangs en hoofden met alle bescheidenheid behandelen. Art. 12. Het Hollandsch gouvernement uit het Bantamsche lijk, builen de opgemelde domeinen, geene andere voordeelen willende trekken, als uit den aanplant van kofïij en peper kunnen voortvloeljen, zal de aanplant daarvan met kragt ge schieden onder het toezicht en directie van daarover aan te slellenr Europeesche opzienders. Art. 15. De Bantamsche onderdanen, die den aanplant doen, zullen daarvoor worden beloond navolgens de bepalingen, bij het reglement vast te stellen. Art. 14. Ter bevordering van den aanplant zullen door den prefect over het Banlamsche rijk de daartoe het best geschikte plaatsen worden uitgekozen en de daarover aan te stellen opzienders wonen ter plaatze, waar die aanplantingen geschieden, zonder daarin door iemand hoegenaamd te worden gehinderd of gemolesteerd Art. ir>. Aan den prefect van het Bantamsrhe rijk zal door hel Hollandsche gouvernement een plaats 10l zijn verblijf en 1808. H. W. DAENDELS. 364 (lat van de meer benoodigde dienaren worden aangewezen, waarin de Sullhan verpligt zal zijn de gevorderd wordende assistentie te bewijzen. Art. 16. Het Hollandsen gouvernement volk noodig heb bende lot de exstructie van eenige sterktens of andere werk zaamheden, zal hetzelve door den Sullhan geleverd en die arbeiders door het gouvernement betaald worden. Art. 17. Alle Europeesche of inlandsche overloopers, die zich in de landen, die aan den Sulthan ter beheering worden overgelaten, zouden willen verschuilen, zullen op zijn order opgezogt en overgegeven moeleu worden, zoo als mede alle menschendieven en slaven, deserteurs, zonder onderscheid, zullende de opvatters voor hun moeite behoorlijk worden betaald. Art. 18. De (ïhineezen, Welangers of Oostersche Javanen, Maleijers, Baliërs, Boegineezen, Maccassaren en andere "volkeren, geene geboren Bantammers zijnde, zullen als voorheen niet onder de jurisdictie staan van den Koning van Bantam en kunnen en vermogen te trouwen met Bantamsche vrouwen en de kinderen, die daarvan voortkomen, zonder eenige uit zondering, almede direct van de jurisdictie van den Koning ontheven zijn. Art. 19. Het lijfeigenschap der Banlammers bij dezen vernietigd zijnde, zal dienvolgende hunne nalatenschappen op hunne wettige descendenten of die zij daartoe mogten verkiezen, overgaan, zonder dat, gelijk bevorens, derzelver bezittingen bij overlijden aan den Sullhan zullen vervallen. Art. '20. De Sulthan zal gehouden zijn de wegen en bruggen in 'I Bantamsche te doen maken en onderhouden navolgens de orders, die hem daartoe door den prefect zullen worden gegeven. Art. SI. Om voor altoos een exempel van slraiïe te stellen over den gepleegden moord aan 's Lands eerste ambtenaren en mindere dienaren zal het fort, de Diamant, hetwelk door de militaire magt is geforceerd en ingenomen, worden af gebroken en gedemoliecrd. 1808. H. W. DAENDELS. 365 Art 22. De Sullhan zal verpligt zijn zich met toestemming van het Hollandsch gouvernement een ander verblijf uit te kiezen, tol welkers oprigting hij door ile Bantamsche onder danen zal worden geassisteerd, ten ware hij verkoos in liet huis, tegenwoordig door hem bewoond, te verblijven, hetwelk hij dan na zijn genoegen kan laten veranderen. Art. 27>. De tempel en de graven van de Banlamsche vorsten zullen blijven ter plaatse, waar die zijn, en de Sullhan en zijne familie de permissie behouden als voorheen daar don godsdienst te verrigten en hunne lijken te begraven. Art. 24. De justitie zal in het Bantamsche op een beter en geregelden voet worden gebragl, zullende ten dien pinde een landraad worden opgericht, bestaande uiteenigeßantanische hoofden, en welke landraad zal worden gepresideerd door een dienaar van het Hollandsch gouvernement. Art. 2'ó. Voor gemclden landraad zal een instructie worden geformeerd, waarna zij zicli zal hebben te gedragen, doch zal het recht van het verleenen yan gralie voor alloos ver blijven aan den heer Gouverneur Generaal, Art. 2ü. Aile verplichtingen van de Banlamsche onderdanen zullen geregeld worden en zal niemand kunnen worden ge noodzaakt eenitre diensten te doen, die daarmede niet over eenkomen, wordende het recht van lijfeigenschap hiermede voor altoos afgeschaft Art. 27. Alle producten en voortbrengselen van het land, item het maken van lijwaten en andere handwerken zullen vrij verhandeld en verkogt mogen worden ter plaatse, waai de eigenaar die brengen zal, zonder aan andere lasten onder hevig te zijn. als bij het reglement zal worden bepaald. Art. '28. Alle vorige gebruiken en hadats, die tot verne dering strekten van 'sLands dienaren, zullen zijn afgeschaft en zal de prefect over het Banlamsche rijk, bij den Koning komende, zoodanig gerecipieerd en ontvangen worden, als bij een nieuw ceremonieel zal bepaald worden. Art. 29. Eindelijk wordt door het gouvernement aan den koning, uithoofde van zijnen bekrompen staat, geschonken en 1808. H. W. OAENDELÖ. 366 kwijl gescholden alle de oude rijkssrhulden tot een bedragen van f Ü2713Ï5, alsmede de schulden, die zijne predecesseurs bij 't gouvernement iu de laatste jaren heblien gemaakt. Art. 50. De Sulthan zal, nadat hij deze instructie of acte van verbintenis plegtig onder den alkoran zal bezworen en geteekend hebben, hetwelk ook door de pangerangs en hooiden zal geschieden op Maandag den 28" November, door eene commissie van wegens zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, mitsgaders de Raden van Indien, publiek tot Sulthan over het Uanlainsche rijk worden geproclameerd, met observant ie van zulke plegligheden, als hij die gelegenheid gebruikelijk en na de tegenwoordige omstandigheden geschikt zullen zijn. Eed voor den Sullhan. Ik helove en zwere, dat ik Zijne Majesteit den Koningvan Holland, als mijn souverain opperheer, en den Maarschalk en Gouverneur Generaal, mitsgaders de Maden van Indien, die hoogstdenzelven presenteeren, gehoorzaamheid en, trouw zal bewijzen in alles, wat van mij gevorderd word: dat ik in allen opzichte zal naarkomen en, zooveel in mijn vermogen is, zal doen naarkomen, hetgeene mij in deze instructie is voorgeschreven en verder zal voorgeschreven worden: dat ik met diepe erkentenis voor de aan mij bewezene gunst de onder mij gestelde Baulamsche onderdanen met redelijkheid behandelen en hunne welvaart bevorderen zal, zonder hen van hunnen wettigen eigendom te ontzetten of hun diensten en belastingen op te leggen, waardoor zij afkeerig zouden kunnen worden van mijn hestier; dat ik mij voorts zal gedragen als een braaf Koning, die de welvaart van zijne ondergeschikten in allen deele behartigt, alleen met onderwerping aan zoodanige dispositien, als het Hollandsch gouvernement, dat mijne wettige overheid is, bij gebreke van dien over mij zal willen nemen. (Onder stond) Op speciale authorisatie van zijne excellentie 1808. H. W. DAÊNDÊLS. 367 den Maarschalk en Gouverneur Generaal hebhe ik (') opgemelden eed, in presentie van de in margine bekend gestelde gecom mitteerdens (-), den Pangerang Ratoe Mohamad Alie Oedien doen voorlezen, dewelke denzelve daarop ten plegtigsle op den al koran bezworen beefl, hetwelk ik hieronder niet mijne gewone handteckeniug en Koning» zegel voor het eomploir Bantam bevestig. 28 November. Proclamatie aan hel Bantamsche volk. Wij, Herman Willem Daemlels, enz. doen te weten: nademaal «Ie voormalige Koning van Bantam, Padoeka Sirie Sullhan Abdul Nnzar Mohamal Ishak Zijnoel Moetakicn, zich niet heelt ontzien om, bestierd door zijne slegte raads lieden en speciaal door de instigatie en medewerking van den veracht dijken pangerang en rijksbestierder Warga di Radja, den eersten ambtenaar van het Hollandsch gouvernement Ie Bantam, den commandeur Pieter Philip du Puy, en noch eeuige andere Lands dienaren in zijn eige dalm op de ver radclijkste wijze onder zijn oog te laten vermoorden en bovendien, als was die schandaad niet berceds misdadig genoeg, de lijken van gemeldeu commandeur en verdere dienaren op de wreedste wijze te mishandelen, hetwelk hij, even wel als de moord zelve, hadde kunnen beletten, over welke, in de Banlamsche geschiedenis nimmer gehoorde euvel daad hij, Sulthan, geen het minst berouw getoond of ver giffenis gevraagd, maar veel eer de gelegenheden van de hand gewezen heeft, die hem lot het verkrijgen van dien gegeven waren, en waaruit dan ook is gevolgd, dat zijn excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal heeft moeten gebruik maken van de aan hoogstdenzelven ter handhaving van de eer en de waardigheid van het Hollandsch gouvernement toevertrouwde middelen om den dalm te overweldigen en den Koning gevangen te nemen; (') W. H. van Ussclilijk. (*) R. vou Lutzow eu G. W. C. van Hotmail. 1808. H. W. DAENDELS. 368 en daar gemelde Koning door dil zijn schandelijk gedrag zich geheel onwaardig heeft gemaakl, om den throon van zijne voorouders langer te bezitten en om die reden op den 21" 1 November door zijn excellentie den Maarschalk en Gou verneur Generaal van zijn throon vervallen is verklaard, waardoor dezelve is komen te vaceeren : zoo is het, dal zijn excellenlie de Maarschalk voormeld, zoo uit cousideratie van de onschuld aan opgemelden moord van den wettigen kroonprins, den Pangerang Ratoe Mohamal Alie Uedien, als uil die van hel respect voor het oude geslagl van de Bantamsche Koningen en het verlangen der natie, en geen gehruik willende maken van 't door al het gebeurde en daarop gevolgde overweldiging van den dalm verkregene regt om de waardigheid van Koning over hel Bantamsche rijk voor altoos te vernietigen en af Ie schallen, heeft goedge vonden op den 21 L " November wederom tot Koning van Bantam aan te stellen den opgemelden Pangerang Ratoe Mohamat Alie Uedien. En daar het gebruik medebrengt, dal die aanstelling op eeue pleglige wijze ter gewone plaatse geschied, zoo heefl meergemelde Maarschalk en Gouverneur Generaal al verder goedgevonden daartoe te benoemen den prefeel van de Jac calrasche bovenlanden, Gerrit Willem Casimir van Molman, en den kolonel en chef der genie, Balthazar Fredrik Willem baron von Lutzow, met volle macht om gemelden Pangerang Ratoe Mohamat Alie Oedien aan den volke voor Ie stellen, zoo als dezelve voorgesteld word bij dezen, tol wettigen Koning van Bantam onder den naam en lilul van Padoeka Sirie Sullhan Abdul Mafachier Mohamat Alie Oedin Gelastende en bevelende aan alle pangcrangs, pangauwas, mindere hoofden en onderdanen van het Hollandseb gouvernement in het rijk van Bantam om gemelden Pangerang Raloe Mohamal Alie Oedien te erkennen, te respecteeren en Ie gehoorzamen als hun welligen Koning, hebbende vermeend zulks alzoo ten nutte en welvaart van hel Banlamsch rijk en volk te behoren. 1808. H. W. DAENDELS. 369 21 Een uiUoerig „project-ceremonieel voor de krooning van •den Koning van Bantam op Maandag den 28' n November »1808" is vastgesteld, waarin o. a. merkwaardig is: dal, na voorlezing van »het manifest" in de Hollandsche en Maleisehe talen, de lioogepriester in bet Arabisch de genealogie der Banlamsche Sultan's moest voorlezen; dat de r' commissaris, slaande aan de rechter zijde van deu Sultan, de rijks-kroon op diens hoofd zoude plaatsen ; dat de Sultan, de kroon afgezet hebbende, zich »na lands »gebruijk" moest laten wegen ; dat hij «alleen" met eene gereed slaande koets naar den lempel zoude rijden, geëscorteerd door een detachement dragonders: dat hij eindelijk, na andere plichtplegingen, voor den (iouverneur-Generaal in het fort Speelwijk zoude gebracht worden, waar hem een diner en negen olliciële toasten, ver gezeld van kanon-schoten, wachtten, zijnde de laatste toast: »de grootmoedigheid van het gouvernement, verleend bij het •geeven der generaale amnestie". 50 November. Regelingen nopens de koeli's, werkzaam aan de versterkingen in de Meeuwen-baai (Bantam). Is besloten, dat aan de onderdanen van Bantam, welke aan de werken in de Meeuwe baai zullen worden geëmploijeerd, drie stuivers, zilver voor ieder dag werkens zal worden uitbetaald en [dat zij] dezelvde ramlsoenen zullen genieten, a 's aan de inlandsche militairen worden verstrekt, uilgenomen de arack. Onder bepaling voorders, dat, ten einde aan de rijstvelden °f andere tak van culture der geëmploijeerd wordende 200 man geen schade worde loegebragt, dezelve alle 14 dagen door 2(jo andere Bantammers zullen worden geremplaceerd. 30 November. Opdracht van het land üjasinga aan den Maarschalk en Gouverneur' Generaal, üaendels. Is goedgevonden en verstaan: 1808. H. W. DAENDELS. 37 gevorderd of toegecigent word, dan alleen met voorkennis en in legenswoordigheid van hem. terwijl de overtreeders hiervan dadelijk uit den hospitaalsdienst moeten ontslagen e « na bevind van zaken aan den rechter overgegeven worden. Art. 24. Eindelijk is het verboden vreemden of vronwen ei > kinderen in hel hospitaal bij de zieken toe te laten, dan 1,1 eenige gevallen met toestemming van den doctor of chi rurgijn-major, die dezelve behandeld; en het is volstrekl ver boden, dat deze in de zalen overnachten. TWEEDE AFDEELING. Dienst van den conlrarolleur of boekhouder. Art. 1. De contrarolleur of boekhouder of aide contra rolleur zullen een van beide den gehelen dag in het hospitaal ''ehonren aanwezig te zijn. Art. ■>. De contrarolleur •of boekhouder zal in de hospi taalen op Weltevreden en Saniarang een jaarlijks tractement genieten van rd" 1200, zilver geld, en in het hospitaal te S°urabaija een tractement van rd 8 900, zilver geld. De aide conlrarolleur. die hein tol zijne adsistentie word toegevoegd, zal een tractement hebben van rd 8 600, zilver geld. Art. 5. De contrarolleur zal de billetten, waarmede de '"komende zieken voorzien moeten zijn, nazien en, in orde bevindende, ieder lijder een billet d'entrée ter hand stellen, hetwelk na bepaling der ligplaats boven of aan dezelve, waar "U geplaatst is. word opgehangen. Art. 4. Hij zal de monteringen en andere goederen der yders hij de aankomst, in hel hospitaal gadeslaan en de door " en aide hospitaalmeester aan hem Ie presenterene lijsten van 'etgeen in hol magazijn gedeponeerd word, in een boek op tekenen, opdat een Leder bij zijn vertrek uit hetzelve het Z /J ,le terug bekome of bij overlijden aan de daartoe gequali 'eeerden worde afgegeven, welk mede op het entree billet w °i"d aangetekend. Art. S. De conlrarolleur zal vier nauwkeurige registers 1808. H. W. DAENOÊLê. 370 Ten eersten: lot een teeken voor de gemeente van de door zijne excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal in Bantam bestreden overwinning heden morgen te twaalf uuren al het geschut van de stads wallen te doen lossen. Ten tweeden: het land Jasinga aan hoogstgemelde zijne excellentie van wegens deze regeering te laten aanbieden tol een blijk harer dankbaarheid voor de opgemelde, heuchelijke gebeurtenis, ten einde over hetzelve in vrijen en vollen eigendom naar hoogstdeszelfs goedvinden te kunnen beschikken. In de resolutiën der Indische Regering van 5 December 1808 is aangeleekend, dat Daendels liet land Djasinga had •geaccepteerd". Hij heeft zulks echter niet langer mogen behouden dan tot den 28 3len Grasmaand 1810, toen te Batavia ontvangen werd eene missive van den Minister van marine en koloniën, gedag teekend 15 Hooimaand 1809, waaruit bleek, dat Z. M. de Koning met de «uitterste bevreemding" had bespeurd, hoe de Indische Regering door het wegschenken van het land Djasinga zich een souvereiniteils-recht had aangematigd, het geen alleen aan Z. M. toekwam, weshalve de gift »geannulleerd •en buiten effect" gesteld werd. Ter zijner verontschuldiging schreef Daendels naar Neder land, dat hij, «hoe zeer met een geoorloofde vooruitzicht op • eigen voordeel, nogthans het land Jasinga minder om die • reden had geaccepteerd, als uit een poinct van ambitie om • hetzelve te trekken uit den staat van woestheid, waarin •het zich te voren bevond en door het oponthoud van roovers •en kwaad volk tot een geessel was van de ommelanden". Voor zijne ten behoeve van Djasinga gedane uitgaven veT langde Daendels geene «compensatie". 2 December. Opheffing van het hospitaal, verbonden aan hel pennislen-geslicht te Batavia. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Geueraal, 1808. H. W. DAENDELS. 371 m aanmerking nemende, dat hij de vereenvoudigde inrichting der geneeskundige dienst te Batavia en de complete organisatie van 's Lands buiten-hospitaal hel onnoodig is geworden om een bijzonder hospitaal voor hel gesticht der pennislen aan te houden: besluit het gedachte hospitaal finaal in te trekken, zoo als geschiedt bij dezen, mei qualificatie op de directeuren van het gedachte instituut om, bij indisposilie der pennisten, dezelven naar hel buiten hospitaal te doen overgaan, ten einde aldaar op dezelvde voet en wijze behandeld te worden als de offi cieren van 's Konings armee en marine. 3 December. Machtiging op het collegie van Boedel, meesteren y>om, lot dal hel fonds van onbekende erf yenaamen en kamer ongelden weder toereikende zal zijn, dr rootschotten, welke door gedagle kollegic bij hel cinaiicipeeren van slavinnen, die bij haar insolvent over leden lij/heercu kinderen hebben verwekt, worden ver strekt, te betalen uit de inkomsten der belasting, op het emancipeeren van lij feigeuen door CfUneezen en inlanders gesteld'. 3 December. Intrekking van hel bepaalde op 50 December 1800 nopens hel uitzetten van gelden door hel collegie van Weesmeesleren. Het kollegie van Weestmeesleren vertoond hebbende, dat "et besluit dezer regering van den 30" December 1800, waarbij de respective kollegien worden gdast om, ter tcgemoed koming der in verval zijnde wagen-verhiiurdeiijen, van de ca pitaleii. bij hun op dezelve beleend, voor eerst en lot nader °rder, instede van een half, een quart percent ler maand te laten betalen, zeer tot nadeel en bezwaar van de inkomsten « e r kamer is strekkende, alzoo aan de pupillen zelfs drie achtste ten honderl ter maand werd te goed gedaan en daarenboven, builen de gewone renlen, een merkelijk getal 1808. H. W. DAENDELS. 372 behoeftige kinderen uit de kamergelden werden onderhouden, zoo is goedgevonden en verstaan, met intrekking van voor noemd hesluit van den 5ü en December 1800, hun Eerwaarden wijders te permitlceren om de hun aanbelrouwde capitalen uit te zetten op zoodanige renten, uls zij ten besten en meesten voordeele noodig zullen oordeelen, mits echter niet excedeerende een half percent ter maand. 5 December. Benoeming door de Indische Regering van een Balaviasehen predikant tol professor honorair in de theologie. In aanmerking genomen zijnde de langjaarige dienstver rigliuge van den thans eenig overgebleeven predikaat van de Hollandsche gereformeerde gemeente alhier, Johan Theodorus Ross, en de bereidwilligheid en onvermoeiden ijver, waarmede hij ilie eerwaardige bediening steeds waarneemd ten genoegen en goedkeuring van dezelve gemeente, zoodat hij daardoor en door zijne roemenswaardige talenlen in de verkondiging van Gods woord en zijn onbesproken wandel de algemeene achting en genegendheid heeft verworven: en daar deze allezints loffelijke verdienslen eenige belooning meriteereii, zoo is met goedkeuring van zijno excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal goedgevonden en verslaan denzelven aan te stellen tot professor honorair in de theologie, onder bet genot van eene extra toelage van rd" 2000 's jaars boven het thans door hem genoten wordende vast jaarlijks tractement; en zal hiervan aan den kerkenraad der voorzegde gemeente worden kennis aegeven. ~- December. Voorschriften nopens den verkoop van opium. Nademaal ons te voren is gekomen, dat de pachter van den invoer en verkoop vau amfioen te Batavia, dies ressort en het Bantamsche rijk zich zonder de nadere voorziening dezer 1808. H. W. DAENDELS 373 regering niet genoegzaam in staat zal bevinden den clandes tienen handel in dat artikel naar vereisen Ie kunnen tegen gaan, zoo is hel, dal wij, hierin willende voorzien, op den ">"' dezer in Rade van lndie goedgevonden hebhen te statueeren, gelijk gestatueerd word bij dezen: dat, bij aldien eenige clandestine handelaars in amfioen zich bij achterhaling legen hel volk van den pachter komen te verzetten, de potia's, zoo van de bazaars, als die der suiker molens, en alle de hoofden in het Bantamsche rijk gehouden zullen zijn het volk van den pachter te adsisteeren en dat, zulks voorvallende in de canipongs, de wij knieesters, manda doors en campongs volkeren tot een gelijke adsistenlie zullen verplicht wezen; dat de polia's van de suikermolens, aan wie de handel in gekookte amfioen voor hunne boejangers is gepermitteerd, voortaan niet meer op particuliere wegen en plaatsen dien handel zullen mogen drijven, zooals thans plaats vind: dat de amfioen, welke gouvernements wege is verkochten door de inwoonders alhier nog word bezeten, voor ultimo dezer maand door hen zal moeten worden van de hand gezet of, tot dat hun de gelegenheid tot den uitvoer daarvan zal voorkomen, in 's Lands pakhuizen worden geborgen, dnn wel, zulks verkiezende, aan het gouvernement, /.al kunnen worden teruggegeven voor de prijzen, waarvoor die bij hetzelve is ingekogt: en eindelijk dat het den pachter zal vrijstaan alle de bollen amfioen bij verkoop te mogen tjappen en de ongetjaple te a gterhalen en te ronfisqueeren. '•elastende -en bevelende den drossaard der Balaviasche om melanden, den hailluw dezer stad en den prefect Ie Bantam, alsmede een ieder, dien het zoude mogen aangaan, den inbond dezes stiptelijk te agtervolgen en Ie doen agtervolgen. En opdat niemand hiervan eenige onwetendheid zoude kunnen voorwenden, zal deze, zoo ter dezer hoofdplaats, als op de pre fecture Bantam gepubliceerd en in de Chineesche en gewone "ilandsche talen worden geaffigeerd ter plaatse gebruikelijk. 1808. H. W. DAENDELS. 374 6 December. Bepaling van de hoeveelheid kruil voor kardoezen. Is besloten, dat voortaan bij de kardoezen voor alle calibers de ondervolgende quantiteit kruit zal worden ge bruikt, als: tot de scholen met rnndscherp een derde gedeelte der zwaarte van de kogel van 't kanon; tot de schoten met druiven of blikke doozen voor de veldstukken en voor de zwaardere calibers, mede een derde van de kogel zwaarte; wijders dal de saluten, dewelke van de havens gedaan worden, met een derde van de kogel zwaarte zullen geschieden en dat tot de andere saluten, alsmede bij de exercitien, een zesde gedeelte van de kogel zwaarte zal worden gebezigt. Zie ook 15 Lentemaand 1810. 6 December. Voorziening in de behoefte aan rijst en oltj van de militairen Ie Builenzorg en Ie Djasinga. Is besloten, dat de gewone verstrekkingen aan de troepes op Builenzorg en Djasinga van olij en rijst voor den minst verkrijgbaaren prijs zullen worden ingekogl en verstrekt, en dat mitsdien zal cesseren de verstrekking van gemelde arti kelen uit de magazijnen te Balavia: wordende de schout, Halewijn, belast met den inkoop op de minst kostbare wijze van nieermelde artikelen, voor zooverre benodigt. 7 December. Vcrhooging der Iractemcnlen van de klerken op hel bureau van den commissaris van oorlog voor de divisie Batavia. De I l ' klerk kreeg 40 in plaats van 16 rijksdaalders 'smaands; de 2" 55 in plaats van 20 en de ">' .ïO in plaats van 20 rijksdaalders. 1808. H. W. DAENDELS. 375 7 December. Regeling der uitbetaling van traktementen aan militairen in het Builenzorgsche. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat voor de militairen, gedetacheerd op Buitenzorg en op het land van Jasinga, de inkoop van alle noodwendigheden aan deze troupes duurder dan ter hoofdplaats Batavia komt te slaan, terwijl bovendien op het land Jasinga de grove, kopere munt geheel ongangbaar is; besluit, dat de tracteraenten dier troupes, voor zoover dezelve op Buitenzorg guarnizoen houden, zullen worden uitbetaald voor de helft in zilver geld en voor de wederhelft in papieren van credit en koper munt, terwijl het menage-geld conti nueren zal in kopere munt betaald te worden: dat wijders aan de troupes, op het land Jasinga gedetacheerd en aldaar bet gebruik der Japansche kopere munt missende, derzelver tractementen zullen worden uitbetaald geheel in zilvere muntspecie, als mede het menage-geld, doch zonder de verhoging, welke aan de troupes in en om Batavia geaccor deert is; voorts, dat de tractementen der officieren, behoorende tot de generale staf op Buitenzorg, uit aanmerking der extra ordinaire depenses, waaraan dezelve bij continuatie subject zijn, even als op Samarang, mede alhier uitbetaald zullen worden de helft in zilver en de wederhelft in papiere munt, zonder intermissie. Den 13' n December 1808 is deze regeling ook toepasselijk verklaard op de militairen, te Tjiandjoer gecantonneerd. 7 December. Regeling van hel ceremonieel, in acht Ie nemen door den prefect en den Sultan te Bantam. Art. l. Er zal geen ceremonieel plaats hebben als bij gelegenheid, dat de prefect eene buitengewone audiëntie bij den Koning zal gevraagd hebben. 1808. H. W. DAENDELS. 376 Art. 2. Bij die of dergelijke, ofïicieele gelegenheden, dewelke aan de omstandigheden worden overgelaten, moei de prefect, na alvorens den Koning van de reden van die ontmoeting te hebben doen informeren, door vier zendelingen afgehaald en hel ceremonieel van de zijde der Bantammere geobserveeri worden bevorens gebruikelijk. Art. 5. De prefect, na den Koning gaande, zal zich doen dekken door een groote paijong. van binnen geheel verguld en van buiten met een vergulde rand van een voel breed en overigens ligt blaauw geschildert mei een vergulde knop; dezelve zal door een eigen bediende moeten gedragen worden tot aan de woning van den Koning, wanneer die moet worden overgenomen door een hofmeid met de gecle hof band om den hals. Art. 4. De Koning zal, bij het binnen komen van den prefect, van zijn zetel opstaan en hem tot aan den ingang te gemoet komen, wanneer de prefect, tot hierloe gedekt zijnde, den Koning groet, tegelijk dal zijne hoogheid dezelvde pligtpleging aflegt, en, zich wederom dekkende, plaats neemt aan zijn hoogheids regier hand, wanneer hij zich vervolgens na verkiezing kan ontdekken Art. 5. Ingevalle het ceremonieel mogt vorderen, dat de Koning in het publicq verschijnt en de prefect daarbij dient present te zijn, zal hetzelvde worden geobserveeri, moetende de prefect den Koning gedekt bij de regterhand leiden met de paijong boven zich. Art. (i. Als de Koning bij den prefect komt, zal bij hel ingaan van Speel wijk of elders, alwaar die ambtenaar verblijf houdt, voor hem drie roilels geslagen worden en zal de prefecl hem recipieeren binnen hel buis ;ian den ingang, doch zullen mindere dienaren hem ontvangen voor of builen dezelve. Art. 7. Zoowel de mindere Lands dienaren, als de prefect zullen te voel. met rijtuig of te paard kunnen gaan en rijden, waar zij willen, zonder dat hun daarin eenige hinder zal mogen worden loegebragt. Echter zullen zij zich menageeren in 's Konings woning of thuinen te komen zonder voorkennis. 1808. H. W. DAENDELS. 377 Art 8. Als de prefect of andere dienaren den Koning op weg ontmoeten, zal een ieder den halven weg nemen en, elkander groetende, passeeren, docli zullen de gemeene militairen voor den Koning front maken. Ail. 9. Als de prefect officieel na den Koning gaat, zal hij een lijfwagt voor zich laten uitmarcheeren, hestaande uil een sergeant, een corporaal en twaalf genieenen. Art. 10. Bij alle andere gelegenheden, als de prefect hel noodig oordeelt, zal de Koning bij hem moeten komen, wanneer het ceremonieel word geobserveert, hij artikel (i bepaald. Art. 11. Hij aankomst van den prefect op Bantam zal hij den Koning daarvan doen verwittigen, die liem daarop een ver welkomst-visite zal doen, alvorens hij die hij den Koning aflegt. Art 12. Overigens word het aan den prefect en Koning overgelaten om elkander familiaar zonder ceremonie Ie ont moeten na welgevallen: zullende hij, prefect, in alle gevallen zorgen voor de handhaving van de waardigheid, die hij re presenteert, en in zelver voege zorgen, dat de Koning eazijne hol'groolen, zoowel van de zijde der Europeezen, als van zijne eigene natie, behoorlijk in zijne waardigheid werde gerespecteerd. S December. Verstrekking van rijst en olij aan officieren van gezondheid. Is hesloten de verstrekkingen van rijst en ol ij voor de officieren van gezondheid te hepaalen, gelijk dezelve bepaald wordt hij dezen, op zoodanigen voet, als volgens tarief van randsoenen voor de suhalterne officieren dei 1 armee in Indien n a hunne rangen is gereguleerd en vastgesteld. En de, ver strekking daarvan te laten ingaan met den eersten dezer. 8 December. Uitbreiding van het personeel hij de werf f e Rembang. Aan dat personeel werden toegevoegd: 1808. H. W. DAENDELS. 378 twee opper- en twee onder-tinimerlieden, een baas smid, een blokken maker, een boekhouder, drie schrijvers. 9 December. Bepaling, dal aan zieke kettinggangers voor n zieke-kost" uitbetaald zoude worden een stuiver. in plaats van een duit, per dag. 11 December. Voorwaarden voor de vetpachting van de sjahbandarijen en van 's Lands domeinen Ie Chefibon. Art. 1. De verpagting zal geschieden als van ouds bij den opslag en gedirigeert worden door den prefect, ten overstaan van den negotie-boekhouder, pakhuismeester en geadsisteerd door den scriba als secretaris. Art. 2. Op Gbcribon zelve zullen de Ie verpagtene do meinen opgeveild worden, dog men zal dezelve onderscheiden in die gehoren tot Cheribon, als van Lossarie tot aan Astanie en van daar die, welke onder ludramaijoe gerekend worden, tot aan Papariang. Art. 5. De tijd dezer verpagting zal slegls een jaar duuren, dog die van het zout vijf jaaren, onder deze voorwaarde nogthans, dat, vermits dit articul nog nimmer is verpagt ge worden en uit dien hoofde door den pagter Ie hoog kan worden aangeslagen tot zijne aanmerkelijke schade of te laag tot prejudilie van het gouvernement, het aan het gouvernement uit consideratie dei 1 bovengemelde omstandigheid, zoowel als aan den pagter zal vrijstaan om met het uiteinde van hel eerste of tweede jaar de pagt öf van de zijde van hel gouvernement in billijkheid te verhogen dan wel op nieuw publiek te doen verpagten, öf van de zijde des paglers dezelve Ie abandonneren, mits in dat geval de pagt door het gou vernement aan den pagter of wederkerig door den pagter aan het gouvernement zes maanden voor de expiratie van 1808. H. W. DAENDELS 379 het lopende jaar worde opgezegt, terwijl overigens na omme komst van de twee eerste jaren de voorschreven restrictie voor de volgende jaren geheel zal wegvallen, hetzij dat de eerste pagter in de eerste pagt blijft continueeren of dezelve op nieuw worde gevenduceerd. Art. 4. De zout-pannen alhier, als het eigendom zijnde van den gemeenen Javaan, zullen in zoo verre worden ver pagt, dat de eigenaren zullen verpligt zijn om dezelve in de daartoe geschikte lijden te bewerken; tevens zal het almede de pligt van den prefect zijn otu te doen zorgen, dat voor schreven zout-pannen onder het opzigt van den pagter be hoorlijk bewerkt worden: voorts zal door de eigenaren der zout-pannen al het zout, dat van dezelve zal worden ingezameld, aan den pagter moeten worden gelevert tegens de volgende betaling. Art. 5. Op Cheribon de coijang van 30 picols tegen rd 9 5: — zilver geld te Gabang » 5:16 » » » Lossarie » 3: — » » » Papariang » 3: 6 » » » Indramaijoe » 4: 55 » » en zal de pagter de vrijheid hebben om, boven hel opgemeld inkoops kostende, op ieder coijang bij debiet rd' 1"> te ge nieten, behalven de ongelden van het transport. Art tl. De pagter zal niet verplicht zijn eenig zout aan het gouvernement te leveren, doch zal hel benodigde zout. dat op Carrang Sa m horig aan de kofïij-pakhuizen word ver kogi, moeten fourneeren, waarvoor egter aan hem zal betaald worden rd* 20, terwijl aan den prefect is aanbevolen om toe te zien en te waken, dat de bepalingen, bij art. 3 en 0 voorkomende, stiptelijk worden agtervolgd. Art. 7. Tot het mijnen der paglen zullen toegelaten worden, niet alleen alle Chineesen en andere inlanders, welke zich daartoe genegen bevinden, maar ook Europeeserie en mlaiidsche Christenen, mits geene ambtenaren zijnde; en zal z ig derhalveu ook niemand, onverschillig wie dil zijn moge, 1808. H. W. DAENDELS. 38 houden van alle inkomende, uitgaande en gestorvene personen in het hospitaal, het eene voor de militairen, het tweede voor 't scheeps volk van 'sKonings en andere HoUandsche schepen, hel derde voor vrepinde zeevarenden en het vierde voor par ticuliere personen, met een exacte onderscheiding, hij wal corps of waartoe anders dezelve hehoren. Art. 6. Van de dagelijksche veranderingen hierin zal hij iedereu morgen een generaal rapport inzenden aan den com missaris van oorlog en plaalselijkeu militairen commandant en aan den doctor of chirurgijn principaal van hel arrondissement, waarop tevens het getal officieren en hel getal der ledige ligplaatsen zal aangetekend slaan. Art. 7. Bovendien zal hij maandelijks aan den doctor of chirurgijn principaal van het arrondissement een dergelijk rapport inzenden, waarbij levens is uitgetrokken hel geheele getal der verpleegdagen geduurende die maand. Art. 8. Hij zal maandelijks een nominatif extract uit zijn regisier van ingekomene, uitgegaane of gestorvene manschappen opmaken, waarin de manschappen, voor ieder corps of schip, enz. afgezonderd, elkander behoren te volgen, en zulks aan den commissaris van oorlog inzenden om geverifieerd aan den commissaris ordonnaleur te worden gezonden. Art. 9. Hij verlrek van reconvalescenten of herstelden uit het hospitaal zal de contrarolleur in hel hoek der registratie van de goederen aantekenen, hetgeen terug gegeven word, en voorts de nodige passen vervaardigen en aan dezelve, na alvorens door den chirurgijn-major of doctor van hel hospitaal te zijn getekend, door den hospitaalmeester deze laten af geven; op deze passen zal hij tevens specificeeren den tijd van verpleeging in het hospitaal en voor de zeevaarenden en die, welke zulks nodig hebben, het reisgeld of verschot. Art. 10. Om de drie maanden zend de contrarolleur of boekhouder een schriftelijk rapport aan den commissaris van oorlog, gecontrasigneerd door den hospitaalmeester, van de goederen der overledenen, welke zig volgens zijn register in het magazijn bevinden en niet afgehaald mogten zijn. 1808. H. W. DAENDELS. 380 hebben te onderstaan door zijn meerder aanzien, credit of invloed, dan wel beloften, giften'of op eenige andere wijze anderen af Ir schrikken of terug te houden om deze ver pagtingen mede Ie komen bijwonen of op de daarbij opgeveild wordende domeinen te bieden, sub poene, dat, bij ontdekking van dien. de schuldigen daarover ten strengslen zullen worden gestraft. Art. 8. Zoodra iemand eenige pagt zal hebben gemijnd, zal bij terstond twee sufficiente borgen moeten stellen tot volkomen genoegen van hel gedagte hoofd der plaatze, welke mede voor derzelver deugdzaamheid zal aansprekelijk wezen, en welke borgen na het aflopen der verpagling zig dadelijk, met en benevens den pagter, bij een secretaricele acte, elk in solidum en onder renuncialie der benefirien ordinis, divisionis, el excussionis, zullen moeten verbinden lot de prompte vol doening der paglpenningen op de daartoe vastgestelde lijden. Art. 9. Bij aldien hel egter gebeuren mogt, dat iemand der gemelde pagters zig niet in slaal bevind sufficiente borgen te kunnen stelten, dan wel in gebreke komt te blijven de pachl-penningen op de gezette termijnen te voldoen, zoo zal als dan de door denzelven aangeslagen pacht weder op nieuw worden opgehangen en aan den meesthiedende afgestaan, en wel voor reken ing van den eerslgemeldeii pagter, indien namelijk dezelve minder mogt komen te rendeeren, als waarvoor die eerst door hem was aangeslagen, en zonder dat bij in het contrarie geval iets hel minste van het meerder betaalde zal vermogen te pretendeeren of eischen, terwijl daarenboven ook tegen den nalatige in de betaling zoo wel als diens borgen zal voor! geprocedeerl worden met parate executie op hunne personen en goederen. Art. 10. lngevalle een der pagters slaande de pagttijd mogt komen te overlijden of op een andere wijze ahscnl Ie geraken, in zoo een geval zullen de executeuren van den overleden of absenl geraakten, dan wel deszelfs gevolmag tigdens of naaste erfgenamen verpligl wezen de aangeslagene pagt Ie moeten aanhouden en op dezelvde condilien, waar 1808. H. W. DAENDELS. 381 tegen de opveiling was geschied, te adminislreeren, 10l dat de gemelde jtagttijd geheel zal geëxpireerd zijn <>l' anders daarover zal wezen gedispoueert. Art. 11. De pagtpenningen zullen door de pagters in goede, wigtige, zilvere duralons ol ronde realen moeten blijven he laald worden, doch zonder liijvoegiug van de bevorens plaats gehad hebbende 8 percent voor den prefect, item 1 percent tot onderhoud der kruissers en '/ 4 percent ten behoeve van den ontvanger der domeinen; en ook zal de voldoening daarvan niet meer, zoo als vcorheen, telkens van vier maanden vooruit behoeven te geschieden, maar slegls voor een enkelde maand, mits, dit als dan ook precies op den bepaalden dag komt gevolg te neemen, te welen, die van Januari] den eersten van die maand en zoo vervolgens, sub poene van in hel contrarie geval uit de pagt gezet en verder zoodanig gehandelt te worden, als hier boven aangehaald is. Art. 12. De pagters zullen daarentegen gehouden wezen, een ieder in het zijne, van de afgaande pagters Ie moeten overneemen legen een billijke taxatie van deskundigen en van wederzijde te benoemen onpartijdige perzonen de zoo genaamde kongsies en alle andere, publieke gebouwen en voorraadschuuren, item vaartuigen, ainmunilie-goederen en verdere benodigtheden, welke tot de aangeslagene paglerijen geboren en niet kunnen worden gerekend een eigendom van den Lande te zijn, en om voorts deze gebouwen, etc. be hoorlijk te onderhouden, len einde dezelve na het afloopen v an hun pagt-termijn weder in een even goeden staat, als zij die hebben ontvangen, aan hunne opvolgers te kunnen over geeven en waarvoor deze dan insgelijks zullen verpligl wezen de door hun daarvoor betaalde waarde weder te moeten resli tueeren en zoo vervolgens de verdere opvolgers, mits telkens $ percent daarvan decorteerende, terwijl wijders, wanneer " e pagters zig omtrend de voormelde overneem met den anderen niet wel mogten kuuuen verstaan, zij als dan het geschil zullen moeten lalen verblijven aan de billijke uitspraak Ta « den prefect. 1806. H. W. DAENDËLè. 382 Art. 15. De paglers zullen bevrijd zijn van de bevorens door hen gedragene lasten en inzonderheid ook van het iburneeren van eenige geschenken, hetzij in gelde dan wc\ goederen of anderzints, zoo min vóór, als na de verpagling en onverschillig onder wat voorwendzel of aan wien dit ook zoude mogen wezen, terwijl dit ten overvloede ook en om tevens allen nadeeligen invloed voor te komen, welke zulks o|> den pagter zoude kunnen hebben, wel ernstiglijk werd ver boden, onder bedreiging, dat degeene. die zich daaraan knml schuldig te maken, ten exempel van anderen rigoreus zal worden gestraft. Art. 14. De pagters zullen zig met niets anders mogen bemoeien als hunne pagten en gevolglijk ook geen aanspraak maken op de preferentie in den inkoop van goederen en producten, veel minder om dezelve tegen de hunne te ver ruilen, dan wel eenige andere monopolie te drijven of zig bet regt toe te eigenen om alleen te mogen negolieeren ea wat dies meer is, terwijl zij, pagters, in alle deze en andere gevallen, welke niet lot hunne pagt gehooren, gclijkstandig zullen zijn met de andere, handeldrijvende perzonen en dus ook aan dezelvde orders en wetten onderworpen blijven Art. 15. De pagters zullen almede geen thol mogen pre tendeeren van goederen, die voor den Lande worden in- of uitgevoerd, van eu werwaarts dit ook zoude mogen wezen, namelijk in zooverre die niet eerst van vreemde of andere schepen ingekogt zijn en waarvan dus nog geen pagt is betaald, dog van alle andere of particuliere goederen, onver schillig wie dezelve ook zoude mogen toegehooren, zal de bepaalde (hol geheven worden en zonder dat iemand, zoo min dienaar, als inlandsche regenten en andere ingezetenen, onder eenig voorwendsel, hoegenaamd, daarvan vrijheid zal mogen pretendeeren, ja zelve de hoofden der districten niet, alwaar de zoodanige goederen worden ingevoerd, uitgezonderd alleen dezulken, welke zig in 's Konings of 's Lands dienst van de eene plaats naar de andere moeten begeven en die van de betaling van pagl vrij zullen zijn, mits niets anders als hunne 1808. H. W. DAENOELÖ 383 benoodigde eigendommen en geen negotie-goederen mede nemende. Arl. 16. De pagters zullen uit dien hoofde nok vrijheid hebben om aan de rivieren, spruiten en op alle andere plaatsen, waar zij het noudig oordeelen, waglers of toezienders te stellen, dog zullen zij zig niet mogen onderstaan onder dat pivlext eenige thol-poorlen te houden of tollereeren, veel minder diezelve oprigten, nog ook van de aan hunne bandharij enkeld met brieven of ledig passeerende prauwen, joekongs en andere kleine vaartuigen eenige helling hoegenaamd te doen, dan wel meerder thol te vorderen, als hun wettig cooipeteerd of met de bepaling overeenkomt, nog toelaten, dat dit door hunne ondergeschikte bediendeus, niatla malta's en wat dies meer is, geschied, dan wel dat de handelaar door dezelve gekneveld of iets van hen afgeperst worde, hetzij voor penompo of onder welke andere benaming dat ook zoude mogen wezen, sub poene, dal, bij ontdekking deze contrarie is gehandeld, de pagters strengelijk zullen worden gestraft, alzoo zij uiet alleen voor hun eigen, maar ook voor het gedrag hunner ondergeschikten zullen verantwoordelijk zijn. Art. 17. De pagters der sabandharijen zullen het regt hebben om alle kisten, kasten, pakken en vaatwerk, die worden in- of uitgevoerd, ter hunner presentie te doen openen of ten minsten iemand van derzelver volk bij de opening te doen present wezen, ten einde zig verzekerd te kunnen houden, dal deze kisten, enz. niets anders komen in te houden, als hetgeen door den eigenaar zal wezen aangegeven, en om door dit middel ook des te beter te kunnen waken tegen sluike rijen van ongepermitteerde goederen. Arl. 18. Ten dien einde zullen de eigenaars, van zoodanige goederen ook gehouden zijn den pagter in lijds van de te doene afzending te verwittigen met overlegging van een lijst •ler goederen en derzelver waarde, mits deze laatste niet te gering worde gesteld, alzoo de pagter anders hel regt zal hebben de zoodanige goederen naar zig zelve over te nemen n *el een advaus slegts van 13 percent; dog zal hij, pagter, 1808. H. W. OAENDÊLS. 384 ingevalle Je opening aan de boom (e moeielijk mogt zijn, kunnen volstaan niet slegts op iedere kist, baal of val zijn zegul of merk te zetten en vervolgens de waarschouwing van den eigenaar af Ie vvaglen om bij de opening present Ie wezen. v niits hij zig alsdan ook ten eersten naar de plaats begeve, waar deze opening slaat te geschieden, of iemand zijnentwege derwaarts zende, alzoo de gemelde eigenaar anders geregtigd zal wezen dadelijk lot de opening over te gaan en wel ter presentie van den beambtschrijver en twee getuigen en alles ten zijnen kosten, terwijl de eigenaar bovendien ook in dat geval zal kunnen volstaan met de betaling slegts van de (hol pro rato der door hem opgegeven waarde, daar hij anders verpligl zal zijn zig tevreden te moeten houden met de billijke taxatie van den pagter, met dien verstande noglhans, dat, wanneer hem dezelve te boog voorkomt, hij de voldoening alsdan in natura zal kunnen laten geschieden of anders pre tendeeren, dal de pagter, als die op zijne taxatie slaan blijft, de goederen zelve daarvoor overneme, na decorlalie eenlijk van de denzelve daarvan coinpeteerende ihol. Art. 19. Van de aangebragl wordende goederen, welke de boom niet passeeren, maar op de rhcede verkogt en in andere vaartuigen overgesebeept worden ter vervoer naar elders, zal slegts de enkele thol worden betaald, dat is die van invoer, dog voor den uitvoer niets, terwijl de zoodanige goederen, welke in de vaartuigen blijven en niet overgesebeept of in gevoerd worden, in hel geheel geen thol zullen subject wezen, uitgezonderd alleen, wauneer dezelve op plaatsen zijn inge nomen, van waar geene passen naar den overwal of elders buiten Java mogen worden verleend, en welke in de vaartuigen verblijven en niet overgescheepl worden, waarvan de „volle thol van uitvoer zal worden geheven, welke heffing ook voortaan te Cheribon en Indramaijoe, evenals te Samarang, Sourabaija of Grissee, plaats vinden zal. Art. 20. Die eenig goed zoekt te sluiken of langs onge permitteerde wegen in- of uitvoeren, dan wel op eene andere wijze de thol fraudeeren, zal verbeuren het aangehaalde goed, 1808. H. W. DAENDELS. 385 PLIEAAT-DOEK DKKL XV. 25 een derde ten profijte van hem, die de calange zal hebben gedaan, een derde voor den pagter en het overige derde voor den aanbrenger, terwijl de schuldige bovendien ook de volle waarde van deze dus gesluikte goederen in gelde tot eene boete zal moeien opbrengeu, indien dezelve namelijk de somma van rd* 1000 overtreft, dog minder zijnde, alsdan de dubbele waarde van dien, de helft voor bet land eu de wederhelft voor hem, die de calange zal hebbeo gedaan, wel te verslaan, ingevalle het goederen zijn, waarop geene speciale of zwaardere straffe is gesteld, terwijl in het contrarie geval daar na zal moeten worden gehandeld. Art. 21. De pagters zullen voor het overige niet vermogen bij wege van accoord minder te nemen, als hun wettig coni peleerd, veel minder iemand van de betaling van thol geheel vrij laten, nog ook Ie composeeren over eenige defraudatien, dan wel zig onderstaan om de ontstane disputen tusschen hen en de eigenaren der goederen clandestin af te maken of zig op eenige andere wijze daden van aiithorileil te permitleeren, maar zullen dezelve wel degelijk gehouden wezen, wanneer iets dergelijks ter hunner keunisse komt, daarvan terstond aan den prefect berigl te geven, die van zijnen kant ook gehouden zal wezen den pagter de behulpzame hand te bieden en om in alle voorvallende zaken na regt en billijkheid te handelen. Art. 22. De in- en uitvoer van Souratsche, Malabaarsche en Ceilonsche, Chonuaiidelsche en Bengaalsche, Baly, China, Cambodia en Siamsche lijwadeu, mitsgaders de Cliinasche en «fapansehe of vreemde goederen direct van daar of van den overwal voor den vervolge alhier, even als te Samarang, Sourabaija of Crissée, getollereert zijnde, zullen nopens die heffing alleen dezelve voorwaarden en restrictien moeten geobserveert worden, als deswegens op laatstgenoemde plaatsen stand grijpen, namentlijk: 1 voor lijwadeu, zoowel Souratsche, Malabaarsche en Cei lonsche als Chormandelsche en Bengaalsche, hetzij ruw. wil, gecouleurt of geschildert, zoomede zijde stollen, kousen, 1808. H. W. DAENDELS. 386 katoen en alcativen bij invoer van Batavia tien ten honderd, te rekenen na de waarde der goederen op de kantoren, waar dezelve aangebragt worden, dog deze invoer direct dan wel van den overwal of andere plaatsen buiten Java geschiedende, hetgeen volgens publicatie van den 18 cn Junij voortaan zal gepermitteerd weezen, nog zes percent daarenboven of zooveel, als de Bataviasche pagt bedraagt, dit laatste ten behoeve van den pagter aldaar; maar zal daarentegen voor den uitvoer van de zoodanige lijwaaden, van Maccasser en elders uit de groote Oost aangebragt wordende, bij invoer slegls zes ten honderl en bij uitvoer mede in het geheel niets: voor'lijwaden van Baly, China, Cambodja, Siam of andere plaatsen lii percent, te weten, als de drie laatstgemelde soorten van Batavia of elders langs Java worden ingevoert, doch dit direct dan wel vanden overwal of andere plaatsen zijnde, hetgeen nu mede zal mogen geschieden, als dan nog de Bataviasche pagt of 6 percent daarenboven, mede ten behoeve van den pagter aldaar; dog zal de uitvoer van deze lijwaden van hier insgelijks vrij weezen en voor lijwaden, op Java zelve geweeven, bij den uitvoer zoowel als invoer, werwaards dit ook zoude mogen weezen, 5 ten hondert van de waarde; 2 U voor Chinasche tabak bij invoer rd s 2 per pikol, te weten: als de aanbreng van Batavia geschied, dog dat direct dan wel van den overwal of andere plaatsen zijnde, als dan 10 percent of nog zooveel daarenboven, als de pagt voor den invoer te Batavia bedraagt, dit laatste ten be hoeve van den pagter aldaar, terwijl van de Javasche tabak bij uitvoer eenlijk agt stuivers per pikol zullen hoeven te worden betaald; 5° voor andere, Chinasche dan wel Japansche of verdere in deze opgenoemde, vreemde goederen hij aanbreng van Batavia of langs Java en zoo ook bij den uitvoer agt percent, dog dit direct van den overwal of andere plaatsen buiten Java geschiedende, als dan nog G percent of zooveel 1808. H. W. DAENDELS. 387 daarenboven, als de invoer-pagt Ie Batavia bedraagt, ins gelijks ten behoeve van den pagter aldaar, en onder deze mits tevens, dat de gemelde goederen mede nergens anders als te Samarang, Sourabaija of Grissee en Cheribon zullen mogen worden ingevoerd. Art. 23. Voor de mede in deze nog ongenoemd geblevene, eige producten en verdere goederen en daaronder ook indigo, cardamom, lange en staartpeper, van welke artikelen thans de vervoer geheel is opengesteld, zal voortaan, in steede van agt, slegts zes percent van de wezendlijke waarde hoeven betaald te worden. Art. 24. Daar de in- en uitvoer van rijst en suiker door particulieren iu de eerste tijden niet aanmerkelijk wezen zal, eensdeels wijl het gouvernement van 't eerste articul veel noodig heeft, zoodat voor den particulieren handel weinig zal overschieten en daardoor dus notoir de in- en uitvoer daarvan van weinig belang zijn zal, zullen deze twee pagten gerekend worden te behoren tot die der uitgaande regten of de boom, zullende egler nopens den iu- en uitvoer der twee vermelde articulen zoodanige voorwaarden en restrictiën stand grijpen, als bij het 25 e articul van de publicatie over de Javasche pagt-conditien nopens de rijst, mitsgaders bij de 4 e afdeeling van het 21 e articul der evengenoemde publicatie betrekkelijk de suiker voorkomen en te vinden zijn. Art. 2">. Het hoofdgeld der Ghineezen, dat alhier en te Indramaijoe zal worden geintrodiiceeit, zal voortaan op 15 stuivers bepaald worden. Art. 26. En zal dit hoofdgeld moeien betaald worden aan den pagter in het begin van de maand of na goedvinden van denzelven op een boete van zes rd 8 , te verbeuren bij dengene, die deswegens in gebreke zal komen te blijven. Art. 27. Dog zullen van hetzelve hoofdgeld vrij en uit gezondert zijn alle degene, dewelke den ouderdom vanzeslig jaren zullen hebben bereikt, dan wel door ziekte of andere gebreken in hare wat mindere ouderdom niet in staat zijn °W hunne kost te kunnen winnen, zullende aan zoodanige 1808. H. W. DAENÖELS. 388 gePxcuseerde personen een briefje door den pagter moeten worden gegeven. Art. 28. Gelijk ook van het voorschreven hoofdgeld bevrijd zullen weezen alle zulke, die den ouderdom van veertien jaren nog niet hebben bereikt en mitsdien nog niet bekwaam geoordeeld worden om hunne kost to kunnen winnen, gelijk invoege voorschreven almede van bewust hoofdgeld zullen bevrijd zijn de capitein, luitenants en Boedelmeesteren van die natie. Art. 29. Hel gieten en aanmaken vnn pitjes voortaan almede een domein zullende uitmaken, zal niemand zonder consent van den pagter alhier, wie het ook zij, pitjes mogen slaan op poene van een hondert rd s ten profijte van den pagter voornoemd voor de eerste maal en zwaarder straffe voor de geen, die bevonden word zig daaraan andermaal te hebben schuldig gemaakt, zullende die pagt voor vijf agter een volgende jaren worden opgeveild. Art. 50. De pitjes zullen hunne behoorlijke zwaarte en gehalte moeten hebben en wel in dier voegen, dat de waarde van vier ducatons aan pitjes 25'/j a 26 katjes zullen moeten houden. Art. 51. Voorls niemand op gelijke straffe, als hier boven gezegt is, eenige pitjes onder of boven de gestelde waarde mogen verdebiteeren. Art. 52. Nopens de verpagting der amfioen-kitten en dobbel kitten, slaglen van vee en bassaars zullen dezelve bepalingen moeten worden geobserveert en nagekomen, als bij de geapprobeerde ampliatie en alteratie op de Cberibonsche pagten dd. 6 Junij a. c. zijn beraamd en voorkomen. Art. 55. Almede zullen omtrend de verpagting der hane vegterijen, dat voortaan, zoo hier, als te Indramaijoe, ook een domein zal uitmaken, tot instandhouding der goede rust eii orde dezelve voorwaarden en reslrictien worden geobserveerl, als omtrend de amfioen en dobbel kitten zijn beraamd en vastgesteld. Art. 54. Onder de gemelde conditien en die geene, welke 1808 H. W. DAENDELS. 389 men nog vorder nnrdeelen mogl na dezen te moeten maken, zullen len dage van de verpagling, gelijk gezegt, bij publieke opveiling aan den meestbiedende de volgende domeinen worden toegeweezen en overgelaten, met specinal beding egter, dat niet het minste van den aangeslagen prijs geremitteerd of kwijt gescholden, maar in tegendeel alles zonder eenige afslag zal moeten betaald worden, als: te Cheribon: de in- en uitgaande regten, daaronder begrepen de in- en uitgevoert wordende suiker en rijst, het hoofdgeld der Chineezen, daaronder begrepen het slaglen van varkens; de topbanen; de amfioen-kitten te Cheribon, Kangaraksan, Pleret, Tjipi tjong; de hanevegterijen; de bassaars te Gabang, Warong Batta, Tankel, Mondoe, Pleret, Tjipitjong, Bongas, Longokko en Carrang Sambong, benevens de Chineesche winkels en warongs in de Chineesche kamp: het slagten van buffels en ander hoomvee, schapen en geiten, voor zoo verre de hoofd negorij Cheribon betreft, met de daaronder direct sorterende dessa's; de zoutpannen, gerekend van Lossarie tot aan Papariang, benevens de bassaars van Papariang; de pitjes slagerij; te Indramaijoe: de in- en uitgaande regten, even als te Cheribon; het hooldgeld der Chineezen, het slagten van varkens, de top en amfioen-kitten, de bassaars. benevens de winkels en warongs, dit alles zamen genomen: en de hanevegterijen en buitel slagterijen, in eens genomen. De pachten hebben in 1808 opgehrachl 42,Ó25 rijksdaalders of 25,445 rijksdaalders meer dan in 1807 (Resol. Ind. Refc. 10 Januari) 1809). 1808. H. W. DAENDELS. 39 Art. 11. Maandelijks zal hij een betalings-lljst formeeren V; "i alle officieren van gezondheid, bij het hospitaal behoorende, Benevens van de hoofd geémploijeerdens in hetzelve. Op deze lijst word alleen gesteld de toelage van den doctor °l chirurgijn-major, indien hij liij een der regimenten behoord, a lz<>o het gewone appointement alsdan hij derzelver corpsen word betaald. Insgelijks maakt hij maandelijks een lijst der daggelden va n de mindere bediendens, welke betalings-lijslen, door den c onirarolleur getekend, aan den commissaris van oorlog worden gezonden. Art. \2. Alle rekeningen of pretensien aan het hospitaal Worden maandelijks door de leverancieren. enz. aan den com missaris van oorlog gezonden. DERDE AI'UEELINfi. De zieken oppassers en opzichters over dezelve, als ineede " e portiers, koks. enz. gedragen zig ten opzigten der bijzonder heden van hunnen dienst aan zodanige reglenienlen, als voor ''mi in de zaaien zullen worden opgehangen. De zeer uitvoerige bijlagen van dit reglement, waarouder Qch bevinden reglementen voor de zieken-oppassers, zieken ners, portiers der hospitalen, enz. en allerlei modellen, zijn le vinden in Dacndels, staat der Ned. 0. I. bezittingen, bij tegen 111, militaire zaken, geneeskundige dienst, n° 93. 4 Julij. Aanstelling van een prefect over de Jakatrasche en Preanger-bavenlanden. Hierdoor en »door de afscheiding der Balaviasehe onnne "landen" verviel de betrekking van gecommitteerde lot en Ov W de zaken van den inlander. 4 Julij. Openstelling van Indramajoe voor den handel op Batavia, Java en den overwal. Deze openstelling geschiedde »op den voet, zo als zulks °°Pzigtelijk Samarang en Sourabaija" bepaald was. 1808. H. W. DAENDELS. 390 15 December. Machtiging op het collegie van Heemraden tot hel verpachten van zekere lolbruggen en overvaar ten. Is goedgevonden en verstaan hun Eerwaarden te quali ticeeren voor het aanstaande jaar 1809 publiek naar den gebrnike te verpagten: 1 ° de tolbrug, gelegen over het steene sluiswerk bij Tangerang; 2° de nieuwe tolbrug over de mond van de Angiolsche rivier; 5° de overvaart in het Molenvliet; 4° de overvaart uit de Chineesehe campong van de steene brug af tot aan de overzijde van de Ribaldsgang; 5° de overvaart van de rivier Crocot van de Bhuidongang naar Klenting; 6° de overvaart over de groote rivier buiten de vierkants poort bezijden de boom naar het kasteel en de houtkap: gelijk mede om de pacht van de tolbrug n" 20 bij Pesicng nog voor een jaar aan den presenten pachter uithoofde van hel gering verschil op het rendement dier pacht zedert eenige jaren en de prompte voldoening der pachlschuld af te staan tegens denzelvden prijs als voor dit jaar of rd s 1760 's jaars. 15 December. Last tol het aanleggen van eenen mei rijtuig berijdbaren weg van Djasinga naar Tangeran. Deze weg moest gemaakt worden »met den meesten spoed, «buiten bezwaar van den Lande" door de in-en opgezetenen van Djasinga en van het regentschap Tangeran. In het Buitenzorgsche moest zulks geschieden »op eene • wijze, dat de rijst-cultuur er niet door worde veragtert". Over dezen weg handelt ook een besluit van 17 De cember 1808. ■£- December. Verpachting voor het jaar 1809 van de y>gemeene middelen van hel Koningrijk Jaccatra en die tivam Bantam, zo als die voormaals door den Koning y>vau Bantam zijn verpagl geworden". Van wegens de hooge regering dezer landen wordl een 1808 H. W. DAENDELS 391 iegelijk bij dezen geadverteerd, dat op Woensdag den 28 en dezer loopende maand December ten gouvernements huize Weltevreden, 's morgens ten agt uren, publiek geveild en aan den eerst mijnende voor den tijd van een jaar, ingaande met primo Januarij 1809 en eindigende mei ultimo December deszelven jaars, zullen worden verpacht de gemeene middelen van het Koningrijk Jaccalra en die van Bantam, namentlijk: van het Koningrijk Jaccalra: de inkomende en uitgaande rechten ol' de boom, » ingevoerd wordende Westersche lijnwaden, » groentekrameu en winkels, het hoofdgeld der Chinezen, » slagten van vee, » ■ p varkens, geschoren bokken en schapen, » kerven van de Chinasche tabak, de waskaarsen, ■ rijst-markt en daaronder de over zee uitgevoerd wor dende rijst, de herbergen binnen en builen de stad, » hauevechteiïjen, » Chineesche toptafels en de pho en topho, » visch-markt, » waag, • wajangs en » handel aan de schepen en vaartuigen. Op zoodanige voorwaarden, als vermeld staan bij de pacht conditien, in den jare 1797 geönianeerd, en de daarin voor de verpachting vanden jare 1800 en zedert gemaakte al teralien en ampliatien, zooals dezelve gedrukt te lezen zijn in het stads heeren logement, bij den ontvanger generaal, den sa bandhaar en licentmeester, den kapitein der Chineesche natie, den majoor der Mooren en den kommandant der Balijers, met intrekking nogtharis van dé bij publicatie van den ll e " De cember 1807 gemaakte bepaling op den invoer en handel dei lijnwaden, dewelke alsnu zonder eenige uitzondering gelijk bevorens zullen mogen worden aangebragt en verhandeld. 1808. H. W. DAENDELS. 392 Voorts zullen ingevolge de condities, waarop de domeinen van den Lande op en langs Java's Noord-Oostkust zijn ver pacht, vermeld hij publicatie van den 18 Pn Junij dezes jaars 1808, alle zoodanige lijnwaden, Chinasche, Japansche ofte andere vreemde goederen, welke van andere plaatsen builen het eiland Java op Samarang. Sourabaija of Grissee werden aangebracht, zooals daarbij is gepermitteerd, onderhevig blijven aan de tholgerechtigheid alhier en, voor zooveel die bedraagt, ten voordeele van de Bataviasche pachters aldaar werden ingevorderd. Terwijl wijders, evenmin in het jaar 1809, als in dit loopende jaar, eenige thol gelieven zal mogen worden van de van Java's Noord-Oostkust en de prefecture Cheribon ofte den ressorte van deze hoofdplaats over zee ingevoerd wordende rijst en de gewone gerechtigheid van de rijst, die van hier naar elders over zee wordt uitgevoerd, mede op den voet van dit jaar door den pachter van de rijst-markt werden geheven. Van het Koningrijk Bantam: de boom en verscheidene maandelijksche pachten, » groote pacht, van gambier en taltak, het buffels vet, de vellen en hoorns, ■ olij, » poeder-suiker, » drooge pinang, » rampa rampa, » oude klappers, » potten en pannen of grebüks, » lonthar en vischvijvers, » carrang of oesters lot het branden van kalk: en alle zoodanige pachten, als daaronder begrepen en be vorens van wegens den Koning van Bantam zijn verpachl geworden en hierbij niel aangehaald mochten wezen, onder dezelvde conditien, als door dien vorst zijn daargesleld en waarop de verpachting jaarlijks gebruikelijk is geweest, mei 1808. H. W. DAENDELS. 393 dezen verstande nogthans, dat alle ile voornoemde pachten niel ieder afzonderlijk, maar gezamentlijk zullen worden ver pacht; terwijl van deze belasting van pacht niemand zal zijn ontheven en ook door het hof van Bantam en andere grooten aldaar, gelijk mede de dienaren van den Lande, moeien worden voldaan zonder eenige uilzondering. Zullende echter onder de voornoemde pachten niet begrepen zijn, maar daarvan uitgezonderd blijven de aan den Koning verbleven pachten: van de pinang ea zoete appelen. de kapok. het zout op Waliekoekoen, » Pannetjikan, • ■ » Boejanagara, «Ie siric en kalk op Tanara, » bull'el-slaglerijen, het verkoopen van buffels aan de suikermolens, de kapok op Ceram, » prauw balok en brandhout op Tjabambaij, » gambicr en tabak op Margalango, » visch op Torate, benevens de onderscheidene passers van het land de Krekel, de Blahau, op Ceram, Tjilegon. Mar galango, Margasana, Kalodra, Tjidasirie, Passir Lauie en Goelantjies. Wordende voorts een ieder, die tot het aanslaan der voor schreven pachten genegen zal zijn, verdacht gemaakt, dat de pachters gehouden zullen wezen, aanstonds en alvorens zig van den huize Weltevreden te begeven, tot volkomen genoegen v an de hooge regeering te stellen sulliciente borgen, welke z 'g, nevens den pachter van iedere pacht afzonderlijk, elk in solidum en onder renunciatie van de beneficien ordinis, ex" cussionis et divisionis zullen moeten verbinden lot de prompte voldoening der pacht-penningen op de bepaalde tijden, terwijl Zoodanige pachters, als zig zouden durven verstouten, bij het doen van eenige verzoeken aan de hooge regeering, gebruik l e maken van misleidende opgaven, getrokken uit vervalschte 1808. H. W. DAENDELS 394 boeken, gesteld zullen worden in handen van het officie fiscaal om als falsarissen ojientlijk gestraft te worden. Onder verdere bepaling, dal, de pacht van bel hoofdgeld der Cbineézen alleen door iemand van de Chineesche natie zal mogen worden gemijnd en dat degenen, welke participeeren in de pachten van: de inkomende of uitgaande rechten of de boom, het slagten van vee, de varkensslagterijen en het hoofdgeld der Cbineézen, als van ouds geene mede slanders mogen wezen van eenige andere pachten. Gelasten en bevelen wijders de respective officieren van justitie, den sabandhaar en licenlmeester en die zulks verder aangaat, toe te zien en te waken, dat aan den inhoud dezes sliptelijk en zonder eenige afwijking werde voldaan. En opdat niemand hiervan eenige onwetenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze worden afgekondigd en in de Ilollandsobe, Chineesche en inlandsche talen worden aangeplakt, waar dit behoort en te geschieden gebruikelijk is. 15 December. Reglement op de begrafenissen Ie Sa marang. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat bij ontstentenisse van een vast tarief voor de begravenis-ongelden en andere daaraan verbonden onkosten te Samarang de in vordering daarvan tér gemeldcr plaatse niet zelden geschiedt op een ongelijken en willekeiiiigen voel, zeer strekkende tot drukking van de gemeente, en cöhsidefendé de noodzakelijkheid, dat hierin wordt voorzien: besluit te arresteeren, gelijk gearresteerd wordt bij dezen hel navolgend REGLEMENT nopens hel begraven der lijken en de daarop loopende, kerkelijke en andere ongelden leSa maranq. Arl. 1. De lijken zullen mogen worden begraven van 's morgens 6 uren tot 's avonds 6 uren, als ook bij avond 1808. H. W. DAENDELS 395 in stilte bijgezet, mits in liet laatste geval daarbij de nodige flambouwen worden gebruikt en het lijk voor 8 uren op de begraafplaats zij, op eene boete van SO rd 8 , zilver geld, ten behoeve van de kerkmiddelen. Art. 2. De lijken van personen uit den civielen of burger stand zullen worden gedragen door burgers, die door den commandant der burgerij uit dat corps in een genoegzaam getal zullen moeten worden gefourneerd. Art. 5. Dien onverminderd zal het aan een ieder vrij staan de lijken, die hij te begraven heeft, te laten dragen naar zijne verkiezing, hetzij door vrije lieden, dan wel lijfeigenen; doch ten einde voor te komen, dat de burgers niet steeds tot hel dragen van onvermogenden worden gerequireerd, terwijl de gegoeden zich van particuliere dragers bedienen, zullen de geene, welke van hel dragen door burgers geen gebruik ver kiezen te maken, noglans, hij wcge van uitkoop, tol de volle betaling gehouden zijn, die voor dragers uit de burgerij hij het volgende artikel is bepaald. Art. 4. Tot het dragen van een volwassen persoon zullen geleverd worden 18 dragers en daarvoor niet meer mogen worden gevorderd, als: voor een ambtenaar uit de l e classe rd s 80 » »■ » o n *2 e » » 60 » * o o » 3 e » » 30 » ■ • » j> 4 e » SO » » » » >sfl5 fl » zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 1 8 zullende daarentegen voor een persoon beneden de zestien jaren slechts 12 dragers gegeven worden tegen betaling van rd s 30 tot 10, naar de classe, waartoe deszelfs ouders be hooren, alles te voldoen in zilver geld. Art. o. lemand builen de stad overlijdende, zoodanig, dat de meerdere afstand van het kerkhof daardoor van eenige consideratie wordt, 't geen aan het oordeel van den com mandant der burgerij zal verblijven, zal het draagloon met een derde worden verhoogd. 1808. H. W. DAENDELS. 396 Art. 6. Daarentegen zal aan onvermogenden het voor schreven getal dragers gratis worden afgestaan op vertoning van een schriftelijk hewijs, hetwelk de prefect gequalificeerd wordt te verlecnen op een door \\ ijkmeesteren te geven attestatie van wezentlijke armoede, mits daarvan geen mis lirnik hoegenaamd gemaakt wordt. Art. 7. De dragers zullen hij de hegravenis met zwarte klederen assisteren en tot compensatie der kosten, welke hun de aankoop daarvan zal veroorzaken, het draagloon geheel genieten: voorts tot de gemelde dragers vaste perzonen gekozen worden om alle nodeloze uitgaven voor hen Ie vermijden. Art. 8. Uit .den burger stand zullen aangesteld worden twee geschikte personen tot stads aansprekers, dewelke zullen gesalarieerd worden, als: voor het hekend maken van iemands overlijden: binnen de stad: voor een ambtenaar van de l e en 2 e classe. . rd" 8 » » » » » se,5 e , 4 e » o 6 » zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 4 builen de stad: voor een ambtenaar van de 1* en 2" classe.. • 12 zooinede voor alle burgers en ingezetenen » 6 voor het inviteren der nabestaanden en vrienden, die het lijk volgen, item de dragers: binnen de stad: voor een ambtenaar van de t c en 2'' classe.. » 13'/ 3 » ■ » > » y, 4* >• 5" zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 6 1 /, buiten de stad: voor een ambtenaar van de 1' en 2' classe . » 20 » » » »o 3 e . 4 C n S' 1 • zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 10 1808. H. W. DAENDELS. 397 voor het bedienen der lijkstatie: binnen de stad: voor een ambtenaar van de l c en 2 1 ' classe.. » S'/s * » » » » se,5 e , 4* 1 » 5 e » zooniede voor alle burgers en ingezetenen » 1 '/ 3 buiten de stad: voor een ambtenaar van de l e en '2'' classe. . ■> 4 » » » > » 5». 4 1 ' » 5* zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 2 voor het voorgaan van het lijk: binnen de stad: voor een ambtenaar van de l e en 2 e classe. . » 2 2 / t n » » » » se,5 e , 4 e » *> e » zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 1 '/, buiten de stad: voor een ambtenaar van de 1' en 2 e classe.. » 4 .» » Z e , 4 e » 5 e zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 2 voor het opmaken en oplezen der begravenis rol: voor een ambtenaar van de 1' en 2' classe.. » ü J / s n * » » i) se,5 e , 4 ö » 5 8 » zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 5 1 /, voor ieder rouwlampher: voor een ambtenaar van de l e en '2 e classe.. » 2% » » » » 3 e , 4 e » 5 e zoomede voor alle burgers en ingezetenen » I'/, Art. 9. Aan den kerkmeester zal ten behoeve der kerken moeten worden betaald voor het lakensche rouwkleed over de kist: voor een ambtenaar van de l e en 2 V classe.. rd s IG » » » » » 3 e , 4 e » 8 e » zooniede voor alle burgers en ingezetenen » 8 1808. H. W. DAENDELS. 398 voor een linnen dito: voor een ambtenaar van de 1" en 2'' classe. . » B'/j n n ü o » s'', 4'' » 5 C n zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 2 1 ;'., voor de baar en roef, nevens aantekening in bel doodboek: voor een ambtenaar van de l l ' en 2 e classe.. » 4 » » » » » o e , 4 r » b' 1 n zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 3 voor het buuren van een ordinairen grafkelder: voor een ambtenaar van de l e en 2'' classe.. » 33'/ s » n » » i> d e t 4 e » 5 e ■ zoomede voor alle burgers en ingezetenen » 16' 2 / s voor een stuk grond tot het bouwen van een ge metzelden grafkelder van een roede in het vierkant: voor een ambtenaar van de l e en 2 U classe.. » 55 1 j 3 » » » » » se,5 e , 4 e » 5 e » zoomede voor alle burgei's en ingezetenen » 26% Art. 10. De verhuurder der rouwwagens zal in rekening mogen brengen voor een wagen, bespannen met 6 paarden : binnen de stad : voor een ambtenaar van de 1" classe rd" 18 en buiten de stad » -20 voor een wagen, bespannen met 4 paarden: voor een ambtenaar van de 2 e classe, binnen de stad . » 12 buiten de stad » 16 voor een wagen, bespannen met 2 paarden: voor een ambtenaar van de 3 e , 4 e en 5° classe, binnen de stad » 8 builen de stad » 10 Zullende de verhuurder voor de deugdzaamheid van wagen 1808. H. W. DAENDELS. 399 en paarden moeten instaan en daarvoor verantwoordelijk worden gehouden. Art. 11. Voorts zal de doodgraver genieten voor hel openen en digt maken van een grafkelder: voor een ambtenaar van de 1' en 2 l ' classe . » 8 o » » » » s'', 4 e » o e » "4 voor het bijzetten van een lijk: voorheen ambtenaar van de l c en 2 e classe. . » 4 » » » » » se,5 e , 4' 1 » «5 1 ' »> » 2 voor het graven van een graf voor een bejaard persoon: voor een ambtenaar van de l e en 2 e classe. . » 4 » » n n » se,5 e , 4*' w 5 e • n 2 voor een kind: voor een ambtenaar van de l e en 2' classe. . » 1 '/ 3 i) » » ft i» se,5 e , 4'' >» s'" » » voor het uitscheppen van ieder voet water uit een graf: voor een ambtenaar van de 1' en 2' classe.. » ">2 » » » » » 5 1 ', 4 l ' » o l ' » » 1 ü voor het verzetten van een kist: voor een ambtenaar van de 1" en 2" classe.. » 1'/ s .. » » ... 5« a 4» »5« i) » 2 / s voor het witten en schoonmaken der kelders, dal ecbter aan een ieder vrij zal slaan en in des zelfs verkiezing gelalen wordt: voor een ambtenaar van de 1' en 2 e classe .. » 4 » » » » » 5", 4 C » t>'' » » 2 voor ieder lijk. dat, zoo uil het hospitaal, als Proveniers huis begraven wordt, om door hem van don kerkmeester ontvangen te worden: voor een ambtenaar van de l e en 2 8 classe. . » ~>2 ■• 3''. 4 1 ' » S e » » 16 1808. H. W. DAENDELS. 4 dienen, te bepalen zodanig, als zulks bij de hier voor waards gemenlioneerde reglementen voorkomende is: 9" alle huiseu of gebouwen, item apotheeken mei dies toe behoren, welke thans van de respeclive hospitaliers particulier in eigendom zijn toebehorende en volgens usantie door den een van den anderen moeien worden overgenomen en niet dan tot bezwaar van dezelve strek kende zijn, 'sLands wegen voor eene billijke, gelaxeerde waaide over te nemen en den eersten officier van gezond heid, als mede die geene, welke met den administrativen dienst belast zijn, in de gemelde huisen of gebouwen gratis te doen wonen; 10° alle kapitalen of particuliere fondsen van de respective hospitalen, zo te Batavia, als Saiuarang, voortspruitende uit de aan dezelve door wijlen den geweesen Java's gouverneur, Jan Grove, vermaakte legaat en, Ie stellen ouder eene afzonderlijke administratie en wel die van Batavia onder de lijdelijke opper kooplieden des kasleels en te Saiuarang van den hoofd-administrateur, ten einde deze gelden op eene voordeelige en secuure wijze Ie beleggen en de intrest-penningen daarvan, van zes 10l zes maanden, in 'slands kas over te brengen om daarvan, overeenkomstig de begeerte der geene, door wien de vermaking daarvan gedaan is, alle extra-ordinaire ver strekkingen, welke tot soulaas van de lijders dienen kunnen en thans 's Lands wegen plaats vinden, te kunnen doen geschieden en voorts van hunne dien aangaande te houdene administratie jaarlijks met ultimo December aan den lijdelijken heer Gouverneur Generaal verant woording te doen, terwijl daarentegen aan dezelve opening zal worden gegeven van het gebruik, dat daarvan ten behoeve der in de hospitalen zig bevindende lijders gemaakt geworden is. Door zijne excellentie ook gereflecteerd zijnde, dat, om van dit alles een goed effect te kunnen verwaglen. de nood zakelijkheid vereischt, dal een chirurgijn en chef over bei 1808. H. W. DAENDELS. 40 üacndels schreef op bovenstaanden datum aan den resident van Cheribon die openstelling toe te staan »in de zekere veronderstelling, dat daardoor, volgens Uwe opgave, 's Lands domeinen zullen worden vermeerderd en dat door UEd op desselvs verantwoordelijkheid voor alle sluikhandel of andere, daaruit kunnende resulteeren misbruiken strengelijk gewaakt werden zal". 6 Julij. Aanstelling van een vchiriirgijn-prinripal" voor f iet arrondissement Rata via. Zulks geschiedde, omdat, de regeling van den geneeskundigen dienst de betrekking van hoofd der chirurgie te Batnvia had doen vervallen. 6 Julij. Aanstelling van een hchirurgijn-principal" voor het arrondissement Soerabaija. ücze kreeg een tractcinent van 5000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars. 6J ui ij. Levering van hout, enz. voor de duiten-munt Ie Soerubaiju, alsmede voor y>de werken bij Menare ven op tiet eiland Madura". Zijne excellentie de Maarschalk gereflecteerd hebbende, dat het niet wel mogelijk is alle de kolen, mitsgaders hout werken, vaartuigen en andere aitieulen, welke benodigd zijn, zo voor de duiten-munterij, als de aangelegd wordende werken bij Menare, alhier [Soerabaija] en op het eiland Madura alleen uit dezen Oosthoek bij eikanderen te brengen, zouder dat de inge zeetenon daardoor al te zeer beswaard worden, en men gevaar loopt, dat het werk zelve niet met alle die spoed zal kunnen worden voortgezet, welke de noodzakelijkheid komt te ver eischen; zo is het, dat wclgemelde zijn excellentie besloten heeft orde te stellen, dat ook van de conaptoiren Ilembang, Joaiia en Japara en de daaronder gehorende regentschappen 1808. H. W. DAENDELS 400 behalven nog van Weesmeesteren voor het in dienen der doodbriefjes van overledenen, per briefje : voor een ambtenaar van de 1° en 2" classe.. » 8 » » ii » » s', 4 e » 8' » »4 Art. 12. Alle deze engeldeu zullen voldaan worden in zilver geld, zoonicde de grond, die tot het bouwen van ge metzelde grafkelders wordt afgestaan: terwijl voorts nog wordt vastgesteld, dat de rekeningen van de aansprekers en doodgraver, item van den verhuurder der rouwwagens door den commandant der burgerij geëxamineerd en voor ge approbeerd getekend zullen moeten worden, alvorens daarop betaling zal behoeven te geschieden 15 December. Voorziening der gou vernemen Is ateliers te Soerabaija van houtskolen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de inconvenienten, waar mede de leverantie van houtskolen door de prefecten voor de verschillende fabrieken te Sourabaija veelal gepaarl gaat, en tevens die verzorging op een regelmatige wijze willende doen plaats hebben, len einde de werkzaamheden te Sourabaija hij gebreke aan de benodigde kolen niet worden vertraagd: heeft besloten het collegie der houtadministratie aan te schrijven en te gelasten, zoo als hetzelve word aangeschreven en gelast mits dezen, om met primo April aanstaande zich met hel leveren en verzorgen der benodigde houtskolen voor de duitenniuulerij en de overige zig te Sourabaija bevindende smederijen te belasten: met last aan den Oosthoeks gezaghebber en prefecten, welke tot hiertoe met het leveren der houtskolen gechargeerd zijn geweest, om gedurende den tijd. dat het collegie van admini stratie zich onledig houd met de nodige aanstalten Ie maken tot eene prompte leverantie, inmiddels al het mogelijke aan te wenden om Sourabaija van houtskolen tot primo April aanstaande te voorzien. 1808. H. W. DAËNDÊLS 401 PLAIAIT-BOEI DEEL XV. 26 16 December. Maatregel legen knevelarijen van pach lers te Bantam. De heer directeur generaal te kennen gegeven hebbende, dat volgens de bij zijn Edele ontvangen narichten op sommige der te Bantam ingevoerd en verhandeld wordende artikelen eene zoo hooge thol word geheven, dat daardoor de ingezetenen op eene ongehoorde wijze worden gedrukt, zoo is ter voor koming, zooveel mogelijk, van deze ongepermiüeerde handel wijze goedgevonden en verstaan den prefect aldaar aan te schrijven de noodige zorge te dragen, dat de ingezetenen in den vervolge door geene kuevelarijen van wegen den pachter wordeu gevexeerd. 19 December. Wijziginy van de boekhouding. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende den grooten omslag, welke volgens de tegensvvoordige inrigling lot het houden der boeken wordt vereischt, en de moeielijkheid, welke er niettemin be slaat om met eenige zekerheid den h'nantieelen slaat van Indien, zoowel als van ieder gouvernement in het bijzonder, uit dezelve te ontwaren, en de noodzakelijkheid jtenetreerende, dat in deze inconvenienten werde voorzien ten einde door eene vereenvoudigde wijze van behandeling der Indische boeken met meerder faciliteit den waren staat van 's Lands finantieelen toestand te ontwaren en met meerder zekerheid voor de rick tige administratie der publieke kas Ie kunnen doen surveilleeren ; en levens om te voldoen aan den letter van hel 24 e artikel zijner instructie, waarbij hoogstdezelve door Zijne Majesteit den Koning is gelast Ie zorgen, dat zijne administratie van de vorige administratie worde afgescheiden ter voorkoming, dat geene der misbruiken, die in dezelve mogten zijn ingeslopen, aan hem konden worden geimputeerd; heeft besloten vast te slellen, gelijk vastgesteld wordt bij dezen: 1808. H. W. DAENDELê. 402 1' dat de thans gehouden wordende negotie-boeken finaal zullen worden afgeschaft en vervangen door : a. een finantie- of domeinen grootboek, waarbij hoege naamd geene administratie, koopmans of eenige andere goederen mogen loopen, maar eenelijk debiteuren en crediteuren bij rijksdaalders, met afschaffing der reductie tot ducatons en florijnen; b. een geëxtendeerd cassa-boek van outvangst en uitgave, almede bij rijksdaalders van 48 stuivers ieder; c. een journaal, waarbij de redenen der debet- en credit posten moeten worden geëxtendeerd, welke boeken ter hoofdplaats Batavia zullen worden gehouden ten kantore van de administrateurs-generaal: 2° dat ten kantore van de administrateurs-generaal mede zal moeten gehouden worden een generaal con front alie-lwek, waarbij de ontvangst, afscheep en uitgaaf van alle goederen en gelden zal worden genoteerd: 3° dat de thans, gehouden wordende administratie-boeken, voor zoover dezelve met geldswaarde loopen, en op de buitenkantoren de groot- en bijbocken mede afgeschaft en in dies plaats gehouden zullen worden simpele pakhuis boeken, bij pond- en stukgoederen; 4° dat de thans gehouden wordende negotie- en administraliV boekeu niet eerdei - zullen worden afgesloten dan onder ultimo December aanstaande, wanneer een nieuwe, exacte opneem gedaan en de hiervoren vernielde boeken geformeerd zullen worden: 3 U dat in stede van het presente generale visite-kantoor, als mede van het kantoor generaal, welke daardoor voor afgeschaft en vernietigd zullen gehouden worden, zal worden opgericht eene generale rekenkamer van Indien, waarvan de instructie door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal aan de hooge Indische regeering ter approbatie zal worden voorgesteld; 6° dat voortaan geene kopij-boeken, zoo min linaiilieele. als administrative, naar Europa zullen worden gezonden; 1808. H. W. DAENDELS. 403 7° dat, zoowel de hoofdplaats Batavia, als alle gouvernementen en buitenkantoren, jaarlijks aan het kantoor van de ad ministrateurs-generaal zullen moeten inzenden eenc generale te zamentrekking van alle inkomsten en uitgaven, met bekendstelling van de verschillende crediteuren en debi teuren; en zal daaruit door den finantie-boekhouder moeten worden opgemaakt een generale staal van Indien en tevens eene te zamentrekking of memorie van alle restanten, onder ultimo December van ieder jaar aan handen, om door denzelven, benevens het generaal confrontatie-boek, ter visitatie aan de generale rekenkamer te worden overgegeven. 19 December. Instructie voor de generale rekenkamer van Indië. Alzo het voor het belang van den Lande van groot nut word beschouwd, dat voortaan alle uitgaven en inkomsten van 's Lands penningen, het doen van rekening door alle comptablen en de rigtige verantwoording van die allen worde gebragt onder de surveillance en het opzigt en onderhevig gemaakt aan de approbatie of afkeuring van een expres daartoe geautoriseerd collegie, zoo heeft (de hooge regeering op het voorstel, daartoe gedaan door) zijne excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal, goedgevonden te erigeren eene generale rekenkamer alhier ter hoofdplaatse Batavia, onder de volgende artikelen: Art. 1. De voorschreven generale rekenkamer zal bestaan uit een president, vier leden en een secretaris, welke ambte naren eikanderen niet zullen mogen bestaan in consanguinileit of affiniteit tot in den vierden graad, noch ook mogen zilten over het opnemen van rekeningen of stalen van personen, hun in gelijken graad bestaande. Art. 2. In het gemelde collegie zullen niet mogen zitten eenige ambtenaren, die uithoofde van baare ambts- of dienst verrigtingen kunnen gehouden worden voor comptabel aan de kamer zelve. Art. 5. Het collegie zal moeten vergaderen len minste 1808. H W. OAENDELS. 404 drie maal des weeks of 's Maandags, 's Woensdags en Vrijdags, des morgens len agt uren, of zooveel malen meer, als tot een prompte expeditie van zaken zal nodig zijn, uitgezonderd de feestdagen, die op dien tijd moglen invallen. Art. 4. Gemelde rekenkamer zal Ivvee maal des jaars eu wel onder ultimo Junij en December een generaal rapport doen van hare verrigtingen aan de hooge regering en daarbij lelkens moeien voegen een specifique lijst van alle rekeningen en staten, die opgenomen zullen zijn, met uitdrukking van de namen der daarin betrokkene personen, administratien en den tijd, waarover dezelve hebben geloopen. Art. o. Om het werk bij opgemelde rekenkamer te meer te faciliteeren zal het aan den president zijn overgelaten om de werkzaamheden, die bij dezelve voorkomen, onder de leden te verdeelen, dewelke een ieder in den hare verpligl zullen zijn van haar onderzoek en veniglingen rapport te doen in de volle vergadering, zullende, alvorens hel door hun voorgestelde worde vastgesteld en geëxpedieerd, door dezelve moeien worden geapprobeerd en overgenomen. Art. 6. De opgemelde, afzonderlijke leden zullen mei alle zaken, die haar zijn opgedragen, den meest mogelijken spoed maken, len einde het werk in hel. generaal op geenerlei wijze worde vertraagd. Art. 7. Ten einde aan den president de verdeeling der werkzaamheden onder de bijzondere leden zooveel te meer werde gefaciliteenl, zal de secrelaris verpligl zijn een register te houden van de rekeningen, boeken en stalen, welke bij de kamer zullen zijn overgebragt, hetzelve voor elke ver gadering aan den president exhiberende, ten einde daaruit de distributie werde gemaakt. Art. 8. Hij zal bovendien verpligt zijn accurate aantee kening te houden van alle dispositiën, bij het collegie ge nomen, daarvan bij ieder vergadering notulen houdende, om ter volgende vergadering te worden geresumeerd. Art. 9. Ten dien einde zullen president en leden op de gezeltc dagen, alvorens zij zich 10l hare bijzondere werk 1808. H. W. OAENDELS 405 zaamheden begeven, verschijnen in de volle vergadering en zorgvuldig letten, dal het aangeteekende door den secretaris conform zij a;m de dispositie, ter vorige vergadering genomen, zullende bij gebreke van dien daarin de nodige redressen moeten worden gemaakt, ten einde na die resumtie niet meer subject te zijn aan eenige verandering, ten ware zulks geschiedde bij een nader besluit, op of na den dag der re sumtie genomen: en zullen alle besluiten doorgaan bij meer derheid van stemmen, doch zal de president bij gelijke stemmen het regt hebben te concluderen, zullende nochtans een door de gezainenllijke leden genomen besluit bij resumtie niet mogen worden ingetrokken of veranderd, indien alle de leden, die daartoe hebben geconcurreerd, niet present zijn. Arl. K). De secretaris zal bovendien belast zijn met de expeditie van do besluiten, zoo wel ter dezer hoofdplaats, als na de buiten-kantoren, de daartoe behoorende brieven afzenden en bij ontvangst ongeopend afgeven aan den president, om ter eerste vergadering te worden overgelegd. Hij zal het aan de hoogo regering in te dienen rapport opmaken of doen opmaken en ter approbatie van de vergadering overleggen en in een woord zich met alle werkzaamheden chargeren, die tot den post van secretaris behooren. Art. 11. Aan hem zal worden toegevoegd een adjunct of gezworen klerk, dewelke door den president zal voorgedragen en gekozen worden uit een der dienaren, die den aanleg heeft om zich den post van secretaris te kunnen eigen maken, ten einde, zoowel dezen in zijne werkzaamheden Ie adsisteren, als om denzelven bij een goed gedrag in der tijd te kunnen opvolgen: bovendien zullen lot den dienst bij het collegie zoovele suppoosten en klerken worden geappoincteerd, als na mate vau de werkzaamheden nodig zullen worden geoordeeld; ook zullen er een kamer-bewaarder en vier rapportgangers worden aangesteld tot het doen van de nodige expeditien, welke eerslgemelde zal worden voorzien van een zilver schild niet 'sKonings wapen en omschreven met de woorden : generale rekenkamer. 1808. H. W. DAENDELS. 406 Art. 12. Opgemeld collegie zal hooren, nagaan en sluiten alle, zoo particuliere, als generale rekeningen van den Lande en over zulks ter hoofdplaats Batavia de rekeningen van den ontvanger generaal, van het collegie van Schepenen van Batavia, van het collegie van de bank van leening, van het vendukantoor, van Weesraeesteren, van het collegie van Boedel meesteren, van het Iracteraents-kanloor, van den commissaris van het klein-zegel, van het oorgeld der paarden, de kassa rekeningen van den groot-kassier, de boeken van alle Bataviasche adnrinislralien. van de administrateurs in de suiker-magazijnen, de Westzijde, de Waterpoort, het ijzer- en graan-magazijn, het kleeden-pakhuis, het eiland Onrust, de equipage-werf, de wapen-kamer, het collateraal, de boeken van den curator ad lites wegens de nalatenschappen van alle ab intestato over ledene dienaren, die van den secretaris van het collegie van Schepenen nopens de boedels van alle insolvent overledene burgers en onchristenen, de boeken van den sequester wegens de nalatenschappen van alle insolvente dienaren, welke laatst gemelde thans door twee leden uit den hoogen Raad van justitie worden geëxamineerd, de boeken van de diaconie en kerkmeesteren, de kassa-rekeningen van het gesticht der pen nisten, de rekeningen van den sabandhaar en licentmeester, de rekeningen van de respective officieren van justitie en van den landdrost der Bataviasche ommelanden, de rekeningen van den prefect der Jaccatrasche en Preanger regentschappen, die vaii Cheribon en den prefect der Cheribonsche Preanger landen, de boeken en rekeningen van alle administratie!), onder het voormalig gouvernement van Java's Noordhoek sorterende, die van de respective prefecten aldaar en den gezaghebber in den Oosthoek, de rekeningen van de administratie over de houtbosschen op Java, die van den generalen aankap der houtwerken, welke het collegie van administratie aan den inspecteur-generaal en het gouvernement inzend, de rekeningen van den commissaris over de houtwerken wegens de ontvangst en afscheep van dezelve, de rekeningen, zoo van hel collegie van administratie, als van den commissaris over de houtwerken 1808. H W. DAENDELS. 407 wegens de uitgaven, bij den aankap, afvoer en op de respec five stapelplaatsen gevallen, de rekeningen der hospitalen en van alle hoofdelijke en andere militaire betalingen te lande en te water, de consumtie-rekeningen van schepen en vaar tuigen, de rekeningen van de commandanten der buitenposten, alsmede van al 't geen de magazijnen der arthillerie betreft; voorts van alle penningen, welke aan ingenieurs mogtcn zijn verstrekt of door gouverneurs, gezaghebbers of prefecten op de geviseerde lijsten der ingenieurs uitbetaald, de rekeningen van uitgaven, zoo tot oprigting van nieuwe, als onderhoud van oude fortificatieu, die van de kruitmolens, kogelgicterij, affuit makerij, goud-, zilver- en duitenmunterij, die van de zaagmolens, koolmijnen en salpetermakerijen en van alle etablissementen, welke in het vervolg bij den Lande meerder mogten werden verkregen of daargesteld, die van de herbergen en posterijen en voorts van alle penningen, ter goeder rekening gegeven, aan wien het zoude mogen wezen; zullende eindelijk van alle bezittingen en etablissementen buiten hel eiland Java de re keningen van ontvangst en uilgave in duplo met alle de daartoe behoorende verificatoire bewijzen aan de generale rekenkamer worden ingezonden en geene posten, daarbij verhandeld, voor verantwoord worden gehouden, voor en al eer dezelve door de kanier zijn gevisiteerd en geapprobeerd; en generalijk alle rekeningen van verdere comptabelen, hetzij van collegien, adminislratien of andere corpora, pachters, aannemers of leveranciers, die aan den Lande te verrekenen schuldig zijn. Art. 15. De kamer zal geene posten in rekening valideren, ilan dewelke op grond van de daar liggende of nog te stellene orders, reglementen en instructien of door andere, particuliere documenten naar behooren zijn gejustificeerd. Art. 14. Alle ordonnantien van ontvangst en uitgave, zoo in gelde, als in goederen, die ter hoofdplaats door den di recteur generaal worden geëxpedieerd, zullen, alvorens die voldaan worden, door de rekenkamer worden geëxamineerd, geregistreerd imi gecontrasigneerd, waarmede die ambtenaar, zooals alle andere comptabelen, een ieder in het zijne, va» 1808. H. W. DAENOELS. 408 alle verdere verantwoording; zullen zijn ontheven, tenzij hef van agteren kwam te blijken, dat de rekenkamer door ver keerde opgaven in erreur was geinduceerd. Art. 15. Van de voorschreven bepaling zullen echter zijn geëximeerd alle zoodanige ordonnantien, dewelke, geen uitstel gedogende, terstond na de expeditie hij de rekenkamer zullen worden overgebragt om ter eerste zitling te worden gerevideerd. Art. 16. De kamer, in de gedachte en alle overige ordon nantien van den directeur generaal eenige ahuisen ofstrtjdig heden ontdekkende met de daar liggende orders, reglementen of besluiten der hooge regeering, zal, zulks van genoegzame waarde oordeelende, verpligt zijn deswegens hij adres aan de regeering eene conferentie te verzoeken met den directeur generaal, ten einde daarlegens te remonstreeren. Art. 17. Van alle cognossementen na of van de buiten kantoren of die van het eene kantoor na het ander gezonden of verzonden wordon, zullen de authentique kopijen, de laatsle in duplo, aan de rekenkamer worden afgegeven ol'ingezonden. Art. 18. Bij het inzenden van de rekeningen of boeken van de hoofdplaats en builenkantoren, alsmede van alle reke ningen van ontvangst en uitgave, item verstrekkingen, etc, zullen tegelijk worden overgelegd de aulhentique kopijen van alle documenten, besluiten of qualificalien, waardoor dezelve worden gejustificeerd, zullende niet te min de rekenkamer de magt hebben de origincele stukken te requireeren in alle ge vallen, waar zij zulks noodig mogt oordeelen. Art. 19. Van alle, door het gouvernement genomen wordende dispositien betrekkelijk het administrative en finanlieele zal onmiddellijk aan de generale rekenkamer kennis worden ge geven, gelijk mede aan dezelve zullen worden opgegeven alle de gedane voorschielingen aan de respeclive aannemers, le veranciers, etc, zullende er, voor zoover de hoofdplaats Batavia betreft, geene uit- of afbetalingen mogen worden gedaan, als nadat bij de rekenkamer de bewijzen zullen zijn ingekomen, dat er behoorlijk voldaan is ;>an de bepalingen en orders, daaromtrent gemaakt of nog te maken. 1808. H. W. DAENDELS. 409 Art. 20. Aan het gemelde collegie zullen worden overge geven, voor zooverre die niet bereeds ten kantore van den visilateur-gcneraal aan handen zijn, aulhentique kopijen van de permanente orders en bepalingen, die, zoowel len aanzien van het fiuantieele, als administrative beslaan en in vigeur zijn. en voorts van alle orders en hesluiten, die daaromtrent zijn gegeven of genomen of nog gegeven of genomen zullen worden; zullende het verder aan hetzelve vrij slaan om van hel secrelarijc of elders te verzoeken zoodanige openingen of extracten, als men zal noodig hebben en dewelke alsdan da delijk zullen moeien worden afgegeven. Art. 21. Met primo Januari) 1809 of den dag, wanneer de generale rekenkamer hare werkzaamheden na de nieuwe order van zaken zal beginnen, moet aan dezelven, voor zoover zulks doenlijk is, overgegeven worden eene specifique lijst van alle debiteuren en crediteuren van den Lande, waarbij moei worden geobserveerd, dat de dubieust 1 en desperate schulden van de goede en deugdzame worden gesepareerd, met opgave van de redenen, waarom dezelve Iwijilelaehtig of hoopeloos geworden zijn; voorts van alle onvoldane or donnanüen, almede mei bekendstelling der moliven, waarom dezelve nog voortlopen, len einde baar daardoor in staat te stellen om Ie zorgen, dal dezelve, voor zoo verre die daarvoor vatbaar zijn. ter behoorlijke tijd afgedaan en verrekend worden. Art. 22. Om Ie effectueren, dat de werkzaamheden in goede order mogen worden bij de hand genomen, zal de president aan ieder lid distribueren de rekeningen boeken en staten, die ter exaininatie en confrontatie worden over gegeven, en voorts de magt hebben om te beslissen over al, belgeen de orde der vergadering is coneernerende. Art. 25. leder lid zal successivelijk rapport doen van de rekeningen, staten en ordonnantien, die bij hetzelve zullen zijn afgehandeld, om onderworpen Ie worden aan de visie en ex;iniinalie van de volle vergadering, dewelke steeds in hel. oog zal houden, dal die afdoening moet zijn in conformiteit van de opgemelde orders, reglementeu en instructien en dat 1808. H. W DAENDELS. 41 ee n gedeelte van die articulen geleverd en bezorgd worden, Uizonderbeid kolen en vaartuigen, en wel van de eerste tot ÏOOOO nikols 's maandelijks en van de laatste 100 prauwen "laijang, voor zo lang die benodigd sollen zijn, met de daarvoor vereischle manschappen, alles zodanig Ie verdeelen, a 's met de plaatselijke omstandigheden van ieder der gemelde c oniploiren best overeenkomt, en mei dien verstande tevens, dat de dus van daar geleverd wordende materialen en man- Sc happen op dien zelvden voet zullen betaald worden, als opzichte van die van den Oosthoek plaats vindt: en Tialificeerende mitsdien den tijdelijken gezaghebber in den Oosthoek om van de residenten der voorschreven couiptoiren Va n tijd i,,i tijd deswegens de nodige aanvrage te mogen doen en met order aan de laatstgemelde om in zo een geval deze aanvragen te houden, evenals of die door zijne excellentie zelve waren gedaan, en dus niet de bezorging van het daarbij geëischte alle mogelijke spoed te maken. 8 Julij. Chineesche vertalingen van gouvernernenteele beschikkingen. Hoedanig in het begin dezer eeuw niet zulke vertalingen gehandeld werd, blijkt uit het volgende. ' s goedgevonden en verstaan den kapitein en lieutenants d e r Chineesche natie te gelasten na te gaan en aan deze re geering op te geven, of de bij art. 13 van de in 1798 gearresteerde pacht-conditien voor de boom gemaakte bepaling tusschen groote en kleine jonken bij het daarvan in de Chi leesche taal gemaakt translaat woordelijk zoodanig wordl. gevonden, dan wel of daarbij nog eene nadere onderscheiding ln hunne taal is gemaakt tusschen jonken met een of twee bekken en of zederl deswegens ook eenige nadere bepalingen zi Jn gemaakt. Op>den_; 1 ulij de Chiueesche °Hicieren, »dat bij de vertaling van het 15" artikel der in 1808. H. W. DAENDELS. 410 geene posten mogen worden gevalideert, die daarmede niet overeenkomen of behoorlijk geverifieerd zijn met ordonnatien, actens van decharge of resolulien, bij zijne excellentie den heere Maarschalk of de hooge regering genomen, waarvan de documenten, daartoe gehoorende, zullen moeten zijn ge annexeerd, zullende alle ten onregte opgebragte posten van rekeningen moeten worden geroijeerd en zoodanig bezwaard, als de vergadering zal bevinden te behooren. Art. 24. De examinatie van dezelvde boeken, rekeningen en staten zal niet altoos door ilezelvde leden mogen geschieden, maar jaarlijks in andere handen moeten worden gesteld, wordende de president van het collegie in het bijzonder voor de nakoming van dit artikel verantwoordelijk gesteld. Arl. 25. De rekeningen, boeken en stalen, die ter onder zoek bij de rekenkamer behooren, zullen, voor zooverre de («rdonnantien, aanbestedingen en andere, dagelijks voorvallende zaken ter hoofdplaats Batavia betreft, direct aan dezelve moeten worden overgegeven, doch zal de verantwoording van de respeclive administralien en collegien, die bij het uiteinde van elk jaar hunne boeken sluiten, jaarlijks bij de rekenkamer moeten gedaan worden en binnen den lijd van drie maanden, na dat de boeken zijn gesloten, moeten zijn afgeloopen; zullende de boeken van Palembang en Banjermassing uiterlijk voor ultimo Maart van ieder jaar en van Macasser, Timor en de grootc Oost voor ultimo Julij moeten worden inge zonden, sub poene van een boete van 200 gecartelde ducatons voor degeenen, die daarin nalatig blijven, ten ware dat dezen bij valable redenen ten genoege van het collegie konden aantoonen, dat toevallige of andere omstandigheden, dewelke te veranderen buiten hun vermogen was, zulks veroorzaakt hebben, zullende die allen in den vervolge moeten gesloten worden onder ultimo December van ieder jaar en de exami natie en visitatie van dezelve bij de generale rekenkamer moeten zijn volbragt binnen den tijd van drie maanden, na dat dezelve bij de kamer zijn ingekomen. Art. 26. Om echter, zooveel mogelijk, voor te komen, dat 1808 H. W. DAENDELS. 411 de werkzaamheden niet te zeer over de hand lopen, zullen de buiten-kantoren van de rekeningen en alle andere staten rollen van drie tot drie maanden formeren en te gelijk met de hoeken overzenden, henevens de generale opneem, behoorlijk beëedigd en in forma probandi gebragt. Art. 27. En, daar de omslag en comptabiliteit onder het voormelde Java's gouvernement van eene vrij groote uitge breidheid is, reserveert het gouvernement aan zich om nopens de wijze van verantwoording van hetzelve aan de generale renkenkainer, des geraden oordeelende, een nadere bepaling te maken. Art. 28. Hel collegie zal verpligt zijn de respective comp tablen te houden aan den hun voorgeschreven tijd van ver antwoording en degenen, die daaromtrent in gebreke blijven, hij besloten brieven daartoe insinueren; en, andermaal daarin nalatig bijvende of geene wettige redenen ten genoegen van het collegie kunnende allegueren. dezelve bij gijzeling daartoe noodzaken, zullende nochtans omtrent leden der hooge regering en andere eerste ambtenaren op de buiten-kantoren vooraf moeten worden kennis gegeven aan den Gouverneur (ieneraal. Art. 29. Eenige rekeningen of sloten van afgelredene of overledene comptablen nog openstaande en ongezuiverd vin dende, zal het collegie de volmaglen of erfgenamen aanmanen en houden tot zuivering en voldoening van dezelve sloten, daarin voorts handelende, zoo als in het voorgaande artikel is vermeld. Art. 30. Alle rekeningen, boeken en staten, die overge geven of ingezonden worden, moeten zijn ingerigt conform de respective instructien of gebruiken, zullende het aan de rekenkamer worden overgelaten om, ingevalle daarin defecten worden gevonden, aan de comptablen een form van rekening voor te schrijven, die zij de klaarste en convenahelste zal oordeelen om door dezelve geobserveert te worden. Art. 31. Het collegie zal hebben te letten, dat alle sloten der rekeningen na behooren worden gezuiverd en verantwoord, de posten, waarmede eenige comptablen zijn bezwaard, in 1808. H. W. DAENDELS. 412 rekening worden gebragt: en zal de hooge regeering aan hetzelve bij een extract notul toezenden alle zoodanige be talingen ol vergoedingen, waarmede de een of ander mogt worden bezwaard, ten einde hel collcgie in slaal Ie stellen op de invordering te letten. Art 02. Het collegie zal in het bijzonder daarop letten, dal alle pagten, heffingen en betalingen ingevorderd en aan 's Lands kas verantwoord worden, ler welkers observantie aan hetzelve van wegens de hooge regeering telkens zal worden kennis gegeven van de remissienol' uitstellen, aan dezelve verleend. Art. 53. Het collegie zal hel regt hebben om dezulken, die verpligt zijn tot de restitutie van penningen, vergoedingen of andere bezwaren, 10l de voldoening door middelen van regten te constringeren; doch, ingevalle de directeur generaal of ander lid van de hnoge regeering in een zodanig geval mogt geraken, zullen deze niet in regten mogen worden vervolgd zonder daartoe van den Gouverneur Generaal verzocht en verkregen te hebben hel vernam agendi. Art. 34. Geene posten, die in vorige rekeningen zijn ge roijeerd, zullen mogen worden gebragt op volgende rekeningen zonder te gelijk nader bewijs of elncidalie dien aangaande daarbij over te leggen; en zullen [«ie] diegenen, die contrarie zullen ondernemen, mogen raulcteren en dezelve daarmede in hare rekeningen belasten, zoo als zij na exigentie van zaken zullen bevinden te behooren; zoo als ook de hooge regering over zoodanige, geroijeerde posten niet zal disponeren zonder het advis van de kamer alvorens daarop te hebben ingenomen. Ail. 55. Wanneer de rekenkamer bet nodig oordeeld de eomplable personen tot het geven van elucidalien als anders zins voor haar te ontbieden, zullen dezelve bij beslotene brieven daartoe moeten worden geinsinueerd, terwijl onilrend den directeur generaal zal worden gehandeld, zoo als bij art. 16 is bepaald. Art. öB. Ingevalle van bedenklijkheid over de wijze, hoe op eene of andere rekening of verantwoording dient te worden 1808. H. W. DAÈNDELS. 413 gedisponecrd, zal het collegie verpligt zijn daarvan aan de hooge regeering kennis te geven, met overlegging van de daartoe behoorende bescheiden en elucidatien, ter afwagting van boogsldeszelvs dispositie. Art. 57. Hel collegie zal geen bezwaren mogen leggen ten laste van den lande, maar bij bevinding van posten, die door hetzelve zouden dienen te worden gedragen, daarvan ten fine van dispositie aan de hooge regcering kennis geven. Art. 38. De directeur en administrateurs generaal zullen, even als bevorens, de petitien formeren vau alle gelden en behoeftens voor de biiiten-kauloren, van dewelke, nadat die door zijne excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal en de hooge regering zullen zijn geapprobeerd, aulhentique kopijen aan de rekenkamer zullen worden af gegeven ler harer informatie en narigt. Art. 39. Vau alle bevondene erreuren zal door flengeneu, ten wiens laste dezelve komen, bij wijze van boete bet :i , worden betaald aart de kamer om onder de leden en sup poosten van dezelve zoodanig te worden gedistribueerd, als nader zal worden bepaald, zullende van goederen en producten, welke in den vervolge niet meer in geldswaarde bij de boeken loopen, bet ware kostende of de uitkoopswaarde worden be rekend ; en, onverminderd de betaling dezer boele, de respeclive officieren van justitie gehouden zijn hun ambt en pligt te betrachten tegeus zoodanige comptabelen, welke zicii aan fraudes of nialversatien mogten hebben schuldig gemaakt. Art. 40. De instructie, op den 22™ Junij 11 óö voor den visitateur generaal geëmaneerd, zal door het collegie worden overgenomen om zich daar na in het onderzoekeu van boeken, rekeningen en papieren in zoo verre te gedragen, als na gelang vau deze instructie en de in de behandeling der zaken gemaakte verandering als nog nuttig of noodzakelijk mogl worden bevonden. Art. 41. Het collegie zal zorgen, dat alle zaken, bij hetzelve verhandeld wordende, secreet blijven en niemand buiten de 1608. H. W. OAËNDÊLê. 414 leden en secretaris van de vergadering eenige opening daarvan werde gegeven. Art. 42. De president en secretaris zullen wel in het Lijzonder zorg hebben te dragen, dat alle rekeningen, charters en papieren bij de kanier in goede order werden gehouden en dat aan niemand eenig acces of kopie van dezelve werde gegeven verder, als bij deze instructie is gepermitteerd of tot de verantwoording van de daarin betrokkene personen wordt vereischt. Art. 43. De president, de leden, de secretaris en alle mindere bediendens, die tot hel collegie behooren, zal zijn geinterdiceerd, zo als zulks geinterdiceerd wordt bij dezen, het ontvangen van giften of gaven, hetzij direct of indirect, van eenige comptabelen of iemand anders, die bij de reken kamer iets te verrigten heeft, sub poene van de wet, bij placcaat van den \ Februari) dezes jaars op het accepteren van geschenken bepaald, en zoodanige dispositie daarenboven, als de hooge regering na exigentie van zaken zal verineenen te behooren. Art. 44. De president, leden, secretaris en gezworen klerk zullen bij het aanvaarden van hunne posten bij de hooge regering alleggen de volgende eedeu, als: De president. Ik beloove en zweere Zijne Majesteit den Koning van Holland, onzen hoogen en doorluchtigeu souverain, mitsgaders den Gou verneur Generaal en de Maden van Indien gehouw en getrouw te zullen zijn; dat ik het ambt van president ter dezer hoofdplaatse met alle mogelijke vlijt en naarstigheid waarnemen en zorgen zal, dat de orde der vergadering naar behooren werde geobserveerd en de werkzaamheden door de bijzondere leden met naauwkeu righeid verricht; dat ik mij steeds beijveren zal om zorgvuldig Ie beantwoorden aan het oogmerk, waarom de generale rekenkamer is opgerigt, dat is, om voor te komen, dal den 1808. H. W. DAENDÊLS. 415 lande op geenerlei wijze in hare finantiek', pecuniele of com merciële betrekkingen werde verkort of benadeeld: dat ik in dezen, zowel zal waken voor de belangens van den Lande, als voor die van de comptabelen en niemand zonder wettige redenen zal bezwaren: dal ik geene giften of gaven, hetzij direct of indirect, zal ontvangen van iemand, die ietwes met de gemelde rekenkamer uitstaan of te ver handelen heeft; dat ik de secreten der kamer aan niemand, die daartoe ongeregtigd is, zal openbaren; dat ik mij zal houden en reguleren na deze instructie of andere ordonnantien, die op het hooren, opnemen en sluiten van 's Lands reke ningen nog mogten worden gemaakt, en mij voorts in allen deele zal gedragen, gelijk een vroom en getrouw president van de generale rekenkamer betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig. De leden. Ik beloove en zweere Zijne Majesteit den Koning van Holland, onzen hoogen en doorluchtigen souverain, mitsgaders den Gou verneur Generaal en de Raden van Indien gehouw en getrouw te zullen zijn; dat ik het ambt van lid van de generale rekenkamer ter dezer hoofdplaatse met alle mogelijke vlijt en naarstigheid waarnemen en mij steeds beijveren zal om zorgvuldig te be antwoorden aan bet oogmerk, waarom de generale reken kamer is opgerigt," dat is, om voor te komen, dat den Lande op geenerlei wijze in hare finantiele, pecuniele of commerciële betrekkingen werde verkort of benadeeld; dat ik in dezen, even zoo wel zal waken voor de belangeus van den Lande, als voor die van de comptablen en niemand zonder wettige redenen zal bezwaren; dat ik geene giften of gaven, heizij direct of indirect, zal ontvangen van iemand, die ietwes met de gemelde rekenkamer uitstaan of te ver handelen heeft; dat ik de secreten der kamer aan niemand, die daai-toe ongeregtigd is, zal openbaren; dat ik mij zal houden en reguleren na deze instructie of andere ordonnantieu, IÓO6. H. W. OAENDÉLé. 416 die op bet hooren, opnemen en sluiten van 's Lands rekeningen nog moglen worden gemaakt, en mij voorts in allen deele zal gedragen, gelijk een vroom en getrouw lid van de generale rekenkamer betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig. Eed voor den .secretaris en gezworen klerk. Ik lieloove en zweere Zijne Majesteit den Koning, onzen hoogen en doorluchtigen souverain, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gebouw en getrouw te /uilen zijn: dat ik mij in het werk, aan mij toevertrouwd, in allen opzichte getrouwelijk en eerlijk zal gedragen; dat ik geene giften, gaven of geschenken, hetzij direct of indirect, zal ontvangen van iemand, die ietwes met de generale reken kamer uitstaan of te verrigten heeft; dat ik de secreten dei kamer aan niemand, die daartoe ongeregtigd is, zal openbaren en dal ik, zooveel in mij is en mij zulks aangaat, zal nakomen en in acht nemen de instructie, voor de generale rekenkamer gemaakt of nader te maken; en mij voorts in allen deele zal gedragen, gelijk een vroom en gelrouw secretaris en gezworen klerk van de generale rekenkamer toekomt en betaamd. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig. Zie ook 17 Januarij, 5 Februarij, 14 Augustus 1809, 5 Sprokkelmaand 1810. 20 December. Voorziening in liet gebrek aan practizijns te Batavia. De Hooge Raad van justitie trachtte eenigenuate in dat gebrek te voorzien door te bepalen, »dal de suppoosten, zoo van hun achtbare, als die van het secrelarij van het collegie van Schepenen, over eu weder als procureurs zullen vermogen te posluleeren, hetgeen bevorens geen plaats heeft mogen vinden". L 2O December. X oorschriften voor den secretaris van het collegie van Heemraden. Is goedgevonden eu verslaan hem te gelasten zich voortaan 1808. H. W. DAENDELS. 417 PLAIAAT-BUU DMU. IV. 27 tot stipte observantie te laten strekken het besluit dezer regeering van den 15' n Januarij 1801 en als een gevolg van dien de boeken in volgendcr voege af te sluiten, als: a. alle 's Lands gelden, goederen en andere artikelen, die volgens de boeken in ware wezen zijn, onder een hoofd deel bekend Ie stellen: b. alle goede schulden en andere ten agteren staande reke ningen, die voor deugdzaam kunnen worden gehouden, onder dewelke nogthans gecne gevonden mogen worden, welke verevening kunnen erlangen; c. alle twijfelachtige schulden, die echter niel geheel en al hopeloos zijn, en (/. alle hopclooze schulden, die van de twijfelachtige hierop zijn overgeschreven, waarvan niets te verwachten is en tot welkers afschrijving van deze regeering verzoek moet worden gedaan om, wanneer hetzelve geobtineerd zal wezen, binnen 's lijns in te nemen, ten einde 'ƒ3 van ec » eeuw levendig te blijven, of er somwijlen gedurende dien tijd door erfenissen als anderzints nog iets van inogle inkomen. 20 December. Machtiging op de bank van leening Ie Batavia hare beleeningen lot 200 rijksdaalders ie »extendeeren". -;~ December. Afschaffing van inkomende melden op rijst voor Banda. Zie bij 10/17 November 1807 De kapitein-Chinees te Itanda, die deze afschaffing verzocht, voerde als argument daarvoor aan, »dat, zo lange de thol gerechligheiil op den invoer van rijst te lianda is opgeheven geweest, aldaar altijd een genoegzame voorraad van dat graan door particulieren is aangebracht geworden, dog dal hef te dochten is. dat, ieder! dat die impositie door deze regeeriug wederom is geïntroduceerd, de handelaren, die voor de aan gebrachte rijsl niet meerder dan rd' ÜO per coijang erlaugen 1808. H. W. DAENDELS. 418 en, daarenboven alsnu bezwaard wordende met 6 percent Ihol en dierhalven weinig of geene winsten behalende naar evenredigheid van de risico, geen lust zullen hebben om dat voor Banda zoo onontbeerlijk voedzel aan te brengen en over zulks eene schaarsheid en prijsvermeerdering zal Ie weege brengen, waardoor de behoeftige ingezetenen te zeer zouden worden gedrukt". 25 December. Pensionering va» een lid in den Hoogen Raad van justitie. Hel ordinair lid in den bogen Raad van justitie van Hol landsch Indien, M 1 Albertus Cornelis Hartman, bij requeste verzocht hebbende om uithoofde zijner ziekelijke omstan digheden, behoudens rang en zijn thans winnend tractemenl, als lid in dat collegie te worden ontslagen, zoo is goedgevonden en verstaan den suppliant het verzocht ontslag te vcrleenen en hem tot pensioen toe te leggen een derde gedeelte van hel thans bij hem genoten wordende maandelijks appoinctemenl. 23 December. Bepaling, dal de materialen, welke uit 's Lands voorraad aan aannemers van gonvernemenls werken werden verstrekt, betaald konden worden met papieren geld volgens de loopende agio. 23 December. Intrekking van hel kantoor van den visilalear-gciieraal. — Oprichting van eene generale rekenkamer van hulië. De tractementeu voor hel laatstbedoelde collegie werden bepaald: voor den president op 6000 rd* 's jaars, zilver geld, » de vier leden, ieder. » 4000 • * » den secretaris ■ 5000 » » » » De rang-regebng was: voor den president naast de secretarissen der Hooge Regering, » de leden die van den visitateur-generaal; » den secretaris die, welke daarop 'direct" volgde. 1808. H. W. DAENDELS. 419 24 December. Regeling der verstrekking van buskruit tuut Javaansche Vorsten. Is besloten, dat alle verstrekkingen van kruit, welke zonder betaling aan <le Javasche vorsten tot het doen van salut schoten op hunne feestdagen als andersinls geschieden, voortaan zullen cesseren en dat in den vervolge geen kruit meer aan dezelve zal mogen verstrekt worden dan op speciale toe stemming van den Gouverneur Generaal en tegens betaling van de bepaalde prijsen. 26 December. Remissie van straf. Ten bewijze, dat Daendels niet altijd wild en wreed te werk ging, kan o. a. dienen hel navolgende, betredende twee tol kettingslag veroordeelde inlanders. •Is besloten den tijd van der supplianten continement, in stede van op drie, op een jaar te bepalen, met authorisalie wijders op den landdrost, Veeckens, om daaraan door be vrijding van den ketting en verschooning van verachtelijke werken nog zoodanige mitigatie toe te brengen, als hij met der supplianten secure bewaring beslaanbaar en dienstig zal oordeelen, om in hen de gezindheid van stille en goede in gezetenen, zooveel mogelijk, te conserveeren". De veroordeelden, Arip en Ilan geheeten, schijnen gewone inlanders geweest te zijn. Wat zij misdreven hadden, blijkt niet. 27 December. Rectificatie van eene y>slaal-rekening van ■alaslen m winsten" (rekening-courant), ingediend door een hoofd van gewestelijk bestuur. Hoe zonderling toenmaals de begrippen ouilreut het mijn en dijn, ook hij hooggeplaatste ambtenaren, soms waren, kan blijken uit de omslandigheid. dat bedoeld hoofd ten lasten van den Lande, maar ten zijnen voordeele, op de bewuste 1808 H. W. DAENDELS. 42 1798 gearresteerde pacht-conditien in de Cfaineesche tnal van geene andere als van jonken met een en twee dekken wordt gewaagd en daarna de betaling der inkomende regten is bepaald, dewijl destijds niet meerder dan tweeërlei soorlen van jonken wierden aangemaakt en geëmploijeeré". 8 Juli]. Oprichting van een militairen constructie-winkel Ie Soerabaija. Zijne excellentie in overweging genomen hebbende, dal het voor Zijner Majesteit» dienst in deze kolonie ten hoogste» nodig en nuttig zal zijn, dal np Sourahaija alleen geölablis seerd worde een generaal atelier van constructie voor de arniée in Indie, heelt goedgevonden te bepalen, dat voor het voorschreven etablissement tegens laxalie zullen worden in gekocht de tuinen van den jiangerang van Sumanap, van den regent van Passourouang en van den regent van Bangil en dat daar ter plaatse, zo wel de verschillende ateliers, als magazijnen en logementen der ambaglslieden zullen worden geplaatst. Dat de administratie zal bestaan uit: 1 eersten directeur, capilein, 1 tweeden directeur, eersten luitenant, 1 opzichter over de timmerwerken, 1 » » ■ smitswerken, 1 boekhouder, 2 adsistenten, 1 kadet tot hel tekenen der plans, 1 baas sinil. 1 » geweermaker, 1 » koper- en blikslager en bankwerker, 1 » timmerman, 1 » wagenmaker, 1 meester-knegt der smils, I ■> » geweermakers. 1 5 koppen. 1808. H. W. DAENDËLê. 420 rekening-courant had gebracht «zijne verteeringen, interessen, «schenkagien aan armen, wagenpacht en wat dies meer is". 27 December. Aanstelling van een mandoer der ketting gangers te Samarang. Deze benoeming is opgenomen als een bewijs, hoe ver het benoemen van personen door den Gouverneur Generaal toen maals ging. De benoemde kreeg een tractement van 16 rijksdaalders, zilver geld, 's maands. 28 December. Voorwaarden van de Boom-pachl en die van de waag Ie Batavia. De pacht van de in- en uitgaande rechten of den Boom te Batavia was voor 50,000 rijksdaalders opgehouden en daarom die van de waag niet opgeveild. Naar aanleiding van voor den Lande ongunstige geruchten nopens de plannon der vermoedelijke, Ghineesche pachters had ile (legering op 16 December 1808 besloten, »in aanmerking genomen, dat men ter meerdere zekerheid van den uitslag voor de belangen van den Lande en of de Chinezen werkelijk geene berekening maken op de aangebracht wordende goederen door vreemde ofte eigen schepen uit Europa, America ofte de West van Imlië, alvorens een proeve diende te nemen int;t de verpachting, als wanneer men, bij een naamwaardig ver schil in het rendement derzelven, altijd het aan zig gereserveerd heeft om de pacht op te houden en men in dat geval dezelve alsdan daarna nader kan laten opveilen, — de verpachting van de pacht van de boom te laten voortgaan en, bij aldien het rendement te veel mogt komen ie diHereeren van dal van dit loopende jaar, dezelve op te houden om alsdan nader wederom te worden opgeveild". Nu bepaalde de Regering de Boom-pachl en die van de waag op nieuw te doen o|iveüeu onder deze bepalingen : 1808. H. W. DAENDELS. 421 1° dat alle zoodanige goederen, als te voren aan die pacht onderhevig zijn geweest en alhier worden aangebragt, zoo uit Europa, America, als Isle de France, benevens die van de West van Indien, met uitzondering van de lijwaten, niet onder voornoemde pacht zullen worden gerekend en de pachter verplicht zal zijn om onder het opzicht van den water-fiscaal en den sabandhaar en licentmeester bij aanbreng van voorschreven goederen daarop de gewone lliolgeregligheid voor rekening van den Lande te heffen en het producerende daarvan, na aftrek van de daarop vallende ongelden, telken reize in 'sLands kas over te brengen: en 2° dat daarentegen de goederen van Atchin of uit de Noord en Oost als voorheen onder de .pacht van de boom zullen blijven begrepen. 29 December. Regeling dor tractementen van cadetten van 's Koning» marine. Heeft besloten, als dat de cadets, behoorende tot het corps van 'sKonings zee-olHcieren, dewelke hun examen als luitenant ter zee bereeds hebben afgelegd en als zoodanig thans in deze colonie dienst doen, te doen genieten de gewoone scheepsgage, voor dien rang bepaald, op denzelvden voet en wijze, als thans mei 'sKouings zee-officieren in gebruik is. 29 December. Rang-regeling der koloniale zee-oj'(kieren. Is besloten, dat de rnloniale zee-olliciercn, dewelke thans in aclive dienst zijn en gearmeerde vaartuigen commandeeren ofte wel daarop dienen, zullen geconsidereerd worden als extra-ordinaire, koninklijke zee-officieren, met dien verstande, dal de bepaling van hunne onderscheidene rangen len op zigle van de officiereu uit hel vaste corps blijven op den vorigen voet namelijk: een eapitein van de l e classe zal rang hebben van capitein luitenant, 1808—1809. H. W DAENDELS. 422 een capilein van de 2' 1 classe als eerste luitenant. » capilein-luileuanl als ordinair luitenant van de 1' ' rlasse. » luitenant als ordinair luitenant van de 2 e classe, » sous-lui tenant als cadet van de l e classe: zullende dus. wanneer gewapende vaartuigen zig bij eikanderen bevinden, de oudste officier in rang commandeeren, dog bij offi cieren van gelijken rang zal de tot het vaste corps behoorendc altijd het commando voeren. Zie ook 25 Wintermaand 1810. ? December. Machtiging op den gouverneur van Ambon om, des vereischl, lot een bedrag van 100,000 'S aan foeli, noten en nagelen in loco Ie verkoopen. Oorzaak hiervan was, dat aan den geld-eisch voor de Oos tersche gouvernementen slechts gebrekkig kon voldaan worden. De brief van Daendels, waarbij deze machtiging werd ver leend, is ongedagteekend gebleven. Volgens de laatste, in November 1809 te Batavia van Ambon ontvangen rapporten was toenmaals van den voorraad spece rijen -maar een gedeelte gesleten", waarom op 22 November 1809 de machtiging voor het onverkochte gehandhaafd werd. 1809. 1 Januari j. Reglement voor de genie. EERSTE AFDEELING. Wegens den tliensl tier kapiteins en subalterne officieren tier genie. De dienst van een ingenieur is tweeledig, wanneer hij namcutlijk in zijn guarnizoen is ol wanneer hij zich builen hetzelve in commissie ter verrigting van eenigen buitenge wonen dienst bevindt: zullende omtrent ieder deel derzelve de vol gende bepalingen zijn vastgesteld, als: 1809. H. W. DAENDELS. 423 A. WEGENS DEN DIENST IN HET GUARNIZOEN. Art. 1. Gurirnizoens-vêrandering of aankomst m hetzelve. Zoorlra een officier der yenie eene order bekomt om zich ter prestering van den gewonen dienst naar de ecne of andere plaats in guarfUKOdD te begeven, welke ordre hem omniddclijk van den Gouverneur Generaal ol' deszelfs luitenant ofte wel door den chef van het corps de genie op autorisatie zal worden gegeven, zal hij van die ontvangst dadelijk, met overlegging van kopij derzelver order, kennis geven aan den directeur van het departement, waarin de plaats zijner bestemming is ge legen, gelijk mede aan den directeur-generaal, bij aldien de order van denzelven niet is afkomstig, en aan den directeur, uil. wiens departement bij vertrekt. Insgelijks /.al hij bij zijne aankomst in het guarnizoen zich dadelijk, hehalven bij den commandant der plaats, ook bij den directeur (indien dezelve aldaar woonachtig is) en bij den eersl aanwezenden ingenieur vervoegen om van zijne aankomst kennis te geven en van beide laatstgemelden bevelen vragen of, bij aldien hij ouder in dienst is, het guarnizoen van denzelven overnemen, op deze wijze: Hij zal zich door den vorigen ingenieur overal, waar zich werken of gebouwen bevinden, welke onder zijne directie sorteeren, doen geleiden en de locale omstandigheden in der zelver voor- of nadeel vragen, indien aan dezelve gewerkt wordt, hetzij ter vernieuwing, reparatie of onderhoud, de wijze, hoe zulks geschiedt en geschieden moet, nagaan, alsook de vorderingen, die daarmede reeds gemaakt zijn, en, indien deze werkzaamheden in daggeld geschieden, de rekeningen door den vorigen ingenieur tot op den dag der overnaam doen certificeren en sluiten om adzoo de zijne te kunnen houden: tevens zal hij van zijnen predecesseur overnemen (onder behoorlijke inventaris, waarvan kopij aan den directeur van hel departement moet worden gezonden alle plans, kaarten, memorien en papieren, betrekkelijk den staal der werken, alsook alle ordres en missives van den directeur des depar 1809. H. W. DAENDELS. 424 tements betrekkelijk deszelfs guarnizoen; en, bijaldien hij deze stukkeu niet in behoorlijke orde niogt bevinden, daarvan mede aan den directeur rapport doen, ten einde zich zelf aan geene verantwoording daaromtrent bij vervolg bloot te stellen. Art. 2. Wekelijhsche visitatie en rapport. Aan hel opzigt van den ingenieur of ingenieurs zijn loebetrouwd alle forti ficatien met derzelver toebehoren en militaire gebouwen, als ook zodanige andere gebouwen en waterwerken, als lot hel defensiewezen moeten worden geëmploijeerd, en de zodanige, welke bij speciale order ouder hel toeverzicht der genie zijn gesteld; en is dus de zorg voor de goede instandhouding dezer objecten een zijner voorname pligten. Hij zal dezelve len dien einde (voor zoover in en om zijne woonplaats zijn, wekelijks en de te ver afgelegene maandelijks) visitereu ten einde te ontwaren, of zich ook eenige, onniid delijk herstelling-vorderende gebreken aan dezelven opdoen en of de aannemer van bet onderhoud (bij aldien zodanig werk in een onderhouds-bestek is vervat) behoorlijk aan zijne verpligting beantwoord, ten einde zich, zo doende, meer en meer met den aard en staat der werken en gebouwen bekend te maken. leder week, na den afloop der voorschreven visitatie, zal de eerstaanwezende ingenieur van den afloop derzelver rap port doen aan den directeur van zijn departement, daarbij gedetailleerd opgevende den aetuelen staat der werken, enz. en. indien aan dezelve gewerkt wordt, de vorderingen des werks en, zoo zulks in daggeld geschiedt, met bijvoeging der onkosten, welke gedurende die week daaraan zijn geimpendeert, zoo tot dag- en wcrkloonen, als materialen, enz.; zullende dit rapport hem tevens gelegenheid verschaffen om aan zijnen directeur alle zoodanige voorstellingen te doen lot vernieuwing of reparatie der werken en met een woord omtrent alles, hetgeen hij vermeent, dal tot welzijn van dezelve dient te worden verrigt; zullende levens daarbij aangeven de wijze, hoe hetzelve zijns inziens het geschiktste met de meeste mé nage zoude kunnen worden ten uitvoer gebragt, hetzij bij 1809. H. W. DAENDELS. 425 publieke aanbesteding, bij ontlerhoiids-contract of wel in dag geld, en de prijs, waarvoor zulks na ruwe berekening kan geschieden. Het staat den directeur vrij, naar vereisen van omstandig heden, twee of meermalen per week rapport te vorderen of ook om de veerlien dagen of uiterlijk eeus des maands te vragen. Terwijl het inzenden der voornoemde rapporten van de builen-kanloren niet stiptelijk naar den tijd, maar naar de gelegenheid moet gevolgd worden. Art. 3. Wijze van aanbesteding èh af betaling der aannemers. Het concept of bestek der werkzaamheden door den ingenieur opgemaakt en geapprobeerd zijnde, wordt hetzelve met de daarmede verzeld gaande conditie» 8 a 10 dagen op eene bepaalde plaats voor de liefhebbers opengelegd, waardoor de aannemers in de gelegenheid worden gesteld zich met de plans en werken bekend te maken om hunne begrooting na nauw keurige examinatie te kunnen opmaken. De dag der aanbesteding bekend gemaakt zijnde, moeten de aannemers één voor één voor eene door het gouvernement bepaalde commissie verschijnen, door dewelke de geëischte somma wordt genoteerd. De opschrijvinir afgeloopen zijnde, wordt de minste der inschrijvers en zijne borgen opgeroepen om, nadat dezelve acceptabel zijn bevonden, het contract eu de conditien Ie teekenen, ten einde daarna ter approbatie aan zijne excellentie ie worden aangeboden. De aannemers zullen hunne aannemings-penningen in drie termijnen genieten; als liel eerste termijn bij den aanvang van hel werk, hel tweede naar billijkheid en als hel werk tot op de helft zal gevorderd zijn en het derde gedeelte, nadal hel werk voltooid, geëxamineerd en goedgekeurd is. l!ij capitale werken zal de aannemer en zijne borgen één jaar lang voor de deugdelijkheid van het werk moeten res ponderen. Aangezien meest alle weiken worden aangenomen door 1809 H. W. DAENDELS. 426 Chinezen, welke, zoo min als hunne borgen, gegoed zijn, zal men moeten zorgen en voorzichtig zijn, dat den aannemer het laatste termijn niet uitbetaald wordt, dan na alvorens wel overtuigd te zijn. dat, niet alleen het werk behoorlijk geabsolvecrd is. maar dal de materialen, welke door hel gouvernement zijn verstrekt, als houtwerken, ijzer, spijkers, enz., welke huilen af veelal niet te verkrijgen zijn, aan's Lands kas zijn betaald geworden. Ook zal aan het oordeel en de beslissing van zodanigen officier of ander persoon, welke met de aanbesteding is ge chargeerd, de vrijheid worden gelaten om, bij aldien door geheel onbekende gelukzoekers eenig werk voor eenen lagen prijs mogt worden aangenomen, de voorkeur te geven aan den <>p die inschrijving eerslvolgenden aannemer, mits in eene goede renomméa als aannemer slaande, zullende in dat geval onder aanhaling van redenen hiervan bij hel deswegens te doene rapport aan zijne excellentie den Maarschalk on (iouverneur- Generaal kennis moeten worden gegeven. Alle papieren, concernerende "s Lands aanbestedingen, zullen door de plaatselijke translateuis om niet worden vertaald in al zulke talen, als diL noodzakelijk zal geoordeeld worden. Scbrijfloon en onkosten der besteding, strijkgeld en alle verdere ongelden worden niet gevalideerd. Het bovenstaande nopens het formeren van bestekken en condities, inzonderheid wegens de uitvoering van aanbestede werken, is in zijn geheel applicahel te Batavia, alwaar een genoegzaam aantal lieden gevonden wordt, welke bij het aannemen van verschillende werken hun beslaan zoeken. Dan op de buiten-kantoren, alwaar geene Chinezen of in landers gevonden worden, die eenig werk van aanbelang durven aannemen, en 'sLands ambtenaren daartoe ongequali ficeerd zijn, zal men op de volgende wijze te werk gaan- Van alle kapitale werkzaamheden, heizij forlilieatien en waterwerken of wel andere, mililaire of civiele gebouwen, zal de directeur der districten in zijn jaarlijkse!) rapport aan den directeur-generaal en chef der genie verplicht zijn een 1809. H. W. DAENDELS. 427 nauwkeurige beschrijving van den staat der werken en ge houwen in zijn departement in te dienen, zoowel om trend de actuele gesteldheid derzelven, als van helgeene aldaar verrigl is. daarbij voordragende alle zoodanige reparalien, verande ringen of vernieuwingen nis hij zal vermeenen in 't volgend jaar daaraan te moeten geschieden. Gedachte plans van veranderingen moeten verzeld zijn van nauwkeurige berekeningen van onkosten voor dezelve, met bijvoeging eener prijs-courant aller materialen, welke daartoe moeten geémploijeerd worden, en bekendstelling der daar ter plaatse in gebruik zijnde maten en gewichten, item de dag loonen om daardoor de berekening der ongeldcn niet meerder accuratesse te kunnen nagaan. Wanneer meermelde plans door zijne excellentie geadopteerd en geapprobeerd zijn teruggezonden, zal bij wijze van publi catie uitnoodiging tol. den aanneem geschieden, doch zoo geene liefhebbers zich daartoe mogen voordoen, zal de olïicier der genie gequalificeerd worden hel werk in daghuren Ie doen gevolg nemen op de volgende wijze: t" zullen zoo veel materialen aangehragt worden, als men zal oordeelen benodigd te zijn om bet werk met kragl Ie beginnen eu door te zetten, waarvoor door den olïicier bewijzen ol' bons aan den leverancier, zoo van het ge leverde, als te goed hebbende, zal worden verleend om bij een daartoe door het gouvernement gesteld persoon onder afgave derzelve betaling te erlangen, moetende ge dagle bewijzen of bons bewaard worden en met de maandelijksehe, door den olïicier aan den directeur inge diende specificatie van bel geleverde en verbruikte in alle deelen overeenkomen; 2° aan de gehuurde ambagtslieden en koelies of handlangers zullen alle avonden lootjes worden afgegeven om na de daarvan Ie houden dagelijksclie lijst, onder afgave derzelve, alle vijf of zes dagen hunne betaling te ontvangen; 5° op deze wijze voortvarende, hel werk afgeloopen en na examinalie hecht, sterk eu met het oogmerk overeenkomende. 1809. H. W. DAENDELS. 428 bevonden zijnde, zullen alle geformeerde specifica tien, zoowel van de materialen, als van ambachts- en koelic-loonen, worden nagegaan en met de gecalculeerde somme worden vergeleken en, accoord bevonden zijnde, de zaak voor af gedaan worden gehouden. Dan daar hel echter gebeuren kan, dat na het absolveren der werken de daarvoor Ie impendeeren gelden met de ge calculeerde sonime in faveur of nadeel verschillen, moet men evenwel bij kapitale werkzaamheden op eene geringe somme van rd 9 200 è rd s 300 niet te nauwkeurig te werk gaan, aangezien het dikwijls onmogelijk is eene juiste berekening in diergelijke uitgaven te kunnen bepalen en onberekende toevallen veelal bij alle werken plaats vinden. Art. 4. Werken in dngyeld. Zoo- wanneer de eerst aan wezende ingenieur in een guarnizoen belast wordt met de executie van een of ander werk in daggeld, zal hij daartoe, zoo veel mogelijk, de geschikste amhagtslieden tegens billijke prijzen trachten te bekomen: en zoo ook ten aanzien der te verwerkene materialen zal hij de meeste menage zonder nadeel voor het werk betrachten in het aangaan van contracten met de leveranciers, enz. De ingenieurs met geene pecuniele administratie gechargeerd wordende, maar deze door eeu daartoe te benoemen civiel ambtenaar geschiedende, moeten echter alle rekeningen, al vorens betaalbaar Ie zijn, door den directie voerenden ingenieur worden geverifieerd en gecertificeerd, gelijk mede alle belalings lijsten van werk- of ambagstlieden door denzelven met zijne dagelijksche werklijsten en aantekeningen van ontvangen en verbruikte materialen moe'en worden vergeleken en, accoord bevonden zijnde, zal hij dezelve certificeren, zullende de olli cieren, welke met hel opzicht over dergelijk een werk ge chargeerd zijn, niet alleenlijk als bij aanbestede werken voor de goede uilvoering deizelver zorge dragen, maar tevens de meeste bespoediging betrachten en ten dien einde toezien, dat. alle werklieden behoorlijk hun pligt doen en lot geene andere bezigheden worden geëmploijeerd, gelijk mede dat 1809. H. W. DAÉNDËLS. 429 geene materialen onnutteüjk worden verbruikt of misbruikt, veel min op de eene of andere manier worden verwaarloosd of ontvreemd. En zal de ingenieur, hoewel niet met de uitbetaling belast, echter steeds bij de papieren van het guarnizoen nauwkeurig aanteekening houden van alle uitbetalingen, welke voor bel werk geschieden, ten einde steeds te kunnen doen blijken, welke kosten aan hetzelve zijn geimpendeerd, en vooral on daaruit de hierna te meidene jaarlijksche onkosl-lijst te kunnen formeeren. Art. 5. Jaarlijl;sc,he onkosl-lijsten. Bij hel. eindigen van het jaar zal ieder eerstaanwezende ingenieur aan zijnen di recteur overzenden een lijst of tabelle der onkosten, in dat jaar aan de onder zijne directie staande werken of gebouwen geimpendeerd; waarbij levens moet worden vermeld, hoe de werkzaamheden zijn verrigt, 't zij bij publieke besteding, bij contract of in daggeld, door wieu en wanneer uitbesteed, door wien daarover hel opzicht gehouden en door wien en wanneer opgenomen en geallesteerd: zullende de directeur en chef der genie gehouden zijn, na het inkomen dezer lijsten met de daartoe behoorende bescheiden, dezelve aan de generale rekenkamer in te zenden ten fine van examinatie en con fronlalie. Terwijl bovendien geene afbetalingen ter hoofdplaats uit 'sLands kas voor eenig werk zal geschieden,'dan nadat de oi'dounantien door de gedachte rekenkamer zullen zijn geëxamineerd en geapprobeerd. Art. 6. Aanleg of'in orde houding van het guarnizoens-f)mk en andere papieren. In elk guarafeoen zaJ worden gehouden of, zoo hel/clve nog niet aanwezig is, worden aangelegd een zogenaamd guarnizoens-boek, strekkende tot een soort van journaal der in dat guarnizoen voorvallende werkzaamheden, waarin moet worden aantekening gehouden van de aan komst en vertrek van oilicieren, het doen van besledingen, het verlenen van atteslaliên en in 't algemeen van alles, hetgeen eenige betrekking op de werkzaamheden kan hebben. 1808. H. W. DAENDELS. 43 18 koppen. 1 meester-knegt der koper- en blikslagers, 1 » » » tiniuierlieden, 1 » » » wagenmakers, 1 » » » kuipers, 1 » » geweerladeninakers, 1 » » » zadelmakers, • » » » geelgieters, 1 » » » draijers, 12 voorstanders of grof smits, 43 werklieden of voorslagers, 1 - hankwerkers, waaronder 2 vijlen kappers, 60 werklieden, timmermans, 14 wagenmakers, 12 geweermakers, 6 geweerladeninakers, 4 koper- en blikslagers, 4 koipera, 4 draijers, 4 zadelmakers, 4 geelgieters - kruizenmakers, - verwers, 1 opzichter in het pakhuis, 1 mandadoor, -° ! » koppen; dat de kapitein, de Frees, zal zijn eerste directeur van dit "'■iblissement onder de orders van den commandant van den Uos Uioek en onder de inspectie, zo van den inspecteur-generaal, a ' s van den luitenant-kolonel van de artillerie alhier, welke re guliere inspecties zal doen, maar alleen van zijn bevinding aa >' den commandant van den Oosthoek rapport doen, zonder !ets in j e [werkzaamheden te ordonneren of te veran deren ; dat hij kapitein, de Frees, boven zijn tractemenl zal ge- Neten 4 rijksdaalders, zilver, daags; 1809. H. W DAENDELS 430 Zoo ook zal de eerst aanwezende ingenieur onder zich be rustende heidten en steeds in behoorlijke orde houden: 1° een exemplaar van de in dat guarnizoen voorvallende heslekken en contracten: 2° een duplicaat van alle rekeningen of verantwoordingen wegens de in daggeld verrigte werkzaamheden; 5° alle orders of correspondentie-stukken, 't zij niet den directeur des departemenls, met den directeur-generaal of ander/.ints, voor zoo veel dezelve op hel guarnizoen betrekking hebhen; — alle deze stukken van tijd tot tijd Masserende en behoorlijk inventariserende, gelijk hij mede steeds zal houden eene inventaris van: 4" alle plans, kaarten, nieinorien en andere stukken, de ver dediging der plaats en van hel departement betreffende el op de werken of gebouwen betrekking hebbende, alle deze stukken steeds gereed houdende om op de eerste aanvrage ie kunnen worden overgegeven. Art. 7. Wegens liet leenen van plans, etc. Het zal geen ingenieur vrij slaan, maar integendeel tenslrengslen verboden zijn, eenige der voormelde plans, kaarten, meiuorien, elc. in handen van iemand, 't zij in originali of knpijclijk Ie geven, noch uilleenen, dan 1° op requisitie van den (iouverneur Generaal of hoogsl deszell's luitenant: 2° aan den commandant der plaats, voor zooveel deszelfs verdediging aangaat; en dan nog legens behoorlijke reciven voor niet langer dan één maand, zonder daarvan voor denzelven kopijen behoeven te vervaardigen, en 3° aan officiers der genie, onder bepaling als boven, tenzij aan den directeur-generaal of directeur des departements, welke deze stukken ook kopijelijk kunnen vorderen. Art. 8. Betrekkin;/ der mi/cniettis lot den commandant des guarnizoens, etc. De officieren der genie in ieder guarnizoen zijn aan den commandant van hetzelve, evenals alle andere militairen, gesubmitleerd en slaan ten dien opzigle onder dezelfde wellen en zijn als zoodanig ook judiciahcl voor den 1809. H. W. DAENDELS. 431 guarnisoens-krijgsraad, doch niet voor zooveel luin dienst als ingenieur aangaat, kunnende in dezen alleenlijk orders ont vangen van den Gouverneur Generaal of deszelfs vertegen woordiger, van den chef van 't corps of va» den directeur hunnes departeinents, tenzij in tijd van beleg of blokkade, wanneer de correspondentie is afgebroken of eeoige werk zaamheid te veel spoed vordert om daarop de decisie van den directeur ai' te wachten; zullende zij echter verpligt zijn per eerste gelegenheid daarvan aan denzelven rapport te doen eu deszells nadere orders hieromtrent te vragen, zijnde over fouten, hunnen dienst als ingenieur betre Ifeude, alleen judiciahel voor den hoogeu krijgsraad ol' eene daartoe door den (Jouve/ueur Generaal speciaal te benoemen reglbank; gelijk in degen opzichte ook geen commandant van'tguarni zoeii hen ban slrall'en, maar wel arrest ordonneren en daarvan kennis geven, waar vermeent te bebouren. Daar evenwel de ingenieurs in elk guarnizoen verpligl zijn den eoiniiiaiidanl vau hetzelve alle mogelijke adsistenlie te bieden in alles, wal de verdediging der plaals betreft, /.al ieder hunner op requisitie van den commandant hem de nodige inlichting geven, 'l zij bij deszelfs aankomst in hel guaruizoen ol vervolgens, en '116111 des iioods alles in loco aanwijzen, met aangilte van hel zwakke en sterke zijner plaats, het voor of nadelige des terreins, de presumtive zijde van aanval, als ook der middelen, welke de vijand legen de zelve kan aanvoeren, en van diegeene, welke uien dezelve behoor. l legen Ie stellen, en in een woord den commandant in alles opheldering geven, welke van een ingenieur kan ge vorderd worden. Ten einde lot het volledig suppediteren van deze ehicidatiên in slaat te zijn zal het hoogst nodig wezen, dal ieder suhallern ollieier der genie in den tijd, welke hem van dienst-verrigtingen vrij blijft, behalven op de voortzetting zijner theoretische en practische kennissen (als van welke voortaan deszelfs avau cement in veele opzichleu zal afhangen) zich ook bijzonderlijk loelegge op de naauwkeurige kennis zijner guamizoeusplaats 1809. H. W. DAENDELê. 432 en hel omleggende terrein, ten minsten op een half nur af stands, ten einde de plaats zelve in deszelfs ligging, constructie en profil te leeren kennen, zoo wel hel voordeelige, als na dcclige daarvan nagaande en de middelen, welke eventueel ter wegneming dier nadeelon zouden moeten te werk gesteld worden, calculerende, zullende het levens zeer nuttig wezen, dat hij hij de hier omtrent tol zijne eigene instructie te makene aantekeningen ook voege de nodige labellen en eomputatie-lijsten van alles, hetgeen zoude vereischt winden tot het in volkomen staat van defensie brengen zijner plaats, zoo wel met opzicht tot het wapen der infanterie, enz., als van dat der artillerie en genie, en hierbij voegende eenige naauvvkeurige kennis van het locaal, vooral van de comparative hoogte der remarquable punten ten opzigle der werken en der wateren tol emplooi of nadeel der defensie, zal hij zich meer en meer in staat stellen den commandant der plaats van dien dienst te wezen, welke deze met alle billijkheid van hem als ingenieur kan verlangen. Terwijl een kapitein der genie, deze kennissen in een uitgebreider en meer volkomenen maal behorende te bezitten, dezelve zal moeten uitstrekken tot de verdediging van het geheele departement, waarin hij dient (als kunnende ligtelijk mei de directie van hetzelve gechargeerd worden), of ten minsten van het arrondissement, tot welks defensiescbakel zijne guarnizoensplaats behoort; en zal hij, dienvolgens alle de voornoemde kennissen der bijzondere plaatsen, posten en werken in derzelver zamenhang bezittende, aldus voor den commandant des departements of van hel arrondissement van dezelfde dienst zijn, als hierboven ten aan zien van ieder guarnizoen is bepaald. Voorts zal de ingenieur verpligl zijn den commandant van het guarnizoen kennis te geven: 1° wanneer eene publieke besteding of verpachting staal te geschieden; *2 U wanneer hij eenige order ontvangt tot het doen van veran deringen, reparatie of anderzins aan de fortificatiewerken, en 5° wanneer hij om dieiislverriglingen builen bel guarnizoen 1809. H. W. DAENDELS. 433 PLAKIir-llllKk UKKL XV. 28 gaat of in hetzelve terug komt; zullende voorts <le offi cieren der genie in alle guarnizoenen zijn vrijgesteld van iille kleine dienstverriglingen, als parades, krijgsraden en wat dies meer is; alleenlijk zullen zij zich ltij pleglige gelegenheden, evenals alle andere officiers, op de parade doen vinden en alsdan ofte wanneer zij op de parade ver schijnen, 't zij om den commandant te spreken of anderzins, hunne plaats nemen bij den plaatselijken staf in gevolge hunnen rang; en zullen alleenlijk in krijgsraden kunnen gecommandeerd worden, wanneer in dezelve questie is wegens eenig onder zijne directie staand werk of gebouw, 't zij door uitbraak of iets dergelijks. Bij evenlueel over lijden van een officier der genie zal de eerstaanwezende ingenieur daarvan, behalven aan den directeur des depar tements, ook kennis geven aan den commandant van het guarnizoen, ten einde deze den auditeur-militair, benevens twee ingenieurs of, bij gebreke van dezelven, twee andere officiers committeere lot het verzegelen van alle papieren des overledenen, welke eeuige betrekking mogten hebben op het defensiewezen of op 'sLands werken of gebouwen, enz., zullende deze papieren, door dezelve commissie be hoorlijk geïnventariseerd, overgezonden worden aan den chef van 't corps der genie, ten einde door deze daaruit worden genomen voor 's Lands papieren alle stukken, welke hij oordeelt daarin van nut of in andere handen schadelijk te kunnen zijn, zullende de overige aan des overledenen erfgenamen worden teruggegeven. Terwijl hel hunlieden vrijstaat om zich per requeste aan den Gouverneur Generaal te adresseeren ter bekoming van eenige douceur voor de afgehoudene papieren. Art. 9. Onderlinge betrekking der ingenieurs in hel guarnizoen. Wanneer zich meer dan twee ingenieurs in een zelfde guar nizoen bevinden, zullen zij aan den anderen slechts in zooverre gesubordineerd zijn, als de militaire discipline dit volgens hunne rang en anciënniteit vordert, doch anderzins geene orders wegens hunne dienst ontvangen, dan ieder voor zich 1809. H. W. DAENDELS. 434 van den eerst aanwezenden ingenieur, zullende des niettemin de oudere in rang steeds verpligt zijn de jongere officieren alle mogelijke onderrigting te geven en, zoo veel in hun ver mogen is, trachten aan te brengen en tot bekwame ingenieurs te vormen. Art. 10. Verloven. Wanneer een ingenieur begeert verlof te hebben, zal hij zich addresseren aan den eerst aanwezenden ingenieur des guarnizoens, welke hem dit mei voorkennis van den commandant der plaats kan accorderen voor driemaal 24 uren, doch voor langer tijd wenscbende verlof te hebben, zal hij dit, door den eerst aanwezenden officier der genie ge appuijeerd, verzoeken van den directeur des departcinenls, welke hem (indien geene monientaneele ordres ter contrarie exleren) dit verlof zal kunnen toeslaan voor een maand; dan langer dan dil bestek verlof begerende, zal bij zich per requeste. geviseerd en ondersteund door den directeur, daarom ad dresseren aan den Gouverneur-Generaal, met in achlneiiiing voorts van alle bepalingen, bij het guarnizoens-reglement omtrent de verloven der officieren vastgesteld. B. WEGENS DEN DIENST IN COMMISSIE. Voor commissien worden gerekend alle werkzaamheden of visitatien, inspectien, enz. aan werken of gebouwen, op meer dan een half uur gaans van het guarnizoen gelegen; alsook zoodanige werkzaamheden, waartoe een of meer officieren der genie speciaal worden benoemd en in commissie gesteld: en zullen daaromtrent de volgende bepalingen plaats hebben. Art. 11. Wegens hel uil roeien der commissien in hel al gemeen. Een officier, welke met een commissie wordt ge chargeerd, zal niet alleen trachten naar zijn vermogen daaraan te voldoen, maar ook den meesten spoed in 't uitvoeren derzelve behartigen; en, indien deze commissie bestaat in 't toezigt houden over eeuige, 't zij aanbestede of in daggeld verrigt wordende werkzaamheden, daarin alle de bepalingen in acht nemen, bij de vorige artikelen vastgesteld, en de accuratesse in het houden zijner aanleekeningen tot eene hoogere graad 1809 H. W. OAENDELS. 435 drijven, als zijnde in commissie eenigzins meer dan in een guarnizoen aan zich zelfs overgelaten en ook meer verant woordelijk. Art. IS. Doen van rapporten, enz. Wekelijks (of zoo dikwerf daartoe gelegenheid is) zal hij, niet alleen aan den directeur van het departement, maar ook aan degenen, door wien hij in commissie is gesteld, rapport doen van den voortgang des werks en der middelen, welke hij ter voortzetting van het zelve aanwendt, alsook daarbij alle zoodanige aanmerkingen en voorstellen voegen, als hij tot welzijn van het werk noodig oordeelt: zullende tevens exacte aanteekening houden wegens alle do hij het werk ontvangene en verbruikte materialen en gereedschappen, alsook van alle onkosten, aan hetzelve geim pendeerd wordende, ten einde hij het eindigen zijner commissie daarvan aan den directeur of waar zulks gevraagd wordt, eene exacte en gedetailleerde tahelle te kunnen overleggen. Art. 13. Daggelden. Wanneer een ingenieur in commissie is, zal hij genieten de daggelden, in dit geval aan zijnen rang geaccordeerd, met ohservantie der daarbij gemaakte bepalingen; doch zal hij zijne declaralien van deze daggelden, alvorens betaalbaar te zijn, door den directeur, onder wien hij werk zaam is geweest, doen certificeren. Doch zal het den officieren der genie vrijstaan, wanneer zij bij werken van aanbelang geëmploijeerd zijn, ofschoon niet vallende in de termen van het besluit van den 16' n Sep tember 1808, zich echter, ler genieting van het daarbij bepaalde daggeld, te adresseeren aan den Gouverneur Generaal, mits zulk een request gezien en geappuijeerd zij door den directeur of directeur-generaal, door wien zij ter uitvoering dier werkzaamheden zijn gelnst geworden. Ook zal een ingenieur, den dienst van directeur eens de partements waarnemende en als zoodanig in commissie zijnde, mogen declareren het daggeld, aan den op hun volgenden rang geaccordeerd, bij voorbeeld een luitenant dat van kapitein en een kapitein dat van luitenant-kolonel, en voorts onder boven staande bepalingen. 1809. H. W. DAENDELS. 436 TWEEDE AFDEELING. Wegens den dienst der hoofd-officieren, directeurs zijnde van de departementen der fortificatiën. Art. 1. Algemeene bepalingen. De hoofd-ofiicieren der genie, geen departement van fortificatiëu onder zich hebbende, moeten beschouwd worden als eerst aanwezende ingenieurs in het guarnizoen of arrondissement, waarin zij zich bevinden, en zullen zich als zodanig houden aan de bepalingen, bij de eerste afdeeling voor de eerst aanwezende ingenieurs vastgesteld. Doch een hoofd-officier der genie, directeur zijnde van een departement der fortificatien, zal, behalven de vorige be palingen, nog het volgende in acht nemen in zijne belrekking als directeur. Art. 2. Half-jaars rapporten, enz. Uit de bij den directeur inkomende rapporten der verschillende ingenieurs zal hij ieder maand te zamen stellen en aan den chef inzenden een kort verslag van het in zijn departement gedurende dien tijd verrigte, daarbij voegende zodanige voorstellen, als welke niet lot het volgende half-jaars rapport kunnen blijven uitgesteld, met uitzondering nochtans in het departement der Molucques, alwaar alle rapporten, enz. meer naar de gelegenheid ter ver zending, dan wel naar oen juiste tijdbepaling dienen gereguleerd te worden. Behalven deze rapporten zal hij tweemaal 'sjaars aan den directeur-generaal een algemeen rapport inzenden wegens den staat der werken en gebouwen in zijn departement, zoo wel betrekkelijk derzelver actuele gesteldheid, als het daaraan verrigte, en daarbij voordragende alle zodanige her stellingen, veranderingen of vernieuwingen, als hij vermeent, dat in het aanstaande halfjaar aan dezelve dienen te geschieden. Ook daarbij voegende ten slolle van bel rapport een algemeen overzicht van den staat der defensie van zijn departement, zoo wel op zich zelfs, als in betrekking met de andere de partementen en lot het geheele eiland Java beschouwd, daarbij 1809. H. W. DAENDELS. 437 aantonende het voor- of nadelige, het voldoende of onvoldoende der exteerende werken ter verdediging tegens binnen- of buitenlandsche vijanden, en voordragende zodanige verande ringen of nieuwe aanlagen, als hij ooideeld ter verdediging nodig te zijn: zullende steeds hij elk dergelijk voorstel voegen de som, welke hij ten ruwsten acht daartoe te moeten worden geïmpendeerd. Deze rapporten moeten ingezonden worden vóór of op den 1'" November en vóór ol' op den l en Mei van ieder jaar; en ten einde de directeur in staat zij deze rapporten aan het oogmerk voldoende te maken, zal het nodig wezen, dat hij telken jare tweemaal, ol' ten minsten eens, zijn geheel departement door reize, niet alleen om alle werken en ge houwen in hetzelve in oogenschijn te nemen en daardoor te heter de rapporten der ingenieurs te kunnen heoordeelen, maar om zich hoe langs zoo meer met de lopographische gesteldheid zijns departements hekend te maken, vooral met de ligging en locale omstandigheden van zodanige poincten, waarvan bij onverhoopte attaeque van een in-of uitlandschen vijand zou kunnen worden partij getrokken ter stationnering van een corps d'arniée, enz.; zullende deze rapporten het hest kunnen bewijzen, in hoe verre een directeur zich toelegd ter naauwkeurige bekendwording met zijn departement en het nut. dat van hetzelve zou kunnen worden gelrokken, zoo wel met opzicht tot het militaire vak, als ten aanzien der na tuurlijke voortbrengselen en andere voordeelen, welke hetzelve opleverd; zijnde liet hem geoorloofd, wanneer hij omtrent deze laatstgemeldc poincten iels van aanbelang ter verbetering of nutlrekking meent ontdekt te hebhen, daarvan afzonderlijk de nodige voordraglen aan den Gouverneur Generaal te doen. Art. 3. Jaar lij ksche onkosten en materiaal-lijsten. Bij het rapport, hetwelk hij voor of op den l en Mei inzend, zal hij tevens voegen of wel zoodia mogelijk uit de bij hem ont vangene lijsten der ingenieurs te zamen trekken: 1 u een generale lijst of labelle van alle de onkosten, gedurende het afgelopen jaar geïmpendeerd aan de werken en ge- 1809. H. W. DAENDELS. 438 bouweu in zijn departenient, onder directie der genie staande, daarbij lot slot recapitulerende alle de onkosten, gedurende vorige jaren aan gezegde werken, enz besteed, en 2° eene tabelle der in zijn departement in voorraad zijnde materialen en gereedschappen, voor zoo veel ouder be heering der genie staan, met voordragl, lot den verkoop der onbruikbare of overbodige en tol den aankoop of uitbesteding van de leverantie der voor het volgende jaar nodig geoordeeld wordende. Art. 4. Onderhoudinq der werken, enz. en bestellingen in 'i algemem. De directeurs zullen verplicht wezen alle werk zaamheden, 't zij ter reparatie of vernieuwing van een of ander, zooveel immer mogelijk is, te doen verrichten bij pu blieke besteding, daarbij in acht nemende alle bepalingen, in de eerste afdeeling dezes reglcments vastgesteld, zoowel met opzicht tot de formatie der bestekken, als tot de opname en attestering des werks; en daar welligt in den aanvang hel invoeren van deze handelwijze op de meeste plaatsen in Indien vele zwarigheden zal ontmoeten, zullen de directeurs zich bevlijtigen de aannemers door alle gepaste middelen, schadeloos voor den Lande, aan te moedigen en langzamerhand aan de rigoureuze bepalingen der bestekken te gewennen. Ook zullen de directeurs trachten alle werken of gebouwen, welke aan gedurige of veelmalen voorkomende reparatien onderhevig zijn, te vervatten in een of meer onderhouds-beslekken, ingerigt, 't zij voor een of meer jaren, daarbij de aannemers verplichtende tot het gestadig verrigten van alle zoodanige, kleine werkzaam heden, als tot zuiver en instandhouding der werken of gehouwen vereischt worden: lerwijl uit eene bij het bestek bepaalde extra-post alle overige reparatien moeten geschieden op den voet, als bij artikel 5 van de eerste afdeeling is gedetailleerd. Art. 5. In orde houding der deparlements-papieren. leder directeur zal steeds in ordre doen houden zijn departements boek, ingericht op denzelfden voet, als bij artikel O, eerste afdeeling, wegens de guarnizoens-boeken is bepaald, gelijk mede zijne verzameling van bestekken, contracten, enz., alsook zijne 1809. H. W. DAENDELS. 439 correspondentie-stukken, 't zij met zijne onderhebbende inge nieurs of met den Gouverneur Generaal en den chef als anderzins. zullende alle ordres. rcsolutien, enz. afzonderlijk liasseeren en daarenboven steeds nog doen bijhouden een recueil der copien van alle stukken, op den dienst der offi cieren van de genie in 't algemeen reeds geëmaneerd of nog te emaiieeren, ten einde deze aan de bij vervolg aankomende jonge officieren als een richtsnoer voor den dienst ter copiëring te kunnen verstrekken. Zijnde overigens alles, wat bij art. 6en 7 der eerste afdeeling wegens het in orde houden dezer stukken en het uitleenen van plans, kaarten, enz. is vastgesteld, ook applicahel op de onder den directeur berustende departements-papieren. Art. t>. Betrekking der directeurs tol de commanderende officieren van hel i/wirnisoen of arrondissement. De directeurs zullen verplicht zijn onafgebroken, ieder in deszelfs departement, hun verblijf Ie houden en wel op de meest belangrijke plaats van hetzelve, zouder echter geconsidereerd te kunnen worden zich aldaar in guarnizoen te bevinden, waarom dezelve met den commandant der plaats of de guarnizoens-diensl in geene andere betrekking staan dan een met verlof of anderzints zich aldaar bevindend officier, zullende, wanneer zij bij pleg tige gelegenheden of uit verkiezing op de parade verschijnen, hunne plaats nemen bij de guarnizoens-staf volgens hunne rang of bij de generale staf, wanneer zich deze daar ter plaatse bevindt. Daarentegen staan zij ten opzichte van den commanderenden officier des arrondissemenls. ten aanzien van het defensiewezeu, in dezelfde betrekking als een guarnizoens ingenieur ten opzichte van den commandant deszelven, gelijk bij de eerste afdeeling, art. 8, breder is gedetailleerd, en dienende zij lieden dus in hun geheele departement even zoo bekend te wezen als .een ingenieur in deszelfs guarnizoen, waartoe de jaarlijksche en andere inspectien hun de gelegen heid zullen verschaffen, en van dewelke het meest mogelijke nut te trekken een hunner eerste verplichtingen is, zullende zij lieden zich builen dien ook moeten trachten bekend te 1808. H. W. DAENDELS. 44 de tweede directeur zal zijn eerste luitenant en genieten 2 rijksdaalders, zilver, daags, boven zijn tractement: de opzichter over de timmerlieden en over de sniits ieder 100 rijksdaalders 'sraaands; de boekhouder 125 rd s : de twee adsislenten 1 rd', zilver, hoven hunne tractementen; de kadet mede 1 rd', zilver, daags, hoven zijn tractement: de vijf haasen, ieder 60 rd s ; de meesterknegts ieder 55 rd s : de vuurstanders of grof smits en geelgielers ieder 12 stuivers daags: alle overige inlandsche amhagtslieden 10 stuivers en de Europeesche 50 stuivers daags; de opzichter in hel pakhuis .40 rd' 'smaands; en de mandadoor 24 stuivers daags, alles in zilver of duiten: de kapitein, de Frees, zal van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ontvangen genenerale orders voor de te construeeren artillerie goederen en niets aanmaken dan op last van zijne excellentie of den kommandant militair in den Oosthoek: de gezaghebber in den Oosthoek wordt belast met den inkoop der tuinen en gebouwen, daarop staande, volgens billijke taxatie en de kolonel, de Koek, met de organisatie van dit geheele etablissement op den voet en wijze, als hiervoren is bepaald. Zie ook 9 Julij 1808. 8 Julij. Afschaffing der verstrekkingen van kaarsen. Is hesloten alle verstrekkingen van kaarsen, buiten de mililaire wagten, te doen cesseren en dienvolgens te bepalen, dat in de 24 uren voor een ofh'ciers-wagt twee smeerkaarsen van vijf in een pond zullen worden afgegeeven en dal bij de onder-nificieren en soldaten olij, in stede van kaarsen, zal moeten worden gebrand: zullende de leverantie der benodigde kaarsen publiek moeten worden aanbesteed. 1809 H. W. DAENDELS. 440 maken met de buiten hun departement gelegene defensie werken ten einde dezelve uit dat oogpunt in een aaneen geschakelde orde te kunnen beschouwen. Art. 7. Betrekking van dm directeur tot zijne onderhebbende ingenieurs, alsook tol de directeurs der overige departementen. leder directeur vertegenwoordigt in zijn departement ten op zichte van zijne onderhebbende officieren den chef van het corps der genie en is als zoodanig bevoegd tot het geven van alle orders betrekkelijk de uitoefening van den dienst in hetzelve, voor zooverre dezelve niet strijden tegens algemeen gegeven dienst-orders; ook is hij als zoodanig verantwoordelijk voor het gedrag zijner oificieren, in zooverre dit van zijn toezicht afhangt, alsook voor de uilvoering en nakoming van alle ordres, 't zij door hem of wel door den chef of Gouverneur Generaal gegeven wordende, en van welke hij door ieder der belang hebbende officieren copie zal doen nemen, zijnde het aan ieder ingenieur geoorloofd de hem gegeven wordende ordres schrif telijk te verzoeken; ook zal hij zorge dragen, dat de jonge ollicieren door de overige worden onderricht en aangebragt, en hiertoe ook het zijne, vooral in de plaats zijns verblijfs, contribueeren; ook zal hij bij hel doen van inspectien of andere gelegenheden zich met de op andere posten zich be vindende ingenieurs over de verschillende vakken van hunnen dienst onderhouden, ten einde hen lieden, eensdeels tot onder zoek en voortzetting hunner kennissen in de theorie en praclijk en vooral in de militaire partij [sic] aan lo sporen, en anderdeels diegenen, welke zich door ondervinding of verworvene kundig heden onderscheiden, te leeren kennen en waardeeren; zullende telken jare daarvan aan den chef speciaal rapport doen, tevens met overzending der rang-, stam- en conduite-lijst van alle de in zijn departement dienende officieren der genie, ingericht volgens het daartoe aan de geheele armoe npgegevene model, ten einde verdiensten kunnen beloond en van de talenten het voor den Lande nuttigst gebruik gemaakt worden. Ook zal hij, wanneer zich jonge lieden opdoen, welke hij als geschikte sujetten oordeelt om tot officieren van de genie 1809. H. W. DAENDELS. 441 opgeleid Ie worden, dezelven behoorlijk examineeren naar een hij vervolg te arresteeren plan en van zijne bevinding rapport doen aan den chef, met voordragt ter aanstelling van der gelijke voorwerpen, gelijk hij mei approbatie van den chef ook eenige ollicieren van andere wapencorpsen of wel kadets zal kunnen emploijceren ter adsistentie van de ingenieurs bij gebrek aan een genoegzaam gelal der laatsten; en dal wel op het daggeld, bij besluit van 16 September 1808 aan hunnen rang toegelegd. De directeur heeft (des noodzakelijk vindende) demagtom zijne ingenieurs van de eene plaats zijns deparlemenls naai de andere te verleggen, mits daarvan dadelijk rapport doende aan den chef en voor zulk een officier eene daartoe bepaalde ordre van denzelve verzoekende. Ook is het hem geoorloofd, wanneer de gewoone dieiistbezigheden zulks .veroorloven, een of meer zijner jonge officieren Ie emploijeren tot hel. op neenicn en nivelleren van zodanige gedeeltens, als hij voor de defensie als anderzinls belangrijk oordeelt, daarbij vooral doende nagaan het niveau des terreins . gelijk hij bij dergelijke gelegenheden bij voorkeur zal doen opneenien en in gede tailleerde plans brengen de voornaamste plaatsen en posten van zijn departement, daarop met mode cijllers doende aan geven de comparalive hoogte der verschillende punten van het omleggend terrein tot op ten milisten een half uur af stand, zoo wel als die der werken zelve, terwijl deze bijzondere plans, op eene gelijke (nader te bepalen) schaal geteekend wordende, hem met der tijd welligt een geheel en dus een naauwkeurige kaart van zijn departement kunnen verschaffen, ter bekoming van dewelke de directeurs in het algemeen zich zullen hevlijtigen ; ten welken einde hel noodzakelijk wezen zal, dat ieder directeur zich provisioneel voor rekening van den lande trachle aan Ie schallen eene volledige verzameling van instrumenten, beslaande uit een aslrolabiuin, een boiissole, een plancnel en een sextant, behalven een meetkelting en de noodige tceken-gereedschappen, zullende bij vervolg van tijd (wanneer de publieke omstandigheden eene meer geregelde 1809. H. W. DAENDELS. 442 correspondentie met Europa gedoogenï ieder officier zich zelfs van instrumenten moeten voorzien, te weten een luitenant van een meetketting en astrolabium, waarbij de kapiteins voeden een boussole en planchet. Ook is het aan den directeur geoorloofd een der officieren van de genie uit hel guarnizoen, waar hij zijn verblijf houdt, ter zijner adsislenlie. hetzij lot leekenwerk, als anderzins, liij zich te nemen, echter mei dien verstande, dat gezegde officier daardoor niet van den guarnizoens dienst geheel en al worde uitgesloten en dus de gelegenheid benomen om zich in de practijk te oefenen, veelmin dat daardoor de uitoefening van den dienst des guarnizoens zoude worden verhinderd: zullende eindelijk de directeur toezien, dat alle in zijn departement vervaardigd wordende plans en kaarten op eene egale manier worden geteekend, waartoe aan hem bij vervolg door den chef het model zal worden gezonden in conformiteit der bij het koninglijk corps de genie in Holland geusiteerde teekentrant. De directeur behoefd zich voorts met den dienst van de genie in de plaats zijns verblijfs niet verder te bemoeijen, als hij verkiest, zijnde de eerst aanwezende ingenieur ver antwoordelijk voor de uitoefening van dien, even als in andere plaatsen. De directeur voor eenigen aanmerkelijken tijd uit zijn de partement vertrekkende, hetzij met verlof, in commissie of anderzints, zal hij de directie van hetzelve (met voorkennis van den chef) overgeven aan den oudsten ingenieur van het departement, aan wien hij daartoe de noodige instructien en inligtingen zal geven en met wien hij gedurende zijne absentie eene, zoo veel mogelijk, geregelde correspondentie dienaangaande zal onderhouden. De directeuren der verschillende departementen staan tot elkander in geene andere belrekking van dienst, dan zooverre de militaire hiërarchie dit vordert: echter zal het voor het algemeen nullig wezen, dat zijlieden steeds in vriendschap pelijke correspondentie staan, zoo tot hunne onderlinge in structie, als wel voornamelijk ten einde met elkander 1809. H. W. DAENDELS. 443 communicatif en de concert te werken en elkander ltij voorkomende gelegenheden met een of ander te kunnen be hulpzaam wezen. Doch, wanneer verschillende directeurs in commissie worden gesteld, hetzij tol het uitvoeren van een of ander werk of tot het concipiëren van eenig stuk, zal de oudste in rang zich steeds aan het hoofd der commissie stellen en de directie voeren. Daar het voorts hij sterfgeval van den chef als anderzints ligtelijk kan gebeuren, dat een der directeurs met de generale directie wordt gechargeerd, zal ieder hunner zich bevlijligen om zich tot de uitoefening van dien te bekwamen en zich dierhalven, behalven het hiervoren gemelde en alles, wat den gewonen diens! der genie aangaat, ook bijzouderlijk toeleggen op het hydraulique vak, als een tak, waarvan in Indien tot oog toe niet dan te weinig werk is gemaakt; hij zal zich ten dien einde dienen bekend (e maken in het bijzonder met den vorigen en tegenwoordigen slaat der rivieren en andere wateren in zijn departement eu in het algemeen van die van het geheele eiland Java. aanteekening houdende van de ver anderingen, die dezelve ondergaan, en de voor- of nadeelige gevolgen van die veranderingen voor derzelver bevaarbaarheid, enz. nagaande en daarvan van lijd tot lijd rapport doende aan den chef, met bijvoeging van de middelen, welke hij oordeelt, dat men in het werk zou kunnen en moeten stellen ter ver meerdering der voordeden of ter voorkoming der nadeelen, gelijk hij mede bijzonderlijk zijne attentie zal vestigen op de stranden, zoo in derzelver aanspoeling als afname, daarvan mede aanleekening houdende en al het bovengezegde obser veerende. Art. 8. Bureau-onlwsten, enz. Alle directeuren of gedepe cheerde ollicieren van de genie zullen jaarlijks met primo November eenen jaarlijkschen eisch van schrijf- en teeken behoeftens inzenden bij den directeur-generaal en chef der genie, welke zich met de gespecificeerde opgave dezer be hoeftens zal vervoegen bij den heer Gouverneur Generaal om 1809. H. W. DAENDELS. 444 dezelve 's gonverneuients wegen Ie mogen erlangen, voorna melijk daar alle aangebragte facturen den directeur-generaal van 'sKonings domeinen en linantien hel eerst worden aan gelioden en daardoor de aankoop dier artikelen aan particulieren kan worden belet. Art. 9. Fabrieken. Een der voornaamste betrachtingen van een officier der genie en bijzonder van den directeur moet zijn om op alle plaatsen in zijn distrikt fabrieken van k;ilk en allerhande soorten van steenen op te richten, alzoo op zeer weinige der buiteii-kantoren dezelve gevonden en daarom al zulke bouwstoffen, dakpannen, groote en kleine vloersteenen van Batavia derwaards moeten worden aangevoerd, moetende wijders de benodigde vaderlundsche steenen, als klinkers, moppen. Vlaamsche steen voor smits-oVens, enz. in tijds van de hoofdplaats worden gevraagd. Art. 10. Valium. Geen directeur zal zicb buiten deszelfs departement mogen begeven, dan met verlof van zijne excel lentie den Gouverneur Generaal, waartoe bet verzoek dooi den chef moet geappuijeerd wezen. Art. 11. Dienst-quilering run een directeur. Wanneer een directeur den dienst quiteert, hetzij door overlijden als ander zinls, zal omtrent zijne particuliere papieren en instrumenten gehandeld worden, als bij artikel 8 der 1° afdeeling ten aan zien van die der ingenieurs is bepaald. Doch de departements papieren zullen door de van wegen den kominandant dei 1 plaals benoemde commissie slegts worden verzegeld en zoodanig aan den oudsten ingenieur des departement» of den succedereuden directeur worden overhandigd, welke van de bevinding derzelve, met bijvoeging der inventarissen, bij zijne overname zal rapport doen aan den chef. Art. 12. Commissie» en daggelden. Alle inspeclien, visi tatiên, enz., welke een directeur verrigtop meer dan een half uur afstand van de plaals zijns verblijf», worden voor coni missien gerekend en zal bij daarvoor zonder nadere aulhorisatie, uit kragl van dil artikel, het aan zijnen rang geaccordeerde daggeld mogen declareren, zullende, wanneer zulks door zwaare 1809. H. W. DAENDELS. 445 reiskosten of andere omstandigheden niet toereikend mogt wezen, zich met appuij van den chef kunnen addresseeren ter augmentalie van hetzelve. Een directeur, de functien waarneemende van chef van het corps der genie en als zoodanig in commissie zijnde, zal hij mogen declareren het daggeld, hij meergemeld besluit van 16 Senten)her 1808 aan een kolonel toegelegd. Wanneer voorts een of meer officieren der genie door den directeur ter opneming of nivellering, enz. worden geëmploijeerd, zal hij voor dezelve de authorisatie tot hel declareren hunner daggelden verzoeken, zullende de directeur vervolgens de de claratien daarvan en in het algemeen van alle in zijn depar tement genoten wordende daggelden, alvorens dezelve betaalbaar zijn, moeten cerlificeeren; en zal hij dierhalven zorge dragen, dat geene dier daggelden continueel en onverdiend worden genoten, maar dat dezelve alleenlijk strekken ter goedmaking van extra-onkosten en tot emulatie der oüicieren bij buiten gewone werkzaamheden. DERDE AFDEELINIr. Bcvatlrnde eenige bepaling nopens den diensl van den chef van hel corps de genie, enz. De kolonel en chef van het corps de genie tevens directeur generaal zijnde van de fortificatien en waterwerken in llol landsch Indien, vloeijen uil ieder dezer heide heirekkingen verschillende verplichtingen voort, welke te menigvuldig en te wijdloopig zijn om in een stuk als dit geheel en al om schreven te worden; echter zal hij daaromtrent de volgende hepalingeu in acht nemen: 1° als chef van hel corps de genie zal hij zorge dragen, immers zooveel in zijn vermogen is, toezien, dat dit wapen steeds in behoorlijken en completen staat zij, volgens een daartoe nader te arresteren plan vau organisatie, voor het zelve tevens wakende, dat dit voor zijnen dienst zoo be langrijk corps met geene dan bekwame sujetten worde / 1809 H. W DAENDELS 446 bezet: dal ieder officier, welke daarbij dient, berekend zij voor den post, welken hij bekleed; dat geene andere dan veel belovende jongelingen daarin worden geplaatst en geene dan zich door ondervinding en kunde onderscheidende of zulks op eenige andere manier nieriterende officiereu worden geavanceerd. Hij zal ten dien einde, voor zooveel de nabijheid zijns verblijfs toelaat, de adspiranten zelve examinceren en anderzints, op te verren afstand zijnde, door een der luitcnant-kolonels doen ondervragen naar een nader te arrestoren plan van bevordering en examen voor de offi cieren der genie, en bij de voordragt van eenigadspirant tol officier aan den Gouverneur Generaal een gedetailleerd rapport doen van den afloop dier examina, gelijk hij zulks mode zal observeren bij hel. voordragen van officiers ter bevordering, zullende over hel algemeen in acht nemen, dal verdiensten en kunde worden beloond, zonder dat langdurige dienst en plichtbetrachling worden veronacht zaamd of onbemerkt worden voorbijgegaan. Zijnde voorts de huishoudelijke directie van het corps de genie en alles, wat ter bevordering van de discipline en dienst-uitaefiening van hetzelve en tot aankweekiug van emulatie bij de officieren kan strekken, aan hem gedemandeerd, ten welken einde het doen observeren van alle gegevene of uog te gevene orders niet alleen aan zijn toezicht wordt aanbevolen, maar ook het geven van alle zoodanige orders, als bet interieure of de algenieene dienst van zijn corps regardereu, geheel en al aan liem wordt overgelaten, met aanbeveeling om, zoo veel in zijn vermogen is, te trachten met de officieren van zijn corps en derzelver capaciteit in de bijzondere vakken der genie bekend te worden, ten einde van deze talenten liet meeste nut voor den dienst Ie trekken door hun, naar inaate der voorkomende werkzaamheden, van guarnizoen te doen veranderen, zullende voortaan geene officieren der genie, even min als van andere wapen-corpsen, een permanent 1809. H. W. DAENDELê. 447 guarnizoen hebben (met uitzondering van de directeurs der departementen), maar steeds op de eerste ordre ter verplaatsing moeten gereed zijn; zullende eindelijk de chef telken jare aan den Gouverneur-tieneraal inzenden eene algemeene rang-, stam- en conduite-lijst der ollicieren van zijn corps, met bijvoeging van alle zoodanige aanmerkingen en voorstellen, als bij tot welzijn en relevalie van hetzelve dienstig oordeeld; 2 U als directeur-generaal der lortificatien en waterwerken zal hij zorge dragen, dat deze objecten steeds in behoor lijken staat worden onderhouden en aan hun oogmerk kunnen beantwoorden. Hij zal van den actuëelen staat derzelve en het daaraan venigte telken halve jare een algemeen rapport inzenden aan den Gouverneur Generaal, zamengesteld uit de bij hem ontvangene stukken van de directeurs der onderscheidene departementen, met bij voeging zijner consideralien omtrent alles, wal door de directeurs in dat halve jaar is verrigl en voor hel volgende wordt voorgesteld, daarbij op het einde van ieder jaar voegende eene generale-lijst der onkosten, gedurende dat jaar aan het forlilicatiewezen in Hollandsen Indien ge impendeerd, als ook eene materiaal-lijst, beide ingerigt volgens het bepaalde bij art. 5 der eerste en art. 2 der tweede afdeeling. Zullende bij, behalve deze algemeene rapporten, telken maand (of, des gerequireerd wordende, in korter tijds bestek) aan den Gouverneur-Generaal doen toekomen een kort verslag van den voortgang en staat der werkzaam heden, onder directie der genie in de verschillende de partementen verrigt wordende, voor zoo veel die door de directeurs ter zijner kennis zijn gebragt, mede met bijvoeging der nodige consideralien. En ten einde steeds in staat te wezen tot het beoor deelen van hetgeen door de directeurs wordt verrigt of voorgesteld, zal de directeur-generaal zich bevlijtigen alle die kennissen over de geheele uitgestrektheid van het 1809. H. W. OAENDÉLè. 448 eiland Java en de groote Oost te verkrijgen, als van ieder directeur bij de tweede afdeeling ten aanzien van zijn departement is gevorderd, zullende ten dien einde zorge dragen, dat, zooveel de ordinaire dienst toelaat, de officieren der genie worden gecmploijeerd tot het doen van opnamen, enz. ten einde daardoor met betere kaarten dan tot heden te worden voorzien, zullende hieromtrent al bel bij artikel 2 en hel laatste gedeelte van artikel 7 der tweede afdeeling bepaalde nopens de lopograpbie, den staat der rivieren en stranden, enz. door den directeur-generaal in den uitgestrektstcn zin op zich worden toegepast, te meer, daar hij, zich meestentijds in de nabijheid van den Gouverneur Generaal bevindende, steeds in staal moet wezen aan hoogstdenzelven alle zoodanige illucidatien en adviezen te suppediteren, als van hem zullen worden gerequireerd. En zullende eindelijk de reeds voorhanden zijnde verzame ling van papieren, plans, kaarten, enz., niet alleen in den besten staat doen onderhouden, maar ook trachten dezelve, zooveel mo gelijk, met alles, wal voor den dienst of het defensiewezen van eenig aanbelang kan zijn, te vermeerderen,'t zij bij quiteering van den dienst door officieren der genie als anderzints, ten einde deze verzameling zich steeds in slaat bevinde den Gou verneur Generaal of deszelfs vertegenwoordiger van alle ge requireerd wordende stukken te voorzien; gelijk hij mede al hel bepaalde bij de tweede afdeeling nopens het conserveren van papieren ten opzichte van de zijne zal doen bevolgen. zullende de onkosten van zijn bureau insgelijks worden ge remhourseerd op den voet, als bij art. 8 der tweede afdeeling is bepaald. De talrijke, bij dit reglement behooreude modellen zijn op genomen in Daendels, Staat der Ned. O. I. bezittingen, Iti jlagen deel 111, militaire zaken, armee te lande, n° 81. Op 22 Julij 1809 zijn de navolgende wijzigingen in dit reglement gebracht. De directeur van de genie of de eerstaanwezende ingenieur 1809. H. W. DAENDELS. 449 PLAEIAT-UUUk UKKL XV. 39 iu eenig departement zullen in dienstzaken hare orders ont vangen van den brigadier, commandant der militaire divisie, en verpligt wezen daaraan te referecreu, tenzij dezelve strijdig waren met orders, ontvangen van den Maarschalk zelven of in deszelvs naam van het bureau van de genie, etc, wanneer zij zullen kunnen dilfereeren dezelve uil Ie voeren, na vrog leloos hare representatien aan den chef der divisie te hebben gedaan, dog verpligt zijn daarvan bij de eerste post kennis te geven aan den directeur van het corps of wien het verder aangaat, dog zijn verantwoordelijk weegens disobedientie, indien de gegevene bevelen van den chef der divisie niet tegens genoemde orders moglen aanloopen; wordende in zoo verre gealtereerd het 8' artikel, 1' afdeeling en 6* artikel, 2 e afdeeling van gezegd reglement. Voorts zullen de directeur of eerst aanwezige ingenieur in de departementen van Samarang en Sourabaija verpligt zijn, bij het doen verrigteu van werken, die niet publiek aan besteed zijn, om de eisseben der benodigde materialen in te dienen aan den brigadier, commandant der divisie, welke de aanvrage vervolgens aan de prefecten zal doen. Van deze aanvragen zullen door hem tellens altoos een dubbelde moeten worden gezonden aan het bureau van genie, artillerie en militaire mouvementen, ten einde onderzogt kan worden, of dezelve al of niet de benodigheden overtreden. 1 Januari). Maatregelen ter verbetering run hel post wezen. Is besloten: l° dal liet voor liet vervolg aan den bailluw der stad Batavia zal gedeinandeerd zijn om den postmeester generaal van de daartoe benodigde personen te voorzien; 2° dat dezelve zullen moeten gekozen wonion uit de inge zetenen der eampongs in den omtrek der stad ten getalle van 14 man, welke 's maandelijks zullen moeten ver wisseld worden; 5 U dat de commandanten der eampongs verantwoordelijk 1808. H. W DAENDÊLê. 45 Op 'l Julij 1808 had Daendels ler zake aan den Luitenant Gouverneur Generaal geschreven: Alle opkoping van vvax bcschouwe ik als onnodig, ver mits de aanmakingeu en verstrekkingen van waxkaaraeo kornl ' e cesseeren, naardien er op de respective bureaux niet meer " l i naclit behoeft gewerkt te worden eu, zulks in een extra al plaats hebbende, het benodigde ligt door de respec hve chefs derselve kan worden ingekocht, voor zover wezeutlijk benodigt zijn, terwijl de kaarsen, voor de wagteu benodigd, kunnen worden aanbesteed, evenals in Holland gebruikelijk ls * eu werden berekend op '2 smeerkaarsen per wacht voor ee ') otlicier, kunnende aan de onder-ollicieren en geineeneu ulij w orden verstrekt. «J Julij. Bepalingen nopens loolsen, en Zijne excellentie heeft goedgevonden te besluiten, gelijk besloten is hij dezen: * dat de tegenswoordige gecommitteerden? der reede Ie Sourabaija als zoodanig zullen blijven fungeeren en ter adsisteutie aan den havenmeesler zullen worden toegevoegd met een appoinctement van !>0 rijksdaalders, zilver, per maand, hoven derzelver gewone traclement; ~ de appoinctementen van de respective lootsen in volgender voegen te bepalen, als: aan den opper-lools rd* üO » » onder-loots » 50 » » leerling » 20 Per maand, zilver geld; en voorts aan den opperloots toe te voegen den rang van luitenant der marine, ten einde z 'ch des te heter op de schepen te kunnen doen respecteren. J'ilij. Regeling der directie van dan militairen con structie-winkel te Soerabaija. ' n aanmerking genomen zijde, dat de uitgestrektheid der VVe >*kzaainheden in de constructie-winkel te Soerabaija vorderd, 1809. H. W. DAENDELS. 450 zullen worden gehouden voor hel gedrag van de door hun te leveren manschappen; 4" dal elk persoon gedurende den lijd, dal door hein diens! gedaan worde, vijl' rd% zilver geld, 's maands van den Lande zal genieten: 9° dat dezelve gedurende dien tijd geene andere bezigheid hij de hand zullen mogen ueemen: G u dat hij ziekte ol' ander noodwendig heletsel door den commandant een ander persoon geleverd zal worden, welke alsdan de daartoe slaande gage zal genieten: 7 U dal hij uegligenlie of ander plichlverzuim in hel post rijden de schuldige door den postmeester generaal aan deszells commandant zal worden overgeleverd, door wien dezelve alsdan deswcgens puhliek in deszells eampoug zal worden afgestraft; 8° de postmeester generaal voorziet de postillons van de noodige paarden en zadels, item monteeriiigslukken en Courage; 9° de postillons moeten gedurende de maand, dal zij dienst doen, permanent op derzelver poslen blijven, namelijk : 2 aan 't poslcomploir generaal, 2 op de 12 e paal, 2 » » 2S t » 2 » » 56" 2 » Buitenzorg, 2 aan het poslcomploir generaal, 2 op Tangerang, 14 man: 10 u de postmeesier generaal draagt zorg, dal op alle deze plaatsen de postillons en derzelver paarden behoorlijk van hel nodige voorzien worden; 11° de dagelijksche post van de stad naar Buitenzorg ver trekt op heide voormelde plaatsen des avonds precies om! 1 uuren: 12" elk postillon rijd niet verder als tol de naasthij gelegen stal ion. 1809. H. W. DAENDELS. 451 13° de aldaar geplaatste postillons moeten 's avonds hunne paarden gezadeld houden en terstond na aankomst van de post het valies overnemen en lot de daaraan volgende slation rijden; 14° onderwege elkanderen ontmoetende, moeten zij hel valies onderling verwisselen en terstond weder terug rijden : 15° hel valies dus weder gestadig op de stations aan anderen, welke zich daartoe moeten gereed houden, overgegeven wordende, rijd elk postillon slechts 12 paaien: lü° twee postillons op elk station geplaatst zijnde, zoo kunnen zij, ten einde hunne paarden niet te veel af te matten, om den andereu nacht hij heurte rijden: 17° de postillons, welke de laatsle station rijdeu en welke niel voor zons opgang op de plaatse hunner beslemming aankomen, zullen terstond eene gevoelige correctie ont vangen, tenzij door hun den geenen, welke dien nacht het traiuissemenl veroorzaakt heelt, kan worden aangewezen; 18° een der postillons ziek wordende, moet zijn kameraad, totdal de zieke afgelost word, eenlijk mei verwisseling van paarden, zijne beurten van hem waarneemen; 19° de Bantamsche post rijd, even als de Javasche. post, twee maal 's weeks, des Woensdag en Zaterdags avond om 9 uuren: 20" de eerste postillon rijd iets verder als Tangerang en geeft het valies aldaar aan de aldaar geslationueerdè postillons over, 21° deze rijden lot de passerangang Tjibolaug en geeft aldaar het valies over aan de Banlamscbe postillons, welke van wegen den prefect van Bantam in gelijk getal aldaar geplaatst moeten worden; 22° de Tangerangs postillon vertoefd op Tjibolaug, tol dat hel Bautamscb paket aankomt, rijd daarmede terug naar Tangerang en moet zulks zoo vervolgens door den eerst gemelde, welke insgelijks lot deszelfs aankomst op Tan gerang wagl, naar Batavia gevoerd worden. Zie ook 1 Julij 1808. 1809. H. W. DAENDELS 452 i Januarij. Veibod tegen de vaart lusschen Java en de Zuidkust van Bali. Is besloten, dut aau Chineesche. zoowel als aan alle andere ingezetenen dezer kolonie de vaart en handel van het eiland Java op de Zuidkust van Balie, met naaine op de vorsten dommen van Balie Badong, Mongoi on Gianjar en speciaal op de havens van Cotta en Toeban, voor dit jaar ten eene maal zal zijn geinterdiceerd, op poene van confiscatie van schip en lading en arbitraire correctie door kellingslag of anderzints daarenboven, naar exigentie van zaken, voor alle bevelhebbers van vaartuigen, welke zich aan overtreeding dezer order zullen komen schuldig te maken. Met authorisalie verders op den resident Ie lialie-Badong om zonder eeiiige forin van proces de voorschreven order ter executie te leggen. Op 7 September 1809 is dit verbod weder ingetrokken, »nademaal de redenen [daarvoor] niet meer" bestonden. 1 Januarij. Bepaling, dal hel tractement van dot pre dikant te Socrabaija zoude worden uitbetaald, hal/ in zilver, half in papieren geld. Deze predikant werd dientengevolge in dit opzicht gelijk gesteld aan de militaire officieren. 3 Januarij. Reglement voor de kantoren, administratie» en negotie-pakhuizen te Batavia, staande onder het helieer van den Directeur-generaal. Het kantoor van de administrateurs-generaal zal in den vervolge bestaan uit: twee suppoosten, die gecommitteerd zijn in de geldkamer, etc, twee boekhouders lot het opmaken van ordonnantien en andere werkzaamheden, en 1809. H. W DAENDELS. 453 tien klerken, waarvan 7 bij den eersten en 5 hij den tweeden administrateur-generaal zullen dienst duen. De eerste daarvair zullen des raaands genieten rd s 100. de boekhouder 75, de twee eerste klerken 60. de vier volgende 40 en de vier laatste 50 rd s . Het financie kantoor zal bestaan uit: een finantie boekhouder . a rd" 525 » eersten suppoost » » 225 » tweeden suppoost » » 160 tien klerken, te verdeelen op de volgende wijze: 4 bij den finantie boekhouder, 3 •> ■ eersten en 3 » » tweeden suppoost: waarvan vier zullen winnen 60, drie 40 en drie 30 rd' 's maands. Hunne werkzaamheden zullen onder de directie van de administrateurs-generaal bestaan: van den finantie boekhouder: a. in hel houden van het finantie- of domein grootboek en journaal, het eerste of het grootboek; b. het opmaken jaarlijks van de lijst der debiteuren en cre diteuren : c. ad idem van eene memorie van de inkomsten en uitgaven: (I. zoo mede van den generalen staat van Indien uit de res peclive ingezonden wordende boeken of te zamen trek kingen : e. gelijk ook eene generale memorie van alle restanten, onder ultimo December van ieder jaar aan handen, en wijders f. het beantwoorden van alle requisilien, die gedaan worden: van den eersten suppoost: <i in hel houden van het generale confrontatie-boek, waarbij de ontl'angst. afscheep en uitgaaf van alle goederen en contanten genoteerd zal worden, alle volgens model; l>. het opmaken en depecheren in duplo van alle facturen en cognossementen, voor zooverre dezelve nog blijven bestaan: c. hel bezorgen der notilien aan de heeren beschrijvers van 1309. H. W DAENDELS. 454 het aangebragte en verzondene naar en van de huiten kantoren, voor zooverre die gercquireerd zullen worden; en voorts il. het adsisleeren van den tinanlie hoekhouder in liet heant woorden van de requisitien en het afsluiten van de hoeken, item het opmaken van den generalen slaat van Indien: en van den tweeden suppoost: a. in het houden van het geèxtendeerd groot kassahoek na volgens model, waartoe hem de ordnnnantien van den grootkassier alle maanden zullen worden overhandigd: b. het narekenen van alle ordonnantien op kas, die ten kantore van de administrateurs-generaal opgemaakt worden; e. het opmaken der rendementen van de gehoudene ven du tien; d. het verlenen van extracten uil de aankomende facturen aan de respective administratien en negotie-pakhuizen of het houden van het zoogenaamde extract factuur-hoek; e. het opmaken der onkost-rekeningen van 's Lands koloniale of Kouitigs schepen; /'. hel noleeren in een apart daarvan gehouden wordend hoekje, alsmede hel inbinden van alle aankomende facturen: g. liet adsisleren van den finantie-boekhouder in hel heanl woorden van de requisitien, etc. Tot het kantoor van de equipagie-werf zullen henodigd zijn : een hoekhouder, die tegelijk is eerste suppoost, a rd* 500, vier klerken, waarvan de eerste CO, de tweede 40 en de twee laatste zullen genielen 50 rd*. Bij de artillerij: een hoekhouder a rd* 250 drie klerken, waarvan een a 00, een a 40 en een a 50 rd*. Van de wapenkamer: een hoekhouder a rd s 100 » klerk » » 40 Van het provisie-magazijn: een hoekhouder a rd* 100 » hottelier » » 50 1809. H. W. DAENDELS 455 Van liet graan magazijn: een boekhouder a rd" 125 Van het ijzer magazijn: een boekhouder è rd* 80 Van de Water poorl. een boekhouder a rd s 125 (de tegenwoordige geniet echter rd s 200, uithooFde van zijne langjarige dieusten). Van de Westzijdsche pakhuizen : een boekhouder a rd s 125 In het kleeden pakhuis: ten boekhouder a rd' 100 De pakhuizen van Onrust: een boekhouder a rd 8 125 De suiker pakhuizen: een boekhouder a rd s 125 De werkzaamheden in de respective administratien en negotie-pakhuizen zullen bestaan in het houden van de vol gende hoeken: door de administrateurs: n. een magazijn-boek, b. een weeg- en afscheep-boek, c. een dagelijks reslant-boek, buiten de maandelijksche speci fica tien, die. zoowel door de commiesen. als ook de ge zameullijke bazen opgemaakl worden: door de boekhouders: a. de nodige pakhuis-boeken volgens model, lt. een dagelijks aanteckening-boek van den ontvangst en afscheep, etc. c. een extract factuur-boek, 'I een extract-boek van de besluiten der hooge regering, etc. en voorts r. het opmaken van alle tot de administratien relatie hebbende ordonnantien. Van alle verstrekkingen, die ten dienste der huishouding geschieden, zullen ruite-kaarlen geformeerd en die alle maanden 1809. H. W. DAENDELS. 456 eens gehoekt worden, docli de ontvangst en verzending, item inkoop en verkoop, zal telkens apart moeten worden gehoekt. Het kantoor van de generale directie zal voortaan bestaan : in een eersten suppoost met het thans winnende tractemenl van rd s 28U in een eersten klerk met » 75 » » tweeden » * .... • 60 en » drie klerken, die zullen genieten één 40 en twee ieder 50 rd'. Het tractements-kantoor, buiten het opperhoofd: in een eersten suppoost vh politiek departement a rd" 2*ïó » » tweeden » » » » » » 125 » » derden » » » « » » 100 en twee klerken a 40 en 50 rd s respective. Bij het militair departement: in een eersten suppoost a rd" 150 twee klerken a rd s 40 en rd" 50 respective. Bij den visitateur: twee klerken van rd s 40 en 50 respective. Bij het opperhoofd: twee klerken van rd" 40 en 50 als boven, dewelke te gelijk verpligt zullen zijn te zorgen voor de archieven. Voorts zullen dezulken, die verkiezen op de respectieve schrijf kantoren dienst te doen, daarvoor genieten rd 8 20 's maandsom navolgens de bepaling, voor de vaste klerken hierbij gemaakt, daartoe bij een goed getuigenis van hunne su perieuren, waaronder zij bescheiden zijn, als zoodanig te kunnen opklimmen; en zal generaliter nog geobserveerd worden het volgende, als: 1° dat conform de instructie voor de generale rekenkamer geene ordonnanlien van inkoop of verkoop zullen mogen cllccl sorleeren, dan nadat dezelve door die kamer geap probeerd en geregistreerd en ten finantie-kantore in hel generale confrontatie-boek geboekt zullen zijn, ten welken einde in alle ordonnantien, die opgemaakt worden, bel besluit of de qualiiicatie in het hoofd zal moeten aange- 1809. H. W. DAENDELS 457 haald en genoteerd staan, zullende dezelve.dus, nadat in forma gebragt en door den directeur-generaal geleekend zijn, ter generale rekenkamer moeten worden overgebragt en daarna op het finantie-kanloor ter boeking afgegeven: '1" geene ordonnantien van uitbetaling van Iraclenienten of wat het ook zoude mogen wezen, zullen worden geëx pedieerd, dan nadat daarmede als even gehandeld is: 3° in gelijker voegen zal men handelen met de ordonnantien van goederen, die in de huishouding verstrekt of afge scheept worden: 4° ook zal in diervoegen gehandeld worden met den ontvangst generaliter zonder onderscheid, hetzij van conlanten of goederen, met die uilzondering alleen, dat bij aankomst van goederen dezelve, zoo als van ouds, direct in de ad ininislralien zullen moeten worden ontvangen, schoon de ordonnantien daarvan nog niet moglen zijn ingekomen, waarvan in dit geval onmiddelijk kennisse aan de ad ministrateurs generaal zal moeten worden gegeven; 5° geene ordonnantien, hetzij op kas of wel op de respeclive administratien, zullen dus door de respective kassiers of administrateurs mogen gerespecteerd .worden, dan na «lat daarmede invoegen als voren gehandeld is en hun zulks uil de tekening is komen Ie blijken, exceplo bij onver wijlde noodzakelijkheid, wanneer die ordonnantien den dag daar aan direct op de generale rekenkamer ter erlanging van de nodige approbatie en op het Jinantie kantoor ter inboeking moeien worden overgebragt, alles conform het l4 e en 15 e artikel van opgemelde instructie; 6° van allen afscheep van goederen, die na eenig gouverne ment of plaats gezonden worden, zal immediaal en zonder eenig uitstel opgave aan het finantie kantoor gedaan worden, ten einde de cognossementen kunnen worden opgemaakt en verzonden, zullende in contrarie geval alle erreureii of nadeelen, die daaruit ontstaan moglen, zijn en blijven voor rekening van den geene, die dit verzuim begaan beeft. Voorts zal 1809. H. W DAENOELS. 458 7° van wegens den (commandeur en havenmeester de nodige, order worden gesteld, dat geen schip of vaartuig, 's Lands goederen ingeladen hebbende, van hier mag vertrekken, zonder dal zich alvorens de gezaghebber daarvan hij de administrateurs generaal heeft geadresseerd tot ontvangst van de nodige papieren. Ten aanzien van de adininislratien, als van Onrust. Het tractement van den administrateur zal zijn rd s (5000 'sjaars, mei cessecring van alle door hein gedragen wordende lasten, doch daarentegen ook mei intrekking van het zoo genaamd middel van beslaan of de percento's, die hij den afscheep af bij het ledig vallen der pakhuizen gevalideerd zijn geworden, zoomede ook de S ii: overwigt op de ont vangen worden koffij en de '■> tK uitslag op de van Palembang of elders aangebragl wordende, ongeharpte peper, invoegen hem alleen gevalideerd zal gorden: 1 te overwigt op de 125 tï kollij. 1 » ■■ » ■ 125 » ongeharpte peper. '/ï » " » " geharpte peper. En op het tin, etc. eeniglijk zooveel, als het generale reglement van den 15'" Augusjus 17(>4 voor de buiten-kanloren permitteert. De Westzijde en Waterpoort. Het tractement van dezen administrateur zal bepaald blijven op rd* 6000, met intrekking en huilen ellectslelling van het besluit van den 15' n December 1780, waarbij aan de administrateurs '/« ~: m ' de toegift op de Japansche lading 10l een catje per picol is toegestaan, invoegen dil aan den Lande verblijft, en hun bij afscheep, zoowel van hel koper, als ook van alle andere artikelen (builen de kollij en specerijen), in hunne administratie zijnde, niet meer wordt toegestaan te mogen opbrengen of afschrijven, dan bij bet voormelde generale reglement bepaald is. Het ijzer magazijn. Het tracleinenl van den administrateur zal zijn rd" 4000 'sjaars, mei intrekking van alle verdere voordeden en spe ciaal de 1809. H W. DAENDELS. 459 4 percenl op het ijzer, 6 » • de slootplaaten. ü » • liet slaal, en 5 » »de spijkers, die hem hij liet reglement van den 30" April 17<>L> zijn toegestaan, invoegen hein daarop niet meer dan 1 percent, conform het generale reglement van 1764, zal worden gevalideerd. Het provisie magazijn. Hel tractement van den administrateur zal zijn rd a 4000 'sjaars, mei vernietiging tevens van alle, door hem gedaan wordende uitgaven aan den boekhouder, bottelier, etc, doch daarentegen ook mei intrekking van de aan hem tol nu toe volgens het Bataviasoh speciale reglement gepermitteerde spillage, invoegen hij daar niet meer voor zal mogen opbrengen, dan het voornoemde generale reglement permitleerd. Hel suiker pakhuis. Het tractemeni van de administrateurs zal bedragen rd s BSOO 'sjaars, met intrekking van het thans genoten wordende emo liinient van '/, rd 1 ' per picol, alsmede ook van de hij het llataviasch reglement toegestane spillage op het lood, etc., in voegen die gerekend en gevalideerd zal worden naar hel generale reglement; en zullen zij verpligt zijn bij de ver zakking der suiker, indien de vreemdelingen dit particulier verlangen, daartoe de coelies voor privé rekening in te buren. Hel kleder- en amfioeu-pakbuis. Het tractement vau den administrateur zal zijn nl* 4500 'sjaars, met standhouding van de hij besluit van den 5() in Augustus 1808 hij de hooge regering gemaakte bepalingen. Hel graan-magazijn. Hel tractement zal zijn rd' 5000 'sjaars, met afschaffing' van alle verdere voordeden, uitgezonderd '2 percent spillage op de overjarige en de gewoone 100 ü? per coijang op de eigenjarige rijst, die aan hem volgens besluit van heden voor laan zullen worden gevalideerd; wordende hierbij, zo wel met opzigt tot dii pakhuis, als alle verdere administralien nader bepaald, dat alle overwiglen 1808. H. W. DAENDELS. 46 daar over eene directie wordt aangesleld, welke niet alleen voor de goede executie der door zijne excellentie den Maarschalk on Gouverneur-Generaal bereids gegeven <>i' nog te geven orders zorge draagt, maar levens toeziet, dat geene ver strekkingen of afbetalingen geschieden, dan die werkelijk benodigd zijn. Is besloten, dal, ondergeschikt aan en hij alwezigheid van den luitenant Gouverneur-Generaal, eene zodanige directie over de constructie-winkel plaats vinden en bestaan zal uit vier commissarissen, waarvan ieder op zijn tour verpligl zal wezen om gedurende den lijd van agt dagen af en aan aldaar de inspectie te doen, ten einde zorge te dragen, dat alle de te ontvangen orders ter executie gelegd en stiptelijk geobserveerd worden. Dat alle de door den constructeur te doene aanvragen van benodigdheden en gelden aan den commissaris der weck zullen worden gedaan, welke, met overleg der andere commissarissen daarvan de noodzakelijkheid inziende, dezelve fiatteerd en ter voldoening aan den prefect ter hand sleld, die als dan daarvoor ordonnantie verleend. Dat 'er voorts hoegenaamd geene verstrekkingen uit de constructie-winkel zullen plaats vinden, dan op eene daartoe met de handtekening van den commissaris der week bekrag tigde of in extra ordinaire gevalle op een door den prefect, den commandant militair, commissaris generaal der marine direct te verlenen qualificatie. Wijders lot commissarissen, welke deze directie zullen uitmaken, te benoemen en aan te stellen, gelijk daartoe be noemd en aangesteld worden bij dezen: den prefect over Java's Oosthoek, den commandant militair hij de divisie-troepen alhier [Soe ra ba ij a], den commissaris-generaal der marine, en den chef der alhier zijnde artillerie, terwijl bovendien nog twee artillerie-olïiciereu met de dagelijksche inspectie worden belas!. 1809. H. W. DAENDELS. 460 den Lande competeeren, speciaal de zulken of overbevindingen, die de respeclivc administrateurs volgens het generaal regle ment ler beveiliging voor Ie korl koniingen worden geaecor deerd, als gemeld ten voordeele komen van den Lande, zoodal dezelve zonder eenige betalinge bij de pakhuisboekeii inge nomen en al het te kort komende boven de bepaling, bij het gemelde generale reglement vastgesteld, door de administra teurs moeten vergoed en zij bovendien naar exigenlie van zaken gecorrigeerd zullen worden. De uitbetaling van de opgemelde appointemenleu aan.de administrateurs zal geschieden in zilver of papieren van credit met de bij het gouvernement bepaalde agio daarenboven, ter keuze van de hooge regering. Wordende bierbij' aan cen ieder hoofd van een kantoor of administrateur ten strengste verboden eenige particuliere toelage te geven aan de onder hun bescheidene dienaren, sub poene van onfzelling uil hunne posten. 5 Jannarij. EclUscheiding Aan een Europcesch echtpaar verleende de Regering »dis ■■solutie van haar huwelijk", omdat »de verschillende gemoeds «neigingen van de vrouw mei die van haren man, na eenc • twaalffjarige separatie, geene het minste vooruitzicht lot "dadelijke hereeniging overlieten". Aan den man werd vergund Ie hertrouwen, aan de vrouw niet »om daarvoor pleitende redenen". Op 27 Januarij 1809 onthoud de Regering, op verzoek van den man. weder een huwelijk van Europeanen, omdat heide partijen »lot een hereeniging ongenegen" waren, doch ditmaal «met permissie om wederzijds te mogen herlrouwen" Belangrijk is hel navolgende, door Daendels op 9 April 1809, mede in geval van echtscheiding, genomen besluit. In overweging genomen zijnde, dal, hoe zeer naar den inhoud der wellen op het huwelijk de regterlijke magt zich onbe voegd zoude achlen om op fundament der positiei) van hel 1809. H. W. DAENDELS. 461 voorschreven requesl de dissolutie van des suppliants huwelijk te accordeenMi. deze wellen echter voornamelijk len doel hebhen de conservatie der goede zeden en moraliteit der in gezetenen en deze laatsten in het onderwerpelijk getal door de dissolulie veel meer dan door de instandhouding van des suppliants huwelijk zullen worden bevorderd. Daar hel uil de omstandigheden der zaak, niet alleen ge noegzaam blijkt, dat de wedervereeniging, welke de hoop blijft bij alle vrijwillige scheidingen tusschen tien suppliant en deszelfs tegeuswoordige huisvrouw, nimmer zal worden bereikt, maar deze verzoening zelve volgens den inhoud van het request van de gevaarlijkste gevolgen zoude kunnen worden, terwijl de voortduring der separatie, waarin de requeslranl en zijne huisvrouw thans leven, uit haren aart voor de eene, zoowel als de andere der daarbij geconcerueerde partijen aanleiding zoude kunnen geven tot publieke ergernis en im uioraliteil, welke vooral ten aanzien van een der verdienste lijkste ambtenaren dezer kolonie, gelijk den requestrant, zooveel mogelijk dienen te worden vermijd. Dal bovendien door den voet en wijze, waarop de requeslraut de dissolutie vau deszelfs huwelijk verzocht heeft, de sterkste bewijzen van zijne edelmoedigheid zijn aan den dag gelegd en het 10l daardoor, zoowel vau zijne Ie verlaten huisvrouw, als van de bij haar verwekte kinderen ten vollen zal kunnen worden verzekerd. Dat over zulks niet alleen de omstandigheden der zaak en hare mogelijke gevolgen voor de publieke zeden, maar ook de personeele, goede hoedanigheden van den requestranl en deszelfs publiek caracter een bijzondere consideratie verdienen en wel waardig zijn, dal in dezen door de politique magt gesuppleerd worde, 't geen aan de regterlijke tol het accor deeren der gevraagde dissolutie zoude ontbreken. Is besloten den band des huwelijks, lusschen den requestrant en deszelfs huisvrouw bestaande, te dissolveeren, gelijk dezelve gedissolveerd wordt bij dezen, op al zoodanige bepalingen en voorwaarden als door hem, requeslrant, bij deszelfs ouder- 1809. H. W. DAENDELS. 462 werpelijk requesl voorgedragen, en vrijheid van weerskanten om, des verkiezende, een ander huwelijk aan Ie gaan, niet lasl verder en qualiflealie op den Raad van jnsliiie li' Samarang om. overeenkomstig, de gedachte voorwaarden en den inhoud van dit besluit eene acte van dissolutie te doen opmaken en daarvan een afschrift, zoo aan den requeslrant, als deszelfs gewezen huisvrouw, uit Ie reiken. 5 Januarij. Wijziging der instructie voor de geprevile geerde wagen-verhuurders. Is goedgevonden en verslaan hun te permitteeren de luiur loonen voor eenen halven en heelen dag, in slede van de bij instructie bepaalde rd' 2'; 2 en !'», 10l rd" 5 en <> ie mogen verhoogen en hun op de vraglen voor reizen naar de boven landen eene verhooging ie accordeeren van een derde naar mak' van de vergroote distantie van den eenen paal naar den andere. li Januarij. Verkoop van houtwerken. Is goedgevonden en verstaan «Ie houtwerken voortaan niel minder dan Itij kavelingen van 215 p s Ie laten verkopen en te bepalen, dal daaronder van ieder der aan handen zijnde zware balken van 56 voel en daar beneden een door den kooper legen de daarvoor bepaalde prijzen zal moeien worden geaccepteerd, leu einde daardoor die zoorl van houtwerken, waarvan het debiel weinig is in vergelijk van bet restant, van de band Ie kunnen /.ellen: en daarvan de gemeente bij billet kennis te geven. Zie ook 7/17) Maart 1809. 7 Januarij. Regcl'uiij van het beheer van nalatenschappen, door officieren ub inleslato achtergelaten. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur-Generaal, gezien hebbende de propositie van den ridder en kolonel, van 1809. H. W. DAENDELS 463 Winckelman, omeene vnslc bepaling fe maken nopens de liehering «ler nalatenschappen van officieren, welke ab inteslalo in ludiên mogteu komen te overlijden; overwegende, dat de voet, waarop dezelve voorheen dooi den curator ad liles wierdeu geadministreerd, zonder dal door dezen van zijne administratie binnen deze koloniën eenige rekening of verantwoording wierd gedaan, voor liet regt der weltige erfgenamen geene genoegzame zekerheid daarsleld en dat ook de hij de armee in Europa gerecipieerde wijze, volgens welke hel regiments-hesluur met de administratie dezer nalatenschappen is belast, aan inconveniënlen labofeert; beeft besloten te arresteeren, gelijk gearresteerd wordt bij dezen: 1" dat voorlaan, bij het overlijden ab intestato van officieren van de armee in Indien, derzelver nalatenschappen zullen worden gesteld onder de administratie van twee officieren van hun corps, hetzij kapiteins of ceuen kapitein en eeuen eersten luitenant, daartoe expresselijk door den kolonel te benoemen ; 2" dat de gedachte gecommitteerden zullen zijn gequalificeerd de boedels onder hunne administratie te vereffenen en lot liquidatie te brengen; 3" dal dezelve, na uitbetaling der alhier in Indien zich be vindende crediteuren, een batig saldo in den hoedel be vindende, verpligl zullen zijn hetzelve, na vooraf gegevene kennis en opening aan den kolonel, over Ie brengen bij de weeskamer ter hoofdplaats Batavia; 4° dat de voornoemde gecounnilleerdeu, na zulks te hebben gedaan, wijders zullen verplicht zijn van hunne verrich tingen kennis te geven aan des overledenes erfgenamen of naaslhestaandeu in Europa, wanneer dezelve bekend zijn, of anderzins door de hoofdadministratie van het corps aan den minister van oorlog, met aanwijzing levens der somma, welke ter dispositie der regthebbenden door hun bij het eollegie van Weesmeesteren te Batavia is over gebragt; met intrekking levens van alle, hier tegensaan- 1809. H W. OAENDELS. 464 lopende wetten en usaiiliën, zoo verre zulks hel militair wezen in Indien is betreffende. Op 1 Maart 1809 is ter zake nader besloten: Zijne excellentie uil den weg willende nemen de twijfelingen, welke ontslaan zijn over het waar verstand van hoogst deszelfs resolutie in dato 7 Januarij jongstleden nopens de beheering der nalatenschappen van officieren, welke in Indien ab intestato overlijden; heelt besloten, dat, vermits de gemelde resolutie eenlijk ten doel heeft om te remedieren aan de iuconvenienten. waaraan de behering van zodanige nalatenschappen door den curator ad lites onderhevig was, gelijk in de motieven van dat besluit ten duidelijkste is vermeld, ook geene andere boedels van officieren op de daarbij voorgeschreven wijze zullen worden geadministreerd als dezulke, welke volgens de gcsubsisleerd hebbende wetten aan de behering van den curator ad lites kwamen te vervallen, gevolgelijk geene nalatenschappen van officieren, die met achterlating van vrouw en kinderen dan wel andere, onmondige erfgenamen hier te lande ab intestato overlijden, aangezien de administratie daarvan ten nutte van dezelve aan de respective collegien van Weesmeesleren zal verblijven op den voet, zooals bij de instructien voor die collegien is bepaald. Zie ook 5 (irasmaand 1810. 10 Januari). Vereeniging van hel regentschap Wiradesa met dat van Batang. Wiradesa was te klein om, zonder groot bezwaar voor de ingezetenen, een regent te kunneiï onderhouden. Zie ook 3 Junij 1809. 10 Januarij. Afschaffing der benaming thoofd-regent vschap van Samaratuj". Hoewel dat regentschap het eerste van Java's Noord-Oost kust hleef, werd het toch in rang met de overige regent schappen gelijk gesteld. 1809. H. W. DAËNDÉLS. 465 PLilüT-BUKI UIEL XT. 7,0 10 Januarij. Vereeniging van hel vingebeischap" Torbaia met het regentschap Samarang. 10 Januarij. Vereeniging der betrekkingen van iraclemenls boekhouder in den Oosthoek met dien van klein-kassier aldaar. Vroeger bekleedde de administrateur le Soerabaija laatst genoemde betrekking, maar kon zulks wegens zijne vele werkzaamheden niet langer doen. 15 Januarij. Formatie der officieren van hel escadron dragonder-lijfwacht van den Gouverneur-Generaal. Deze luidt: l e kompagnie: 1 kapitein, 1 eerste luitenant, 2 luitenants; ï' » : 1 » ,1 • » » ,2 » 14 Januari]. Regeling der traden/tenten van hel lagere personeel bij de hospitalen. Is besloten te accordeeren: 1° voor een ziekenvader of opzichter der zieken-oppassers, portiers en tweeden kok 's maands rd* 15 'l u voor een Enropeeschen kok in het hospitaal op Weltevreden 's maands • 40 en te Samarang en Soerabaija 's maands » 50 5° voor een zieken-oppasser 's maands » 10 17 Januarij Verhooging der traclementen van de sub stituten en kaffers van den Bailluw van Batavia. Is goedgevonden en verstaan de beide substituten van den bailluw in traclement te verhogen tot rd 3 180 ter maand en aan de bij denzelve geëinploijeert wordende 58 kafl'ers voortaan rd s 6 ter maand toe te leggen, met qualificatie op het collegie van Schepenen om de uitbetaling daarvan uit stads kassa te laten gevolg neemeu. 1809 H. W. DAENDELê. 466 De substituten kregen vroeger 100 rijksdaalders's maauds, waarmede zij o. a. moesten voorzien in een rijtuig met paarden en in een eigen «blokhuis". De kaders genoten 2 a 5 rijksdaalders per maand. Het traktement der substituten en kaffers van den Bailluw werd nu gelijk gesteld aan dat van de substituten en kaffers van den Landdrost en van den advocaat-liscaal. Zie ook 3 Maart 1809. 17 Januarij. Machtiging op het collegie van Weesmees ter en te Batavia te beschikken op verzoeken om onder stand uit hel fonds der kamer len behoeven van kinderen van behoeftige weduwen. De onderstand mogt echter niet meer dan 25 rijksdaalders per kind bedragen. 17 Januarij. Voorschriften nopens de uitbetaling van dagloonen aan koelïs bij suiker-fabrieken. Is goedgevonden en verstaan voor den aanstaande Ie bepalen : Ten eersten: dat de uilbetaling aan de boeijangers der door ben verdiende maandgelden voortaan zal moeten geschieden tegens 8 stuivers *s daags en de suikermolenaren verplicht zullen zijn hun 's maandelijks de benoodigde rijst te verstrekken tegens zoodanige prijzen, als de gecommitteerdens over de suiker-culture bij het einde van iedere maand zullen bevinden, dat dit graan bij de gemeente gekost heeft, alsmede 12 stuivers 's weeks, om bij de maandelijksche afbetalingen hunner ver diende loonen ten overstaan van voornoemde gecommitteerdens daarvan te worden gedecorleerd. Ten tweeden: dat aan de thuinwagters, uithoofde hunner mindere werkzaamheden, 's maandelijks niet meerder dan rd" 2 : 24 zal worden uitbetaald, alsmede dat aan hun zal worden verstrekt 4 ganlings rijst per maand en 6 stuivers 's weeks om bij de maaudelijksehe afrekening gerescontreerd te worden. Ten derden: dat aan de waronghouders der suikenuoleiis 1809. H. W. OAENDELS. 467 zal zijn en blijven geinterdiceerd het verkoopen van goederen aan de boeijangers voor de door hen verkregen lootjes en het hun eenlijk zal wezen gepermitteerd dezelve tegens betaling in koper geld vau het benoodigde Ie mogen voorzien. Ten vierden: dat in die maanden, wanneer op de suiker inolens het minste werk is, aan de boeijangrrs maar zooveel vau hunne verdiende loonen zal worden Ie goed gedaan, als voor hunne behoefte noodig is. en het overige gedeelte bij de gecommitteerdens over de suiker-culture zal blijven bewaard tot een waarborg voor de mclenaars, dat de boeijangers in die maanden:, wanneer liet zwaarste werk moet worden ver richt, niet echapeeren, terwijl gedurende de maanden, dat het zwaarste gewerkt werd, aan hun de volle maandgelden zullen worden uitbetaald. Ten vijfden: dat alle de opgemelde afbetalingen, alsmede de afgave van hetgeen in de eerste maanden is blijven slaan, na afloop der werkzaamheden op de molens door voornoemde geconiinitleerdens zal moeten geschieden, zonder eenige kor ting hoegenaamd, en Ten zesden: dat door de suikermolenaren, welke contrarie de hiervoren gemaakte bepalingen mogten komen te handelen, telken reize een boete zal worden betaald van 100 zilvere, gecartelde ducatons, ten profljte van het gesticht der penuisten. 17 Januarij. Wijziging van de instructie voor de generale rekenkamer van Indië, vastgesteld op 19 becember 1808. Conform de dooi' zijne excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal ler vergadering ingezonden schrif telijke propositie is goedgevonden en verstaan hel 14 e artikel der voor de generale rekenkamer van Indien gearresteerde instructie in dier voege te amplieeren, dat op de daarbij voorkomende woorden: -directeur generaal" zal moeten volgen: »of door de administrateurs generaal op deszelfs qualificatie en onverminderd zijne verantwoordelijkheid"; en wijders wel- 1809. H. W. DAENDELS. 468 melde rekenkamer te autoriseeren om, inmiddens dat de nodige bepalingen en reglementen op de verstrekking van schrijfbehoel'tens worden daargesteld, met dispensatie in zo verre van het 13° artikel der voorschreven instructie, de ordonnantien, welke daarvoor worden opgemaakt en ingeleverd, in rekening te valideeren. 20 Januarij. Regeling van hel bestuur over de Molukken bij overlijden van den gouverneur van Ambon. Is besloten, dat bij allijvigheid van den tijdelijke Gouverneur van Amboina het bestuur over de Molukken door den kom maudant en chef ad-interim zal worden gevoerd. 22 Januarij. Tractemenls-verhooging der secretarissen te Soerakarla en Ie Djokjokarla. Is besloten de tractementen der secretarissen van de ministers aan de beide hoven van Sourakarta en Djocjokarta te vermeerderen tot rd s hondert zilver geld 'smaands en te bepalen, dat de tractementen der overige civiele ambtenaren en diverse dienstdoende, even als die der militairen, geheel in zilver geld zullen betaald worden, alles te reekenen in gegaan te zijn met den eersten Januarij 1809. 22 Januarij. Aanstelling van een gecommitteerde 10l het verder invoeren der reorganisatie van liet gouver nement van Java's N. O. kust. Op denzelfden datum werd voor dezen gecommitteerde, den ridder en minister aan het hof te Soerakarta, J. A. van Braam, de navolgende instructie vaslgesteld. Art. 1. De lieutenaul Gouverneur Generaal, aide de camp van Zijne Majesteit, A. A. Buiskes, gedurende deszelfs verblijf op Java's Noord Oostkust wel hebbende willen blijven builen de bemoeienis van alle zaken, het administialive, Rusfntiele en (ie invoering der nieuwe organisatie betredende, zoo zal 1809. H. W. DAENDELS. 469 hij, minisier, ten gevolge zijner voorschreven commissie in de eerste plaats hebben te zorgen, dat de jongst gearresteerde organisatie van het voormalig gouvernement van Java's Noord Oostkust zoo spoedig mogelijk en in allen deele werde in gevoerd en in werking gebragt. Art. 2. Hij zal ten dien einde een opperioezicht en sur veillance houden, dat alle civiele ambtenaren, speciaal de prefeclen, langs Java's Noord Oostkust, zoomede de inlandsche regenten, sliptelijk naarkomen en agtervolgen, 't geen hun deswegens bij hunne respective instructien is aanbevolen, noch zig eenige afwijkingen van dezelve komen te veroorloven. Art. 5. Hij zal insgelijks zijn belast met al, hetgeen de generale administrative en fiEantieele directie aldaar is re garderende, blijvende niettemin in alle zaken ondergeschikt aan den luitenant Gouverneur Generaal en gehouden aan de doos zijn hoog Edele gestrenge te doene eischen en re quisiten hij voorkeur te voldoen. Art. 4. Aan den luitenant Gouverneur Generaal in zijn geheel overlatende de directie van alle zaken der marine, kapiteins der havens en derzelver onderhorigen concernerende, zal hij, minister, in cas van oproer of beweging binnens lands eenlijk ter zijner beschikking hebben de divisie troepes Ie Satnarang, doch onder hel beleid, directie en verantwoor ding van den militairen commandant aldaar. Art. 5. Hij, minister, zal wijders zijn geautoriseerd om nlle oflieipple brieven en rapporten te openen, welke hij af wezigbeid van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, volgens eene daartoe gegevene circulaire order, aan lioogstdenzelven te Samarang worden geaddresseerd, en zal bevoegd zijn bij het expedieeren van alle officieele stukken gebruik te maken van hel zegel van het gouvernement. Art 6. Hij doel voorts van alle zaken en verrichtingen van eenige aangelegenheid, mitsgaders van alle de bij hem ingekomen stukken, bij wijze van verbaal, een kort en suc cinl verslag aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouver neur Generaal en zal generalijk gehouden zijn zich in alle 1808. H. W. DAENDELS. 47 De drie laatstbedoelden zijn op 7 October 1809 vervangen door twee luitenant-kolonels, een havenmeester en den scriba Ul den Oosthoek. Zie ook II Bloeimaand 1810. 10 Juli]. Invoering van ankerage-gelden te Santa rang en ie Soerabaija. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal gerellecteerd hebbende, als dat te Souvabaija en Samarang & e en ankeragie-geld door de ter reede leggende scheepen be taald word, even en in dier voegen als zulks ter hoofdplaats "alavia en elders gebruikelijk is. Heelt dienvolgens goedgevonden te decreteeren, zooals ge decreteerd word bij dezen, als dat voortaan, zoowel te Samarang, *ls te Sourabaija door alle ter reede komende schepen en vaar tuigen, die daaraan te Batavia subject zijn, ankeragie-geld zal n *oeten worden betaald ten behoeve van den Lande, en zulks °P een gelijken voet, ak dit ter hoofdplaats Batavia gebrui kelijk is. aanvang nemende met primo Januari] 1808. Zie ook 9/21 Maart en 3 Julij 1809. 11 Julij. Benoeming van een Panembahan van Madura 10l oud-Sultan van Madura. Bij zijne excellentie den Maarschalk van Holland, mitsgaders Gouverneur Generaal en opper-bevelhebher van 's Konings'land en zeemagt in Indien, Herman Willem Daendels, in aanmerking genomen zijnde de langjarige diensten van den panumbahan *flipattij ïjackra di Ningrat, regent te Madura, en de door '•enzelven steeds aan den dag gelegde blijken van trouw en Ve '"knochthei(l aan den Lande, inzonderheid door hel aanwenden V;i| i alle mogelijke middelen tot liet bezorgen van de nodige Manschappen voor den militairen dienst, zo te Balavia, als " e Groole Oost en andere kantoren, zo is bel, dat welgemelde Z| jne excellentie om aan gedagten panumbahan een blijk te Sevcn van hel bijzonder contentement over deze ijverige 1809. H. W. DAENDELS. 470 zaken zoodanig te gedragen, als een trouw en eerlijk ge committeerde toekomt. Zie ook 1 Augustus 1809. 2"2 Januarij. Regelingen betreffende de Vnrstenlanden op Java. Is besloten de ministers aan de heide hoven van Sou racarta en Djocjocarta te ontheffen van het betalen van het lot hiertoe plaats gehad hebbende amhlgeld, doch hun daaren tegen te belasten met liet betalen van alle polttkjae ambte naren en personen, onder de benaming van diverse dienstdoende aldaar sorteerende. Voorts hun ook belast Ie laten met het fourneeren der ordinaire randsoenen, buiten de arak, voor de aldaar vast bescheidene militairen, civiele ambtenaren en diverse dienst doende, onder toeeigening van zodanige gelden en goederen, als tot nu toe door de vorsten aan de respective hoven ter goedmaking derzelver zijn verstrekt geworden, onder deeze verdere bepaling, dat het bedragen der randsoenen voor de bezetting op Klatten door de beide ministers gezamenllijk zal gedragen worden, blijvende de maneantic daarvan echter, als bevorens, aun den minister van Djocjocarla gedemandeert. Dat voortaan de twaalf hondert rd% welke 'sjaarlijks van wegens den Keizer, en de halve rd\ door den Sulthan aan den corporaal en gemeenen der aldaar vast bescheidene mili tairen 's maandelijks aan een douceur afgegeven, voortaan geen gevolg meer hebben zullen, maar die gelden geëmploijeerd zullen worden, zoowel ter verstrekking van wijn en andere ververschingen aan de in het hospitaal leggende zieken, als voor het overige ter opbouw van een nieuw hospitaal op een welgelegene, gezonde plaats voor dezelve, zullende jaarlijks onder ultimo December eene verantwoording van deeze gelden moeien gedaan worden. Zijnde eindelijk bepaald, dat deze inrichtingen gerekend worden ingegaan Ie zijn mei den eersten Januarij 1809. 1809. H. W. DAENDELS 471 2i Jhmiarij. Verstrekking van lamp-olij aan kazernes en wachten. Is beslolen de verstrekkingen van lamp-olij in de kazernes en wagten, welke suhintreert aan de te voren plaats gehad hebbende verstrekkingen van kaarsen, voor de geheele arnife in Indien te bepalen en vast te stellen, zooals bepaald en vastgesteld wordt bij dezen: voor eene kazerne, waarin eene compagnie van 200 man geinquartierd is, ."» lampen a 5 kannen olij 's maands, dus 9 kannen olij, en 1 '/j once katoen; voor eene compagnie en voor een battaillon van 5 compagnien 45 kannen olij en7'/ a oneen kaloen; voor een slal van 100 paarden op eene rij, 3 lampen en 1 '/j once katoen en voor een stal van 100 paarden in twee rijen, als !>() paarden aan weerszijden, 4 lampen en 2 oneen katoen; voor het campement Weltevreden, voor de lampen in het zelve, voor de hoofdwacht en provoost, 25 lampen a S kannen, dus 75 kannen olij en 12'/, oneen katoen; voor de post Tanjong Ponra 4 lampen; " Tangerang 8 Rijswijk 4 » » * » Jaccatra 2 • » » » Noordwijk 2 » » » » Angiol 1 lamp; » Vijf hoek 1 » • » de Ketting 1 » » Meester-Cornelis 10 lampen; » Batterij Tholbrug 2 Waterkasteel 3 Plozerscagien 2 bel gouvernement, de Waterpoort, de hoofdwacht, stads wallen en punten, de stadspoorten, de guarnizoens kamer, militaire provoost, etc. te zamen 4(3 lampen. Zie ook 1 September 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 472 26 Januarij. Maatregelen nopens Engelschc krijgsgevan genen. Is besloten aan de Engelsche krijgsgevangenen, zoowel mili tairen, als mariniers, te accordeeren, gelijk geschied hij dezen, als: een officier per dag rijksdaalders 5 koper » onder-officier per dag stuivers 12 » » soldaat of matroos per dag » 6 » en zal bovendien aan de onder-officiers, soldalen of matrozen 's maandelijks worden verstrekt per hoofd 40 t 6 rijst en een kan arak. 30 Januarij. Regeling der verstrekking van schrijfbe hoeften aan het boschivezen. Is besloten de verstrekkingen van srhrijf-behoeftens voor een rond jaar provisioneel te bepalen, als: voor den inspecteur generaal der Javasche houtbosschen: een quart riein groot formaat papier, vier riemen klein » * twaalf bossen pennen, twee fi? zegellak, » » inktstoffen, een boek kardoes papier; voor het collegie der administratie van de houtbosschen op het eiland Java: een half riem groot formaat papier, agt riemen klein » » vier en twintig bossen pennen, » ft' zegellak, » » inkl stoften, (wee boeken kardoes papier; en voor den commissaris der houtwerken: een agste riem groot formaat papier; twee riemen klein » « zes bossen pennen, 1809. H. W. DAENDELS 473 een $È zegellak, > > inktstoffen, » half boek kardoes papier. 31 Januarij. Dcboeting met 100 zilveren, gecartelde dncalons ten behoeve van het Chineesche hospitaal te Batavia van een ChineescJien suiker-fabriekant, omdat hij, hoewel opgeroepen, niet tegenwoordig was geweest bij den vopneem" zijner saikerriel-tuinen door een gecommitteerde over de suiker-cultuur. 1 Februari). Regeling der verstrekking van schrijfbe hoeflen aan de hospitalen. Is besloten de verstrekkingen van schrijfbehoeflens ten dienste der respective hospitalen te bepalen, als om de drie maanden aan ieder hospitaal: te Batavia: twintig boeken klein formaat schrijfpapier; drie bossen pennen, » achtste pond inktstoffen, en • » » zegellak; te Samarang: zestien boeken papier, als voren, twee bossen pennen, drie achtste pond inktstoffen, en » » zegellak; te Sourabaija: twaalf boeken papier, twee bossen pennen, een kwart pond inktstoffen, • » » zegellak. Voorts qualificatie te verleenen tot de afgave van vier riemen schrijfpapier aan den commissaris van oorlog te Ba tavia om door denzelven over de respective hospitalen te worden verdeeld tot het aanmaken van de benoodigde twaalf registers. 1809. H. W. OAENDELS 474 2 Februarij. Opheffing der prefecture Rtmbang. Is besloten de prefecture van Rembang te vernietigen, gelijk dezelve wordt vernietigd bij dezen, en voorts het re gentschap Toeban aan de onder-prefeclure van Grissée en dat van Joana aan de prefecture van .lapara iu te lijven, terwijl de regentschappen Lassum, Rembang, Tjinkalsewoe en Glongong onmiddelijk onder de beheering van het cóllegie van administratie der houlbosschen zullen worden gesteld, als tot dezelve het meeste bel rekking hebbende. Zie ook 8 Augustus 1808 (bladz. 88). 2 Februarij. Opheffing der betrekking van commissaris der houtwerken op Java. 2 Februarij. Aanstelling van een commissaris-generaal over liet personeel en materieel der marine in lndië, over de houtwerken op Java en over 's Lands werven aldaar. Het traetement van dezen commissaris-generaal bedroeg 15,000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars. Zijn rang werd op 24 Februarij 1809 gelijk gesteld aan dien van de in specteurs-generaal der kofllj-culluur en houtbosschen, naar ouderdom van aanstelling. 2 Februarij. Reglement op hel beheer van de Clieri bonsche landen. Algemeene bepalingen. Art. 1. De Cheribonsche landen zullen voortaan worden verdeeld in twee afzonderlijke prefectures. Art 2. Do eerste van dezelve, het noordelijke gedeelte van het tegenswoordige rijk van Cheribou uitmakende, zal onder zich bevatten de zoogenaamde Sulthans-landeil met het prinsdom Gabang, terwijl de andere zal worden te zamen 1809. H. W. DAENDELS. 475 gesteld uit de zoogenaamde Cheribonsche Preanger-landen, met name uit de regentschappen Limhangan, Soecapoera en die van het land Galo. Art. 3. Het bestuur der eigenlijk gezegde Cheribonsche of Siilthans-landen zal worden toevertrouwd aan eenen prefect. Art. 4. Dezelve zal voor het administratieve gedeelte van zijn bestuur nog zijn geadsisteerd met eenen scriba, die tevens boekhouder en pakhuismeester zijn zal. Art. 5. Ten aanzien van het administratieve zal Cheribon, evenals voorheen, blijven sorteeren onderde hoofdplaats Balavia en onmiddelijk aan de generale directie alditar onderworpen zijn. Art. 6. Ook zullen in alle justitieele zaken de civiele Eu ropeesche dienaren en ingezetenen te Cheribon ter eerster instantie voor den hoogen Raad van justitie te Batavia moeten teregt staan. EERSTE AFI)EELIN<i. Van tien prefect. Art. t. De prefect zal namens zijne excellentie den Maar schalk en Gouverneur Generaal, mitsgaders het ligchaam der hooge Indiasche regcering, het gezag uitoefenen en of van den Gouverneur Generaal alleen öf van den Gouverneur Generaal en Raden direct deszelfs orders ontvangen. Art. 2. Hij zal zijn de eerste persoon in zijne préfecture en als gouverneur civiel van dezelve worden geconsideerd. Art. 5. Hij zal genieten het militair honneur, gelijkstandig den rang van kolonel. Art. 4. Alle zaken, het huishoudelijk bestuur, de goede orde en policie betreffende, zullen aan zijne zorge en directie zijn toevertrouwd. Art. 5. In het bijzonder zal hij verantwoordelijk worden gehouden voor de rigtige administratie van 's Lands goederen, gelden en domeinen ter zijner prefecture en mitsdien verpligt zijn te zorgen, dat geene uilbetalingen of verstrekkingen dan navolgens de daar liggende of nog te makene orders en re- 1809. H. W. DAENDELS. 476 glementen of op expresse qualificatie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal of de hooge Indiasche regeering werden gedaan; dat bij den in/aam, berging en afscheep van goederen en producten 's Lands belangens be hoorlijk werden gadegeslagen en gcene andere dan de ge permitteerde spillagien en ongelden daarop werden berekend; dat de verpligle leveranlien, zoo van rijst, capas, als andere producten, op hun tijd werden voldaan en de contributien in gelden, aan de drie Sullhans opgelegd, zoowel als de pacht schat der pachters, ter bepaalder tijd werden ingevorderd en in 's Lands cassa verantwoord. Art. 6. Hij zal ten voorschreven einde een nauwkeurig toezigt houden, dat de gezamenllijke ambtenaren onder zijn préfecture, zoowel als de hoogere en mindere inlandsche hoofden, een ieder in de zijne, behoorlijk aan hunne verplig tingen beantwoorden. Art. 7. Hij zal mede het opper-toezicht houden over 's Lands magazijnen, kruithuis, wapenkamer en andere 's Lands ge bouwen en zorge dragen, dat geenen derzelven door gebrek aan onderhoud in een staat van verval komen te geraken. Art. 8. Hij zal echter zonder bijzondere qualificatie geen werken tot reparatie van dezelve mogen laten ondernemen of den Lande in rekening brengen, waarvan' het kostende meerder zou bedragen dan rd' vijf en twintig, en zulks niet meer dan tot driemalen aan hetzelve gebouw. Art. 9. Speciaal zal hij het opper-toezicht houden over 's Lands domeinen en voor de rigtige voldoening van alle collaterale penningen, 's Heeren gerechtigheid, als andersins moeten waken, te dien einde voorts alle boedelslalen ten nauwkeurigsten examiueerende om zeker te zijn, dat ten aanzien der collalerale gerechtigheid op geenerhande wijze werde gefraudeerd. Art. 10. Hij zal ook moeten zorgen, dat alle secretarieele en uotarieele papieren in behoorlijken vorm werden gecouclieerd en alle abuisen, die daarin worden gemaakt, zooveel mogelijk, voorgekomen. iBO9. H. W. DAENDELS. 477 Art. 11. Alle boedels van ab inlestato overledene ambte naren, burgers, Chineezen, Mooren en andere overwalsche natiën zal lüj, prefect, oumiddclijk door den scriba, ten bij wezen van twee getuigen, doen aanvaarden, inventariseeren en verzegelen en hiervan aan de Weeskamer, den curator ad lites te Balavia of deugene, dien zulks ambtswege inogte aangaan, kennisse geven. Art. 12. Alle brieven, welke door den prefect aan deu hoogen Raad van justitie, Wees- en Boedelmeesteren, den curator ad lites of sequester werden afgezonden, zullen door dezelve ler verdere afgave èf aan zijne excellentie den Maar schalk en Gouverneur Generaal óf aan de hooge hidiasche regeering onder cachet volant worden aangeboden. Art. 15. Hij zal mede verpligt zijn, onder het ressort zijner préfecture, het ambt van vendunieester en de scriba dat van vendu-boekhouder te moeten waarnemen, daaromlrend ten rigtsnoer volgende de instructie voor den vendunieester en venduboekhouder te Samarang, sub dato 50 Julij 1808 gearresteerd. Art. 14. Tol maintien der rust en goede order zal hij verpligt zijn alle de dienaangaande bij het onderwerpelijk reglement bereids daargeslelde of verders nog te niakeue bepalingen stiptelijk te onderhouden en te doen onder houden. Art. 15. Hij zal mede hebbeu te zorgen, dat alle degene, welke zich aan eenigerhande misdaad hebben schuldig gemaakt, opgevat en in verzekerde bewaring genomen werden en dat, speciaal ten aanzien van den inlander, daaromtrent zoodanig werde gehandeld, als onder het hoofddeel van den landraad nader zal worden bepaald. Art. 16. Ook zal hij hebben te zorgen, dat niemand eenig geld op hoofdelijke verpanding van vrije Javanen kome voor te schielen, onder wat praetexl of onder welke benaming zulks ook zonde mogen geschieden, maar zich daaromlrend in allen deele statelijk hebben te gedragen naar den inhoud van het deswegens duor zijne excellentie den Maarschalk eu 1809. H. W. DAENDÈLS 478 Gouverneur Generaal geëmaneord placaat van den 20" 1 * Au guslus 1808. Arl. 17. In het bijzonder zal hij zich zorgvuldig hebben te onthouden voor het huisselijk gebruik, boven het speciaal aan hem geaccordeerde getal, eenigc heerendiensten van den inlander te vorderen, eenige giften, gaven of geschenken van (lenzelven aan te nemen of eenige heffingen van pluimvee, vrugten, kleedjes of andere zaken Ie doen en ook nauwkeurig toezien en waken, dat die door niemand zijner huisgenooten, ondergeschikte ambtenaren, burgers of andere ingezetenen gevorderd of aangenomen worden, maar dengenen, die zich daaraan komt schuldig te maken, navolgens den inhoud van het placaat van den 13*" Augustus 1808 doen corrigeeren. Art. lö. Hij zal ten zelfden einde zorgen, dat het inlandsch bestuur ten spoedigslen worde geregeld op den voet, bij dit reglement voorschreven, en mitsdien de Sulthans van Cheribon gelaten hij het uiterlijk aanzien, den rang en titel, hun daarbij toegekend, en de Cheribonsche na l ie over hot algemeen bevrijd van alle lasten, diensten en bezwaren, welke hun niet uit drukkelijk hij dil zelfde reglement zijn opgelegd. Art. 19. Ingevalle niettemin de ltinnenlandsche rust on voorzien» mogt worden verbroken, zal, hij, prefect, bevoegd zijn de assistentie van den militairen commandant in te roepen en te requireeren, welke alsdan, zowel voor de voldoening aan dit requisit, als voor de executie der te neinene maat regelen verantwoordelijk zijn zal. Art. 20. Ingeval van eene gedreigde vijandelijke attaque van buiten, waartegeus men kan vooruitzien, dat de Cheri bonsche bezitting geen genoegzamen tegenstand zoude kunnen bieden, zal hij, prefect, bij tijds verdacht zijn op eene be houdene retraite, verzeld van alle politieke dienaren, de drie Sullhans en den lijksbcslierder en met zich voerende'sLands kas, in bel oog houdende, dat de vijand nimmer in eene grootere verlegenheid kan worden gebragl dan door de ver wijdering van alle administratien van de plaatzen, waar hij zich bevindt, cu dal alle voortgang van dienst, op die plaatzen 1809. H. W. DAENDELS. 479 bewezen, niet anders dan als misdadig zal worden be schouwd. Art. 21. In deze nochtans en alle diergelijke buitengewone voorvallen zal hij, prefect, eenlijk nemen zoodanige maat regelen, als geen uitstel gedogen en voorls, rapport doende aan zijne excellentie den Maarschalken Gouverneur Generaal, hoogsldeszell's voorziening en nadere bevelen inwachten. Art. 22. Van alle gewone en dagelijksche zaken zal hij gehouden zijn met het uileinde van elke maand een regulier rapport aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te zenden, daarbij noteerende den staat en voort gang van alle de ondernomene publieke werken, de geheele of gedeeltelijke voldoening aan orders, welke uit derzelver aart niet dadelijk hebben kunnen worden voltrokken, de res tanten van alle 's Lands gelden, goederen, effecten en producten alsdan aan handen, de ontvangst, uitbetaling en afscheep van dezelve gedurende de jongst verweeken maand, benevens een speciale lijst van de in den loop derzelve maand onder het ressort der prefecture aangekomene en vertrokkene vaar tuigen, met aantooning van de door dezelve aangebragte en vervoerde ladingen. Art. 25. Tegens hel drijven van allen verboden handel, inzonderheid van amphioen, zal hij, prefect, zorgvuldig hebben te waken en met niemand, die zich daaraan zal komen schuldig te maken, mogen composeeren, maar denzelven arresteeren eu vervolgens daarvan onmiddelijk aan zijne excellentie den Maar schalk en Gouverneur Generaal de vereischte kennisse geven, zich daaromtrend verder gedragende aan den inhoud van het placcaat van 1808. Art. 24. Hij zal niet vermogen voor eigene rekening eenigen handel te drijven, zoo min in de voortbrengselen zijner prefecture, als met de schepen en vaartuigen, welke onder het ressort van dezelve komen negolieeren, nochte ook eenige schepen of vaartuigen, daartoe dienstig, in eigendom mogen bezitten. Art. 25. De verkoop nochtans der amphioen zal voor den 1808. H. W. DAENDÊLS 48 pligtsbetragling en denzelve daartoe meer en meer te ani nieeren, derhalven goedgevonden heeft te besluiten, zoals be slolen word lüj de/en, voorschreven |)anumbahan Adipattij Tjackra di Ningrat, uil kragle van de door Zijne Majesleil den Koning van Holland 'aan hoogst denzelveu verleende niagl en autoriteit, te vereeren met den titul van oud-sultan van Madura, zoals hij daarmede vereerd word bij dezen, niet behoud van hel aan denzelven door hun hoog Edelheid de hooge Indiasche regeering opgedragen wedonoschap over alle de regenten, onder den Oosthoek gehorende, van Grissee en Sidaijoe af 10l Ban joewangie toe, doch ook met dien verstande levens, dat deze eere-titul niet alleen van geen de minste consequentien zal zijn voor den vervolge, noch zijne successeuren in der tijd uit dien hoofde eenige aanspraak daarop zullen mogen maken, maar ook ten aanzien van zijne ondergeschiktheid aan den Lande en de thans plaats hebbende leverantie en inriglingen omtrent het bestuur vau het landschap Madura alles op den ouden voet zal moeten blijven. 13 Julij. Bezoldiging uit 's Lands kas en verheffing lot manlrïs van Javaansche schrijvers op hel Iranslaleurs bureau te Soerabaija. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal gezien hebbende het verzoek van de Javaanse schrijvers op het translateurs-coinptoir te Sourabaija, Wongso Setro en Wiro Setro, houdende verzoek om, vermits zij lot heden toe hunne inkomsten particulier van den Oosthoeks gezaehhebher en translaleur gehad hebben en zulks als nu door de op handen zijnde veranderingen nopens de inkomsten der amb tenaaren zal komen te cesseeren, met een vast appoinclement, alsmede den rang van mantrie te mogen werden gebeneliceerd; en hierop hebbende ingenomen de consideralien van den Oosthoeks gezachhebber, Rolhenbuhler, heeft goedgevonden te besluiten, zoals besloten werd bij dezen, om de Javaanen, Wongso Setro en Wiro Setro, aan te stellen tot klerken op 1809. H. W. DAÈNDÊLS. 480 omtrek van deszelfs prefecture eenlijk aan den prefect zijn toegestaan, zullende bij het debiet van dit artikel op ieder kist boven den aanrekeningsprijs voor winst door denzelven mogen worden genoten een honderd Spaansche realen en voorts len voordeele van den Lande jaarlijks door denzelven worden verpacht het previlegie van het koken en verdebi teeren in het klein van dit heulsap. Art. 26. Alle de orders, verval in de iustructien van de generale rekenkamer, van den inspecteur-generaal over de kofïij-culture, item die der houtbosschen op Java en het col legie van administratie over dezelve, zoumede het geneeskundig vak in Indien zal hij, prefect, voor zoover dezelve op zijn prefecture van applicatie zijn, zich mede lot observantie laten strekken. Art. 27. Bij de ontdekking van verboden aankap of ver voer van hout zal hij, prefect, daarom trend hebben te obser veeren de orders, bij placcaat van den 29 en Augustus en aanschrijving van den 2G cn September 1808 vervat, sub poene, dat, wanneer zulk een verboden houtkap reeds eenige dagen mogt heuben plaats gevonden, zonder dat daartegen naar behooren zij gevigileerd, bij, prefect, daarover zal worden gecorrigeerd en voor de tweede of derde maal zelfs met verlating van zijnen post worden gestraft, Art. 28. Hij, prefect, zal in den omtrek zijner prefecture zoo dikwijls mogen rondreizen, als hij zal verkiezen of voor 's Lands belangens noodig oordeelen, doch buiten hel territoir van dezelve zal hij zich niet vermogen te begeven dan niet voorkennis en verlof van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. Art. "2.9. Hij zal in deszell's te doene reizen, voor zoover de adsistenlie in battoors en paarden betreft, zich hebben te reguleeren naar de bepalingen, deswegens bij het 45" artikel van het generaal reglement voor de organisatie van Java ten aanzien van ambtenaren, in offleio reizende, gemaakt. Art. 30. Alle orders en bevelen, welke door den prefect in zaken, van zijn departement zijnde, worden gegeven, zullen 1809. H. W. DAENDELS. 481 HLAIAAT-BOK» I'KKL IT. 31 door alle deszelfs ondergeschikten, zoowel inlanders van de Sul thans tot den minste hunner onderhoorigen toe, als Euro peesche ambtenaren, burgers en verdere ingezetenen, stiptclijk en zonder de niinsle tegeustreviug moeten worden nagekomen en ter executie gelegd, met vrijheid nochtans om, zich daarover bezwaard achtende, derzelver belangens aan den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te dienen, met interdictie van den prefect om, des verlangende, wie dezelve ook zouden mogen wezen, ecnigc hindernisse of belemmering in den weg te leggen. Art. 51. (ieneralijk zal hij, prefect, steeds zijne attentie hebben te vestigen op al, heigeen ter bevordering van den bloei en welvaart der aan zijne zorg toebclrouwde prefecture, tot couservalie der rust en goede orde en tot voorstand der belangens van Zijne Majesteit zoude kunnen strekken. Art. 32. Bij de aanvaarding zijner bediening zal hij pres teeren den uavolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Holland als mijnen hoogen en doorluchligen Souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien, gehouw en getrouw te zijn : dal ik don post van prefect zal waarnemen met alle eerlijk heid, naarstigheid en ijver, daarin behartigende het meeste voordeel van den Lande; dal ik mij onthouden zal van alle verkeerde practtjken ler vermeerdering van de inkomsten, die aan mij wettiglijk zijn toegelegd: dat ik mitsdien hij ontvangst of afscheep van goederen en producten van den Lande, ook met betrekking tot den landman of leverancier, zorgvuldig zal toezien en waken, dal niemand iu maat of gewigl. worde bedrogen of verkort, zoo min door mij zelven, als door iemand mijner ondergeschikten; dat ik mij onthouden zal van het drijven van allen handel, zoo in de voortbrengselen van mijne prefecture, als met schepen en vaartuigen, welke onder mijn ressort komen te negotieeren, en wijders van niemand mijner onderhoorigen eenige presenten, giften of gaven, hetzij onder de benaming van conlrihutien der pachters of onder welken titel ook, aannemen of gedogen 1809. H. W. DAENDELS. 482 zal, dat die door mijne hnisgcnoolen, bediendens of door anderen mijner aanhoorigen aangenomen worden; dat ik naar mijn uiterste vermogen waken zal tegen den smokkelhandel en zonder eenige conniventie zal doen mulc teeren degenen, welke daarop ouder mijn gebied worden agterhaald; dat ik geene personeele beeren- of hiiisselijke diensten vergen zal van Javanen, onder welk pretext dit ook zoude mogen wezen, en ook niet gedogen zal, dat die door anderen ouder mijn gebied gevergd worden, aan wien dit niet bij uilzonde ring is gepermitteerd, ofschoon de gemelde Javanen zich daartoe ook vrijwillig kwamen aanbieden; en dat ik mede niet zal doen eenige heffingen van pluimvee, vruchten of andere huisselijke bcnoodigdheden; dat ik den inlander wel behandelen zal en daarin met een goed voorbeeld de regenten zal voorgaan, zonder te permit teeren, dat zij hunne onderhoorigen kwellen met willekeurige belastingen of andere drukkende bezwaren, welke hen af keerig zouden kunnen maken van het over hen gesteld gezag; en dat ik mij voorts generalijk in al, helgeene lot mijne bediening specteerd, zoodanig zal gedragen, als een vroom en eerlijk prefect toestaat en betaamd. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig! TWEEDE AFDEELINU. Van de Sul/huns, den rijkshestierder en hel verder inlandsen betluur. Art. I. De drie Sultlians der Cheribonsche landen zullen voortaan worden beschouwd en behandeld als ambtenaren van Zijne Majesteit den Koning van Holland en in rang on middelijk volgen op den prefect, doch overigens in alles aan denzelven ondergeschikt zijn en in den volsten zin moeien nakomen en execuleeren de orders, welke door denzelven worden gegeven. Art. 2. Uiterlijk nochtans zullen hun alle die eerbewijzen 1809 H. W. DAENDELS. 483 en leekenen van gezag gelaten worden, welke dienen kunnen om derzelver aanzien in hei oog van den inlander Ie bewaaren. Art. T>. Ten dien einde zal de tijdelijke prefect in de behandeling der inlandsehe zaken zodanig beleid houden, dal tol afdoening van dezelve ten minsten eenmaal des maands de drie Snlllians, benevens den rijksbestierdcr en de districls lommongongs en bepatlys, voor zoveel derzelver districten betreft, in eene vergadering, geadsisleerd door den scriba als secretaris, werden bij eikanderen geroepen en in alle zaken van aangelegenheid gekend en geraadpleegd. Art 4. Ten zelfden einde zal hun gevolg, geëvenredigd aan de waardigheid van Sullhan, zijn bepaald op den volgenden voetbals: 1 bepatlij dahn. 1 groot demang, 1 klein demang, 3 groote mantries, .") kleine mantries, met hun gevolg: 12 pieken of panoerang dragers, waarvan 0 daags in funclie, 2 paijongdragers, waarvan dagelijks een in functie, 2 epokdragers, 2 lampitdragers, • 2 bawatdragers, 10 pieken-, geweer- en houwer-dragers of zogenaamde pan gawiuan, 2 kandaga -2 rottings . . dragers, alle vrouwen, 2 quispedooren- D 2 slange gapit -16 pannekawangs, alle jongelingen beneden de 14 jaren en, zooveel mogelijk, uit hunne familie gekozen. En voor de Sullhans egte vrouwen: 10 landoe-dragers, waarvan acht dagelijks in functie, 0 pannekawangs, mede jongelingen beneden de 14 jaren en in familie belrekking met dezelve slaande, 1809. H. W. DAENDELS. 484 2 paijong-dragers . .... . . .... .. , . , waarvan dagehiks de helft in functie, 12 pieken- » 8 J 6 vrouwelijke bediendens, en 40 man lot oppassing in den duim, zoo voor luiisselijke diensten, als bezorging der paarden, waler halen en andere diensten, waarvan dagelijks de helft in functie; terwijl hel boven alle de voornoemde manschappen aan de Sulthaus nog zal veroorloofd zijn in hunne diensl te hebben een zeker aantal gamalang-, waijang- en toppiug- spelers. Art. 5. Aan de thans fungeerendc Sulthans zal die litel en benaming hun leven lang werden gelalen, doch bij overlijden van een derzelven over den rang en ti lel van des/.ells op volger door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal nader worden beschikt. Art. G. Aan de afstammelingen en naaslbeslaandcn van de tegenswoordige en vorige Sullhans, welke uil een wellig huwelijk zijn gcsprolen, zal mede de titel van pangerang, welke zij thans voeren, voor hun leven lang werden gelaten, doch zullen van nu voorlaan de echle kinderen der Sulthans, zo min als die van andere pangerangs of ratoes geboren worden, daarop geen aanspraak mogen maken, maar eenlijk den naam van raden en raden-aijoes dragen, terwijl alle overigen, geene echle afstammelingen der Sulthans zijnde, welke thans mede nog den naam van pangerang dragen, den zelven zullen moeteu afleggen en in dien van raden of maas verwisselen en, zo veel mogelijk, of tot districts-hoofden en groot-manlries, wanneer zij daartoe de nodige geschiktheid bezitten, worden geëmploijeerd of overigens, wanneer op hun gedrag niets te zeggen valt, in het gevolg der Sulthans worden geplaatst. Art. 7. De drie Sulthans zullen van nu voortaan eenlijk naar de anciënniteit hunner aanstellingen in rang werden onderscheiden en ten aanzien van het gebruik hunner tempels, begraafplaatsen of anderzinls geene prerogaliven de een boven den anderen genieten. Art. 8. Zij zullen een ieder in den huren, 10l ophouding 1809. H. W. DAENDELS. 485 van staal, hel regt liebben een zeeker hoofdgeld vnn alle de ingezetenen, lot de Cheribonsehe nalie gehorende, te hollen, doch niel anders dan naar de volgende bepalingen, als: van een huisgezin, dat wel gezelen is in goede sawa velden en van carbouwen voorzien, rd' één van agt en veertig stui vers, 's jaarlijks: van een huisgezin, welkers velden minder goed zijn, rd* dertig stuivers: en van een huisgezin, waarvan de huisvader vijftig jaren oud is en door de wandeling bij den inlander Rimpo genaamd wierd, agt dubbeltjes of rd" twintig stuivers. Voorts in natura van elke klappus-noot [sic] en van ieder huisgezin, dat niepa-bosch of allang allang velden heeft, 28 bossen niepa of allang allang en van de andere lOpeesham boesen van 12 tot 20 voeten lang. Wijders nog tot bezoldiging der districts tommongongs van ieder huisgezin, dal zich in derzelver districten bevindt, zonder onderscheid, twaalf stuivers in het jaar, nevens 10 bossen adap of allang allang en !> pees bamboesen. Art. 9. De drie Sulthans zullen verders, een ieder in hun district, de vrije dispositie hebben over alle de daarin ge vonden wordende rijstvelden en daarvan of door verhuring of door contingenten in natura alle die voordeelen mogen trekken, welke het oud gebruik onder den inlander toeslaat, met uitzondering alleen van zodanig gelal jonken of met de Javasche jonken gelijk staande landmaat, als volgens de nadere, bij dit reglement voorkomende bepalingen tot onderhoud der herbergen en posterijen, strikruiters en oppassers zullen moeten worden afgezonderd, mitsgaders van alle zoodanige afgaven, als tot onderhoud der hepaltys, districts tommon gongs en mindere inlandsche hoofden zullen moeten strekken. Art. 10. Tegens het genot der voorschrevene inkomsten en voordeelen zullen de drie Sulthans der Cheribonsche Landen verpligt zijn, een ieder voor zijn aandeel, aan den Lande te moeten opbrengen een contingent van 2000 koijangs rijst van drie duizend vijf honderl pond ieder in natura voor niet en 1809. H. W. DAENDELS 486 pene recognitie in gelde len bedrage van rd" 50,000 of voor ieder rd" 10,000 'sjaars. Ar!. 11. Wal betreft bel verder beslier der inlandscbe zaken, zo zullen de gezanientlijke Sulthans-landen, bet prins dom Gabang daar mede onder begrepen, bij nadere verdeeling, zoo mogelijk, in drie gelijke districten of regentschappen worden gesplitst en ieder der legenswnordige Sultbans als hoofd-regent of wedono van een derzelve worden aangemerkt, niet in het oogbouding nochtans, dat lot voorkoming van onlusten en volksverloop aan ieder hunner die landen worden toegevoegd, welker ingezetenen de meeste verkleefdheid voor denzelven hebben betoond. Art. 12. Een ieder dezer regenlschappen zal vervolgens in vier of alle Ie zamen in twaalf mindere districten worden verdeeld en wel met name in die van: Lossarie. Gabang, I'anjalo, Talaga. Koeningan, Tjicasso. Matang fladjie. Radja Galoe, Sindang Gassie, Hangawang Wettang, Bangawang Koe long en I'apareang. Art. 13. Over elk dezer mindere districten zal voorla een afzonderlijk hoofd onder den titel van dislricts-tommongong worden aangesteld, die verpligl zal zijn in eene dessa. zo na tnogelijk in bol middeiipiml van zijn district gelegen, deszilvs verblijf ie houden en wien voorts tot zijne adsislenlie zal worden toegevoegd: 1 builen-bepatlij of onder-regent, 1 himien-bepatlij, ï deinangs. fi mantries, 1 djaxa. 1 hooge priester, I kalip en 1 mindere priesters: voorts ten diensle van den djaxa : 8 (Ijogobcllos of call'ers, I opper- en 1 onder-cipier, met 4 oppassers. 1809. H. W. DAENDELS. 487 Arl. 14. In alle de overige dessas, buiten diegeenen, waar de district-tommongongs zelve hun verblijf houden, zullen of ccti, hoogstens twee mindere hoofden worden aangesteld, als in de grootere dessas een koewoe of niantrie en een prenla of petingie. en in de kleiuderen, van zes tot thien huisgezinnen bevattende, slechts een prenta ofloerah, terwijl alle negorijen of campongs, minder dan zes huisgezinnen bevattende, aan een der naastgelegene, grootere dessas zullen moeten worden ingelijft en derzelver inwooners mei er woon derwaards over gehragt. Arl. 18. Aan ieder Sulthan zal wijders, in voeden hiervoren bij arl. 14 is bepaald en in navolging van hel geene des wegens op Java en het eiland Madura gebruikelijk is, een Iweede of bepattij werden toegevoegd, mitsgaders een binnen pattij tot beslier zijner huiselijke zaken, terwijl zij alle drie gezamentlijk in de uitoefening van hun gezag zullen worden geadsisteerd door eenen algemeenen rijksbeslierder, oninid delijk door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te benoemen. Arl. IG. De gedachte rijksbeslierder zal in rang volgen op den jongsten der fungerende Sulthans en als ambtenaar van Zijn Majesteit den Koning van Holland met een uiterlijk teeken van onderscheiding zijn gedecoreerd. Art. 17. Hij zal niet alleen aan ieder der Sulthans feit dienste moeten staan als de eerste persoon, door welken zij alle hunne beveelen ten aanzien van het inlandsch bestier doen ten uitvoer brengen, maar ook in hel bijzonder verpligl zijn den prefect in alle zaken, dit bestier concerneerende, met zijnen raad voor te lichten en in alles stiptelijk deszelfs orders na te komen en te gehoorzamen. Art. 18. Hij zal in het bijzonder verantwoordelijk zijn voor de trouw en het goed gedrag van de Sulthans, hepatlijs en dat der lommongongs over de differente districten, zo als deze wederom zullen inslaan voor dat der mindere dessas hoofden, aan hun ondergeschikt. Art. 19. Ten einde in dezen naar behooren aan zijn ver- 1809. H. W. DAENDELS. 488 plichting te kunnen voldoen, zal hij onder deszelfs orders en die van den prefect aan zich ondergeschikt hebbes drie cliwoiigs, welke ieder over een der drie Sulthanß-regent schappen, onder het oog van den rijksbestierder, ecne gestadige surveillance moeten houden en gedurig in persoon onderzoek doen, of alle de hij dit reglement gemaakte verordeningen voor den inlander behoorlijk werden nagekomen, dan of daarop, 't zij door de Sullhans zelve of door hunne bepallijs, de dislrict-tommongongs of mindere hoofden, eenige inbreuk werde gemaakt. Art. 20. Een der voornaamste plichten van den rijks bestierder zal zijn den prefeel of zodanige andere persoon, als daartoe door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zal worden gecommitteerd, pelroiiwlijk te adsis leeren tot de invoering en handhaving van alle de nieuwe inrigtingen, welke bij dil reglement van beslier voor de Cheribonsche Sullhans-landen zijn vastgesteld Art. 21. Hij zal hel voorls, even als de Sulllinns zelven, een zijner eerste betrachtingen maken de wederom herstelde rust der Cheribonsche landen meer en meer te helpen be vestigen, alle' zaden van onvergenoegdheid bij de inlanders weg Ie nemen en de geweezen "hoofden des opstand»;, welke zich tol dusverre hebben weten schuil te houden, te doen vatten en het verdiende loon hunner misdaden te doen er langen. Art. '12. Hij zal len zelfden einde, evenals de Sulthans, een ieder in den haare, wel hebbeu Ie zorgen, dat aan de eene zijde de verpligle conlribulien, zo in geld atain natura, door dezelve» ler bepaalder tijd werden voldaan en dal alle de bij dit reglement len dienste van den Lande gevorderde werken door de ingezetenen navolgens eene billijke verdeeling werden verricht, doch aan de andere zijde tevens naauw keurig hebben Ie lellen, dat de op de voornoemde heeren diensten, conlributien en andere verplichtingen van den inlander gemaaklc bepalingen in geen geval werden overtreden; en dat voorts alle verordeningen, tot maintien der rust en 1809. H. W. DAENDELS. 489 goede policie en lot handhaving van het regt onder den inlander daargesteld, sliptelijk werden onderhonden en naar gekomen. Art. 17>. In het algemeen zal hij. rijkshestierder, evenals de Sulllians zelven. luume hepattijs en alle verdere districts en dessas-hoofden, gehouden zijn alles aan te wenden, wat in zijn vermogen is en strekken kan om den bloei en welvaart der CJieribonsche landen te doen toeneemen, alle nuttige cultures en in het bijzonder die der rijst, kofïij en kapas uitbreiden, den veeteelt te bevorderen en in bel bijzonder de fokkerijen van het buffelvee en paarden aan te moedigen; en daarentegen uil al zijn vermogen weeren en helpen weeren, zowel de gebreken van den inlander zelven. die hem door arhleloosbeid en lediggnng de middelen van zijn bestaan doen verwaarlozen, als de willekeurige belastingen en onderdruk kingen zijner meerderen, die hem van de vruchten zijner handenarbeid zouden beroven. Art. 24. Van alle deszelfs verrigtingen zal bij. rijksbe slierder, benovens de drie Sulllians, verpligt zijn eenmaal des weeks, op een gezel ten dag en uur, aan den prefect rapport te doen en tevens de nodige orders en bevelen van denzelven in te neemen. Art. ( 2ï>. Rij het houden van dit rapport zullen verpligt zijn te verschijnen alle de districls-lommongongs, welke zich op dien lijd toevalliger wijze of des gerequireerd ter hoofd negorij van Cheribon bevinden, en voorts zonder onder scheid gehouden zijn met het uiteinde van elke maand aan den prefect en aan den rijksbestierder in Ie zenden een schriftelijk herigt, houdende eene distincte opgave van den staal der cultures, die der weegen, bruggen en rivieren, van de hoeveelheid der ingezamelde en algezondene producten, van den voortgang van alle publieke werken, als dan onder-* noomeri, en de uitvoering van alle orders, in dien tnsschenlijd gegeven, van het getal van alle aangekomene, vertrokkene en verhuisde persoonon met de passen, daarvoor vertoond of verleend, van de overledene, gel rouwde en jong geborenen 1808. H. W DAENDELS. 49 tat translateiirs-comptoir te Sourabatja, met toevoeging van den titul en rang van tnantrie en op een vast appoinctement Vu 'i rijksdaalders Hollands vijf en twintig, zilver geld, per '"•wiid, ingaande met primo Januarij 1808, als moetende tot '"en ujd ioe, invoege Ihiiiis plaats heelt, door den Oosthoeks Kezaghebber gesalarieerd werden. 14 Julij. Verbod tegen het verhuren van desa's aan Vliiiu'zen, enz. en tegen het verleenen van voorschot oji het gewas van inlanders. Nademaal liet schadelijke van hel verhuren van negorijen 011 dessa's aan Chinezen en anderen, zoowel als het doen van voorsehielingeii op hel gewas, algemeen erkend is en tot daarvan onder het vorige gouvernement verscheidene "'""lers zijn geëmaneerd, inzonderheid zeker billet van den Fehruarij 1805, door den loenmaligen gouverneur en '"'"ecieur van Java's Noord-Oostkust uitgegeven, mitsgaders ler onzer kennisse gekomen is, dat de gemelde orders, wel Ve '"re van Ie worden nagekomen of niet den vereischten klem L ' zijn gehandhaafd, van lieverlede gevilipendeerd en buiten "'' S| Tvanlie zijn geraakt, wij. uil aanmerking van de hooge """•Izakelijkheid, dat de bedoelde orders religieuselijk worden e "iaiiilineerd en geene negorijen en dessa's aan de behering Wf »rdeu overgelaten van particulieren, die, van deze precaire '" ( ' ( "iiv abuserende, hel land uitputten en verarmen en de "'"'le ingezetenen onder het knellende juk van hunne hebzucht oen gebukt gaan; voorts ook geene voorschietingen op bel sCMras worden toegelalen, waardoor aan den landman de lll( 'lilen van zijn zweet en arbeid met een ongehoorden "oker worden onlspeeld, goedgevonden hebben, met renovatie a " alle vorige, daartegen geömaneerde, prohibitiveordei-s.lt 1 ()1^0 "ueren en te staluëren, gelijk wij ordonneren en sta tue 'en bij dezen: '■'-''■slelijk: dat geene negorijen of dessa's en evenmin de ol markten, die aan dezelve verbonden zijn, dan wel Wonderlijk tot de hoofd-oegorijen behoren, zuilen mogen 1809. H. W DAENDELS. 490 on voorts van alle, liclgeen gedurende don loop dier maand in hun district is voorgevallen. Art. 26. In zelver voege zal de rijksbestierder, behalven zijn weeklijks rapport, verpligl zijn maandelijks een gene raal verslag over alle de voorscli ree ven pninrlen. degezamentlijke Sullhans landen concerneerende, aan den prefect in te dienen en daarbij tevens verpligt zijn aan denzelven voor te dragen alle zaken, welke zijns inziens afdoening, redres ui'voorziening zouden vereisclien. Art. 27. Ter voorkoming van alle misbruiken, willekeurig tieden en conelusien, waarmede voorheen de aanstelling, zoowel als de afzetting der inlansche hoofden dikwerf verzeld pleeg te gaan, zullen voortaan alle diergelijke aanstellingen, voor zooverre de bepattys der Sullhans. de cliwongs van den rijkshesl ierder, de dislriels-lommongonirs, den fiscaal van den Lamlraad en den hoogen priester betreft, onniiddelLjk geschieden door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal en overigens, met uitzondering alleen van de zoogenaamde prentas of minste dessa-hoofden, welke naar oud gebruik bij jaarlijksche verwisseling door de ingezetenen zelve zullen worden gekozen, door den prefect, doch door deezen ook niet anders dan na gegevene kennis en hekomcne approbalie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, terwijl voorts geene afzettingen van inlandsche hoofden van den eersten tot den laatslen zullen mogen geschieden dan óf eigener aulhoriteit <ïï op eene daartoe gedaane gemoti veerde voordragl van den prefect door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zelven, zullende de prefect eenelijk bevoegd zijn om in pregnante gevallen den een of ander in zijne functien te sureheeren en inmiddels een geschikt persoon provisioneel in deszelfs plaats Ie stellen. blijvende van uu voortaan alle de voorschreevene aan- en afzeiling aan de Sulthans ten eenen maale geinlerdiceerd. Art. 28. En opdat de stipste observantie dezes des te meerder zij verzekerd, zullen alle de hoofden der Gheribonsche lauden, zowel de thans aanwezige, als de nog aan te stellene, 1809 H. W. DAENDELS. 491 hij de invoering van dit reglement van bestier bp nieuws in derzelver rangen en hoedanigheden worden aangesteld of be vestigd en aan ieder van dezelve, met uitzondering alleen der prentas of pelingies, een schriftelijke acte van aanstelling worden verleend, voor zoverre de tommongongs, hepattijs, cliwongs, djaxns van den landraad en hooge priesters aangaat, door zijne excellentie den Maarschalk en (innverneur Generaal zelven en overigens door den prefect na bekomeue approbatie uit hoogstdeszelfs naam geleekcnd, zullende alle deze actens zijn gescbreeven op gezegeld papier en wel als volgt: die van de Sullhans op een zegel van rd' 100 » » den rijksbestierder op een zegel van . . . * ;>0 » ■ een pangerang » » » » .. . . » 2!> ■ de hepattijs der Sullhans op een zegel van » $ » » dislricts tommongongs • » » • ;» » * i hepattijs der districts-tommongons op een zegel van » !> • • den djaxa van den landraad op een zegel van * '.'■> • • » districts-djaxa » » • » 5 • » i hooge priester » » » » » 5 » » • minder priester » » » » » I » » » manlrie » » » » •• I en zullen voorls door den prefect of dengeenen, welke met de invoering van deze nieuwe vorm van beslier in de Cheri bonsche landen zal weezen gechargeerd, exacte lijsten met naam en toenaam worden geformeerd en aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ingezonden van alle de hoofden van de Sulthans, 10l de minste manlrie en pelingie ingesloten, welke zich na de voorschreeven aanstellingen in ieder regentschap, district en de daaronder hegreepen dessas zullen bevinden, terwijl voortaan door den prefect hij omme komst van elke zes maanden een diergelijke generale lijst van alle de inlnndsche amblenaareii zal moeten worden inge zonden, ten einde legens de voorige vergeleken en daardoor alle de inlusscheii voorgevallene veranderingen kunnen worden geconstateerd. 1809. H. W. DAENDELS. 492 Art. 29. Het onderhoud en de inkomsten van de onder scheidene inlandsche hoofden, hiervoren vermeld, zal worden gevonden uit de rijstvelden, hij art. 9 ler dispositie der Sulthans gelaten, zullende nopens het getal derzelven, aan een ieder toe te wijzen, door den gecommitteerde tot de intro ductie van dit plan van bestier eene nadere bepaling aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter approbatie worden voorgedragen. Art. 50. Doch daarentegen zullen zijn en blijven afgeschaft alle verdere, willekeurige heffingen, welke voorheen op de eene of andere wijze door de inlandsene hoofden van den gemeenen man niogten zijn gevorderd, gelijk mede aan hun zal zijn geinlerdiceerd het geven en nemen van eenige giften, gaven of geschenken, 't zij in geld dan wel in goederen, paarden of wel iels anders en onverschillig aan wien of om welke reden zulks ook zoude mogen geschieden, met uit zondering eenlijk van zodanige, geringe geschenken van eetbare waren, rijst, pluimvee, wilt of vrugten. als de inlander uit eigen, vrijen wil en uit een godsdienstig beginsel genegen is om bij zijne groote feesten van moeloot, poeassa of basaar of ook ter gelegenheid van huwelijken of besnijdenissen aan zijne meerderen en priesters aan te bieden. Art. 31. Het gevolg der inlandsche hoofden, met uit zondering der Sulthans zelve, zal zijn geregeld, als volgt, als dal: van den rijksbestuurder: 8 goelang goelangs, 16 man met pieken, 12 » voor het dragen der ornamenten, van welke beiden de helft dagelijks in functie moeten zijn. 10 pannekawangs, die mede uil jongelingen beneden de 14 jaren bestaan moeien, en voorls 20 man tot huisselijke diensten, waarvan de helft dagelijks in functie; van de bepattijs of onder-regenten der Sulthans: 6 goelang goelangs, 1809. H. W. DAENDELÖ. 493 8 man piekedragers, waarvan de helft dagelijks in functie, 8 » voor het dragen der ornamenten, waarvan de helft dagelijks in functie, 8 pannekawangs, jongelingen heneden de 14 jaren oud, 16 man voor (misselijke diensten, waarvan de helft dage lijks in functie; van den fiscaal van den landraad en binuen-hepallij van de Sulthans: 12 man piekedragers, waarvan dagelijks de helft in functie, 8 ornamentdragers, ad idem, 4 goelang goelangs, 6 pannekawangs, die alle jongelingen beueden de 14 jaar moeten zijn, 16 man voor huisselijke diensleu, waarvan de helft dage lijks in functie; van een cliwong en opper-demang en groot-mantrie: 1 goelang goelang, 4 man piekedragers, 8 » ornamentdragers, waarvan de helft dagelijks in functie, 4 pannekawangs, jongelingen beneden de 14 jaar, 12 man voor huisselijke diensten, waarvan de helft dage lijks in functie; van den opper-priesler van den landraad: 4 man piekedragers, waarvan twee dagelijks in functie, 8 » voor het dragen der ornamenten, waarvan vier dagelijks in functie, 4 pannekawangs, jongelingen beneden de 14 jaar, 8 man voor huisselijke diensten, waarvan vier dagelijks in functie. van den opper-djaxa van iederen Sullhan: 4 goelang goelangs, 4 man piekedragers, 8 » ornainenldragers, waarvan dagelijks de helft in functie, 4 pannekawangs, jongelingen beneden de 14 jaar, 1809. H. W. DAENDÉLÓ. 494 8 man voor huisselijke diensten, waarvan vier dagelijks in functie; van een onder-demang, klein-mantrie, de drie onder djaxa's en drie hoogeprieslers vau de Sulthans hoofd negorij : 2 man piekedragers, waarvan dagelijks de helft in functie, 6 » ornanientdragers, » « * . •> » 2 paiinckawangs, alle mede jongelingen beneden de 14 jaren oud, 0 man tot het doen van huisselijke diensten, waarvan drie dagelijks in functie; van een katiep: G man tot het dragen van zijn epok, lampil en paijnng, waarvan drie dagelijks in functie, 1 paunekawang, zijnde een jongeling beneden de 14 jaar oud: van een districls-tommongong: 6 goelang goelangs, 8 piekedragers, waarvan dagelijks de helft in functie, 2 paijongs-dragers. > • ' * * ■•*■ ' » 2 epok- « 2 lampit- " » » < » « 2 kwispedoor- < « „».,,. 2 rotting- • » « » » 6 pannekawangs, alle jongelingen heneden de 14 jaar, 10 man tot huisselijke diensten, waarvan de helft in functie; van ecu demang en hepatlij in de districten: 2 goelang goelangs, 4 man piekedragers, waarvan dagelijks de helft in functie, 8 » ornament-dragers, » » » 4 pannekawangs, alle jongelingen heneden de 14 jaar, 8 man 10l huisselijke diensten, waarvan vier dagelijks in functie: van een demang en hoogepriesler in de districten: 4 man pieke-dragers, waarvan dagelijks de helft in functie, 6 » ornament- » » » » » » 5 pannekawangs, zijnde jongelingen beneden de 14 jaar. 1809. H. W. DAcNDELS. 495 6 man tot huishoudelijke diensten, waarvan de helft dage lijks in functie; van een mantrie en djaxa in de districten: 2 man pieke-dragers, waarvan de helft dagelijks in functie, 6 » ornament- » » » • » » • "1 pannekawangs, zijnde jongelingen heneden de 14 jaar. Voorts ieder districts-katiep en percoewoe of dessas-hoofd vier man tot hel doen van huisselijke diensten, als hel dragen van hun epok en lampit, waarvan dagelijks twee man in functie, terwijl een prenla loera of petingie slegts niet meer dan één zodanig persoon dagelijks hij heuilverwisseling in dieusl zal mogen hchheu, die door hun, even als die der vorige hoofden, gedurende den tijd, dat zij in hun dienst zijn, van de nodige mondkosl voorzien zullen moeien worden. DEIIDE AFDEELING. Van de conlnhutien, hceren-dietislen en verdere rerplig tingen ran den inlander. Art. 1. Buiten en behalven de contributie in gelden, welke ieder huisgezin ingevolge het bepaalde bij artikel 8 der vorige afdeeling verpligt zal zijn, ten einde daaruit te vinden de vaste contrihutie-gelden aan den Lande en het onderhoud der Sullhans en districts-tommongongs, te moeten opbrengen, zullen de gezamentlijke ingezetenen, welke bezitters zijn van rijst velden, nog gehouden wezen om, in voldoening van hel contin gent der drie Sullhans tol 2000 koijangs, 's jaarlijks van iedere jonk rijstl.ind eene belasting in natura te moeten opbrengen naar zoodanige bepaling, als daartoe toereikende, bel minst drukkende voor de ingezetenen en met de gewoonlens en zeden van den inlander overeenkomstig zal worden bevonden. Art. 2. En opdat de ingezetenen zooveel te heler werden in slaat gesteld aan deze belasting te kunnen voldoen, zal de prefect, rijksbeslierder en verdere regenten, een ieder voor zoover hem aangaat, hebben te zorgen, dal voortaan geene andere dan de zoogenaamde padij-dalm of padij-giudja worde 1809. H. W. DAENDELS. 496 aangekweekt en dal voorts op die plaatsen, waar de rijstvelden iu ahuudanlic zijn en geeu gebrek aan water hebben, de voor keur aau de eerstgemelde soort werde gegeven, terwijl in zoodanige districten, waar de rijstvelden minder overvloedig zijn en de velden eenelijk door bel regenwater worden be vogtigd, de aanplanling der padij-gimlju /.al kunnen worden toegelaten. Art. 5. Behalven deze contributie zullen alle ingezetenen, dewelke niet behooren tot het inlandscli bestier, het gevolg der Sullhans en andere hoofden ofte ook gestadig lot de ver ligting der onderscheidene 's Lauds diensten zijn afgezonderd, gehouden zijn voor ieder tjalja of huisgezin successievelijk eene aanplanling te doen van 500 kotlij-houinpjes, hel voor schreven getal wel te onderhouden en gade Ie slaan en de vrugten daarvan, gedroogd en gezuiverd, aan den Lande Ie leveren tegens betaling van rd s 4, zilver geld, de pikol van 225 ft. Art. 4. De ingezetenen nochtans van de districten, welke te ver van eenige, tot de koffij-cullure geschikte gronden zijn afgelegen, dau dat dezelve zonder verwaarloozing hunner rijsl veldin tol die culture zouden kunnen worden geëmploijeerd, zullen, iustede van de aanplanling en leverantie van koflij, verpligl zijn 's jaarlijks van ieder Ijalja of huisgezin Ie moeten opbrengen tien catjes goede en van dies pillen gezuiverde Java'sche kapas en zulks tegens eene betaling, gerekend lot drie Spaansche matten de pikol van 150 ü>'. Art. ö. In hel bijzonder zullen de ingezetenen van de districten van Oost- en Wesl-Bangawang belast zijn met den afvoer der producten van Carang-Sambong tot Indramaijoe en die van Papariang met den afvoer van Indramaijoe naar de schepen en het beladen derzelven en zulks tegens zoodanige bepaling, als nader zal worden bepaald. Art. 6. De ingezetenen yaaßasgawang en Papariang zullen verders nog belast zijn met de aaumaking van kalk voor hel gouvernement tegens zoodanige betaling, als nader zal worden bepaald. 1809. H. W. DAENDELS. 497 FLAIAAT-BOKI DUL XT. Z1 Art. 7. Ingevalle van benoodigdheid van bamboesen en atap zullen voorts alle ingezetenen, zonder onderscheid, ver pligl zijn dezelve aan het gouvernement te leveren tegens billijke betaling van drie duiten voor ieder bamboes van 24 voet lang en dik, naar evenredigheid, en de atap tegens IS stuivers de 100 stuks. Art. 8. De ingezetenen van de hoofd-negorij Cheribon zullen in het bijzonder belast zijn met het lossen en laden van schepen en vaartuigen, aldaar ter rheede liggende, en voor den tijd, dat zij in functie zijn, dagelijks voor rekening der Suithans erlangen een catje rijst voor mondkost zonder meer; en zullen de bij verwisseling tot dikwerf te leveren manschappen onder de directie gesteld worden van een vertrouwd hoofd of juragan met den titel van demang, aan wien tot deszelfs onderhoud een genoegzaam aantal rijstvelden zal worden toegewezen. Art. 9. De hoofd-negorij van Cheribon zal insgelijks belast zijn met de leverantie bij tourbeurten van al het benoodigd werkvolk ten dienste van 's Lands magazijnen aldaar en zullen de daartoe te leverene manschappen geene verdere belooning genieten dan alleen een catje rijst 's daags, wanneer dezelve in dienst zijn van de Suithans, doch zullen dezelve voorts builen hun bepaald werk in de magazijnen tot geen ander einde gebezigd mogen worden, 't zij door den prefect, Suithans, pakhuisbediendens of wien zulks ook zoude mogen wezen. Art. 10. Bovendien zal blijven standhouden de verpligting, waaronder tot dusverre de gezamentlijke ingezetenen hebben gelegen, om, niet alleen een ieder op zijn beurt en in zijn werk of campong, mitsgaders voor 's Lands fortres, magazijnen, des prefecls woning en op de passeerbaan der regenten of waar zulks elders noodig mogt worden geoordeeld, de nacht wacht te betrekken, maar ook de wegen en bruggen te onderhouden, de rivieren, gragten en waterleidingen uit te diepen en te reinigen, dan wel, waar zulks noodig mogt zijn, op nieuw aan te leggen en te graven; en voorts alles te ver rigten, wat tot onderhoud der goede orde en policie kan strekken, niet in hel oog houding nogthans, dat voor alle 1809. H. W. DAENDELS. 498 buitengewone nieuwe werken van dien aard eene billijke betaling zal moeten geschieden, na hekomen approbatie bij besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal of van de hooge Indische regeering. Art. 11. Zij zullen voorts, een ieder voor zijn district, verpligt zijn de noodige manschappen en paarden te leveren tot het doen van alle militaire transporten-en die van 'sLands wege geschieden, zonder daarvoor eenige betaling te genieten: ook om bij het marcheeren van troupes ol' doortrekken van enkelde militairen op marsrh, aan dezelven de noodige in quartiering, spijs en drank te verleenen, doch daarvoor ge nietende, ingevolge de door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal bij besluit van den 20 ,n Augustus 1808 gemaakte bepaling, zes stuivers, zilver geld, 's daags voor eea Europeescb en Ambonees en drie gelijke stuivers voor een iulandschen militair, op plaatsen namelijk, waar forten of bak meesters worden gevonden, terwijl op plaatsen, alwaar zich geene kommandanten, noch bakmeesters bevinden, navolgens gemeld besluit drie stuivers, zilver geld, zal worden gevalideerd, zoowel voor een Europeaan, Ambonees als inlander 's daags, daarvoor genielende tweemaal 's daags vleesch en rijst of wat daar anders bij kan worden verstrekt: terwijl voorts omtrent de lasten, hieruit voor de ingezetenen resulteerende, door den rijkshestierdcr, bepatlij's en districts-lommongongs zoodanige directie zal moeten worden gehouden, dat de een boven den ander zoo min mogelijk werde bezwaard. Art. 12. In zelvcrvoegen zullen de gezamentlijke ingezetenen verpligt zijn, een ieder voor hun district, de noodige man schappen en paarden te leveren tot transport van alle publieke ambtenaren, in officio reizende, derzelver bediendens en bagage, doch zal het getal, daartoe gerequireerd, niet mogen te boven gaan de volgende bepaling, als: voor een inspecteur-generaal en prefect 20 man, » » lid der hout-administratie, een boek houder, scriba en met denzelven gelijkstandig amb tenaar 10 » 1809. H. W. DAENDELS. . 499 voor een opziender der koffij-cullure of der hout bnsschen (*) man, en voor alle mindere ambtenaren of conimissianten 4 » en zoo ook paarden naar rato; zullende het voorschreven hattoors en paarden, zoowel als hel noodige logies op de plaatsen, waar zij vertoeven moeten, worden verstrekt om niet, doch overigens geene levensmiddelen tot onderhoud van hun zelven ol'van derzelver bediendens mogen worden gevorderd of genoten, dan legens eene billijke betaling of vergoeding, volgens de wezeutlijke waarde. Art. I*3. Met uitzondering van de voorschrevene heffingen, coiitributien in natura, verpligte leverantie» en diensten aan den Lande, zoomede van diegenen, welke volgens een oud gebruik door de inlandsche hoofden nog nioglen worden ge vorderd, zullen voortaan de ingezetenen der Cheribonsche landen van alle verdere coiitributien, heerendienslen en ver pligte leverantien ten ecneinale zijn bevrijd, zullende allede gecuen, zoowel Europeezen als inlandsche hoofden, welke zich contrarie dezes aan het vorderen van eenige, zoodanige diensten of preslalien mogten schuldig maken, naar exigentie van zaken arbitrairlijk en ten rigoureustcn worden gecorrigeerd. Art. 14. In het bijzonder zullen voortaan zijn en blijven afgeschaft alle verpligte leveraiilien van indigo, catoene garens, cardamom. staart- en lange peper ten dienste van den Lande, gelijk mede tegens een niet noemeiiswaardigen prijs die van paarden, hoornvee, pluimvee, brandhout, houtskolen en wat dies meer is ten behoeve van den prefect, militairen com mandant, het guarnizoen, de opzienders der cultures en verdere ambtenaren, zullende dezelve hij benodigdheid van een of ander dezer artikelen, even als de overige ingezetenen, verpligl zijn dezelve tegens marktprijs op de bazaars of in de respective dessa's in te koopen. Arl. 1 0. Speciaal zal mede in volle kragt blijven en als in dezen geiusereerd worden beschouwd de bij placaat van den I 3' n Augustus 1808 gedane interdiclic onder zekere 1808. H. W. DAENDELS. 5 geheel geneeskundig vak der armee en hospitalen in Indien werd aangesteld, en daartoe aan hoogst, gemelde zijne excel lentie hel hesl en geschiktst voorgekomen zijnde de chirurgijn principaal. J. Heppener, hesluit dienvolgens den geuielden llc|)|iener aan te slelleu, zo als dezelve aangesteld werd hij dezen, tot chirurgijn en chef over 'sKonings armee en hos pitalen in Indien en zulks op een vast appointement van 6000 rd\ zilver geld, in het jaar, ingaande van den 26 en Maart jongstleden, als van dien tijd al' hereeds zodanig dienst gedaan hebbende. Laatstelijk is ook hesloten aan den chirurgijn en chef hij deze qualificatie te verleenen om de nodige voordragten te doen ler plaatsing en verplaatsing van de nodige gezondheids ofjGcieren en chirurgijns van de 2 1 ' en 7>* classe bij de armee in de hospitalen door geheel Indien, mei last levens aan een ieder, die zulks aangaat, den gemelde chirurgijn en chef als zodanig te erkennen, te respecteren en Ie gehoorzamen en deszelfs orders in allen deelen stipt en zonder de minste afwijking naar te komen. 4 Julij. Reglement voor den militairen, geneeskundige» dienst. EEHSTE HOOFDSTUK. Van de officieren van gezondheid. EERSTE AFDEELING. Bepaling, aanstelling, ontslag. Art. 1. De algemeene directie en inspectie van den ge heelen geneeskundigen dienst en het magazijn van genees middelen zal geschieden door een doctor of chirurgijn en chef. Bijzonder in de onderscheidene hoofd-etablissementen zal dezelve winden waargenomen door chirurgijns of doctors Principaal. Bij de regimenten, corpsen, in de hospitalen en op de strand- en buiteii-cuiuploiren zal dezelve geschieden door of 1808. H. W. DAENDELS. 50 worden verhuurd, verpand, verpacht, geleend of onder eenig ander pretext onder de behering van particulieren gesteld, wie zij ook zouden mogen wezen., sub poene, dat alle overeen komsten, welke in contraventie van dit verbod worden aan gegaan, niet alleen zullen zijn ipso jure nul, maar daarenboven zullen worden gecorrigeerd met de dadelijke afzetting, hetzij van den regent ol' van zoodanig ander inlandsch hoofd, als de verhuring of verpachting zoude mogen hebben gecon tracteerd, en met arbitraire straffe voor den huurder. Teil tweede: dat van dit verbod nogtans worden uitgesloten zodanige negorijen en dessa's, welke nog voor eerst aan de suikermolens, de zout pannen en <ie zoogenaamde vogelnestjes klippen verbonden dienen te blijven, onder zoodanige billijke bepalingen, als een goede behandeling aan de inwoners van die negorijen en dessa's kunnen verzekeren. Ten derde: dal geene voorachietingen op het gewas, onder welk voorwendsel ook, door particulieren zullen mogen worden gedaan of gecontracteerd, sub poene van nulliteit. Ten vierde: dat degeenen, welke contrarie; bel verbod van deu 16 e " Fëbruaiïj 1805 thans aan negorijen, dessa's en bazaars eenige huur dan wel pretensieu hebben wegens ge dane voorschietingen op het gewas van die huur en pretensien, bij dezen worden verklaard voor vervallen, achtervolgens de poene bij hel voorschreven verbod op de overtreding daarvan gesteld, nogtans daarvan uitgezonderd de negorijen en dessa's, aan de suikermolens, de zoutpannen uu de vogelnesljes-klippen verbonden. Uit verbod moest o. a. bij «openbare bekkenslag" afge kondigd worden in alle regentschappen, negorijen, desa's en pasar's. 14 Julij. Reglement voor de huurders van negorijen en desa's, aan suikermolens, zoulpannen en de zoogenaamde vogelnest-klippen verbonden. Art. 1. Zij zullen de rijst velden en andere akkers van 1809. H. W. DAENDELS. 500 bepalingen en gestatueerde pocnaliteiten tegens het aanhouden door ambtenaren van allerlei rang van vrije Javanen als battoors of koelies tot het presteren van huisselijke en parti culiere diensten, zoo als mede het generaal verbod, bij'placaat van den 20 c " Augustus daaraan volgende geëmaneerd, tegens het in pand houden en verbinden van vrije inlanders, zoo mannen, vrouwen als kinderen, tot lijilelijke dienstbaarheid, alles onder de daarbij bepaalde en gecommuniceerde straffen. Art. IC. En zullen wijders nog, voor zooverre plaatselijke omstandigheden zulks vereischen, op de Cheribonsche landen mede van applicatie worden gemaakt de bij placaat van den 14 1 "" Julij 1808 gedane interdictie legen hel verhuren van negorijen en dessa's aan Chineezen en anderen, zoo wel als het doen van voorschielingen op het gewas, mitsgaders de bij reglement van dien zelfden datum gemaakte bepalingen, waarnaar de huurders van negorijen en dessa's, aan de suiker molens en zoulpannen verbonden, zich in de behandeling der inwooners van zoodanige negorijen en dessa's zullen hebhen te gedragen, en mede als zodanig worden beschouwd, als of dezelve letterlijk bij dezen waren geinsereerd. VIERDE AFDEELING. Van den landraad. Art. 1. Op de préfecture Gheribon zal, even alsopJava's Noord-Oostkust plaats heeft, worden opgerigt een opper-land raad, te zamen gesteld uit den lijdelijken prefect als president en de drie Sulthans of hoofd-regenten van Cberibon, den radeen adipaltij of rijksbestierder, den militairen commandant en hoofd of onder-opziener der kollij-plantagien, present zijnde, mits gaders bij beurtverwisseling twee der districls toniinoiigongs als leden, en voorts zijn geadsisteerd door een groot djaxa en den gezwooren scriba als secretaris, terwijl de hooge priesters, zowel als die, welke bij de hoofd-regenten dienst doen, adviserende leden van dezen landraad zijn zullen. Art. 1. Aan de judicature van deuzelveu zullen ouder 1809. H W. DAENDELS. 501 worpen zijn alle in- en opgezetenen van Cheribon, voor zooveel onder de drie Sulthans of hoofd-regenten zijn sorterende, als mede zulke Lands opgezetenen uit andere districten, geen onderhoorigen van de Sulthans zijnde, welke in de gemelde landen mogten koonion Ie delinqueren, met toekenning nog thans aan denzelven, geene roovers of brandstichters zijnde, van het regt van beroep op den hoogen Raad van justitie te Balavia en in welk geval dezelven ook met de stukken ten hunnen laste uan dat collegie zullen worden overgezonden. Art. o. De Sulthans. rijksbestierders. districts-tommon gongs. hepatlijs, groot-djaxas, hooge priesters of naastbestaanden van de Sulthans tol in den vierden graad zullen in cas van misdaad voor den landraad niet mogen werden teregtgesteld, maar met voorkennis en toestemming van zijne excellentie den heer Maarschalk en Gouverneur Generaal mei de in forma probandi gebragte stukken ten hunnen lasten, behoorlijk ge secureerd, werden overgezonden aan den hoogen Raad van justitie te Batavia, ten einde aldaar na den aart hunner misdaad te worden gestraft, behalven in geval van dadelijken opstand, wanneer de prefect, met of zonder concurrentie van den landraad, bevoegd zal zijn om zouder form van proces ter zijner verantwoordelijkheid militaire executie te doen. Art. 4. Christenen, Chinesen en zogenaamde overwalders zullen mede niet aan de judicature van deze regtbanken onderworpen zijn, al waare het ook, dat 't door hun begane feit geschied mogt zijn met concurrentie van personen, hier voren vermeld, en zulks dus als een gemelleerde zaak beschouwd konde werden, maar in een dusdanig geval met en benevens de Gheribonsche onderdanen, welke daarin betrokken zijn, mede bij den hoogen Raad van justitie te Batavia in stede van- bij den Cheribonschen landraad teregt werden gesteld. Art. S Geene vonnissen, bij dezen landraad geslagen en een capitale strafoefening iuvolveerende, zullen mogen werden ter executie gelegd, voor en aleer daarop zij verkreegen hel fiat executie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur 1809. H. W. OAENDELS. 502 Generaal, met uilzondering van militaire executien in cas van opstand, hiervoren vermeld. Art. 6. Kleine geschillen over wanbetaling, huwelijks-zaken, successiën, geringe diefstallen eu wat dies meer is, zullen in de respcctive regentschappen zelve, waarin die komen voor te vallen, kunnen werden gedaan. Art. 7. Ter afdoening van zodanige geschillen zullen door de Sulthans en regenten, een ieder in den haren, nevens derzelver buiten en binnen bepattijs, item djaxas en pang hoeloes of opper-priesters, eene afzonderlijke vergadering weiden geformeerd, die twee malen des weeks, te weeleu: 's Dinsdags en Zaterdags, zitting zal moeten houden hij den regent in huis en daarin alle de van hare competentie zijnde zaken onderzoeken en afdoen, onder deze bepaling noglhans, dat telkens, 's daags na de gehoudenc zitting, van al het daarin verhandelde een behoorlijk verslag zal moeten werden gedaan aan den prefect, terwijl partijen het regt zullen hebben om, ingeval zij in de gedane uitspraak niet mogten berusten, zich op den prefect of den landraad te beroepen, alles zo en in dier voegen, als de voor deze regentschaps-vergaderingen op Java te ontwerpen instructie komt te dicteren. Art. 8. De magt van de opper- en onder-djaxa's der Sullhans en die der tommongongs in de respective districten zal zich niet verder mogen uitstrekken als tot het neemen van kennis van de zaken, welke in hare regentschappen en districten komen voor te vallen, en om daarvan terstond aan hunne hoofden rapport te doen. ten einde door deze zelven of wel door hunne djaxa's op hunne order verder te werden gebragl, daar en waar dezelve behooren. Art. 9. Aan dezelven zal echter zijn toegestaan om in gevallen van weinig aanbelang, als buurtlwisten, huisselijke oneenigheden tusschen man en vrouw en wat dies meer.is, hunne goede diensten aan te wenden om de zaak in der minne bij te leggen, mits niet anders dan met voorkennis van hunne gedagte hoofden en bewilliging der wederzijdsche partijen, welke zij op geenerhande wijze zullen vermogen 1809. H W. DAENDELS. 503 al' te schrikken of te weerhouden om zich met hunne klagten regtstreeks aan eerstgenielde of aan den prefect en landraad zelven te adresseeren, nochte ook in eenig geval van dezelven iets tot belooning van de door hun bewezen diensten mogen vorderen, 't zij in geld of in goederen, onverschillig, onder welk voorwendsel dit ook zoude mogen wezen, op verbeurte van derzelver bedieningen en met condemnatie van boven dien, na bevinding van zaken, zelfs aan den lijve te zullen worden gestraft. Art. 10. En ten einde voor te komen de veelvuldige en dagelijksche misbruiken, welke, zoo wel door sommige regenten zelve, als door derzelver mindere hooiden en naastbeslaauden, item djaxas en dies onderhorigen, van de districts blokhuizen wierden gemaakt, zoo door onschuldigen daarin Ie plaatsen en voor eenigen tijd te doen zugten om hunne wraakzucht tegens dezelven te voldoen of om hunne billijke klagten te onderdrukken, als door wezentlijk schuldigen voor de betaling van eenig geld op eene willekeurige en eigendunkelijke wijze daaruit te ontslaan en daarna als gedrost of gestorven aan de hoofden der plaatsen op te geven, zal er buiten Cheribon, op eene hooge en gezonde plaats, door en voor rekening van de drie Sullhans een geheel nieuw, steenen blokhuis worden opgerigt, tot welks exstructie door het gouvernement het benodigde hout, ijzer en spijkers legens inkoops-prijs zal worden verstrekt en in hetwelk alle gevangenen, zonder onderscheid, gesecureerd en uit de districts blokhuizen zullen worden overgebragt uiterlijk binnen de vier-en-twintig uuren na derzelver apprehensie, ten einde als dan aan den landraad overgeleverd en voor denzelven te worden te regt gesteld, dan wel, onschuldig zijnde, met voorkennis van den prefect of president van het zelve weder ontslagen en op vrije voeten te worden gesteld. Art. 11. Voorts zullen ten aanzien van de regtspleging over den inlander, zooveel mogelijk, worden agtervolgd en nagekomen de inriglingen, deswegens bij de jongste organisatie van Java's Noord-Oostkust vastgesteld. 1809. H. W. DAENDELS. 504 VIJFDE AFDEELING. Van de policie en het werk der wegen en posterijen. Art. 1. Ruiten de gewoone, militaire magt, door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te bepalen, zal ui de Cheribonsche Sulthans-landen tot handhaving der rust en goede policie worden opgerigt een corps van inlandsche cavallerie of zogenaamde strikruiters, onder den naam van djaijangs sekars, bestaande uit een getal van 100 knappe en uitgelezene manschappen. Art. 2. De manschappen van het voorschreven corps zullen vooreerst en tot zoolang de inwoonders van Gheribon zelve door een rustig gedrag meerder vertrouwen zullen hebben verdiend, gekozen worden uit de bergbewoners van zodanige districten, waarop men zich volkomen kan verlaten, en worden aangevoerd door officiereu van hunne eigene natie, welkers getal zal zijn bepaald op drie en waarvan de eerste rang zal hebben naast den jongs ten bepaltij van den Sulthan en de overigen naast de groot-djaxa's in ieder regentschap, terwijl aan de onder-officieren en genieenen de rang van groot- en klein-mantrie zal worden toegekend, en voorts allen zullen voorzien zijn van een distinctif teeken, aan derzelver rang verknocht. Art. 3. Aan dezelven zal uit de drie gezamentlijke regent schappen, een ieder voor zijn aandeel, tot hun onderhoud worden toegewezen een zeker getal rijstvelden, als: aan den commanderenden officier .... jonken rijstland 15 » » daarop volgende in rang ... » » 10 » » jongsten » » 8 » » wagtmeester » » 5 » een corporaal » » 4 » • gemeene » ■ 3 mitsgaders een battoor tot het snijden van gras voor derzelver paarden, die mede een bauw of quart jonk rijstland lot des zelfs bestaan zal ontvangen. Art. 4. Buiten en behaiven dit hun gewoon onderhoud, 1808. H. W. OAENDELS. 505 zullen de gedachte djaijang sekars voor de eerste maal voor reekening der Sulthans (doch naderhand ten hunnen kosten) moeten worden voorzien van de nodige kleding, paarden en zadels, terwijl daarentegen derzelver wapenen, die uil een knrtr carabijii met een haijonet, een houwer of klewang en een paar pistolen zullen bestaan, van 's Lands wege zullen werden gefourneerd, om voorts bij overlijden of aftreding van een derzelven aan hunnen opvolger Ie worden over gegeven, waar omtrent, zoowel als orer het onderhoud dezer wapenen, het oppertoezicht aan den prefect en aan den eommanderenden officier zal zijn gedeniandeerd. Art. 5. En op dat de goede geest en ambitie van de bij deze corpsen dienst doenden zooveel te meer werde opgewekt en des te meerder ontzag voor dezelven aan den inlander worde ingeboezemd, zullen diegenen uit dezelven, die daartoe de nodige vereischten bezitten, in cas van vacature, bij voor keur Lot cliwongs van den rijksbestuurder, groot-djaxas, groot-mantries, opzichters der wegen of tol eenig ander gedeelte van het inlandsch bestuur worden gekozen. Art. 6. De gedagte corpsen djaijang sekars zullen staan onder de onmiddelijke orders van den prefect en van niemand anders, tot hel inlandsch bestuur behorende, eenige hevelen mogen ontvangen of respecteren, en ook van dezelven de uitdeeling hunner rijstvelden ontvangen. Art. 7. Buiten en behalven de nu meergemelde djaijang sekars, zal hij prefect nog speciaal aan zijn persoon en aan zijnen dienst verbonden hebben een getal van twaalf oppassers tot dienaaren der policie en adsistenten der justitie; acht als binnenlandsche boden en om van tijd tot tijd te onderzoeken en rapport te doen, in hoe verre aan de orders ter uitbreiding en verbetering der onderscheidene cul tures, mitsgaders tot het aanleggen en verbeteren der wegen worde voldaan; en vier om te dienen tot het overbrengen van brieven, orders en depêches en om in alle voorkomende gelegenheden bij de hand te zijn. 1809. H. W. DAENDELS. 506 Arl. 6. De gedacht* oppassers zullen slaan onder een algemeen hoofd, doch allen op ecne van elkander onderscheidene en mei hunne betrekking overeenkomende wijze worden gekleed, en van deze kleding, zo wel als van een geschikt rijpaard met deszelfs toebehoren, voor de eerste maai voor reekening der regentschappen, doch naderhand ten hunnen kosten moeten worden voorzien. Art. 9. Aan dezelven zal, even als aan de djaijang sekar, een zeker aantal rijstvelden lot derzelver hestaan worden toegewezen, als: aan het hoofd jonken rijstland 4 ■> ieder oppasser.. » » 1 '/j terwijl zij voorts tol het snijden van liet nodige gras voor de paarden ieder een hattoor in hun dienst zullen hebben, die mede tot deszelfs hestaan een hanw of een quart jonk rijstland zal erlangen. Art. 10. Tot handhaving der rust en goede orde zullen voorts de ingezetenen, zoowel der hoofd-negorij, als van de respeclive districten en dessa's, gehouden zijn om, een ieder in de wijk. dessa of campong, waartoe hij behoort, en zulks zoowel binnen, als builen dezelve, de nachtwacht te betrekken in expresselijk daartoe op bekwame afstanden van eikan deren op te rigtene wachthuizen, terwijl diergelijke wachten mede zullen worden betrokken voor of bij 's Lands forlres en magazijnen, item des regents woning,-de passeerhaan en andere diergelijke plaatsen meer, en welke wachten alle een aanvang zullen nemen des avonds ten zes uren of met zons ondergang en eindigen des morgens ten zes uren of met zons-opgang, gedurende welken tijd dezelven ook van uur tot uur de ronde in de campongs, dessa's, in den omtrok hunner wacht en op 's heeren wegen zullen moeten doen en voorts gehouden zijn alle suspecte personen, welke zij mogten aan treffen, in verzekering te nemen en dezelve des morgens aan de regenten, districts-hoofden of hoofden hunner dessa's of campongs over te leveren, die alsdan verpligt zullen zijn hiervan terstond aan den prelect en i ijksbeslierder rapport 1809. H. W. DAENDELS. 507 te doen, ten einde de gearresteerde persoon nog binnen den tijd van 24 uren in het groote lilokhuis der prefecture over gehragt en voorts over dezelven zoodanig worde gedisponeerd, als naar exigentie van zaken zal worden bevonden te behooren. Art. 11. Alle dn voorschreven e wachten zullen nochtans, ter voorkoming van alle misbruik, 't welk van schietgeweer zoude kunnen worden gemaakt, met geene andere wapenen dan de gewone inlandsche pieken en krissen worden voorzien. Art. 12. Wanueer de gemelde wachters, dan wel de djaijing-sekars, oppassers of andere dessa's volkeren, een of meer boosdoenders komen Ie ontdekken en op het spoor hebben, zullen dezelven vermogen dezulken te agtervolgen, al ware het ook, dat zich dezelven naar een ander district of regentschap begaven, en in een dusdanig geval, zulks noodig hebbende ter apprehenlie van dezelven, van het hoofd van het dislrikl of dessa, waar zij zicli bevinden, de noodige assistentie mogen requireeren, dewelke niet zal vermogen Ir worden geweigerd, op poene, dat degenen, welke zich daaraan schuldig komen te maken, mei afzetting, deportatie of anderszins naar exigentie van zaken zullen worden gestraft, zich nochtans in het vervolgen van roovers en boosdoenders van en op het ter ritoir der Javasche vorsten reguleerende naar de overeenkomst, deswegens met dezelven getroffen. Art. 15. Tot bevordering eeuer goede policie en teu einde des te beter in staat gesteld te worden om alle boosdoenders, zwervers on leedigloopers te ontdekken, te agterhalen en uit de respective campongs en dessas te weeren zullen al verder geene inwoonders van eenige dessas of campongs zich buiten dezelve vermogen te begeven, met oogmerk om daar buiten te vernachten, dan na gegevene kennis en bekoomeu verlof van het hoofd derzelve dessa, die, geene redenen daar tegens militerende, gehouden zal zijn een dusdanig persoon permissie te verleenen; en zullen geene ingezetenen in eene andere dessa dan die hunner inwooning mogen worden toe gelaten om daarin te vernachten dan met voorkennis en toestemming van hel hoofd vau dezelve, dewelke bij toelating 1809. H. W. DAENDELS. 508 van zodanig persoon, voor deszelvs goed gedrag verantwoor delijk zal worden gehouden en in allen geval verpligt zijn te zorgen, dat dezelve, ten waare hij kwam ter verrigting van 's Lands werken of' om zich te verhuren tot den arbeid der rijstvelden of om ecnige andere billijke reden, nimmer langer dan drie etmalen in zijne dessa blijve vertoeven, maar dat hij na ommekomst van dien tijd werde terug gezonden en gecouvoijeerd naar de dessa zijner inwooning en dat daar ter plaatse naar zijn persoon onderzoek werde gedaan. Art. 14. Vreemdelingen, geene inwoonders zijnde der Cheribousche Sulthans-landen en gevolgelijk onder de voor schreeven bepaling niet begrepen, zullen mogen worden toe gelaten iu de districten en dessas, waar door zij passeeren, wanneer dezelve, of niet negotie-goederen of omeenige andere aanneemelijke reden zich op weg bevindende, met een be hoorlijke pas of permissie-briefje! van gouvernemeuts wege voorzien zijn, doch ook in dat geval niet langer dan drie etmalen in een en dezelfde plaats mogen vertoeven, gedurende welken tijd nochtans het hoofd der dessa of de geene, bij wien zij zijn gehuisvest, voor derzelver gedrag verantwoordelijk en voor hunne bij zich hebbende goederen zal moeten instaan. Art. 15. Alle overige, doortrekkende vreemdelingen, doch speciaal saids, sariphs en andere van overwalsche afkomst, welke niet van eene behoorlijke pas van gouvernements weege voorzien zijn, zullen als suspecte persoonen worden aangemerkt en als zodanig, niet alleen uil alle districten, campongs en dessas worden geweerd, maar daar en waar ter plaatse dezelve zich ook mogen bevinden, worden aangehouden en geapprehendeerd, om voorts met dezelve te werden gehandeld, zo als bij art. 10 ten aanzien van suspecte persoonen is bepaald. Art. 16. Ingezetenen nochtans, welke om goede en aan nemelijke redenen van hel eene district of dessa naar het andere zouden willen verhuizen, of vreemdelingen, Bouginesen, Maleijers of parnakkan Chineseu, welke zich met er woon in 1809. H. W. DAENDELê. 509 het een of ander district binnen 's lands zouden wenschen neer te zetten, zullen daartoe kunnen worden toegelaten, mits vooraf van een speciaal en schriftelijk consent van den prefect voorzien zijnde, die wel soigneuselijk zal hebben te lellen zodanige permissien niet te verleeneii dan aan per sonen, van dewelken hij zich na gedaan onderzoek kan ver zekerd houden, dat voor de rust en veiligheid der binnenlanden niels kwaad is te duchten. Art. 17. Ingeval vau verleeude inwooning aan zodanige vreemdelingen, Bougineesen, Maleijers of anderen zullen dezelve zouder eenige onderscheiding ouder de Cheribonscbe inge zeleuen opgenomen en in alles op een gelijken voet met dezelve bestuurd en behandeld worden en sorteren onder den regent, districts-toinrnongong en dessa's-hoofd, in wiens regentschap, district of dessa zij zich hebben ter neder gezet, zonder dat hunne eigene hoofden of kapileins iets verders met dezelve zullen hebben uil te staan. Art. 18. Die genen nogthans van de voornoemde parnakans, Bougiuesen, Maleijers of andere vreemdelingen, welke niet op de voorschreveue wijze onder de inboorlingen der Cheribonsclie natie zijn opgenomen, maar zich met den handel ui' eenig ander handwerk eimeren, zullen verpligt zijn op de hoofd negorijen te Cheribon ofte Indramaijoc in afzonderlijke daartoe bepaalde campongs hun verblijf te houden en gesteld worden onder aparte hoofden of officieren, door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te benoemen, en die voor derzelver goed en rustig gedrag verantwoordelijk zullen worden gehouden. Art. 19. Ten einde nochtans, dal de rust en veiligheid der GheriboDsche landen meer en meer worde geconsolideerd, zal het vooreerst en tol daaromtrent eenige nadere bepalingen worden gemaakt, aan geene Chineezen hoegenaamd, behalven de houders der pachten, zijn veroorloofd zich binnen's Lands van dezelve te begeven, veel min om zich metterwoon in eenig district of dessa aldaar ter neder te zetten, en zal de prefect of degene, welke met de invoering van dit plan van 1808. H. W DAENDELS. 51 •k in huur hebbende districten zoodanig onder de inwoners Va n dezelve verdelen, dat een ieder daaruit zijn behoorlijk bestaan kan vinden, Art. 2. Ingevalle echter de voormelde velden eu akkers geen genoegzaam bestaan kunnen opleveren en ter verzekering Va " hetzelve voor de inwoners geene andere ressources over 'Üvt'ii, zullen de huurders daaraan moeten te genioet komen uoor de verstrekking van rijst en padi voor eigen rekening a; "i de arbeiders, zoo lang zij in hunnen dienst worden ge ei»|»loijeerd. Art 5. Zij zullen de inwoners geeue buitengewone ol' Gaardere lasten opleggen, als zij in billijkheid kunnen dragen, Ve «l min dezelve mishandelen of willekeurig van hunne goederen beroven, dan wel zich hunne vrouwen en kinderen toeëigenen °'> onder welk prelext dit ook zoude mogen wezen, eeuige kwellinge,, aandoen. Ai't. 4. Ue pachters van de zout pannen zullen, zoo min als de suikernioleuaars of derzelver maudadoors en mindere zich van andere tonnen ol malen lot het inmeten Va " het aan hun geleverd werdende zout en suiker-water mogen bedienen, dan die te Samarang of te Sourabaija van Souvernements wege zullen wezen geëikt. A' l •>. Desgelijks zullen de zoutpachters geen meerder °"neii voor een koijang mogen rekenen, als in de in huur 'ebbende negorijen gerecipieerd en met de inwoners, met N °«M-keiinis van den resident van hel kantoor, onder 't welke e verhuurde negorijen behoren, overeengekomen is; voorts lel zout niet iu de tonnen mogen laten inslainpen ol' persen au wel boven de rand ophogen, maar hetzelve met schoppen •*rin moeten doen werpen en dan gelijk rands al'slrijken. ■*'''•• 6. De suikerniolenaars en zout pachters zullen zich '"g'ieuzelijk hebben te onthouden om de inwoners in de 'etuling van het door hun geleverd wordende suikerwaler 2 °ut op eenigerlei wijze te kort te doen. n 7. Ten dien einde zal telkens hij de allevering van '°Ul of suikerwaler, dan wel bij liet presteeren van andere 1809. H. W. DAENDELS. 510 beslier voor de Cherihonsche landen zal worden belast, voorts zijn geautoriseert om tot beveiliging der Chineezen zelve, zoowel als ter voorkoming van alle onlusten, welke door hen zouden kunnen veroorzaakt worden, zoodanige verdere maat regelen van goede policie Ie beramen en in bet werk te stellen, als bij naar bevind van zaken en overeenkomstig de locale omstandigheden dienstig of raadzaam zal oordeelen. Art. 20. Omtrent het houden van ampüioén- en dobbel kittën, de hauevechlerijeu, het slachten van vee, de aanmuking van pitjes en den Verkoop van zout zullen voorts lot hand having der rust en goede orde alle zoodanige bepalingen en restrictien worden geobserveerd en nagekomen, als bij artikel o, 6, '29, 30, 31, 32 en 35 der jongst, gearresteerde pacht condilien voor Cheribon de dato 11 December des laatst verweken jaars zijn beraamd en vastgesteld. Art. 21. Ter voorkoming van alle onheilen, welke er uit eene onbepaalde vrijheid lot bet houden van schielgeweer, kruit en lood bij den inlander zouden kunnen geboren worden, zal zulks voortaan, buiten dC regenlen, districts-tommongoiigs, den rijksheslierder en bepallijs, aan niemand zijn veroorloold dan aan vertrouwde d<'ss;is-liool'ilen en aan vreemde, met 11 ego li e-goeder en reizende personen, terwijl voorts alle de voorschrevene hoofden, tot de Cheribonsche natie behoorende, nog verplicht zullen zijn om hiertoe eene uitdrukkelijke per missie van den prefect te erlangen, die gehouden zal zijn nlle de door hem aan inlanders gepermitteerde schielgeweren door eene commissie te doen merken met de letters (P. C.J, betee kenende prefecture Cberihon, zullende ten voorschreven einde alle de thans onder de inlanders rouleerende schietgewereu, doiiderluisschen, pis looien of anderen binnen den lijd van twee maanden na publicatie dezes door den prefect worden opgeéischl om voorts, met het voorschreven merk voorzien, aan de des vertrouwde personen wederom te worden afgegeven en overigens tegens billijke taxatie door den Lande overgenomen en aan de vorige houders te worden vergoed. Art. '±ï. En zullen voorts alle schielgeweren, van welken 1809. H. W. DAENDELS. 511 aart ook, die na ommekomst van het voorschreven termijn en afloop dier commissie bij cenige ingezetenen der Cheribonscbe landen zonder het gedachte merk (P. C.) /uilen worden be vonden, niet alleen onmiddelijk worden geconfisqueerd, maar de houders van dezelve bovendien naar exigentie van zaken ar bitrairlijk, zelfs aan den lijve, kunnen worden gestraft. Art. 2.r Inzelvervoege zullen allen diegenen, hetzij Euro peezen, Chineezen of anderen, welke zich aan cenen ongeoor loofdeu en verdachten verkoop van kruit of lood aan den inlander mogleii komen schuldig te maken, naar bevind van zaken, arbitrairlijk en ten rigouieiis'en worden gecorri geerd. Art. 24. Als een voorwerp van goede policie zal de prefect der Cherihonsche Sullhans-landen voorts hebben te lellen, dal aan de eene zijde de Gheribonscbe ingezetenen wel worden geconserveerd bij hunne godsdienstige begrippen, zeden en gewoonten en hunne priesters, opperpriesters en minderen gelalen bij hel gezag om, als van omls. onder hooger beroep aan den landraad of aan den prefect, geschillen over huwelijks zaken, boedelscheidingen en godsdienstige instellingen bij te leggen of te beslissen, doch aan de andere zijde tevens een wakend oog houden, dat door dezelven van de bijgeloovigheid dier natie geen misbruik worde gemaakt tol het vorderen van onmatige en de oude bepalingen te bovengaande voordeelen tot Onderdrukking der goede ingezetenen of lot bet slooken van misnoegdheid en onlusten, maar zich in alles als ruslige en goode ingezetenen komen te gedragen en in het bijzonder hunne verpligtingen lot onderwijs en opvoeding der jeugd getrouwelijk nakomen. Art. 23. Als een ander gedeelte der goede policie zal hij, prefect, zijne bijzondere aandacht hebben te vestigen op al, hetgeen ter verbetering der plaatselijke gezondheid der C.he ribonsebe landen en van diens hoofdplaats strekken kan en zorgen, dat in de eerste plaats alle oorzaken van besmetting, zoo door eene meerdere oplettendheid in het begraven der lijken en het dieper delven der graven, als door het doen IÓO9. H. W. DAÉNDÊLS. 512 observeeren eener meerdere reinheid over alle wegen, stegen, campongs, waterleidingen, spruiten en rivieren, zooveel mo gelijk, worden weggenomen. Art. 26. En, opdat ook publieke wegen in het algemeen als een voornaam voorwerp van goede policie volgens de daartoe reeds gestelde orders werden aangelegd, verbeterd en onderhouden, zullen aan den prefect te Cheribon, buiten den rijksbestierder en deszelfs cliwougs, nog twee geschikte iri landers, onder den naam van opzichters der weegen, werden toegevoegd, die zonder met eeuige andere werkzaamheden te worden bezwaard of eenige beveelen van iemand anders dan van den prefect te mogen ontvangen, eenlijk tol hel voorschreeven werk der wegen zullen worden geëmploijeerd en in die hoedanigheid den rang en titel hebben van groot-nnmtries en, evenals de rijksbestierder en deszelfs cli wongs, met een uiterlijk teeken van onderscheiding worden voorzien. Art. 27. En, wijl hel werk der wegen in een allernaauwst verband staat met dat der posten, posterijen, en hetgeen daar aan dependeert, zo zal de prefect der Cheribonsche Sulthaiijs landen, voor zooverre zijne prefecture aangaat, mede mei het oppertoezichl over dezelve zijn gechargeerd en zich daaromtrent stiptelijk hebben te gedragen aan de orders en reglementen, op dit sujet bereids gemaakt of verders nog te maken. Art. 28. En. daar het na de afschaffing van alle heereu diensten, verder dan dezelve bij dit reglement uitdrukkelijk zijn veroorloofd, voor den vervolge nuttig en noodzakelijk wordt geoordeeld, dat de voormaals gebruikelijke baltoors of draagdieusleu en zogenaamde gladdaken door andere inriglingeii ten dienste van reizende persoonen worden vervangen, zo zal, overeenkomstig en ten gevolge van de deswegeus voor Java's Noord-Oostkust bereids gemaakte bepalingen, in de préfec ture Gheribon mede op bekwame afstanden het vereischle getal herbergen en slationnen worden opgericht, voorzien van de nodige paarden, rijtuigen en speciaal van twee post 1809. H. W. DAENDÊLS. 513 PLAÏiAT-ROEK DEEL XV. >■} wagens, dewelke geregeld tweemaal des weeks, de eene om de Oost, en de andere om de West, zullen vcrpligt zijn te rijden. Art. 29. De voorschrevene herbergen, waarvan in liet geheel twee in de Cherihonsche landen zijn zullen, zullen alleen ten koste der gezamentlijke regentschappen dezer pré fecture, een ieder voor deszelfs aandeel, worden opgerigt en van de noodige hiiismeubelen tot gemak en gerief der rei zigers werden voorzien, doch zullen de lot exstructie van dezelve benodigde houtwerken ler aaukap wordeu gepermit teerd en het ijzerwerk eu spijkers tegens inkoopsprijs uil 'sLands magazijnen worden verstrekt, voor zooverre namenlijk, als er geene gebouwen niogten voorhanden zijn, waardoor de exstruclie van dezelve zoude kunnen worden vermijd. Art. 50. Ook zullen de bij deze herbergen en verdere stationnen benodigde trek- en rijpaarden, gelijk mede de postwagens en verdere rijtuigen, voor de eerste maal geheel en alleen voor ieekening der gezamentlijke regentschappen worden aangeschaft en het nodig getal batloors ten dienste der posterij en herberg en tot oppassiug der paarden worden geleverd. Art. 51. Tot het onderhoud voorts van de gedachte bediendens, koetziers, postillons, stalknechts, voorloopers, gras snijders en huisbedieudens zal voor iedere herberg uil der gezanienllijke Sulthans-landeu worden afgezonderd een aantal van vijf-en-zevenlig jonken rijslland; en zullen eindelijk ten aanzien van de verdere inrigliug, directie en beheering dezer herbergen en posterijen worden agtervolgd en nagekomen alle zodanige orders en bepalingen, als bij een nader des wegens te bepalen reglement zullen worden vastgesteld; en waaromlreul het oppertoezicht en de surveillance almede aan den prefect zal zijn aanbevolen. En voorts toi de introductie van hetzelve te commitlceren, gelijk daartoe gecommitteerd wordt bij «dezen, de prefect te Tagal, J. A. van Middelkoop. Zie ook 17 September 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 514 5 Februarij. Voorschriften voor de Algemcene Heken kamer. Ingekomen zijnde diverse adressen van president en leden der generale rekenkamer, houdende derzelver bezwaren om Ie contrasigneren verschillende bij hun ingekoinene ordonnaiitien en in rekening Ie valideereu sommige, aan hun voorgekomene verstrekkingen en uitbetalingen, welke wel sedert langen lijd herwaards waren geusiteerd of ingeslopen, doch niet naar den teneur van het 13* art. hunner instructie op grond van de daar leggende orders, reglementen en instructien naar hehooren waren gejustificeerd. En voorts in aanmerking genomen zijnde, dat het meer dan waarschijnlijk is, dat hij eene dagelijksche behandeling van zaken en eene stipte observantie harer pligten aan wei gemelde rekenkamer nog menigvuldige verstrekkingen en uitbetalingen van dien aart zullen te voren komen, welke een nader onderzoek en voorziening vereisschen, en dat door het maken van eene degelijke bepaling hij elke bijzondere afwijking van de vigerende orders en reglementen, die dooi de kamer wordt ontdekt, niet alleen voor hel vervolg on voorziene strijdigheden en botsingen zouden kunnen geboren worden, maar even daardoor ook de differente orders te zeer zouden worden vermenigvuldigd en verspreid om een vast rigtsnoer, zowel voor de kamer zelve, als voor de ondergeschikte ambtenaren, administralien en comptabelen te kunnen op leveren . Is besloten de generale rekenkamer Ie autoriseeren om naar billijkheid, doch tevens in acht nemende de nodige precautien ingevalle van twijfleling, voor den tijd van drie maanden, te rekenen van den l en Januarij jongstleden, te blijven voortgaan met het contrasigneren van ordonnanlien en het admitteercn in rekening van verstrekkingen en uit betalingen, welke, ofschoon niet naar inhoud van art. 13 hunner instructie len vollen gejustificeerd, echter op eeuige goede gronden nl' op een oud gebruik in de huishouding zullen steunen. 1809. H. W. DAENDELS. 515 Met last nochtans, primo, om van alle zaken van dien aart, welke hun in den voorschreven tijd van drie maanden zullen voorkomen, pertinente aanteekening te houden, zowel als van de zwarigheden en bedenkingen, welke daar over bij bun zijn gerezen; de gedachte aanteekeningen voorts na ommekomst van dien tijd aan de hooge regeering ovei te leggen en daarop de dispositie van hunne hoog Edelhedens te verzoeken: 1° om na deze verkregene dispositie en de daarbij gemaakte voorzieningen op nieuw voor een termijn van drie maanden op een gelijke voet voort te gaan, zo met het contrasig neren van ordonnantien, valideeren van posten in reeke niug als met het houden van aanteekening van alle nieuwe zwarigheden en irregulariteiten, waarin alsdan nog niet zal wezen voorzien, om na ommekomst van dit tweede termijn gezamentlijk weder te worden gehragt onder het oog van hun hoog Edelhedens ten einde daaromtrent de nodige beschikking te maken; en 2° om voorts van drie maanden tot drie maanden dit zelfde rigtsnoer te volgen tot ultimo December 1809, wanneer na ommekomst van een rond jaar en vier ilerative her zieningen van zaken mag verondersteld worden, dat alle ongeregeldheden zullen zijn ontdekt en verbeterd. Terwijl, onverminderd dit onderwerpelijk besluit, in volle kragt zullen blijven de 15'' a I(s' artikelen der instructie van de generale rekenkamer ten aanzien van alle buitensporige en ongejustificeerde ordonnantien, verstrekkingen en uitbe talingen, welke niet door eene merkelijke graad van billijkheid of een verouderd gebruik ten minsten eenigermate zijn gewettigd en gehomologeerd. Zie ook 19 December 1808. 5 Februarij. Regeling der verstrekking van schrijfbe hoeften aan het bureau van oorlog. Per kwartaal kreeg dat bureau: 4 riemen schrijfpapier, klein formaat, '/ 4 riem groot formaat of mediaan, 1809. H. W. OAENDELS. 516 '/ 2 riem postpapier, 12 bossen pennen, 3 pond rood zegellak, 3 kannen inkt, 45 pees kaarsen. 4 Februarij. Aanstelling van een betaalmeester der kof /ij, geleverd te Karang-Sambong, levens opziener van de pakhuizen aldaar en te Indramajoe. Aan dien betaalmeester werd de rang van kapitein toe gekend en als inkomen »op ieder pikol van 126 of 128 'S?: voor den ontvangst rd 8 6, zilver geld, » » afscheep naar ludramaijoe. . » 10, » » mils daarentegen zorgende en ten zijnen koste daar stellende een bekwaam pakbuismeester te Indramajoe, welke aldaar voor zijne rekening en risico de ontvangst en afscheep der kotlij zal dirigeren, zonder den Lande iets in rekening te brengen, terwijl de verantwoordelijkheid wegens alle ont vangene en uitbetaalde gelden, mitsgaders afgescheepte pro ducten, eenlijk en alleen op hem, betaalmeester, zal blijven berusten, ten welken einde hij dan ook in het voeren zijner administratie voortaan geheel afgescheiden en onafhankelijk zijn zal van de prefecten der Cherihnnsche Sulthans- en Preanger-lauden, terwijl hij eenlijk ten aanzien van de gelrouwe waarneming zijner bediening, bet houden zijner boeken, de visitatie van dezelve en de behandeling der producten onder geschikt zal zijn aan den directeur-generaal, de administrateurs generaal en aan de surveillance en hel oppertoezichl van den prefect der Jaccatrasche en Preanger bovenlanden, welke bij dezen gelast wordt deze surveillance en oppertoezichl uit te oeffenen met de meeste zorg en oplettendheid". Zie ook 11 Februarij 1809. 5 Februarij. Regeling der verstrekking van benoodigdheden voor de sloepen van 's Lands equipage- werf Ie Batavia. Ileze verstrakking werd bepaald, als volgl: 1809. H. W. DAENDELS 517 voor twee schuiten tot hel gebruik voor den tijd van (wee jaren: 36 ellen donker blaauw of boutelle kleur laken voor twee tenten en zes kussens, 60 ellen franjes, 80 • lint, 8 zakken kapok, 64 ellen Vlaamsch linnen, 2 ponden naaigaren; en voor de Moorsche sloeproeijers in bovengemelde schuiten voor één jaar: 18 stukken Nankins linnen voor baatjes, 18 » rood kust goed voor broeken, 6 » » » » » gordels, 2 » daties linnen voor tulbanden. G Februarij. Voorschrift nopens hel atmleekenen van appel. Ter voorkoming van abuisen wierd goedgevonden en ver slaan, wanneer in den vervolge procureurs of andere personen om appel te lalen aanteekenen zig ter secrelarij [van Sche penen] adresseeren, dezelven niet te verleenen als met voor kennis van den heer president. 7 Februarij. Onlhindiiuj van hel collegie van Jleemradcn Ie Batavia. Zijne excellentie de heer Maarschalk en Gouverneur Generaal ler vergadering ingezonden hebbende de door hoogstdenzelven ten papiere gebragte schriftelijke consideratien c. a. nopens de werkzaamheden van hel collegie van Heemraden der Ba taviasclie ommelanden en in hoeverre deszelfs beslaan in de tegenwoordige gesteldheid van zaken nuttig en noodzakelijk kan worden geoordeeld, met voorstel: Ten eersten: om het tegenwoordig collegie van Heemraden 1809. H. W. DAENDELS. 518 der Bataviasche ommelanden Ie ontbinden en de fungeerende leden van hetzelve onder dankzegging voor de aan den Lande bewezen diensten uit hunne posten te ontslaan; Ten tweeden: om de civiele en crimineele jurisdictie over de ommelanden, ingevolge deszelfs tegenswoordige instructie, ter eerster instantie aan den drossaard te laten verblijven, doch daarentegen alle werkzaamheden, het materieele der voornoemde ommelanden betreffende, welke te voren van het departement van Heemraden geweest zijn en met name hel maken, repareeren, onderhouden en vernieuwen van wegen, bruggen, dijken, dammen, waterleidingen en beschoeijingen, zoowel als alle overige werkzaamheden van dat collegie, het op zicht over de tholbeffingen op de respectieve bazaars daar mede onder begrepen, op te dragen en te demandeeren aan hel collegie van Schepenen alhier, met bijvoeging daarenboven van al, hetgeene tot het hestier en directie der posten, pos terijen en. postwagens ter hoofdplaatse en van daar tot Buitenzorg om de Zuid, het Bantamsche om de West en het Crawangsche om de Oost betrekking heeft, alles volgens de nader deswegens te makene bepalingen; Ten derden: oru tot goedmaking van alle onkosten, op de voorschreven administratie en de actueele huishouding van Schepenen vallende, de tractementen van alle derzelver amh tenaren, van den eersten tot den laatsten daar mede ouder hegrcpen, aan hetzelve collegie in de eerste plaats te laten alle deszelfs tegenswoordige inkomsten ten heloope, vijfjaren door eikanderen geslagen, van rd* 40000 'sjaars en voorts aan hetzelve toe te wijzen: de revenuen, welke het collegie van Heemraden pleeg te trekken uit het vijf procent van de bazaars ingevolge placcaat van den 4 ,n Februarij 1800; het een en hall' procent van den verkoop van vaste goederen; de belasting voor het beuieten der wegen ingevolge besluit dezer regeering van den 1803; het een quart en half procent van diverse huizen, tuinen en verdere erven, gelegen binnen de liniilen van Batavia en 1809. H. W. DAENDELS. 519 de buiteo-posten, conform de besluiten dezer tafel van den 21" 1 Julij 1804 en 27 cn Maart 1805 (•); de verpachtingen van: de overvaart der Chineesclie campongnaar de Itihaldsgang; de Crawangsche visscherij; den weg van Anke tot Pessing; de tholbrug over de rivier Antjol; de vaart van Kleenting naar Blandongang; den overtoom van den Molenvlietschen dijk: het land Poetie; de sluis te Taugeraug: en eindelijk het geheel van het gecolligeerde van het oorgeld der paarden en de jaarlijks voldaan wordende contributie van het land Oedjong Menteng: Ten vierden: om ten gevolge dezer schikking de archieven van Heemraden naar het stadhuis ter verantwoording van den secretaris van Schepenen te laten transporteeren, doch den zoogenaamden Heemraden-tuin per publieke veudulie ten profijte van den Lande te laten verkoopen: Ten vijfden: om met alteratie en intrekking in zoo verre van het placcaat van den "£S& 1800 te be P alen ' dat liet maken van den grooten weg om de West van Tana Abang tot daar dezelve in den Ooslerweg weder invalt, zal komen ten lasten der ingezetenen aldaar en dat de landeigenaren en campongs als van ouds zullen verplicht zijn daartoe het noodige volk te moeten leveren ( 2 ); Ten zesden : om ter compensatie van de vermeerderde werk zaamheden en verantwoordelijkheid waarmede Schepenen en in het bijzonder de president van het collegie ingevolge deze nieuwe organisatie zal gechargeerd zijn. aan denzelven toe te leggen eene verhooging van tractement 10l rijksdaalders twaalf duizend 'sjaars; Ten zevenden: om aan den aftredendcn president van bet ('| Van beide data zijn geene besluiten aangetroffen, (*) Op li l'i:l>ni;uij 1809 hiervan aan de gemeente kennis gegeten. 1808. H W. DAENDELS. 52 diensten, waarvoor moet worden betaald, door de huurders of derzelver bandhers en opzichters aan de arbeiders lootjes of merkjes worden afgegeven van het door huu te goed gemaakte, ten einde hij de finale afrekening daarna de uit betaling te doen. Art. 8. De huurders zullen geene meerdere of hoogere voorschietingen aan de inwoners mogen doen, als uiterlijk ten beloope van het halve bedragen der leverantien of van het loon, 't welke zij in den loop van hel jaar, dal de voor schieting geaccordeerd wordt, te goed kunnen maken, op poene van nulliteit van het daarboven geadvanceorde; nogtans zullen de huurders tot liquidatie der pretensien, welke zij actueel op de inwoners mogleu hebben, jaarlijks een vierde gedeelte mogen inhouden van de verdiensten der debileureu, tot de volle verevening toe, mi Is daarvan alvorens een ge lrouwe opgave doende aan den resident van het kantoor, waar onder zij sorteren, doch aan zulke debiteuren, iuslede van de helft, slechts een vierde gedeelte mogen voorschieten, van hetgeen zij door hunnen arbeid kunnen winnen. Art. 9. Ingevalle een of meerder buffels, de inwoners toe behorende, onder den arbeid ten behoeve der huurders moglen crevereu, dan wel derzelver karren defect en onbruikbaar raken, zullen de huurders verpligl wezen de waarde daarvan aan de eigenaars Ie vergoeden, doch daarentegen ook het regt hebbeu om het gebruik van buffels en karren, die hun Ie zwak of onbekwaam voorkomen, af te keuren. Art. 10. Wanneer echter de gecreveerde buffels of t»n hruikbaar geraakte karren aan de huurders zelve toebehoren, zullen zij daarvoor geen schavergoeding mogen vragen, zoo min als van alle andere goederen, die onder de handen dei arbeiders defect of builen hun toedoen absent geraken, len ware met valabele getuigen kan worden geverifieerd, dal zij daarvan door achteloosheid of kwaad opzet, oorzaak zijn. Art. 11. Bij elke overtreding van deze artikelen, hetzij door de suikermolenaars, zoutpachters of pachters van de vogelnestjes klippen zelve, dan wél hunne mandadoors, op 1809 H. W. DAENDELS. 520 collegie van Heemraden, uit consideratie van zijn hooge jaren en ondergane teleurstellingen, deszelfs tegenwoordig tractenient te laten behouden, gelijk mede aan den secretaris van dat collegie, tot dal dezelve wederom op eene convenable wijze in 's Lands dienst zal zijn geëmploijeerd, twee duizend rijks daalders 'sjaars; Ten agtsten: om bij deze gelegenheid tevens de tot dus verre gevaceerd hebbende post van vice-president van bet collegie van Schepenen voor het vervolg te morlificeeren, doch in deszelfs plaats als oudste lid te benoemen en te laten zitting nemen het gewezen lid van dat collegie, Sirnon Dirksz: voorts den gezworen klerk bij het collegie van Heemraden, van Sprenge, met behoud van deszelfs tegenwoordig tracte nient, als gezworen klerk bij dat van Schepenen te plaatsen, speciaal aan het werk der ommelanden geaffecteerd, en mede den eersten bode van Heemraden, Mikkenbagen, met behoud van deszelfs legenswoordig tractement, benevens de tien onder hem staande inlandsche oppassers, in dienst van Schepenen te laten overgaan; Ten negenden: om den fabriek Jongkind op nieuw te in juugeeren om ingevolge deszelfs instructie voornoemd collegie van Schepenen in aanbestedingen als anderzints behulpzaam te wezen; en Ten tienden : om tot het ontwerpen van eene geaniylieerde instructie voor Schepenen en alle verdere reglementen, welke hun heslier en administratie concerneeren, te verzoeken en te committeeren de heeren leden dezer vergadering, Chassée en Parvé, met adjunctie van den secretaris-generaal, Munliughe, en den president van Schepenen, Engelhard. Is conform heslolen. 7 Februarij. Verkoop van het land Doea-raloen Uitgezonderd werden twee, op dal land aanwezige suiker molens, behoudens welke het land heeft opgebracht 10,600 rijksdaalders (Kesol. lnd. Keg. 5 Maarl 1809). 1809. H. W. DAENDELS. 521 7 Februarij. Bepaling, nlat in het generaal het Vs ge »deeltc der Iractemenlen hetwelk aan de ambtenaren ren dienaren in zilver word uitbetaald, voorlaan pro tvisioneel zal worden voldaan in paperen van credit ■«met de bij het gouvernement bepaald wordende agio". Op 13 Maart 1809 is ter zake nader bepaald, »dat alle «ambtenaren, hetzij geheel of gedeeltelijk zilver geld genietende, »instede van in zilver, niet de loopende agio zullen worden • uitbetaald, uitgezonderd de zoodanige, welke verder als Bui «tenzorg van Balavia bescheiden zijn". 10 Februarij- Regeling der verstrekking van kleeding stukken enz. aan officieren. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, ontwaard hebbende, dat sedert jareu herwaards tot kleding der ollicieren het benodigde laken, passementen, elc. uit 'sLands magazijnen tegens inkoops prijs wierdt verstrekt, zonder dat de voet, waarop die verstrekking moei geschieden, bij eenig besluit was vastgesteld; en overwegende de onmogelijkheid, waarin de generale rekenkamer voortaan zoude gesteld zijn om na de verbeterde comptabiliteit in alle administratien verstrekkingen van dien aart te valideeren, ten zij dezelve door zodanig voorlopig besluit worden gejustificeerd; heeft besloten, dal in den vervolge de verstrekkingen van lakens, casimiron, passementen. etc, welke tot kleeding der oilicieren benodigd zijn, uit 'sLands magazijnen zullen ge schieden, gerekend tegen eene complete uniform en bovendien voor een broek in ieder jaar tegens inkoopsprijs, met dien verstande, dat, wanneer de inkoopen bij den lande zijn ge daan in papieren van credit, de gelijke som in papieren van credit daarvoor zal worden gerestitueerd, doch dezelfde som met de loopende agio daarenboven, wanneer de inkoop is gedaan in zilvere munt. 1809. H. W. DAENDELS. 522 10 Februarij. Regeling der prijzen van benoodigdheden voor het hospitaal Ie Batavia. Is besloten de prijsen voor de onderscheidene levens middelen en benodigdheden voor het hospitaal te Batavia provisioneel te bepaalen, als: 1 wit brood voor 2 koppen rd" — : 4 1 pond rundvleesch » — : 8'/ 2 100 goede en volwasschen hoenders » 15: — 1 catje buflelsvleesch of 1 '/ 4 &' • —: 1 groenten voor de Europeesen: onder de 300 koppen » — : 2 hoven de 300 » » —: 1 groenten voor de inlanders » — : '/« visch voor de inlanders: onder de 160 koppen » —: 2 boven de 150 » • —: 1 '/ 2 1 krandjang aardappels volgens marktprijs, thans » 1 : 24 1 ffi varkens reusel » —: 10 1 bottel limoensap » —: 16 naaister loon voor een kussensloop » —: 1 » » » » hemd » —: 10 » » » broek » —: l l ' n » » » » beddelakcn » —: ;> » » » Java's kleedje.... » —: 7'/i waschloon voor 100 beddelakens, hemden en kussenslopen, het een met hel ander gereekend » 5: — waschloon voor 100 hulzakken » 4: — voor 100 koppen 2 groote vadems brand hout 'smaands, de vadem a » 11: — Verder zal de hospitaalmeester geen leverancier van hH hospitaal zijn; en alle artikelen van levensmiddelen en be nodigdheden, welke in 's gouvernements magazijnen voorhanden zijn, zullen uil hetzelve op bons geleverd worden, kunnende 1809. H. W. DAENDELS. 523 kleine aankopen door den hospitaalmeester geschieden volgens art. 10 der regeling van den adininistrativen dienst: echter zal van zijn aankopen boven drie rijksdaalders een quilantie ge produceerd worden. 11 Februarij. Regeling van liet traclemenl van den fiscaal bij den groolen landraad, tevens groot-djaksa bij hel land-gerichl te Samarang. Dit traclement werd bepaald gelijkstandig met dat van boekhouder, huilen en behalven het genot van die gelden, welke voorheen door de regenten tot onderhoud van den landraad te Semaraug wierden gefourneerd volgens de be paling, hij art. (>8 der organisatie van het voormalig gouver nement van Java's Noord Oostkust gemaakt. 11 Februarij. Aanstelling van een betaalmeester der kof/ij, geleverd door de regentschappen Tjiandjoer en Bui lenzorg. De voorwaarden waren: genot van l> stuivers, zilver geld, per pikol en rang van kapitein. Zie ook 4 Februarij 1809. 11 Februarij. Rang-regeling van de opzieners bij de kof'fij-atlluur op Java. Is besloten, dat alle opzienders, welker jaarlijksche leverantie bedraagt 3000 pikols van 126 of 128 'tt oi' daarehboven, zullen hebben deu rang, gelijkstandig aan dien van kapitein, terwijl die genen, welker jaarlijksche leverantie voor alsnog de hoeveelheid van drie duizend zodanige pikols niet heeft bereikt, in rang zullen gelijk staan met eenen eersten luite nant, dog opklimmen tot dien van capitein, zodra hunne leveranties het getal va» drie duizend pikols zullen bedragen. Zie ook 24 Februarij 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 524 13 Februarij. Bepaling, dat de kommiezen Irij 's Lands artillerie-magazijnen slecht» van den Gouverneur-Ge neraal, van den Luitenant-Gouverneur-Generaal, als commanderende de divisie Batavia, en van den chef van den generalcn staf' bevelen zouden ontvangen en opvolgen. Op 9 Maart 1809 is hetzelfde toegepast, op den baas kruitmaker. ■— Februarij. Formulier voor hel adres van brieven, gericht aan de Hooge Regering. Is goedgevonden te bepalen, dat voortaan alle brieven en papieren, welke aan hel ligchaam dezer regeering zullen worden geaddresseerd, zullen moeten beginnen met hel volgend formulier: Aan hun hoog Edellieden, den heer Gouverneur Generaal en Raden, uitmakende het gouvernement van de bezittingen van Zijne Majesteit den Koning van Holland in Indien. Hoog Edele heeren. En 0111 hiervan circulair naar de buiten-kantoren kennis te geeven. 14 Februarij. Voorschrift nopens rapport-gangers, Is goedgevonden om voortaan aan het generale secretarie, de bank van leening, vendu-kantoor en den commissaris van oorlog niet meerder dan een rapport-ganger te goed te doen. Op 21 Februarij 1809 zijn de SI rapport-gangers bij de generale directie verminderd lot 8 «koppen". 14 Februarij. Afschaffing der verstrekking run smeer kaarsen, olij en katoen aan inlamlsdie en paranakan- Chineesche wachten. 1809. H. W. OAENDELS. 525 15 Februarij. Uitgaand recht op rijsl. Is besloten vast te stellen, gelijk vastgesteld wordt bij dezen, dat van alle de uitgevoerde rijst van Java, buiten die geene, welke zal werden beweezen van den Lande te zijn ingekocht, boven de daarop reeds gestelde pacht, bij den uit voer voldaau worde een impost van rijksdaalders twintig, zilver geld. per koijang, in te vorderen te Sarnarang door den sabandhaar en overigens door de respective prefecten om door dezelven aan 'sLands kas te worden verantwoord ; en zulks ten einde voor Ie komen, dat bij de enorme duurte van dezen korl om de gebeele West van Indien de uitvoer niet surpassere, hetgeen van dezelve gemist kan worden, en om tevens te zorgen, dat de voorraad van den Lande bij verkoop niet ge postponeerd wordt aan den voorraad van particulieren. 15 Kehruarij. Regeling van den geneeskundigen dienst bij collegièa en godshuizen te Batavia, Samarang en Soerabaija. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal heeft ler regeling der geneeskundige dienst voor de respeclive collegien en godshuisen, zoo te Batavia, als te Semarang en Sourabaija, besloten: 1° dat voortaan de genees- en heelkundige dienst, zoo voor de justitie, als de onderscheidene godshuisen in ieder der plaatsen Batavia, Semarang on Sourabaija, zal worden be diend door een stads doder en een stads chirurgijn, welke buiten bezwaar van 'sLands kas in eene voldoende wijze zullen worden gesalarieerd, navolgens eene door de res pective collegien van justitie en godshuisen onder approbatie van zijne excellentie te formeren begrooling. met dien verstande noglans, dat zodanig aandeel, als de hoge Raad van justitie te Batavia mochte fourneeren, als geen kas hebbende, door het Land zal worden voldaan; 2° dat aan ieder stads chirurgijn ter zijner adsistentie zal worden toegevoegd, te Batavia een tweede en een derde chirurgijn en op de overige plaatsen slegts een derde 1809. H. W. DAENDELS. 526 chirurgijn, welke almede in voege voormeld zullen worden betaald, zullende voorts alle die geëmploijeerden, hoezeer niet direct uit 'sLands kas wordende gesalarieerd, niet te min ondergeschikt zijn aan den chirurgijn-principaal van het arrondissement, waar onder zij sorteeron: 3° dat voortaan de leverantie van geneesmiddelen bij jaarlijk sche aanbestedingen door ieder collegie zal geschieden bij de stads apolhecars, dan wel dat de benodigde quanlileilen uit het magazijn van geneesmiddelen tegen de inkoops prijsen, bezwaard met 50 percent, zal worden geleverd; en 4° dal van nu voortaan de verpleeging en voeding der zieken van de genees- en heelkundige dienst zal zijn en blijven afgescheiden en dezelve te stellen onder een huishoudelijk opzicht in de onderscheidene stedelijke hospitalen, wees en armhuisen. Wordende wijdei's de chirurgijn en chef welmeld geauto riseerd en, voor zooveel des noods, gelast om met concurrentie van de respective collegien en adininistralien deze nieuwe bepalingen te iutroduceeren en tot stand te brengen. 15 Februarij. Quotisatie van Mnoren en Chinezen. Dil besluit, hetgeen meermalen in andere stukken wordt aangehaald, heeft men niet mogen aantreden. Ten bewijze, dat de bewuste quolisatie eene zaak van aanbelang was, diene het volgende extract uit het register der besluiten van Daendels van 18 Maart 1809. Ingekomen zijnde diverse requesten van Moorsche en Chi neesche ingezetenen dezer kolonie, houdende verzoek tot vermindering of geheele onthelïing der hun bij besluit van den 15 en Februarij jongstleden opgelegde quolisatie: is besloten de daartoe gedane verzoeken door de Mooren: Patima Binti Takier Mochamal, gequotiseerd op rd* 4000 Hamiet aboe Bakkir Daut , » » » 2ÖOO te ontzeggen, doch daarentegen de quolisatie der Mooren : Abdul (lanie Mochamal. gesteld op rd s 15000, te ver minderen lot rd s 15500, 1809. H. W. DAENDELS. 527 Ibrahim Tjina Marikam, gesteld op rd" 2000, te verminderen tot rd 8 1000, Mochamat Sale Abdulla, gesteld op rd" 3000, te verminderen tol rd* 1000. en die der Chinesen: Kam Tjang Seeng van rd* 1000 tot rd' 300 Tjio Annia, wed. Ong Mjiaulo. » •• 1000 • - 500 Thee Konko » . 8000 » ■> 4000 Lim Tjoetiang •> » 1500 - » 750 Tjia Jonko » » 2000 » . 700 Lim Tietjong » . 2500 - » 1000 <leij Tjapko ■ » • 1000 » » 500 Jo I. Annio, wed.TanSouwko. • » 1000 » ■ 400 Loen Toennio, wed. Tan Tianko. » > 1500 » » 500 Nie Englo » - 2000 ■ - 1500 Lim Tiniko » • 2000 » . 1500 Lim Tj'oko . . 1000 » » 500 Lim Toseeng . » 1500 » » 500 Ko Sioeko » » 1000 » » 500 de hoedel Lim Tjoseeng » » 2000 » • 500 Ong Kiapko , » » 1000 « • 500 Tan Hoknio . » 1500 » ■ 500 en voorts van de hem opgelegde quotisatie geheel Ie ontheffen den Chinees Lim Tjiko, gesteld op een fouruisseinent van rd* 1000. Vermindering van de quotisatie en vergemakkelijking van de betaling daarvan zijn later herhaaldelijk toegestaan, zoowel aan Europeanen, als aan anderen. IS Fehruarij. Bepaling, dat het «generaal gouvernement «met dies bijgebouwen" (de vroegere woning van den Gouverneur-Generaal in hel kasteel Batavia) zoude worden «gesteld en gelalen buiten onderhoud'. Verscheidene andere gebouwen, forten, kasernesen opstallen in en buiten Batavia deelden te gelijker tijd in hetzelfde 101. 1809. H. W. DAENDÊLS. 528 lü Februrij. Herstelling van de school voor rongyeny's te Cheribon. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende de nuttigheid, welke er gelegen is om het volk vau Cheribon tot hare oude gewoonlens en vermaken terug te brengen en daardoor terug te trekken van 't geven van gehoor aan onrustige geesten en 't land te eerder in vorige tevredenheid te brengen, heeft besloten den prefect, van Middelkoop, te qualificeeren om, bij de introductie van de nieuwe organisatie der Cberibonsche Sulthaiis-landen, tevens te herstellen de school van ronkingsmeiden en dezelve Ie stellen onder 'I bestuur van de drie Sulthans, welke de te irapendeerende kosten zullen diagen en de voordcelen er van genieten, zonals zulks van te voren gebruikelijk is geweest: zorge dragende, dat de voet en iurigtiugen beter zijn dan de vorige. Zie ook 30 April 1809. 21 Februarij. Voorschriften nopens de oank van leening te Balavia. Is goedgevonden: Ten eersten: den directeur en officianten van de bank vau leening te gelasten bij de kassa van die bank, voorlaan en zedert de bepaling van hunne tractementen, in te nemen en te verantwoorden het meerdere beloop van bet bevorens door bun genoten los- en beleen-salaris, dan hetgeen maandelijks daaruit weid gefourneerd tot een extra-toelage aan diverse dienstdoende ten bedrage van rd* 40; Ten tweeden: om op het een vijfde gedeelte der aan ge melde officianten en bediendens van de bank van leening toegelegde tractemenlen voortaan te accordeeren de loopende agio, zooals die bij deze regeering op de contanten word be paald, in zelver voege als dit aan alle ambtenaren thans word gevalideerd; 1809. H. W. DAENDELS. 529 1-LAkiiT-tUtk II ttl. XV. Ten derden : om de banks-olïicianten oueermeld Ie t[ualifi ceeren 0111 met de uitbetaling aan de gezworen taxateurs der vaste goederen van de door hun genoten wordende rd 8 .10 ter maand ieder te blijven ronlinueeren. 21 Februari). Voorschriften nopens periodieke, jniblieke verkoopingen van lijnwaden Ie Balavia. Is goedgevonden de vendumeesteren Ie injungeeren om op de aanvrage van zoodanige lijwatiers, als genegen rnogten zijn opzettelijk ventlwlien van lij walen aan Ie leggen, daartoe om de drie of zes maanden gezette verkoopiogen te houden, welke agi ;i veertien dagen bevorens op de gewone wijze aan het publiek zullen moeien worden geannonceerd; blijvende vendu meestereu dien onverminderd gehouden 10l den verkoop van zoodanige partijen lijwaten, als bun door de respective vendu houders /.uilen worden voorgelegd. 21 Kebruarij. Toekennfng aan de hooge militaire vier schaar van Hoüandsch Indiè eener som run 55U rijksdaalders 'sjaars voor «kamer•ongelderi". Aau den hoogen Raad van justitie was eene gelijke som tot hetzelfde doeleinde toegestaan. 21 Februarij. Oprichting van een bureau der genie, artillerie en militaire mouvementen. Consideerende: dat de chef van het gouvernement dagelijks henoodigd heelt kaarten en plans van differente gedeeltens van de be zittingen van Zijne Majesteit den Koning in Asia; dat deze kaarten thans nog zoo gehrekkig zijn, dat aan derzelver verbetering dient te worden gewerkt, hetgeen niel anders als onder hoogstdeszell's oog geschieden kan; dat hoogstdezelve dagelijks benoodigd heeft het maken van projecten, teekeningen, examinaluu van rapporten, enz., lot de genie betrekkelijk; 1808. H. W. DAENOELS 53 dienders of hediendens, /.;il de overtreder, indien daaromtreni "') de wetten v;in den Lande nii'i reeds eene zwaardere Poenaliieil is bepaald, incurreren eene hoele, voor de eersle ■Daal v.ui honderd Spaansche matten en voor de tweede maal Vlln vijl' honderd Spaansche matten, een derde len voordeele V;i " den aanbrenger, een derde ten behoeve van de door hem Ver °"golijkle persoon ui' personen en een derde len profijte x< "> den geenen, die daarin zal hebben geofficieerd, of, zoo l J 'oi. de betaling onvermogend is, niet eene gevoelige cor rectie worden gestraft, terwijl dezelve voor de derde maal, 111 'le, ketting geklonken, levens lang naar Banjoewangie of ai| tla zal worden gerelegeerd. Art. 12. En ten einde de in dezen geëmaneerde bepalingen " u '! buiten ohservanlie raken, zullen de residenten der kan een, onder wier jurisdictie zich de verhuurde negorijen ev indep, jaarlijks, nadat de volhandigste werkzaam heden zullen U( ''en afgelopen, eene commissie van vertrouwde personen n ' ll| i" de opgeuielde negorijen afzenden om van de inwoners e vernemen, of zij eenige en. zoo ja, welke klaglen legen e huurders hebben in te brengen, terwijl dien onverminderd ' llln de voorschreven inwoners volkomene vrijheid word gelaten 111 ten allen tijde, wanneer zij op de eene of andere wijze °rden te kort gedaan of mishandeld, hunne bezwaren in Persoon bij de residenten in Le brengen, welke klaglen en 'czwaren in beide gevallen nauwkeurig zullen moeten worden •Merzocht en, van gering belang bevonden wordende, door ' e residenten naar billijkheid beslist, doch, van groote aan »elegenheid wezende, met de ingewonnen bescheiden en met " T °eging van de nodige voorstellen ingezonden aan den lO uverueur Generaal, gelijk ook hoogst denzelven zullen moeien ° r den aangeboden de rapporten van de voormelde commis e" van onderzoek en van de residenten ten aanzien van Uüne gehoudene directie en verrigtingen tot nakoming van lllt reglement. tollende, dit reglement op alle kantoren van Java worden * e Pibliceerd en mede in de Chinesche en gewone in 1809. H. W. OAENDELS. 530 dat de afgelegenheid van den chef der genie niel . perniit leert, dal door hem aan bovenstaande requisilen kan worden voldaan : heeft om deze en meer andere redenen bestolen op te rigten bij zijn persoon een bureau van genie, artillerie en militaire mouvementen, hetwelk gechargeerd wordt: 1° met alle werkzaamheden, de genie betreffende; 2° met het ontvangen en examineeren van alle rapporten van de genie, artillerie en militaire mouvementen; 3° met het eoucheeren op hekomene order van alle bevelen aan de genie, artillerie en tol de militaire mouvementen betrekkelijk: 4° met hel projecteeren en in orde brengen van alle gevraagde plans, teekeningen en memorien, bovenstaande materiën concerneerende: 5" met het formeeren van een nieuwe kaart van Java, tot basis nemende de kusten, speciaal die van het Noorden en 't Westen, naar de beste zeekaarlen, en 6° verder met al hetgeen, waarmede bel bureau of particuliere leden van dien zal of zullen worden gechargeerd. Laslende, dal alle kaarten, plans, memorien en teekeningen, de genie specteerende, naar Buitenzorg zullen worden over gebragl. zoowel die zich moglen bevinden bij den chef van de genie, dan wel op andere plaatsen, waarvoor hij. kolonel van de genie, verantwoordelijk wordt gesteld. Zie ook 9 .lunij 1811. 25 Februarij. Order voor de commiezen van 'ê Land» artillerie-magazijnen, de wapenkamer en hel labora torium. De commisen over 's Lands artillerie magazijnen, de wapen kamer en bel laboratorium zullen aan zijne excellentie den Maarschalk sa Gouverneur Generaal indienen een duidelijk verslag van hunnen tegenswoordigen voorraad, werkzaamheden en benodigdheden en daarmede voortaan cru ieder in den haren van maand 10l maand ronlinueren. 1809. H. W. DAENDELS. 531 Zij doen geene verstrekkingen, aanbestedingen, inkopen of afschrijvingen, noch ondernemen eenige werkzaamheden, dan na daartoe gedane petitie en bekomen fiat van zijne excel lentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal of op een order van hoogst denzelven, van den Lui tenant-Gou verneur- Generaal of van den chef van de generale staf. 23 Februari]. Aanstelling vu» een onder-prefect ie Pasoe roean. Zijn trartcment bedroeg 3000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars en zijn rang was naast dien van den onder-prefect te Bankalang. 24 Februari). Toekenning aan den commissaris-generaal der marine aan denzelfden rang, als aan de inspecteurs generaal der kof/ij •cultuur en der lioutbossclien was toegekend, naar ouderdom van aanstelling. 21 Februarij. Wijziging van de rang-regeling der op zieners bij de koffij'Cttllunr op Jura, vastgesteld op 11 Fehruarij 1809. In ampliatie op de resolutie van den 1 l pn dezer, waarbij de rang der opzienders over de kollij-plantagien op het eiland Java is vastgesteld,-is besloten, dal de opzienders, welke on middelijk bij den inspecteur-generaal der kollij-culture en onder zijne directe orders worden geëmploijeerd, even als de opzienders, welker jaarlijksclic leverantie drie duizend pikols van 120 of 128 pond of daar boven bedraagt, zullen hebben den rang, gelijkslanilig aan dien van kapitein, nogtans mei de autoriteit boven alle andere kofflj-opzienders. 27 Februarij. Toekenning aan hel buiien-liospilaal te Batavia van 60 staven en 5 slavinnen. Op 20 April 1809 is ten behoeve van het laboratorium hel aantal slaven x inel één vermeerderd. 1809. H. W. DAENDELS. 532 28 Februarij. Toekenning van tafcl-gcld aan cadetten. — Maandelij ksetie verstrekkingen aan Moorsdie zeelieden bij de equipage-werf Ie Batavia. Is besloten: 1° aan de kadets in kolonialen zeedienst, welke gearmeerde vaartuigen coiuuiandeeren, te accordeeren een lafelgeld, gelijk met dat der kadels van de derde classe bij 's Konings marine, len bedrage van drie rijksdaalders 's daags; 2° de inaandelijksche verstrekkingen voor de op 'sLands equipage-werf te balavi;i bescheiden Moorsche zeevarenden gelijk te slellen met die van alle verdere, inlandsche zee varenden en de gemelde verstrekkingen bij deze gelegen heid algemeen Ie bepalen op: vijftig ponden rijst, vier » gedroogde visch, eeu bottel klappus olij, vier ponden dinding. 's uiaands, een bottel azijn, twee ponden suiker, drie » zout, een half muisje arak 's daags. Voorts voor honderd mannen een groot vadem hrandhoul of een vadem van 18 voelen lang en (> voelen boog; terwijl voorts verstaan is met deze en de in het voorgaande artikel gemaakte bepaling hel op den 9'" April 1808 gearresteerd tarief van lafclgelden en randsoeneu te amplieeren. a [> Toekenning van een voorschot aan de ambte naren bij de generale directie. Is goedgevonden en verstaan, dat aan de tegenwoordige ambtenaren van de generale directie, onder den titel van voor schot om uit de heffing van '/» percent, welke aan dezelve ten laste der koopers is toegestaan op bet verkoopsbedragen der door vreemdelingen bij den Lande iugekogl wordende 1809. H. W. DAENDELS 533 producten te worden gerecouvrecrd. uil 's Lands kas zal worden uitbetaald, als: aan den lieer directeur-generaal rd" 10000 aan de administrateurs-generaal, ieder rd 8 2000 of voor beiden » 4000 en aan mindere ambtenaren gezamentlijk » 200 > of in alles rd" 16000 in zilveren munt te betalen met de jongst bij deze regeering bepaalde agio van '/ 2 percent: zullende voorts lietgeeu sinls primo Januari] dezes jaars op het gemelde '/, percent is in gekomen en verder zal worden geheven, in faveur van's Lands kas moeien worden overgebragt, tol dal hel geciteerde voor schot in zijn geheel zal zijn geliquideerd. De voordeden, aan bedoelde ambtenaren toegekend op 26 Januari] 1808, waren onbeduidend geworden door de strem ming in den buitenlandschen handel. 28 Februarij. Intrekking van hel bepaalde <>ji 5 April 1808 nopen» koper geld. Is goedgevonden en verslaan de uitbetalingen der Iracle menlen van de mindere dienaren, item de aanbestedingen, koelie gelden aan de respectieve administrateurs en diverse kleine, maandelijksrhe afbetalingen, dewelke ingevolge liesluil dezer regeering van den ;i e " April anno passato in koperen munt wierden afgelangd, ie doen cësseeren en die wederom in papieren van crediet Ie laten geschieden. 28 Februari]. Oi>licf/iinj van hel beslag up Macaoschc schepen. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dal gebleken is, dat het Portugeesche gouvernement Ie Macaodc Hollandsche factorij-bediendens wel behandelt en de Hollandsche eigendommen respecteert, zouder zich, uithoofde van hel voor 1809. H. W. DAENDELS 534 gevallene mei de kroon van Portugal in Europa, iets vijaiuligs tegen ons te veroorloven, loonende ter contrarie de groolste indignalie en afkeer over de violatie, door Engelschen jongst te Macao gepleegd; overwegende mitsdien, dal het Portugeesche gouvernement te Macao en hare ingezetenen niet kunnen worden geconside reert als vijanden van Zijne Majesteit den Koning van Holland; heeft hesloten, dat het heslag, 't welk provisioneel op de l'orlugeesehe schepen van Macao in de havenen van dit eiland is gelegd in de onzekerheid, welk gedrag hel gouvernement aldaar zoude houden, alsnu zal worden opgeheven en gedachle schepen, zoowel als degenen, welke verder van daar op deze koloniën moglen komen navigeeren, zullen worden geaccueil leerd en behandeld als neutrale schepen. Zie ook 9/16 Augustus 1808. 1 Maart. Bepaling, dat op alle crinrineele vonnissen ■ofial executie' door den Gouverneur-Generaal moed verleend worden. Zie ook 4 Julij 1811. 2 Maart. Splitsing van hel toezicht op civiele en militaire bouwwerken te Bulavia. Is besloten den opziender, Johaunes Jongkind, tedechargeereii van het toezicht over de militaire gebouwen, als bij resolutie van heden onder cene afzonderlijke inspeetie van den lieule nant-kolouel der genie, Schuit/., zijnde gesteld, en aan hem blootelljk, onder den naam van Lands architect, bet opzicht Ie laten over 's Lauds en stads civiele gebouwen. 5 Maart. Gelijkstelling der traclementen van de twee substituten van den advocaat-fiscaal met dal run de substituten van den bnillinr. Zie ook 17 Januari) 1809. 1809. H. W. DAENDELS 535 3 Maart. Machtiging op het collegic van Schepenen onder zekere voorwaarde voort te gaan met den verkoop van rijst voor rekening van den Lande aan de schamele gemeente te Batavia. Die voorwaarde luidde, dat het jaarlijksche verlies opdien verkoop niet meer dan 2,000 rijksdaalders mocht bedragen. 5 Maart. Ophef/ing van de betrekking en van hel kantoor van den gclieimschrijver. Die belrekking werd »nutteloos" geacht, in verband met de reeds veranderde en nog te veranderen werkzaamheden. 3 Maart. Vernietiging van credit-brieven. Vermits hel provenu der landerijen, welke bevorens het eigendom waren van de inlandscbe commandanten, doch sints aan den Lande getrokken en conform de deswegens genoniene resolutie dezer regering van 15 September 1808 voor pa pieren geld waren verkocht geworden ('), eerlang stond in (') De aangehaalde resolutie Inidt, nis volgt: Da heer Laitenant-Gonveniear-Generaal de vergadering wijders gepraponeerd hebbende om, conform de gemanifesteerde intentie van zijne excellentie den hecre Maarschalk en Gouverneur-Generaal, aan de inlandsche commandanten, Mochamat Pridan Soisalella Babandan, Achmni Soela Wangsa Pberba Napara en Mochamal s hm Saraboedien Poespa Naija Wedana, tut tcgemocdkniniiig voor bet gemis der inkomsten, welke tot lieden door hen zijn genoten van de door hen beheerde landerijen, welke eerstdaags ten voordeele van den Lande zullen worden verkocht, jaarlyksch twee derde gedeelte te valideeren van hetgeen die landen volgens liiiiine opgaven hebben opgebracht, als: aan den commandant, Mochamat Pridan Soisalella Babandan, voor het land Kedong Badak, volgens opgave in hel laatste jaai gerendeerd hebbende rd« 1090:36, voor twee derde gedeelte rd» 8727:8; aan den commandant, Aehinat Soeta Wangsa l'oerba Nagara. voor de landen iSambo, Baccassie en Papisangan, 's jaarlijks opbrengende rd»3050, voor twee derde gedeelte rd« 2033 : 1(1, en aan den commandant, Mochamat Soedan Saraboedien Poespa Naija Widana, vooi de landen Doerian Sariboe en Tjoeroek of Tjinanka, opbrengende rd» 1007, , gedeelte rd' 675:16, alle in te gaan met primo October aanstaande; en om wijder den verkoop van die landerijen te bepalen op Woensdag den 1809. H. W. DAENDELS 536 te komen en dit papieren geld, zoo wel als hel rendement der domeinen, welke volgens het door deze regeering in het voorleden voorjaar geresolveerde verder in dit jaar staan te worden gevendueeerd, was gedespicieerd om verbrand Ie worden, henevens nog een partij credit-hrieven, die door ouderdom defectneus en voor de circulatie onbekwaam ge worden zijn, voor welke laatste, als niet onder het aangehaalde besluit begrepen, nochtans anderen uit hel provenu der do meinen zouden moeten worden ingeruild, door welke operatie de massa van deze munt considerabel verminderd en dezelve tot meerder waarde gebragt zoude worden; vermits bij de vernietiging der gemelde credit-brieven niet te veel solemniteiten kunnen worden geobserveerd, ten einde hel publiek te overtuigen, dat de onderwerpelijke vernietiging is ten uilvoer gebragt en aan hetzelve te benemen alle on zekerheid, die anderzints omtrent dezen maatregel nog zoude kunnen worden gevoed en het nuttig ell'ect daarvan eluderen; is goedgevonden: l u om zich in de keuze van het locaal te bepalen tot hel halcon voor het generale gouvernement binnen het kasteel; 2° om het verbranden der credit-brieven te laten gevolg nemen ten overstaan van eene politieke en eene justitieele commissie, bestaande de eerstgemelde uit den directeur generaal en twee leden dezer vergadering en de laatst genoemde uit den president, twee leden en den griffier van den hoogen Raad van justitie, geassisteerd door den deurwaarder van gemelden Raad: 3 U om door den directeur-generaal naauwkeurige lijsten van deze credit-brieven in een voldoend getal te doen I'ormeeren ten einde, dooi- zijn Edele ondertekend, ten dage der ver branding aan de leden der beide commissien te worden gedistribueerd; 21 en dezer, doch dezelve, met alteratie van het op den 9 cn Augustus laatstleden genomen besluit, alsnu te laten geschieden door vendnmeesleren, ten overstaan van eene commissie uit bel cnllepie va» Heemraden, io is goedgevonden en wr staan /ich met gedachte voorstellen Ie conformeeren. 1809. H. W. DAENDELS. 537 4° om op gelijke wijze door den directeur-generaal Ie doen vervaardigen sexies van de differente credit-brieven, die verbrand zullen worden, om door zijn Edele, bij cahiers geliasseert, te worden overhandigt aan de gecommitteerde leden van de hooge regeering eu door deze weder aan de leden van de justitieele commissie, ter confrontatie met de lijsten, mitsgaders door hel jongste lid der ge dachte juslitieele commissie venier aan den grillier van den hoogen Raad, met de verpligting voor den laatsten om overluid eu dislinclelijk ie annonceeren de nommers en waarde der credit-brieven, die hem telken reize ter vernietiging worden overgegeven; 5° om de gedachte credit-brieven vervolgens met eeu tangetje of ander instrument door den grillier van den Itaad van justitie te doen vast houden en door den deurwaarder van den hoogen Raad van justitie met een kaars daarin den brand te laten steken, de eene partij na den anderen, lot dat de geheele vernietiging zal wezen geëffectueerd; 6° om, nadat de dag tot de solemnisalie hiervan zal wezen bepaald, daarvan hij publicatie, zowel aan de gemeente kennis te geven, als van de nommers en geldswaarde der credit-brieven, welke ter verbranding zijn geprojecteerd, en van de ceremoniën eu formaliteiten, die daarbij zullen worden in acht genomen, met uitnoodiging aan een ieder om daarbij, des verkiezende, tegenwoordig Ie zijn. 5 Maart. Inlijving run het regentschap Tangerang hij de Bataviasche ommelanden. De ex-regent (Aria) kreeg een pensioen van 1800 rijks daalders, zilver geld, 'sjaars en zijn vroeger gebied kwam onder de jurisdictie van Schepenen en van den Drossaard. i Maart. Regelingen nopens de Bataviasche ommelanden. Hel voorstel van Daendels ler zake, waarmede de Raad van Indié zich vereenigde (evenals trouwens met nagenoeg al zijne voorstellen), luidde: 1809. H. W. DAENDELS. 538 Vooreerst, in plaats van de vorige verdeeling in drie <lis tricten om de Uost, Zuid en West, voortaan de ommelanden te vcrdeelen in twee quartieren, liet Oosler en Wesler quar tier, gescheiden door den groolen Wesler weg, loopende van Hatavia naar Buiteuzorg: om voorts een ieder van deze quartieren wederom te splitsen in twee schout amhlen, waarvan de limiten, elk in liet bijzonder, nader zouden worden bepaald; en om provisioneel het verblijf der beide schouten van het Oosler quartier te bepalen voor den eenen op Tjilin tjing of op eene andere plaats, zoo de verkoop van deszelfs legenswoordige wooning op Tjilintjing daar tegen geen oh stade mogt opleveren, en voor den anderen op Tjibinong; om die van bet Wesler quartier hun verblijf Ie doen houden, den eenen op Tangerang en den anderen op zodanige plaats, als daartoe nader aan deze regeering zoude worden voorgedragen; et) om eindelijk het land Jacinga, uil hoofde van de slechtere geaartheid der ingezetenen aldaar, mede te slellen onder eeneu afgezonderlijken onderschout, sorteerende onder het laatslgemelde schout ambt in bel Wesler quartier, doch des niet te min levens aan de onmiddelijke orders van den drossaard ondergeschikt. Met verdere propositie om het traclement van den onder schout van Jacinga te bepalen op rd s !>0 ter maand en om voorls aan de schouten in hel aigemeeu toe Ie kennen den rang, gelijkstandig aan dien van kapitein. Zie ook 28 Maart 1809. 5 Maart. Heffing door land-eigenaren van huur, pacht of recognüie. In hare vergadering van 5 Maart 1809 behandelde de Ilooge llegering het navolgende «schriftuur" van den Gouverneur- Generaal. Uooij Edele JJeeren. Daar de algenieene, herhaalde klaglen over de schaarsheid van het rijstgewas in de Balaviasche ommelanden en de ge- 1809. H. W. DAENDELS. 539 ringe voortgangen van den landbonw in dezelve reeds dikwerf mijne aandacht hebben getrokken, zoo meen ik een der voor naamste oorzaken van dezen agterhjken slaat gevonden Ie hebben in eene bepaling, met welkers invoering de hooge regeering in der tijd ongetwtjffeld juist bet tegenovergestelde bedoelde. Ik beoog namelijk de wet ('), waarbij bet aan alle landeigenaren in de Balaviasche ommelanden is ver boden meer dan een tiende gedeelte van het product hunner landen aan huurpachl of recognitie van dcrzelver opgezetenen te mogen bedingen Niet alleen dal deze wel eene harde bepaling van bet regt van den eigenaar om naar welgevallen over bel zijne te be schikken en eene ontmoediging inhoudt voor een ieder, die bezitter van eenige landerijen in de Bataviasche ommelanden is of wenscbl te worden, maar ongetwijfeld is bet ook, dal daardoor aan de aangeborene traagheid en ijverloosheid van de Javaansche opgezetenen en gebruikers dezer landen een nieuw voedsel wordt gegeven; de voornaamste prikkel, welke den inlander tot eenen meerderen arbeid zoude kunnen aan sporen, — het vooruitzicht namelijk om daardoor op zijnen voor ouderlijkcn grond gezeten te blijven,— uitgedoofd; dealgemeene industrie veraglcrd en de landbouw onderhouden in dien slaat van kwijuing en slagnatie, waarin dezelve zich nog bevindt. Ik behoef aan het wijze doorzicht van u hoog Edellieden hel algemeene principe niet te ontvouwen, dal eene vermeer dering van belastingen, zoolang zij bel vermogen dei' ingezetenen niel Ie boven gaal, 10l eene opwekking slrekl van alle takken van nijverheid en 10l vermeerdering, zoowel van de welvaar! van particulieren en van alle producten van hunnen vlijt en arbeid, als van de inkomsten van bel gouvernement, terwijl (') Ilczc hiaat, 111 alle. geraadpleegde exemplaren van dil Blak voorkomende, i- vermoedelijk niel zonder reden oningevuld gebleven. Want eene wel "f wet telijke bepaling ;il* die, waarop Daendel» tich hier beroept, is nergens aangetroffen Zijni' redenering berust alzeo hoogstwaarschijnlijk „j, ,. t . m . üclk-. 1808. H. W DAENDELS. 54 landsche talen gealïigeerd, ten einde daaraan te geven kragl van wet. 14 Julij. Oprichting van een nieuw hospitaal voor Europeanen en inlanders Ie Socrnbaija. Het oude hospitaal, dat slecht gelegen en te bekrompen was, moest publiek verkocht worden. Het nieuwe zoude opgericht worden »aan de linker oever »der groote rivier, bij de brug van campong Ginting". 14 Julij. Oprichting van cenc kompagnie infanterie te Pasoeroean. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal in overweging genomen hebbende ile noodzakelijkheid, als dal door de afdanking der onbezoldigde, inlandsche troupes ten comptoire Passourouang aldaar oen compleete compagnie in fanterij, gedeeltelijk uit invaliede militairen en gedeeltelijk uit inlanders bestaande, gnarnisoen komt te houden ten einde de noodige expeditie» van daar legens de van lij<l lot tijd ondernomen werdende landingen en roverijen van de zee rovers na de Zuider stranden als andersints algezonden kunnen worden. Heeft dienvolgens goedgevonden te besluiten, zooals besloten word bij dezen, om van de thans te Passourouang in guar nisoen leggende Europeesen en de onbezoldigde troupes van den regent van dat district, alsmede van Bangil en Banger, na in soldij van den Lande te zijn overgenomen, een compleete compagnie infanterij van 200 man te doen formeeren en die te Passourouang te doen guarnisoeneren: en word de comman dant militair in Java's Oosthoek gechargeerd met de executie daarvan, met dien verstande nochlhaiis, dal de luitenant kolonel en Passourouangs commandant, Bassle, /.;il zijn kapitein van deeze compagnie, zonder daarvoor betaling te genieten, en dat voorts daarbij steeds een Europees eerste luitenant en een luitenant zal worden geplaatst en de resteerende olli eieren uit inlauders zullen bestaan. 1809. H. W. DAENDELS. 540 het in 't oog valt. dat ditzelfde principe mede toepasselijk is op de voordeelen, welke de bezitters van landerijen door particuliere schikkingen van derzelveropgezetenen en gebruikers welen te bedingen: en het belang der eigenaren om door een te groot bezwaar de opgezetenen hunner landerijen niet van dezelve te verwijderen tol een genoegzamen waarborg strekt, dat zij in dezen het verinogen der ingezetenen niet zullen Ie boven gaan. Ik twijfel dan ook niet, of u hoog Edellieden zullen met mij inzien, hoe onstaatkundig de voorschrevene bepaling geweest zij en dat daarin welligt de voornaamste oorzaak gelegen is. dal de Balaviasche ommelanden 10l nu (oe buiten staat ge weest zijn omeenen genoegzamen voorraad van rijst voor de hoofdplaats op te leveren. Ik vleie mij daarentegen, dat eene opheffing van alle re slrictien, welke ten dezen opzichte op hel regt van eigendom gelegd waren, een heilzame uitwerking op de vermeerdering, zoowel van dit, als van alle andere producten van den landbouw hebben zal; en daar ik bij dit motief nog kan voegen de consideratie, dat de meermelde bepaling door den gewoonen loqp van zaken reeds bij vele landeigenaren in onbruik ge raakt is en dat eene opheffing van dezelve op dit moment van eenen bijzonder voordeeligen invloed zijn zal op de door mij voorgestelde vendulie van 's Lands domeinen in het Tan gerangsche en verder in de ommelanden, zoo vertrouw ik ook. dat u hoog Edellieden geene bedenking /uilen maken om zich te conformeereii met de propositie, welke ik bij dezen voordrage om de wet , waarbij bepaald is, dat de landeigenaren in de Balaviasche ommelanden niet meer dan een tiende gedeelte van de voortbrengselen hunner lauden bij pachthuur of recognitie zullen mogen trekken, af te schaffen en om voortaan het regt van eigendom ten dezen opzichte van restrictien en bepalingen te bevrijden. Het eenige. wat de Hooge [legering in hare resolulieu 1809. H. W. DAENDÊLS 541 naar aanleiding van dit stuk liet aanteekenen, luidt: »iscon «l'orm het opgemeld voorstel besloten: en zal de gemeeute "hiervan bij publicatie tot narigt eu informatie worden «kennis gegeven", aan welk laatste is voldaan bij publicatie van 15 Maart 1809, welke niet anders dan eeue bijna woor delijke herhaling van het vooorstel vau Daendels bevat. Zie ook 27 November 1807. 1 Maart. Verhef/int/ van Anjer, Tjerita en Tjeringin 10l regentschappen. Is besloten goed te keuren de door den proleet te Bantam. .1. W. Moorrees, daar gestelde provisioneele verdeeliug van Anjer. Tjerita en Tjeringin in drie districten of regentschappen, hebbende de volgende limilcn, als: 1" dat van Anjer, beginnende met de kampong Tjeroino, gelegen aan den weg van Bantam naar Anjer, lot aan zee en van daar tol op een hall' uur of anderen, nader te bepalen afstand van den Noordelijken oever der rivier Passetenang; 2" dal van Tjerita. beginnende met de opgemelde grensschei ding en sluitende aan Tjeringin, en 3° dat van Tjeringin, de kampongs Tjeringin, Laboang en Zuid- of landwaarts in tot Patojo. 5 Maart. Instructie voor de Europeesche opzichters bij de hout-stapel-plaatsen. Art. I. De houtwerken, welke onder het opzicht van de leden van administratie en de verschillende departementen gekapt en vervolgeus afgevoerd worden, ontvangen zij op de stapelplaatsen ouder hun opzicht. Art. 2. Zij zullen, zoowel als de hun toegevoegde manda doors en koelie's, onmiddelijk aan den Commissaris Generaal der marine zijn gesubmitteerd. Art. 7>. Omtrent de van de kapplaataen aangebragte en door hen ontvangene houtwerken zullen zij, zoowel als van het weder 1809 H. W. DAENDELS. 542 afgezondene en nog resteereiule hout, rapport doen aan den commissaris over de houtwerken. Arl. 4. Zoodra er houtwerken op de stapelplaatsen worden aangebragt, zullen zij die exaclelijk meten, wel nazien, of dezelve gaal' en goed zijn, en vervolgens ieder bij zijne sor leering leggen. Arl. ó. Bij het stapelen der houtwerken zullen zij zorg dragen, dat dezelve behoorlijk van onderlagen zijn voorzien en daartoe uitkiezen droge plaatsen, zoo na mogelijk aan 't strand ol' rivier gelegen, wel in 'toog houdende, dat bij hoog water dezelve voor schade bevrijd leggen. Arl. ü. Zij zullen een juiste aanteekening houden van de houtwerken, die zij ontvangen, niet bekendslelliug, vanwaar dezelve zijn aangebragt, zoomede bij allevering, aan wien en naar welke plaats dezelve onder quitantie dan wel cognosse ment van verzending (dat door den ontvanger behoorlijk moei geteekend zijn) zijn geleverd en dit tegelijk observeeren in 't rapport, dat door hen van deze ontvangst of afscheep aan den Commissaris Generaal der marine werd ingediend. Art. 7. Door de inlandsehe opzichters, welke de onder geschikte stapelplaatsen administreeren, zullen zij zich wekelijks een behoorlijk verslag hunner werkzaamheden laten doen: zij zullen dezelve dikwijls gadeslaan en voor alle malversatien en diefstallen waken. Art. 8. Zij betalen de sleep-, trek- en koelie-loonen, welke op de stapelplaalsen en verders door den afscheep der hout werken worden verdiend, alles navolgens bet daartoe bepaald tarief, kunnende zij het daartoe benoodigde bij den Commis saris Generaal der marine ontvangen tegens afgave van quitantie. Art. 9, Van hetgeen hun ter goeder rekening wordt voor geschotan, zullen zij accuraat boekhouden en daarbij bewaren de bewijzen, die zij van de daarvan gedane betalingen ontvangen. Art. 10. Zij zullen van de door hen ontvangene houtwerken behoorlijk quitantie geven en rescontre van de geleide-briefjes, die dezelve van de boschgangers of bet lid der administratie vergezellen, waarbij behoorlijk bekend moet slaan bet getal, 1809. H. W. DAENOELS. 543 lengte, breedte en dikte der houtwerken, zoomede bel getal der spannen buffels, waarmede dezelve zijn afgevoerd. Art. 11. Geene bontwerken mogen door hen worden ont vangen, waarop bet merk van den Lande en bet contra-merk der plaatseu, waar dezelve gekapt zijn, niet staal uitgedrukt. Art. 12. Indien eenige houtwerken door hen onbekwaam worden gekeurd, zullen zij hiervan direct kennis geven aan den Commissaris Generaal der marine en deze houtwerken apart opstapelen. Arl. 13. De ondervolgende houtwerken, wanneer daarvan eisch wordl gedaan, worden door hel volk van de blandongs aan de stapelplaatsen geleverd en daarvoor aan ben direct in zilver geld of in duiten uitbetaald, als: 100 tenue planken rd s 5: — 1 00 leggers duigen • 5: — 100 kruitvat duigen » 1:12 siiappen, het pees » — : '/é 1 kleine krommer of knie lot boots en schuilen » 4: — I lade hout » 4: — 1 piek stok » 2 : '/» 1 wisser of aanzetter. » 2 : '/» 1 kruit tafel plank mei deszell's rand en,schoon gemaakt . * 20 : — Art. 14. Eindelijk zullen zij direct verantwoordelijk zijn voor alles, wat onder hunne administratie wordt gesteld, en wel zorgen, dat hunne boeken gedurende effen zijn, om ieder oogenblik, wanneer de Commissaris Generaal der marine zulks begeert, opening van zaken Ie kunnen geven. 7 Maart. Afschaffing van hel lastgeld. Is besloten liet lastgeld, 't welk bevorens op Sourabaija, Samarang en andere plaatsen op Java, vóór de introductie van bet ankerage-geld, van de differente, aldaar ten liandel komende schepen en vaartuigen pleeg te worden gebeveu, in te trekken en af Ie schaffen, gelijk hetzelve wordl ingetrokken en afgeschaft bij dezen. 1809. H. W. DAENDELS. 544 7 Maart. Best ra f/ing van hel willekeurig aanbrengen van wijzigingen in gouvememenleele stukken. Is goedgevonden te verklaren, dat degene, welke zig na deze permilteeren zal in de notulen dezer regeering of andere, legale neten van hel gouvernement eenige verande ringen te maken, die niet onder schrijffouten of diergelijke correctien van geen belang kunnen worden gerangschikt. maar belrekking hebben op zeer wezenlijke poincten, daar over niet cassatie van zijn ambt zal worden gestraft, behoudens de actie van den fiscaal, wanneer daarmede ver zwarende omstandigheden gepaard gaan. 7 Maart. Latl tol hel bouwen van hel paleis Ie Welte vreden. Is besloten een nieuw gouvernements hotel op het ruime plein aan de Oostzijde van het campement Weltevreden te laten opbouwen en de door zijne excellentie daarvan toe gezegde plans en leekeningen te blijven iuwagten : en voorts den thuin (') en de daaraan verknochte bazaar van Welte vreden bij publieke vendulie, bij percelen en in massa, nadat het hoogst zal worden gemijnd, te doen verkopen ( 2 ) en de daaruit te protlueeren penningen, betaalbaar in papieren van crediet, te affecteeren 10l de onkosten, welke de exstructie van dat hotel zal veroorzaken. Het door Daendels voor dit gebouw op "28 Maart 1809 vastgestelde plan luidt, als volgt: Hel gouvememeutaal gebouw op Weltevreden zal hehlien twee verdiepingen en de volgende dimensies, te weten: het front, de muren medegerekend, 242 voeten; in de breedte 84 voeten, de muren inedegerekend: ter Wcsterzijde van dit hoofdgebouw zal eene poort van (*) Voormalige residentie van den Gouverneur-Generaal, (*) Volgens Daendels leverde dal terrein >geene gelegenheid tol de plaatsing ■van een gebouw, 't welk aan de waardigheid van het gouvernement zoude voegen". 1809. H. W. DAENOELS. 545 rUUAT-BOEI «KKL XV. 35 36 voeten breed, de zijstukken medegerekend, toegang tot hetzelve geven en naast ieder van dezelve een zijgebouw van 80 voeten in 't front en even -zoo diep als het hoofd gebouw geplaatst worden: agterwaards de zijgebouwen zullen, mede van twee ver diepingen boog, de nodige localen onder een dak gebouwd worden voor de bureaux, logeer-vertrekken, kamers voor de huisbediendens, paardestallen, wagen-remises, slaven-ver trekken, dispens, etc., zoodanig, dal deze aglergebouwen met het hoofdgebouw een langwerpig vierkant formeeren en ieder derzelve door een vleugel, mede van 80 voeten facade en ter breedte van 50 voeten voor de beide vleugels zelve, getermineerd worden. ~r Maart. Verkoop van hout Irij kavelingen. Is goedgevonden met alteratie van het besluit dezer re geering van den 6 en Jauuarij jongstleden de houtwerken, bij hel gouvernement voorhanden, alsnu voorlaan tegens de daarvoor gestelde prijzen te laten verkopen, niet minder dan bij kavelingen van twintig stuks balken, waarvan naar keuze door des begeerende zal kunnen worden genomen, als: een kaveling van': 2 balken van .10 voet, dik van 12 lot 6 duim, 2 » » 29 » » » 12 » G » 4 • » 28 » » » 12 » Ü » 6 . 27 » » » 12 » 6 » 0 » » 26 » » » 12 » 6 » G » » 25 » » » 12 » G » G > » 24 » » 12 » 5 » 8 » 22 » » • 12 » 8 » en hiervan de gemeente bij billet kennis te geeven. Zie ook 1 September 1809. 9 Maart. Reglement voor de koel i's, in dienst van de Regering. Ail. 1. Tol het belalen der koelies zal door het gouver- 1809. H. W. DAENDELS. 546 nemenl worden geëmploijeerl het opperhoofd pyer liel. generale traclemen ts-ka n toor. Art. 2. leder administratie zal des Zaterdags 's middags aan gemeld opperhoofd inzenden een lijsl. van de koelies, die in de afgeloopene week gewerkt hebben, met eene dislinrte aantooning, hoeveel dagen werkens ieder koelie Ie goed heeft, en bekendstelling van ieders naam, op welke lijst de summa van het bedragen zal moeien genoteerd worden. Art. 3. leder koelie, hetzij Chinees pf Javaan, zal des middags of 's avonds, als hij uil het pakhuis gaat, ontvangen een loodje van cartop, waarop aan de eene zijde mol gedrukte letters de naam der adminislralie en aan de andere zijde het woord Chinees of inlander zal bekend slaan. Art. 4. Van dezfe loodjes zullen in ieder adminislralie worden afgegeven 150 p s voor de (Ihineesen en 2!>() p" voor de inlanders en zullen dezelve met druklellers genomnierd zijn van 1 tot 150 en 2i>o respective. Art. 5. Des Maandags middags om 5 uuren zal gemeld opperhoofd in liet kasteel moeten present zijn en aldaar op eene plaats, die daartoe hel best geschikt is, de gemelde koelies afbetalen, een ieder na hel getal loodjes, dal hij vertoond, welke loodjes moeten overeenkomen mei hel getal, dat o]) de bovengemelde lijst len behoeve van den houder is genoteerd, waarna die lijsl door den verstrekker wordt geap poincteerd voor accoord en voor de uitbetaling geleekend. Art. ü. De opgemelde lijst, benevens de daartoe behoorepde loodjes, zullen door den verstrekker of door iemand van zijnent wege des Dinsdags morgens worden gebragt ler generale rekenkamer om aldaar dagezien, geconfronteerd en geappro beerd te worden, zullende de lijsten en de loodjes dadelijk in de respeclive administraties terug bezorgd worden. Art. 7. De verstrekker zal des Maandags 's morgens uil kas op ordounantieu ontvangen zooveel koper geld, als bijter Ufthelaling der koelies navolgens de opgeinelde lijsl noodig heeft. Art. 8. Gemelde ordonnantie zal door den groot-kassier kunnen betaald worden zonder voorafgaande anprohatie van 1809. H. W. DAENDELS. 547 de rekenkamer, aan wien dezelve iles Dinsdags 's morgens, te gelijk met de lijsten en loodjes, wordt afgegeven ten voor melde einde. Art. 9. Indien liet poogt gebeuren, dat door toevallige oorzaken gemelde ordonnantie des Maandags 's morgens uiet konde worden geexpedieerd. zal de groot-kassier gequalificeerd zijn om het geld, navolgens opgave van dea verstrekker, op aanslaande onlonnanlie al' te geven om 's daags daaraan in eene loiiueele ordonnantie veranderd Ie worden. Art. 10. Hij ziekte ol' andere wettige redenen zal liet hem, verstrekker, geoorloofd zijn de uitbetaling te laten doen door een ander vau wegens hem, mits zelf voor de betaling ver antwoordelijk blijvende. Art. 11. Kr /.uilen geen meer inlandsche koelies mogen worden geëinploijeerd, als uien dagelijks noodig heelt; eebter zal dit getal de bepaling niet mogen exedeeren dan voor Onrust, 's daags 25 koelies de Westzijde, 's daags 40 de Waterpoort, 's daags 25 » de suikerpakhuizen, 's daags 50 het provisie-magazijn, 's daags 25 bel graan- » , » 30 hel ijzer- » , » 20 hel kleedeu-pakhuis, « 15 » Art. 12. Net getal van 'opgemehle koelies zal niet mogen worden vermeerderd, maar zal de eene administratie de andere bij veel werk daarin moeten adsisleeren met elkander de koelies al Ie slaan. Art. 1 5. Opgemelde inlandsche koelies zullen 's daags winnen 12 stuivers, doch zullen die in de suiker-pakhuizen en ijzer magazijn, indien zij een geheelen dag werken, om den zwaren arbeid daarvoor genieten 20 stuivers, koper geld. Art. 14. Kn om zeker te zijn, dat er geen meer koelies worden gebruikt, als noodig is, zal ieder administrateur ver pligt zijn op die lijsten bij ieder dag, zooveel doenlijk, bekend te stellen, tot welk werk hel getal, dat zij opgeven, geêin- 1809. H. W. DAENDELS. 548 ploijeerd is, om het welk na te gaan zij 's Maandags op het rapport hij den directeur-generaal twee van die lijsten zullen moeten overgeven, als een voor dien ambtenaar en een voor den administrateur-generaal, dewelke verpligl zullen zijn agt te geven, dal het opgemelde oogmerk niet worde geëludeerd. Art. 15. En daar het bewezen is, dat de Cliineezen veel beier als de inlanders voor het werk geschikt zijn, zullen de administrateurs de vrijheid hebben die in te huren in stede van inlanders, mits dal getal proportioneel zoodanig vermin derd worde, dat het bedragen van het kostende de opgemelde bepaling omtrend de inlandsche koelies niet te boven gaat; en zullen dezen genieten 16 stuivers en den geheelen dag in het suiker-pakhuis of ijzer-magazijn werkende '24 stuivers, koper geld, en betaald worden inzelvervoege als de inlandsche koelies. Volgens Daendels is door de invoering van dit reglement verkregen eene besparing van 22,1 G 4: ~»2 rijksdaalders's jaars. Zie ook 19 Mei 1809. 9 Maart. Bepaling van het loon voor hel gieten van kogels en bommen. Is besloten het loon voor gieten van ijzeren kogels en bomben te Samaiang te bepalen, als: voor het gieten van 100 të ijzer aan kogels op rijksdaalders twee en een half, koper geld; en voor het gieten van bomben op drie rijksdaalders, gelijke munt, de 100 ponden, wordende deze verhooging voor de bomben geaccordeert, uithoofde dat bij het gieten van bomben aarden vormen moeten worden aangemaakt, welke bij de kogels niet noodig zijn, en dus de werkzaamheden van de eerste met zooveel meerder moeite is gepaard. Zie ook 17 Louwmaand 1810. 9 Maart. Doodstraf van een mandoer, enz. wegens dief: stal van 'sLands gelden. Zijne excellentie geëxamineerd hebbende hel rapport van 1809. H. W. DAENDELS. 549 den water-fiscaal, vau Panlmijs, wegens een gepleegden diefstal aan vijf vaten mei Japansch koper geld, van Landswege af gescheept om met de Mooi-sche brik, Palal Gaijer, naar Java verzonden te worden; en daaruit onder anderen geconsleerd zijnde, dat de juragan, Samprouna, van de praauw n° 129, benevens de daarop als koelie dienst doende slaven-jongen, Roa, met nog een voort vluchtige matroos van de gemelde Moorsche brik, een der vaten geopend en uit dezelve eenige zakken met koper geld genomen hebbende, de gedachte Samprouna en Roa, na de vaten aan boord te hebben ingescheept, geretourneerd zijn naar den wal, alwaar Samprouna aan Roa zeven zakken niet koper geld heeft overhandigd om door hem in de Chineesche kam pong tegen papieren van crediet te worden verwisseld; dal de mans-slaaf, Roa, hiermede bezig zijnde, een spion of malta-malta van den sabandhanr, in name Buijs, en een bediende van hem, water-fiscaal, in name Abdul Raelnuan, aan denzelve het geld hebben ontnomen, onder pretext, dat het Landspeimingen waren, edoch, na zich ieder daarvan vijf en twintig rijksdaalders te hebben toegeëigend, den meermeiden slaaf, Roa, zijns weegs hebben laten gaan; en laatstelijk, dal gedachte Abdul Rachman en Buijs ver volgens aan de boom zijnde gerencontreert door den manda door der kaffers, Mohammad, deze van hen de opgemelde rd s vijf en twintig of rd' vijftig voor hun beiden heeft afgevraagd, zeggende die aan den substituut te willen overhandigen, doch dat gemelde Mohammad, inslede vau hierin woord te houden, de helft dezer penningen voor zich behouden en gedeclareerd heeft, dat de zaak hiermede geschikt was; overwegende, dat de zekerheid, welke het gouvernement zich van eene prompte handhaving der wetten moet kunnen verschaffen, niet anders kan worden gewaarborgt als door eene stipte pliglsbelrachling van de zijde dergenen, die gesteld zijn op de nakoming daarvan te reguleeren; en dat, nademaal de in de onderwerpelijke zaak betrokken mandadoor der kaf fers, Mohammad, de malla-matta van den sabandhaar, Buijs, en 1808. H. W. DAENDELS. 55 14 Julij. Bepaling, dat op de plaats, waar Ie Soerabatja hel af te breken fort, Belvédère, stond, niet meer mochl worden gebouwd. " (> afbraak geschiedde «voornameullijk om de gezondheid " v <*n de stad Sourabaija door het bezorgen van meer vrije "lucht te bevorderen". 14 Julij. Aanstelling van een tweeden commissaris aan de wegen en posterijen op Jam. bezien hebbende den scboonen weg van Soiirahnija na Passou j"°uang en geïnformeerd zijnde, dal dezelve nog t» 4 paal verder 111 denzelvden staal zig bevind, welke alleen aan de directie V;| " den ca|)ilein, Johannes llesselaar, gewezen comiuaudanl v an Passourouang ('), is toe te schrijven ; considerende de nood 'i'kclijkheid om door gansch Java gelijke wegen aan Ie leggen, r ' e weinige zorg van sommige residenten in het uilvoeren der swogens gegevene orders en de onmogelijkheid, dat één ( '°nimissaiis der wegen en posterijen dit vak over geheel Java kan surveilleren, is besloten aan Ie «stellen tol commissaris " v ei' de wegen en posterijen op Java, Johannes Hesselaar, ni et last om speciaal Ie surveilleren de uitvoering der orders °P de wegen van Sourabaija tot Samarang en de posterijen, °P deze roule gelegen, alsmeede hel post-comptoir van Sou ranaija, ingevolge gemaakte en verder te niakene instruclien e " uitgevaardigde orders, zullende aan zijne excellenlie den "arschalk en Gouverneur Generaal alle veertien dagen rap- P° r ten inzenden. "eszelfs traclcmenl zal zijn 'sjaarlijks 5000 rijksdaalders, Zl 'ver, en 1000 rijksdaalders voor deszells reizen en inspeclien. z «e ook 16 Junij 1808. 14 Ju 1 ij. Benoeming van Madtireesche hoofden tol mili taire rangen. * s besloten den Pangerang Adipattij Adiningrat, regen l op ' ' Deze is den 23» Wn Ootober 1801 lot die betrekking benoemd. 1809. H. W. DAENDELS. 550 de bediende v;in den water-liscaal, Aluliil R'achin'an, zich'zoover hèbbéß kunnen vergelen, dstt zij zich hebbén laten corrumperen", niet alleen omeene ontvreemding van 's Lanils gelden te ver zwijgen, maar zelfs zich de geroofde pënnihgön voor een gedeelte Ie eigenen, de aart van dit geval imperieusëlijk ge biedt om de schennis, die zich deze fielten van hel in hen gestelde vertrouwen hcldten veroorloofd, op eene voorbeeldige wijze en buiten bemoeienis der ordinaire justitie Ie vindiceeren 10l afschrik van anderen; heeft besloten, dat de voornoemde mandadoor Mohamnlad, malta-malta Buijs en bediende Abdul llachman builen eenigen vorm van proces zullen worden gestraft met den koorde, dal er de dood na volgl. en dat ten dien einde een galg aan d'é monding van de groote rivier zal worden opgféfigt, alwaar de voorschreven strallë aan hen zal worden uilgevoerd. terwijl de overige gevangenen, die ter zake van den voormelden diefstal zijn geapprehendeert. aan den loop der ordinaire justitie vVordefl overgelaten. Maart. Nadere regeling van lid aiikerayc-gcld. Naderiiaal de onUervïridirig beeft doen zien, dal nopens de perceptie van het aukerage-geld duister heden bestaan en nadere bepalingen behoren te worden gemaakt ter voorkoming van alle Iwijlï'elingeu en nadeelen, welke daaruit voor den Lande zouden kunnen ontstaan, en tevens ler opbeuring van den smallen handel eenige modificatie werde gegeven aan de bétalinge van ankéragé-gelfl voor kleine vaartuigen, welke langs de kust van dit eiland uit de eene haven in de andere navigeren, wij uil, dien hoofde op den 9' n dezer in Rade van Indië besloten hebben om, niet intrekking en vernietiging van alle len dien opzichte sulisisteereude ordei's en reglementen, speciaal zooals dezelve vermeld zijn bij de bekendmakingen dezer régeering de dalis 22 September 1752 en D September 1794, te ordorinëere'n en te statueeren, zooals wij ordonneeren en slalucercn bij dezen; 1809. H. W. DAENDELS. 551 dal v;ni nu voortaan van ieder sclri|>, jonk of minder vaartuig, hetwelk bij de omliggende eilanden, de Kuiper, Onrust, Bdam', enz. len anker konil of zoodanig anders, dat hetzelve mei kleine vaartuigen van deze rhedë genaderd kan worden en dus gccenseerd wórdt hel dadelijk genot dezer rhede te hebben, aan zilvere muntspecie betaald zal moeten worden in volgender voegen: Art. 1. Van alle schepen van Europeesche natiën, zoowel ;ils van dezulken, die uit Amerika of Afrika alhier aankomen, rd* 150. onverschillig derzelver groote, met dien verstande nógthans, dal de opgemelde schepen, liereeds eene der havens van dit eiland aangedaan en rd" fBO betaald hebbende, zullen kunnen volstaan met de betaling van rd s 10 telken reize, zoolang zij van de eene haven van dit eiland op de andere blijven varen. Art. 2 Van ieder schip, jonk of minder vaartuig, komende van Canlon, Nimpho, Eijnniij, Tonquin, Cormandel, Bengale, Souratle, Maccao en Manilha. 100 rd s . Art. 7>. Van ieder schip, jonk of minder vaartuig van Siain. Cambodja, Pa trakan, Padang, Malacca, Amboina, Banda, Ternaten, Maceasser, Ti'm'ór, Balt) Badong, Cassumba, Catewel, Siac, Camper, Ikieloen, Cotte, Piera, Borneo, Goa, Bonij en Badjo, grool tien lasten en daarenboven, rd s 50. En van de vaartuigen, van de opgemelde plaalsen komende, beneden de tien lasten groot, rd s 2:>. Art. 4. Van ieder vaartuig, komende van PalembaHg, Jambij, Johor, Banjermasaing, Pasier, Mandhaar, Bancalies, Sainpit. Caljelie, Button, Bebadjoe, Mandavve, Sumbouwa, üallebarra. Hate, Indragierij, Hapat, Toenkal, Jillie, Riouw, Cattéringi«n, liiina, Siartan, Panboean, Bakan,Tambora, Soejook, Assahiin, Sumpana en Solook, groot boven de agt lasten, rd s 2l'>. Edoch niet hoven de agt lasten kunnende overvoeren, rd'ls. Art. !». Van alle vaartuigen, van de eene haven van dit eiland op de andere varende, boven de tien lasten, rd s 10, en beneden de tien lasten groot, rd s ;>, mitsgaders van prauw inaijangs rd 1 2. 1809. H. W. DAENDELS. 552 Onder bepaling voorders, dal voortaan van de schepen en vaartuigen, welke voor rekening van den Lande bevragt zijn, almede betaling van ankerage-geld, invoegc vooruield, zal moeien geschieden. Terwijl daarentegen alle oorlogs-schepen, zoo eigen, als geallieerde of vreemde, van deze belasting bevrijd zullen blijven. En dat wijders de invordering en verantwoording dezer heffing, als bevorens, door den sabandhaar en licentrneesler jaarlijks aan 'sLands kas zal geschieden. Lastende en hevelende over zulks aan allen en een iegelijk en wel expresselijk den sabandhaar en Heen tineester vvelnield den inhoud dezes sliptelijk te agtervolgen en te doen agter volgen, naardien wij zulks ten nutte van den Lande alzoo bevonden hebben te behoren. En opdat niemand hiervan cenige onwetenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze worden gepubliceerd en, be lialven in de Hollandsche, ook in de Chineesche en gewoonc inlandsche lalen worden aangeplakt, ter plaatse gebruikelijk. Zie ook 10 Julij 1808 en 3 Julij 1809. 10 Maart. Aanstelling van een mandoer over de twaalf, in hel magazijn van geneesmiddelen te Balavia dienst doende koeli's. Zijn tractement bedroeg 9 rijksdaalders, papieren geld, 's maands. 13 Maart. Instructie voor hel colleaie van Schepenen te Batavia. Art. 1. De werkzaamheden van dit collegie gecombineerd zijnde met die van hel ontbondene collegie van Heeniradcn, zal hetzelve voortaan bestaan uit een president en acht leden, onder den titul van president en Schepenen van Rata via, welke titulature voortaan hij alle addressen en officieele stukkeu zal worden geobserveerd; en zullen dezelve gekozen worden, rooi de helft uit 'sLands dienaren en voor de wederhelfl uit de burgerij, wanneer daartoe voorwerpen aan handen zijn; niet 1809. H. W. DAENOELS. 553 verdere bepaling, dal dezelve zonder jaarlijksohe afwisseling permanente Inden van hel collegie van Schepenen zijn zullen, ten ware 10l andere bedieningen wierden geëmploijeerd. Art. 2. Hel collegie van president en Schepenen zal rang hehhen naast dat van de hooge militaire vierschaar; en zal in hunne vergadering onder de leden zoodanige order worden gehouden, dat aan de regterzijde van den president een burger en aan zijne linkerzijde een Lands dienaar komt te zitten. Art. 5. De bailluw, die in dit collegie zijn gewoonen stoel blijft houden en in alle civiele zaken eene concluderende stem heeft, zal, mits de mortificatie van het ambt van vice presidenl, voortaan daarin praeadviseren en bij absentie van den president dat ambt waarneemen, in welk geval de eerste stem notoir competeert aan het oudste lid. Art. 4. De president of voorzitter zal hebben de autoriteit het collegie te doen bijeenkomen, zoowel extra-ordinaire als ordinaire vergaderingen te beleggen, zijne propositien te doen, de advisen te colligeren en met de meeste stemmen te concluderen, de appoinclemenlen te pronuntieren, silentie Ie imponeren en de vergadering te eindigen, als het hem goeddunkt, in al hetwelk de leden, mitsgaders de suppoosten van het collegie, gehouden zullen wezen zijn Edele te gehoor zaamen en behoorlijk te respecteren. Art. 5. Echter zal hij niet mogen hebben een dubbelde stem, wanneer de stemmen aan wederzijde egaal staan, maar bij zoodanige gelegenheid zal de queslieuse zaak ter eersier instantie werden gedecideert ten voordeele van den reus of verweerder, zullende nogtans bij het staken der stemmen in zaken, de magistralure betreffende, de stem van den pre sident de decisie doen vallen naar die zijde, waarbij hij zich gevoegd heeft. Art. 6. tën zal hij, evenmin als de leden van het collegie, ingevalle van absentie, met briefjes of anderzints mogen voteren, onverminderd de oude wet, dat met niet minder zal mogen worden gebesoigneerd, noch geconcludeerd en gevonnist, dan in het criminele met zeven en in liet civiele met vijl' stemmen. 1809. H. W DAENDELS. 554 Art. 7. De leden van dil collegie zullen malkabÜer'ëri in blöedverwandschap of zwagerschap niel nader mogeri bestaan dan in den vierden graad. Art. 8. Zij. noch hunne suppoosten, zullen geen aannemers of medestanders riflogen zijn van werken, die bij haar cóllegië weiden opgéVefld "I aanbesteed, op verbeurte van bun ambt en arbitraire correctie daarenboven; nöclite ook aan partijen, dié voor baar eenig proces hangende hebben óf apparenl slaan te krijgen, in hunne zaken advies ui'raad mogen geven, mede op poene voorschreven. Art 9. Zij zullen regl doen namens Zijne Majesteit ilen Koning van Holland en ingevolge de vigerende en nog te eifaaneren wetten. Art. 10. De jurisdictie van Schepenen is, voor zooverre derzelver reglcrlijke betrekking aangaat, bepaald binnen de volgende limilen, als aan de Oostzijde van Kalavia beoosten het landgoed Slingerland en van daar Zuidwaards tot aan de gegraVen slokkan, langs dezelve lot boven de bazaar van Weltevreden, van daar Weslwaards tol boven de bazaar van Tannabang, dan regt door lot aan en boven de post de Ket ting, wijders langs de Zuider-ringsloot tot aan de lolbrug, voorts de Mokervaart langs 10l aan de rivier Ankée en langs dezelve tot aan zee, met standhouding van de van oudsher gestalueerdc jurisdictie der respective collegien van justitie van Balavia, voor zooverre deze niet slrijdig is met de jongste ordonnantie en instructie voor den drossaard: doch derzelver bewind over hel materiele strekt zich uit over de gansche ommelanden tol aan de Jaccalrasche en Preanger regent schappen. Art. 11. Hel zegel van dil éóllëgie zal zijn hel gouver nements zegel met het opschrift: Schepenen van Hatavia, en zal dooi- den president in bewaring gefiöudën worden, ten einde daarmede alle brieven en papieren van justitie te zegelen. Art. 1 2. President en Schepenen zullen, behalven de ad ministratie der justitie, in zooverre baar jurisdictie zich uitstrekt, als van óuüs len overslaan van den bailluw mógen maken 1809. H. W. OAENDELS. 555 keuren eii ordb'niia'ntiëri do stralen, wegen, brliggen, liillhièragiën en andere zaken, deze stad en derzelvér juris dictie concèrnerèride, ónder verstande nog'tans, dal zij geene van die /tillen mógen afkondigen, als mei voorkennis en approhalie der booge regering* dezer landen. Art. 13. Het onderhouden en repareren van den ringweg van Ahkéé naar Rijswijk, den dijk aan 't Molenvliel, loopende van de post Rijswijk, den weg tusschen Rijswijk en Nnordwijk, den weg. strekkende van 't laatstgemelde lorl naar den Znider viëg, en den Zuider-weg zelfs 10l aan de lirng bij Weltevreden zullen allen, gelijk de büfleb-wégen, in het generaal en de laatstgemelden overeenkomstig de order, voorkomende hij ad vertentie van den | .Inlij 1799, onder de gewoone belastingen der in- en opgezetenen blijven voor rekening van Schepenen. Arl. 14. Doch de reparatie en 'tonderhond, zoo van de brug, leggende over den mond van de Antjolsche vaart, als van den weg, loopende van daar naar TanjongPriok, incümbëert haar niet verder, als de pacht van de tol der passanten over de gemelde brug bedraagt, zullende al, 't geene die inkomsten surpasseerl, door alle de ingelanden daar omstreeks, namenlijk van de Oostelijke vleugel van dezelve tot de kleine Mnronde Lnclusive, een ieder naar eene door Schepenen te formeren ipiolisalie pro rato van de inkomsten liarer landerijen, moeien gedragen worden. Arl. 15. Eenmaal des jaars zullen Schepenen de kreupel boSschën, zoo aan de Oost-, als Westzijde dezer stad moeten wrgkappen, verbranden en ten eenemaal laten zuiveren van allerhande ruigtens, namenlijk om de West van OntongJava in de OnsliiioiissoN en om de Oost. van Ualavia 10l Slinger land, alsmede de moerassen, zoowel naast den weg van Tanjong Priok, als aan 't einde van den Rarendsweg, in de Westmoiisson. Arl. Ui. Daarenboven zullen de moerassige streken be noorden en heooslen Barends wei; door die ze toehehooren steeds schoon gehoudrn moeten worden, doch zal hun tóë gelalcn zijn, zooverre 't vaste land aangaat, hij continualie aldaar Happus en andere diergelijke, hoogslamniige boomen, 1809. H. W. DAENDELS. 556 mils wijd uil. den anderen staande, te planten en ook groente tuinen met al 't gene langs of even boven de aarde groeit, aan te leggen; doch zullen de eigenaren die gronden voorts van alle andere gewassen, tot balontas incluis, zuiveren en den grond gelijk maken, mitsgaders de slooten vaarbaar houden zonder openingen aan zee. Art. 17. De kreeken en dode vaarten, zoo bewesleu, als bcoosten de stad en voor de landen benoorden den Ankeschen en Sontarschen weg, zullen door die ze toebehooren, dan wel in of langs welkers tuinen dezelve loopen, telkens uitgediept of anders gedempt en de daar gelegene landen altoos zuiver gehouden moeten worden, vooral van krcupel-bosch. Art. 18. Ook zullen president en Schepenen goede achting nemen op de gemeenc afwateringen en rivieren, zoo van de groote rivier, Grocot, Grogol, als alle andere publieke stroomen, vaarten en wateren, alsmede dat 'sHeeren wegen en slooten met liet inspriugen van opstallen niet belemmert, noch door buffels of ander viervoetig vee vertreden en bedorven worden, maar zullen, als zij iets bevinden, dat aan dezelve eenige hin dernis toebrengt ofte naar appareutie toebrengen zal, dit door den eigenaar doen beteren, intrekken, of wegruimen en bij on willigheid zulks ten zijnen koste laten doen. Art. 19. Insgelijks wordt aan president en Schepenen gedemandeerd al, hetgene tot het beslier en de directie der posten, posterijen en postwagens van hier lot Buitenzorg om de Zuid en het Bantamsche om de West belrekking heeft, alles volgens de nader deswegens te makene bepalingen bij instructie. Art. 20. Gelijkerwijs incumbeert dit collegie het onderhoud en de reparatie der wegen, beschoeijingen en bruggen, langs welke voorschreven posten en postwagens passeren, gelijk ook te zorgen, dat de onderhanden zijnde werken voltrokken en de geprojecteerde, welke nog niet begonnen zijn, naar vermogen en üjdsgelegenheid ten eersten ondernomen worden. Art. 21. Met dezen verstande noglans, dat alle voorschreven en andere werken, hoegenaamd geene uitgezonderd, die dil 1809. H. W. DAENDELS. 557 collegie aangaan, voortaan aan Je minst aannemende bij zoo klein mogelijke percelen of afdeelingeu publiek zullen moeten worden besteed, terwijl van nieuwe aan te vangene werken, die van importantie zijn, Schepenen tijdig kennis aan de hooge regering zullen geven om hoogstderzelver goedvinden en dis positie daarop af te wagten, ten gevolge waarvan Schepenen dan ook voortaan van het inkoopen en aanhouden van alle materialen en werktuigen zullen ontslagen zijn, wordende niettemin 'sLands fabriek indertijd op nieuws geinjungeerd om, ingevolge deszelfs instructie, het collegie van Schepenen bij bevinding der noodzakelijkheid van de een of andere kapitale reparatie behulpzaam te wezen. Art. 22. President en Schepenen zal voorts incumberen het oppertoezicht over de tolheffingen der respective bazaars in de Bataviasche ommelanden, invoege als bij liet 14' 1 ' 1 artikel van hel placcaat van den 8 1801 het collegie van Heemraden mede is belast geweest. Art. 23. Ook zullen zij zorgen, dat de daar te stellene orders opzichtelijk de tot in de nabijheid van de stad opge graven e sloot of waterleiding, de Slokkan genaamd, stiptelijk naargekomen worden. Art. 24. De bruggen, die, zoowel hier, als elders, door particulieren gelegd zijn of worden om op hare landen te komen of anders, zullen door hun tfelven moeten onderhouden en gerepareerd worden, 't zij dat zij zulks aangenomen hebben ofte niet. Art. 2S>. En zullen voorts alle bruggen, boven de voor schreven posten en rivieren leggende, door de gezamenlijk daarvan nut hebbende eigenaren der landerijen, buiten eenige lasten van Schepenen, in staat van gebruik moeten gehragt en gehouden worden. Art. 26. De wegen rondom de stad en verder op zullen, in zooverre die niet voor rekening van dit collegie gelaten zijn, moeten worden opgemaakt eu in goeden staal onder houden door een ieder particulier voor zijn huis, tuin of landgoed, tot zijn eigen kosten, waaronder begrepen worden 1809. H. W. DAENOELS. 558 de tochtsloten, daardoor of langs loopende, ieder voor zijn aandeel, wel verslaande, dal zulks zal ruoeten geschieden door den eigenaar of huurder, nadat de huurcedulleii luiden, en, als zulks daarbij niel is geëxpregseert, door den eigenaar. Arl. 27. President en Schepenep mogen tot.de schouwinge van heeren voegen, bruggen, rivieren, enz. zoodauigen dag of dageu in 't jaar prefigeereu en vaslslellen, als zij best en bekwaamst oordeeien zullen, inils hevorens publjeke waar schouwjnge daarvan doende. Art. 28. President en Schepenen zullen moeien hebbeu pertinente kaarten, waarin de landen niel derzelver gemaakte en nog te mak en e wegen, sloten en graglen klaar en niet letters en nummers onderscheiden zijn afgezet en omschreven in hare belendingen en grootte, uiet aanwijzing van een ieders eigenaar, welke kaarten ook dienen zullen om daaruit perfeclelijk te kunnen ontwaren, hoeveel een ieder ingeland lot de contributie, die in Kade van Indien zoude mogen werden geconsenleert, voor zijn quota zal moeien dragen, waartoe ook, des begeerd werdende, ieder ten allen tijde ge houden blijft aan Schepenen zijne kaarten, erf- of koopbrief ie verloonen. Arl. 29. De president zal 's jaarlijks genieten een traete menl van rijksdaalders twaalf duizend en de leden ieder rijksdaalders twee duizend, boven hetgeen sommigen derzelven uil andere ambten aan inkomsten hebben, terwijl president en Srhepenen uit hun midden nog zullen committeren twee leden, den eenen 10l hel opzicht der posterijen en wal daaraan dependeerl, en den anderen tol de inspectie dei wegen, welke iieeoininitteerde leden boven hunne verdere tractenienlen nog zullen genielen rijksdaalders honderd ter maand. Art. "»0. Tot dienst van hun collegie zullen zij hebben een secretaris, twee gezworen en twee adjunct gezworen klerken, dertien scribenten en een boekbinder, benevens twee tolken iu de (Ihineesche en inlanilsche talen, drie hodeus en lien inlandsehe oppassers, welkers traclemenlen op den legen- 1809. H. W. DAENDELS. 559 woordigen voet zullen worden gelaten, met uitzondering, dat de secretaris, mei behoud zijner tegenwoordige inkomsten, zal worden gelibereerd van het ajubtgeld en daarenboven ge adsisteerd met nog drie klerken, welke hij thans uil privé beun betaalt. Art. 51. l>e secretaris en gezworen klerken zullen zich moeten regulecren naar hel voorkomende bij de aanwezige ordonnantie, voor de secretarissen en gezworen klerken der collegien van justitie geslatueerd, en 't geen wijders hunlieden door president en Schepenen zal gelast worden. Art. r>'2. Inzelveivnege zullen de bodens en tolken zich moeien houden aan de daar leggende ordonnantie voor deur waarders, slads-lioilens; en zullen de evengenoemde bediendens, benevens de secretaris, bij de aanvaarding van hunne bedie ningen den red iloi'ii naar hel formulier, daarvoor beraamd of nog te beramen. Art. 7>7>. Ue penningen Lol goedmaking van alle tic 011- kosten, op voorschreven administratie eu de aelueele huis houding van dit collegie vallende, de Iraelemenlen van alle derzelver ambtenaren, van ileu eersten 10l den laalslen, de stads-doc|or, chirurgijn en de onder-chirurgijns daaronder begrepen, ilein alle verdere slads-laslen, zullen gevonden worden in de eerste pl;i;ils tiil de gewone inkomsten van hel collegie van Schepenen en voorts uit de revenuen,'welka hel voormalige collegie van lleeiiiradeii pleeg Ie trekken uil. hel vijl' procent van de bazaars, iugevolge placcaal van den 1800; bruai ij het een en hall'procent van den verkoop van vaste goederen: de bekisting van het begieten dei- wegen, ingevolge besluit der booge regeering van den !803; bel een kwart en hall' procent van diversche tuinen, huizen en verdere erven binnen de limilen van Buluvia en builen posten, conform de besluiten hunner hoog Edellieden van den '~' Junij 1804 en 29 e " Januarij 1,80$; de verpachting van de overvaart der Cbineesche campong naar de Uibaldsgaug; 1808. H. W. DAENDELS. 56 het eiland Madura, aan ie stelten tol kolonel in diensi van Zijne Majesteil den Koning van Holland, dienstdoende als ud jiidanl en kwartiermeester-generaal van de Madureesche troepen, alsmede als commandant van een depöi van twee conipagnien Madureezen en een dito van Pamacassang, nadat de nog incompleete bataillons van die nalie gecompleteerd zullen zijn ; den radeen lommongong, Mangoe Adiningrat, regent van l'amacassang, aan te stellen 10l ka|iileiu der infanterie in dienst van Zijne Majesteit den Koning van Holland, dienst doende als commandant van een compagnie Madureezen uil zijn regentschap, welke compagnie gevoegd zal worden bij het depot van den kolonel en Pangerang Adipattij SeljoAdi oingrat ter completeering der Madureesche bataillons: den kolonel van Sumanap, radeen tommongong, Tirto Coes soemo, tot luitenant-kolonel in dienst van Zijne Majesteil den Koning van Holland, niet behoud van rang van kolonel der Sumanapsche troepen, dienstdoende als adjudant en kwar tiermeester-generaal der Sumanapsche troepen en commandani van een depot van twee compagnien Sumanappers, nadal de nog incompleet zijnde'bataillons gecompleleerd zullen zijn; den radeen Banhang Soetikno, thans hernaamd radeen Pra wiro Deningrat, tot kapitein der inl'anlerij in dienst van Zijne Majesteit den Koning van Holland, om in die rang geemploijeerd te worden bij hel Sumanapsche depot onder de orders van den luitenant-kolonel, radeen tommongong Tirto Coessoemo. Zullende de gezegde officieren genieten de tractementen, aan derzelver rangen verknogl, evenals aan de Europeesche ollicieren word betaald, en zal aan hun verleend worden bre vetten in forma. En vermits het oogmerk niet hel oprichten dezer depots is om de bataillons, welke uit Madureezen en Sumanappers geformeerd zijn, uit deze depots altoos compleet Ie houden en de langer als ses jaren gedienl hebbende soldaten te rena placeeren, zoo zullen aan de commandanten dezer depots in den kortst mogelijken tijd compleete stamlijsten der bataillons harer nalie worden ingeleverd, ten einde te kunnen weeten, ,1809. H. W. DAENDELS 560 de Grawangsche vissclierij; de overvaart aan de Vierkants-brug : de weg van Ankee tot Pising: de 10l brug over de rivier Antjol; de vaart van Kleentiug naar Blandongang: de overtoom van den Molenvlietschen dijk; liet land Passier Poetie; de sluis Tangerang, en eindelijk het geheel gecolligeerd wordende van hel oorgeld der paarden, wagen pacht, mitsgaders de jaarlijkseh voldaan wordende contributie van het land Oejong minting. Art, 54. Het oorgeld der paarden en wagenpachl zal niet het uitgaan van dit jaar publiek moeten opgeveild en, boven hel ordinair bedragen loopende, dusdanig verpacht worden. Art. 35. Van welke penningen president en Schepenen gehouden zullen wezen eenmaal des jaars rekening en ver antwoording te doen aan de generale rekenkamer, welke daarbij niet zal valideeren de verstrekking van lamp-olie aan de sluis van Tangerang, mitsgaders aan de Ooster-, Zuider en Wester-kwartieren, gelijk lot dusverre heelt plaals gehad; en wordt het placcaat van den 4' n Februarij 1800, voor zooverre het algemeen onderhoud van alle genieene en heeren wegen, bruggen, beschoeijingen en bekribhingen helrefl, mits dezen ingetrokken en builen effect gesteld. Art. 36. President en Schepenen zullen de overtreders van placcaten, billetlen en orders, bevorens tot preservalie van de genieene wegen, etc. geëmaneerd en mits dezen niet strijdig zijnde, houdende eenelijk interdicten onder geldboeten zonder corporeele straffe, mainteneeren en tegens alle over treders van dezelven door den hailluw doen ageeren tot con demnatie in de voorzegde geld-boeten, op zoodanige aanklagle kort en de plano regt doende, en voorts in alle zaken, waarvan de uitvoering, in conformité der ordonnantien en placcaten, president en Schepenen competeert, hij gijzeling en parate executie tegens alle ongehoorzame ingelanden doen procedeeren. Art. 57. Doch alle delicten vau boschschenderljen, moord, 1809. H W. DAENDELS. 561 PLIIAIT-BÜEI DKKL XV. 50 spolie, vee- of slaven-dieverijen, brandstiglingen, aufugii' of verleiding van slaven en voorts generalijk en specialijk alle zoodanige transgressien, ten platten lande voorvallende, tegens welke bij de gemeeue regten, statuten en placcaten eenige lijf- tifte doodstraffe wordt gestatueerd, zullen staan en blijven ter judicature van den drossaard over de Bataviasche omme landen, niettegenstaande de delinquanten door Schepenen bij preventie waren geapprehendeerd, in welke gevallen zoodanige misdadiger of misdadigers zullen worden overgegeven aan gemelden drossaard, die dezelve zonder eenige contradictie in verzekering houden en voor zijn vierschaar te regie stellen zal. Art. 58. Bij voorkominge van eenige transgressien, mesuses en conlravenlien, lon platte lande grasseerende, waartegens wel een scherpe inbiudinge ende bepaling zoude worden ver eischt, zullen president en Schepenen hun adrcsseeren aan de hooge regeering en bij remonstrantie van de schadelijke ge volgen, die door lange continuatie van het grasseerende kwaad slaan te resulteeren, verzoeken zoodanige ordounantien, als ten gemeenen beste werden gerequireerd. Art. ."9 Doch om te prevenieren alle misverstand, welke lusscheu die van het stads-geregt en den drossaard over hel stuk van judicature zoude kunnen ontstaan, zoo wordt alhier tot narigting dit volgende gestalueerd: dat verschillen, ont staande lusschen ingezetenen en ingezetenen over de breedte, lengte en helcndinge van eenige landerijen, de jndicalure zijn zal aan president en Schepenen, als bestaande de decisie daarover ten principale in eene nametinge van het land in questie, waartoe vooral inspectie oculair van gecommitteerde Schepenen wordt vereischt; doch, alzoo somtijds de weder zijdsche grondhrieven der landerijen in questie niet te vinden zijn en de decisie van dien uit getuigen ofte hij hooger na vorschinge moet worden gehaald, zoo zal in zulk geval niet de plano worden geprocedeerd, maar wel zoo beknopt en sommierlljk, als zonder krenkinge van hel regt en defensie van partijen kan geschieden. Art. 40. Wat verder de manier van executie van vonnissen 1809. H. W. DAENDELS. 562 belangd, daarin zal gevolgd worden, 't geen bij de Bataviasche ordonnantien op 'I stuk van executie is geslalueerd. Art. 41. Questieri ontstaande over verkoop, huar, gebruik, eigendom, erfenisse, verpachtinge van landerijen ende generalijk over alle, 't geen de maten en belendingen derzelver niet con cernecrt, zullen door partijen ter eerster instantie voor den drossaard of dagelijkschen com peten ten regier worden gchragl. Art. 42. Voor elke oculaire inspectie, die Schepenen, hetztj len dienste van den Lande, hel zij ter requisilie v;m partijen komen te doen, zal ieder gecommitteerde voor zijn salaris genieten, indien de visiton binnen de forten geschied, zes rijksdaalders ende hoven de forten twaalf rijksdaalders's daags, mits dat zoodanige inspectie binnen de forten in één en daarboven in drie dagen worde geëindigd. Art. 43. De regeering en het bestier over de Javanen en alle andere inlandsrhe natiën, onder dezer slede jurisdictie reinoreerende, zal blijven onder hun expres daartoe gesteld opperhoofd, den bailluw, mits dat dezelve officier, gelijk ook de drossaard, gehouden zullen wezen, in cas van nood, 't zij om hij schielijke en heftige opualeringen der rivieren ope ningen elders te maken ofte wel iu eenig ander, onvermijdelijk vereischte behulpzaam te zijn, op de begeerte van den president de naast aan de band zijnde Javanen onverwijld Ie ontbieden en dezelve tol bel gerequireerde noodige werk Ie ordonneeren. doch voor welken dienst, wanneer dezelve langer als drie dagen mogl duren, die lieden dan ook naar discretie en goed vinden van president en Schepenen zullen beloond worden, doch anders niel. Art. 44. Bij renovatie van het gestatueerde. bij de Bala viasche statuten onder het hoofddeel van Schepenen, § 12, 15, 14, 18, 16, 17, 18, 19, 20, 81, 28, 23 en 24, zullen alle transporten en hypothecalien van onroerende goederen, vrij brieven, enz. onder het zegel van twee gecommitteerde Schepenen geëxpedieerd worden, genielende ieder daarvoor 20 stuivers, moetende in opzicht der vrijbrieven in "I oog houden het gestatoeerde onder lijfeigenen. 1809. H. W. DAENDELS. 563 Art. 4'.'i. Doch van geene suikeriin lens, arakshranderijen, kalk- of steenbakkerijen /uilen koop- of andere eigendonis lirio.ven verleend worden, tenzij Schepenen constere van Ifet daartoe verkregen schriftelijk consent der hooge regering. Art. 40. Om in de berekening van 's Meeren geregtigheid van de hroodhakkerijcn, suiker-molens en arakshranderijen eenen vasten en egalen voet te honden zal altoos een derde van 't geene. waarvoor de bakkerijen niet slaven, gereedschappen en wes meer werden verkocht, voor dezelve afgetrokken worden, mitsgaders van hel rendement van een suiker-molen of araks hranderij hij verkoop twee duizend rijksdaalders voor de gereedschappen en 'I verdere toebehooren, waarvan men geene geregtigheid /.al behoeven te betalen. Arl. 47. Ook zal van alle dienstbaarheden, op huizen. erven en gronden of landerijen, ten tijde, dal dezelve door verkoop of versterf aan eenen nieuwen eigenaar overgaan, daarop reeds leggende, hij de koop- en andere eigendoms brieven uitdrukkelijk en speciale aanwijzing weiden gedaan, inslede van daarbij alleen te laten inlliieren de generale clausule, dat de kooper zal moeten gedogen de servituten, reeds op de verkogte of te verkoopene huizen, erven of gronden leggende of die namaals daarop nog mogten gelegd worden, zonder aanhaling, waarin die bestaan. Art. 48. Inzelvervoege moet ook bij de voorschreven eigendoms-brieven van vaste goederen, buiten de stad gelegen, wel expresselijk worden bekend gesteld, dal de kooper verpligt zal wezen de wegen voor deszells land of erf, zoowel als de bruggen daar ter plaatze te maken en in een behoorlijken staat van gebruik te houden Art. 49. Ten belange der hypotliecatien, hierboven gemeld, mogen Schepenen geen kennis nemen van geleende penningen tot hooger renten als drie kwart rijksdaalders percent 's maands; en om de ingezetenen, zoo omlrend 't koopen van vaste goederen, als 't uitstellen van geld op dezelve, alle mogelijke securiteit Ie pnwiireren. zoo zal bij alle voorvallende hypo thecalicn de secretaris zulks, niet alleen zoo op de originele 1809. H. W. DAENDELS. 564 koop- of andere brieven van eigendom, maar ook in 'l pro thocol der eigendoms-brieven ler zijde moeten noteren, met aanwijzing van den datum en folio, waarop de verband-brief in 't prothocol der Schepen kennissen geregistreert staal. Art. 50. Gelijk ook weder bij het afbetalen en royeren van eenige schuldbrieven de secretaris zulks mede telkens, niet alleen op de voorschreven actens in 't prothocol der Schepen kennissen, maar ook in andere transport-brieven, mitsgaders op die koopbrieven zelveu zal moeten aantekenen. Art. 81. Voorts zal de secretaris bij opdragt of over schrijving van eenige vaste goederen de koop- of andere eigendoms-brit'.veu aan gecommitteerde Schepenen niet mogen overgeven om getekend en bezegeld te worden, voor en aleer hij in dorso, niel alleen de betaling der 's Meeren geregligheid genoteerd, maar ook buitendien daarop gesteld en onder tekend zal hebben, dat hij wegens dien verkoop ofte andere overschrijvinge de behoorlijke nolitie geschreven en onder tekend heelt op de voorige koop- of transport-brieven, zelfs met aanwijzing van de datums en folio der nieuwe koop- of transport-brieven. Art. 52. Uit dien zelfden hoofde zullen gecommitteerde Schepenen geene koop- of andere eigeudonis-ltrieven mogen ondertekenen of bezegelen, voor en aleer dezelve notitie in dorso gesteld en door den secretaris ondertekend zal zijn: en zal ook deze notitie gedaan moeten werden in dorso der Schepen kennissen, te weten, dat het verband ook op den laatsten koopbrief aangetekend is, eer dat gecommitteerde Sche penen dezelve zullen mogen ondertekenen en bezegelen. Art. 53. De secretaris zal daarenboven gehouden wezen tot gerustheid dergenen, die genegen zijn eenige vaste goe deren te koopeu of hare gelden op hypotheek van dezelve uit te zetten, op haar begeerte en zonder de luiden nodeloos op te houden, niet alleen bij de prothocollen na te zien, of dezelve niet reeds bezwaard of aan anderen verkocht en ge transporteerd mogten zijn, eu, des gerequireerd wordende, daarvan eeu schriftelijk blijk, niet zijne gewoone handtekening 1809. H. W. DAENDELS. 565 bekragtigd, te geven, maar ook te verhoeden de schade, die door deszelfs verkeerd berigt in dezen, mitsgaders ook in kas van onverschilligheid ofte verzuimenis, 't zij in 't nazien der prolhocollen of omtrent de voorschreven geordonneerde noti lien, dan wel ook in 't al te laat of wel incompleet opmaken der registers op de prothocolleu, iu der lijd moglen veroorzaakt werden, zullende hij voor elk prothocol, dat nagezien en ieder briefje, dat daarvan afgegeven wordt, 12 stuivers van den requirant mogen genieten. Art. ü4. In de registers der koop- en transport-brieven zal men niet alleen moeten brengen de namen der verkoopers q. (}., die als secretarissen, vendumcesters, voogden of erfge namen, executeurs of andere gemagligdens eenige opdragt doen, maar ook die der principale eigenaars zelven, welkers goederen de voornoemde personen in baar gemelde qualiteit mogten komen te transporteren, 't welk ook in cas van hypolhccatie komende voor te vallen, mede zoodanig in 't re gister van dal prothocol geobserveerd zal moeten werden, wel lettende, dal ook de namen, die abusivelijk met diversche letters beginnen, als C, S, enz., ook onder alle die letters geregistreerd worden. Art. 55. Ter voorkoming van alle erreuren en confusien zullen de maandelijksche commissarissen, niet nlleen van alle opdragten, <lic gedurende hunne maanden voorvallen, maar ook van de gehoudene vendutien, gevallene defauten, enz. pertinente en correcte aanteking of contra-rollen houden en dezelve vervolgens ten einde van de maand legens het pro thocol en de aantekeningen van den secretaris confronteren. Art. ü6. De gelden en archieven van het gedissolveerde colïegie van Ileemraden zullen naar hel stadhuis onder den secretaris van Schepenen in bewaring gehragt worden, voor zooverre de/<> niel ten verkoop verordend zijn. Art. 57. President en Schepenen zullen bij hare verkiezing in banden v;in den heer Gouverneur Generaal of die denzelven representeert in Rade van Indien, den volgenden eed pïesteren : Wij beloven en zweren Zijne Majesteit den Koning van 1809. H. W. DAENDELS. 566 •Holland, onzen boogen en doorluchtigen souverein, mitsgaders »den heere Gouverneur Generaal en de Raden van Indien «gebouw en getrouw te zijn: dit ambt van Schepenen op "regtelijk te bedienen; hel regt der hooge overheid naar vermogen te maintineren . van niemand, die voor den geregte • proces heeft ofte appaient hebben zal, eenige giften, gaven »of geschenken te onlvangeu, directelijk noch indirectelijk: »de secreten dezer kamer aan niemand te openbaren; dezes «rijks en stads welvaren te helpen bevorderen, mitsgaders »>goed, kort regt aan ieder, zonder oogluiking, haat ofte gunsl. »le administreren, gelijk vrome en opregte regters toestaat »eii betaamd. »Zoo waarlijk helpe ons God Almachtig!" Zie ook (5 Junij 1809. 13 Maart. Wijziging van de stempels voor het klein-zegel. Tof dien tijd was sleeds gebruik gemaakt van de Compagnie's zegels, verloonende bel merk: 'in.J' '■ voortaan zouden de zegels vertoonen »de door elkandere gevlogle letters: L. N., »ter aanduiding van Zijne Majesteit onzen Koning, Lodewijk «Napoleon". Er bestonden zilveren stempels van 150, 125, 120, 100, 80. 75, 60, 50, 40, 50, 28, 20, 15, 12, 10, 8, 6, 5, 4, 3, 2, 1 rijksdaalders en koperen stempels van 56, 24, 12 en 6 stuivers. 13 Maart. Opdracht dei rechtspraak over de Chinezen Ie Builenzprg aan eene speciale rechtbank. Vermits na de verplaatsing van den schout van Bnitenzorg naar Tjibinong eenige voorziening nopens de jurisdictie over de Cbineezen, te Buitenzorg gezeten, noodzakelijk is geworden, zoo is goedgevonden en verslaan de gedachte jurisdictie, zoo iii bet civiele, als ciiinineele. op te dragen aan cene reebthank. gecomponeerd uil den prefect der Jaccatrasche en Pieanger 1809. H. W. DAENDELS. 567 bovenlanden als president, den kommandant van hel Buiten zorgsche guaraizoen, den opziender van de koffij-plantagien aldaar, den gecommitteerde lo' de uitbetaling van dezelve en den secretaris van den prefect, als permanente leden, met assnmtie in zoodanige gevallen, waarin de fihineesche wetten en gebruiken voornamelijk van applicatie zijn moeten, van den potia van Builenzorg en twee of drie der beste en nieesl gegoede Ghineezeu ler keuze van den prefect; en met autori satie wijders op gedachte rechtbank om in alle zaken, waarin ren Chinees de beklaagde persoon zijn zal, naar regt, reden en billijkheid en onder approbatie van den Gouverneur Gene raal uitspraak te doen, zonder dal daarvan eenig appel of hooger beroep zal vallen, .evenals zulks omtrent de landge reehten in de Jaccalrasche en Preanger regentschappen plaats heeft, met dien verstande nogtans, dat van civiele senlentien, de somma van rd' 200 excedeerende en waarvan ten be hoorlijken lijd appel is aangeteekeud, aan Schepenen te Batavia kan worden geappelleerd. 13 Maart. Afschaffing van hel landmelers-kantoor ie Batavia — Aanstelling van een gezworen landmeler aldaar. De Regering beaamde de zienswijze van den (louverneur- Geueraal, »dat, aangezien aan het collegie van president en Schepenen der slad Batavia bij geaniplieerde instructie onder anderen is gedemandeerd om onder hare archieven geseponeerd te builden de kaarten en grondleekeniugen van alle de par ticuliere landerijen in de Balaviasche ommelanden, hierdoor ten eenemale overtollig wierd gemaakt hel kantoor van den landmeler, 'Iwelk dusverre heeft bestaan; dat dit, zoowel als de ahuisen, welke in de huishouding van dit kantoor waren ingeslopen, en bel oneigen is, dat diensten, die voornamelijk strekken ten voordeele van particulieren, door vaste tracle menlen. emolumenten en verstrekkingen van 's Landswege werden beloond, hoogsldezelve van de noodzakelijkheid bad over luigd, dal bel laudiueters kantoor werde afgeschaft en vervangen 1809. H. W. DAENDELS. 568 door een gczworeu landmeler, die, in navolging van helgecn zijne excellentie deswegens Ie Samarang liad ingevoerd, zonder eenig vasl salaris van gouvernemenlswege te genieten, eenelijk weide gebraclit onder den eed van getrouwheid en geautoriseerd om bij hel verrigten zijner werkzaamheden lon dienste van particulieren een daggeld te berekenen, zooals bij de instructie voor den landmeter te Samarang is bepaald". Op 18 April 1809 werd de •burger landmeter" tevens benoemd tot 2 ,len taxaleur van vaste goederen. Zie ook 19 Wintermaand 1809. 13 Maart. Verdeeling van de Cheribonsche Sultan's landen. Is besloten te bepalen, dat de zoogenaamde Sultbans landen en het prinsdom Gabang onder de drie Sulthans van Gherihon zullen worden verdeeld en aan dezelve toegewezen in manier, als volgt, als: aan Sulthan Suppoe: Tagala met jonken rijstland 1800 en zielen 2X7,27, Gabang met » » 651 » ■> 22645 Koeningan met.... » » 4.~>() » ■ 12277 Tjikasso » » » 547 * » 9458 Loessarie » .. .. » » 426 » » 12056 waaronder 300 jonken uit het Ga bangsche gebergte met een evenredig getal huisgezinnen en dessa's; van Cheribons hoofd-negorij een ge deelte met jonken rijstland 705 » » 5000 of te zamen rijstland 4259 en zielen 80739 aan Sulthan Anom: Pandjalo met jonken rijstland 1555 en zielen '2565;'. Matlang Hadjie met » » 708 » 14U09 Radja Galo met.. . . » » 438 » 7322 Transporleere.. . . jonken rijstland 2501 en zielen 45866 1809. H. W. DAENDELS 569 Per transport.... jonken rijstland 2501 en zielen 45866 Siedang Kasie met. • • 1058 » « 15984 van Cheribons hoofd-negorij een ge deelle mei jonken rijslland 280 • • 8772 van de Batiawang wettang een ge deelle, dat aan Radja (ialo grenst, met jonken rijstland 495 » » 8000 of te zaaien rijstland 4504 en zielen 76622 aan Sulthan Cheribon: Kandang Auwer met jonken rijstland 627 en zielen 14809 Banawang koeion » » » 731 » » 17401 wettang • ■ » 2955 » ■ 48040 of te zamen rijstland 4295 en zielen 80250 Zie ook 7 April 1809. .';' Maart. Verkoop van Regeringswege van zekere koop waren. Wordt de gemeente bekend gemaakt, dal op den 15 eD dezer in Rade van Indië besloten is om op den IS" 1 Mei aanstaande 's Landswegeo publiek te doen verkoopep, op zes maanden crediet en betaalbaar in papieren geld, de navolgende arti kelen, als: catoene garens in soort, indigo, cardamom. curcama. camphur (Japanscbe), sapanbout en Japanscbe kabaijen. En opdal een iegelijk hiervan kennis erlange, zal deze, be halve in de Hollandsehe, ook in de Chineesche en inlandscbc talen ler plaatse gebruikelijk worden aangeplakt. " t *" r> . (langhaar verklaring van koperen stuivers (bonken). Aangezien op den 15 en Maart dezes jaars in Kade van ludie 1808. H. W. DAENDELS. 57 hoeveel volk ontbreek! en welke manschappen geremplaceerd Moeten worden, zijnde de chef van den generalen-slaf reeds "pl;is| de nodige inslriiclien en reglementen voor deze depots 111 "nier Ie brengen. 14 Julij. Voorschriften nopen* de bank van leening. «8 besloten: Eerslelijk: dal van nu voortaan geen officianten of bediendens Va " de bank van leening zullen mogen wezen borgen, zoo "'m voor eikanderen, als voor particulieren, die bij hel ge belde collegie cenige belceningen doen: en dal alle borgstel "Dgen, die contrarie deze bepaling mogten zijn gedaan, moeien w orden opgezegt en ingetrokken en binnen den tijd van een '"aand, na de ontvangsl van dit besluit, door anderen ver engen op de speciale verantwoordelijkheid van de bank van leening. Ten tweeden: dat voor alsnog aan de bank van leening Z;, l verblijven hel regt om, volgens hare instructie, verkopingen te mogen houden, doch dal die verkopingen van nu af aan *ollen worden gedirigeerd van gnuvernemenls wege en onder dezelfde verantwoordelijkheid voor de officianten van de bank, a ' s hij de instructie voor vendumeesteren is bepaald, met in rekking van hel salaris, 't welk de banks-ollicianten uil liet Provenu van die verkopingen plegen te genieten, 't welk zal boeten komen ten voordeele van den Lande. Ten derden: dat, om de gemelde officianten wegens het e e mis van deze revenuen na billijkheid te dedommngeren, unne traclemeulen zullen worden gebragl, als: v; >» den directeur op rd* 6000 * de vier commissarissen, ieder op » 3600 " den kassier en secretaris, ieder op » 4600 ' n gaande met primo Julij dezes jaars, vrij van ambtgeld, e, 'wijl daarentegen dat van den taxateur zal blijven op den le genwoordigen voel. Ten vierden: dat, aangezien door de voormelde, nieuwe in 1809. H. W DAENOELS. 570 besloten is om, ler voorziening in bel gebrek aan Japanscb koperen munt, wederom een-stuiver-stukken van dit metaal te doen vervaardigen, zoo is het. dat de gemeente biervan zoowel wordt kennis gegeven, als dat de gemelde eeß-Utuiver stiikken. ter zwaarte van een half reaal, op de eene zijde gemerkt zijn I. S. en op de ommezijde niet hel jaargetal 1809. Wordende voorts de opgeinelde een-stniver-stukken bij dezen gangbaar verklaard, mei lasl aan elk en een iegelijk dezelve vuur die waarde Ie ontvangen en geen binder of stremming aan derzelver omloop loe Ie brengen, op zoodanige straffe, als bij de wetten daartegen is vastgesteld. En opdal niemand hiervan onwetendheid zoude kunnen voorwenden, zal deze worden gepubliceerd en in de Hollandscbe, Javaansche, Maleidsche en Chineesche talen worden gealïigeerd ter plaatse gebruikelijk. Om, zoo veel mogelijk en zoo spoedig doenlijk, te voorzien in de «penurie" aan koper geld werd op 13 Maart bovendien bepaald: door de respectieve pachters en polia's onder ultimo van deze en misschien ook de volgende maand aan 's Lands kas te doen opbrengen, de eerste in mindering van bun pachtschal en de laatste tegens verwisseling van papieren geld, zonder agio, als door de na te meidene pachters: van de boom rd* 6000 » Weslcrsche lijwalen » 2000 » • groenlekranien en winkels • 4600 » hel hoofdgeld der Chineezen « 1000 • » slaglcn van vee • 800 » » » » varkens » 800 » » kerven van tabak • 200 » de waschkaarsen • 200 ■ ■ rijslmarkt • 200 » » herbergen • 400 Transport eere. . .... rd' 113200 1809. H. W. DAENDELS. 571 I'er ransporl rd' 10200 van de hanevegterijen • 200 - . toplal'els ■ 21)00 » • waag » 1500 ■ wajangs » 1200 • den handel aan schepen * 400 en door de potia's van Weltevreden » 5000 van Tanabang, Tanjong en ïjimangis » 2000 » Assum en Parrang Correk » 800 » Tj'ilintjing » 500 » Grinding » 500 • Meester-Cornelis ■ 400 » Tangcrang » 1000 of te /.amen rd" 50000 De generale directie werd op 24 Lentemaand 1810 gc machtigd een e onbepaalde hoeveelheid Japansch koper tot bonken Ie laten verwerken, aangezien hel gebrek aan koper geld bleef bestaan. 14 Maart. Regeling der prijzen van benoodigdheden voor hel hospitaal Ie Samarmii/. Is goedgevonden de berekening omtrent het kostende van verschillende benoodigdheden voor het hospitaal te Samarang Ie approberen, gelijk geapprobeerd wordt bij deze, als volgt: 1 wil brood, wegende 6 oneen, voor 2 koppen rd* — st s 6 1 8 rundvleesch » — » B 1 ■ varkensreussel » — » 10 100 halfwassene hoenders » 8 » 16 versdie vis 's daags per man » — » 3 drooge » » » » » — ». 1' j dilVerenlc groenlens voor de Europeesen "s daags per man » — » 2 inlandsche groenlens voor de inlanders, 1809. H. W. DAENDELS. 572 even als die in hel hospitaal te Ba tavia, 'sdaags per man rd" si" — '/a I bottel versch clappus-olij, insteede van hooier te gebruiken » — » 12 1 "vè carbouwvleesch » — » 10 I kleine vadem brandhout, circa 12 op een groote vadem gerekend » — » 40 1 bottel limoensap . » — » 24 naaister-loon voor een kussen-sloop » — » 1 » » » » hemd » — »20 » » ■ » broek » — » 7'/, » » » » bedde-laken • — ■ 8 » » » ' Javaasche kleedje.. . «— » 7'/ 2 waschloon voor bedde-laken. hemden, broeken, kussensloopen, bultzakken. kleedjes groot, of klein, ieder stuk » • I En is wijders goedgevonden voor de bediening der zieken in het gedachte hospitaal te Samnrang te accordeeren: voor Europeesche oppassers, Europeesen, welke reeds toe gestaan zijn; voor inlandsche oppassers drie rijksdaalders, zilver, en drie gantings rijst 'sniaauds: en voor vele diensten kettiiiggangers. Wordende wijders de kommissaris ordonnaleur kwalificatie verleend om 8 inlanders tegens boven gemaakte bepaling ten dienste van gedacht hospitaal in te huuren. 14 Maart. Tarief' voor militaire yeweermakers. [s goedgevonden hel tarief wegens hel kostende der verschil lende deelen aan een geweer, waarna de geweermakers hij de respective regimenten en verdere korpsen gehouden zullen wezen de reparatien te verrigten, de daartoe noodige ambagts lieden Ie onderhouden, benevens de aankoopen van staal en ijzer, etc. te doen, te approbeeren. gelijk geapprobeerd word bij deze, als volgt: 1809. H. W. DAENDELS. 573 een geweer afgenoomen rd* — si* 20 » • de pan verstaald » — »10 » » nieuwe pan • — »20 » » » haan • — » 20 » » » » -schroef » — » G » » » slagveer » — » 10 » » » panveer » — » 20 » » » noot » — » 20 » » » stang » — »10 » » baujonet-veer » — » 4 • nieuwe aftrekker-veer » — » 10 » halve nieuwe beugel • — » 8 » nieuwe beugel aan de schoft. » » 50 » laadstok gesoldeert » » ü » nieuwe duitn-plaatje ■ — » 8 » liaan-lip • — » 10 » nieuwe blaadje boven den aftrekker ... » — » 12 » » laadstok » — » 40 » » schroef in soort » — » 4 » ring-beugel .*. . » — » 8 » nieuwe banjonet-nool » — » 6 » banjonet gesoldeert .. » — » 8 » nieuwe slaarl-schroef • — » 40 i » sloot-plaat » — » 8 » • schoft. » — » 24 » halve nieuwe schoft » — » 20 » nieuwe slot • 5 » — » » banjonet » 2 • — noot gerepareerd » — » 4 nieuwe kopere beugel » — » 30 » • stangveer » — » 10 » geweer gebruineerd » — » 4 » ring-veer. » — » 0 » nieuwe noot » - » 18 » halve laadstok » — » 20 » zunlgat verboord « — » 20 1809. H. W. DAENOELS. 574 een nieuwe kopere kop rd" — St' 30 » zijplaat (koper) » — ■1 1 » sabel beugel • — » 50 » nieuwe kopere ring • — » 12 » sabel-beugel » — «50 » schoft geleimd » — » 8 - ketting-boei met slot » 5 » — » soldaat in de ketting te klinken voor het werkloon en materialen » 5 • — Wijders dit tarief mede in den Oosthoek te iulrodueeeren. 17 Maart. Toekenning van een Iraclemcnl ad 12 rijks daalders, zilver geld, 's maands, aan tien oppassers van hel collegia van Schepenen. Zij moesten een paard onderhouden, «aangezien deze op ■ passers meerendeels tot de expeditie in de ommelanden «werden geëinploijeerd". Het liactement was hetzelfde als dal der oppassers van den drossaard en van den prefect over de Jakatrasche en Preanger-bovenlanden. 17 Maart. Lasl 10l hel afbreken van liet blokfmis Rijswijk en van hel fortje Noordwijk. \IZ"'- Intrekking van hel bepaalde np 5 October 1807 nopens fide-commissen. Naardien bij ons bedenkingen zijn ontstaan tegens de gemaakte bepalingen bij placcaat van > "' r l, ' r 1807, houdende liet algemeen verbod tegens de institutie van lïdei-commis saire verbanden op vaste goederen boven de posten Antjol. Dwars in den weg, Noordwijk, Rijswijk, de Ketting, Ankée en de Fluit gelegen, en wel inzonderheid de liardigheid. welke er voor onmondige of uillandige erfgenamen in gelegen ligd, dat bun erfdeel, in vaste goederen bestaande, ten gevolge van dat verbod in alle gevallen ten gelde moeien worden 1809. K. W. DAENDELS. 575 gemaakt, ongeacht door bijzondere omstandigheden van tijden en zaken dezelve bezittingen naauvvlijks de heil' der wezent lijke waarde l)ij eenen zoodanigen, gedwongen verkoop komen te renderen, Itehalven dat ook de waarde der landerijen en vaste goederen hierdoor in hel algemeen wordt gedeprecieerd. En wij uit dien hoofde op den 17™ Maart laatstleeden in Kade van Indië besloten hebben, ter wegneming dezer be zwaren, de voorschreven wet van den s'" October 1807 in te lrekken en buiten effect te stellen, onder waarschouwing noglhans aan de administrateurs van lidei-coinmissair ver liondene goederen om in den aanstaande met oplettenheid voor derzelver goede behering Ie zorgen, sub poene, dat bij bevinding, dal zij bieroinlrend in gebreke blijven, zoodanige goederen, onder openlijke afkeuring van derzelver gedrag als administrateurs, publiek zullen worden verkogt: met instand houding voorden van alle wetten en ordonnantien, anterieur aan het meermelde plarcnal van den !> en October 1807 tegen bet leggen van lidei-commissaire verbanden door Moren, Chinesen en andere onchrislenei» daargesteld en geëmaneerd. Zoo is het, dat wij, allen en een iegelijk hiervan kennis willende doen erlangen, begeeren, dat deze zal worden ge publiceerd en in de llollandsche en de gewoone inlandsche talen gealligeerd, waar dit behoord *en te geschieden ge bruikelijk is. 19 Maart. Reglement voor de kleeding en uitbetaliiiy van hel let/er. Art. 1. Alle hoofdelijke betalingen der Europeesche mili tairen zullen met ultimo Maart aanstaande over gansch Java cesseren en in de verdere bezittingen van Zijne Majesteit, den Koning van Holland, in Indien, zoodra dit reglement ter harer kennisse zal zijn gekomen en van dien tijd af geschieden door het tractemenls-kantoor te Batavia en elders door de traeteinents-boekhouders of andere houders der publieke kas op de korte sterkten der detarbeinenten eoiupagnien, baltail- 1809. H. W. DAENDELS. 576 loos en regimenten, door den commissaris van oorlog, een ieder in zijn arondissenient, voor conform mei de door hem gehouden wordende registers getekend, en in alles navolgens de modellen, hieraan geannexeerd sub n° 1. Art. 2. De betaling der tractementen aan de onder-officieren en soldaten zal geschieden navolgens liet hier achter onder u" % geannexeerd tarief, in dier voege daarvan de rijd- en monte rings-gelden terstond bij de uitbelaliug uil 'sgouvernements kassa zullen worden afgetrokken, alsmede alle gelden worden te goed gebragt wegens deserteurs en gestorvene ofafgcgane militairen. Art. 5. De cavallerie en rijdende artillerie te Batavia zal maandelijkse!] voor het aanwezige getal paaiden ontvangen, als: voor ieder cavallerie-paard rd 8 3: 40 en voor ieder artillerie paard rd" 4 : 24, uit welke gelden de fourage betaald en kleine reparatien zullen geschieden; doch zal van de gedachte uit gaven bij een behoorlijk kassa-boek mei credit en debet specifique aantekening moeten gehouden worden, uit welk kassa-boek met ultimo van ieder maand een extract aan den commissaris van oorlog zal worden afgegeven; en zal hel surplus dier kas blijven (er dispositie van het gouvernement. Art. 4. Eenmaal des jaars zal de armee in Indien na volgens bepaling, hieraan geannexeerd sub n° 5, op nieuw gekleed worden en, nadat de eersle kleeding zal zijn geschied, voor de vernieuwing van dezelve een vaste lijd worden bepaald, waarop zulk voortaan jaarlijks zal geschieden. Art. 5. Elk regiment of corps zal ten eersten een com pleele montering laten aanmaken en dezelve ter approbatie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal aanbieden, ten einde daarna de uniform van elk regiment werde bepaald. Art. 6. Te Batavia, Samarang en Sourabaija, als zijnde de meest geschikte plaatsen, zullen na publieke aanbesteeding met den minst aannemende, mits lot het werk bekwaam geoordeeld wordende, ten spoedigste de nodige contracten lul aanmaking der monleriugslukken voor de armee na- 1809. H. W. DAÈNDÉLS. 577 FLAKiAT-UllfcH UÏKL XV. 57 volgens het voorschreven model gesloten worden en bij de voorwaarden dezer aanbesteeding onder anderen expressehjk worden bedongen de hoeveelheid der stoilagien, welke voor ieder inonleringsluk zal worden verstrekt, en dat de leverancier na 't ontvangen der calculative eisch, dewelke door den commissaris van oorlog aan hem zal worden overhandigd, bovenal zal hebben te zorgen, dat alle de aan te makene monleringstukken binnen den bepaalden tijd behoorlijk in de magazijnen werden afgeleverd; en zullen deze conditien van aanbesteding, zoowel als de dien ten gevolge aan Ie gaane «ontraden, zoodra dezelve zijn opgemaakt, aan den cornmissaris ordontialeni' worden ingezonden om voorts, benevens deszelfs consideraties, aan den chef van den generalen staf en door dezen aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter nadere approbatie te worden aangeboden. Art. 7. De gedachte leverantiers zullen egtergeenegoederen in de magazijnen mogen afleveren, voor en al eer dezelve door eene commissie van twee slaf-ollicieren, zoo mogelijk van hetzelfde regiment of corps, waartoe de monleringslukken behoren, zullen zijn geëxamineerd, goedgekeurd en met de modellen conform bevonden. Art. 8. De rijd-equipagie der cavallerie, alsmede de equi pagie en trektuigen der rijdende artillerie, zal, wanneer dezelve moet vernieuwd worden, door het gouvernement worden gefourneerd, doch worden de chefs dier wapen-corpsen ten slreugsteu gelast om alle mogelijke opletlenheid en attentie Ie gebruiken, dal deze equipagie-goederen bij tijds door kleine reparalien in een goeden en bruikbaren slaal worden onder houden Arl. 9. En zullen ten aanzien van deze equipagie-goederen, evenals lot de aanmaking van monteringstukken. na gedane publieke aanbesteding met den minst aannemende, wanneer dezelve voor de aanneming goed zijn, accoorden worden aangegaan om dezelve tegens vaste prijzen naar een nader Ie bepalen model te vervaardigen, zullende nochtans deze goederen in de daartoe bestemde magazijnen niet mogen 1809. H. W. DAENDELS. 578 worden afgegeven, dan nadat dezelve behoorlijk door de chefs der beide wapen-corpsen geëxamineerd en goed zullen zijn bevonden. Art. 10. Sourakarla en Djocjocarla de geschiktste plaatsen zijnde voor de leverantie van rijd-equipagien, Irekluigen, sporen, roskammen, stangen, enz. voor de cavallerie en rijdende artillerie, zullen, behoudens de contracten, welke bereeds mei de leverantiers aldaar zijn aangegaan, de aanbesleeding op de voornoemde plaatsen tot de complete benodigdheid van dezelve worden geëxtendeerd en de voorwaarden dier aanbe sleedingen, zoowel als de dien ten gevolge Ie maken contracten, zoodra dezelve zijn opgemaakt, aan den commissaris ordou nateur worden ingezonden om voorts, benevens des/.eiïs consideratien, aan den chef van den generaleu staf en door dezen ;ian zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter nadere approhalie te worden aangeboden. Art. 11. Het l e guaruizocns-regimenl, alsook de artillerie, gestationeerd le Anibon, Banda en Ternaten, en het guarnizoen van Macasser en Uandjermassing zal uit het Sainarangschc magazijn met de monteringstukken voorzien worden; en worden de chefs gelast om 'sjaarlijks met de eerste scheepsge legenheden hunne eischen in te zenden aan den chef van den generalen staf; het Cheribonsche, Banlamsche, Paleinbangsche en Lani[)ongsche guarnizoen zal uil het Bataviasche magazijn en hel l'asserouangsche en Banjoewangiesche guarnizoen en dat van Balij-Badong uit het Sou ra baijasche voorzien worden: en zullen de commandanten dier guarnizoenen alle jaren, drie maanden voor den bepaalden tijd, dal de kleeding zal geschieden, hunne eischen, geteekend door degeenen, welke de funclien van commissaris van oorlog waarnemen, aan den chef van den generalen staf inzenden. Art. 12. De administralive of hoofd-bestieren zullen wijders verpligt zijn een wakend oog le houden, dat alle montering slukken van deserteurs, overledenen of afgeganen behoorlijk op de monteriugs-kamer worden bewaard om daarvan bij on voorziene gelegenheden hel noodige gebruik te maken tot kleeiling van aankomende recrulen of anderztus. 1809. H. W. DAENDEL6. 579 Art. 13. De bereeds bij de onderscheidene regimenten en corpsen bij reglement of besluit geinlroduceerde administratie zal blijven continueren op den vorigen voet, zooverre daarin bij dil onderwerpelljk reglement geene alteratie is gemaakt. Isij dil reglement belmoren de navolgende stukken: (Model, n" 1, is niet aangetroffen). N°. 2. Tarief van lielaling der Europeesche en inlandsche onder officieren en soldaten, na aftrek der rijd- en monleerings gelden : kavallerie: maandelijks (ractemenl een opper-wachtnieester rd» 24 : 25 » trompetter-majoor » 20 :25 wachtmeester » 16 :41 fourier » 14 :33 trompetter » 15: 1 » brigadier » 11 :35 » dragonder » 8 :29 » zadelmaker . » 23 :10 » hoefsmit » 24:25 ■ geweer- of spooremaker » 18 :42 . kadet » 13 :25 infanterie en jagers: maandelijks tractement een onder-adjudant rd s 40 : — » sergeant-major • 18: 32 » tamboer- » » 18: 32 » sergeant ■ 10: — » bataillons-tamboer • 10: 32 » musikant • 10: 32 » fourier » 10: — » corporaal » 7: 24 1808. H. W DAENDELS 58 rigling mede zal vervallen hel genot van een percent uit de vendu-rendenienten voor den afslager voor de bank van leening, de hooge regeering van Indien wordt geautoriseerd voorden zelven een vasl tractement Ie bepalen, naarmate van zijne mindere verantwoordelijkheid, alzoo hel inkasseren der vendu penningen alsuu zal wezen van hel departe,menl van den kassier. 14 Julij. Bepaling nopens legale hypotheek van vendu houders op verkochte goederen. Zijne excellentie zich conformeerende met de bepalingen nopens liet regl van preferentie, ten voordeele van de gequa lificeerde venduhouders gemaaki bij de resolutien der hooge regeering van den »' n September 1648, 20" Mei 1670, 2S' n Julij en 22" Augustus 1687, als niet contradictoir zijnde aan latere verordeningen, verstaat, dat de gequalificeerde vendu houders generalijk zullen hebben legaal of stilzwijgend hypo theek op de verkochte goederen, voor zooverre dezelve bij den debiteur gevonden worden, mitsgaders preferentie voor alle anderen, die geene schepen- of hank-kennissen hebben van ouder dagteekening, als ten tijde dat de verkoopingen gehouden zijn, waaruit de pretentien der venduhouders resulteren, be nevens parate executie lot zes maanden toe. 19 Julij. Verbanning ad vitam van een k Batavia in de ketting geklonken Chinees naar China. Slechts als curiositeit wordt dit feit vermeld 19 Julij. Toekenning van een pensioen uit de slads-kas te Balavia. Schepenen werden gemachtigd om »aan den uithoofde van hoogen ouderdom en verzwakt zielsvennogen in den dienst onbekwaam geworden gezworen klerk van het prolhocol kantoor, Abraham Salomons, uil slads-kas te laten afgeeven eene maandelijksche gratificatie van rijksdaalders 30, papier geld". 1809. H. W. DAENDELS. 580 ambachtslieden, ieder rd* 10 :— een grenadier • 5:20 rijdende artillerie: maandelijks Iracleiaenl een opper-wachtmeester rd" 24 : 2a » wachtmeester » 1G :41 » fourier » 14:55 » brigadier » 12 : 2i5 » trompetter • 15: 1 » kanonnier » 10: 54 » eerste zadelmaker » 25 :10 tweede » ■ 17:14 paardensmit » 24 : 2!i • timmerman of wagenmaker » 18 :42 » smit of spooremaker. » 18 :42 artillerie te voet: maandelijks tractement een onder-adjudant rd» 40 : — » sergeant-major » 18 :52 tamboer- » » 18: 52 » fourier » 10: 0 »> sergeant , » 10: 9 » bataillons-tamboer « 10: 32 » corporaal » 8:16 ■> kanonnier » 7: 24 werklieden, ieder » 10 : — inlandsche Christenen : maandelijks tractement een sergeant of fourier rd s 7: — » corporaal » 6: — » grenadier of fuselier » 5: — inlandsche troepes: kavallerie: maandelijks tractement een wachtmeester . rd' 9: — 1809. H. W. DAENDELS. 581 een fourier rd» 9: — « brigadier en trompetter » 8: — hoef-smit » 5: — • dragonder » 4: — infanterie eu jagers: maandelijks traclement een sergeant rd» B: 24 » fourier » 5: 24 • corporaal » 4: 24 tamboer of pijper » 3: 24 » fuselier » 3: 24 rijdende en artillerie te voet: maandelijks Iractemenl een wachtmeester, sergeant of kommandeur... rd' 6:24 • fourier » 6:24 corporaal of brigadier » 5:24 » trompetter » 5:24 tamboer .... » 4: — kanonnier » 4: — NB. De grenadier-onder-olficieren en grenadiers genieten dagelijks een halven stuiver baard-geld; en blijft de uitbetaling der tractementen in die munt-specien continueeren, gelijk zulks tot nu toe heeft plaats gevonden en volgens differente besluiten bepaald is. Als ook de verhooging van koslgeld lot rd* 4 aan de Euro peesche en Amboneesche onder-officieren en soldaten te Batavia. Aanlooning van hetgeene bij voorgaand tarief van betaling als rijd- en monteerings-gelden afgetrokken is, als: Europeesen en Amboneesen: bij de infanterie, jagers en artillerie: van een onder-officier rd s 1:16 » » corporaal » —: 40 » » soldaat » —: 40 kavallerie en rijdende artillerie: van een opper-wachtmeester rd' 7:17 1809. H. W. DAENDELS 582 van een wachtmeester rd s 6:17 » trompetter » 7:17 • brigadier » 5: 24 » dragonder of kanonnier • i> :-4 inlanders: bij de infanterie, jagers en artillerie: van ieder onder-officier en soldaat ril' — : 24 bij de kavallerie: van ieder onder-officier en dragonder rd" 1: — N°. 5. Bepaling der nionteeringsliikken, welke aan de armee in Indien jaarlijks door bet gouvernement zullen gegeven worden. Aan een Europeesehen of Amboneeschen infanlerisl, jager of artillerist: een rok, NB. Bij de corpsen, daar witte » kaniisool, onder-monteerings gedragen worden, twee lange broeken, zal een witte en een blauwe broek • hembden, gegeven worden; ook, zoo de rok » paar schoenen; van laken is, zal dezelve om de 2 jaren gegeven worden, alle drie jaren: een lceren halsdas, » kaskel of chaco met vederbos en toebehooren, » paar leeren slopkousen. Aan een Europeeschen of Amboneeschen kavallerist of rij denden artillerist: een rok of dolman, « kamisool, » lange broek, twee hembden, NB. Zoo rok, of dolman en broek een paar laarzeu, van laken zijn, zullen dezelve om » schoenen, de 2 jaren gegeven worden. » stalbuis, » lange broek, » slalmuts; 1809. H. W. DAENDELS. 583 om de drie jaren: een kaskel of chaco met vederbos en toebehooren. ■ leeren halsdas, « chabrak of waltrap. Aan een inlandschen infanterisl, jager of arlillerist: een rok, ■ kamisool, Iwec lange broeken; om de drie jaren: een paar leeren slopkousen, • leeren halsdas, » kaskel of chaco met vederbos en toebehooren. Aan een inlandschen kavallerist of rijdenden arlillerist: een rok ot' dolman, » lange broek, » kamisool, » paar laarzen, » stalbuis, » lange broek, > stalmuts; om de drie jaren : een kasket of chaco met vederbos en toebehooren, » leeren halsdas, ■ chabrak of waltrap. 19 Maart. Voorschri/l nopens de uitbetaling van mili taire iradementen, enz. Is besloten het opperhoofd van het generale traetements kantoor, den hoofd-administrateur te Samarang, den gezaghebber in Jnva's Oosthoek en voorts do tractemenls-boekhouders o|> de respectieve buiten-kantoren te autoriseeren, gelijk dezelven geautoriseerd worden bij dezen, om, ingevolge besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van heden, in 's Lands kas te ontvangen alle zoodanige gelden, welke navolgens de door hoogstdenzelven geapprobeerde staat rekeningen der onderscheidene regimenis-kassa's uit dezelven 1809 H. W. DAENDELS. 584 in 's Lands kas moeten worden gestort: met last, zich voortaan omtrent de uitbetaling van mililaire traclementen en andere ongelden te gedragen naar heigeen deswegens hij hel provi sioneel reglement voor de kleeding en uitbetaling der armee in Indien, mitsgaders bij de instructie voor de commissarissen van oorlog van heden, is vastgesteld. Hiermede houdt verband het navolgende besluit van den zelfden datum. Is hesloten de chefs van de regimenten of corpsen van 's Konings armee in Indien te gelasten met den eersten aan den chef van den generalen staf over te loggen ecne door den commissaris van oorlog geverifieerde staatrekening van de zich in de regimentskassen bevindende gelden om, na be komene approbatie op dezelve, de gedachte gelden in Gou vernement! kas over te brengen. 19 Maart. Instructie voor de commissarissen van oorlog. Art. 1. Bij ieder der divisien te Balavia, Samarang en Ie Sourabalja zal respectievelijk een commissaris van oorlog worden geplaatst. Art. 2. De commissarissen van oorlog zullen verplicht zijn, een ieder in hun arrondissement, te houden stamlijsten van alle de individu's, lot de differente wapen-corpsen der armee onder zijne divisie beboorende, zoowel Europeeschen, Ambo neezen, als inlanders. Art. 3. leder commandeerend officier, van de eene divisie tot de andere overgaande, zal gehouden zijn bij deszells over komst nominative stamlijsten van zijn corps aan den commis saris van oorlog der divisie, waarbij hij komt te staan, in te leveren; en zal de commissaris van oorlog der divisie, waaruit het corps versterkt wordt, gehouden zijn aan dengenen, onder wion hetzelve geplaatst is, mede een complete stamlijst van hetzelve over te zenden; en zullen de commandeerende offi cieren voorts verplicht zijn van alle de ouder hunne corpsen 1809. H. W. DAENDELS. 585 voorvallende mouvementen, verplaatsingen, desertien, sterfge vallen en dagelijksche changementen binnen den tijd van tweemaal vier en twintig uren, nadat dezelve zijn voorge vallen, kennis te geven en speciflque opgaven te doen aan den commissaris van oorlog, die van zijne zijde verplicht zal zijn daarna de noodige verandering bij de door hem gehouden wordende stamlijsten te maken. Art. 4. De chefs en commandeerende officieren, welke nalatig zullen worden bevonden om de voorschreven opgave binnen den tijd van tweemaal vier en twintig uren Ie doen, zullende bij hel eerste verzuim van dien aard worden yeslraft mei militair arrest voor den tijd van drie maanden en bij herhaling van dezelve nalatigheid door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal arbitrairlijk, naar exigenlie van zaken, worden gepunteerd. Art. 5. Op het einde van iedere maand zullen bovendien aan den commissaris van oorlog door ieder regiment, corps of detachement, onder zijne divisie behoorende, korte sterklens worden ingediend, benevens de traclement-lijst van de Euro peesen, Amboineezen en inlanders, welke lijsten, door hem geëxamineerd en tegenszijn register nauwkeurig geconfronteerd en daarmede accoord bevonden zijnde, door denzelve voor conform gefeekend, aan het tractements-comptoir te Balavia of elders aan den Iractcinenls-hoekhouder of wien de betaling ineumbeert, zullen worden afgegeven, dan wel teruggezonden aau zoodanige corpsen of detachementen, als op de kleine comptoiren hunne betaling erlangen, wanneer daarop de noodige uitbetaling volgens tarief zal worden gedaan. Art. 6. Voor alle verdere uitbetalingen, als voor geleverde monteeringstukken, voor daggelden of douceurs aan officieren of voor welke andere zaken zulks ook zoude mogen wezen, zullen door den commissaris van oorlog behoorlijke ordon nanlien, gebaseerd op de daarbij gevoegde besluiten of geap probeerde contracten, op 'sLands kas opgemaakt en als geviseerd geteekend worden om voorts door den directeur-generaal van 's Konings linanlieu en domeinen te Batavia of elders door 1809. H. W. DAENDELS. 586 wien zulks incumbeert, te worden geëxpedieerd ; alle, welke ordonnantieß, voor en aleer dezelve ter expeditie worden aan geboden, door den conmiissaris van onrlog zullen moeten geboekt worden in het ordonnantie-boek van de divisie, waartoe zij liehooren. Art. 7. De te verstrekken randsoenen zullen navolgern liet daaromtrent bepaalde larief en op den voet van het besluit van den 7 C " September 1808 (') worden berekend en 10l de ontvangst door den commissaris van oorlog een ordonnantie opgemaakt en met deszelfs visa voorzien worden, welke or donnantien bij hem, commissaris, voor de afgave zullen worden geboekt in het ordonnantie-boek op de rekening van het corps of regiment, waartoe dezelve beliooren, en voorts moeten in houden eene specificatie der manschappen, waarvoor de rand soenen worden verstrekt, navolgens de lijsten, bij artikel 1 vermeld. Art. 8. Wanneer de commissaris van oorlog eischen van de regimenten of corpsen ontvangt, hetzij van militaire goe deren, schiijfbehoeflen ol' andere, zal hij een van zijne, hem ondergeschikten met dezen eisch naar het magazijn of pak huis zenden, waaruit deze goederen verstrekt worden, ten einde te vernemen, welke artikelen daarvan aan handen zijn, waarop dan, voor die aan handen zijn, de ordonnantien door hem zullen worden opgemaakt, welke ordonnantien, voordat de verstrekking geschied, almede door hem in het ordonnantie boek zullen worden geboekt; en voorts aan den chef van den generalen staf en aan den commissaris-ordonnaleur opgave moeten worden gedaan van de hoeveelheid der verstrekte sloffagien en van het getal der differente monleeringslukken, welke dnaruil ingevolge de contracten, met den leverancier aangegaan, zullen moeten worden geleverd. Arl. 0. De commissaris van oorlog ontvangt wijders we kelijksche rapporten van de restanten in 's Lands klee ding-pakhuis, alsmede van alle de door den leverancier der (') Dit besluit is niet aangetroffen. 1809. H. W. DAENDELS. 587 niontepringstukken afgeleverde goederen, liehoorende tot de kleeding van een soldaat: ook zal hij maandelijks eene opgave ontvangen van de" gezamenlijke corpsen en regimenten in zijn arrondissement van de voorhanden zijnde ïnonteeringen en de nog marcheerende, waarop hij alsdan de verdeeling, indien geene genoegzame stoffagie's in de magazijnen nioglen zijn, zal maken in diervoege, dat de corpsen of regimenten volgens hare sterkte gelijkstandig hiermede voorzien worden, ten einde te gelijker tijd te worden gemonteerd. Art. 10. De commissaris van oorlog zal geene ordonnan tien, hoegenaamd, mogen opmaken, noch voor zijn visa leekenen, dan navolgens de daar liggende orders, tarieven, hesluiten en contracten of op eene uitdrukkelijke qualifieatie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, waarvan telkens voor de eerste maal de bewijzen aan de ordonnantieii zullen moeten worden geannexeerd, zullende voor alle excessen, ahuisen en verzuimen, in deze begaan, hij visitatie der gene rale rekenkamer persooneel verantwoordelijk worden gehouden. Art. 11, De stoffagien tot aanmaking der monteeringen voor de recruten zullen voortaan ann de leveranciers op or donnanties worden afgegeven en niet aan de regimenten of corpsen; en, daar de leverancier van ieder regiment van hel model der uniform voorzien is, zoo zal hij verpligt zijn ge stadig in voorraad te werken en, indien eene quantiteit van zijne te leveren artikelen in gereedheid is, dezelve op eene daartoe door den commissaris van oorlog opgemaakte ordon nantie afgeven in de daartoe hestemde magazijnen: en zal de gedachte commissaris verders verpligt zijn mei den leverancier een gelijkluidend hoek te houden, waarin de in voorschot ontvangen gelden en stoffagien genoteerd staan om hij de af levering met hem het ontvangene te vereffenen; ook zal hij, zoo spoedig als mogelijk, van de regimenten en corpsen op gave vorderen van de monteeringslukken, welke namens het gouvernement hereeds verstrekt zijn, ten einde zulks be hoorlijk werde verzekerd. Art. 12. In de arrondissemenlen. waar nog geen contract 1809. H. W. DAENDELS. 588 gesloten is tot levering der ruontecringstukken voor de troupes, zal de commissaris van oorlog zorgen, dat ten eersten bij publieke aanbesteding de leverantie daarvan aan den minst aannemende, mits voor de voldoening aan hel contract be kwaajn geoordeeld wordende, werde opgedragen navolgens zoodanige modellen van monleeringslukken, laarzen, schoenen, chacos, enz., als door hem aan den leverancier zal worden verloond en ter band gesteld, zorgende levens, dal de con ditien dezer te docne aanbeslediugen, zoowel als de dien len gevolge op te makene contracten vooraf worden ingezonden aan den commissaris-ordonnaleur en door dezen aan den chef van den generalen staf om, benevens derzelver consideralien, ter nadere approbatie aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te worden aangeboden; zullende de ge dachte leverantiers hoegenaamd geene goederen mogen aan maken, voor en aleer zij daartoe, na bekomene approbatie vnn het contract, de noodige order van den commissaris van oorlog zullen ontvangen hebhen. Art. 13. De commissaris van oorlog zal maandelijks eene recapitulatie of tezamentrekking opmaken van al, hetgeene nan gelden, gtoiïagicn, randsoenen of wal dies meer is, ge durende de maand aan de onderscheidene troupes is verstrekt geworden, en nan den cornraissaris-ordonnateur inzenden om voorts, benevens deszelfs consideratien, nan den chef van den generalen slaf en door dezen aan zijne excellentie den Maar schalk en Gouverneur Generaal te worden aangeboden. Art. 14. Hij zal voorts gehouden zijn al dalgeene te ver riglen, wat tot hel departement van een commissaris van oorlog behoorl, daaronder niet begrepen hetgeen tot de wa pening der corpsen betrekking heeft, en zich wijders zoodanig hebben te gedragen, als een trouw en eerlijk commissaris toekomt en betaamt. U|> 20 Mei 1809 is deze instructie gewijzigd, als volgt: dal van alle, door de commissarissen van oorlog geverifieerde 1809. H. W. DAENDELS. 589 uitbetalingen, onder welke benaming zulks ook zoude mogen zijn, door hen zal moeten worden gehouden een registratie boek, waarvan zij maandelijks kopij zullen moeten zenden aan den commissaris-ordonnateur ter examinatie en confron tatie : dat van de uit 's Lands magazijnen ten dienste der armee verstrekte randsoenen, zoomede militaire goederen, schrijf behoeftens of andere materialen en eindelijk ook nog van de in de magazijnen restant zijnde ontvangene en wederom af gegeveue sloffagien, monteeringslukken, equipements-goederen, enz. door de commissarissen van oorlog zullen worden ge houden maandelijksche tabellen ; dat alle gepensioneerde officieren; welke hunne pensioenen door gevolmagligdens willen lalen ontvangen, ten blijke hunner existentie, gehouden zullen zijn daartoe aanvrage in geschrifte aan de gevolmagtigdens te doen, terwijl de ondcr-oflicieren en soldalen in verre afgelegene guarnizoeneu hunne pensioenen kunnen lalen toucheeren op lijsten, door de militaire com mandanten geleekend en ter registratie en verificatie aan den commissaris van oorlog ingezonden: dat aan geene leveranciers eenige uitbetaling zal geschieden, voordat hunne rekeningen door den commissaris-ordonnateur goedgekeurd zijn, ten welken einde dezelve ter visie aan hem moeten worden ingezonden; dal, zoodra de commissarissen van oorlog kennis erlangen, dat er troepes uit hun arrondissement zullen marcheeren, zij volgens ontvangene order de noodige aanschrijvingen aan het plaatselijke gezag der prefeclures of districten, waardoor de troepes moeten passeeren, zullen moeten lalen afgaan, ten einde voor de noodige vivres, fourage, baüoors'en paarden worde gezorgl, gevende levens daarbij op de rustplaatsen en de hoeveelheid van battoors en paarden, voor bet marcheerendt; corps benoodigd; dat alle vertrekkende en arriveerende troepes door hen zullen worden gemonsterd en van de sterkte als anderzins aan den connnissaris-ordonnateur rapport worden gedaan: 1808. H. W. OAENDELS. 59 ~ï- Julij. Wijziging van het bepaalde op 29 April 1808 nopens het hoofdgeld der Chinezen. 0 De hoge regering dezer landen, geconsidereerd hebbende de inconvenienten, welke zig in de bij publicatie van den 29 en April dezes jaars gearresteerde, Iniilengevvnne heffing van 15 stuivers hoofd-geld der Chinesen ten behoeven der officieren van die natie hebben opgedaan, beeft op den lf) e " dezer in Rade van Indien goedgevonden de voorschreven publicatie in zoverre te modificeren, dat de capitein der Chinesche natie zal gehouden en verplicht wezen, zo als hij ook daartoe bij dezen word gelast, om volgens zijn aanbod van de betaling van de gemelde 15 stuivers hoofdgeld vrij te kennen zodanige individus zijner natie, als zich voor behoeftig en onvermogend zullen aangeven en worden erkend. En opdat de inhoud dezes aan een iegelijk kennelijk worde, zal deze gepubliceerd en in de Chinesche taal worden vertaald en geaffigeerd ter plaatse, waar gewoonlijk publi ralien en afh'xien worden gedaan. 21 Julij. Aanstelling van een kapitein, hoofd der Ma leische natie te Rcmbang. Het blijkt niet, dal zoodanig hoofd reeds vroeger te Hembang aanwezig is geweest. 26 Julij. Deponering van gelden in 's Lands kas Als een voorbeeld, hoe in 1808 te Batavia werd handel gedreven, diene het volgende. Door den gewezen koopman en administrateur te Soerabaija, Daniel Francois van Alphen, bij requeste verzocht zijnde om het beloop zijner fondsen in zilveren muntspecie in 's Lands kassa a deposito te mogen overbrengen en om daarvoor te ontvangen een bewijs in triplo, dat hij in Amerika of in Europa de nodige negotiatien zoude kunnen eutatneeren, in dier voege, dat de geene van een neutraal of Hollandsch schip, 1809. H. W. DAENDELS. 590 dat aan alle troopos, die hun guarnisoen verlaten en naar ecne andere plaats inarclieeren ol' verplaatst worden, door den commissaris van oorlog, onder wiens divisie zij belmorcn, een certilicaat zal worden verleend, tol welken tijd hunne tracteinenleri zijn uitbetaald, wordende de commissarissen van oorlog geiulerdiceerd de Iraclemcntslijslen goed te keuren, indien dit certificaat hun bevorens niet is gepresenteerd; dal, behalve de drie maandelijksche monteeringen, de com missarissen van oorlog de troepcs zullen kunnen monleeren, zoo dikwijls zij zulks na voorgaande kenuisgave aan den commandeerendea officier van de divisie zullen goedvinden, waarin niet zal worden gediiliciilleerd, ten ware de troepes oogenblikkulijk lot de eene ol' andere expeditie waren ge ordonneerd. Zie ook 15 Oclolier 1808 en 15 Augustus 1809. 21 Maart. Toekenning aan den president en leden van lid collegie van Weesmeesleren te lialavia van een traclemeiü ad 2000 rijksdaalders 's jams, betaalbaar elke di ie maanden. Zulks geschiedde »mel intrekking van alle leges, mantel len commissie-gelden". Zie ook 25 Fehruarij 1808. 21 Maart. Gratis afstand aan de Roomsch-Catholijke gemeente te Batavia van zeker erf lot den bouw eener kerk en pastoors-woning. Dit erf heette: »de stad Lubeck", behoorde bij hel huiten- Imspitaal en was gelegen achter de post Noordwijk. Het noodige hout kon uil 'sLands voorraad verkregen worden legen 2iï pet. beneden den marktprijs »ter l'acili lering »hunner religieuze pogingen". Zie ook 2 Sprokkeluiaaud 1810. 1809. H. W. DAENDELS. 591 21 Maart. Nadere regeling der werkzaamheden van den Gouverneur-Generaal, van den Raad van tndië en van den Directeur-generaal. De Regering besloot «conform" liet navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal. Daar onder de zaken, welke gewoonlijk ler tafel van deze regeering gebragt wierden, zijne excellentie den lieer Maar schalk en Gouverneur Generaal verscheidene waren voorge komen, die in detail, zooals zij wierden behandeld, de occupalicn dezer vergadering te zeer vennoeielijkteu en levens door dit gebruik aan onnoodige vertragingen en belemmeringen onder hevig wierden gemaakt; bedoelende zijne excellentie hiermede te verzoeken, welke aan deze regeering plegen te worden ge adresseerd tot het landen en verkoopen van aangebragte ladingen en koopmanschappen, om over Java naar Ambon, lianda en Arauw ten handel te varen, om geld naar Java uit te voeren, om rijst aldaar in te koopen, om zich naar Java of elders buiten deze koloniën te mogen begeven, om gepermitteerde goederen uit te voeren, om gelden in de grootc geldkamer te deponecren of naar elders buiten de kolonie te vervoeren en andere, derge lijke zaken, welke gedeeltelijk moeten beschouwd worden als van het ressort te zijn van den Gouverneur Generaal alleen en gedeeltelijk van het departement van den directeur-generaal van 's Kouings linantien en domeinen ; terwijl omtrent dezelve aan deze vergadering eenlijk behoorde te verblijven het maken van generale bepalingen, waarnaar men zich in het verleeneu van de gedachte concessien zoude reguleeren; en dat tot hel maken van deze bepalingen eene gepaste aanleiding zoude worden gegeven door het maandelijksch verslag, voortaan door den directeur-generaal nopens alle zaken, den handel, de linantien en de generale directie betreffende, aan deze regee ring in te dieuen, waarbij niet alleen zoude worden rapport gedaan van alle vergunningen van dien aard, welke in den loop der jongst verweken maand mogten zijn gevraagd, maar ook de cynosure voorgesteld, welke daaroinlrend voor het vervolg 1809. H W. DAENDELS. 592 tot liet meeste voordeel van den handel en der finanlien zoude dienen te worden gehouden; en daar volgens deze cynosure niet alleen eene meerdere eenparigheid in de besluiten dezer vergadering ten aanzien van hel toeslaan of ontzeggen van soortgelijke verzoeken zoude worden verkregen, maar de deeisiën daaromlrend, zonder cenigen invloed van personeele gunst of ongunst, op de be schouwing alleen van de bclangens van den handel en der liuaitiicii zouden rusten en bovendien alle onnoodige trainissc nieiiteu worden afgesneden, die dikwerf van schadelijke gevolgen zouden kunnen zijn; zoo |imponeerde zijne excellentie welmeld om uit aanmerking der aangehaalde redenen te besluiten, dal voorlaan alle de voorschrevene verzoeken niet meer aan deze regeering zullen worden geadresseerd, maar aan dcu Gouverneur Generaal alleen of, voor zoover zich deszelfs departement uitstrekt, aan den directeur-generaal, die dezelve zal accordeeren of niet accordeeren naar bevinding, submitteerende nochtans in het laatste geval de daarfegens bij hem opererende zwarig heden of difliculleilen aan het oordeel dezer vergadering en zich wijders daaromlrend aan de vastgestelde orders, regle menten en instructief! gedragende. 21 Maart. Vereenvoudiging der werkzaamheden ter gene rale secretarie. De Regering lieslool «conform" liet navolgende voorsiel van den Gouverneur-Generaal. Zijne Excellentie proponeert de navolgende reductie te adopteeren, als: 1° om de verevening van liet agterstallige werk te excu seeren, lielialven de resolutien, welke alsnog ter secretarij kunnen worden bijgeschreven; 2 Ü om te continueeren met het afschrijven der resolutien voor Holland, origineel en duplicaat; 3° om te excuseercn hel werk der inaterien en de heeren 1809 H. W. DAENDELS. 593 PLAKAAT-BOKK DKSL XV. 38 leden dezer vergadering Ie ontlasten van hel waarnemen der beschrijvingen; 4° om het beantwoorden der brieven van geheel Indien door deze regeering almede te excuseeren; dien ten ge volge een aparten commis te chargeeren, die dit werk onder hel oog van zijne excellentie en het opzicht der secretarissen generaal zal volvoeren, daartoe door zijne excellentie expresselijk te benoemen; 5° om hel houden van notulen bij deze regeering te excu seeren en direclelijk resolnlien te lalen formeeren, waardoor een secretaris wegvallende, den overblijvende 10/ m. rd* 'sjaars toe te staan; ü° om te excuseeren de overzending van de buiten-kanloren van de advisen, resolulieu, bijlagen en andere papieren voor Holland en uit de nog aanhanden zijnde het archief ter generale secrelarij te lalen completeren: 7° om almede Ie excuseeren het concipieeren van brieven door de regeering aan den minister, ter vermijding van herhaling, die de lecture daarvan nutteloos en onaange naam voor hoogst denzelven maken; 8° om door den heere directeur generaal daarentegen maandelijks een pertinent verslag aan de vergadering te laten doen van den tinanlieelen en mercantilen slaat van zaken van geheel Indien en van de dispositien, verbeteringen, vooruitzichten en verwachtingen, die men omtrent dit gedeelte van publieke administratie heefl, telkens, voor zoover de ingekomene berigten loopen, welk verslag bij belangrijke voorvallen mede tusschenlijds kan worden gedaan en den minister, inslede van de brieven, aangeboden, indien de gelegenheid daartoe con venabel is; 9° om den adjunct eersten gezworen klerk te chargeeren met het houden der realia; 10° om den marginalist levens te belasten met bel registreeren van alle de van de buiten-kantoren ontvangen wordende papieren; 1809. H. W. DAENDELS. 594 11" om het getal collatiqjiisten op één te bepalen en denzelven tevens te nomineereu tot archivaris; 12" om twee gezworen klerken aan te houden voor de actens en dagelijksche expeditie, en 15° om aan den eersten gezworen klerk Ie laten behouden de leges, doch de maandelijksche verslrekkingen van schiijfbehoeftens te reduceeren op: 2 riemen, groot formaat papier, instede van 9'/., riem 4 » klein » » » 14 7 / r 2 » 20 hossen pennen » • 80 bossen 1 ffi potlooden en rood aarde » >• 2 fe' om de ses maanden: 6 ffi lak in het halve jaar te laten op den ouden voel en alle meerdere verstrekkingen af te schaffen. Het doel van dezen maatregel was bezuiniging. Zie Daen dels, Staat enz., blad. 84, noot. 21 Maart. Machtiging op den directeur der /ortificatien en militaire gebouwen tot hel in dienst nemen van twee koeli's als vrapporlgangers" op liet gebruikelijke dagloon 21 Maart. Bepaling, dat elk collegie zijne eigen uit gaven moest bekostigen. Uit besluit is wel aangehaald gevonden, maar niet aan getroffen. ~\ "**" • Machtiging op den sequester insolvente boedel» van Compag7iie's dienaren aan de crediteuren in Indië te verantwoorden. De Regering besloot «conform" het navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal. Zijne excellentie de vergadering te kennen gevende, dat de 1809. H. W. DAENOELS. 595 voornaamste crediteuren in den boedel van wijlen den hoofd schout der stad Batavia, Hillegert, zich aan hoogstdenzelven hebben geadresseerd niet te kennen gave, dat van dezen boedel, welke als insolvent door den sequester van 's Lands insolvente dienaren was aanvaard, niets in voldoening hunner wettige prelensien zoude teregt komen, bij aldien daarmede ingevolge vorige usantien wierd gehandeld en de daaruit Ie proflueerene gelden aan de desolalc boedelkamer te Amsterdam wierden overgemaakt, verzoekende mitsdien en mede, omdat het na een verblijf van meer dan 25 jaren in deze kolonie niet te pres unieeren is, dat wijlen de hoofdschout, Hillegert, eenige pretensien ten zijnen lasten in Europa zoude hebbeu, dat de sequeslcr Caulier mogl worden gelast dezen boedel aan de crediteuren in deze kolonie te verantwoorden en op den voet, waarop insolvente boedels worden behandeld, te liquideeren; dat, daar de motieven van dit request volmaakt overeen stemden met de klagten, welke sedert jaren herwaards, zoowel hier, als in Holland, over de beheering der desolate-boedclkamer zijn uilgebragl, hoogstdezelve hel niet alleen billijk vond, dat in dit speciaal geval aan het verzoek der crediteuren in den boedel van wijlen den hoofdschout, Hillegert, werde voldaan, maar het tevens noodzakelijk oordeelde, dat in het algemeen omtrent de beheeriug van insolvente boedels van gewezen gouvernements dienaren eeue andere cynosure werde aange nomen, waardoor de gedachte misbruiken werden geweerd; proponeerende dien ten gevolge om, met intrekking en af schaffing van alle vorige wetten en usantien, daarlegcns strijdig, den gril Tier van den hoogen Raad van justitie als sequesler van de insolvente boedels van gewezen 's Lands dienaren in deze kolonie te autoriseeren en te gelasten om alle de boedels, welke in de' gedachte qualiteit onder zijne administratie zijn of zullen komen, aan de crediteuren dier boedels hier te lande Ie verantwoorden, daarin procedeerende op de wijze, waarop naar stijl en practijck insolvente boedels tot liquiditeit be hooren te worden gebragt, en daarbij observeerende, dal geene 1809. H W DAENDELS 596 gelden uil dezelve werden afgegeven dan onder de cautie de restituendo. Bij billet van 4 April 1809 werd bovendien ler kennisse van het publiek gebracht, »dat, vermits de creatie der gene rale rekenkamer en derzelver verplichting om alle de boeken, rekeningen en bewijzen van de kollegien van Weesmeesleren, van Boedelmeesteren der Chineesche en andere onchrislen sterfhuizen, van den curator ad liles en de sequesters te examineeren en te confronleeren, allen en een iegelijk de vrijheid wordt gegeven om, onverminderd den gewonen loop der justitie en een ieders verplichting om de pretensien, welke men vermeenen mogt op eenige der ouder de voorschreven beheering zijnde boedels te kunnen of te moeten maken, ter behoorlijker tijd en plaatse Ie doen gelden, dezelve prelensien tegen den tijd der confrontatie, behoorlijk geverifieerd, ook aan do generale rekenkamer welmeld te kunnen opgeven en inzenden". ""y", ■ Uitgifte van crediet-brievcn, aan te maken door hel college van Weesmeesleren, De Regering besloot »conform" het navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal. Zijne excellentie, onder te kennen gave van het oneigen aardige, dat het gouvernement was bankhouder van groot e en kleine panden, geldschieter op losse obligaüen en op vasle goederen, en van het gebrekkige van de geheele inrigling dei bank van leening, waardoor den Lande, zelfs na eene ver betering, daarin gemaakt, nog jaarlijks een verlies kwam te lijden aan interessen van meer dan vijftig duizend rd s , en de benodigtheden van het gouvernement zelve, welke vorderen, dat eene zoo aanzienlijke somma in deze difficile tijden aan 'sLands kas wierd terug gegeven, hoogstdenzelven hadden be wogen om in de eerste plaats het grootste gedeelte dei uitslaande penningen van de bank te laten incasseeren en 1809. H. W. OAENDELS 597 de verbanden op vaste goederen aan de weeskamer over te doen gaan, terwijl hoogstdeszelfs pogingen verder daar heen strekten om de bank van leening in particuliere handen te doen overgaan; dat zijne excellentie hierin door de tijds-omstandigheden niet hebbende mogen slagen en hel egter voor de smalle en commerceerende ingezetenen noodzakelijk is, dat zoodanig een bank, niet alleen blijft exteren, maar, gezuiverd van hare fouten, op nieuw wierde geëxtendeerd tot groote panden van roerende goederen, en dat alverder de weeskamer door te kunnen disponeereu over een aanzienlijker fonds in de gelegenheid gesteld worde de landeigenaren en verdere houders van vastigheden te kunnen gerieven met 2 / 3 der waarde, indien zulks benodigd ware, op hare goederen; Zijne excellentie, om deze doeleindens ten voordeele van het publiek en zonder nadeel van 'sLands kas te kunnen daarstellen, noodzakelijk heeft geoordeeld dezer regeering het volgende voorstel te doen: 1° om de weeskamer te doen creëren zes maal hondert duizend rd s papieren van credit, van stukken van een duizend rd s , mei magt om dezelve in circulatie te brengen en last aan de administrateurs-generaal en mindere kas houders van den Lande dezelve, evenals de credit-brieven van den Lande, in betaling te ontvangen: 2° om tot meerder zekerheid van het publiek de gedagte papieren van credit te doen contrasigneren door eene commissie uit deze vergadering; 3° om uit de provenuen van deze meerendeels op hypotheken uitgezet wordende credit-brieven, a zes percent, vier en twintig duizend rd 9 te laten verstrekken tot het onder houd van de bank van leening; 4° om den Lande provisioneel nog te laten fourneeren drie maal hondert en vijftig duizend rd s , op een interest van '/j percent 's mnands, aan de bank van leening en voorts, navolgens een verbeterd reglement, uit deze penningen 180Ö H W. DAENDELS 598 aller hande soorten van roerende goederen te doen be leenen, welk reglement tot basis dient te hebben, dat alle panden zullen verrenlen tot den dag, dat het monlant der verkogte panden in de kas van de bank zal zijn terug gebragt. en dat de verkopingen op de ordinaire wijze en gewone percenten zullen geschieden door vendu meesteren, welke daarvoor zullen genieten een percent, terwijl de overige 5 percent mede ten voordeele van de bank in deszelfs kas zullen worden gestort. En eindelijk om bet gementioneerd reglement door eene commissie uit deze regeering te doen concipieeren. Zie ook 7/14 September 1809. 22 Maart. Verhooging van 3 stuivers, kopergeld, lot 3 stuivers, zilver geld, van liet kostgeld, voor elke» gevangene in 's Lands boeijen te Samarang aan dun cipier uit te keeren. Zie ook 11 Julij 1809. 22 Maart. Machtiging op de officieren van de djajang sekar's als distinctief te dragen i>een enketde zilvere ■azabel dragon". 25 Maart. Bepaling, dat aan inlandsche recrulen, ter stond bij hun aankomst, zooveel dagen soldij verstrekt moest worden, als hun zoude wompeteren tot aan den T>ordinairen looning-dag". 25 Maart. Aanstelling in den Oosthoek van een com missaris tot adsislenlie van den gezaghebber bij alle werken, welke personeel toezicht vereischlen. Het tractement van dezen commissaris bedroeg 80 rijks daalders, zilver geld, 'smaands. 1809. H. W. DAENDELS. 599 27 Maart. Adoptie. Ontvangen een missive van den hoogen Raad van justitie van Hollandsen Indien, geschreven alhier [Buitenzorg] den 22 fn Februaiij jongstleeden, dienende in heantwoording der resolutie van zijne excellentie in dato 7 September 1808, waarbij in handen van weimeiden Raad was gesteld de requeste van de vrije vrouw Manies, daarbij, — onder te kennengave, dat zij, sup pliante, buiten wettig huwelijk had ter wereld gebragt een dochtertje, 't welk door nu wijlen den dispencier te Samarang, Joan Hendrik Gerlach, bij haar zoude zijn verwekt, en dat dit kind, genaamd Paulina, vervolgens door de weduwe van den voornoemden Gerlach was geinstitueerd geworden tot deszelfs universele erfgename e» sedert zonder testament was komen te overlijden,— verzoekende, dat aan haar als vleeselijke moeder van dat kind zoude mogen worden uitgekeerd al, hetgeen door hetzelve was nagelaten, — met injunctie aan meer gedachten Raad om zijne excellentie te dienen van consideratie en advis, of en in hoeverre na gemeene regten of ook inge volge de plaatselijke wetten en usanlien in deze kolonie de supplianle als moeder van hare onwettige dochter, dan wel de naaste erfgenaam van de ouders bij adoptie 10l de gedachte nalatenschap geregligd moesten worden gehouden; en in aanmerking genomen zijnde, dat het gedachte kind, Paulina, door hare moeder, de vrije vrouw Manis, volgens acte van adoptie, te Samarang voor den gezworen beambt schrijver, Hendrik Fredrikze. en getuigen op den 1™ October 1777 gepasseerd, aan den gezegden J. H. Gerlach en deszelfs huisvrouw, Maria Elias, als adoptanten is overgegeven, onder expresse verklaring van de zijde der gemelde vrije vrouw Manis van, niet alleen afstand te doen van het geboorte-regt, maar ook van het regt van erven van haar dochtertje Paulina, hetzelve zonder eenige reserve overgevende aan Gerlach en zijne huisvrouw; considerende, dat bij de gemelde acte van adoptie niets bedongen is, hetgeen tegen de wetten of de billijkheid zoude 1808. H. W DAENDELS 6 ficieren van gezondheid der eerslc classe of chirurgijns-major, Iweede classe of aide-chirurgijns, derde classe of élève chirurgijns. In de hospitalen zal een doctor, behalve de chirurgijn-major, mede den dienst waarnemen. De bereiding der geneesmiddelen zal aldaar geschieden door apothekers, evenals de chirurgijns in classes verdeeld. Art. 2. Alle officieren van gezondheid (indien zij niet uit het vaderland zijn gezonden) zullen, op voordragt van den chirurgijn of doctor en chef, door zijne excellenlie den Maar schalk en Gouverneur Generaal worden aangesteld. Art. 3. Alvorens zullen zij moeten geëxamineerd zijn door den doctor of chirurgijn en chef meteen chirurgijn of doctor principaal en den oudsten chirurgijn-majoor, welke zich in de nabijheid van het hoofdkwartier bevind, van welke zij een certificaat hunner bekwaamheid, door deze aHen onderteekend, zullen ontvangen. Art. 4. Wanneer een officier van gezondheid van zijn dienst verlangd ontslagen Ie worden, zal hij zich bij den chirurgijn of doctor en chef aanmelden, ten einde door dezen dan de noodige acte van demissie aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zoude kunnen gevraagd worden. TWEEDE U'IIEKJ.IM;. Traclement en uniform. Art. 1. De chirurgijn of doctor en chef zal een tractemeul genieten van (H)OO rd s , zilver geld, in het jaar. leder chirurgijn of doctor principaal geniet een tractement van 5000 rd 8 , zilver geld, in het jaar. leder doctoi-, chirurgijn en apotheker van de eerste classe zal hebben een tractemenl van 2400 rd s in 't jaar, op den voet van betaling der armee. leder chirurgijn of apotheker van de tweede classe zal ge nieten een tractemenl van 1200 rd s in 't jaar, op den voet van betaling der armee. 1808 H W DAENDELS 60 welke ern der 3 bewijsen zoude prodöceeren, van dezelfde voorrechten zal jouisseeren ler verkrijging van producten legens de prijzen, ;ils waarvoor dezelve als dim aan vreemde of eige schepen, contanten mede brengende, zullen worden van de band gezel, en dat hij wijders, tol tegemoetkoming voor hel langduurig gemis zijner gelden, bij de belading mol Benige preferentie zoude mogen worden geheneficeerd en, des mogelijk, voor dal geld alleen kollij Ie mogen obtineeren, zoo is goedgevonden en verslaan des suppliants verzoek in zoo verre te accordeeren, dat van hem in 'sLands kas zal worden geaccepteerd zoodanige contante gelden, als door hou 10l dat einde zullen worden aangeboden, en hem daarvoor Ir verleeuen bewijsen in Iriplo, onder verzekering, dat voor die certificaten bij vertoning producten zullen worden alge slaan legens ilc markt-prijgen en de verdeeling, zoo als die zal stand grijpen ten dage der vertoning van zodanig bewijs, doch mei ontzegging van hel anders of meerdere door hem verzochte. 26 Julij. Ampliatie van hel bepaalde op 25 Junij 1808 nopens conlanlen van afwezige personen. Aangezien uil een aanschrijven van zijne excellentie den lieer Maarschalk en Gouverneur Generaal, in dato 8 dezer, de begeerte van hnoggemelde zijne excellentie is geconsteerd, dal. in ampliatie onzer publicatie van den 2:>" Junij laatstleden, waarbij de in kas telling der ledig liggende conlanlenvan ge repatrieerde en uitlandige personen wordt geordonneerd, nader door de onderscheidene gevolmagligdens van de voorschreven gerepatrieerde of uitlandige personen worde opgegeven, welke contanten zij onder hunne administratie hebhen en de wijze, waarop en aan wieu dezelve zijn uitgezet geworden; — zoo is het, dat wij, ter voldoening aan de voornoemde begeerte, goedgevonden hebben Ie ordonneeren en te statueeren, zooals geschied bij dezen, dat alle de gevolmagligdens te dezer hoofdplaatse van uitlandige en gerepatrieerde personen binnen 1809. H. W. DAENDELS. 600 strijden, maar integendeel, dat de voorschreven acte conform is aan een speciale wet van Gouverneur Generaal en Raden, vervat in hoogstderzelver resolutie van den 9 en Mei 1769, waarbij, uithoofde dat niet zelden bij het adopteren onder den inlander bedenkingen en verschillen in het sluk van erfenisse wierden geboren, tot wegneming van die incon venienten is geslatueenl, dat, wanneer Chinezen, Moluunedanen of andere onchrislenen hunne kinderen aan een ander bij wege van adoptie overgeven, bij die overgave zullen moeten verklaren, of zij van het regt van erven van zoodanig over te geven kind of kinderen afzien, dan wel in het stuk van erfenisse geconsidereert willen blijven als eigen vader en moeder, ingeval zoodanig kind of kinderen door voor-over lijden iets nioglen komen na te laten, met last voor de notarissen en ook de beambtschrijvers op de builen-kantoren, tot het opstellen van alle wettige actens en instrumenten gequalificeerd, om, zoowel in het eene, als in het andere geval bij de actens dan wel contracten van adoptie te doen blijken van hetgeen de contractanten daaromtrent begeren te sti puleeren, nadat zij door hun behoorlijk onderrigt en onder vraagt zullen zijn op al het door Gouverneur Generaal en Raden gestipuleerde bij de onderwerpelijke resolutie, alles onder dezen verstande, dat, wanneer de eigene ouders van zulk kind of kinderen gerenuncieerd hebben van het regt van erven op dezelve en zulke geadopteerden geen wettige descendenten nalaten, de adoptanl of adoptanten bij het sterven van dergelijk kind of kinderen zullen geconsidereert worden als vleeschelijke ouders, hetzij zoodanig kind bij uitersten wille gedisponeerd heeft of niet, en zelfs de naastbestaanden van den adoptanl of de adoptanten, bij dezer laatsten voor overlijden, evenals naastbestaanden van het geadopteerde kind of kinderen, indien de geadopteerde zouder testament komt te sterven, onverminderd het regt van erven, dat in alle gevallen zulk geadopteerd kind of kinderen dan wel derzelver wettige descendenten behouden op de ouders, welke de over gave van kind of kinderen gedaan hebben, en levens verkrijgen 1809. H. W. DAENDELS. 601 op dengenc, welke hen adnpteerd, tenzij het speciaal anders mogt begrepen of met de adoptie niet verder mogt beoogd worden dan de bezorging van eene goede opvoeding door den adoptanl of adoptanten; overwegende eindelijk, dat, nademaal de convenientie tus sclien Gerlach en zijne huisvrouw ter eenre en de vrije vrouw Manis ter andere zijde rust op eene uitdrukkelijke wet van Gouverneur Generaal en Raden en het kind Paulina ab intestato is overleden, het aan geene verdere twijfel kan onderhevig wezen, dat, in stede van de vleeschelijke moeder of de suppliantf in dezen, de naast bestaanden van de adop tanten, Gerlach en zijne huisvrouw, zooals die door het Indisch versterf-regt daartoe worden geroepen, ten volle tot de erfenis der nalatenschap van het kind Paulina geregligd zijn; besluit dienvolgende het bij requeste gedaan verzoek dooi de vrije vrouw Manis te ontzeggen, zooals het ligt, en daarentegen, conform het uilgebragle advis door den hoogen Raad van justitie, de naaste erfgenamen van den meermelden J. H. Gerlach en zijne huisvrouw volgens het Indisch ver sterf-regt voor geregtigd te verklaren als erfgenamen ab intestalo van de nalatenschap, door het kind Paulina met den dood ontruimd. 27 Maart. Maatregel ter bevordering van de circulatie van koper geld te Samarang en Ie Socrabaija. Is besloten, dat de winkeliers en Chineezon, zoo te Samarang als te Sourabaija, volgens eene te maken verdeeling zullen moeten fourneeren eene zoodanige somme in Japansch koper geld, als tot betaling der militaire tractementen aldaar, voor zoover die in koper geld genoten worden, maandelijks zal worden bevonden noodig te wezen, en zulks tegen verwisseling van een gelijk bedragen aan papieren van crediet uit 'sLands kas zonder eenige agio, ten einde hierdoor de kopere munt in de circulatie te behouden, 't militaire Ie gerieven en't agio teeren tegen Ie gaan, in navolging van hel geen te Balavia is 1809. H. W. DAENDELS 602 geintroduceert, alwaar de pachters en de potia's der bazaars, ingevolge van een deswegens door de hoogc regeering genomen besluit ('), op denzelfden voet voor de militaire tractementen moeten fourneeren dertig duizend rijksdaalders, koper geld. 's maands, in ruiling legens papieren van crediet. 27 Maart. Aannlelting vim opzichten Irij liouisiaprl plaatsen. Is besloteu, dat op de onder volgende houlstapelplaatsen Europeesche opzichters zullen worden geplaatst, als te: Sourabaija, waaronder sorteert Banjer of Probolingo; Grissee, waaronder Sidaijoe en Toeban; Rembang, waaronder Lassum en Bantjar; Joana, waaronder de dessa Pepedanghan bij de Wallahan en Taijoe: Samarang, waaronder Karwelaan en Quala üamak: Tagal, waaronder Bacoelang in 't Tagalsche en Gangang in het Paccalongansche. Voorts de tractementen van deze opzichters, zoowel als die der inlandscbe hoofden, welke onder ben gesteld zijn, te be palen, zooals dezelve bepaald worden bij dezen, als: de Europeesche op7.ich.ters te Samarang, Rembang en Grissee, ieder 's maands op rd" 75 de zes inlandsche hoofden op de aan hen onder geschikte stapelplaatsen, ieder 's maands op » 15 de Europeesche opzichters te Sourabaija en Joana, ieder 's maands op • 60 drie inlandsche, aan hen ondergeschikte hoofden, ieder 's maands op » 12 de Europeesche opzichter te Tagal, 's maands » 50 de aan hem ondergeschikte inlandsche hoofden op de stapelplaatsen in het Paccalongansche, ieder 's maands » 15 en te Bacoelang » 10 alles in zilver geld (') Zie boven bladz. .170. 1809. H. W. DAENDELS 603 Eindelijk te bepalen, dat de Europeesche opzichter der vereenigde stapelplaatsen van Tagal en Pncralongang zijne woonplaats op Tagal zal moeten kiezen. 28 Maart. Toekenning aan den baas jager te Balavia van 60 rijksdaalders, papieren geld, 's maand s. Hij moest daarvoor zes (vroeger 12) jaag-paarden onder houden, nevens de noodige ■ hoeijangers" 28 Maart. Bepaling, dat het tractemcnt der leden van het collegie van Schepenen voor l j s gedeelte in zilver geld uit de stads-kas zoude worden betaald, da» wel met de onder ultimo van elke maand door de Regering te henalen agio in papieren geld. Zulks was «aan alle overige ambtenaren ter hoofdplaats «Batavia toegestaan". 28 Maart. Aanwijzing der standplaatsen van de schouten en onder-schouten in de ommelanden van Balavia. Is goedgevonden en verstaan: 1° den bij besluit dezer regeering van den .V" dezer aan gestelden schout voor het Zuid Wester quartier alsnu te doen verblijf houden op Kouripang, leggende aan den weg van Tangerang naar Buitenzorg. na gissing van Tangerang Zuidelijk 50 paaien, van Jassinga Noord Oostelijk 40 paaien; 2° den schout van het Noordwester quartier op Batoe Tjepper. uithoofde van de groote jurisdictie, welke onder dit schoutambt, vooral aan den zeekant, zal komen en alwaar zig een groot deel slegt volk ophoud en in de regen mousson ontoeganklijk is, evenals die van het Zuidwester qaartier en op denzelfden voet, toe te voegen eenen onder schout om verblijf te houden op Kalapang. 1809. H. W. DAENDELS. 604 28 Maart. Ménage in de Bataviasche huishouding. Is goedgevonden en verstaan: Ten eersten: onverminderd de bij besluit dezer regcering van den 2l ,n dezer bereeds gemaakte bepaling, het generale secretarie te bepalen op de volgende geêmploijeerdens: 1 1™ gezworen klerk rd s 2400 met behoud der leges, docli zonder meer: 1 adjunct l en gezworen klerk • 2400 1 marginalist of register-houder • 1440 1 archivaris en collationist » 1200 2 gezworen klerken ad rd s 100 ieder • 2400 4 ordinaire » ■ » 60 •• » 2880 4 tweede > • » 40 - • 1!)20 4 derde • » » 30 • • 1440 4 vierde • » ■ 20 - • 960 Ten tweeden: bij den heere directeur-generaal te plaatzen : 1 klerk van rd 8 60 en 1 40 of 'sjaars rd 8 1200 Ten derden : het kantoor van den translateur in de Maleidsche taal te bepalen op: 1 translateur a rd 8 2400 'sjaars 1 klerk » » 360 » 2 klerken » >• 240 4 assislenten • « 306 » Ten vierden : het kantoor van den translateur in de Javaansche taal te stellen op: 1 translateur a rd 8 1800 'sjaars 1 Javaanschen schrijver » 118 :19% » Ten vijfden : de generale rekenkamer bepaald te laten volgens de jongste organisatie, doch, als daar niet onder begrepen, in te trekken hel gevalideerd extra-douceur voor twee klerken a rd" 20 ieder 'smaands. Ten zesden: het finantie-kauloor, benevens dal van de administrateurs-generaal op den onlangs bepaalden voet te laten, behalven twee klerken, welke aan ieder zijn toegestaan 1809. H. W. DAENDELS. 605 a rd 8 20 ter maand en dezelve mitsdien te laten conlinu eeren. Ten zevenden : de wapenkamer te bepalen op: 1 boekhouder a rd s 1200 'sjaars 1 klerk » » 480 1 i » » 240 Ten agtsleu: de administratie der suiker-pakhuizen te reduceeren lot op een administrateur en gevolglijk bij vaca ture deszelfs plaats onvervuld te laten. Ten negenden: het artillerie-kantoor te bepalen op: 1 klerk a rd» 40 of 's jaars rd s 480 1 » » » 50 • » » 560 Ten tienden: de administratie der pakhuizen van Onrust hij vacature te supprimeeren en te verdeelen, de helft aan de Waterpoort en de wederhelft aan de Westzijdsche negotie pakhuizen. Ten elfden: hel traclcments-kantoor te verminderen met den visitaleur met zijne klerken, welke 's maands genieten rd' 195 of 'sjaars rd' 2540 den suppoost en twee klerken van het militaire departement, na verevening hunner boeken, a rd 8 220 's maands of 'sjaars » 2640 Ten twaalfden: het traclement van den gezworen klerk bij den hoogen Haad van justitie in te trekken en het getal klerken voor dat collegie te bepaalen op twaalf. Ten dertienden: bij de hooge militaire vierschaar, in slede van twee helmbardiers, een bode te doen fungeeren onder het genot van rd 8 45 ter maand of 'sjaars rd s 540. Ten veertienden: de kerk- en school-dienaren te vermin deren met 5 schoolmeesters, als len onrechten opgebragt, tot rd 8 510 'sjaars; het voorlezerschap op Onrust rd 8 240 'sjaars; instede van 4 doop-boekhouders en 8 inlandsche krank bezoekers, slegts de helft aan te houden. Ten vijftienden: de boekbinders te stellen op 4 boekbinders a rd 8 15 's maands ten dienste van het generale secretarie 1809. H W. DAENDELS 606 en op 4 boekbinders, mede a rd" 15, voor de generale directie. Ten zestienden: bij vacature het kantoor van den ont vanger generaal in te trekken en te laten overgaan op dat van den groot kassier. Ten zeventienden: de bedieningen van ordinaire gecom mitleerdens bij vacature te doen vervallen. Ten aglienden: de post der gecommilteerdens over de suiker-culture bij vacature insgelijks te doen vervallen. Ten negentienden: te bepalen, dat het collegie van huwe lijksche en kleine gerechts-zaken voortaan uit hare eigen fondsen deszelfs onkosten moet iuipendeeren en bestrijden. Ten twintigsten: de domestiken van zijne excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal en de verdere be dienden voor deze regeering te bepalen op: 1 casteleiu voor het gouvernements gebouw a rd* 100 'smaands rd s 1200 'sjaars 1 kamer-bewaarder » 720 » 8 bodens a rd 8 4ö 's maands » 4520 » voorts 12 inlandsche ordonnancen, onderhouden op den voet van oppassers, doch jaarlijks een onkostbare montering, zeer gedistingeerd verschillende van die der oppassers, en dezelve te verdeden, als: 6 ter dispositie vau zijne excellentie, 2 voor den lieutenant-Gouverneur-Generaal, 2 • " directeur-generaal, 1 » » secretaris-generaal van den Maarschalk en Gou verneur Generaal, en 1 » » secretaris der hooge regeering. Ten een en twintigsten: af te schaffen de afbetaling aan twee brieven-bestelders tot rd" 54 in het jaar. Ten twee en twintigsten: de geëmploijeerde van het voor malig ambagts-kwartier alsnu te bepalen op: 1 lands-arcbilect a rd s 7125 'sjaars 1 opziender der werken a » 3üoo » 1 meesterknegt a » 600 » 1809 H. W. DAENDELS. 607 1 dessinatcur, tevens de werken nagaande, a. .. rd*."6o 'sjaars en voorts te doen vervallen de alhier geömploijeerd geweest zijnde geel-gieter, loodgieter en glazemakers. Ten drie en twintigsten : de bediening van opziender der equi page smitswinkel, genietende rd s 1200 in het jaar, in te trekken. Ten vier en twinligsten : almede in Ie trekken de opzienders plaats op de equipage kuipers-winkel, bedragende 's jaars rd s 1200; en Ten vijf en twinligsten: insgelijks Ie vernietigen den post van meesterknegt op den kaartemakers-winkel, genietende 'sjaars rd s 360. Het tolaal bedrag dezer bezuinigingen bedroeg 94, 592: 47-,., rijksdaalders 'sjaars. Zie ook 19 Julij 1811. 28 Maart. Intrekking van douceurs, enz Zijne excellentie legd over een korte aantoning van diverse politique en andere ongelden, douceurs, procentos, spillage en andere partiele inkomsten van verschillende dienaren, welke na de jongst gemaakte bepalingen nopens de vaste tracte unenten en andere ingevoerde bezuinigingen alle dienen te worden ingetrokken, benevens een aantooning van de ver mindering, welke in de verstrekkingen van verschillende huishoudelijke uitgaven zoude kunnen worden geleden, onder te kennen gave, dat door de besparing van alle welke uitgaven in het geheel, in vergelijk der uitgaven van het vorige jaar, eene menage voor 's Lands kas zal worden betracht van eenmaal hon derd en dertien duizend zeven honderd zeven rd 9 twee en twintig stuivers, gedeeltelijk in zilver, kopere en papiere munt: met voorstel wijders om, voor zoo ver de een of ander der bij de hiernevens overgelegde lijst vermelde uilgaven en douceurs niet reeds bij een bijzonder besluit mogt zijn ingetrokken, dezelve alle bij besluit van heden voor den ver. volge te doen cesseeren; volgende de gedachte lijst hierbij geinsereert: 1809. H. W. DAENDELS. 608 1809 H. W. DAENOELS 609 I'LUIAI-kOEK OKEL XV. 1808. H. W. DAENDELS. 61 den tijd van veertien dagen, gerekend van heden af, aan onze I»ij publicatie van den 25'" Jiuiij laatstleden en nu nader benoemde commissie, welke des Maandags, Woensdags en Donderdags, des morgens van agt tot tien uren, ten huize van den heer van Ifoesen zal vacecren, volledig en duidelijk onder presentatie en, des noods, prestatie van eede zullen moeien opgeven het beloop der gouden en zilveren muntspeciën, welke zij in die hoedanigheid onder hunne beheering hebbeu; de wijze, waarop dezelve, en de personen, aan wie die gelden zijn uitgezet geworden: zullende door onze opgemelde com missarissen de aan hun gedaan wordende opgaven behoorlijk worden gesecreteenl. Wordende bovendien aan de meermelde gevolmachtigden* de verzekering gegeven, dat het gouvernement in geneudele gezind is om over die uitgezette gelden op eenigerlei wijze te beschikken en deze requisilie alleen ler haarer speculatie en verzekering word gedaan. En opdat niemand hiervan eenige ignorantie zonde kunnen voorwenden, zal deze worden gepubliceerd en geaffigeerd, waar het behoord en te geschieden gebruikelijk is. Zie ook 14 September 1809. 27 Ju lij. Verstrekking van brood aan militairen. Uil de overwegingen van besluiten van Üaendels van 27 en 30 Julij 1808 blijkt, dat Ie Balavia van Landswege geen brood aan militairen werd verstrekt, «maar wel uit de krijgskas •of uit het overschietende van een particulier legaal van «wijlen den Itaad extra-ordinair van Indien, Jan Greeve. 10l •soulagement der zieken geaffecteerd". 27 Julij. Bepaling, dat de tractementen der secretarissen generaal en van hun personeel voor de hdjl met zilver geld en voor de andere helft met papiereti geld uil betaald zouden worden. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal in 1809. H. W. DAENDELS. 610 Is navolgens dit voorstel besloten en mitsdien de afbetaling van de bij voorschreven lijst voorkomende posleu, voor zoover niet reeds bij vorige hesluiten afgeschaft en ingetrokken, alsnu af te schallen en in te trekken, zooals geschied bij dezen. 28 Maart. Besparing van uitgaven. Zijne excellentie exhibeerd een kort tableau van uitgaven, welke hoogs I den zelve bij examinalie der boeken dezer hoofd plaats van het vorige jaar zijn te voren gekomen, welke gedeeltelijk uit zich zelven komen te vervallen en gedeeltelijk door eene stiïclere oeconomie zullen kunnen worden uitge wonnen en waarvan het bedragen te zamen tot een monlant van viermaal honderd twee en zestig duizend twee honderd en negen rd* en negen stuivers, zoo aan zilvere, kopere als papiere munt, in alle gevalle door deze regeering zoude kunnen worden beschouwd als een fonds om daaruit de onvoorziene uitgaven voor dit loopende jaar, welke niet zullen zijn te 1809. H. W. DAENDELS. 611 vermijden, ruim te kunuen goedmaken, blijkende dit een en ander nader uil de volgende Aan loning van zoodanige gelden, dewelke geduurende den loop van dit boekjaar apparent niet behoeven uitbetaald te worden en ook gedeeltelijk van zig zelfs komen te vervallen, waardoor voor den Lande word ingewonnen bet volgende: 1809. H. W. DAENDELS 612 1809 H. W. DAENDELS. 613 sommarium totaal: aan zilver rd' 48077 :44 » koper munt » 8043: 4 » credit pa pieren » 406088: 9 te zamen . . . rd s T 62209 : 9 NB. Daarentegen zullen weder vele ontevoorzieue uitgaven "loeien gedaan worden, die men alsdan uit deze ingewonnen gelden moet vinden. (Onder stond) Weltevreden, den 25 pn Maart 1809. (w. g.) H. W. MUNTINGHE. Zoo is verstaan daarvan deze aauteekening te houden. 1809. H. W. DAENDELS. 614 28 Maart. Betjrooting van inkomsten en uitgaven len behoeven van Balavia voor het jaar 1809. Zijne excellentie geeft te kennen, dat na de reductie van dienaren en de intrekking van verschillende poslen van uit gave, douceurs en andere ongelden. waartoe deze regeering heeft besloten, en na de maatregelen, welke reeds te voren omtrent het invorderen der uitstaande gelden van de bank en van het vendu-kantnor door hoogsldenzelve waren genomen, zijne excellentie thans in staal gesteld was deze vergadering een calculative berekening te kunnen overbrengen van de inkomsten en uitgaven, waarop gedurende dit loopende jaar ter dezer hoofdplaats kan worden gerekend; dat het deze regeering na examinalie der heide daartoe betrekkelijke en hierna geinsereerde meniorien zoude consleien. dat de uitgaven daarbij ruim zijn genomen, zoodat dezelve niet ligt het daarvoor gecalculeerde zullen te boven gaan, zooals onder anderen blijkt uit het gestelde voor onderhoud van 'sLands gebouwen en fortificatien tot rd s 50,000, voor nieuwe werken tot rd 3 100,000, voor inkoop van slaven lot rd 9 150,000, terwijl daarentegen de berekening der inkomsten gebaseerd is op hetgeen men onderstelt zeker te zullen in komen en daarbij op den verkoop van de meest renderende producten niet verder is gerekend dan tot een montant van rd s 153 : 788 :24 papier en 26 : 699 :24 zilver voor de aan handen zijnde geringe quantiteit van specerijen en voor den verkoop van kofïij, peper, suiker, indigo, cattoene garens en houtwerken te zamen niet hooger dan lot een bedragen van rd" 700,000 papier en 100,000 zilver. En daar het uit de vergelijking dezer heide memorien van uitgaaf en inkomst al verder zoude consteeren, dat, daaronder mede begrepen de thans nog in cassa zijnde gelden, de inkomsten voor dit loopende jaar de uitgaven zullen surpas seeren met een aanzienlijk bedragen van rd" 128: 737 :46 of rd 8 968 : 673 : 15 papier en rd 8 518 : 704 :51 zilver, terwijl slechts op het koper een tekortkomst plaats heeft van 1809. H. W. DAENDELS. 615 rd* 100:064:10, 't welk uit het meerdere der papiere mant facil kan worden gesuppleerd, zonder dat daardoor het batig saldo toot het geheel werde verminderd, vertrouwende zijne excellentie, dat deze regeering naar mate der moeilijke om standigheden, waarin zich deze kolonie ten aanzien van het debiel liarer producten bevindt, deze vertooning van den finautieelen slaat der hoofdplaats Balavia vrij voldoende zoude oordeelen en daarin eene geruststelling vinden tegens den nadeligen invloed, welke de tijds omstandigheden en de strem ming van den vaart en handel bij voortduring op's Lands kas mogten hebben, weshalven zijne excellentie al verder pro poneerde oin van deze gegevene communicatie aantekening te doen houden bij de resolutien van heden. Memorie van zodanige gelden, als op heden in de respective kassen aan handen zijn en die gerekend worden gedurende den loop van dit jaar 1809 nog te zullen inkomen, te weelen: 1809. H. W. DAENDELB. 616 1809. H. W. DAENDELS 617 1809. H. W. DAENDELS. 618 (Onder stond) Batavia, den 20"" Maart 1809. (w. g.) VAN IJSSELÜIJK. Nota. Men heeft in dezen op toevallige posten geheel niet gerekend, wijl dit onzeker is. Memorie der uitgaven, welke in dit jaar, voor zooverre men berekenen kan, op deze hoofdplaats noch staan te geschieden, bestaande in: 1809. H. W. DAENDELS. 619 1808. H. W. DAENDELS. 62 aanmerking genomen hebbende, dat op Samarang bijna alle objecten, zo van levensmiddelen, als andere beboetten, in con tante munt worden betaald en maar in enkele gevallen papieren geld wordt aangenomen: overwegende, dat op dil fundament bij besluit van den I7 en .lunij laatstleden een gunstige dispositie genomen is ten aanzien van de uitbetaling der traclementen aan de militairen aldaar, en considererende, dal zijne secretarissen en de verdere geëmploijeerden op ban bureau in 't zelfde geval verseren; besluit, dat, gerekend van den 1'" dezer, de traclementen der secretarissen generaal en van de verdere geëmploijeerden op derzelver bureau uitbetaald zullen worden, de helft in zilver geld uu de weder helft in papieren van credit. Het Iractement der twee secretarissen-generaal bedroeg 1000 rijksdaalders 's maande; dat van een eersten kommies 250, dal van drie onder-kooplieden en gezworen klerken 150, dat van twee andere dilo's 7!i, dat van twee ordinaire klerken SO en dat van twee andere dito's 40 rd" 's maands. Op den 7 <n December 180» bepaalde Daendels nader, dat deze regeling zoude gelden, -waar en werwaanls dezelve [secretarissen, enz] zich ook in het gevolg en in dienst van Z. E. den Maarschalk en Gouverneur Generaal zullen bevinden". Zie ook 8 September 1808. 27 Julij. Opheffing der betrekking van tweeden regent van Üemak. Een der motieven voor deze opheffing was, »dat het aan •stellen en onderhouden van maar één regent den gemeenen «man zal soulageren en bijdragen om hem eenigzins 10l «verhaal te doen komen van de kwellingen en vexatièn, «waaronder hij nu reeds zoo lange heeft gezucht". In ditzelfde besluit beweert Uaendels, dat Üemak «ouder »het vorige bestuur van den gewezen Javaasch gouverneur, »Engelhard, zoo slegt is geadministreerd". 1809 H. W. DAENDELS. 620 1809 H. W DAENDELS 621 (Onder sioixli Batavia, den 2() ,! Maart 1809, (w. g.) VAN IJSSELÜIJK. 1809. H. W. DAENDELS. 622 Nota. Zijnde hierin egter niet gerekend op de verzending van contanten na de builen-comptoiren of op van daar te Irekkene wissels, noch ook öp den inkoop van amfioeu en lijwaten, wijl dit meest niet producten betaald word, alsmede niet op den inkoop van vaartuigen en verdere Europecsclie behoeftens, wanneer die moglen aangebracht worden. Zoo is verstaan van dit een en ander deze aantekening te houden en hooggemelde excellentie voor de gegeven ouverture van dit een en ander te bedanken. Bovenstaand stuk is, voor zoo verre bekend, de eerste begrooling van inkomsten en uitgaven, welke voor eenig deel van Nederlandsch Indië is gemaakt. £8 Maart. Regeling der inkomsten van de inlandsclic commandanten te Batavia. Zijne excellentie herinnert de vergadering, dat buiten de drie iulandsche komtnandanten, aan dewelken bij besluit dezer tafel van den 4'" Junij 1808 voor hun bestaan is toegewezen 2 / 3 gedeelte der inkomsten van de voorheen in leen aan hun afgestaauc, doch nu onlangs verkochte landerijen, de verdere iulandsche komniandanteu omnie en bij deze hoofd plaats nog genieten 10 percent uit het rendement der pachten van het slachten van vee, de vischmarkt en den handel aan de schepen en vaartuigen en zulks ingevolge een besluit van heereii Commissarissen-Generaal van den 13"' Januarij 1798 provisioneel en tot dal daaromtrent eene nadere schikking zoude zijn gemaakt; en avanceert tevens, dat het oueigenaarlige, dat diergelijke inlandsche campongs-hoofden participeren in de publieke 'sLands inkomsten, zijne excellentie reeds vroeger bewogen zoude hebben om deze regeering een voorstel lot intrekking dezer 10 percent uit sommige pachten te doen, indien daar tegen niet in consideratie was gekomen, dat deze komman danten inderdaad nog van eenigen dienst zijn voor het 1809. H. W. DAENDELS. 623 gouvernement tot bewaring der rust en goede order onder hunne onderhoorige campongs en tot afdoening van kleine geschillen, waarvoor de billijkheid vorderde, dat hun eenig dedommagemeul in plaats der bevorens genotene procento's uit het rendement der voornoemde verpachtingen wierde toe gelegd; en dat, ofschoon hoogstdezelve getracht had dit dedomma gemeul zonder eenig bezwaar der publieke kas te vinden, zoo was daartoe echter uithoofde van het onvermogen van den gemeenen inlander onime en bij deze hoofdplaats geene moge lijkheid geweest: weshalven zijne excellentie het volgende voorstel deed om, met intrekking der 10 percent uit het rendement der pachten van het slachten van vee, de vischmarkt en den handel aan schepen en vaartuigen, in die plaats aan ieder der inlandsche koinuiandanten, welke daarin thans nog participeren, toe te leggen hun leven lang een vast inkomen van 2150 rd', papier geld, 'sjaars, betaalbaar uit de stads kas; met verdere bepaling nochtans, dat het getal dezer koni mandanlen, thans in bet geheel 15 uitmakende, door uitsterving zal worden gereduceerd op zeven, de kommaudanten der Ooster en Wesler Javanen daarmede onder begrepen, en wel in diervoegen dat: 1° de vijf coinpagnieu Balliërs werden gebragt op twee compagnien; '1° de drie compagnien der Bouginesen worden gebragt op een compagnie; 5" dal de compagnie der Maccassaren, staande onder Daing Mabcla Mabalie, kommaudant van campong Baroe, bij deszelfs overlijden worde ingetrokken en gevoegd bij de compagnie Bouginesen: 4° dat de compagnie Maleijers, slaande onder Djaman Abdulla, kommaudant van campong Malaijo, bij deszelfs overlijden mede worde ingetrokken en gevoegd bij de compagnie der parnakans; 5° dat de drie compagnien Arabonesen en Boetocnders der 1809. H. W. OAENDELS 624 Mandharesen en der Sumbawareseu bij versterf werden gebragt tot een compagnie; en 6° dat de compagnie parnakans, als vrij aanzienlijk, in wezen werde gelaten. Na welke reductie liet geheel onderhoud der inlandsche kommandanten niet meer zal heiopen dan rd' 17i>0, papiere niiint, 'sjaars. len laste van de slads kassa; als zullende de inkomsten der twee komniandanlcn van de Ooster en Wester Javanen na overlijden der thans fungerende gerekend moeten worden legens rd' 250 'sjaars. Is conform dit voorstel hesloten en mitsdien hetzelve dus danig te arresleereu. 28 Maart. Tarief voor houtwerken, len behoeve van hel Gouvernement in de Vorsten-landen aan Ie keopen. Zie Uacndels staal der Ned. O. I. bezilt., bijlagen I. org. st. houtbosschen, n° 11. 28 Maart. Voorschriften nopens hospitalen. Is besloten : 1" dal voor de verpleging der zieken in de hospitalen van koopvaardij-schepen, welke in Holland zijn Uitgerust, een rijksdaalder en van koopvaardij-schepen, toebehoorende aan particulieren in deze colonie, een halven rijksdaalder daags, zilver geld, zal worden gedeclareerd: 2° dat alle onkosten, welke op het begraven, zoo van de ge melde, als van alle andere, vreemde zeevarenden vallen, op hunne rekeningen zullen worden gebragt; 3° de sabandharen te Batavia en te Sahiarang, mitsgaders den scriba te Sourabaija, een ieder in den haren, te char geeren met de invordering der verpleging- en andere onkost-gelden, welke door gemelde zeevarenden in de hos pitalen worden gemaakt, 4° dat door de contrarolleurs der hospitalen maandelijks of zoo dikwijls zulks vereischl wordt, extracten uit de on- 1809. H. W. DAENDELS. 625 N.AIAAT-BOKI DEEL IT. AU kost-rekeningen zullen moeten opgemaakt en, door den commissaris van oorlog geviseert, aan de generale reken kamer ter registralie ingezonden en aan de sabandharen te Batavia en te Samarang, mitsgaders aan den scriba te Sourabaija, moeien worden afgegeven om door den laatste geincasseerd en de penningen in 'sLands kas te worden overgebragt; t»° tot het afgeven van billetten aan behoeftige personen, om zonder kosten in de hospitalen te wordeii opgenomen en verpleegt, te autoriseren, als voor Batavia: den president van het collegie van Schepenen; voor Samarang den pre fect aldaar en voor Sourabaija den gezaghebber in Javasch Oosthoek. 28 Maarl. Last tol hel afbreken van verscheidene ge bouwen binnen en buiten de stad Jialavia. De bewuste gebouwen waren: in hel kasteel: liet gouvernement niet deszelfs bijgebouwen, de voormalige generaals-wagt met hetgeen «laaraan annex is; de voormalige hoofd-wagt met de daarbij bevindelijke caserne; de zoogenaamde stal voor de ulahnen en reserve; buiten het kasteel: de zoogenaamde hofmeesters-woning en hel voormalige la boratorium, met derzelver dependentiën; in de stad Batavia: hel blokhuis, bekend onder den naam van het Midden-punt; op de stads vestingwerken: het kruilhuis Groningen; de kruithuizen, bekend onder den naam van grool en klein Overijssel: de kasernes op en onder de punt, de Klip, en verder alle zoodanige gebouwen aan de stadspoorten als tot logies en wagten van het guarnizoens-bataillon actueel niel meer be noodigd zijn; 1809. H. W. DAENDELS. 626 buiten de stad Batavia: de gebouwen en het muurwerk van het fortje, de Water plaats genaamd, van het fortje Jaccatra en van het hlokhuis Wilgenburg. De alsnog bruikbare materialen van die gebouwen moesten gebezigd worden tot de oprichting van kazernes, »op de Waterplaats en het daarnaast tusschen de kruitmolens en het Molenvliet gelegen terrein voor een bataillon van 1200 man en voor twee compaguien artillerie, te zanten voor vijftien hondert man, met de pavillions voor de officieren daarbij, in diervoegen, dat de casernes in agt blokken beslaan en een langwerpig vierkant uitmaken, waarvan de openingen tusschen de blokken met hek en barrières gesloten worden". Intrekking van hel ambt-geld voor alle ambte naren. Onder remarque, dat het de attentie van deze regeering niet ontgaan zoude wezen, dal hij de berekening der in komsten voor dit jaar niet was gecalculeerd geworden op hetgeen de belasting van het ambtgeld der dienaren ter dezer hoofdplaats zoude hebben moeten rendeeren; dat het oneigenaarlige dezer belasting van het begin, dat dezelve in deze kolonie is ingevoerd, eenparig is erkend, daar dezelve, zal hij geheven worden van de wettige in komsten der dienaren, met de eene hand neemt, 't geen niet de andere gegeven wordt, en bij <le onderstelling, dat er bovendien nog slille winsten en voordeelen zonden bestaan, dezelve wettigd en homologeerd en dus doende hel gouver nement buiten staat wordt gesteld om de misbruiken en malversatien, waar uit dezelve zouden kunnen spruiten, naar merite te straffen en legen te gaan; dat wijders de eenige reden, welke voor het behoud dezer belasting nog koude pleilen, was de zeer onregelmatige wijze, waarop de meeste dienaren in Indien hunne inkomsten uil 1809. H. W. DAENDELS. 627 bepaalde overwigtcn, spillagien, winsten op den handel en andere voordeelen genoten, die dikwerf onzeker zijnde en meer kunnende lteloopeu, dan lot eene billijke bezoldiging hunner werkzaamheden toereikend was, daardoor in de meeste gevallen eene vermindering konden lijden; dan daar thans meest alle ambtenaren, zoo wel op Java, als ter dezer hoofdplaats en ook op de buiten-kantoren, voor zooverre de eerste bedieudens aangaat, cp een vast en wettig inkomen gesteld zijn, evenredig aan het gewigl, de verantwoordelijk heid en werkzaamheden hunner bedieningen, en daardoor cessciende alle redenen, welke voor het behoud dezer belas ling zouden kunnen worden aangevoerd en een verdere con linualie van dezelve niet anders dan van den nadeeligslen invloed zoude kunnen zijn op de moraliteit van alle dienaren en het Gouvernement zelve beletten om hen te houden 10l de stricte pligtsbelrachting, welke zij thans het regt heeft van hen te vorderen. Op grond van deze consideralieii en te meer, wijl het amblgeld op ganlsch Java, Cheribon en voor een groot ge deelte mede ter dezer hoofdplaats reeds is ingetrokken, pro poneerd zijne liccellenlie de belasting van het amblgeld der dienaren over geheel Indien op te heffen en daarvan bij pu lilicnlie aan den volke kennis te geven. Is overeenkomstig het opgemeld voorstel besloten en om de gemeente hiervan bij publicatie kennis te geven. 29 Maart. Afstraffing van een Chinees wegens onwaar heden in zeker rekent. Ingekomen zijnde een request van den Chinees, Tja Sinko, wonende op Alje, houdende verzoek om, op grond der daarvoor geallegecrde redenen, te worden liegunsligd met de pacht van hel zout, de niadal-kitlen, kramerijeu en lopbanen op Pakies, benevens de daarop gevorderde consideralieii van den prefect der Jaccalrasche en Preangcr Regentschappen, van Moltnan, uil welke laatste gebleken is, niet alleen, dal 10l appui van 1809. H. W. DAENDELê. 628 dit verzoek onware middelen bij den voorschreven requeste zijn geëniploijeerd, maar ook, dat de denuncialien tegen den prefect van eene eigenbatige en verkeerde handelwijze, waar door zoude worden belet, dat geen zout naar de stad wordt afgevoerd, ten uiterste gehazardeert en van allen grond ont bloot zijn. Is besloten, dat aan den requestrant tot straffe voor deze valsche aanklagte, inet zooveel stoutheid, als impudentie tegen een der eerste ambtenaren aangevoerd, in het openbaar eene gevoelige correctie zal worden geappliceert van vijftig stok slagen, wordende de boschganger te Pamanoekan gechargeert met de executie van dit besluit. 30 Maart. Vergunning tot invoer Ie Samarang van op Bali gekochte opium. Zijne excellentie, ontvangen hebbende de requeste van den pachter der amfioen-kitlen Ie Samarang, Ko Goan Goei, daarbij verzoek doende, dat, vermits uil de schaarsheid van amGoen en het groot vertier daarvan op Java welligt te voorzien was, dat door het gemis van dat artikel het debiet daarvan geheel zoude moeten stilstaan lot merkelijke prejudicie der door hem aangcslagene pacht, aan hem, suppliant, mogt worden toege staan om op Balij amfioen te mogen iukoopen en dezelve op Samarang in te voeren, onder verbintenis om voor ieder in te voerene kist aau den Lande vijf honderd ronde, zilveren realen van 04 sluivers aan pacht te zullen belalen; overwegende, dat door het toestaan van evengemeld ver zoek, niet alleen aan de presente schaarsheid aan dat artikel te Samarang zal worden tegemoet gekomen, maai- ook, dat zulks een middel zijn zal, waardoor alle andere reclames tot afslag van pacht-penningen worden afgesneden en levens aan den Lande daarenboven een billijk voordeel op de aldus in te voeren amfioeu wordt verzekerd; heeft besloten het verzoek van den suppliant te accordeeren en hem mitsdien de vrijheid te verleenen om op hel eiland 1809. H. W. DAENDELS. 629 Balij of elders amfioen in te koopen en dezelve naar Saraarang over te brengen, zullende de invoer op geene andere plaatsen wezen toegestaan, en zulks provisioneel en tot weder opzeggens toe, onder de conditie, dat voor ieder in te voeren kist vijf honderd ronde, zilveren realen van 64 stuivers aan pacht zullen worden betaald ten behoeve van den Lande en bij eiken aanbreng daarvan behoorlijke aangave zal moeten ge schieden. 30 Maart. Vergunning voor een op verzoek ontslagen opziener der koffij-culluur in Galoeh vzijne pretensien y>op den regent van Galo langsamerhand in te vorderen, y>mils dezelve vooraf spccifwq aan hel oog van Zijne » Excellentie den Maarschalk en Gouverneur-Generaal Donder werpende". 31 Maart. Reglement voor de Cheribonsche Preanger landen. Art. 1. De prefecture der Cheribonsche Preanger-landen zal beslaan uit drie regentschappen, met name die van Lim bangang, Soecapoera en het land Galo. Art. 2. De grensscheidingen der Cheribonsche Preanger landen zullen om de Oost de concert met den prefect der Jaccatrasche en Preanger bovenlanden nader worden geregeld. Art. 3. De regenten der Cheribonsche Preanger-landen zullen alle op nieuw worden aangesteld of bevestigd. Art. 4. Bij ieder dezer regenten zal verder worden aan gesteld een pepattij, die in rang naast denzelven zullen volgen. Art. 5. De prefect der Cheribonsche Preanger-landen zal, evenals alle overige prefecten op Java, de eerste persoon zijn m zijn prefecture en als gouverneur civiel van dezelve worden geconsidereerd; deszelfs tractement is bepaald bij besluit van 3 October 1808. Art. 6. Hij zal tot zijne adsistentie hebben een Euro peescben klerk met rd 9 20 ter maand en voorts een Javaanschen schrijver met rd' 10. 1808. H. W. DAENDELS. 63 Volgens zijn werk, Slaal der Ned. O. I. bezittingen, bladz. 47, bedroegen de jaarlijkselie uitgaven van den minsten regent ± 30,000 rijksdaalders. 28 Julij. Aanstelling van vier Javanen en twee Maleijers als klerken bij den gezworen translaleur voor de Javaan sche taal ie Samarang. Zij kregen een traclement van lü rijksdaalders 'smaands en de Javanen den titel van manlri. Vroeger waren zij uit privé beurs" van den Iranslaleur betaald, maar dil kon niet langer, omdat de Iranslaleur een vast traclement had gekregen. 28 Julij. Reglement voor hel ceremonieel, in acht te nemen door de residenten bij de hoven te Soerakarla en te Djokjokarta. Arl. 1. De residenten aan de hoven, thans ministers van Zijne Majesteit den Koning van Holland zijnde en den persoon van den Maarschalk en Gouverneur Generaal aldaar represen terende zullen voorlaan aan het hol moeten verschijnen in hunne costume, dewelke zal bestaan in eene hlaauvven ge kleeden rok, geborduurd niet een olijftak en olijven in het goud langs den kraag, voorpanden, opslagen op de zakken en achterpanden, met ronde platte vergulde knopen, witte casiniiere broek mei geborduurde kniebanden en wil camisool, witte zijde kousen en zwarte driekante hoed, met zwarte lis en cocarde. Art. '2. Zij zullen aan de hoven gebruiken een groote paijong, welke vau hoven hall" aan de buitenrand verguld, in het midden ligt hlaauw geschilderd en aan de binnen zijde geheel verguld moet zijn, welke paijong, verbeeldende het wapen van den Koning, hun bij ceremonieele gelegenheden overal nagedragen en inzonderheid hij verschijning aan de hoven zal moeten worden gebruikt. Art. .>. Bij publieke audientien en verdere ceremonieele 1809. H. W. DAENDELS. 630 Art. 7. In elk der drie regentschappen, welke deze pré fecture uitmaken, zal voorts een Ëuropeesche opziender over de koffij-plantagien worden aangesteld, genietende in de re gentschappen van Limbangang en Soecanoera een tracteuient van rd s 2000, zilver geld, in het jaar en in dal van Salo rd s 1500, tot zoolang zij door de vermenigvuldiging der koffij-cultuur in plaats van een vast tractement prefereeren zullen 12 stuivers, zilver, te genieten voor ieder pikol kofïij van 126 a 128 8, welke haar regentschap zal leveren. Art. 8. De préfecture der Cheribonsche Preanger-landen zal len aanzien van hel administratieve onmiddelijk onder geschikt zijn aan de generale directie ler hoofdplaats Batavia en alle ambtenaren in dezelve comptabel aan de generale rekenkamer aldaar. Art. 9. Ook zullen zij in alle justitieele zaken, zoowel civiele, als crimineele, onmiddolijk sorleeren onder do jurisdictie van den hoogen Raad van justitie te Batavia. Art. 10. Insgelijks zullen de boedels van insolvente of alt intestalo overledene dienaren en die, waarin zich onmon dige erfgenamen mogten bevinden, ter administratie ol' ver evening aan de Weeskamer, den curator ad liles of sequcsler ter hoofdplaats Batavia moeten worden overgehragt, blijvende het eenlijk aan den prefect gedemandeerd om, in cas van gepleegde misdaad, waarop corporeele apprehcnsie moet volgen, de schuldige provisioneel in verzekerde bewaring te nemen en voorts hoedels, welke als voorschreven aan de Weeskamer, den curator ad lites ol' soquesler ler hoofdplaats Batavia komen te vervallen, terstond na het overlijden der dienaren, ten over staan van twee getuigen te doen inventariseeren cu verzegelen. Art. 11. De prefect der Cheribonsche Preanger-landen zal, evenals die der overige prefeclures op het eiland Java, mei de zorg voor de veiligheid, goede orde en policie in de aan hem ondergeschikte landen en districten belast zijn, doch Toor namelijk zijne aandacht hebben te vestigen op de uitbreiding en verbetering der koflij-culture en op alle verdere zaken en iiirigtingen, welke daartoe dienstbaar kunnen wezen. 1809. H. W. OAENDELS. 631 Art. 12. Tot handhaving der goede orde en policie zal liij in zijn dienst hebben een getal van 12 oppassers, die ten koste der respectieve regentschappen voor de eerste maal gekleed en van eene complete uitrusting van paard, zadel en dies verder loebehooren zullen worden voorzien en voorts lot huil onderhoud genielen l'/ s jonk rijsllanden, ieder, met ver pligting om daaruit voor het vervolg hun eigen kleeding en equipage-goederen te vinden. Art. 13. Ten aanzien der koflij-culture zal hij zich in de eerste plaatfl hebben te gedragen aan de bepalingen, voor komende bij de instructie van den inspecteur-generaal der koffij-plantagien op het eiland Java, en voorts exactelijk hebben Ie observeeren alle de orders, welke hem ten dien opzichte öf door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Ge neraal óf door den gedachten inspecteur-generaal zullen worden gegeven. Art. 14. Ten einde het belang der respectieve regenten in zijne prefecture zooveel te nauwer aan de uitbreiding dezer culture te verbinden zal aan ieder van dezelve lot hun in komen worden toegelegd één rd% zilver geld, per pikol van 126 of 128 ffi, welke uil hunne regentschappen zal worden geleverd, met verpligÜDg om daaruit, evenals zulks in de Bataviasche ommelanden plaats heeft, 12 stuivers per gelijke pikol aan de respectieve inlandsche opzienders der plantagien toe te leggen. Art. 15. En om de ingezetenen dezer prefecture ter ge lijker lijd zoo veel te meer tol de gedachte culture aan te moedigen zal aan dczelven vooreerst, buiten de leverantie der koffij, geene andere verpligte leverantie worden opgelegd, zullende de prefect eenlijk gehouden zijn om aan zijne excel lentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal deszelfs con sideratien in te dienen, in hoe verre in sommige districten, welke voor de culture der kolllj geheel ongeschikt zijn, de leveranlie van dit arlikel door die der kapas zoude kunnen worden vervangen. Arl. 16. In die districten nochtans, welke voor de aan- 1809. H. W. DAENDELS 632 planting van koffij vatbaar zijn, zal aan ieder huisgezin, zoowel aan de geestelijken en priesters, als anderen, met uilzon dering alleen van den hoogcn priester, een vast getal boom en ter aanplanting worden opgelegd, geêvenredigd naar den af stand der plantagiën van hunne wooningen en van de plaatsen der aflevering, alsmede na de qualiteil der gronden, waar omtrend eene nadere bepaling door den inspecteur-generaal met concurrentie van den prefect zal worden beraamd en ter approbatie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal voorgedragen: en zal voortaan voor elke pikol van 225 SJ aan den gemeenen man worden betaald vier rijks daalders, zilver geld. Art. 17. Buiten hel werk van het planten der boomen, het zuiveren der tuinen en den afvoer der producten zullen geene andere heerendienslen van den inlander mogen worden gevergd, dan alleen tot het maken en verbeteren der publieke wegen, het doen van militaire en andere transporten van gouvernementswegen, het opslaan van lootsen, pakhuizen of andere gebouwen, die ten dienste van den Lande moeten strekken, hel opwerpen van redouten, batterijen en andere militaire werken, welke lot hunne eigene defentie moeten dienen, en eindelijk lot het presteeren der noodige battoors diensten aan publieke ambtenaren, wanneer dezelve in officie reizen, waaromtrent dezelfde bepaling zal worden in acht genomen, welke bij art. 45 van de organisatie van Java's Noord-Oostkust en art. 12 van de 3 C afdeeling van het reglement van bestier voor de Cheribonsche Sulthans-landen, is vastgesteld. Art. 18. Alle verdere heerendiensten zullen van nu voortaan zijn en blijven afgeschaft, met uitzondering nochtans van die genen, welke volgens oud gebruik aan de regenten en verdere inlandsche hoofden werden bewezen, doch onder welk voorwendsel het aan den prefect in het bijzonder wordt ge demandeerd te zorgen, dat de gemeene man aan geene knevelarijen of onderdrukking onderhevig werde gemaakt. Art. 19. Zullende hij, prefect, daarbij hebben te letten, 1809. H. W. DAENDELS. 633 dat door de inlandsche hoofden en regenten geen meerder jietal ingezetenen in hun gevolg werde genomen, dan van ouds gebruikelijk is geweest en tot de verrigting hunner huiselijke diensten noodzakelijk kan worden geoordeeld Art. 20. Dat ook, buiten eenige geringe geschenken van vrugten, pluini-vee of eetbare waren, door dezelve geene giften of gaven van den gemeenen man werden aangenomen, veel min gevorderd en dat in het bijzonder door de regenten zelve geen misbruik werde gemaakt van de aanstelling of afzetting van mindere hoofden om daardoor of die hoofden zelve öf den gemeenen man op ecne ongeoorloofde wijs te knevelen en te onderdrukken. Art. -1. Tot voorkoming van welk laatste misbruik voor laan geene afzettingen van mindere hoofden zullen geschieden dan oumiddelijk door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, terwijl de aanstellingen der voornamere hoofden en wel, voor zooverre deregenten, pepattijsen groot jaksa's betreft, mede onmiddelijk door hoogstgemelde zijne excellentie zullen geschieden en voor het overige uit hoogst deszelfs naam door den prefect. Art. 22. Ten bewijzen van welke aanstelling aan ieder derzelven dan ook cene behoorlijke acte zal worden ver leend, geschreven op gestempeld papier, als: voor een regent op een zegel van rd" 100 » » pepattij van den tommongong op een zegel van » ö voor een hoogen priester op een zegel van » 3 » » minder » » » » » » 1 » » mantri » » » » » 1 En door welke acten van aanstelling alle de thans aan wezige, zoowel als de nog aan te stellene hoofden op nieuws in hunne posten zullen worden bevestigd, zoo als de prefect der Chcribonsche Preanger-landen dan ook verpligt zal zijn daartoe, zoo spoedig mogelijk, eene nominative voordragt aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te zenden. 1809. H. W. DAENDELS. 634 Art. 23. En zal hij. profeet, wijders zorgvuldig hebben Ie letten, dat het houden van vrije Javanen als verpandelingen en het verhuren van dessa's, zoo hetzelve in de Cheribonsche l'reanger-landen in zwang mochl gaan, voortaan kome Ie eesseren, op alle zoodanige poenen, als daar tegens bij plac caat van den 14 en Julij en 20 Augustus 1808 zijn gesta tueerd. Arl. 24. Aan den prefect nochtans zal het geoorloofd zijn 10l zijn particulieren dienst, lot het snijden van gras, het op passen van paarden en andere (misselijke verriglingen maar een aantal van 20 man vrijwillig te engageeren, mits aan dezelven, buiten hunne rijstvelden, maandelijks werde te goed gedaan 48 stuivers, zilver geld, en eene verstrekking van 40 ponden rijst per kop. Art. 25. In zelver voege en tegens een gelijke ltelooning zal liet aan den scriba, mitsgaders aan een ieder der op zienders over de koffij-plantagien, gepermitteerd zijn om in hunnen particulieren dienst te engageeren, de eerstgenoemde een aantal van 2 a 3 en laatstgenoemden van 10 Javanen. ieder. Art. S 6. Tot handhaving der rust en goede orde zullen de ingezetenen der Cherihonsehe Preanger-landen, even als die der Sulthans-landen, verpligl zijn in de nabijheid der hoofd-negorijen, dessa's, prefects wooning, zoomede op de passeerhaan der regenten en in de nabijheid van 's Lands pakhuizen en magazijnen eene geregelde nachtwacht te houden, in zelver voege als zulks hij hel reglement van bestier voor de Cherihonsehe sulthans-landen is bepaald geworden. Art. 27. Ten zelfden einde zal de prefect der Cheribonsche Preanger-landen nog hebben Ie zorgen, dat geen dorp of dessa iu zijne préfecture van een behoorlijk opzicht en in landsch hoofd ontbloot zij, daarbij nochtans lellende, dal in de grootere dessa's, boven de lien huisgezinnen bevattende, niet meer dan twee hoofden, als een koewoe of mantrie en een prenta, petingie of loerah werde aangesteld, en dat daar entegen in de kleindere dessa's, van zes tot lien huisgezinnen 1809. H. W. DAENDÉLS. 635 groot, slechts een prenta of loerah werde geplaatst, terwijl voortaan alle mindere gehuchten, geen zes huisgezinnen sterk, met de naaslhij gelegene grootere dessa of die, waaronder dezelve tot dusverre hebben gesorteerd, zullen moeten worden ingelijfd. Art. 28. Ten aanzien der administratie van de civiele en criminele justitie onder den inlander zullen in de Cheribonsche l'reanger-landen dezelfde inriglingen en bepalingen worden ingevoerd en agtervolgd, welke daaromtrent! bij besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal voor de Jaccatrasche en I'reanger bovenlanden zijn bepaald en welk besluit mitsdien als hierbij geinsereerd zal worden ge houden. Art. 29. Ter voorkoming der misbruiken, welke van de particuliere lilokhuizen der regenten en andere inlandsche hoofden kunnen worden gemaakt, zal de prefect der Cheri bonscbe l'reanger-landen wijders hebben Ie zorgen, dal, met afschaffing van dezelve, in de hooul-negorij, waar hij zijne residentie zal houden, een sleenen hlokhuis ten dienste der préfecture in het algemeen en voorts in ieder der beide overige regentschappen een minder ten koste der respective regentschappen werde opgericht en dal wijders alle misdadigers, «raar dezelve ook binnen zijne préfecture mogen zijn opgevat, binnen den lijd van twee maal vier en twintig uuren na hunne apprehensie in het groote blokhuis der préfecture worden overgebragt, met opgave der redenen, waarom de apprehensie gedaan is. Reserverende zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal aan zich onj in alle de vorenstaande artikelen zoo danige ampliatie en alteratie te maken, als in der lijd zal worden bevonden te hehoren, speciaal met opzicht 10l de plaatsen, alwaar de leverantie der producten geschied, indien na gedaan onderzoek mogl blijken, dal daartoe een geschikter plaals als Carang Sambong konde worden bepaald en wel aan een der rivieren, welke in de Zuid-zee uilloopen. Zie ook 5 Üctober 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 636 1 April. Reglement op hel heffen Ie Samarang en te Soerabaija: 1° van oorgeld van paarden, toebehoorende aan per sonen, die niet gerekend konden worden onder de Chinezen en inlanders; 2° van wagen-pacht van Chinezen en inlanders. Art. 1. De voormalige wagenpagt, ten opzichte der amb tenaren, burgers en ingezetenen, tot de Chinesche en Maho metaansche oï iniandsche natiën niet behorende, word finaal afgeschaft en in dies stede geintroduceerd een oorgeld van de paarden, 't welk voor de eerste maal over dit lopende jaar 1809 en vervolgens jaarlijks van Lands wege zal worden geheven. Art. 2. Dien volgende wordt aan een iegelijk toegestaan een of meer wagens of chaisen en zoveel trek- en rijpaarden te houden, als bij goedvindt, mits jaarlijks onder de benaming van oorgeld aan pagt betalende: voor een trek- of rijpaard rd' 10 » twee » » rijpaarden » 20 drie » » » » 30 » vier » » » • 40 » vijf » » » » 50 o zes » » » » 60 » zeven » » » • » 75 » acht » » » » 90 » negen » » • » 105 » tien » » » » 120 » elf » » • » 155 » twaalf » » » » 150 » dertien » » » » 165 » veertien » » » » 180 » vijftien » » » » 200 » zestien » » » » 220 » zeventien » » » » 240 » achttien » » » » 260 IÖO9. H. W. DAENDELS. 637 voor negentien trek- of rijpaarden rd» 280 » twintig » » » en daar boven » 300 Zullende deze belasting voortaan moeten worden opgebragt door allen en een iegelijk, zonder onderscheid, en niemand eenige vrijdom daarvan mogen genieten, hetzij geheel of ge deeltelijk, dan voor zoo verre zulks hij dit reglement uit drukkelijk is geslatueerd: doch, voor zooverre deze of geene ambtenaren zich daarbij in evenredigheid der inkomsten hunner bedieningen te zeer zouden mogen vinden bezwaard, zal hel den zoodanigen vrij slaan zich deswegens aan ons te adres seeren, ten einde daaromtrent zoodanig Ie disponeeren, als wij na bevinding van zaken zullen oordeelen te behooren. Art. 5. De militaire officieren zullen voor hunne rijpaarden vrij wezen van deze belasting. Art. 4. Almede zullen de navolgende personen zich vrij van oorgeld mogen houden: de deurwaarders van de respective Raden van justitie te Samarang en te Sourabaija, ieder twee rijpaarden; de geweldigers, mede ieder twee rijpaarden, en de justitie dienaren ieder een paard. Art. 5. De wagenverhuurder te Samarang wordt almede van de voorschreven algemeene bepaling geëximeerd en zal kunnen volstaan met de betaling van vijf rijksdaalders voor elk der paarden, welke hij aanhoud, blijvende overigens de orders en reglementen omtrend hel stuk der wagenverhuurderij in hun geheel. Art. 6. Een iegelijk zal verpligt zijn voor ultimo Januarij van elk jaar ten kantore van de na te melden collecteurs opgave te doen, onder presentatie van eede, van het. getal paarden, waarvan hij de voorschreven belasting moet betalen, op poene eener boete van vijftig rijksdaalders, wanneer zulks wordt verzuimd, en van een boete van drie honderd rijks daalders, wanneer mogt blijken de voorschreven opgave niet ter goeder trouw te zijn geschiedt, en verder als mijneedig te zullen worden gestraft. Art. 7. De betaling zal vervolgens moeten geschieden voor 1809. H. W DAENDELS. 638 ultimo Februarij ten kantore van voornoemde collecteurs en tegens schriftelijke quttantie van dezelven, om ten allen tijde Ie kunnen dienen lot bewijs, op poene van eene boele van een honderd rijksdaalders, wanneer zulks wordt verzuimd; en zal legen de nalatigen bij parate executie worden gepro cedeerd. Art. 8. Voor dit loopende jaar zal de opgave echter ge schieden voor ultimo Mei en de betaling voor ultimo Juuij naaslkomende. Art. 9. Alle paarden, welke iemand na het doen der voor schreven opgave aanschaft, zullen mede aan deze belasting subject zijn en zal een iegelijk gehouden zijn daarvan direct nadere opgave en hetalinge te doen, gerekend naar hctgelal maanden, die als dan van het jaar nog overig zijn, alles in maniere en op dezelfde poenalileiteu, als hij artikel 6 en 7 zijn vermeldt, terwijl van hel reeds betaalde, ofschoon men de opgegeven paarden niet verkoos aan te houden, geen lerughelaling zal geschieden. Art. 10. De wagenverhuurderij van eigenaar veranderende, zoo zal de nieuwe eigenaar gehouden zijn deze belasting Ie betalen, te rekenen van den dag af, dat dezelve aan hem word getransporteerd, en zal in dien gevalle aan den voiïgen eigenaar of deszelfs erfgenamen restitutie geschieden van het meerder hetaalde, pro rato gerekend tot den dag van het' voormelde transport. Art. 11. Om des te heter alle fraudes tegen te gaan, welke omlrend het opbrengen dezer belasting zouden kunnen worden gepleegd, zoo zullen wijkmeesteren bij de jaarlijksche beschrijving behoorlijk moeten opnemen het getal der paarden. bij een iegelijk aan handen, en daarvan specifieke en door hun onderteekende lijsten moeien overgeven aan den col lecleur: en zal het bovendien den collecleur vrij slaan om, zoo dikwijls hij zulks noodig oordeeld, Ie visiteren de stallen van alle de geenen, welke aan deze belasting subject zijn, en op te nemen het getal der paarden, zich aldaar bevin dende. 1809. H. W. DAENDELS. 639 Arl. 12. Het stallen van paarden, aan anderen dan den eigenaar der stal ofte bij hem inwonende personen toebe horende, zal niet gepermitteerd zijn, ten ware daar van opgave geschiedt aan den collecleur, zoo wel door den genen, bij wien zoodanige paarden gestalt worden, als door den eigenaar der paarden zelve, op poene van drie honderd rijks daalders voor de contra ven leurs, te incurrereu, zoo weidoor den geene, die zoodanige paarden geslall heelt, als die dezelve in eigendom toebehooren. Art 15. Bij hel doen van zoodanige visitatien zal de collecteur moeten geassisteerd zijn door den deurwaarder bij den Raad van justitie; en zal hij van denzelven deurwaarder verder gebruik mogen maken lot het doen van aanzeggingen ol zoodanige andere eiudens, als waar toe hij in zijn ambt zoodanig publiek bediende mogt benoodigd zijn, echter niet anders dan met voorkennisse en toestemming van den president van justitie. Art. 14. De collecleur zal gedurende de maanden, dal de opgaven en betalingen respeclivelijk moeten geschieden, verpligt zijn vier dagen in de weck, namelijk des Maandags, Dinsdags, Donderdags en Vrijdags, des voordemiddags van achl lot elf uien, daartoe ten zijnen kantore te vaceren. Arl. 13. De collecLeur zal pertinentelijk boek moeten houden van alles, wal de heffing dezer belasting aangaat, en gehouden zijn voor den 18 Maart van elk jaar een schriftelijk berigt in te dienen aan den gezaghebber in den Oost-hoek of prefect, waar onder hij sorteert, van het geen wegens deze belasting bij hem is gcpercipieerl, en daar bij over Ie leggen zijne boekeu, benevens alle de schriftelijke opgaven, bij hem ontvangen, zoo wel als de lijsten der wijkmcesleren, in art. 11 vermeld, al hetwelk vervolgens door voornoemden Oost-hoeks gezaghebber ol' prefect voor ultimo derzelve maand zal worden gebragl ler kennisse van zijn excellentie, den Maarschalk en Gouverneur Generaal, ten einde daarop zoodanig te disponeren, als hoogst dezelve zal oonleelen Ie behoren, en inzonderheid te zorgen, dat de gepercipieerde penningen zonder uitstel in 1808. H. W. DAENDELS. 64 gelegenheden zullen zij mei gedekte hoofden tot voor de vorsten naderen, welke van hunne zetels oprijzen, wanneer het opperhoofd "> a 4 passen van hun af is, en, na hunne hooglieden gegroet te hebben, zich wederom zullen dekken en den vorst aanspreken, hetzij staande, hetzij zittende, zoo als de vorst door te blijven staan ol' zelve te gaan zitten haai- zulks zal voorgaan, kunnende zij gemakshalve en des verkiezende zich gedurende het discours ontdekken. Art, 4. Bij audiëntie in den craton, zoo wel als op den troon ol andere publieke gelegenheden, zullen zij hunne zitting op eene rei naast de vorsten, aan hunne linker zijde nemen, even als voor hun de gouverneurs van Java plegen te doen. Ail. ii. Zij zullen hij gelegenheid, dat zij de vorsten bij de hand leiden, zulks niet gedekte hoofden doen, onder bel gebruik der bun toegeschikte paijong, en alloen voor het nemen van zitplaats den vorst met ontdekten hoofde groeien en zich als voren wederom dekkeu. Art. ti. Zij zullen de vorsten personeel geen wijn of sirie mogen presenteren, doch zal hel eerste door een persoon, hetzij hofmeester of ander bediende, behoorlijk gekleed, moeien gedaan worden, die de vorsten en de residenten, den een na den anderen, den wijn zal aanbieden, ten zij de vorsten van deze ceremonie geheel moglen afzien, terwijl aan hunne hooglieden word overgelaten om zich de sirie door een der prinsen van den bloede te doen aanbieden. Art. 7. Zij zullen de vorsten, hij gelegenheid, dal dezelve hun een bezoek geven, beneden aan de trap recipieeren en na binnen begeleiden, doch zal dit aan den kroonprins en verdere prinsen van den bloede niet geschieden en dezelve in de zaal gerecipieerd worden, terwijl de rijksbestuurder en de regenten 10l hun zullen moeten naderen om hunne com plimenten af te leggen. Art. 8. Zij, nog hun gevolg, zullen bij ontmoeting van den vorst of eeuige zijner uaaslbestaande op publieke wegen of andersints, in hun rijtuig zijnde, te paard zittende of Ie voet gaande, niet vermogen stil te houden of uil den weg te 1809 H. W. DAENDELS. 640 's Lands kassa worden overgebracht, voor zoo verre zulks als dan nog niet is geschiedt. Art. 16. Van alle in deze te ontstane verschillen en qucstien zal door de respective Raden van justitie te Sa ma rang en te Soerabaija, een ieder in den hare, kennisse genomen worden om daarinne op korte en peremptoire termijnen regt te doen en te wijzen bij arrest; en zal de fiscaal in alle zoodanige zaken, als waarnecmende de belangens van den Lande, zich voegen hij den collecteur en daarvoor, mitsgaders voor zijne moeite in de waarneming der procedures, genieten de helft der boelcns, zullende de wederhelft komen voor twee derde ten voordeele van den collecleur en voor een derde van den deurwaarder tot compensatie der diensten, welke de collecteur van hem zal kunnen vorderen. Art. 17. Het provenu dezer belasting zal worden geëm ploieerd tot subsidie voor de stads kassen te Samarang en te Sourabaija en voorts tot publieke werken en zal hetzelve gevolgelijk als een apart fonds, tot de gemelde eindens speciaal gedestineerd, bij 's Lands boeken moeten worden bekend gesteld. Art. 18. De Javaansche regenten of hunne onderhoorigen zullen, noch aan de belasting van het oorgeld der paarden, noch aan die der wagenpagt onderhevig zijn, op grond, dat zij ten dienste van den Lande hunne paarden altoos in gereedheid moeten hebben. Art. 19. Daar en tegen zullen de Chinezen, Arabieren, Mooren, Maleijers, Boeginezen en andere inlandsche natiën, te Samarang en te Sourabaija woonachtig, verpligt zijn de volgende wagenpagt op te brengen, als: voor het houden van een wagen of rijtuig 'sjaars 200 rijksdaalders en voor eiken wagen of rijtuig daar boven nog een honderd rijksdaalders, terwijl zij bij deze wagens of rijtuigen, zonder eenige verdere belasting, zullen mogen houden drie span paarden, doch meerdere paarden aanhoudende, zullen zij opbrengen voor elk paard nog vijf rijksdaalders. Art. 20. Geene rijtuigen aanhoudende, maar rijpaarden, zullen zij het volgende opbrengen, als: 1809. H. W. DAENDELS. 641 FLAKAAT-BOei DEEL XV. il voor het eerste, aangehouden wordende paard .. . rd s 5 » ■ tweede, » » »....» 10 en vervolgens voor elk der meerder aangehouden wordende paarden » 18 Art. 21. Ter voorkoming van fraudes, die door de Chi neesche of andere der opgemelde inlandsche natiën ter ont duiking van deze impost zouden kunnen gepleegd worden, zullen de hoofden der Chinezen, die der Mooren, Maleijers, Boeginezen en Parnakans voor medio December van ieder jaar aan den Oosthoeks gezaghebber of prefect, item aan den collecteur van hel oorgeld van paarden, een ieder in den hare, overgeven accurate lijsten van het getal wagens en paarden, in hunne campongs zich bevindende en welke de eigenaars voornemens zijn in het volgende jaar aan te houden. Art. 22. Ue collecteurs zullen het regt hebben om bij de in- en opgezetenen van de gemelde natiën te laten opnemen en onderzoeken, in hoe verre de bij de omschreven lijsten gedane opgaven met de waarheid overeenkomen, zoo dikwijls zij dit noodzakelijk zullen oordeelen. Art. 25. De zoodanige onder de voornoemde natiën, welke na het opmaken en overgeven der gemelde lijsten zich van wagens en paarden voorzien, zullen verplicht zijn daarvan immediaat opgave te doen aan den kapitein of hoofd van hunne natie, sub poene van confiscatie van wagens en paarden, wanneer dit wordt verzuimd; en met last aan de gemelde hoofden om, deze opgaven ontvangende, daarvan zonder verwijl kennis te geven aan den collecteur, ten einde de voldoening der verschuldigde wagen-pacht of belasting op de paarden voor de maanden in het jaar, die dan nog zullen overblijven, dadelijk effect te kunnen doen sorteren. Art. 24. De betaling der voorschreven belasting zal, even als die van het oorgeld der paarden, moeien geschieden voor ultimo Februari van ieder jaar, aan handen van den collecteur en onder al zulke poeualiteiten, als hier vooreu bij art. 7 zijn vermeld. 1809. H. W. DAENDELS. 642 Art. 25. De wagens of rijtuigen der inlandsche natiën zullen eenmaal 'sjaars ten overstaan van gecominilleerdens uit den raad van justitie moeten gebrand worden met 's Konings wapen, alzoo op poene van confiscatie geen ougebrand rijtuig, behorende aan iemand van voormelde natiën, zal mogen gereden worden. Art. 26. De collecteurs zullen verpligt zijn, alvorens in functie te treden, af te leggen den eed op het formulier, hier na volgende, mitsgaders te stellen eene borglogt ten bedrage van drie duizend rijksdaalders, elk; en zullen zij wijders gehouden zijn maandelijks de bij hun ontvangen pen ningen in 's Lands kas over te brengen: zijnde althans tot die bediening, om met primo Mei in functie te treden, aan. gesteld te Samarang en te Soerabaija de lijdelijke gezworen scriba aldaar. Formulier van den eed voor den collecleur. Dat belove en zweere ik, dat-ik in mijne bedieninge als collecteur van het middel van het oorgeld van paarden mij getrouwelijk en naarstelijk zal gedragen; dat ik bet reglement, op de heffing daarvan geëmaneerd, mitsgaders de verdere ordres en reglementen, welke daar omtrent verder zouden mogen worden gesteld en gearresteerd, na mijn uiterste vermogen zal achter volgen en doen achter volgen, zonder aanzien van personen; dat ik de penningen, daar af prove nierende, getrouwelijk zal incasseren en verantwoorden; en generalijk, dat ik al dal gene zal doen en verriglen, het welk een goed en getrouw collecteur verplicht en gehouden is te doen. Zoo is het, dat daarvan aan elk en een iegelijk, die het aangaat, bij dezen wordt kennisse gegeven. En opdat niemand van dies inhoud eenige onwetenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze, zoo Ie Samarang, als te Soerabaija worden gepubliceerd en, behalven in de Hollandsche, ook in de Javaansche, Maleische en Chineesche talen worden gealligeerl ler plaatse gebruikelijk. 1809. H. W. DAENDELS. 643 4 April. Benoeming van den scriba van den prefect der Jakalrasche en Preanger'bovenlanden tol beambt schrijver dier prefectuur. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur-Generaal, in aanmerking genomen hebbende de noodzakelijkheid, dat na de verplaatsing van een der schouten van den landdrost van Builenzorg naar Tjibinong een geschikt persoon werde gequa lificeerd om de post van beamblschrijver voor de préfecture der Jaccatrasche en Preanger bovenlanden waar Ie nemen en te vervullen; heeft besloten, iu conformiteit van hetgeen deswegens op de overige prefectures van Java gebruikelijk is, den scriba van den prefect der gedachte bovenlanden te qualificeeren, gelijk dezelve gequaliliceert wordt bij dezen, 10l het passeeren van contracten, uiterste willen en alle verdere, notarieele actens en instrumenten, welke ten behoeve der ingezetenen van de gedachte prefecture van hem zullen worden gevorderd; met last aan hem, scriba, om zich in deze betrekking, zoo ten aanzien van het opmaken en coucheren der actens en de precaulien en formaliteiten, welke daarbij behoren te worden in agt genomen, als ook ten aanzien zijner declaratien van kosten en salaris, stiplelijk te gedragen naar hetgeen des. wegens bij de statuten van Balavia onder het hoofddeel van notarissen is geslatueerd. 2 April. Instructie voor den inspecteur der salpeter fabrieken in den Oosthoek. Art. 1. Hij, inspecteur, zal het opzigt hebben over de voor het land overgenomene salpeler-makerijen Ie Soetji en Se dogoero met de daartoe gehoorende gebouwen, gereedschappen en wat dies meer is. Art. 2. Hij zal zorgen, dat niet alleen alle de voorschreve gebouwen en gereedschappen bestendig in goede orde ge houden, maar «lat ook de aarde in de daartoe gehoorende 1809. H. W. DAÈNDELS 644 slooten en schuaren zoo dikwijls worde uitgeloogd, ais niet voordeel geschieden kan en vervolgens al het mogelijke aan gewend worde om deze aarde spoedig weder niet een nieuwen voorraad van salpeterdeelen te hezwangeeren; en zal zorg worden gedragen, dat deze aarde aan geene nattigheid en ook evenmin aan zonneschijn hloot gesteld hlijve, als ten hoogste nadeelig voor de salpelersloü'en. Art. 3. Hij zal zorgen, dat de aarde in de gemelde hooien en schuuren zoo veel salpeter oplevere, als mogelijk is, eu de nodige middelen in het werk stellen om die quantiteit te brengen voor Soetji op vè 3000, voor Sedogoero op ffi 700, dan wel te zamen op ffi 5700 's inaands of 44400 ffi in het jaar of zooveel meer als doenlijk zal zijn. Art. 4. Daar volgens rapporten, huilen de twee boven ge melde salpeler-makerijen, op Madura, alsmede in de om de Oost van Sourabaija gelegen districten en wel voorua mentlijk in die van Poeger en Banjoevvangie, nog verscheidene andere bergholen zijn, waarin de aarde insgelijks min of meer salpeterachtig zoude zijn, zal hij, inspecteur, zoodra mogelijk in persoon na voorschreve districten gaan om de daar zijnde holen te examineeren en, daartoe geschikt be vonden wordende, dadelijk uit te loogen, ten dien einde mede nemende de daartoe vereischt wordende kcelels en andere gereedschappen, terwijl het benodigde volk, zoo lot de uit looging zelve, als het kappen van hout, het branden van asch en wat dies meer is, door de regenten of hoofden der dis tricten, waarin de hooien zijn gelegen, zal moeten worden geleverd. Art. 5. Met een der hooien gereed zijnde, zal hij de daarvan gekomen salpeter dadelijk overleveren aan het hoofd der prefecture, waaronder de gemelde districten sorteeren, ter verdere Iransporleering naar Sourabaija; hij zal vervolgens, zooveel doenlijk, de nodige middelen beraainen en daarstellen, opdat dit zelfde hol tegen het volgende jaar wederom tot de uitlooging bekwaam zij, observeerende dit telkens bij alle de holen, daarloe geschikt bevonden. 1809. H. W. DAENDELS. 645 Art. 6. Van de in art. 4 vermelde reis terug zijnde, zal hij daarvan verslap aan don Gouverneur Generaal doen en detailleeren, welke vooruitzichten de bezogte holen opleveren. Art. 7. Hij zal in hel oog houden, dat het oogmerk van den Gouverneur Generaal is, dat de salpeter-makerijen zoodanig worden uitgebreid, dat jaarlijks ten minsten 200000 fi? sal peter worde gefourneerd, zonder echter den Lande meer als tien rijksdaalders de pikol te slaan te komen. Art. 8. Ten dien einde zal hij alle mogelijke zuinigheid betrachten, zorgvuldig alle onnutte uitgaven en gebouwen nicnngeeren en de aan salpeter-aarde rijkste plaatsen kiezen. Art. 9. Met hel. einde van iedere maand of zoo dikwerf ilc gelegenheden zullen vereischen en loelalcn, zal hij een kort rapport aan den Gouverneur Generaal moeten inzenden van den staat en toestand, zoowel der twee tegenswoordige fabrieken, als die sedert nieuw inogten zijn aangelegt, met een korl verslag van hel merkwaardige, dat in die maand is voorgevallen of wat verrigt is en een linanliecl verslag, waarbij alle uitgaven, verstrekkingen en afleveringen van salpeter moeten zijn gedetailleerd. Art. 10. Alle maanden zal hij den gezaghebber van Java's Oosthoek en den hoofd-administrateur te Samarang doen toe komen een accurate specificatie van alle de aanhanden zijnde gebouwen, gereedschappen, materialen en wat dies meer is, met aanwijzing van het geene in die maand verbruikt, ver strekt of op andere wijze afgegaan is; item, wat daarentegen is bijgekomen en hoeveel dus nog restant blijft, welke speci ficatie mede bij zijn (inaal verslag aan den Gouverneur Generaal zal moeten worden overgelegt. Art. 11. Eenige gereedschappen onbruikbaar zijnde, zal daarvan in tijds rapport worden gemaakt om op het atelier van constructie andere te doen aanmaken, doch dagelijksche reparatien aan balijs, tonnen, enz. zullen in de salpeter falirieken worden verricht om door het over en weder brengen dier goederen naar het atelier niet al te veel tijd te verliezen. 1809. H. W. DAENDELS. 646 Art 13. Inkopen van materialen als anderszints moetende gedaan worden of wel capitale reparatien of vernieuwingen aan gebouwen moetende geschieden, zal daartoe authorisatie verzogt worden aan den Gouverneur Generaal, doch het een of ander spoedige voorziening vereischende, zal zulks slaan ter beslissing van den commandant militair in den Oosthoek. Art. 13. Hij, inspecteur, zal, gemerkt den aart zijner werkzaamheden, slaan onder de orders van wclgcmelden com mandant en denzelven van alle zaken, zijne administratie be treffende, rapport doen. Art. 14. De eischen van geld, producten en andere be nodigdheden, welke uit 's Lands magazijn kunnen worden verstrekt, zullen met het einde van iedere maand in geschrifte worden gedaan en, nadat dezelve door den commandant voor gezien zullen zijn getekend, aan den gezaghebber worden ingeleverd ter nadere verantwoordelijkheid van den geuielden commandant en van den gebruiker, blijvende zij daaromtrent onderhevig het onderzoek van de generale rekenkamer. Art. 15. Zoodra de leverantie van salpeter lot twee hon derd duizend ponden zal zijn gebragt, zal aan hem, inspecteur, ter zijner adsistentie worden toegevoegd een geschikt persoon, onder de benaming van adjunct opzichter, die in alles nauw keurig zal moeten worden onderrigl ten einde in der lijd de post van inspecteur (des noods) te kunnen waarnemen, op zoo danig appointement, als in dat geval nader zal worden bepaald. Art. 16. Hem, inspecteur, zal wijders nog een klerk worden toegevoegd, genietende vijftig rijksdaalders, zilver geld, lei maand, ten einde alle boeken en aanleekeningen te houden en rapporten op te maken om vervolgens daaruit een be hoorlijk administratie-boek te formeeren, dal ter zijner lijd, even gelijk die van andere adminislratien, ter inzending aan de generale rekenkamer te Batavia, op het finantie comptoir te Sourabaija moet worden afgegeven, benevens de af schriften van alle quitantien, verleende ordonnanlien, eischen en wat verder dienen kan om de administratie-boeken van hem, inspecteur, te justificeeren. 1809. H W. DAENDELS. 647 Art. 17. Voorts zullen hem nog worden toegevoegd de noodige inlandsche mandadoors, bij de potasch-kokerijen en andere werken benodigd, als mede de verdere arbeiders, welke vereisent zullen worden, op door hem, inspecteur, daarvan nader in te leveren petitie. Art. 18. De gages van de gemelde mandadoors en werk lieden zullen op voordragt van den inspecteur, geappuieerd door den militairen commandant, nader worden bepaald, terwijl daarentegen bet volk, dat bij het uitlogen der in andere dis tricten gelegene bergholen benodigd is en dat in voege voor meld door de regenten aldaar moet worden geleverd, eenelijk genieten zal vier duiten en een katje rijst daags, ieder, zonder meer en welke rijst door gemelde regenten zal moeten verstrekt worden om naderhand met Sourabaija te worden verrekend. Art. 19. De lieuteiiant Gouverneur Generaal in den Oost hoek tegenwoordig zijnde, zullen alle rapporten en aanvragen aan hoogstdenzelve gedaan worden. Art. 20. Overigens zal hij, inspecteur, alles doen en ver richten, wat van een goed en getrouw inspecteur gevordert en verwacht kan worden, al ware liet ook, dat daarvan in deze order of instructie geene speciale mentie of bepalingen gemaakt waren. 5 April. Veroordeeling lot twee jaren ketlingslag van een postillon, die zich lusschen Samarang en Sourabaija zijn post-valies had laten ontstelen. Volgens Daendels bad die postillon tot behoud van het valies, des noods, zijn leven moeten opofferen. Merkwaardig is ook, dat Daendels gelastte van deze bestraffing •door den Oosthoeks gezaghebber en de respective prefecten kennis te laten geven aan de inlandsche regenten, als mede door voorhouding aan alle de poslillons, zich actueel in dienst bevindende, met waarsehoawüsg aan dezelve om betere en goede zorg te dragen voor de post valiezen, die hun worden aanbetrouwd, nademaal bet verlies daarvan bij vervolg van tijd door eene zwaardere als de opgelegde straf zoude moeten 1809. H. W. DAENDELS. 648 worden geboet, .welke alleenlijk mei zoo veel consideratie bepaald is, omdal builen de tegenwoordige nog geene klacblen van gelijken aart over de poslülons zijn ingekomen". 4 April.. Revisie van crimincele vonnissen, geveld dom krijgsraden op en builen Java. Gebleken zijnde, dat de bepalingen nopens de herziening der vonnissen van de guarnizoens-krijgsraden, gemaakt bij «Ie 24 en volgende artikelen van de 3'' afd., 2 kap. van hel militaire wetboek van den 26 Juni 1799, zoo duidelijk en klaar zijn, dat ten dien aanzien geen zekerder riglsnoer aan de booge militaire vierschaar kan worden gegeven, terwijl de toepassing dier wet op alle voorkomende zaken, liel eiland Java betreffende, en dus ook ten opzichte der vonnissen, door de guarnizoens-krijgsraden te Sourabaija, Samarang en ter hoofdplaats Batavia geslagen, aan geene de minste zwarigheid onderhevig is, zoo dat ook de hooge militaire vierschaar niet de herziening, ap- of improbatie dier vonnissen, ingevolge het besluit, bij hare oprigting genomen, naar de wet van den 26 Juni 1799 zoude hebbeu kunnen te werk gaan, zonder deswege eenige nadere explicatie of voorziening van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te roepen; dan dat er niettemin eenc wezenlijke zwarigheid resideert in de toepassing der wet van den 26 Juni 1799 op de crimineele vonnissen, welke door de guarnizoens krijgsraden op de respeclive bezittingen van Zijne Majesteit den Koning van Holland in Indien buiten het eiland Java worden gewezen, als zijnde bij het 24 art. van het 2 e kap., 5 e afd. van hel meermelde wetboek alle criminele vonnissen, bij de guarnisoens krijgsraden gewezen, die niet appellabel zijn of van welke, schoon appellabel zijnde, niet is geappelleerd, aan de her ziening der hooge militaire vierschaar onderworpen, door welke herziening dierhalven de expeditie der justitie op de voormelde afgelegene bezittingen buiten het eiland Java op zoodanige wijze zoude worden vertraagd, dat althans in 1809. H. W DAENOELS. 649 mindere, lijfstraffelijke zaken van de herziening der hooge militaire vierschaar behoord Ie worden geglicieert: is besloten de booge militaire vierschaar van Hollandsen Indien nader te autoriseeren om van alle de crimineeln vonnissen, gewezen door de respectiveguarnizoens-krijgsraden op het eiland Java, kennisse te nemen en herziening te doen navolgens het geslatueerde hij het militaire wetboek van den 20 Juni 1799 en dit, zoo wel op de reeds aanhangige, als verder» voorkomende zaken toepasselijk te maken; voorts van de herziening der booge militaire vierschaar van Indien te eximeeren alle criniineele vonnissen, door de giiarnizoens-krijgsraden op de bezittingen van Zijne Majesteit den Koning van Holland in Indien builen het eiland Java gewezen, met uitzondering alleen van die geenen, welke inhouden capilale of doodstraf, en onverminderd hel regl van appel in zaken, waarin naar reglcn termen voor appel zijn te vinden, en met qualificatie op de guarnizoens krijgs raden op de voornoemde etablissementen builen het eiland .lava om in alle overige, criminele zaken, hiervoren niel uitgezonderd, te wijzen bij arrest, mits voor de uitvoering hunner vonnissen daarop verzoekende het Hat executie van den civielen gouverneur, gezaghebber of resident ter plaatse, die, vermecnende gegronde redenen te hebben om in bet verleenen van het zelve te difficulleeren, de bevoegdheid zullen hebben om de executie van het vonnis provisioneel te surcheren, doch tevens verpligt zijn om, met opgave «lei redenen van weigering, daarvan bij eerste gelegenheid aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal rapport te doen en onder overzending der vonnissen en de daartoe behoorende stukken hoogst deszelfs decisie in die zaak in te roepen. Zie ook 28 Oogstmaand 1810. 4 April. Voorschriften voor landraden on landgerechten op Java. Zijne Excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, 1808. H. W. DAENDÊLS. 65 PI,*KAAT-BOHK DEEL IV. gaan. Doch zal de wellevendheid in zoodanig een geval moeten in acht genomen en den vorst met het halve lijf buiten het rijtuig en de andere grooten mede met beleefdheid moeten worden gegroet. Art. 9. Zij zullen zich altoos, hetzij naar de audiëntie of andere gelegenheden in de craton of elders gaande, van een rijtuig, hetzij met i of 4 paarden bespannen, moeten be dienen en zich als dan van een detachement van een wacht meester en 12 dragonders te paard moeten laten vergezellen, terwijl buiten dien de grenadiers lijfwagl, als gewoonlijk, op haar post in de cralon zal moeten wezen. Art. 10. Zij zullen voortaan, bij vergezelling van eenen offi cieelen brief, denzelven vooraf in eene koets moeten laten voor uitdragen en denzelven onmiddclijk in een andere koets volgen onder bet gewoon ceremonieel, zonder denzelven als bevorens te voel tol aan den craton te verzeilen. Arl. 11. Zij zullen hun karakter bij alle gelegenheden soutineren en niets doen, hetgeen de waardigheid van hunne representatie zoude krenken, behandelende de vorsten steeds met alle behoorlijk respect. Dit reglement is vaslgesteld onder nadere goedkeuring van de betrokken, inlandsche vorsten. De Soesoehoenan heeft zich daartegen niet verzet, maar de Sultan van Djokjokarla wel. Zie Daendels, staat der Ned. 0. 1. bezittingen, bladz. 94. 29 Julij. Aanmaak van jmpieren geld voor Banda. Is goedgevonden en verstaan tot een proeve voor Banda alhier te laten aanmaken rd s 20000 aan papieren van credit, verdeeld ter waarde van: 1000 p" a rd 9 5 tot rd» 5000, 500 » » » 10 » » 5000, 400 » » » 15 . » 6000 en 200 » » » 20 » , » 6000, om, evenals de bij secreet besluit dezer regeeriug van den 1809. H. W. DAENDELS. 650 gezien hebbende een adres van den prefect van Samarang en üamak, P. A. Goldbacli, houdende, onder aanbieding ter approbalie aan hoogstgemelde zijne excellentie van eenige criminele vonnissen, geslagen bij den laudrand te Samarang, eene aantooning van verschillende gebreken, welke hem, prefect, in den aart der inlandsche wetten en in de form van regts pleging waren te voren gekomen; en overwegende, dat, ofschoon de bij dat adres aangehaalde gebreken in de .lavaansche wetten en regtsoefening niet kunnen worden ontkend wezentlijk Ie bestaan, het niet te min aan even veel en welligt aan meerdere inconvenienten zoude onderhevig zijn, indien, met verzaking der inlandsche wetten eu gebruiken, daarvoor in eenmaal een nieuw en aan den Javaan geheel vreemd stelsel van regtsoefening wierd gesub stitueerd en het dierhalven ook bij de oprichting der land gerichten in het jongst verweken jaar en bij de verbetering, daardoor in de regtspleging over den inlander daargesteld, op zellelijk is vermijd, zoowel om de thans vigeerende, Javaauschc wetten en gebruiken tot een vast en onveranderlijk rigtsnoer aan dezelve voor te schrijven, als ook om daarin al terstond eenige uitdrukkelijke verandering te maken en zulks met geen ander inzicht dan om daardoor aan de gedachte landgerichten en voornamelijk aan de respective prefecten, welke dezelve presideeren, de gelegenheid te laten om, bij ondervinding de gebreken der inlandsche regtsoefening leerende kennen, de noodige voordragten tot derzelver verbetering te kunnen doen, daarbij steeds in het oog houdende, dat geene inlandsche gebruiken, formen van procedeeren en strafoefeningen, ofschoon ook niet uitdrukkelijk afgeschaft, in werking behooren te worden gelaten, wanneer dezelve tegen latere en algemeene beveelen der hooge overheid of tegen de eerste beginselen van regt en billijkheid indruischen of wanneer daardoor in lijfstraffelijke zaken het groote hut der algemeene veiligheid of ten aanzien der form van procederen de nodige regterlijke overtuiging niet kan worden verkregen; dat het intusschen uit het voorschreven advies van den 1809. H. W. DAENDELS. 651 prefect van Samarang en Damak bereeds gebleken zijnde, dat het in dezen van nut zal zijn, dat eene voorziening worde gemaakt tegens de bij den landraad aldaar gebruikelijke slrafoefening van het af kappen van handen en voelen, ecue straf, die de ondervinding geleerd heeft, dat niet alleen de aldus geëxecuteerden niet afschrikt om hunne verminkte leden op nieuw wederom tot roof en misdaad te misbruiken, maar hem brengt tot laste der maatschappij en buiten staat stelt om door den arbeid een beter bestaan en levenswijs Ie zoeken, mitsgaders tegens die vorm van regtsplcging, volgens welke een misdadiger, öf dadelijk wordt vrijgesproken <">f jaren agler een in den kerker blijft zuchten, in gevalle de beledigde persoon of de naasthestaanden van een verslagene geen regt mogten eischen of de jaren nog niet bereikt hebben om zulks naar de wet te kunnen doen; heeft besloten te verklaren, gelijk verklaard wordt bij dezen, dat, ofschoon de inlander op Java voor als nog bij zijne eigen wetten en fonn van regts|>leging wordt gelaten en de respective landraden en landgerechten aldaar uil dien hoofde zullen verpligt zijn dezelve mede te agtervolgcn, de voor geschrevene wetten en gebruiken echter van geene npplicalien zullen zijn: 1° wanneer volgens dezelve een misdadiger aan de hem competerende straf wierd onttrokken en dat gevolgelijk in die gevallen, waarin de beleedigde persoon of de naast bestaanden van eenen nedergeslagenen zelven geen recht mogten eisschen of de jaren nog niet bereikt hebben om zulks naar de Javaansche wetten te kunnen doen, de fiscaal hij de landraden te Samarang en te Souralmija en bij de verdere landgerechten op de prefectures van Java zullen gehouden zijn van wegens de hooge overheid regt te vorderen; 2° wanneer de bij die wetten bepaalde straffen naar algemeene regten te ligt, te zwaar of in het algemeen ontoereikende inogtcn worden bevonden ter bewerking van de algemeene veiligheid of niet evenredig aan de misdaden, welke daarmede 1809. H. W. DAENDELS. 652 worden geboel, niet overlaling aan de respeclive landraden en landgeregten om in die gevallen arltilrairlijk zoodanige stral' te bepalen, als zij uaar exigentic van zaken en omstandigheden in goede justitie zullen vermeen en te bebooren; 5° wanneer de bij die wetten voorgeschrevcne manier van procedeeren niet in staal is om een regtcrlijk bewijs, eene gemoedelijke overtuiging van den regter of eene convictie van den misdadiger te weeg te brengen, met autorisatie op den regter om in die gevallen de gebreken der inlandsche regtspleging naar arbitrium en naar voor beeld van algenieene regten en praktijk, voor zoover dezelve toepasselijk zijn, Ie suppleeren: en met bepaling verders, dat voortaan bij de landraden en landgeregten op .lava geene andere capitale en corporeele straffen zullen worden geusiteerd dan bet branden, krissen, brandmerken, geesselen, kettingslag, conflnement encondem nalie tot den arbeid aan de genieene werken. 4 April. Wijziging in de organisatie van hel bestuur over Java'B JV. O. kust, vastgesteld op 1 September 1808, wat betrefl de betaling van kof/ij. Is besloten, in ampliatie op bel 16 6 arlikel der organisatie van Java, waarbij de prijs der koffij, die aan het Gouvernement geleverd wordt, bepaald is tegen vier rijksdaalders, zilver geld, de pikol van 225 ponden, voor den gemeenen man, nog daar en boven tot encouragement van de inlandscbe regenten en hooiden toe te staan eeu rijksdaalder, zilver geld, van iedere kleine pikol van 12G of 128 ponden, om te komen voor */« gedeelte ten faveure van de gemelde regenten en i / t gedeelte ten voordeele van de inlandsche hoofden, conform aan de inrigting in de Jaccalrasche en Preanger bovenlanden. 4 April. Aanplant van kof/ijboomen. Aanleekening werd gehouden, dat aangeplant waren: 1809. H. W. DAENDELS. 653 in de Jakatrasche en Preanger bovenlanden 5315499 boomeii in Tagal 2243800 in Samarang 1030611 in den Oosthoek 929696 in de Cheribonsche Preauger-regenlschappeu 2900000 » in de Cheribonsche Sultan's-landen 2041900 » te zamcn 14,459,506 hoornen. Te weinig hadden aangeplant: Samarang 1756389 hoornen de Oosthoek 126704 de Cheribonsche Preanger-regentschappen.. 1211590 » te zamcn 5094483 hoornen. »Uit consideratie, dat het jaar-saisoen thans niet meer per niitteerd de aanplanting der kofïïjboomen te vervolgen, als van weinig of geen verwachting meer kunnende wezen en dus eenlijk strekkende tot vergeefschen arbeid voor den ge meenen man", besloot Daendels »den inspecteur-generaal te autoriseeren om de prefecten, die in de aanplanting achterlijk gebleven zijn, aan te schrijven daarmede thans te super cederen en de bereeds ontgonnen gronden voor de nieuwe aanplanting in het aanstaande najaar te laten liggen, in ver trouwen, dat zij dit gedeelte van hunne verpligtingen als dan met meerdere zèle behartigen en de redenen lot ontevreden heid, ditmaal gegeven, door eene verdubbelde activiteit zullen uitwisschen". 4 April. Vrijstelling van eenige districten op Java van de verplichte koffij-culluur. Is besloten de districten van Panaroekan en Besoekie, onder .lavasrh Oosthoek sorterende, zoomede het regentschap Wie radessa en het landschap Oeloejamie, behoorende onder Pac calongang, als bevonden zijnde tot de koffij-teelt weinig geschikt te zijn, voor eerst van den verderen aanplant van dat product te excuseeren; met verdere bepaling nogtans, dat de thans in liet regentschap Wieradessa gevonden wordende kolïij-tuinen 1809. H. W. DAENDELS. 654 niet zullen worden gedemolieerd, maar, zoo lange dezelve zullen blijven bestaan, de vruchten daarvan door het volk van die districten zullen moeien worden ingezameld en geleverd. 5 April. Toekenning van den rang van r> kapitein militair" aan de beide opzichters van den inspecteur-generaal der hoiilbosschen. Die van den inspecteur-generaal der kofïij-culluur hadden reeds dien rang. 7 April. Toekenning van sawah's aan hoofden in de Cheribonsche Sullan's landen. Is besloten de navolgende verdeeling der jonken rijstland in de Cheribonsche Sulthaus landen te arresteeren, als: ieder Sullhan, zoo voor hem, als 10l onderhoud zijner naast bestaandeu die niet uil echten bloede zijnofeenige bediening hebben 500 jonken den radeen adipattij 100 » waarvan ieder Sulthan een derde moet opbren gen, na decortalie nogtans van de 35 jonken, welke hij als lommongong van de Benawang geniet; iedere buiten bepattij der Sulthans 60 » » binnen » * » 30 » « districts tommongong 35 » » pangerang 20 » cliwong van den rijksbeslierder. ... 20 de fiscaal van den landraad 50 » » adjunct fiscaal van den landraad 16 » ieder groot mautrie of groot demang 14 » de hooge priester van den landraad 18 » » ketip » » » 6 » ieder hooge priester der Sullhans 14 » » ketip » » 4 » 1809. H. W. DAENDELS. 655 ieder moedin der Sulllians 2 jonken » klein mantrie of klein demang 8 » » djaxa der Sulllians 12 » districls bepattij 15 • » manlri of demang 0 • » » djaxa. 6 » » » hooge priester (J » • » ketip 2 » » » moedin 1 » » » koewoe of loerali 3 » » prenta of petingi 1 '/ 2 » » hoofd of loerah der justitie dienaren van den landraad en de Sulllians... 4 » » justitie dienaar van als even l'/ t » » opper-cipier van als even 6 » » onder-cipier 3 » » oppasser van hel blok van als even. 1 '/, » hoofd of loerah der districls justitie dienaren 5 » justitie dienaar der districten 1 » » opper-cipier der districten 4 » • onder- » » » 1 « oppasser van het blok der districten. 1 » en aan elk man, die aan den prefect, de Sulthans en andere hoofden voor hun gevolg en huisselijke diensten zijn toegestaan en tot andere lands werken gebezigl worden 3 / 4 » Voorts, buiten de koewoes, prenta's, kelips, moedin, justitie dienaren, cipiers en die daarmede gelijkstandig zijn, nog aan dezelve een of meer dessas, na maate voldoende wordt ge oordeeld om daaruit deze, aan hun toegestane manschappen te kunnen trekken. Terwijl overigens alle, daarna overschietende jonken rijstland, zooveel mogelijk, op eene gelijke wijze onder de overige in gezelenen zullen moeten worden verdeelt. Wel verstaande, dat van de opgemelde uitgegeven rijst- 1809. H. W. DAENDELS 656 landen, zoowel als van andere, het gewoon contingent in natura zal moeten worden opgebragt. Zie ook 13 Maart 1809. 8 April. Verbod tegen den uilvoer van rijst uit de Jacalrasche en Preanger bovenlanden. Zulks geschiedde om gebrek aan dien »korl", hetgeen volgens den prefect verwacht werd, voor te komen. 11 April. Benoeming van een supernumerair Raad extra ordinair van Indië. Dit lid kreeg hetzelfde tractemenl en dezelfde prerogativen als een Raad extra-ordinair en zoude bij de eersle vacature als zoodanig invallen. Als motieven voor deze benoeming golden: 1" »het permanent praesidie van den directeur-generaal", waardoor «steeds eene stem bij de Hooge Regeering is •vacerende" (Daendels presideerde bijna nooit de ver gaderingen) ; 2° de buitengewone verdiensten van den benoemde, zijnde de gezaghebber in den Oosthoek, ridder Rothenbühler. 11 April. Regeling der tractementen van de secretarissen géneraal van den Gouverneur-Generaal, van den chef van den generalen staf en van de brigadiers, com manderende de militaire divisiën. Zij kregen alle 15,000 rijksdaalders 'sjaars, maar de wijze van uitbetaling was verschillend. De secretarissen-generaal zouden betaald worden niet die munlspeciën, waarmede zij tot dat tijdstip betaald waren; de militairen »op den voel, zoo als voor de eerste militaire »chefs geusileerd is ter plaatse, waar zij nu of in der lijd «zullen resideeren". 1809. H. W. OAENDÊLS. 657 PLililT-BOES DEEL XT. Ki 11 April. Opheffing der betrekking van groot-kassier. Deze betrekking, welke in Nederland niet bestond, was vervallen «door de nieuwe wijze van boekhouden". Zijne werkzaamheden en rang gingen over op den ont vanger-generaal «zonder eenigc vermeerdering van inkomsten". 15 April. Aanbesteding van hel onderhoud van den Ooster weg lusschen Balavia en Builenzorg. Zijne excellentie, de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat om den Ooster weg van Batavia naar Builenzorg, welke als nu gemaakt is, in dien staal te houden en van den daaraan besteeden arbeid hel genot Ie verzekeren, het absolul noodig zal zijn, dat het onderhoud daar van wordt aanbesteed: heelt besloten het collegie van Schepenen Ie autoriseeren om hel onderhoud van dien weg aan (e besteden bij zoodanige perceelen, als het gedachte collegie convenabel zal oordeelen. Op denzelfden datum werd het collegie van Schepenen nog gemachtigd »tol het doen der aanbesteding van vijf stallen en pleisterplaatsen lusschen de hoofdplaats Batavia en Bui lenzorg,. als: een bij of omtrend Tjawang, een » » » Tanjong, een » » » Tjimangies, een ■> » » Tjibinong, een » » » Tjiloar". 13 April. Instructie voor den aannemer der postertj luxxclien Batavia en Builenzorg. Art. 1. De aanemer zal jaarlijks uit stads kassa genieten rijksdaalders achl duizend, zilver geld ofte in credit papieren met de lopende agio, te betalen in vier termijnen, in te gaan met primo Mei aanslaande of wanneer de postwagen het 1809. H. W. DAENDELS. 658 eerste afrijden zal en zoo vervolgens van drie tot drie maanden: daar en boven zal aan hem nog ter gemoelkoming geleverd moeten worden door de differente landheeren en eigenaren, welke bevorens padij aan het ontbonden collegie van Heem raden geleverd hebben, vijf en vijftig tjain padij a 20 rd", papieren van credit, ieder tjain, voor welkers prompte leverantie de landdrost de nodige ordres zal geven, terwijl meede aan hem nog vergund werd van zig door campongs ingezetenen gras te laten leveren tegens vier rd 9 , koper geld, ieder paard 's maands, zullende de landdrost verpligt zijn hem, aannemer, des noods te adsisteeren, indien hel campongs volk niet gewillig hier aan voldoen wilde. Art. i. Hier voor zal hij verpligt zijn te moeten aanleggen en onderhouden twee postwagens, ieder voor zes personen, op leren riemen hangende en, zoo veel doenlijk, gemakkelijk ingerigt; ten anderen 90 trekpaarden of 21 span van vieren, die gezond en sterk moeten zijn en zoodanig gedresseerd, dat de passagiers geen ongelukken dooi- dezelven kunnen bekomen, met 21 stel tuigen van vieren, die steeds in zoo danigen staat moeten zijn, dat dezelve door ouderdom of verwaarlozing onderwege niet kunnen komen te breken en de reize daardoor vertraagd werde; ten derden, zeven koetsiers, die met vier paarden kunnen rijden en welke nugteren en personen zijn van een goed gedrag, zullende alle ongelukken of ongeregeldheden, welke door derzelver toedoen gebeuren mogten, voor verantwoording van den aannemer zijn, terwijl hij tevens hierbij verpligt werd, dat dezelve altoos, wanneer zij rijden, zindelijk en ordentelijk met een broek, een baaijtje, jas of mantel gekleed zijn, en hij zorg drage, dal zij zig tegens de passagiers beleefdelijk gedragen: ten vierden, twintig sterke rij- of postpaarden, met even zoo veel zadels, welke speciaal zullen moeten dienen om de brieven naar en van Buitenzorg te brengen: (en vijfde, veertien personen voor postillons en vijfentwintig boejangers tot het oppassen der paarden buiten des/el Is stal op Weltevreden. 1809. H. W. DAENDELS. 659 Art. 5. De halt- of "pleister plaatsen zijn verdeeld in vijf stations, als: de eerste bij of omtrend Tjawang, de tweede • » » Tanjong, de derde » » • Tjimangies, de vierde » » » Tjibinong, de vijfde » » » Tjiloar. De stallingen voor de paarden en wooningen voor het benodigde volk aldaar zullen voor rekening van den Lande opgericht, dog door den aannemer in behoorlijken staal onderhouden worden, zullende de aannemer bij contrarie bevinding verbeuren een boete van érn honderd rijksdaalders zilver voor de eerste, twee honderd voor de tweede en zes honderd rijksdaalders voor de derde keer, dat zulks bevonden werd, ten behoeve van stads kassa, daar, indien een geheele verwaarlozing ontdekt werd, president en Schepenen voor zijn rekening alles in orde zullen laten brengen en onder houden. Art. 4. De aannemer zal in de daartoe opgerigte stallen en huizingen op elk dezer plaatsen stellen een der boven gemelde koetsiers, twee postillons en vier boejangers, benevens drie span paarden van vieren, met even zooveel tuigen, en drie rij- of postpaarden met derzelvcr zadels. Art. 5. De postwagen zal Iwee maal in de week en getrokken door vier paarden moeten rijden, te weten, Zondags en Woensdags morgens ten vijf uuren, zoo wel van Batavia, als van Buitenzorg; te Batavia van het woonhuis van den aannemer Zimmer op Weltevreden en te Buitenzorg van de herberg aldaar, zullende de aannemer moeten zorgen, dat bij elke halteplaats versche paarden gereed staan en geen vertraging veroorzaakt werd door het langzaam verwisselen der paarden. Art. 6. Behalven deze twee keeren in de week zal de aannemer in staat moeten zijn om dagelijks naar en van Buitenzorg met extra post personen te kunnen transporteeren. Art. 7. De postwagen zal uiterlijk in 7 uuren van hier 1808. H. W. DAENDELS. 66 29 cn October 1805 voor de groole Oost gangbaar verklaarde |)a])ieren munt ('), op Amboina geteekend en van daar naar Banda te worden voortgeschikt, met vrijheid lating aan den gezag hebber aldaar om van dat papieren geld op de gewone wijze gebruik te maken, indien hij zich in dezen confonneerd mei de noodzakelijkheid: niet last tevens om als dan van de in voering en het ell'ect van die munt aan deze regeering bij eerste gelegenheid verslag te doen. 29 Julij. Bepalingen nopens Solosche hulp-troepen. Is besloten den pangerang, Ario Prabo Prang Widono, aan te steUen tot colonel in dienst van Zijne Majesteit den Koning van Holland, mits onderhoudende: 800 man infanterie, 100 » jagers, 200 » cavallerie en 50 » rijdende artillerie, 1150 man te zamen, waarvoor aan hem de wapenen zullen worden gefourneert en onderhouden, alsmede op gouvernementskosten toegevoegd een adjudant-major om deze troepes te dresseren en in eene be hoorlijke dicipline te houden, zullende hem van 1 Augustus aanslaande de 2000 Spaansdie matten, welke de pangerang van hel gouvernement geniet, op 4000 gebragt worden, zoals deszelfs grootvader genoten heelt boven deszelfs tractement als colonel, groot jaarlijks Ü540 rijksdaalders. 29 Julij. Staking van het verstrekken van vlcesch, spek en boter aan zekere militairen. Is besloten, dat, behalve bij de guarnisoenen van Batavia en Weltevreden en die van de vereenigde gouvernementen, Ambon, Ternaten en Banda, alsmede Tirnor, uilhoofde van de prescnle duurte aldaar, zal cesseren de verstrekking van vleesch, spek en boter aan de Europeesche militairen, te beginnen met 1 (') Zie Jeel XIV, blad/. 17.1. 1809. H. W. DAENDELS. 660 naar Buitenzorg en vice versa nioeten'overkoiiien, op verbeurte van 25 rd s voor rekening van den aannemer en ten behoeve van stads kassa, tenzij de aannemer mogle kunnen aantonen, dat onvoorziene en buiten zijn toedoen voorgekoinene gevallen daarvan oorzaak zijn. Art. 8. Elk persoon, die mei de postwagen mede rijd, zal ten voordeele van den aannemer, boven hetgeen hij jaarlijks geniet, belalen vijl'rijksdaalders, zilver, naar en even zooveel van Builenzorg of van die landgoedereu, van waar hij inogte komen of naar toe gaan en in de passagie van de postwagen leggen. Art. 9. De aannemer zal niet meer dun zes personen te gelijk op de postwagen mogen nemen, tenzij de passagiers onderling niogten goedvinden, dat een of meer kinderen daar op waren, welke, evenals de andere passagiers, rd s 5 zullen moeten belalen. Art. 10. Van 1 tot 4 personen, met haar eigen rijtuig begerende met extra post te rijden, zullen daarvoor 18, zegge achttien rd", zilver, moeien betalen. Art. 11. Van 1 tot 4 personen zonder eigen rijtuig een extra post begerende, zal de aannemer kunnen volstaan voor een of twee met het leveren van eene goede gedekte chais of zoogenaamde fourgon: en zal voor de huur van 't rijtuig exlra betaald worden 0 rd" zilver geld. Art. 12. De aannemer zal echter niet kunnen genood/aak l worden lot hel leveren van extra post, wanneer alle de paarden en rijtuigen, welke hij volgens deze instructie verpligt is te houden, dadelijk reeds in gebruik zijn of zonder ver hindering der gewone posten of postwagens niel afgegeven kunnen worden. Art. 13. Reizigers, die verkiezen eenige pakjes, koiïers of andere goederen mede te nemen, zullen gehouden zijn voor ieder pond, welke dezelve meer als 10 pond wegen, te betalen 1 rd r , zilver geld; en zullen de gedachte goederen nimmer zwaarder mogen wegen dan 2!» pond, nog meerder ruimte beslaan dan 1 voet in de hoogte en breedte en twee voet in de lengte. 1809. H. W. DAENDELS. 661 Art. 14. Indien de postwagen niet bezet is, zal de aan nemer daarmede pakjes, geld, enz. naar en van Buitenzorg moeten Iranspnrteercn tegens betaling als boven of 1 percent van zilver of goud; evenwel nimmer zal hij zulks mogen doen, als de passagiers daardoor gehinderd moglen worden. Art. IS. De aannemer zal verpligt zijn om zich tegens de passagiers beleefdelijk te gedragen en den geenen, die het eerste komt of zulks laat afhalen, een lootje te geven, gemerkt n". 1, en vervolgens tol n°. 6, zullende de eerste en tweede plaats zijn op de agterste bank, de derde en vierde op de middelbank en de vijfde en zesde op de voorste bank. Art. 16. De aannemer werd gerecommandeert en hiermede gequalificeert om op de postwagen geen vuile of gemeene personen te admitleeren, noch de zulken, die dronken zijn en voor bet afrijden met de overige passagiers rusie maken, dan wel dezelve qualijk en brusq behandelen, vooral wanneer fatzoenlijke lieden en vrouwen op de postwagen mede plaats hebben genomen. Art. 17. De koetzier zal verpligl zijn, sub poene vaneen strenge correctie, indien een of meer der passagiers en vooral vrouwen, hetzij bij hel afrijden van een hoogte of om andere, billijke redenen zulks kwamen te verlangen, stil Ie houden en aan de begeerte van de passagiers in diergelijke gevallen Ie voldoen. Art. 18. De aannemer zal verpligl zijn de dagelijksche, zoo wel als de .lavasche brieven en depêches van en naar Buitenzorg zonder eenige extra betaling te laten overbrengen en de afgaande brieven van de plaats, waar hel post-comptoir zal worden gehouden, ten half elf uuren des voormiddags te laten afhalen en de aankomende brieven ter zelver plaats mede te laten afgaan. Art. 19. Aan denzelven zal op Buitenzorg van 'sLands wegen een geschikt gebouw tot eene herberg in gebruik worden afgestaan. Art. 20. De posten zullen ten langsten in s'/j uuren moeien over zijn, sub poene van 25 rd s boete voor den 1809. H. W. DAENDE.LS. 662 aannemer, mede ten behoeve van slads kassa, en ?.al dagelijks vertrekken van Batavia en Huitenzorg des voormiddags ten 11 uuren. Art. 21. Om in de voorschreven tijd de overtogt te kunnen doen zal de aannemer zorg moeten dragen, dat op bepaalde uuren de post-paarden gezadeld voor de halte-plaats staan, hel valies overgelegd werd en een versche postillon direct met de brieven heen rijd. Art. 22. De prijzen der brief-porten en relatien met den commissaris der wegen en posterijen zullen in 't generale postreglement voor gansch Java bepaald worden. Op 5 Mei 1809 is, »bij wege van interpretatie" vast gesteld : dat de bij art. 1 bepaalde leverantie van gras door de campongs volkeren, instede van tegen vier, geschieden zal tegen drie rijksdaalders, koper geld, voor ieder paard; dat, zoolang de beide postwagens voor zes personen, bij art. 2 vermeld, niet in gereedheid zullen zijn, het aan den aannemer vergund zal wezen bij het gebruik van wagens van vieren te continueeren; dat genoegen genomen wordt met de verklaring van den aannemer van voor zijne verantwoording te nemen het bij art. 2 geordonneerde fournissement van een en twintig stel tuigen, zeven koetsiers, twintig rij- of postpaarden met even zooveel zadels, veertien postillons en vijf en twintig boeijangs tot oppassing van de paarden, zooniede den geheelen inhoud van art. 4, zonder nogtans ten naauwste op deze bepaling te worden verhaald; dat de kleding der koetsiers met een ordentelijke broek en baaijlje voldoende is en door de recommandatie voor dezelve om zich beleefd tegen de passagiers te gedragen, niet is gederogeert aan het regt, 't welk hun wederkerig als postillons competeert: dat de stallingen, bij art. 5 vernield, voor rekening van 1809. H. W. DAENDELS. 663 den Lande zullen worden onderhouden en alleen kleine dagelijksche reperatien en voorzieningen ten laste zullen komen van den aannemer: dat de bepaling van zeven uren, binnen welke de post wagens moeien overkomen, in werking zal worden gebragt, zoodra de wegen en poststations om de Ooster-weg in orde zijn, wanneer ook de gestelde boete van rd s vijf en twintig zal worden verbeurd, indien de postwagens een uur later aan zijn; dat met vuile en gemeene personen, die volgens art. 16 niet op de postwagens mogen worden geadmitteerd, bedoeld zijn slaven en gemeene inlanders, welke laatste ten minste niet tot de heffe des volks geboren, maar van eenigen staat, ((ualiteit of goede conditie zullen moeten wezen, zullen zij op de postwagen kunnen worden toegelaten: dat genoegen genomen wordt met de verklaring van den aannemer, dal hij zorgen zal, dat de poslen binnen den tijd van vijf en een half uur over zijn, zoodra de wegen en post stations in orde zullen wezen, en hem wijders toe te staan om de post, even als van lluitenzorg, om half elf uren des voorniiddags te doen vertrekken van Weltevreden en niet van het postkantoor. 13 April. Wijziging der instructie voor hel collegie van Scfiepenen. Schepenen werden gemachtigd om »met alteratie in zoo verre van het 29 art. hunner instructie, uil hun middelen of daar builen een postmeester aan te stellen op een tracte ment van rd a 109, zilver geld, 's maands, betaalbaar in papieren van credit met de loopende agio". 13 April. Instructie voor den postmeester en de verdere bedienden der posterij te Bal a via. Art. 1. De postmeester zal ter plaatse, waar het post comploir zal worden gehouden, verpligl zijn, zoo dikwerf 1809. H. W. DAENDELS 664 noodig, present te zijn ten einde aldaar te ontvangen, ie stempelen, te registreeren en te dcpecheeren alle brieven en depêches, welke met de post aangebracht en verzonden worden, en daar voor het brieven-port te ontvangen. Art. 2. Hij zorgt, dat de brieven voor iedere plaals in een afzonderlijk pacquet werden afgepakt en verzegeld en dat bij elk pacquet tevens werde gevoegd een lijst of aanrekening, houdende het getal der brieven en de port, die daarvoor moet worden helaald. Art. 5. Hij draagt zorg, dat hij het afgaan der post alle deze pacquetlen, nevens eene opene lijst van derzelver getal en destillatie, werden ingepakt in een lederen valies, hetwelk, niet alleen met het posl-cachet, maar bovendien met een slot zal moeten voorzien zijn, waarvan op iederpostcomptoir een sleutel zal worden hewaard. Art. 4. 's Weekelijks zullen twee posten van Batavia ver trekken, des Woensdags en Zaturdags voormiddags ten hall 11 uur, de eene na Java en de andere na Bantam. Art. 5. De brieven voor de Javasche post zullen door ofte van wege den aannemer der posterijen van Buitenzorg naar Balavia en vice versa op den voorschreven lijd van hel posl comptoir moeien worden afgehaald. Art. 6. Voor de Banlamsche post zullen vier geschikte inlanders worden ingehuurd, waarvan twee te Balavia en twee op Tangerang verblijf zullen houden, winnende rd* 1 2, zilver geld ofle credit papieren met de lopende agio, per maand. Art. 7. De eerste poslillons rijden niet verder als Tan gerang en geven het valies aan de aldaar gestationeerde postillons over. Art. 8. Deze rijden tot de passangrahan Tjibolaug en geven aldaar het valies over aan de Bantamsche postillons, welke van wege den prefect van Bantam in gelijk getal aldaar geplaatst moeien worden. Art. 9. De Tangerangsche postillon vertoefd op Tjibolang, tot dat de Bantamsche aankomt, rijd vervolgens met hel van hem overgenomen valies terug naar Tangerang en geeft 1809. H. W. DAENDELS. 665 het aldaar weder over aan een der Bataviasrhe postillons, die ieder op lmn station 10l deszelfs aankomst wachten. Art. 10. Het valies zal (tenzij op honge order) door niemand dan door den postmeesier geopend mogen worden; en zal, bij aanbreng van een zoodanig geopend valies, de postmeester verpligl zijn daarvan oogenblikkelijk aan den president van het collegie van Schepenen kennis te geven. Art. 11. Hij ontdekking van eenig abuis of bij gemis van oenige pacquetten of brieven moet daarvan aanleekening ge houden en direct kennis gegeven worden aan den commis saris der posterijen, met aanwijzing, op welke poslerij het valies hel laatste is verzegeld geworden. Art. 12. De postmeester boud behoorlijk aanleekening van alle de ontvangen en ten dienste der posterijen uitgegeven gelden. Art. 13. De postmeester formeert van de hem van Sa marang en elders toegezonden wordende rekeningen, zoo mede van de door hem /elven ontvangen gelden eene generale re kening en legt die, benevens de daartoe gehorende boeken en papieren, twee maal 's jaars ter visie van den commissaris der posterijen open, lerwijl daarna en nadat die rekening door de generale rekenkamer zal zijn geapprobeerd, dies saldo, voor zoover de post van Buitenzorg tot Balavia envicevorsa aangaat, in stads cassa zal worden geteld en de overigen ver deelt onder de 3 comptoiren Balavia, Samarang en Sourabaija, in gelijke portien. Art. 14. Ter adsistentie van den postmeester zal hem worden toegevoegd een schrijver, winnende rd 8 10, zilver geld ofte in credit papieren met de lopende agio, per maand, en drie brieven-dragers, winnende rd' 30, zilver geld ofte in credit papieren met de lopende agio, per maand, moetende daarvoor op haar kosten ieder 1 paard onderhouden. Art. 15. Laatstelijk zal hij, postmeester, zoowel aan hel oppertoeziebt van president en Schepenen der stad Batavia. als aan de surveillance van den commissaris der posterijen ondergeschikt zijn, zoo dikwijls dezelve zulks ten dienste 1809. H. W. DAENDELS. 666 van den Lande nodig oordeelt, die visie, examinalie van zijne hoeken, rekeningen en adiniiiislralir zul kunnen vorderen, alles ingevolge liet nader Ie arresteeren plan en instructie voor de generale-posterijen op geheel Java. Op 20 April 1809 is artikel 6 dezer instructie aldus gewijzigd : Uil consideratie, dat de bepaling, dat voor de Banlamsche post vier geschikte inlanders zullen worden ingehuurd, waarvan twee op Tangerang en twee Ie Batavia verblijf zullen houden, ontoereikende is om in exlra ordinaire lijden, wanneer dikwerf twee en meer posten 's daags afgaan, alle de papieren, de péches en rapporten te kunnen overbrengen en dal ook niet doenlijk zal zijn om telkens vrije inlanders te kunnen in huuren, aan wien dezelve mei gerustheid zouden kunnen worden toevertrouwd, is goedgevonden den president van hel collegie van Schepenen te autoriseeren om in diergelijke gevallen, op aanvrage van den postmeester, de nodige man schappen lot de gedachte exlra posten te requireeren uil de oppassers van de respeclive officieren van justitie, den advocaal liscaal van Indien, den waler-liscaal, den bailluw of den drossaart der Balaviasche ommelanden, met lasl aan alle de voorschreven ambtenaren om op het gedachle requisit van den president van Schepenen dadelijk aan denzelven, de noodige adsislentie te verleenen. 14 April. Instructie voor den stads-geneesheer en stads chirurgijn te Batavia. Art. 1. De geneeskundige praclijk ler slede Batavia zal. zoo voor de gevangenen der eollegien van den hoogen Raad van justitie en Schepenen, als voor de zieken in hel wees- en armenhuis en hel Chinesche hospitaal, door een stads doctor worden waargenomen. Art. 2. Insgelijks zal de heelkundige praclijk door een stads chirurgijn aldaar worden uitgeoefend. 1809 H. W. DAENDELS. 667 Deze zal tot zijne adsislentie hebben een tweeden en een derden chirurgijn, ?oor wier goede pliglsbetraehling in de uitoefening van den dienst hij alleen verantwoordelijk is. Art. 5. Zij zullen alle op voordragt van den chirurgijn en chef worden aangesteld. Art. 4. üe stads doclor en stads chirurgijn zullen voor tractement jaarlijks genieten ieder drie duizend rijksdaalders. De tweede chirurgijn zal genieten voor jaarlijks tractenient een duizend twee honderd rijksdaalders De derde chirurgijn zal genieten zes honderd rijksdaalders: zullende deze tractenienlen maandelijks aan hun dooi' hel opperhoofd over hel generale tractements kantoor, op den voet van andere ambtenaren, worden uitbetaald. Van het niontanl dezer betalingen zal uil 's Lands kas voor het aandeel van den hoogen Raad van justitie worden betaald rijksdaalders twee duizend, uil de stads kas rijks daalders drie duizend, uil de kas van het weeshuis rijksdaalders een duizend, uil de kas van de diakonij mede rijksdaalders een duizend en eindelijk uil de kas van Boedelmeesleren van het Chinesche hospitaal rijksdaalders acht honderd, be zwaard met de agio daar en boven, welke betaald zal worden voor dat gedeelte der tractemcnlen, 't welk tegen zilver geld wordt berekend: zullende hiervan, voor zoo verre de opgeroeide particuliere kassen betreft, om de zes maanden of onder ultimo Junij en December verantwoording aan 's Lands kas moeten worden gedaan. Art. 5. De stads doctor en stads chirurgijn zullen den rang hebben gelijkstandig mei een chirurgijn-majoor, de tweede chirurgijn dien van aide-chirurgijn en de derde chirurgijn dien van elève chirurgijn bij de armee. Art. 6. Zij zullen op de vragen, die hun gedaan worden door den chirurgijn en chef en in zijne absentie door den chirurgijn principaal van het arrondissement te Batavia, moeten antwoorden, ten einde den chirurgijn en chef te faciliteren in het algemeen toeverzicht, 't welk hij over den genees- en heelkundigen dienst uiloefend, en hem in staat 1809. H. W. DAENDELS 668 Ie stellen om liet gouvernement van advis te dienen in alle gevallen, waarin hel goedvinden zal het zelve van hem te requi reren. Art. 7. Ook zal de chirurgijn en dief en in zijne absentie de chirurgijn principaal van het arrondissement Ie Balavia, in epidemique of andere algemecnc zieklens, dan wel voor vallen van wal natuur, behorende lot de staalkundige en gerechtelijke geneeskunde, heriglen mogen innemen en middelen mogen voorschrijven, die hij bijzonder ler genezing geschikt oordeelt, waarvan zij gehouden zullen zijn proeven te nemen en het effect aan hem, chirurgijn en chef, Ie rapporteren. Art. 8. Zij zullen verpligt zijn voor bovengemelde Iracte menten alle praciijk, voor zooverre ieder in hun vak aangaat, daaronder ook begrepen de gekwetsten, die ingebracht worden, waar te nemen ten dienste van bovengemelde collegien en godshuizen. Art. 9. Behalve dezen dienst zullen zij mede voor dezelve inkomsten verpligt zijn alle gereglelijke schouwingen en openingen van lijken Ie doen voor de beide collegien van juslilie, in tegenwoordigheid van eene justitiële commissie, en van hunne bevinding eene gedetailleerde acle van schouwing moeten opmaken, door bun beiden ondertekend, in welke acte behoord uilgedrukt te zijn, in welke deelen de lijder is gekwetst geworden, en in hoeverre de aangebraglc oorzaken aan de lijders of lijken als volstrekt doodelijk, door zich zelve doodelijk, dan wel bij toeval doodelijk moeten beschouwd worden. Art. 10. Voor de behandeling van ziektens van gegijzelde personen zullen zij aan deze of aan hunne crediteuren mogen in rekening brengen per visile twaalf stuivers. Insgelijks voor de behandeling van ziektens bij slaven, welke door liunne lieeren, vrouwen of derzelver zaakgelastigden zijn in de hoeijen gesteld, per visile acht stuivers. Art. 11. De voorschriften der geneesmiddelen zullen ge schieden in een voor ieder collegie of godshuis daarloe 1809. H. W. DAENDELS. 669 geschikt boek. dagelijks door den stads doctor of chirurgijn, die dezelve voorschrijft, ondertekend, en door den stads apotheker worden bereid en geleverd, hetzij hij jaarlijksche aanneming of onder taxatie der ingeleverde rekeningen door den stads doctor en chirurgijn, onder approbatie van den chirurgijn-prin cipaal van hel arrondissement op hunne verandwoordclijkheid. Art. 12. De geneesmiddelen, welke voorgeschreven worden ingevolge art. 10, worden van civiele gevangenen op rekening gesteld van hen of van hunne crediteuren en van slaven op rekening van hunne heeren, vrouwen of derzelver zaak gelastigden. Art. 13. Om de drie maanden zal de stads doctor en stads chirurgijn, in bijzijn van den chirurgijn-principaal, de sinds apotheek visiteren en aan den chirurgijn en chef rapport doen, in hoe verre dezelve van alle enkelde en zamengeslelde geneesmiddelen (welke laatste in het vervolg aldaar zullen bereid worden na de voorschriften der Bataafsche apotheek), na behooren is voorzien. Art. 14. De stads doctor zal, belialven den geneeskundigen dienst, ook bij vrouwen, in barensnood zijnde en tot de classe der behoeftigen behoorende, in tegennatuurlijke verlossingen verpligl zijn de noodige hulp en bijstand te verleenen, zonder daarvoor boven zijn tractement te mogen declareren. Art. 15. En, vermits de vroedkunde hier in Indien op eene ongeschikte wijze wordt uitgeoefend door inlandsche doekoens of vrouwen, zonder het minste onderwijs te genieten, zal de stads doctor al mede verpligt zijn eenmaal per week aan de vrouwen, welke voor deze practijk zullen geadmitteerd worden, op een daartoe bepaalden tijd onderwijs te geven in de nodige practikale kennis ter uiloefening der verlos kunde, gebruikelijk bij natuurlijke verlossingen, als ook in hetgeen vereischt wordt ter bepaling van de ligging en het voorkomen van hel kind in deze soort van geboortens. Het onderwijs zal geschieden op een fantome en in de Maleidsche taal, op de eenvoudigste en voor haar meest verstaanbaarste wijze. 1808. H. W. DAENDELS. 67 Augustus op Java en met 1 September op Macasser, Banjer massing en Bantam. Blijvende de troupes in 't Cheiïbousche genieten de rations, aan troupes, te velde zijnde, competeerende. Op 50 Julij 1808 werd hetzelfde nopens de verstrekking van brood bepaald. 50 Julij. Vergunning lot liel vervoeren naar B/Uavia en liet slachten aldaar van mannetjes karbouwen. Nademaal ons bij een nauwkeurig onderzoek der klachten over de schaarsheid van buffel-vee te Batavia gebleken is, dat bet gemelde gebrek niet is van zoo groot belang, als door sommigen wordt opgegeven, en de gedachte klachten meeren deels voorkomen uit de enorme prijzen, welke in de laatste tijden, in vergelijk van vroegere, voor dat vee betaald zijn moeten worden ten gevolge van de gestremde circulatie door hel verbod tegen den afvoer van hetzelve uit de Ralaviasehe boventonden; gelijk tol deze prijsverhoging mede gedeeltelijk heeft gecontribueerd de agio op de contanten, voor welke munl de buffels gewoonlijk worden gekocht, en waarvan de invloed, onaangezien de voornoemde agio aanmerkelijk is ge daald, tegenwoordig nog wordt gevoeld, wij geene redenen gevonden hebben om het slachten van dat vee, voor zooverre de mannetjes bulfels betreft, tot een zekere hoeveelheid Ie restriugeren, veel min geheel te verbieden, zon lange daartoe geene jonge en nog werkbare beesten worden gebezigd en mitsdien van de voorschreven coucessie geen misbruik wordt gemaakt; dan levens in overweging hebbende genomen, dat het beste middel om het buffel-vee in eene grootere abon danlie en met meerdere faciliteit voor de in- en opgezetenen van Balavia verkrijgbaar te maken zónder tegenspraak ge legen zij in het opbellen van het bierboven vermeld verbod tegen den afvoer daarvan uit de bovenlanden van Batavia en in een vrijeu handel van die dieren, waardoor de aan Itet 1809. H. W. DAENDELS. 670 Art. 16. Nadat deze vrouwen een bepaalden lijd onderwijs hebben genoten, zullen zij door den stads doctor, in tegen woordigheid van den chirurgijn principaal van het arrondis sement te Uatavia, worden ondervraagt en, na genoegzame blijken van hunne praclikale bekwaamheid te hebben gegeven op hel fantome, tot heigeen nodig is bij het doen van de natuurlijke verlossing, een getuigschrift ontvangen, door den chirurgijn principaal en den slads doctor ondertekend, om daarna van hel collegie van Schepenen eene acte van ad missie als vroedvrouw te kunnen bekomen. Zonder welke admissie na primo October aanslaande geene vroedvrouw of doekoen tot het doen van verlossingen zal mogen assisteeren. Art. 17. Voor het geven van onderwijs en het afnemen van examen zal ieder doekoen of vroedvrouw, die tot de uitoefening der vroedkundige practijk wordt toegelaten, aan den slads doctor betalen rijksdaalders vijf en twintig ééns. Art. 18. De stads docler en slads chirurgijn zullen in handen van den Gouverneur Generaal, voor het aanvaarden hunner bediening, alleggen den navolgenden eed: Eed voor den slads docler en slads chirurgijn. Ik belove en zweere, dat ik zijne Majesteit, den Koning van Holland als mijnen hoogen en doorluchligen souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien, gehouw en getrouw zal zijn en dat ik mij in het mij toevertrouwde ambt als stads doctor (chirurgijn) na beste welen en vermogen zal kwijten achtervolgens den inhoud der instructie, op dit ambt beraamd ofte nog te beramen. Op 9 Augustus 1809 is deze instructie aldus gewijzigd: Is besloten het voorgeschrevene bij de instructie voor de genees- en heelkundige dienst van den stads doctor en slads chirurgijn te Batavia ten aanzien van het cureren, visiteren, schouwen en openen der gevangenen, gekwetsten en lijken 1809. H. W. DAENDELS. 671 van den hoogen Raad van justitie, mede van applicatie te maken op de gevangenen van den drossaard te Batavia, zoowel als op de gekwetsten en lijken in zijne jurisdictie, wanneer dezelve ten voormelde einde sledewaarts worden getransporteerd; met last aan genoemde stads doctor en stads chirurgijn om dezelve op de aanvrage van den drossaard behoorlijk te behandelen, zoodanig als vereischt wordt en dit de justitie zal vorderen. Zie ook 19 November 1809 en 14 Herfstmaand 1810. 14 April. Afstraffing van een Javaan Deze had te Oenarang, tijdens de taptoe, met steeneu naai de tamboers en pijpers geworpen. Bij besluit bepaalde Daendels, dat hij »na het ondergaan »cener gevoelige correctie voor hel fort te Oenarang", voor onbepaalden tijd in de ketting zoude worden geklonken. 14 April. Bepalingen nopens het stedelijke en Chincesche hospitaal te Batavia, alsmede nopens de ziehen-kamers van godshuizen. Art. 1. Ter stede Batavia zal een locaal zijn ingeruimt, geschikt voor de verpleging der gekwetste en andere zieke gevangenen der collegiën van den hoogen Raad van justitie en van Schepenen, voor zoover aan dezelve het verblijf aldaar ter geneezinjr zal worden vergund; item een bekwaam apar lemcnt voor de conimissien van schouwing, enz. Art. 2. Het locaal, tegenwoordig in gebruik voor de zieken van het Chineesche hospitaal, wordt tot verpleging van die zieken voldoende beschouwd, bij het doen van eenige noodige reparatien. Art. 5. In het wees- en armen-huis zullen voor de zieken van die godshuizen vier ziekenkamers worden ingeruimd, als twee voor iedere sexe, de eene voor de meer gevaarlijke en aan stekende en de andere voor de min gevaarlijke zieken. Art. 4. In het stedelijke hospitaal zal een ziekevader, aldaar 1809. H. W. DAENDELS. 672 in hetzelve locaal geëmploijeerd len dienste van het guar nisoens-hospilaal, hel huishoudelijke toeverzicht hehben. Art. 5. Deze zal voor de zieke gevangenen, voorde voeding en verpleging zorgen en de dieet naar voorschrift uitgeven en daarvoor gcnielen, voor ieder zieken gevangene van den hoogen Kaad van justitie uit 's Lauds kas en voor de zieke gevangenen van Schepenen uit de stedelijke kas, daags voor de Europeezeu zes stuivers en voor de iulanders vier stuivers, koper geld, benevens de rations vivres, voor ieder man, in de gevaugeuisse zijnde, bepaald, welke de cipier aan den zieke vader zal moeten verantwoorden. Art. ü. De fournilures, kleedingstukken, uslensilia, enz. worden voor de zieken van den hoogen Uaad van justitie voor rekening van den Lande aangekocht: voor de stedelijke gevangenen worden dezelve uit. stads kas betaald op aan vrage van dengeene, die niet het huishoudelijke toezicht be last is, t:n op visa van den doctor en chirurgijn, Art. 7. De ziekevader zul een behoorlijke inventaris van deze goedereu formeren en om de drie maanden aan de presidenten van de beide collegien van justitie inleveren, mitsgaders voor hetgeen ontbreekt, verantwoordelijk zijn. Art. 8. In het Chineesche hospitaal zal een zieke-opzichter op bovengemelde wijze in functie zijn, komende aldaar de onkosten geheel voor rekening van Uoedelmeesteren. Art. 9. In de ziekenkamers in het weeshuis zal een zieke-moeder en in die van hel armenhuis een zieke-vader en een zieke-moeder het loeverzichl en de bezorging over de behoorlijke oppassing der zieken hebben en zorgen, dat alles naar het voorschrift der dieet van den doctor of chirurgijn aan hun worde uitgereikt. '17 April. Uitbarsting van den Goenoeng (ioenlocr. Hel blijkt niet, hoeveel menschen door deze uitbarsting, welke zeer hevig is geweest, zijn gedood, verwond of om have en goed gekomen, waarschijnlijk zijn deze nooit 1809. H. W. DAENDELS. 673 fLAIAAT-DOEI PEKI XT. 43 geleld, — maar wel blijkt, dat het eenige, waarin de toen malige Regering belang stelde, was te vernemen, hoeveel kotiij-boomen waren vernield, — voorzeker eeiie schrille tegen stelling met heigeen latere [legeringen bij dergelijke rampen hebben verricht. 17 April. Aanstelling van een kapitein en luitenant der nparnakkans's, saïd's, sarif's en andere, overwalsche matiêri' Ie Cheribon. Tot een middel van bestaan werd hun toegekend »een ducaton van ieder huisgezin van een der voornoemde natiën, welke in de Cheribonsche hoofd-negorij permanent woon achtig zijn en zich mei den handel of iets anders enteren, waarvan *j t door den kapitein en '/ 4 door den luitenant zal worden genoten". Op '-IH April 1809 is hel vorenstaande in zoo verre ge wijzigd, dat aan den kapitein en luitenant bovendien is toe gcstaan °een procent van alle goedereu, welke te Cheribon door saids, sarifs of andere overwalsche natiën, niet aldaar gezeten, onverschillig van welke plaats komende, worden in gevoerd en verkocht, om genoten Ie worden voor drievierde gedeelte door den kapitein en een vierde gedeelte door den luitenant". 18 April. Machtiging op hel collegie van Schepenen aan den secretaris en aan de gezworen klerken Inj dal collegic daggelden Ie valideren, vgelij kslandig mei de nleden, als dezelve onkosten hebbende". 18 April. Periodieke inspectie der kof/ij-pakhuizen te Batavia door leden van den Raad van Indiè. De regeering besloot •conform" hel navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal. 1809. H. W. OAENDELS 674 Nadien de stremming van onzen neutralen handel ecne groote opeenhooping van producten in onze magazijnen veroorzaakt en daaruit weder de noodzakelijkheid geboren wordt om alle mogelijke voorzorgen legen hel bederf daarvan te gebruiken, mitsgaders zich te overtuigen, dal de geenen, aan wien de bewaring der producten is aanbelrouwd, de orders en bepalingen, lot conservatie van dezelve gegeven en gesteld, behoorlijk nakomen ter wering van de aanzienlijke schade, die anderzins daaruit zoude te vreezen zijn, voor namentlijk de koflij specleerende, proponeerde zijne excellentie mitsdien om de magazijnen alle drie maanden door twee leden dezer regeering te laten visiteeren ten aanzien van den staal, waarin zich de producten bevinden, en wel inzon derheid de kolïij, als aan groote broeijing onderhevig zijnde, zoomede of de nodige voorzorgen lot verboeding van bederf worden aangewend en welke middelen anders 10l meerder zekerheid daartoe zouden dienen te worden beproeft en in het werk gesteld: en om met deze opneem en visitatie te laten conlinuëeren vooreerst en lot zoo lange onze producten niet weder worden afgehaald en daarin een geregell debiel zal wezen geëlablisseerd; stellende hoogsldezelve wijders voor om deze commissie onder de leden te laten rouleren. Het eerste, naar aanleiding dezer opdracht bij de Regering ingekomen rapport is verhandeld bij de resolutiën van 19 Mei 1809. 18 April. Maatregelen ter verbetering van hel poslwezen Tot interpretatie van het bepaalde op 1 Januarij 1809 is op 18 April 1809 aan den Hoogen Raad van justitie te kennen gegeven: Uit consideratie, dat de bepaling, dat voor de Banlamsche post vier geschikte inlandcrs zullen worden ingehuurd, waarvan twee op Tangerang en twee te Balavia verblijf zullen houden, ontoereikende is om in extra-ordinaire lijden, wanneer dikwerf 1809. H. W. DAENDELS. 675 twee en meer posten 's daags afgaan, alle de papieren, depêches en rapporten te kunnen overbrengen en dat het ook niet doenlijk zal zijn om telkens vrije inlanders te kunnen in- Imiiren, aan vvien dezelve met gerustheid zouden kunnen woiden toevertrouwd, is goedgevonden den president van hel collegie van Schepenen Ie autoriseeren om in diergelijke gevallen op aanvrage van den postmeester de nodige manschappen tot de gedachte cxlra-posten te requireeren uit de oppassers van de respective officieren van justitie, den advocaat fiscaal van Indien, den water-fiscaal, den bailluw of den drossaart der Bataviasche ommelanden, met last aan alle de voorschreven ambtenaren om op hel gedachte requisit van den president van Schepenen dadelijk aan denzelven de nodige adsistentie te verlenen. "44f?r~' Titulatuur van president en leden van hel college van Schepenen. Is goedgevonden en verstaan te bepalen, dat president en Schepenen in alle, aan hun gediend wordende schrifturen zullen worden gelituleerd: WelEdele Gestrenge Heer en WelEdele Heeicn ; en om de gemeente hiervan kennis te geven. '( April. Last op marcherende colonnes onder weg ilinc raire kaarten te maken. Zulks nioesl geschieden op de wijze, «waarvan zich de Romeinen bedienden, aan welke goede en ordinaire land kaarten ontbraken". Deze curieuse order wordt vernield in het tweede bullelin over de Bantamsche onlusten, uitgegeven in April 1809. 21 April. Wijziging van liet bepaalde bij resolutie van 31 Maart 1778, art. % nopens landmeters. Het collegie van Schepenen werd gemachtigd, »de werk zaamheden, bevorens op het landmeters kantoor behoord 1809. H. W. DAENDELS. 676 hebbende, als het houden van registers, etc, op het collcgio van Schepenen over te brengen en den luiulmeter eenlijk belast lo laten niet voor een ieder, des gevorderd wordende, melingen te doen, waarvan de minuten in een behoorlijk register bij ben moeten worden aangehouden". Schepenen brachten op 19 Mei 1809 bezwaren tegen het vorenstaande in, waarom besloten werd «presidenten Schepenen van de werkzaamheden van het vernietigd landmeters kantoor te excuseeren en voorts te ontheffen van de verplichting om geene opdrachten van vaste goederen te mogen doen dan onder exhibitie van een landmeters kennis". 21 April. Verhooging der Iraclemcnten van de substi luien, de mandoer''s der oppassers en de kaffers van den walcr-fiscaal. De eerste kregen 150, de tweede 10 en de derde 6 rijks daalders 's maands, evenals de substituten, enz. van den advocaat-fiscaal, »mel deze speciale bepaling nogtans, dat het getal der caffers voor iederen substitul zal moeten worden gereduceerd van 14 lot 8, hetgeen men voor eene prompte surveillance tegen den smokkelhandel en de verdere diensten, die van deze bediendens kunnen worden gevorderd, voldoende oordeelt". 25 April. Vrijstelling van den Bailluw te Balavia van de betaling van ambtgeld. Hoewel de naam der betrekking dezelfde was gebleven als vroeger, was echter hel daaraan verbonden traclemeut, enz. geheel van aard veranderd. Op den 21 >len April en 2 den Mei 1809 is heizelfde nopens den president van Weesmeesteren en den drossaard der Hataviasche ommelanden bepaald. 1809. H. W. DAENDELS. 677 " . Voorschrift nopens hel onderhoud van pedali wegen in de nabijheid van Jialavia. Alzoo op den 2!i'" der even verweken maand April in Kade van Indië goedgevonden en verslaan is om, met renovatie van de bekendmaking dezer regering van den -Jr Jnlij 1799, hel collegie van president en Schepenen van Batavia te quali liceren <le buffels-wegen, zoo om de Oosl, als West, tusschen de landgoederen Builcnzorg, Weltevreden en Tanna-abang, in eeu behoorlijk bruikbaren slaat ie doen brengen en onder houden ; zoo is het, dat de respective op- en ingezetenen langs en tusschen de voorschreven wegen hiervan bij dezen de noodige kennis wordt gegeven, met last om in dei) geest onzer opgemelde bekendmaking van den 50' n Julij 1799 aan de door president en Schepenen voormeld Ie doene aanvragen en te geveue hevelen met de meest mogelijke promplilude te voldoen en te beantwoorden, sub poene, dat zoodanige der voormelde <ip- en ingezetenen, als bevonden zullen worden hierin nalatig te zijn, als wecrslrevers van 's Lands hevelen aangemerkt en na bevind van zaken gestraft zullen worden. En opdat hiervan geene onwetenheid zal kunnen worden voorgewend, zal deze worden gepubliceert en, zoo in de llolhmdsche, als Javaansche, Maleidsche en Gbineescbe talen, zoo hier, als alonnne in de bovenlanden worden geaffigeerl, mitsgaders bij bekkenslag worden bekend gemaakt. 26 April. Aankoop van slaven ten behoeve van hel leger. Is besloten, dal alle manslaven, welke op de hoofdplaats Balavia of elders op hel eiland Java van huilen ten handel zullen worden ingevoerd en na gedaan onderzoek op de gewone wijze geschikt bevonden worden voor den militairen dienst, voor rekening van hel Gouvernement zullen worden ingekocbl legens rd' tachtig, zilver geld, ieder; met qualilical ie op de respectieve ambtenaren op .Java om voor het montant der op dien voel ingekochte slaven wissels af Ie geven op de hoofdplaats Balavia. 1809. H. W. DAENDELS. 678 26 April. Belooning van een verdienstelijken, Chineeschen suiker-f abriekanl. De Ghinesche suikermolenaar te Cadaun en Selapaljang, Lie Tongong, bij requeslo vertoond hebbende, «lat hij. na gedurende een tijdvak van 18 jaren met alle vlijt en nijver heid de werkzaamheden op zijne molens te hebben behartigd en zonder immer eenige verzoeken tot reniissien of anderzins aan de hooge Regeering te hebben gedaan, terwijl intusschen de aflevering van suiker van zijne molens naar evenredigheid niet minder dan van andere suikermolenaars was geweest en hij, requestrant, zich langs dien weg door zijne vlijt en oppassendheid eenig vermogen en aanzien had verworven, verzocht uit dien hooide met den lilul en rang van oud luitenant (Ihinecs te mogen worden vereerd. Is besloten, uit consideratie van de verdienstelijke gedra gingen van den suppliant, hiervoren geallegneerd en mede vmii elders bevesligd, aan deszelfs verzoek te defereren en hem mitsdien met den litul en rang van oud luitenant der Chineesen te begunstigen. 28 April. Voorschrift nopens mandamenlen van citatie of civiele sententien van den Raad van justitie te Samarang. Is besloten, dat de maiidamenlen van citatie of civile sen lentiën van den Raad van justitie te Samarang zullen worden geëxploiteerd of ter executie gesteld door of van wegens den Raad van justitie zelven binnen de stad en ban van Semarang, daaronder Oenarang niet begrepen, eli door o! van wegens den prefect buiten den omtrek dezer limiten onder hel ganlsche ressort van zijne prefecture, daartoe behoorlijk verzocht zijnde met inachtneming van den form en stijl, deswegens na reglen wordende gerequireerd. Terwijl levens, tot wegneming der gemoveerde scrupule, in hoe verre aan de koffij-opzienders of boschgangers het 1809. H. W. DAENOELS. 679 doen van zoodanige geregtelijke exploilen door den prefect zoude kunnen worden gedemandecrt, goedgevonden is te verklaren, dat op plaatsen, waar de prefect zich niet in persoon bevindt, de kollij-opzienders en de lioschgangers niet do surveillance van de politie zijn belast en dus ook len voorschreven einde hunne diensten niet zullen mogen weigeren. 30 April. Instructie voor de kapiteinen, officieren, schrijvers en bootsgezellen, met commissie van retorsie varende. Art. 1. Alle officieren, bootsgezellen of anderen, van wal conditie (>f qualiteit zij zouden mogen zijn, zullen haren kapitein of zulkon officier, als in absentie van den kapitein het commando hebhen zal, onderdanig en gehoorzaam zijn, op poene van anderzins arbitrairlijk gestraft te worden, anderen ten exempel. Art. 2. Niemand zal vermogen zijnen kapitein, officieren, of andere, hem voorgesteldcn eenig geweld, overlast of dreigement te doen, op verbeurte van alle zijne gages en huitgelden en daarenboven aan den lijve gestraft te worden. Art. 5. Gelijk ook geinlerdiceert wordt bet opdringen aan den kapitein, tegen zijnen wil, om schepen aan te tasten of niet aan Ie tasten, eenige recherche te doen of niet te doen en gencralijk over ietwes, de commissievaart concernerende, zoo mede liet weigeren om langer te kruissen; zullende de geenen, die tot zoodanig bedrijf aanleiding hebben gegeven dan wel geholpen of geconlrihueert om diergelijkc verzoeken en instantien aan den kapitein en zijne officieren, in weerwil van dezelve en legen haar verbod, bij monde of geschrift te doen, daar over mede met verbeurte van maand- en buil gelden en na bevinding van zaken arbitrairlijk en zelfs met den dood worden gestraft, zonder dal in consideratie zal komen, of ook 10l verschoninge zal kunnen dienen, ofiemaml daartoe de eerste aanleider en principale oorzaak is geweest 1808.. H. W. DAENDELS. 68 kwijnen gebrachte buffel-fokkerijen spoedig weder zullen worden aangemoedigd, terwijl nogthans bel voorschreven middel zonder vreeze van de Bataviasche bovenlanden eensslags Ie veel te ontblooten niet wel in werking kan worden gebracbt, als na ze keren tijd, binnen dewelke de houders van fokkerijen, bekend ge worden met den wil van bet gouvernement, gelegenheid hebben om de buffelteelt ter bevordering hunner eigene belangens op eene krachtdadige wijze uit te breiden, goedgevonden hebben te ordonneren en te slatueren, zooals wij ordonneren en statueren bij dezen: dat tot bet slachten van buffel-vee, voor zooverre de man netjes-buffels betref l, aan een ieder, gelijk bevorens, vrijheid zal zijn gelaten, mits daartoe geene jonge en werkbare lm Hels nemende, waarvoor het slachten volgens billet der hooge regeeriug van den * &*£% I%£ verboden blijft, zoowel als van wijfjes buffels, welke niet reeds den ouderdom van twaalf jaren hebben bereikt of tot de voort leling onbekwaam geworden zijn, on poene eener boete van vijftig rijksdaalders, zilver geld, te verbeuren door hem, die bevonden zal worden een zoodanigen buffel geslacht te hebben, en door de slachters voor ieder der evengemelde buffels, welke in de kralen van de slachterijen gevonden of bewezen zullen worden hereeds door hen geslacht te zijn, ten behoeve van den officier van justitie of den prefect der Jaccalrasche en Preanger boven landen, die de calange zal doen, voor de eene helft en ten voordeele van den aanbrenger voor de andere helft: terwijl in cas van onvermogen om deze boete te betalen de over treder voor deu tijd van twee jaren in de ketting geklonken en aan de gemeene werken ten arbeid zal worden gesteld; en wijders, dat van den l en Juli 1810 de aanvoer van buffel-vee en de handel in dezelven over gansch Java voor een ieder vrij wezen en opengesteld zal worden. Ontbieden en bevelen den president en leden van den hogen Raad van justitie van Hollandsen Indien, die van den gerechte der stad Batavia en alle andere officieren en justicieren om deji inhoud dezes te achtervolgen, gelastende inzonderheid den 1809. H. W. DAENDELS. 680 of niet, en alleen genoeg zijn, dal iemand zulke verzoeken en instantien bij coinplolleringe mondeling heeft helpen doen of schriftelijk nnderleekeml; gelijk mede schuldig zullen worden gehouden en gestraft die geenen, dewelke hier van hebben geweien en daarvan aan den kapitein of comtnandeerenden officier geen ontdekking hebben gedaan. Art. 4. Het zal aan niemand van de equipage geoorloofd zijn in eenige schepen over Ie gaan zonder consent van den kapitein, veel min aan boord van dezelve schepen eenig geweld te plegen van smijten, slaan of anderzins, op poene van gestraft te worden na gelegenheid van zaken. Art. !i. Item zullen officieren en boolsgezellcn gehouden zijn haar aangenomen dienst ellectivelijk Ie doen en na te komen, zonder haar daaruit te mogen begeven, anders dan niet behoorlijke paspoorten van haren kapitein, op poene, dat de geencn, welke hier tegen handelt, bij achlerhaling mili lairement, anderen ten exempel, zal worden gestraft met den dood en de. confiscatie van alle zijne gages en deelen, die hij in den buit zoude mogen hebhen. Art. 6. De kapitein zal niet vermogen onder zeil te paan, voor en al eer dezelve Ie Batavia door den havenmeester en o]) andere plaatsen mede door den havenmeester of iemand van de marine, op order van den geenen, die aldaar hel civiel gezag bekleedt, dan wel, zoo zich daar niemand van de marine bevindt, door een ander, daar toe Ie nomineren persoon zal zijn geinonsterl, op poene eener boete van duizend rijks daalders, waarvoor het schip aansprekelijk en executabel zal zijn; zullende tot dat einde van zijn aanstaand vertrek vooraf behoorlijk kennis moeten geven. Art. 7. leder commissie-vaarder zal moeten voorzien wezen van een bekwaam schrijver, daartoe bij de Raden van justitie of andere bevoegde autoriteit beêedigl, die gehouden zal wezen goed t'n pertinent journaal te houden van alles, wal op iedere expeditie en speciaal omtrent het aanhalen, visiteren, nemen en opbrengen van schepen voorvalt, zonder iets achter Ie houden en specialijk met expressie van de schepen en 1809 H W DAENDELS 681 schippers, die aangeliaall, gevisiteerd, genomen of opgebracht zullen zijn, waar die 't huis horen, waarheen gedeslineerd en met welke bescheiden zij voorzien waren. Art. 8. En zal de kapitein zonder denzelven geen visitatie mogen doen, op poene, dal de schepen, afzonderlijk gevisiteerd zijnde, al waren dezelve wel en regtelijk aangehouden, even wel kost- en schadeloos zullen worden ontslagen. Art. 9. En is gemelde schrijver gehouden het voorschreven journaal met schriftelijkeu eede, onderaan geverifieerl en bekrachtigd, op zijn retour binnen vier en twintig uren aan ons over te leveren, niet summier en mondeling rapport, wat dezen aangaande zal wezen gcpasseerl, op poene, dal de schrijver, zoo hij bevonden niogl worden bieriu niet Ie handelen ter goeder Irouw en met achterhouding van be scheiden of hel verzwijgen van eenigc excessen, die in bel. visiteren van schepen moglen zijn gepleegl, gestraft zal worden als meineedig en zelfs aan den lijve. Art. 10. Ingevalle de schrijver op de reise kwam Ie over lijden of door ziekte of andere toevallen belet wierde zijne Functie waar te nemen, zal de kapitein op den commissie vaarder gehouden zijn den eersten officier of dien hij daartoe meest bekwaam oordeelt, met die functie Ie belasten en denzelven af Ie nemen eene schriftelijke belofte onder eede van zich daarin na den inhoud van deze instructie te zullen reguleren. Art. 11. De kapitein zal, indien het hem gelukt eenige prijzen te veroveren, terstond bij zijn retour aan «nis over geven de gevangenen, die hij heeft gemaakt, en in allen gevalle twee of drie van de officieren, die op de prijzen ten tijde van de veroveringe zijn gevonden, ten ware het schip of schepen ledig en zouder volk was gevonden, hetwelk de voormelde kapitein met het groolsle gedeelte zijner officieren ten onzen genoegen zal moeten bevestigen, op verbeurte van alle hare gages en buitgelden, en die van de equipage, mits gaders een boete van duizend rijksdaalders daar en boven. waar voor hei schip aansprakelijk en executabel zal zijn. 1809. H. W. DAENDELS. 682 Art. 12. Niemand zal zich emanciperen om bij het ver overen van eenige prijs of prijzen, van wat conditie die ook zouden mogen wezen, te openen cenigc kasten, kisten, pakken, vaten of hoe men die zoude mogen beeten, daar koopman schappen in geborgen zijn, hetzij goud of zilver, gemunt of ongemunt, of wat dies meer zij, met geweld of anderzins, heizij die iu hel ruim of op den overloop gevonden worden, op de verbeurte van al hare gages en builgelden. Art. 15. Ook zal niemand van de veroverde goederen iels vermogen lc versteeken ol eenige merken uit te doen of veranderen, op verbeurte als boven, zoo van die het godaan, als die daaraan kennis gehad hebben. Art. 14. Gelijk mede wel expresselijk verboden wordt om met de veroverde prijzen in eenige vreemde havenen in te loopen ornine die aldaar Ie veraliëneren, op poene v;m daar over aan den lijve gestraft te worden: zullende de kapitein en hunne officieren gehouden wezen dezelve prijzen Op Ie brengen in een der havenen of etablissementen van Zijne Majesteit den Koning in Oost Indien, len ware bij voorval van storm en dringende nood, wanneer daarvan aanstonds aan ons kennis gegeven en, de gelegenheid zulks toelatende, onze orders afgewacht zullen moeten worden. Art. IK. De kapiteinen zullen voor bet beroven der goe deren van gemaakte prijzen moeten instaan of wel de schuldige bij hun arrivement aan ons moeten overleveren. Art. 16. Ook zullen de kapileinen of commanderende officieren geene goederen uit de veroverde prijzen in zee of elders in hunne schepen vermogen over te nemen dan bij hoogen nood, ten ware goud, zilver of kleinoodiën. waarvan zij aanstonds door den schrijver, len overslaan van ten minste drie der eerste ollicieren of bij mangel van dezelve onder officieren, zullen doen maken een pertinente inventaris, onder presentatie van eede, op poene van als roovers daar over aan den lijve arbilrairlijk gestraft Ie worden mei confiscatie van hare gages en builgelden. Art. 17. De kapileinen worden gelasl mede Ie brengen 1809. H. W. DAENDELS. 683 en aanstonds bij hun retour aan ons over te leveren alle de brieven, stukken en bescheiden, die zij in do prijzen gevonden zullen hebben, op poene van de verbeurte van haar aandeel in de prijzen en arbitraire correctie, blijvende dezelve gehouden zich met eede te zuiveren, dat geen andere papieren, etc, dan dewelke zij overgeven, bij de prijzen zijn gevonden. Art. 18. Zij zullen bij het veroveren van Engelsche prijzen deizelver kapileinen inzonderheid verpligten tot de overgave van liet papier, bij hun the register genaamd, zijnde een authentiek extract uit het register, bij de Engelsi-he admira liteit gehouden wordende van alle de schepen, in Engeland te huis borende, en van derzelver grootte en de namen der schippers en eigenaars. Art. 19. Aan de kapileinen, officieren en alle anderen wordt wel scherpelijk verboden schepen of goederen te beschadigen van onderdanen van Zijne Majesteit, den Koning van Holland, en mede niet die van Zijne Majesteils geallieerden of neutralen, geene waren van contrabande» in hebben de; special ijk, dat niemand van dezelve door eenige onbehoorlijke middelen worde geforceert tot het geven van eenige verklaringen of getuigenis, op poene van aan den lijve en, na bevinding van zaken, niet den dood gestraft te worden en verbeurte van alle hare gages en builgelden, die zij onder de veroverde prijzen zouden mogen hebben. Art. 20. En zijn de kapiteinen met de schccps-ofiicieren geautoriseerd, ook gehouden het geroofde of ontvreemde aan den beleedigde aanstonds te doen restitueren en daarenboven de schuldigen Ie doen strall'eu binnen scbeepsboord. zullende in zwaarder delicten de delinquanten gevangen worden bewaard om op hel retour van het schip met de informalien, ten haren lasten genomen, aan ons overgeleverd en gestraft te worden na exigenlie van zaken. Art. 21. De kapiteinen en officieren, hier iu nalatig bevonden wordende, /.uilen moeien ell'ectueren, dat het. ontvreemde worde gereslitiieert en, zulks niet kunnende doen, de waaide van dien voldoen, alles boven de verbeurte van haar buil 1809. H. W DAENDELS. 684 en maandgelden voor de geheele reis, mitsgaders arbitraire correctie en zelfs straffe aan den lijve, ingevalle zij den overlast niet hebben geweert en verhindert, en veel meer, zoo daartoe geholpen of geconlribueert luidden, direclelijk of indireclelljk. Art. 22. Alle welke poenen, iiiulclen en confisealien, liier voren gestalneerd, geïippliceerl en verdeeld zullen worden de liell'l ten voordeele van den aan brenger en de andere helft leu voordeele vau tien geenen, welke legen de conlraventeurs zul procederen. Art. 2." Wijders zullen voor het vertrek dei' cominissie vaarders aan ons moeien worden overgeleverd de instructie en orders, door de reederijen gearresleert voor den kapitein en officieren om zich daarna te reguleren, en dooi' de reeders gegeven moeten worden een schriftelijke verklaring onder eede, dat geen andere orders onder de hand gegeven zijn: welke instructies en orders zullen worden geëxamineerd ten einde, daarin iets vindende tegen onze orders of placcalen ol' dat daaraan ielwes delicieert, zulks te doen veranderen en corrigeren; terwijl eindelijk van de voornoemde instructie en orders een geleekende wederga aan tuis zal moeten worden overgegeven om geseponeerl te worden; zullende het geene daarin begrepen zal zijn omtrent het project en voornemen van de reis worden gesecreteerd. Art. 24. De reeders zullen voor liet ontvangen van hare commissie ten onzen genoegen sullisante borgen onder be hoorlijke renuncialie moeten stellen ter somma van ."0,000 rijksdaalders voor een schip met '250 man en daar boven, 20,000 rijksdaalders voor een schip met 200 man en daar boven 10,000 rijksdaalders voor een schip met 100 man en daar boven en 5000 rijksdaalders voor een schip met 60 man on daar boven; en zulks 10l een waarborg, dat de kapitein, bij bun uit ie zenden, geenen onderdanen, vrienden, geallieerden van Zijne Majesteit den Koning van Holland of neutralen, geenen waren van contra ba uden inhebbcude, zal beschadigen, mei dieu elfecte, dat de sententie, dien 1809. H. W. DAENDELS 685 aangaande tot laste van den coinmissie-vaarder te wijzen, aan de voorschreven borgen ler voormelde somma zal ver mogen ler executie gesteld worden; en zal lot dien einde de voorschreven cautie zoodanig worden geelausuleerl, dat die niet komen te cesseren, voor en aleer de proceduren over het aanhalen en opbrengen van de schepen en geladen goederen of het beschadigen van eenige personen bij sententie zullen wezen afgedaan en tot appel dan wel revisie incluis getcrmineerl of dal de fatahen daarvan zullen wezen verloopen. Art. 2ii. Omlrent de judicature over prijzen, die door de commissie-vaarders worden opgebracht, zal nader een reglement worden gearresteerd. Art. 2U. Eindelijk zullen de kapiteinen, officieren, schrijvers en bnotsgezellen, zich in dienst van commissie-vaarders bevindende, gehouden zijn deze instructie te beëedigeu, voor zoo ver een ieder aangaat, en zulks op de plaatsen, van waar zij uilvaren, aan handen van commissarissen uit de respective Maden van justitie aldaar; doch, bij aldien zich geen collegie van justitie op zoodanige plaats mogl bevinden, aan handen van den geenen, welke in het civiele met het hoogste gezag mogl zijn bekleed. 50 April. Maatregelen nopens de ligging en dekking 's nachts van militairen in kazernes. Geboord hebbende de voordragt van den chirurgijn eu chef, J. Heppener, om tot tegengang van de dysenterie als de meest algemeene ziekte in de hospitalen, behalven de door hem, chirurgijn en chef, voorgeschreven verbeterde behan deling dezer ziekte, de legging en dekking der militairen iu de kaseinen Ie verbeteren; heeft besloten: 1° dal aan elk Europeesch militair in de kasernen voorlaan gouvernemenls wegen tot legging op de krib en brits zal worden verstrekt een stroo-matras en hoofdkussen, met goed gedroogde eu gekapte alang-alaug gevuld, welke 1809. H. W. DAENDELS 686 ten minste twee maal per week zullen moeten gelugl en gedroogd en om de drie maanden met versch stroo of diergelijkc voorzien worden. 2° dat aan alle Amboineesen en inlanders in gelijker voegen zal worden verstrekt een matje en leder hoofdkussen; en 5° dat in de guarnisocnen of canloiinemcnlen in de hooge landen, waar de nagten koud zijn, en voorts in bet alge meen in hel ruwe saisoen of kwade mousson over geheel Indien aan ieder militair 10l dekking een deken zal worden afgelangd. 50 April. Reglement voor de landak-of ronggeng-scholen en publieke vermakelijkheden te Clieribon. Dit reglement, ontworpen naar aanleiding van het hesluit van 19 Februari) 1809 door den gecommitteerde ter in troduclie van hel reglement voor het helieer van de Cheri bonsche Sullan's-landen, luidt, als volgt: Arl. 1. Er zullen op Chcribon drie rouging-sclioolen en een even gelijk gelal publieke ronging-plaalsen zijn. Art. 2. leder Sullhan zal de ongelden van een deezer schooien en plaatsen dragen en daarentegen ook de voor deelen van dezelve genieten. Art. 5. De zorg en het opzigt over dceze schooien en tandak zal aan den Sullhan zijn toevertrouwt en onder de onmiddelijke bescherming van den prefect slaan, die voor stipte nakoming van dit reglement en hel onderhouden der goede orde in en op dezelve waaken moet, doch geenzinls de magl hebben zal dceze schooien, om welke redenen zulks ook zoude vermogen te zijn, te vernietigen of in te trekken zonder speciaal consenl van zijne excellentie den heere Maar schalk en Gouverneur Generaal. Art. 4. Het eerste dezer schooien en tandak-plaals zal zijn in of bij de campong Semoedjiel op een daartoe geschikt terrein en loopen op naam en voor reekening van Sullhan Casepoean. 1809. H. W. DAEND£LS. 687 Het tweede in den thuin van Soucapora en loopen op naam en voor reekening van Sulthan Anoin. Het derde zal zijn bij of om trend Singaragie, moede op een daartoe geschikte plaats, en loopen op naam en voor reekening van Sullhan Kctjeribonan. Art. 5. Het terrein, voor het locaal van deeze schooien bestemd, zal eene voldoende lengte en breedte moeten hebben en, voor zooveel zulks niet bereeds plaats heeft, provisioneel in zijn gebeelen omtrek met bamboesen bepaggerl en, zoo mo gelijk, na verloop van tijd met een steenen riugmuur om trokken worden: de loots voor de school zal de lengte van 150 en de breedte van 415 voelen hebben, van bamboesen met boute stijlen gemaakt en met adap gedekt moeien weezen. Art. 0. Naast en ter zijde van die school zullen de bij gebouwen voor den opzigter, leermeester, muziekanlen, leer lingen en verdere bediendens weezen en leegensover de loots een royaal open plein voor de toeschouwers en de publieke tandak. Art. 7. Aan een ter goeder naam en faam bekend staand inlands hoofd zal, neevens deszell's vrouw, het opzigl over dit instituut worden opgedragen en lot derzelver adsislenlie vier onder-opzienders met derzelver vrouwen, neevens lien man nelijke en een gelijk gelal vrouwelijke huisbediendens werden toegevoegd, welke mede permanent binnen hetzelve zullen moeien woonen en door de Sul thans van een genoegzaam gelal rijstvelden voor hun bestaan worden voorzien, dat be paald zal zijn, als: voor den opziender en zijn vrouw op 12 jonken de onder-opzienders, ieder, op ü » » mindere bediendens, ieder, op 3 » Art. 8. Aan hetzelve zullen ook geallacheen! zijn Iwee knappe en kundige docleressen en hel nodig gelal leermeesters, muziek-speelders en zangeressen, item een kelip, twee moedins en vier lebees, om dezelve mede hel leezen, schrijven en den koran Ie leeivn. mitsgaders de zeeden en gevvoontens der Cheribonsche natie en hunne betrekking 10l en verpligting 1809. H. W. DAENOELS. 688 aan ons, welke meede in rijstvelden zullen worden betaald, die bepaald zullen zijn in volgender voegen, als: voor iedere docteres ~> jonken » den eersten leermeester 12 de mindere, ieder 6 » » het hoofd der tnuzieks|ieelders 8 » de mindere, ieder 4 » » » zangeressen, ieder 4 den kelip 6 » ■ de moedins 4 • » » lebees, ieder 2 Art. 9. Voor ieder der in hel instituut zich met er woon bevindende leerlingen zal maandelijks door den Sullhan worden verstrek! veertig ponden rijst en twee ponden zout, voorts dagelijks vis of carbouwen vlecsch en inlandsche groentens voor toespijs, als meede het nodige drinkwater en brandhout. Art. 10. In dit instituut zullen, zonder onderscheid, gratis werden opgenomen alle meisjes van behoeftige ouders, welke gezond van lijf en leden zijn en den ouderdom van 12 jaren nog niet bereikt hebben. Art. 11. Dezelve zullen verpligt zijn vier jaren permanent in dit instituut te moeien hlijven, doch daarna vrijheid hebben om zich, des verkiezende, buiten hetzelve te begeven en hun eigen kost te verdienen. Art. 12. Dan, ingeval dezelve voor dezen bepaalden lijd begeeren mogten daaruit te gaan of wel hun ouders of ver dere naastbestaanden hen weder tol zich moglen verkiezen Ie nemen, zal door dezelve ten behoeven van hel instituut tien rijksdaalders betaald moeten worden. Art. 15. Wanneer zij in het instituut worden opgenomen, zullen dezelven voor rekening der Sulthans, als houders van dit instituut, moeten worden voorzien van twee lange, zwarte baadjes, twee borstrokken, twee lange kleedjes, twee sarongs en een kain tekainbang of borstkleedje, een matje en twee kussens om op te slapen en voorts jaarlijks daarbij erlangen een gelijke buadje, een lang kleedje, een sarong, een borst- 1809. H. W. DAENDELS. 689 PLAIAAT-BOKI DEEL IV. u kleedje en twee borstrokken; welke kleedingstukken dezelve, wanneer zij het instituut verlaten, zoowel als diegene, welke zij zichzelven hebben aangeschaft, mogen medenemen. Art. 14. Indien meer vermogende personen hunne dochters in dit instituut begeeren te plaatsen om het nodige onderwijs te erlangen, zullen dezelve daarin moeten worden opgenomen en evenals de overige kinderen behandeld worden; doch zal daarvoor in een dusdanig geval door dezelve jaarlijks tien rijksdaalders ten behoeve van het instituut, een rijksdaalder voor de opzienders, een rijksdaalder voor den priester, een rijksdaalder voor de leermeesters in hel ronging-spel en een rijksdaalder voor de muziek-speelders en zangeressen betaald worden. Art. 1!>. Dan, zoo wanneer dezelve hunne kinderen daarin geen permanent verblijf willen doen houden, maar slegts tol het erlangen van de nodige onderrigtingen, zoo in het ronging-spel, als tot leereu leezen en schrijven, ilein het erlangen van onderwijs in den koran, dagelijks op de bestemde leertijd derwaarts willen doen gaan, zal daarvoor door dezelve slegts niet meer dan vijf rijksdaalders voor het instituut, doch daarentegen het zelvde, als bij art. 14 is bepaald, voor de opzieners en leermeesters betaald werden. Art. 16. Tot het erlangen van onderwijs, zoo in den coran, als het lezen en schrijven, zullen zoowel jongens, als meisjes in dit iusliluut moeten worden opgenomen, doch aan de eerstgemelden daarin geen vast verblijf worden gegeven, maar slegts gepermitteerd om op het bestemde uur, dat daarin les gegeven word, zich ten voorschreven einde binnen hetzelve te doen vinden en, nadat de leertijd voorbij is, weder na hunne woningen terug moeten keeren, terwijl aan kinderen van behoeftige ouders dit onderwijs voor niet en aan meer ver mogende legens de helft der bij artikel 15 bepaalde betalingen gegeven zal moeten worden. Art. 17. Van alle de zich in dit instituut metterwoon bevin dende kinderen, zoowel als van diegenen, welke daarin eenelijk onderwijs erlangen, zullen registers moeten worden geformeerd, 1808. H. W. DAENDELS. 69 drossaard der Bataviasche ommelanden, den prefect der Jac calrasche en Preanger hovenlanden en den keurmeester van hel bestiaal om de stipte nakoming daarvan met alle vïgi lanlie te surveilleren, nadien wij zulks ten algemeene nutte alzoo bevonden hebben Ie behoren. En opdat niemand hiervan eenige onwetenheid zoude kunnen pretenderen, zal deze ter hoofdplaalse Balavia en op de kan toren van Javasch Noord-Oostkust, Cheribon en Bantam, niet alleen gepubliceerd en in de Hollandsclie, inlandsche en Chi nesche talen op de gewoone plaatsen worden geaffigeerd, maar ook op de onderscheidene hoofd-negorijen en bazaars in de boven- en ommelanden worden aangeslagen en bij open bare bekkenslag bekend gemaakt. 50 Julij. Instructie voor den vendumeester, venduschrijver en vendu-afslager te Satnarang. Art. 1. De vendumeester zal door het gouvernement worden benoemd, doch geen salaris genieten van den Lande. Hij zal daarentegen geheel aan zich behouden de percento's, die hem hij deze instructie zullen worden toegelegd, behoudens nogtans zodanige uitkceringen, lasten en ongelden. als waartoe hij in zijn voorschreven qualileit van vendumeester is verpligt. Arl. 2. Voor de aanvaarding zijner bediening zal hij borg moeten stellen voor eene somme van tien duizend rijksdaalders, ten genoegen van den resident, en, aansprekclijk zijnde voor de uitstaande vendupenningen, deze borgtogt na zijn overlijden of ontslag zoo lang voortduren, totdat er geene uitstaande gelden ter zijner verantwoording voortloopen of hij door een liquide transport aan zijnen vervanger zal zijn gedechargeerd. Art. 3. De aankomende vendumeesler zal vrijheid hebben de uitstaande schulden, die hij oordeeld desperaat te wezen, van den overneem en transport te excuseren en dus de af gaande vendumeesler daarvoor responsabel blijven. Art. 4. Voor salaris zal de vendumeester genieten: 5 percent van losse goederen, hetzij dezelve voor rekening 1809. H. W. DAENDELS. 690 waarop zoowel de naam en ouderdom derzelve, als de naam, qualileit en woonplaats hunner ouders, mitsgaders de lijd, wanneer zij in hetzelve zijn binnengekomen, distinct hekend gesteld staat, en van welke registers met het uiteinde van iedere maand een aan den tijdelijken heer prefect zal moeten worden overhandigd, met bekendstelling der veranderingen, welke gedurende den loop van die maand onder de leerlingen hebbeu plaals gehad en welke vorderingen dezelve, zoo in het lezen en schrijven, als het leeren van den koran en het ronging, etc. gemaakt hebben. Art. 18. Des morgens ten zeven uren zal het onderwijs der ketips, modins en lebees in hel lezen, schrijven en den koran, etc. een aanvang nemen en eerst des middags ten elf uren mogen eindigen, terwijl des na de middags van tweeën tot zessen les in het zingen en rongingspelen gegeven zal moeten worden en zulks dagelijks, excepto op leest-of andere heilige dagen. Art. 19. De hoogepriesters der Sulthans zullen van tijd tot tijd, een ieder voor het zijne, het onderwijs, zoo in hel lezen en schrijven, als den koran, item zeden en gewoonten van den Cheribonder, als hunne betrekkingen lot en ver pligtingen aan ons moeten bijwonen en zorgen, dat de leer meesters in deze hunne pligt komen te betragten, terwijl de hoogepriester van den landraad met het opper op- en loe zigt daarover belast zijn zal. Art. '20. Geen der Sulthans of eenige anderen, wie hij ook zoude vermogen te zijn, zal het regt hebben een der in dat instituut zich bevindende meisjes, voor of nadat zij volleert zijn, 10l zich te nemen ofte anderzints als met derzelver volkomene vrije wil en toestemming hunner ouders. Art. 21. Driemaal des weeks zal binnen ieder dezer in stituten publieke rongingspelen gehouden worden, als des Maandags in dat van Sulthan Kasoepoean, des Woensdags in dat van Sullhan Anom en des Vrijdags in dat van Sulthan Ketjeribonan, en zulks van des avonds ten zes tot des nachts ten drie uren, en daarvoor door de rongingineideu, welke 1809. H. W. DAENDELS. 691 aldaar komen dansen, iedere rijs een schelling pitjes ten be hoeve van het instituut betaald moeten worden, terwijl alle rongingmeiden, welke buitenaf begeeren te tandakken, daartoe een pas zullen moeten hebben van den Sulthan, onder wien dezelve gehorende zijn, welke alle maanden zal moeten worden verwisseld en waarvoor door dezelven telkens een ropij zal moeten worden betaald. Art. 22. Ter voorkoming van alle ongeregeldheden zullen bij deze publieke rongingspelen steeds afwisselend de opper en onder-djaxa van ieder Sulthan, in wiens instituut zulks plaats heeft, nevens vier djagabellas of juslitie-dienaren va» dezelve, alsmede twee oppassers der polilie en justitie en van den prefect moeten present zijn en voor de rust en goede orde waken. De Gouverneur-Generaal schreef aan den gecommitteerde op 17 Mei 1809 ter zake het navolgende: Over het door UEdel Gestrenge mij aangeboden reglement voor de rongingschoolen kan ik niet genoegzaam op gronden van kennis oordeelen om hetzelve aan te nemen of te ver werpen, doch aulhoriseer UEdel Gestrenge niettemin het zelve aan den prefect tot een rigtsnoer aan te bevelen, zoodra zich voor deze schooien de nodige sujetten presenteeren en dezelve mitsdien dadelijk opgerigt en in werking gebragt zullen kunnen worden, in verlrouwe, dat de voorschriften, liij dat reglement vervat, aan de zeden en godsdienstige ge woonten van den Cheribonner naauwkeurig zijn getoetst en de Sullhans van hunne zijde vrijwillig genoegen nemen in de lasten, die zij volgens het gemelde reglement zullen moeten dragen, doch ook weder uit de voordeelen gecompenseerd worden. 2 Mei. Voorschri/t nopens hel afkondigen te Balavia van plakalen, enz. Is goedgevonden, vermits hel sloopen van het gouvernemenls 1809. H. W. DAENDELS. 692 huis binnen het kasteel, de tut nu toe van de puije van hetzelve gedane afkondigingen van placcaten, publicatien, etc. door de connnissiën uil den hoogen Raad van justitie van Hollandsen Indië van de puije van het stadhuis te doen gevolg neemen. onder bepaling levens, dat hij liet doen der voor schreven afkondigingen de stadhuisklok twee malen zal moeten worden geluid, als eens bij het voorkomen der commissie en eens voor dat de afkondiging geschiedt. 4 Mei. Maatregelen ter besparing van schrijf-papier. Aangezien de presente scbaarsheid van Europeesch sclirijf papier in deze kolonie is goedgevonden te gelasten, dat tot de enveloppes van brieven overal Cbineescb papier zal worden geëmploijeert, voor pakketten een zoort van papier, voor 't schrijven onbruikbaar, en het Europeesche in het generaal* zooveel mogelijk, gemenageerl. En zal hiervan aan alle collegiëu, zoo wel als aan civiele en militaire ambtenaren worden kennis gegeven tol narigt. Zie ook lo Junij 1809. 4 Mei. Aanstelling van een tweeden en derden chirurgijn ter adsislenlie van den slads-cliiruryijn te Balavia. 5 Mei. Regeling der Iraclemcnlen van inlandse/ie zee varenden, dienst doende op 's Lands vaartuigen. Is besloten de Iracteinenten van de inlaudsche zeevarenden, geëmploijeerd op 'sLands vaartuigen, te bepalen, als: voor een mandadoor op rd* 10 'sinaands » matroos, roerganger zijnde, op » 8 » » » » geen roerganger zijnde, op » 6 » betaalbaar in koperen munt. 1809 H. W. DAENDELS. 693 6 Mei. Bepaling, dat de tractcmenten der civiele en militaire ambtenaren in Bantam uitbetaald zouden worden voor '/, me ' zilver geld en voor 2 / 3 met Ja pansch kopergeld (bonken?). Alleen het tractement van den prefect werd uitgezonderd. 7 Mei. Toekenning aan den Lande van de inkomsten, door den Sultan van Bantam van pasar's genoten, en van het district Lanljar. Is besloten, uilhoofde van de door den Koning van Bantam gehouden conduite, waardoor hij oorzaak is van de jongste onlusten in dat rijk, zoomede tot dedommagement der kosten, die het gouvernement lot bedwang van deze onlusten heeft moeten maken, aan den Lande te trekken: 1° de revenuen der bazaars, welke den Koning volgens art. 7 van zijne instructie waren gelaten, en 2° het district Lantjar, door hem onder de nalatenschap van den laatst vorigen, gefusileerden rijksbestierder verkregen, en mitsdien aan den voornoemden Koning eenlijk te laten het vaste tractement van Sp' ISOOO 'sjaars, aan hem bij het evengemelde artikel van zijne instructie toegestaan, waarvan echter nog zal moeten worden uitgekeerd Sp 9 4000 aan des Konings beide voogden, Sp s 2000 aan de beide cliwongs van den rijksbestierder, Sp s 75 ter maand aan den naar Amboina verbannen gewezen Koning en eindelijk het maandelijks onderhoud aan de weduwen van de pangerangs Radja Santika en Ardie, mitsgaders aan de maagschap van de twee broeders van den laatstgenoemden pangerang en aan die van Aria Soba. 7 Mei. Regeling der posterij (usschen Batavia en Bantam. Is besloten, vooreerst en tot zoolange daaromtrent anders zal worden geordonneerd, de post van Batavia naar Bantam 1809. H. W. DAENDELS. 694 en vice versa dagelijks te laten vertrekken, van Batavia des avonds ten zeven uren en van Bantam des middags ten twaalf uren. 8 Mei. Reorganisatie van het gouvernement Makassar Zijne Excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende de meer en meer toene mende lasten van het gouvernement van Macasser in ver gelijk der winsten en inkomsten gedurende de laatste jaren en de weinige apparentie, welke er volgens de advisen van den gouverneur en verdere dienaren aldaar bestaat, dat, 't zij door eene meerdere vrijheid van handel, aanmoediging van cultuur of andere middelen, eene genoegzame vermeerdering van inkomsten zoude kunnen worden bewerkt om te kunnen hoopen, dat daardoor voortaan de lasten en voordeden zouden worden geëgaliseerd; overwegende wijders, dat het gouvernement van Macasser, als geene producten hoegenaamd voor den algemeenen handel uitleverende, op welkers debiet de meerdere lasten, aldaar vallende, vervolgens zouden kunnen worden gevonden, deze egalisatie van lasten en winsten meer dan andere etablisse menten komt te vorderen, terwijl de oogmerken, waarom het gouvernement haren zetel op Macasser heeft gevestigd, strek kende om den indrang van vijandelijke en andere, naijverige, Europesche mogenheden van de nabijheid der Molluccos te weeren, de daartoe bestaande contracten met de vorsten van Celebes te handhaven en den morshandel in specerijen, zoo veel mogelijk, tegen te gaan, even zeer door een minder aantal politicque dienaren dan de tegenswoordige kunnen worden bereikt, wanneer slechts gezorgd wordt, dat aldaar steeds eene genoegzame militaire magt aanhanden zij om de waardigheid van het gouvernement te mainlineren en de vorsten van Celebes het ontzach voor het Ilollandsch gouver nement nimmer uit het oog te doen verliezen, terwijl boven dien van de door gedachte vermindering op Macasser buiten emplooi geraakte dienaren in de tegenwoordige conjuncture 1809. H. W. DAENDELS. 695 van zaken een vnordeelig gebruik voor deze kolonie zal kunnen worden gemaakt en het voorgestelde but van de egalisatie der Macassersche lasten en winsten daardoor ten vollen zal worden bereikt; heeft besloten tot vermindering der politicque dienaren en verdere reductie van den omslag op Maccasser te arresteeren, hetgeen volgt: Art. 1. Het gouvernement van Macasser zal worden in getrokken en geraortificeerd en het bestuur van dat etablis sement en de daar onder gehorende landen, zoo mede van onze belangens en relatieu, zoo civiel, als militair en van het finantieel departement, voorlaan zijn toevertrouwd aan handen van den kommandant militair aldaar, welke in die hoedanig heid en tot goedmaking der ververschingen, aan inlandsche vorsten naar den gebruike te fourneren, zal genieten een lafelgeld van rd 8 drie duizend 'sjaars, Art. 2. De dienaren te Macasser, onder het politiek departement aldaar begrepen en opgebragt, zullen voortaan zijn gereduceerd tot en uit geen meerder aantal mogen be staan dan de volgende ambtenaren, als: 1 sabandhaar, die tevens zal zijn fiscaal, president van de Weeskamer, huwelijks- en kleine geregtszaken, genietende, behalve hetgeen de passen aan hem kunnen opbrengen, van 'sLandswege 's jaarlijks een traclement van rd 8 600 1 administrateur, die tevens zijn zal boekhouder, tractements-hoekhouder, dispensier en president van de justitie, mitsgaders parapheerder van 't zegel en collecteur van het collateraal, genietende een jaar lijksch tractement van » 2400 en rang hebbende naast den sabandhaar. 3 klerken bij denzelven, twee met rd 9 40 en een met rd 8 20 ter maand, zullende de eerste klerk van den administrateur tevens zijn secretaris van de Weeskamer en van huwelijksche zaken, genielende Ie siiiiieii aan jaaiiijksche tractenienten » 1200 Transporteere rd» 4200 1809. H. W. DAENDELS. 696 Per transport rd' 4200 2 klerken bij den commandant civiel en militair, een met rd 9 40 en een met rd 9 20 per maand, waarvan die van rd* 40 tevens zal zijn secretaris van justitie, genietende dus te zamen jaarlijks aan tractement.. » 720 1 cipier en 1 geweldiger, als dienaren ter justitie genietende, de eerste rd* 20 en de tweede rd' 12 ter maand of te zamen aan jaarlijkscbe tractementen . » 384 1 oppertolk, genietende een jaarlijksch tracte ment van » 600 5 ondertolken, als: een op Maccasser, » » Maros, » » Boeloecomba, » ■ Saleijer, » » Malakerie, genietende ieder rd 9 15 ter maand of te zamen aan jaarlijksch tractement » 000 3 inlandsche zendelingen, genietende, de eene 10, de andere 8 en de derde 5 rd 9 ter maand of te zamen aan jaarlijkscbe tractementen ■ 276 1 Maleische schrijver met een jaarlijksch trac tement van » 102 6 leden der justitie en van de Weeskamer en huwelijksche zaken, te kiezen uit de militairen en burgerij, doch zonder tractement; 1 beambtschrijver zonder tractement van's Lands wege en zich omtrent zijn inkomsten regulerende naar de salarislijst; 4 onder-prefecten, als: een te Maros » » Bima, » Boeloecomba en Bontain, » • Saleijer, genietende ieder rd" 50 ter maand of te zamen aan jaarlij ksche tractementen » 2400 of te zamen dertig dienaren, genietende aan jaar lijksche tractementen rd' 9672 1806. H. W. DAENDELS. 697 Art. 3. Buiten deze aan hun toegelegde inkomsten zullen zij niets genieten, alzoo alle andere emolumenten of zooge naamde stille winsten uitdrukkelijk worden afgeschaft. Arl. 4. Alle polilicque ambtenaren, welke niet tot een ot' ander der voorschrevene bedieningen zullen worden geëni ploijeerd, zullen op ontvangst dezes uit hunne posten worden ontslagen; met last aan alle de Ëuropesche dienaren, die op deze wijze builen emplooi zullen geraken, om, wanneer hun verband uog niet is uitgediend, zich ter dienstprestatie naar de hoofdplaats te begeven en vrijheid aan (liegeenen, welker verband reeds is verstreken, zoomede aan de zoogenaamde inlandsche kinderen, om dit in zelver voege te kunnen doen, met inthimatie aan dezelve, dat, wanneer zij zullen verkiezen in burger-vrijdom op Macasser over te gaan, aan hun geene aanspraak op eenige vergoeding, pensioen of tractement zal worden toegekend. Art. 5. Het gebeele departement der marine op Macasser zal mede worden ingetrokken en geene onkosten onder dat aspect en onder het hoofddeel van barken, cbaloupen en vaartuigen in rekening worden geleden. Art. 6. Alle ambtenaren en bediendens, tol hel deparlement der marine op Macasser behorende, de scheepslimmerlieden daarmede onder begrepen, zullen verpligt zijn zich ter dieusl preslatie naar Sourabaija te begeven. Arl. 7. Alle equipage-goederen, aldaar per restant zijnde en den Lande loebehoorende, zullen mede derwaards worden overgevoerd. Art. 8. Alle gebouwen en opstallen, tot de marine en de werf behoord hebbende, mitsgaders alle schepen en vaartuigen, aldaar nog aan handen en den Lande toebehorende, zullen per publieke vendulie worden verkocht, uitgenomen de zich nog daar bevindende brik, de Jacoba Maria, en depantjallang.de Vreede, die naar Sourabaija zullen moeten worden gezonden met derzelver equipage. Art. 9. In het generaal zullen geene onkosten tot reparatie, limmeragie en forlificalie mogen worden aangewend, nog in 1809. H. W. DAENDELS. 698 rekening worden gevalideerd, dan op expres daartoe bekomene qualificatie, met uitzondering alleen van eenige kleinigheden, welke over een rond jaar voor het geheele etablissement van Macasser niet zullen mogen exeederen de somma van rd 9 twee duizend, daar onder begrepen de reparaliPn aan het hospitaal, wiens goede iuriglingen, conform aan de gestelde orders, ten sterkste aan den civielen en militairen comman dant worden aanbevolen. Art. 10. Onder de voormelde twee duizend rd\ in het voorgaande artikel voor timmeragien en reparatien geassigneert, zijn begrepen de tractementen der ondervolgende ambachts lieden, als: 1 brandspuitmaker winnende rd 8 7:4 's innds. 2 kuipers, samen » » 12 : 8 » 1 meesterknecht v/d wapenkamer » »13:32 » 6 wapenkamergasten, samen » » 88 : — » 1 baas van de smitsgezellen ... » » IS : 53 » !> smitsgezellen, samen » » 80:80 » 1 meesterknegt der huislimmerl. » «13:28 » 3 huistimmerlieden, samen » » 27 : 44 » 1 zadelmaker » ■ 11:12 » 1 Javaansche metzelaar, en 1 » timmerman, ieder • • 5: — » voor zoover namelijk het gedachte montanl daartoe en tot de verder hennodigde uitgaven strekken kan en de com mandant civiel en militair de aanhouding van deze ambacht lieden voordeeliger mogt oordeelen als het aanbesteden of werken in daghuur. Art. 11. De wooningen van den voormaligen hoofd-admi nistrateur, predikant en winkelier, gelegen binnen hel fort te Macasser, zullen tot officierswooningen worden gebruikt ten einde daardoor de verstrekking van huishuur te vermijden en hel militaire geheel binnen het kasteel te plaatsen. Art. 12. De commandant civiel en militair te Maccasser zal met de executie van dit besluit wezen gechargeerd en verantwoordelijk zijn voor de non-excecutie of het aanhooren 1809. H. W DAENDELS. 699 van reclames, welke de uitvoering zouden kunnen entra veeren. Daendels had uitgerekend, dat deze reorganisatie zoude leiden tot eene besparing van 47,494:17:8 rijksdaalders 's jaars. 8 Mei. Toekenning van vier aan den fiscaal te Makanar. Zij kregen ieder vier rijksdaalders, zilver geld, 's inaands. 9 Mei. Vrijstelling van den pachter van hel zout te Samarang van de betaling van ankerage-geld voor zijne, met zout geladene prauwen. Is besloten den voormelden pachter van de betaling van het ankerage-geld te lihereeren voor zijne vaartuigen, welke het zout overvoeren, met bepaling, dat deze vaartuigen van 's Lands wege zullen worden gebrand met een zichtbaar meikleeken en, behalven het zout, met geene andere goederen zullen mogen worden beladen, sub poene van confiscatie van het vaartuig en een boete van drie honderd zilvere ducatons daarenboven, te verbeuren door den pachter, de eene helft ten profijle van den aanhaalder en de andere helft ten voor deele van den geenen, die de calange zal doen; terwijl nogtans de pachter daarentegen gehouden zal zijn, als van ouds. van iedere koijang zout zes stuivers aan lastgeld te belalen, gelijk hij daartoe voor de introductie van hel ankerage-geld verpligt was. 9 Mei. Vrijstelling van den opziener van 't Laadt equi page-magazijn en van dien over den smids-winkel Ie Batavia van de betaling van ambtgeld. Zulks geschiedde, »wijl door de nieuwe bepalingen omtrent «hunne posten alle voorige stille winsten zijn komen te cesseren". 1808. H W. DAENDELS. 7 leder chirurgijn of apotheker van de derde classe zal ge nieten ren traktement van 000 rd' in 't jaar, op den voel van betaling der armee. De doctor en chirurgijn-majoor van een hospitaal zal boven hel gewone tractemenl eene toelage van 30 rd s , zilver geld, 's raaands genieten, benevens vrije woning hij het hospitaal. Ar!. 2. De uniform zal dezelfde zijn, als door Zijne Majes teil de Koning voor de officieren van gezondheid der armee is gedecreteerd ; alleen zal dezelve nu van donker blauw laken zijn. omdat licht hemelsblauw laken niet te bekomen is; de kleppen, kraag en opslagen zullen dus voor de doctoren en chirurgijns van zwart fluweel zijn en het borduursel, voor onderscheidene rangen bepaald, is voor de chirurgijns zilver, daar hetzelve voor de doctoren goud zal zijn. Al/oo voor de apothekers door Zijne Majesteit geene uniform is bepaald, zal dezelve alhier gelijk zijn aan die der andere officieren van gezondheid, doch, in plaats van zwarte, met groene, fluweele kleppen, kraag en opslagen, met goud gebor duurd, volgens bepaling voor de onderscheidene rangen. DEItDE AFOEEUNG Pligten en werkzaamheden m het algemeen. \rl. 1. In hel algemeen zullen zij gehoorzamen alle zoo danige orders of bevelen van wegens zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal of van het geneeskundig bestuur der armee, welke hun door den chirurgijn of doctor en chef, aan wien zij, ten opzigte van den geneeskundigen dienst in het bijzonder, allen ondergeschikt zijn, — zullen worden gegeven, terwijl zij aan diegenen der officieren van gezondheid, die hooger in rang zijn dan zij zelve, steeds de behoorlijke achting en gehoorzaamheid in het uitvoeren van den dienst zullen moeten bewijzen. Art. 2. Zij zullen behoorlijk rapporten doen aan de com manderende officieren en ook deze naar vereisch van den militairen diensl respecteren. 1808. H. W. DAENDELS. 70 van den Lande of van particulieren worden verkocht, ten laste van den verkooper; 5 percent van het bedragen der loterijen, ten laste van den uitspeler; 5 percent van vaste goederen en schepen, ten laste van den kooper. Art. 5. Doch, wanneer eenige losse goederen door de ver koopers zelve worden gemijnd of opgehouden, zal daarvan door dezelve niet meer worden lielaald als een half percent. Art. 6. Hij zal uit de voorschreven percento's een vijfde gedeelte afgeven aan den afslager, welke bediening permanent zal worden hekleed door den bode van den Raad van justitie te Samarang, zullende de afslager réciproque aansprakelijk zijn voor een vijfde gedeelte in alle bankroeten, die du vendu meesler mogt komen te lijden en voor de overige vier vijfde gedeelLen alleen dragen zal. De afslager zal voor de aan vaarding zijner bediening een borgtogt stellen van twee duizend rijksdaalders, o|» den voet, als bij art. '2 vermeld. Art. 7. De venduineester zal daarenboven verpligt wezen te salarieren een boekhouder en venduschrijver met een trac tement van honderd rijksdaalders ter maand, welke dienaar op zijn voordracht door het gouvernement zal worden aangesteld. Art. 8. Buiten het bij art. 4 bepaald vendusalaris zal hij het verkoopen van losse goederen en het uitspelen van lote rijen, ten laste van den verkooper of uitspeler, en bij bel verkoopen vaH vaste goederen en schepen, ten laste van den kooper, worden gedeclareerd een per mille voor de armen, waarvan de venduineester het bedragen om de zes maanden of onder ultimo Junij en ultimo December aan de armen bezorgers zal moeten verantwoorden. Art. 9. De vendumeester zal, buiten feestdagen, des Maan dags, Dinsdags, Donderdags en Vrijdags tot hel houden van veudutien moeten vaceren 's voordemiddags van agl tot twaalf uren, indien de verkoopiugeii niet vroeger geëindigd zijn, terwijl hij, daartoe verzocht, ook op Woensdag en Zalurdag verkooping zal mogen lioudeu. 1809. H. W. DAENDELS. 700 9 Mei. Invoering van i>de Japansche kopere munt door Bantam". Zulks had «bevorens altijd zooveel tegenstand ontmoet", maar nu had de Banlamsche rijksbestuurder zich hiertoe ver honden. Vele uitgaven in zilver geld zouden daardoor worden uitge wonnen. -|p Mei. Bepalitiyen tot handhaving eener goede politie in den omtrek van Balavia. Naardien president en Schepenen van Batavia ons bij een adres in dato 27 April jongstleden hebben te konnen gegeven, hoe aan hun was voorgekomen, dat de door deze regering bij placcaal van den " gemaakte bepalingen en gestelde orders ler onderhouding en handhaving eener goede politie in den omtrek van Batavia meer en meer builen observantie scheenen Ie geraken, en mitsdien voordragende, dal 10l ver zekering der publieke rust eu goede orde, zoo binnen, als in den ommelrek van Balavia, liet voorschreven placcaal met de nodige alteralién en ampliatien mogle worde gere noveerd ; zoo is het, dat wij, acquiesceerende in de voordragt, van president en Schepenen daartoe gedaan, tol conservatie der rust en de zekerheid der op- en ingezetenen, zoo te Batavia, als dies ressort, goedgevonden hebben, met renovatie, alte ratie en ampliatie onzer inecrmelde placcaate van den scn5 cn Januari 1798, te ordonneren en te slaluercn, zooals wij ordonneren en statueren bij dezen : Ten eerste: dat hel van nu voortaan aan alle Chinezen, inlanders of lijfeigenen zal zijn geinlerdicecrd met het vallen van den avond zonder licht en vooral niet van eenig geweer of scherp voorzien, zoo binnen de slad, als dies ressort, 'sHeeren wegen te passeren en dal dezelve zich met hel vallen van den avond gevolglijk alle van licht zullen hebben te voorzieu, sub poene eener pecuniele amende van rd* 25, 1809. H. W. DAENDELS. 701 papierc geld, voor de Chinezen en inlanders, ten behoeve van den officier van justitie, door wiens ondergeschikte de ap prehensie geschiedt, of bij onvermogen lot die betaling agt dagen blok arrest en voor de slaven eene gevoelige cor rectie. Ten tweede: dal, wanneer na zons-ondergang of bij bel vallen van den avond ontdekt wordt een complot van drie, vier of meerder suspecte personen iu de nabijheid van eene der kampongs onder bet ressort van Batavia te zijn geformeerd, het hoofd van zodanige kampong, waarin hel attroupenient geschiedt, dezelve dadelijk zal moeien te keer gaan, opvatten en aanhouden met vrijheid aan denzelven om, in cas van resislentie, zulks niet geweld tegen te gaan en dezelve al' Ie maken, mits daarvan den volgenden morgen kennis gevende, daar hel behoord. Ten derde: dat bij dezen nader aan allen en een iegelijk de vrijheid wordt gegeven en verzekerd om, zonder beduch ling voor vervolging of aanspraak, vrij en onverlet alle on bekende en suspecte personen, hetzij vrije of lijfeigenen, van binnen de hekken of paggers van hunne thuinen, landerijen of woningen, van 's avonds ten half zeven tot 's morgens teu half zes uren, niet alleen met geweld te weeren, maar zelve daarop los te branden, dan wel dezelve anderzins af te maken, niils daarvan almede den volgenden morgen kennis gevende aan den bailluw of, zooveel de ter neder gevelde bekend is, aan den officier, onder wiens jurisdictie hij sorteerd; en Ten vierde: dat verboden blijft, dat geene inlandsche be diendens van de justitie na zons-ondergang zich gewapend in de Chineesche kamp zullen mogen begeven, tenzij behoorlijk in hunne monteeringen gekleed of van permissie-briefjes van hunne officieren daartoe expresselijk voorzien zijnde, op poene van in het contrarie-geval opgevat en strengelijk afgestraft te zullen worden. Gelastende en bevelende den president en leden in den hoogen Haad van justitie van Hollandsch-Indiën, die van den gerechte dezer stad en wel expresselijk de respectieve officieren 1809. H. W. DAENDELS. 702 van justitie den inhoud dezes te agtervolgen en doen agter volgen, nadien wij zulks ten algemeenen nutte alzoo bevonden hebben te behooren. En opdat niemand hiervan eenige unwclenheid zoude kunnen prelendeeren, zal deze worden gepubliceerd en in de Hol landsehe, mitsgaders in de Chineesche en gewone inlandsche talen worden geafligeerd ter plaatse, waar men gewoon is publicatien en allixien Ie doen. 10 Mei. Wijziging van de op 1 September 1808 vast gestelde organisatie van hel bestuur op Java's N. O. kust, ati. 76. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende de weinige opgang, welke de in het voorleden jaar genomen proeve met hel aanplanten van kappas in eenige prefectures van Java's Noord- Oostkust heeft gemaakt, en dat volgens de consideratien, die hoogstdezelve sedert het arresteeren der organisatie van Java's Noord-Oosikusl op den l en September 1808, wanneer eerst van de voorschreven non-reussite gebleken is. zoo van den ridder en gecommitteerde lot de verdere introductie der op gemelde organisatie, van Braam, als van den Oosthoeks gezag hebber en de respectieve prefecten, heeft ingenomen, de opinie vrij eenparig is, dal de leverantie van dit product aan den Lande geen object van groole speculatie worden kan, eensdeels uithoofde dat de quanliteit niet naamwaardig genoeg zoude kunnen wezen om daarvan de voorgestelde partij voor den Chineeschen handel te (rekken, aangezien de wisselvalligheid van dil gewas, waarvoor ontijdige droogte, zoowel als sterke regens, schadelijk zijn en dat maar weinige gronden, geschikt voor de kappasteelt, aan de stranden gevonden worden, en ten anderen, wijl de qualiteit daarenboven voor inferieur aan de Bombaijsche en Bengaalsche kappas gehouden wordt en dus voor den handel op China min geschikt is, zijnde zijne ex cellentie geïnformeerd, dat van de menigte pitten, welke van deze soorten van kappas Ie voren reeds lot differente reizen 1809. H. W. DAENDELS. 703 op Java zijn geplant, sleclils maar weinige te Madura, Damak en in de districten van Kandal en Kaliwoengoe zijn opgekomen, die echter kwijnende gebleven zijn, geene vruchten van belang afgeworpen en nimmer de ordinaire, Javasche, eerste soort in deugd hebben kunnen overtrell'en, terwijl eindelijk de ge zegde leverantie ook nog ondersteld wordt nadeelig te zullen zijn aan de uitbreiding van onze eigene weverijen, welke fabrieken op Java aanmerkelijk heginnen op te luiken mits de aanmoediging, welke dezelve ontvangen hebben door het bezorgen aan den Lande van de slolïagie tot kleeding der gansche armee van Zijne Majesteit in Indien en door het afschaffen der geforceerde leverantie van katloene garens, welke zij nu tot voortzetting van die weverijen kunnen eni ploijeeren; overwegende, dat dit gevoelen, op de ondervinding en op zeer plausible gronden rustende, ten duidelijkste prouveert, dat eene gedwongen helling van kappas op Java nooit aan de opgevatte verwachting zoude kunnen beantwoorden en mitsdien daarvan, zoowel ten nutte van den Lande, als tol tegemoedkoming der Javasche in- en opgezelenen behoort te worden afgezien, waartegen niet kan opereren, dal de op brengst van kappas in het Cheribonsche lot tien gezuiverde katjes per huisgezin bij het nieuwe reglement van bestuur voor de zoogenaamde Sulthans-landen jongst is ingevoerd en geordonncert, nadien deze prefecture eensdeels door de sterke populatie en ten andere door de menigte geschikte landen voor de kappasleell daartoe meerdere rescources als Java's Noord-Ooslkust aanbied en ook geen weverijen heeft, welke door die leverantie zouden kunnen worden geprejudiceerl; overwegende wijders, dat het voorstel om, instede van eene helling in kappas, een belasting in geld op de differente pre fecturen van Java's .Noord-Oostkust te introduceren evenmin geraden is, zoowel ter zake van het misbruik, dat daarvan zoude kunnen worden gemaakt, als uit consideratie, dat eene zoodanige belasting alweder weinig voordeel zoude kunnen aanbrengen, nadien dezelve, vervangende de leverantie van 1809. H. W. DAENDELS. 704 kappas, alleen zoude kunnen worden geheven van degeenen, welke niet tot de kollij-culture gebezigd worden en tevens bezitters zijn van rijsllanden; overwegende eindelijk, dat de ingezelenen, die niet in de kollij-tiiinen arbeiden, nogtans te zeer hoven de kollij-planlers zouden worden gel'avoriseerl, wanneer zij èn daarvan «'n van de leverantie vnn kappas wierden vrijgelaten, zonder dal hun erne andere verpligting wierd opgelegd, welke de lasten voor beiden eenigzins kan doen egaliseeren, zoodat de eene zich niet boven den andere op eenige uitzonderiug verheffen of over zwaardere diensten als zijne mede-landgenooten beklagen kan, 't welk eenc emigratie zoude kunnen tengevolge hebben en waaraan gevoegelijk kan worden geremedieert door degenen, die geen koiïij planten, bij uitsluiting te gebruiken tot het transporleeren van 's gouvernements goederen en ook van die van ambtenaren, welke in officie reizen langs den groolen weg, het maken en onderhouden van wegen en tot alle andere heerendiensten, die de Javaan gewoon is aan den Lande te presleeren en door de kollij-planters alsdan daarvan geheel Ie eximeeren, welke verpligling voor de laatste ongetwijfeld een goed effect op de behartiging der kollij-culture belooft; is besloten in te trekken en builen effect te slellen het 76 e artikel der op den f" September 1808 gearresteerde or ganisatie van Java's Noord-Ooslkusl, voor zoover daarbij is bepaald, dal de Javanen, die niet lot de culture der koffij worden geëmploijeerd. van elke jonk rijslland, óf een pikol schoone en zuivere kappas ter zwaarte van 128 fiï legens betaling van rd s 3:36, zilver geld, öi' Sp s 2 jaarlijks aan den Lande zullen moeten opbrengen; onder bepaling wijders, dal gemelde ingezetenen, in compensatie van dezen vrijdom van belasting, waardoor zij anderzins te zeer boven de kollij-plan lers zouden wezen gefavoriseert, bij uitsluiting zullen worden ge bruikt tot het transporleeren van 's gouvernemenls goederen en ook van die van ambtenaren, welke langs den grooten weg in officie reizen, mits blijvende binnen de bepaling, bij arl. 43 van de voorschreven organisatie vervat, zoomcde fot 1809. H. W. DAENDELS. 705 PLAEAiT-BöBK DEEL XV. ij bel maken en onderhouden der groote wegen en in één woord lot alle andere heerendienslen, welke de Javaan gewoon is aan den Lande Ie presleeren, en dat daarentegen de koffij |il;mlers van alle deze diensten zullen wezen geëximeerd en daartoe niet zullen mogen worden in requisitie gesteld, zoo min door den prefect, regent, opziender of wie hij zijn mag, suh poene, dat degenen, die van een moedwillige overtreding dezer wel worden overtuigd, daarover met het verlies van hunne posten zullen worden gestraft. Daendels was overtuigd, »dat vele der redenen, welke in mijn besluit van den 10 e " Meij 1809 voorkwamen, niet ge grond waren. Dezelve waren mij opgegeven door amlilenaren die in het begrip stonden, dat het telen van capas op rijst velden uadeelig was". Hij was dan ook voornemens kapas te doen teelen op landen, welke noch voor kolfij, noch voor rijst geschikt waren. Zie Slaat der Ned. O. 1. bezittingen, bladz. 45, noot. Zie ook 1 Juli) 1809. 10 Mei. Verbod voor Raden van juslitic kennis Ie nemen van prelensiên, voortspruitende uil particuliere schulden van inlandsche regenten. Overwegende, dat het aanzien van de regenten door reg terlijke vervolgingen ten hoogste wordt gecompromitteerd in het oog van den Javaan, die, aan uiterlijkheden verkleed, daaruit noodwendig begrippen vormt en indrukselen erlangt, welke zijnen eerbied en ondergeschiktheid voor deszelfs re genten aanmerkelijk doen verzwakken; heeft besloten, dat de parate executie, legen den regent van Kandal, Prowiro Diningrat, geobtineerd, voor zoo ver dezelve nog niet mogt zijn gedirigeerd, zal worden geslateerd, in afwachting van het voorstel van den prefect van Samarang en Damak om de schulden van dezen regent, zoo wel als van de andere regenten zijner prefecture, verevening te doen vinden op eeue voor den Laude onschadelijke wijze: 1809 H. W. DAENDELS. 706 mei vrijheid van den prefect om derzelver credi teuren vooraf openlijk bij billetlen op te roepen tot het inleveren hunner pref ensien ; dat wijders, om de achting en hel respect van de regenten bij hunne onderhorigen te bewaren, aan de Haden van justitie zal worden aangeschreven om van nu voortaan geen kennis te nomen van pretensien, spruitende uit particuliere schulden ten laste der regenten van Javasch Noord-Oostkust, Cheribon en de Cheribonsche Preanger-Regentschappen; dat daarentegen de Oosthoeks gezaghebber en de prefecten \;m Javasch Noord-Oostkust, Cheiïbon en de GberiboDwhe Preanger-Regentschappen zullen zijn geautoriseerd om bij billetteu allen degeenen op te roepen, die lot dato dezes eenige vorderingen hebben ten laste van de regenten onder bun ressort, ten einde met concurrentie van dezelve eene billijke voordragt ter liquidatie van hunne schulden aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te doen; en eindelijk, dat door den gemelden Oosthoeks gezaghebber en prefecten, een ieder in den hare, mede bij billetten zal worden bekend gemaakt, dat van den dag dier afkondiging aan op geene schulden zal worden regt gedaan, die de re genten particulier komen te contracteeren en dus daarvan geen verhaal zal wezen, noch op hunne personen, noch op hunne inkomsten, noch op hunne bezittingen. 12 Mei. Toekenning aan 12 inlandsche ordonnansen van 12 rijksdaalders, zilver geld, 's maande, behalve vrije monteering. Van deze ordonnansen waren 6 bestemd voor den Gouver neur-Generaal en de overige voor den Luitenant-Gouverneur- Generaal en den Directeur-generaal. 13 Mei. Bepaling nopens de uitbetaling van pensioenen aan militairen ter Java's N. O. kust. Is besloten, dal de pensioenen der officieren op Java's 1809 H. W DAENDELS. 707 Noonl-Ooslkusl van nu af aan betaald zullen worden in 'ƒ3 zilver en 2 / 3 papier en dat der onder-officieren en soldaten, zooals bij diiïerenle l)esluiten hierover bepaald is. Bij besluit van 17 Vlei 1800 werd dezelfde regeling als nopens de officieren toegepast op gepensioneerde, civiele ;im]i(en;iri'ii en officieren der marine in bet ressort van Java's N. 0. kust. 13 Mei. Regeling van den aankoop van paarden voor de kavallerie en rijdende artillerie. Is besloten den connnissaris-ordonnateur kwalificatie te verleenen de paarden, zoowel voor de rijdende artillerie, als kavalerie, op Java te laten inkoopen en dat wel voor de volgende prijsen, als voor rd* 40, 45, 50 lot 55, de grootte hebbende van 3 voet 11 duim, 4 voet, 4 voet en '/ 2 duim en 4 voet 1 duim; zullende deze paarden, tol zoo lange als alle manschappen daarvoor niet aan handen of dezelve nog niet aan de korpsen afgegeven zijn, op Jamboe onder opzicht van een paar geschikte onder-officiers verblijven en onderhouden worden voor rd" 1:12, zilver, 's maands, als waarvoor hel gras en volk lot oppassing door hel hoofd aldaar kan geleverd worden. 15 Mei. Vervanging van den titel: gouverneur van Ambon, door dien van prefect van Ambon en onderliooriglieden. 15 Mei. Verbod legen gedwongen levering en verkoop van levens-middelen in de groole Oost. In aanmerking genomen zijnde, dat volgens ingekomen informatie op Ambon, Handa en elders in de groole Oost een sterk misbruik pleeg te worden gemaakt van de ge lorceerdc leverantie van levensmiddelen ten behoeve van ambtenaren aldaar en van 'I militaire, waardoor aan het 1809. H. W. DAENDELS. 708 vrije tlehiel op do openbare marklen eene groote slremminsr werd toegeliragt en de ingezetenen, niet alleen minder ge noten als de helft van den prijs, waarvoor zij het gevogelte etc. moesten inkoopen, maar op Arnbon de rekeningen van 1804 verzekert worden te zijn onvoldaan; is besloten alle geforceerde leverantie en verkoop van levensmiddelen, zoo op Ambon en dies ressorle en mede op Banda en elders in de groole Oost ten scherpste te inlerdi ceeren, op poene van de straffe des doods voor den gcenen, die zich daaraan schuldig maakt, en cassatie voor den prefect van Ambon, gezaghebber of onder-prefect, onder wiens direct ressort dit verbod wordt overtreden. En zal hiervan worden kennis gegeven aan den prefect van Ambon ten einde zulks verder door publieke afkondiging en atlixie van billetten op alle plaatsen onder zijn gebied ter kennisse van een ieder te brengen. 17 Mei. Maalrcgelen tegen misbruik van koelt s bij transporten over land. Is besloten, tol legengang van het misbruik, 't welk door civiele personen gemaakt wordt van het emplooi van lialloors tot transport van hen en hunne goederen over land, in con traventie van het daaromtrent gestatueerde bij art. 43 van de op den l en September 1808 gearresteerde organisatie voor het bestuur van Java's Noord-Oostkusi. te bepalen, dat bij over treding op nieuw van deze wet door civiele geemploijeerden, — onverschillig of de meerdere battoors en paarden, als de bepaling toestaat of hun bij een speciale pas vergunt is, door hen gereclameert, verzocht dan wel op eigene offerte van prefecten of regenten zijn verkregen en geaccepteerd geworden, — dezelve voor de eerste maal zullen verbeuren een maand tractement en voor de tweede maal gehouden worden van hunne posten te hebben geresigneert, gelijk ook de prefecten, wanneer zij voor Zijne Excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal verzwijgen en aan hoogstdeuzelven 1809. H. W. DAENDELS. 709 geen onmiddelijk rapport doen van de overtredingen, welke civiele of militaire personen zich ten dien aanzien in het vervolg zouden mogen permilteeren; met last aan de genoemde prefecten om maandelijks, gerekend van den eersten Juni nanstaande, aan Zijne Excellentie eene gedetailleerde opgave in te zenden van het getal hatloors en paarden, 't welk in de afgeloopen maand onder hun ressort is gefourneert, met distincte aanwijzing, op wiens aanvrage en tot welke eindens, alsmede of particuliere reizigers de hattoors en paarden betaald hebhen, tot welke prijzen en in welke muntspecien. 17 Mei. Aanstelling van een finantie-boekhouder mei een suppoost Ie Samarang. Zulks geschiedde om den hoofd-administrateur van Java's N. 0. kust in zijne uitgebreide werkzaamheden te verliglen. De bewuste boekhouder moest bijhouden het financie- of domeinen-grootboek, hel confrontatieboek en het journaal, onder genot van een tractement van 250 rijksdaalders, zilver geld, 's mannds. De suppoost kreeg 100: 20 rijksdaalders, zilver geld, 's maands. 17 Mei. Regeling der rijsl-conlingenlen van de Cheri bonsche Sultan'». De Gouverneur Generaal schreef ter zake aan den gecom mitteerde tot de introductie van het regiement van bestuur voor de Cheribonsche Sultan's-landen: Ik approbeer zeer de door U Edel Gestrenge gemaakte bepaling van den lax, welke de Cheribonsche Sullans van de bezitters der rijsüanden zullen mogen heffen, tot drie pikols van de twintig, welke worden ingezameld, ten einde daar uit te voldoen de twee duizend koijangs rijst, die gemelde Sulthans jaarlijks aan ilen Lande moeten opbrengen; en,daar het bij die zelfde verdeeliug gebleken is, dat de landmaat te Gheribon, zoo wel als de vruchtbaarheid der'gronden in sommige districten considerabel van deu anderen verschilt, 1808. H. W. DAENDELS. 71 Art. 10. Hij ziekte of andere wettige redenen, welke hem zouden kunnen verhinderen hij de verknopingen te vaceren, zal hij verpligl zijn zijne post door een ander, hahil persoon te laten waarnemen. Art. 11. Hij zal in hel houden van vendutien achterstaan voor den secretaris van den Raad van justitie, den secretaris \iiii Wees- en Boedelmeesteren en den curator ad lites, mits ilc gemelde geuualificeerde venduhouders, verkooping willende houden, daarvan den vendumeester drie dagen bevorens pre venieren. Art. 12. In hel houden van verkopingen zal hij ile voorkeur geven aan slerf-boedels en aan boedels van personen, die op hun verdek staan, doch overigens niet vermogen daarin aan iemand ('enig preferentie toe te staan, helpende zonder aan zien van persoon dengeenen, die zich het eerste annonceerd. Arl. 15. De vendutien van losse goederen zullen ten minsten drie maal vier en twintig uren door bekkenslag en van vaste goederen en schepen ten minsten tien dagen door alïixie van hilletlen voor de te houdeue verkoping moeten worden aangekondigd. Art. 14. De goederen, zoo vaste, als losse, zullen hij den opslag worden verkocht, ten ware de vendumeesler mei den verkooper daaromtrend anders mogt verstaan, en de gegadig dens overluid moeten mijnen en niet door teekens, waarop geen regard zal worden geslagen. Arl. 15. De vendumeester zal op verkoopingen, die door hem gehouden worden, niel mogen mijnen of door anderen voor hem laten mijnen, en evenmin de venduschrijver of af slager. Art. 18. De vendumeesler zal de lijsten der verkochte en niet terstond afgegeven wordende goederen na liet eindigen der vendutien, de lijd zulks eenigzins toelatende, of ten uiterste dien zelfden dag laten uittrekken en geteekend aan de ver koopers ler hand stellen, zullende de verkoopers gehouden en verplicht zijn die goederen, zoo spoedig mogelijk, af te geven en alsdan de voormelde lijsten, door hen voor de afgave ge 1809. H. W. DAENDELS 710 waar door hel Iribut va» den gemelden tax voor den eetien Snllhaii ook meer als voor den anderen afwerpt, adopteer ik uw voorstel om na evenredigheid van hetgeen gedagte Sulthans van dien tax komen te percipiëren, dezelve in het contingent der twee duizend koijangs te doen deelen, Ie weelen Sullhan Anora voor vijl' honderd koijangs, Sulthans Suppoe voor acht honderd koijangs en Sulthan Ghcribon voor zeven honderd koijangs, indien dit met hunne onderlinge overeenstemming zoodanig kan worden ingevoerd, waar toe ik u Edel Gestrenge in dat geval qualificeere. 17 Mei. Bepaling nopens de uitbetaling van pemioenen aan civiele ambtenaren en zee-ofjicieren ter Java's N. O. kust. Is heslolen, dat de gepensioneerde, civiele ambtenaren en officieren der marine onder hel ressort van Java's Noord- Oostkust voortaan zullen worden betaald, evenals de land officieren, voor een derde in zilver geld en Iwee derde in papieren van crediet. Zie ook 13 Mei 1809. 17 Mei. Voorloopige regeling van de blandong-dienslen. Overwegende, dal de nog oiivolkoiiiene kennis, die men van de gedachle blandongs ten aanzien der bevolking, trekbeesten, rijstvelden, en/... zoowel als van de inferieure gesleldbeid der bosschen beeft, als veelal steunende op rapporten van in landsche regenten en andere geêmpkrijeerdens, die, of zich beblien vergenoegd om de rapporten van vroegere opnemen af te schrijven, óf uit eigen belang den waren staat van zaken verduistert hebben, bet voor alsnog ondoenlijk maakt om een volkomen plan van organisatie voor de blandongs te arresteeren, 't welk hoofdzakelijk, immers voor zoover de afzondering van bet noodige getal banden en werkbeesten betreft, op nauw keurige informatief) van die twee aangelegenheden moet gebaseerd zijn; overwegende niettemin, dat er uolable gebreken en mis- 1809. H. W. OAENDELS 711 hruikeii in de presente inrigting der blandongs resideeren, die in afwachting der nadere resultaten, welke van eene exacte, oculaire inspectie der bosschen en een nauwkeurigen opneem éer onderscheidene hlandongs kunnen worden tegemoet gezien, een onmiddelijk herstel vorderen en daaronder in de eerste plaats, dat de blandongs worden onttrokken aan het gezag en den invloed van prefecten en regenten, niet alleen ter voorkoming van alle collisie van autoriteit lusschen de pre fecten en de administratie der houtbosschen, maar ook om de bosch-volkeren los te maken van den invloed, die de regenten op hen behouden, zoo lang deze afscheiding van gezach geen plaats heeft en waarvan vaak op de willekeorigste wijze wordt geabuseert, terwijl door het voorbeeld van]Rem bang, alwaar de blandongs sedert jaren onder hunne eigene hoofden gestaan hebben en, voor zooveel de vorige, eigenbalige directie dit heelt toegelaten, steeds boven de andere blandongs in goede inrigtingen en welvaart hebben uitgemunt, de nut tigheid van deze mesure als met den vinger wordt aangewezen; overwegende wijders, dat in de tweede plaats de noodza kelijkheid vordert, dat de verrigtingen van de blandongs volkeren in de bosschen, de aart hunner werkzaamheden, de wijze van betaling, verstrekking van rijst en andere benoodigdlieden, mitsgaders de afwisseling van hut werk en hetgeen daaromtrent verdei- te observeeren valt, zoo nauw keurig mogelijk, als dit voorloopig geschieden kan, worde vastgesteld en bepaald, aangezien zonder eene zoodanige, regelmatige inrigting hel oogmerk om ten aanzien van de bosschen een van de vorige gebreken gezuiverde administratie te introduceerde en de bosch-volkeren aan de nieuwe order van zaken te verbinden niet zoude kunnen worden bereikt; is goedgevonden omtrent de blandongs vast te stellen den volgenden, provisioneelen voel van inrigtiug: Al'jemeem bepalingen. Art. 1. De blandongs, die in het jaar 1777 voor de werk zaamheden in de bosschen afgezoudert en gelegen zijn in du 1809. H. W. DAENDELS. 712 regentschappen Paccalongang, Balang onder de prefecture Paccalongang, Kandal, Kalivvoengoe, Samarang, Damak onder de préfecture Samarang, Japara, Coedoes, Patti, Joana onder de prefecture Japara, Rerabang, Lassum onder Rembang en Toeban onder de préfecture Grissée zullen, voor zoover dit ten aanzien van Rembang en Lassum niet reeds geïntroduceerd is, benevens de hij de gemelde hlandoiigs gevoegde particuliere negorijen, als tien bij Rembang, vijf en derlig bij Lassum en twee en twintig bij Toeban, finaal worden onttrokken aan het gezag der prefecten en regenten en onder hunne eigene hoofden onmiddelijk gesuhordinecrl zijn, generalijk aan het collegie van hout-administratie en speciaal aan dat lid, in wiens departement de blandongs zijn gelegen, zonder van iemand buiten dezelve eenige orders te ontvangen. Art. 2. Als een sequele van dit geordonneerde zullen alle eontribulien en voordeden cesseren, welke de inlandsche regenten op sommige plaatsen nog gewoon waren van de blandongs te genieten, zooals onder anderen hel leveren van pieken-dragers, inagangers en kapeles ten hehoeve van den regent van Patti uit de blandongs van dat regentschap. Art. 5. Gelijk mede zullen ophouden alle foiirnissementen van boschgangers en andere geëmploijeerdens van de hout administratie, welke, ofschoon door het nieuwe systema uit zich zelve geprohibeerd, nogtans schijnen plaats te hebben en met name in bezwaar dor bosch-volkeren van de. voor malige particuliere negorijen, die met de blandongs van Lassum vereenigt zijn. Art. 4. Daarentegen zullen de regenten van Rembang, Lassum en Toeban gelibereert zijn van de hun voor hel genot der opgemelde particuliere negorijen, bevorens dat dezelve aan den Lande gelrokken waren, bij art. 81 der organisatie van Java opgelegde jaarlijksche uitkeringen aan den Lande als: de regenten van Rembang Sp* 580 » Lassum » 5100 » Toeban > 1600 Te zamen.. .. Sp s BÖÖO 1809. H. W. DAENDELS 713 Art. S. De opgemelde, aan den Lande getrokken, particu liere negorijen zullen voor eerst gelaten worden onder hel opzicht van de inlandsche hoofden, welke provisioneel over hen benoemd zijn en gezegd worden hun vertrouwen te bezitten. Art. 6. Omtrent eene als nuttig opgegeven ruiling van sommige dier negorijen tegen andere, welke minder ver van de boBBcheo zijn afgelegen, zal nader een bepaald voorstel vaii den inspecteur-generaal, gezamelijk met bet collegie van houl-admiiiislralie, worden afgewacht. Arl. 7. De inspecteur-generaal der houtbosschen zal, met advies van hel collegie van administratie, een of meer com missiën benoemen van babile en vertrouwde personen, ten einde eene nauwkeurige opneem te doen van den staal der blandongs in bel generaal en van de ware bevolking der respectieve dessas en hel getal van trekbeesten en rijstvelden, daarbij gi'hoorende, in bet bijzonder. Art. 8. Hel maken van eene nadere en meer gepropor tioneerde verdeeling der rijstvelden voor de hosch-volkercn zal tot zoo lange blijven uitgesteld. Arl. 9. Insgelijks, zoo lang de gemelde opneem niet volbragt en gcvolgelijk het juist gelal menschen voor de gewone en buitengewone werkzaamheden, zoo met betrekking tol de bevolking der dessa's, als de innerlijke gesteldheid der bosschen, niet nader bepaald zal zijn, de leverantie van kappers, sleepers, drijvers en trekbeesten uit de respeclive blandong geschieden vol gens vorige usanlie en de aan de gemelde blandongs getrokken, particuliere negorijen almede mei bet leveren van hetzelfde gelal menschen en buffels, 'I welk zij te voren aan de huurders van <lie negorijen moesten fourneren, kunnen volstaan. Arl. 10. He provisionele afzondering van eenige dessa's te Tagal voor het werk in de bosschen, alwaar geen vaste blandong geformeerd was, zal blijven stand houden, lot dal daar omtrent een nadere bepaling zal zijn gemaakt, gegrond op de resources, welke die bosschen kunnen aanbieden. De inspecteur-generaal zal daarover met den prefect van Tagal 1809. H. W. DAENDELS 714 in correspondentie treden en met denzelven conserleren over het gelal en de ligging der dessa's, die voor de blandongs van Tagal finaal zouden kunnen worden gekozen, en zijn nader voorstel aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur lieneraal inzenden. Art. 11. Desgelijks zal hij, inspecteur-generaal, met den Oosthoeks gezaghebber corresponderen over het getal en de gelegenheid der dessa's, voor de werkzaamheden in de hosschen aldaar henoodigt, en over den aart en de wijze van derzelver afzondering tot een vaste hlandong, mitsgaders niet overeen komst van gemelden gezaghebber deswegens een gemotiveerd voorstel doen. Art. 12. Bevorens te amplecleeren de propositie van den inspecteur-generaal tot hel I'orineeren van een vaste hlandong voor Cherihon zullen daarop worden ingenomen de consi deratien van den ridder en geëligeerd Oosthoeks gezaghehlier. van Middelkoop, als gechargeerl geweest zijnde met de orga nisatie van het Cherihonsche bestuur, zoomede van den prefect, Waterloo, ten welken einde aan dezelven een extract uit hel rapport van den inspecteur-generaal, hiertoe relatif, zal worden toegezonden. Art. 13. Ten aanzien van liet voorstel om de bosschen van (Irauwang en Snmailang geheel te laten stil liggen zal de dispositie worden aangehouden, lot dal die bosschen be vorens exactelijk zullen zijn opgenomen, en mitsdien ook voor eerst de afzondering van een hlandong voor de gedachte bosschen gesurcheerl. Werkzaamheden der botch-volkeren. Art. 14. Nadat bepaald en aangewezen zal zijn, in welke bosschen gekapt zal worden, zal de helft der bosch-volkeren met hunne trekbeesten zich tegen medio Februari uil hunne dessa's derwaarts begeven om aldaar hunne pondokken op te slaan. Art. 15. Bevorens echter moeten de respective bosch gangers en du bosthhool'dèn eenu nauwkeurige inspectie houden 1809. H. W. DAENDELS. 715 over hel getal en de hoedanigheid der trekbeesten, mitsgaders over de kampaks of bijlen en verdere instrumenten en de slecht hevoudene door goede en bruikbare worden gerem placeerd. Art. 16. De hosch-volkeren zullen aanstonds na hel op slaun van hunne |»nudokken of uiterlijk met primo Maart met het kappen, slepen en afvoeren der houtwerken beginnen, eerstelijk van hunne contingenten en vervolgens van de hout werken, die hoven dezelve zijn geëischt. Art. 17. De werkzaamheden in de bosschen zullen met ultimo November eindigen en niet voor primo Kebruarij van hel volgende jaar worden hervat, ten einde de hosch-volkeren inmiddels gelegenheid Ie geven hunne velden te beplanten. Art. 18. De bosch-volkeren zullen worden verdeelt in twee troepen, waarvan de eene helft in de bosseben werkzaam en de andere helft in hunne dessa's rustende zal zijn. Het werkzaame gedeelte zal door hel raslende regulier worden afgewisseld om de acht dagen, wanneer de bosseheo dicht bij de dessa's, en om de veertien dagen, bijaldien zij van dezelve ver afgelegen zijn. De in de dessa's achtergebleven bosch hoofden /.uilen op hunne verantwoordelijkheid zorgen, dat het rustende gedeelte zich altoos op den behoorlijken lijd naar de bosschen begeeft. Hij hunne komst op de werkplaats zal het werkende gedeelte door geen bedwang of pretext mogen worden teruggehouden om huiswaarts te keeren. Art. 19. De hoofden der dessa's, waaruit hel volk voor de werkzaamheden in de hosschen gelrokken wordt, zullen verantwoordelijk gesteld worden voor de door dezelve terug gelaten eigendommen. Art. 20 Hij aldien eenige buffels onder den arbeid in de de hosschen komen Ie sterven, zal het getal derzelve accuraat aangeleekend en geverifieerl aan de administratie opgegeven werden om voor deszelfs rekening te worden gesuppleerd; ook moet notitie worden gehouden van de onder den arbeid verloren geraakte of onbruikbaar geworden gereedschappen en uil den voorraad van de administratie andere daarvoor 1809. H. W. DAENDELS 716 door den boschganger worden afgegeven: ieder boschganger in zijn departement en, onder hem, de inlandsche hoofden moeien van de verstrekte gereedschappen op zijn tijd verant woording doen en zijn daarvoor aansprekelijk. Art. 31. De bosch volkeren zullen gedurende den arbeid op geenerlei wijze mishandeld of gevexeert, maar daarentegen door een zaehte en billijke behandeling tot ijver, vlijt en genegenheid in het werk aangemoedigd wordeu. Art. 22. Zoodra de aankap en afvoer der houtwerken voleindigt is, zullen de bosch-volkeren worden geëmploijeerl om de wortels en de stain-eindens der door bun afgekapte boomen met aarde wel te bedekken om dezelve tegen de lucht en de inwateriug te beveiligen, zoomede om het jonge plantsoen gade te slaan, de hosschen te zuiveren, de ledige plaatsen te beplanten en al dal geen te doen en te verrigten, 't welk aan den welstand der bosschen bevorderlijk kan zijn. Art. 23. De boschgangers en hoschhoolden zullen tol be spoediging van de werkzaamheden en dus Int gemak van de bosch-volkeren zelve tegen hel einde van den kap-tijd, des mogelijk, reeds de boomen aanwijzen, die in het volgende jaar zullen moeien worden geveld en dezelve van hunne zwaarste lakken doen ontbloten, voorts de boomen rondsom den stam tot op een bekwame diepte laten uitkappen, waar voor dezelve, ofschoon zich slaande houdende op de stammen, gedurende de Weslmoosson hunne voornaamste sappen ont laslen, met minder moeile geveld en schielijker droog en tot hel afvoeren en vlotten geschikt worden. Art. 24. De benoodigde manschappen en trekbeesten voor de werkzaamheden aan de houtslapelplaatsen zullen uit de blandongs worden gefourneert np aanvrage van de opzich ters dier stapelplaatsen aan de boschgangers ; deze manschappen zullen, gedurende dat zij aan de stapelplaatsen, zoowel TOOr het opstapelen, als den afscheep van houtwerken worden gebezigt, genieten de hoofden twee stuivers of acht duiten en de sleepers of werklieden een stuiver of vier duiten, be nevens een katje rijst ieder daags. 1809. H. W DAENDELS 717 Art. 2SJ. Het wachtvolk, 't geen permanent aan ile stapel plaatsen zal moeien verblijven, zal na male van de uitge strektheid derzelve bestaan, of in een hoofd en twaalf man, óf in een hoofd en acht man. Dezelve zullen almede uit de blandongs gelrokken en daartoe speciaal geëmploijeerl worden de ingezetenen, die voorheen verpligt waren de wooningen der bosebgangers en hunne houtwerken te be waken. Zij zullen om de veertien dagen worden verwisseld en genieten vier stuivers, nog een kalje rijst ieder daags, waarvoor zij tevens verpligt zullen zijn bij het dagelijksche werk te assisleeren. Art. 26. Hel wacht- en werkvolk, nevens de trekbeesten voor de stapelplaatsen, sorterende onder zoodanige prefectures of districten, waar nog geene vaste blandongs zijn geëta blisseerd, zal op aanvrage van de opzienders aan het plaatselijk gezag moeten worden gefourneert uit de regentschappen, even gelijk ten aanzien van anderen heere-diensten plaats vind, onder het genot der betalingen, daarvoor bij art. 24 en 2a geassigneert. Art. 27. De inwooners uit de onder het regentschap Toeban-lor sorterende negorijen Djeties en Kinanlie zullen, gelijk voorheen, bij hel maken en het transport der vlotten, die langs de rivier van Solo afgebragt worden, assisleereu en daarvoor genieten derlig stuivers per man eens, mitsgaders een katje rijst daags, zoo lang het gemelde emplooi blijfl voortduren. Prerogaliven en voel van betaling der hosch-volkeren. Art. 28. Voor het begin en het einde der werkzaamheden in de bosschen zal aan de hosch-volkeren een nationale vrolijkheid in de nabijheid van hunne pondoks gegeven worden, beslaande uit het slachleu van eenige buffels, het uitdeelen van rijst, enz., waarvan de uitgaven nogtans niet zullen mogen excedeeren het monlant in gelde, 't welk daarvoor nader op vooidragl van het collegie der hout-adminislratie zal worden ge assigneert. IÓO9. H. W. DAÊNDêIS. 718 Art. '29. De hosrh-volkeren cn liuniic Imffels /uilen, builen den houtkap, van alle andere diensten, gelijk liet wegen maken, kolft] |)lanten, Iransporteeren van 'sLands goederen en wal dies meer is, zijn geëxc.useerd. Aii. 30. Aan de liosch-volkeren zal van Landswege tot mondspijs op de kapplaatscn worden verstrekt een katje rijsl daags per kop: en hel. daartoe benoodigde van dien korl door de regenten, welke het naaste van de kapplaalscu ge legen zijn, moeten worden gefoiirneert op aanvrage of van een lid der hout-administratie öf van deu hoschganger legen een behoorlijk reru, welke rijst in mindering zal kunnen dienen van hunne contingenten. Art. 31. Aan de gemelde hoschvolkeren zal jaarlijks gratis worden verstrekt de ondervolgendo hoeveelheid zoul, gerekend de koyang op 7>li ]»ikols, als: 1809. H W. DAENDELS. 719 Arl. 7)2. Geucrnlijk zullen de Oosthoeks gezaghebber imi de respective prefecten moeten defereren aan de aanvrage die hun ter verzorging van levensmiddelen, enz. voor de bosch volkeren van wegens de hout-administratie worden gedaau op de veranlwoordeiykheid van de gedachte administratie, behalve alleen in zoodanige gevallen, dat de requisilen van te veel consideratie waren en de gemelde Oosthoeks gezaghehher en prefecten, door de enonnilcil. wederhouden, moglcn oordeelen dezelve alvorens aan de decisie van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te moeien suhmitleeren. Art. .~>s. De administratie, op eenige plaats of plaatsen gelden henoodigd zijnde tot afbetaling van houtwerken, over inkoop, verdiende sleeplooneu. enz., zal daartoe aanvrage doen te Samarang, alwaar aan gemelde administratie zal worden geassigneert, uit welke kassen zij deze gelden ter goeder rekening kan ontvangen. Art. 34. De oude voet van betaling der blandongs-volkeren zal vooreerst nog worden gevolgt en aan hun hij den aan vang van hel werk de gewone vnoruilvcrslrekkiug geaccor deerl van 16 stuivers per iederen balk, die zij volgens de contingenten verpligt zijn te leveren. Art. sö. Nadien hel oogmerk dezer vooruitverslrekkingen voornamelijk is om den gemeenen man in de gelegenheid lu stellen daarvoor een inkoop van buffels te doen, in plaats der geeuen, welke gestorven of onbekwaam geraakt zijn, en dit oogmerk niet zoude worde bereikt door hem de gelden zelve in banden te geven, zal het monlant der gemelde vooruilver slrekking door het collegie van hout-administratie of liever onder baar toezicht lot den inkoop van buffels worden geëm ploLJeert en eenlijk hetgeen daarvan mogt overschieten aan de bosch-volkeren worden uitgereikt en wel zoodanig, dat zij, volgens eene te makene repartitie, allen daarin gelijkelijk deelen. Art. 36. Zoodra de contingent halken op de bestemde stapelplaatsen zullen zijn afgeleverd, zal aan de bosch-volkeren voldaan worden hetgeen hun meerder als de vooruit genolene 1808. H. W. DAENDELS. 72 teekend, op het vendukantoor te doen bezorgen of, bij nalatig heid der koopers in de afhaling hunner gekochte goederen, daarvan aan den vendunieester kennis te geven, opdat de koopers kunnen worden gelast hunne gekochte goederen af te halen. Art. 17. De vendumeester zal zorg moeten dragen, dat er geene zuren of bedorven dranken op vendutie verkocht worden, maar, zoo er een pijp of vat bier, dan wel andere dranken opgeveild en hetzelve zuur of bedorven bevonden wordt, dat bier of die dranken in zijne tegenwoordigheid laten uitstorten om alle l»edriegerijen, die daar anderzins mede zouden kunnen worden gepleegd, voor te komen en daarna de ledige fust doen verkoopen; voorts zich moeten gedragen aan desuccessivelijk genomene besluiten en geëmaneerde placaten tegen den ver koop van specerijen, ammunitie van oorlog en diergelijken. Art. 18. De vendumeester zal aan de kopers drie maanden credit geven, doch tot eene vroegere en zelfs tol eene gereede betaling kunnen verplichten de geenen, van wien hij eene borgstelling vragende voor het gekochte goed, daarvan in gebreke blijven. Art. 19. Hij zal, zoowel als de secretaris van den Raad van justitie, de secretaris van Wees- en Boedelmeesteren en de curator ad lites te Samarang, in hoedanigheid van ge qualificeerde venduhouders, generalijk hebben legaal of stil zwijgend hypoleek op de verkochte goederen, voor zoo verre dezelve bij den debiteur gevonden worden, mitsgaders pre ferentie voor alle anderen, die geen hypotecaire verbanden hebben van oudere dagtekening, als ten tijde, dat de verkopingen gehouden zijn, waaruit de pretensien der venduhouders resul teren, benevens parate executie tot zes maanden toe. Art. 20. Zes maanden na de gehouden verkoopingen zal de veudumeester aan de verkoopers moeten uitkeren het montant der voor hunne rekening verkochte goederen en, zoo zij dit direct of eerder liegeren te ontvangen, verplicht zijn ook daaraan te voldoen; in het laatste geval onder korting van een half percent 'smaands, berekend over den lijd, dat 1809. H. W. DAENDELê. 720 Itf stuivers |ier balk competeeri volgens het oude larif van betaling; deze voldoening zal direct aan de belanghebbenden geschieden door hel lid der administratie of den boschganger, waaronder zij sorteren, ingevolge behoorlijke en nauwkeurige aantekeningen en op vertooning der quitantien vun de ge executeerde aflevering. Art. ö7. Hel contingent voldaan zijnde, zal voor iedere balk of andere houtwerken, die daar boven worden geleverl, deze betaling geschieden als voor de houtwerken van het contingent. Art. 58. De administratie zal moeten zorgen, dat zij steeds een genoegzamen voorraad \an gereedschappen aanbanden hebbe, waarloe het ijzer van 'sLandswege zal worden verstrekt, om daarvan gratis uitdeeling ten gebruike van de bosch-volkeren te doen, in voege als bij art. '20 is bepaald. Art. 39. De blandongs-volkeren zullen voor zich mogen behouden den afval der gekapte hoornen en het ondeugende jalijhout, 't welk voor den Lande niet bruikbaar is, mits dooi de administratie gezorgt wordt, dat van deze concessie op geenerlei wijze misbruik wordt gemaakt. Art. 40. Aau de hlandongs-volkeren zal op denzelfden voet, als zulks bereeds voor dit jaar geaccordeert is, jaarlijks, op voordragl vau bet collegie van administratie, worden toegestaan een kleine hoeveelheid buskruit ter hunner be veiliging, voor welkers behoorlijke distributie en goed gebruik de boschgangers en de respective boschhoofden verantwoor delijk zijn. Art 41. De ridder en gecommitleerde lot de introductie der organisatie van Java's Noord-Oostkust, van Braam, be nevens de inspecteur-generaal der houthosschen worden ge chargeert met de executie van dit besluit, een ieder, voor zoover hem concerneert. Zie ook 20 September 1809 en V 6 Lentemaand 1811 19 Mei. Machtiging op de Generale Hekenkamer een boekbinder Ie r>engayceren" op eene bezoldiging van 15 rijksdaalders 's maands. 1809. H. W. DAENDELS. 721 PLAIAAT-BOEK DKRL X*. 46 19 Mei. Toekenning aan den sjahbandar en liccnlmeesler te Batavia eener jaarlijksche toelage wegens gemis van zekere inkomsten ten gevolge der voortdurende stremming in den handel. Die toelage zoude geregeld worden »in evenredigheid aan hetgeen hij <>p den eed, bij den aanvang zijner bediening aan den Lande gedaan, zal opgeven aan inkomsten genoten I e hebben". Voor het jaar 1808 werd de toelage bepaald op 5000 rijksdaalders, papieren geld. 19 Mei. Vergunning voor den eigenaar van de pasar Lebak-poeloes tweemalen 's weeks, in plaats van eenmaal, marktdag te houden. Zulks geschiedde met afwijking van het bepaalde op 9 Juli 1801. 19 Mei. Vergunning voor het collegie van diakenen te Batavia viermalen 'sjaars huis-collecle Ie doen. Tot dien datum geschiedde zulks slechts tweemalen 'sjaars. 19 Mei. Bepaling, dat de kctlinggangers te Batavia zouden staan vonder de orders en zorge" van den luitenant-kolonel der genie. Vroeger behoorden zij tot het departement van de equi page-werf. Zij moesten gebruikt worden aan 'sLands werken in het kampement Weltevreden. Een mandoer met een Iraclement van 30 rijksdaalders 's maands, «mits gekozen wordende uit de invaliden en in het lezen en schrijven genoegzaam ervaren", mocht over hen worden aangesteld. 1809 H W. DAENDELS 722 19 Mei. Intrekking van hel op 9 Maart 1809 vastge stelde reglement voor de koeli's, in dienst van den Lande. De Regering vereenigde zich met het volgende voorstel van den Gouverneur Generaal. Zijne Excellentie, na gehoord te hebhen de consideratien van administrateurs en andere personen, was te voren ge komen, dat de betaling eener vaste somme aan de admi nistrateurs om zich daarvoor steeds te voorzien van het benoodigde getal koelies, hetzij er veel of weinig werk om handen is, als nog voor het beste middel moest worden gehouden om het werk in de pakhuizen met spoed te doen verriglen en alle excuses en beroep op gebrek aan werkvolk af te snijden, waarvoor het alsdan de plicht der administrateurs zoude wezen te moeten zorgen, welke de meerdere uitgaven in drukke tijden zouden vinden gecoiupenseeil door hetgeen zij konden bezuinigen, wanneer er geen of weinig werk om handen was, en ook door het aankoopen van slaven, die zij in de pakhuizen latende werken zich alsdan daartoe beter zouden kunnen in staal stellen, proponeerende zijne Excellentie op de aangegeven gronden om, ingevolge de bepaling van het getal koelies voor de differente adminislralien, voor komende bij art. 11 van het op den 9 f " Maart jongstleden gearresteerde reglement, aan de adminislralien de navolgende sommen 's maands in gelde toe Ie staan, als: aan Onrust rd 8 187 :24 » de Waterpoort » 187 :24 » » Westzijde » 300: — » » suikerpakhuizen » 300: — » het provisie-magazijn • 187 :24 » » graan- » » 228: — » » ijzer- » » 200: — » » kleden-pakhuis » 112:24 of te zameu rd» 1700 : - waarvoor zij verpligl zullen wezen Ie zorgen, dal ten allen 1809. H. W. DAENDELS. 723 tijde het noodig getal koelies tot eene prompte en vaardige expeditie van hel werk in de pakhuizen aan handen zij, berekend het koelieloon tegen twaalf stuivers daags, doch voor de suiker-pakhuizen en het ijzer-magazijn op zestien stuivers, uilhoofde van den zwaren arbeid in die beide administratiën, ingaande met primo van de aanslaande maand Juni, en om bier mede bet voorwaards gemelde reglement in te trekken en Ie stellen builen verder etfect. 19 Mei. Vertaling van Ternale. — Inlijving van Menado en Gorontalo bij de prefectuur Ambon. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat het occuperen van Ternale aan den Lande niets als kosten veroor zaakt zonder door eenige voordeden te worden gecquivaleerd: dat ook liet bezit daarvan, in verband beschouwd met de overige etablissementen in de Moluccos en wel speciaal de specerij-eilanden Ambon en Handa, geenszins van dat nut of die noodzakelijkheid kan worden geacht om voor de aan houding te pleiten, als door zijne afgelegenheid van de beide genoemde eilanden niet geschikt om protectie aan dezelve te verleenen; en dat, ofschoon de Engelschen ook bezit namen van Ternale, 't welk niet te vermoeden is, daar hetzelve niel alleen geen producten, maar ook geen levensmiddelen oplevert, de consequentie van geen belang kan zijn, nadien de Engelschen èn door hunne overige possessieu in Indien èn door hunne volstrekte overmagt ter zee volkomen in staal zijn van elders die expeditien (e doen. welke men zoude nieenen van hun van Ternatc te wachten te hebben; overwegende, dat daarentegen Manado en (lorontalo met weinig koslen kunnen worden aangehouden en, behalve de rijst, die lot spijziging van de andere etablissementen in de groole Oost van daar kan worden gelrokken, recruleu aan den Lande kunnen leveren voor de armee, 't welk in het tegenswoordig tijdsgewricht en vooral bij bet groot gebrek aan Europesche troepen van de uiterste waarde is en waarvan 1809. H. W. DAENDELS. 724 men het beste eflect te wachten heeft, wanneer de inlander onder een verbeterd bestuur en hel genot eener billijke behandeling aan het Hollaiidsche gouvernement wordt gede voueert; heelt besloten bel gouvernement van Ternate in te trekken en Ie doen abandonneren, de forlificatien en hel geschut, 't welk niet te transporleeren of slecht mogl wezen, alsmede eenige amunilie over te laten geven aan den Koning van Ternate, als een getrouw bondgenoot, die men daardoor in staat wil stellen zich tegen zijne vijanden te kunnen verdedigen, doch daarentegen het grootste gedeelte van het buskruit, alle de vuursteenen en geweren te doen transporteeren, wijders zorgende, dal alle Europezen zich naar Anilion, Banda, Manado, Gurontalo of Java begeven, tot welke evacuatie hun nogtans den lijd van twee a drie maanden zal worden gelalen; voorts Manado en Gorontalo Ie stellen onder Ambon, met autorisatie op den prefect Wieling om daarover onder nadere approbatie op een Iraclement van rd s een honderd en vijftig, zilver geld, 's maands, aan Ie stellen een geschikt onder-prefecl, die de presumlie voor zich heeft van door eene goede behan deling en alfahilileil den inlander weder aan het gouvernement te attacheeren, waarin bij door de vorige, verkeerde directie van den laatslen onderprefect merkelijk was bekoeld, en om wijders de militaire niagt op die etablissementen na behoren te versterken, daar omtrent innemende de gedachten van den militairen commandant te Ambon. Reeds negen dagen later had Daendels berouw over zijne beslissing nopens Ternale, waarom hij op 28 Mei 1809 hel navolgende besluit teekende: Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende, dat nog vele voorname personen van gedachten zijn, dal bel syslema van monopolie der specerijen in de groole Oost zou kunnen worden volgehouden, komende dezelve gedachten hierop neder, dat door de verlating van 1809. H. W. DAENDELS. 725 Ternate, waartoe het besluit op 19 Mei jongstleden gevallen was, aan den vijand gelegenheid zoude geven om zich van deze bezitting meester Ie maken en aan onzen specerij-handel nadeel toe te brengen of dat dit nadeel van zelve het gevolg zoude worden van de opbraak eener bezitting, die alleen tot de extirpatie van het specerij-gewas op de daaronder sorlerende landen en tot restrictie dezer culture lot de provinciën van Ainboiiia en Bauda is gefourneerd en aange houden ; en overwegende, dal ofschoon de voorschrevene bedenkingen in geenen deele toereikende zijn om in hoogst deszelfs over tuiging de gronden en motiven van het besluit van den 19" Mei jongstleden tot opbraak van Ternate te verzwakken, alzoo dezelve eenlijk steunen op bet denkbeeld, dat wij, evenals bij den opkomst van onzen Oosl-Jndischen handel, in slaat zouden zijn om op den duur door middel van extirpatie, niet uilsluiting van andere Europesche natiën, den handel in specerijen exclusief voor ons te behouden, daar nochtans de zekerste berichten voor banden zijn, dat, niet alleen sedert jaren herwaarts de planten der noten en nagelboomeii naar de Franscbe bezittingen op tle kust van Gaijana en op Isle de France en Bourbon zijn overgebragt en met succes worden gecultiveerd, maar dat ook de Fugelschcn van hun laatste verblijf in de Moluccos hebbon gebruik gemaakt om duizende planten van de specerij-boomen, zoo naar Hengalen, als naar ltencoeloe te doen transportceren, met gevolg, dat de culture der noten en nagelen op beide deze etablissementen reeds tot die hoogte gebragt is en zoo wel slaagt, dat daardoor van nu af aan ons exclusief bezit van den specerij-handel als vernietigd kan worden beschouwd en er voor het vervolg legens de competiteuren, die wij in dit artikel van handel zullen ontmoeten, geen ander vooruitzicht van voordeel voor ons overblijft, dan hetgeen wij door eene zuinige en geregelde administratie en door eene hetere behandeling der producten op dezelve zullen kunnen behalen; dat echter de voor de aanhouding van Ternalen op dit 1809. H. W. DAENDELS. 726 moment nog pleitende opinie aanleiding zonde kunnen geven, dat de onmiddelijke opbraak van dat etablissement in het vervolg beschouwd wierd als de oorzaak van een veranderden staat van zaken, die men buitendien in het zekere Ter irouwd, dat zich binnen den tijd van twee a drie jaren aan hel <>ug van allen ten klaarsten zal ontwikkelen en, niet alleen het genomen besluit ten aanzien van Ternate ten vollen zal justificeren, maar ook aantoonen, dat er van Ambon en Banda geene andere voordeelen zullen zijn te trekken, dan die uil eene betere en zuiniger administratie in vergelijk van die van onze mededingers zullen afvloeijen: overwegende wijders, dat. ofschoon bel in zaken van een meer dringend belang eene zwakheid van de zijde van hel Gouvernement zoude aanduiden om aan eene in deszelfs oog ongegronde publieke opinie Ie delereren, in dit geval nochtans, waar de nadeelen geene andere zullen zijn, dan dat de kosten van het Ternataansche gouvernement, welke reeds zoo vele jaren zonder eenig voordeel zijn gedragen, met de daarop te makene vermindering nog twee of drie jaren blijven voort loopen, aan deze algerneene opinie kan worden toegegeven, ten einde daardoor het vertrouwen der ingezetenen op dit gouvernement langs hoe meer te bevestigen, in den publieken geest eenen gelijken gang te doen gaan en te doen mede werken met de maatregelen, welke tot heil en nut dezer koloniën worden daargesteld; heeft besloten het besluit van den 1!)'" Mei jongstleden, lot opbraak van Ternate genomen, te stellen buiten effect, gelijk hetzelve buiten effect gesteld wordt bij dezen, met bepaling nochtans, dat ten aanzien der huishouding en omslag op Ternale eene gelijke reductie en vermindering zal worden daarge steld, als onlangs ten aanzien van het gouvernement van Macasser is gearresteerd; met autorisatie op den Ambons prefect, C. L. Wieling, om dien ten gevolge, in den geest van bet besluit lot reductie van den omslag op Macasser, eene gelijke vermindering op Ternate te maken «n provisioneel een daartoe geschikt hoofd-officier ler zijner keuze tot civiel 1809. H. W. DAENDELS 727 en militair konimandaul op Ternate aan te stellen onder genot, boven deszelfs traclemenl, van een tafel-geld van rd* 150 zilver ter maand. 19 Mei. Ophef/ing van de vestiying te Bandjermasin. Gehoord zijnde de consideraliën van den directeur-generaal en de administrateurs-generaal van 's Konings financiën en domeinen, welke eenstemmig van gevoelen zijn, dat, niet alleen de residentie Banjermassing eene nodeloze en voor de fiinanliëu oadeelige omslag is, maar ook dat het eenigste artikel, 't welk van daar gelrokken wordt, namelijk de peper, behalve dat zij weinig getrokken is, voor den Lande een verlies geel'l van rd s 4: 44 per pikol, gerekend op eene leverantie van drie duizend pikols 'sjaars, 't welk eene aanzienlijke somma uitmaakt van rd' 14750, zilver geld; is besloten ile residentie van Banjermassing in te trekken, de civiele en militaire bediendens en de magazijnen naar Ba la via te doen transporteeren, de vesting en het niet te transporteeren zijnde geschut te verkoopen aan den Sullhan aldaar, doch het goede en vervoerbare geschut, geweren, de bosteamunitie, alle vuursleenen, enz. naar Batavia te verzenden; wordende met de executie van dit besluit belast den directeur-generaal van 's Konings finantiën en domeinen, den chef van de generale staf en den commissaris-generaal der marine, ieder, voor zooveel hem regardeert, met last om te zorgen, dat deopbrake nog staande dit saizoen geëffectueerd zij. Volgens een brief van Daendels aan de Hooge Regering van 28 October 1809 is «deze opbrake zonder eenige entraves •geëffectueerd". 19 Mei. Aanstelling run een prefect over de LampoiujHche districten. Zijn inkomen werd bepaald op 5,600 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars, en eenige, nader te bepalen emolumenten. 1809. H. W. DAENDELS. 728 19 Mei. Oprichting van een mobiel artillerie-park. Is besloten een mobil pare d'artillerie te formeeren en 10l den dienst van hetzelve af te zonderen twee kompagniën Koninklijke rijdende artillerie en twee kompagniën artillerie te voet, zullende de kompagniën, derzelver formatie en train nader worden bepaald. 22 Mei. Gelijkstelling van hel Iraclemenl van den onder majoor te Samarang mei dal van de overige onder-majoors o\> andere plaatsen. Hij kreeg dientengevolge 151:16 rijksdaalders per maand. 23 Mei. Prijs-bepaling van rijst. Is goedgevonden te bepalen, dat de rijst uit het nieuwe gewas, hij aanbreng alhier [Balavia], niet minder dan voor rd 8 100, papiere geld, de koijang van regeeringswege zal worden verkogt, lot zoo lange de agio op de zilvere munt specie blijft op de presente cours. 23 Mei. Afschaffing van het oude gebruik, volgens het ivelk een officier, voor een Raad van justitie of voor eene commissie uil zoodanigen Raad verschijnende, ver plicht was vooraf zijn zijdgeweer af te leggen. Zulks mocht alleen blijven geschieden, wanneer een officier als arrestant moest compareren 23 Mei. Oprichting van pasar's in de regentschappen Galoeh en Soekapoera. Is besloten, dat in de hoofd-negorijen der regentschappen Galoe en Soekapoera, gehoorende onder de prefecture der Cheribonsche Preanger-regentschappen, bazaars aangelegt en de voordeden daarvan door de regenten van die regentschappen en hunne bepallic's genoten zullen worden volgens een 1809. H. W. DAENDÊLS. 729 nader reglement, 't welk uiet alleen het aandeel van den regent en zijne bepaltie's in die voordeden, maar tevens het nionlant der hellingen van de ler markt gebragl wordende goederen zal bepalen: wordende de prefect op hel scherpste verboden in de winsten dier bazaars op eenigerlei manier Ie parlicipeeren, sub poene van cassatie, indien hij van de revenuen eenige uitkeering of aandeel ontvang!,, en de doodstraffe, wanneer hij, zooals te Anibon en Banda plaats gehad heeft, zich permitteert eenige geforceerde leverantien aan zich te lalen doen van pluiin-vee, vruchten, groentens of andere artikelen, die gewoonlijk op de bazaars worden gebragt. 23 Mei. Toekenning aan de regenten in de Cheribonsche Preanger-regenlschappen van '/io er geoogste padi. Is besloten, dat in de préfecture der Cheribonsche I'reanger regentschappen voor het inkomen van de regenten, evenals in de Bataviasche Preanger-lauden, voortaan zal geheven worden een tjain van iedere tien tjaincn padi, welke worden ingezameld onder den naam van tjoekee, instede van een halve tjain, die onder dezelfde benaming bevorens aldaar is ingevorderd. 29 Mei. Prijs-verklaring van een op de Engelschen veroverd schip. Deze prijs-verklaring geschiedde niet bij rechterlijk vonnis, maar bij een besluit van den Gouverneur-Generaal, evenals prijs-verklaringen van geld, dat men zouder vergunning trachtte uil te voeren, van opium, enz. 29 Mei. Instructie voor de secrelarisscn-gmental. De eerste secretaris-generaal steil do voord rag ten en com municatie» aan de hooge regeering, zoomede de brieven aan den directeur-generaal van 'sKonings finanlien en domeinen. Hij concipieert wijders de brieven en (juinden van rescriptie 1808. H. W. DAENDELS. 73 *le uilkering vroeger als hel bepaalde termijn geschiedt, boven_ het vendusalaris. Art. 21. De venduiueester zal voor de prompte afbetaling der vendu-penningen moeten zorgen, hetzij op den vervaldag, hetzij dat de kopers dezelve vroeger wenschen te ontvangen, op poene van privatie zijner olficie. Art. 23. De venduschrijver zal moeten zorgen, dat in de vendu-katerns geene verkeerde namen geschreven en ook altijd de voornamen daar bij gesteld worden, en zich niet verstouten om, ten voordeele van wie het zoude mogen wezen, de prijzen der goederen hooger of lager in de vendu-rollen bekend te stellen, dan dezelve waarlijk zijn verkocht; ook niet de geringsle verandering in die rollen maken, dan met voorkennis van den vendumeester en den verkoper, sub poene van, als schuldig aan falsiteit, na rigeur der wetten te zullen worden gestraft. Art. 23. Hem incumbeerd wijders het houden der boeken van den vendumeester en het verlenen van extracten uit de vendurollen, zoo mede het uittrekken der vendurekeningen, welke laatste door hem voor het extracteeren en door den vendumeester voor den ontvangst getekend worden. Art. 34. Hij zal, builen zijn salaris, genieten van ieder stel advertentien tot het verkopen van vaste goederen of schepen drie rijksdaalders voor elk perceel of schip: voor het verleenen van extracten uit de veudurollen van verkochte huizen en slaven een rijksdaalder voor elk extract: en voor alle andere extracten of kopij-ventlurollen, die de verkoopers zullen hegeren, zes stuivers voor iedere bladzijde, mits elk houdende twintig regels, iedere regel van zestien tot twintig letters; hehalven het zegel en opgeld, hij de ordonnantie op dat middel bepaald. Art. l'ó. De afslager zal hij het instellen of afslaan van de verkocht wordende goederen volgen het goedvinden van den verkoper, indien dezelven vermeend, dat dezelve te laag worden ingesteld of afgeslagen, en voorts, zonder aanzien van 1809. H. W. DAENDELS. 730 aan den luitenant Gouverneur Generaal, den minister en gecommitteerde lot de verdere introductie der organisatie voor Java's Noord-Oostkust, van Braam, de prefecten van Cherihon en Bantam, alsmede alle andere, civiele ambtenaren en autoritei ten op het eiland Java, gelijk de inspecteurs generaal over de houthosschen en de kollij-cullure, de com missaris-generaal der marine, het collegie van administratie der houtbosschen. Hij ontwerpt de proclamalien, placcaton en andere dergelijke stukken, welke door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal worden geëinaneerd. De eerste secretaris-generaal heelt, daartoe onder zijne speciale directie het tegenswoordig politiek bureau en is gehouden de prompte expeditie van alle stukken en bescheiden te surveilleeren. En, gelijk bij de jongste circulaire aanschrijving naar de buit én-kantoren bevolen is, dat de brieven aan de generale rekenkamer onder de papieren van de booge regeering, onder cachet volant, zullen moeten worden aangeboden, zal gemelde rekenkamer wcderkeerig verpligt zijn bare afgaande missives naar de buiten-kantoren, mede onder cachet volant, ter ex peditie te bezorgen aan het bureau van den eersten secretaris generaal. De tweede secretaris-generaal zal belast zijn met het examineeren en prepareeren van alle ontwerpen van verbetering in de finanticn, zoomede hel concipieeren van alle nieuwe plannen van organisatie, item reglementen, instructien, enz. Mij zal de correspondentie houden van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, zoo met den Minister tot de zaken van koophandel en koloniën in Holland, als met alle etablissementen van Zijne Majesteit, buiten hel eiland Java gelegen, en voorts gechargeert zijn met de beantwoording van alle brieven van Indische vorsten en grooten. Ten aanzien der vaderlandsche correspondentie zal hij, secretaris-generaal, niet alleen concipieeren en doen vervaar digen alle rapporten en missives, van wegens zijne excellentie 1809. H. W. DAENDELS. 731 den Maarschalk en Gouverneur Generaal aan den Minister van Zijne Majesteit lot de zaken van koophandel en koloniën gericht, maar bovendien belast zijn met het formeeren van een jaarlijkscb verslag en hel coucipieeren van alle missives. welke inlusschen van wegens bel ligchaam der booge regeering den welmelden Minister van Zijne Majesteit tot de zaken van koophandel en koloniën moglen worden afgevaardigd. Hij zal bovendien belast zijn met de correspondentie mei alle vreemde mogendheden en gouvernementen in Indien en eindelijk verpligl zijn zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, des gevorderd, Ie dienen van conside ratie!) en advies nopens alle zaken, den staat van Zijne Majesleils bezittingen in Indien en derzelver linantien betredende. Ten einde hij, secretaris-generaal, in voege voorschreven tol de verriglingen van alle aan denzelven gedemandeerde werk zaamheden werde in slaal gesteld, zullen alle de daartoe hij denzelven benodigde stukken ter zijner requisilie, zoo van de secretarie der hooge regeering, als van andere kantoren, aan hem worden uitgereikt. Hij zal daartoe onder zijne orders hebben een apart bureau, te zamen gesteld uit: een commies, genietende een jaarlijks traclement van rd" ... een Europeesche klerk, winnende 's maands » ... » ■ n ■ » »... drie Porlugesche klerken: een winnende, ter maand » 40 ■ » D O » ,*>() » » » » » 20 Hij het meermelde bureau zullen zijn geseponeerd en onder behoorlijke registers bewaard worden alle inkomende en af gaande, vaderlandsche papieren, zoowel het ligchaam der hooge regeering, als zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal afzonderlijk concerncrende, mitsgaders alle. afgaande en inkomende brieven van vreemde mogendheden en gouver nementen, Indische vorsten en groolen, enz. 1809. H. W. DAENDELS. 732 Alle de van de respective ltuitenkantoren inkomende brieven en papieren zullen oogenblikkelijk na derzelver afgave aan hel bureau van den tweeden secretaris-generaal worden onder zocht en nagegaan, ol' bij dezelve ook eenige poincten voor komen, welke onniiddelijk dispositie vereisschen en tol. de generale rescriptie niet kunnen worden uitgesteld- Alle de voorschreven poincl.cn zullen, zoodia mogelijk, worden samengetrokken, met onderscheiding van die genen, welke tot militaire zaken, die der marine en hooge politie behoren, en van anderen, welke, tol de civiele regeering en directie be trekking hebbende, bij het ligchaam der hooge regeering te huis hooren, om voorts door den secretaris-generaal aan zijne excellenlie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter dis positie te worden aangeboden. De aanschrijvingen, gerigt aan den directeur generaal van 'sKonings linantien en domeinen, zullen, nadat dezelve op het bureau zijn geregistreerd, terstond aan denzelven worden ter hand gesteld, niet bijvoeging van zoodanige bijlagen en ex tracten, als met voorkennis van zijne excellentie den Maar schalk en Gouverneur Generaal zullen worden geoordeeld tot de generale directie te behoren. De directeur-generaal, op de gedagte papieren zijne consi dernlien aan den Gouverneur Generaal hebbende medegedeell, doel met hoogstdeszelfs voorkennis daaromtrent de noodige voorstellen aan de hooge regeering, rigtende na de besluiten, die daaruit voortvloeijen, of na de onmiddelijke dispositien van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal het antwoord in op de bij denzelven ontvangen brieven en papieren, welk antwoord of rescriptie hij weder overbrengt op bet bureau van zijne excellenlie den Maarschalk en Gou verneur Generaal, onder cachet volant, ten einde, benevens de overige ler verzending in gereedheid gebragte papieren, ten line van expedilie Ie worden afgegeven aan hot bureau van den eersten secretaris-generaal. Na het afdoen dier zaken, welke onmiddelijke dispositie vorderen, zal de secretaris-generaal zich occupeeren met het 1809. H. W. DAENDELS. 733 I'ormeeren der poincleu, welke tot de gewoone, jaarlijksche rescriptie naar de buiten-kantoren behooren. Bij het formeeren dezer poincleu van rescriptie zal worden in acht genomen, dat ieder van dezelve werde gebragt onder dezelfde hoofddeelen en gesteld in dezelfde order, waarin zij door de ministers hij hunne respectieve aanschrijvingen zijn voorgedragen of anderzins zullen worden hevonden te behoren; en zal daarbij ten nauwkeurigste worden gelet, dat ieder dezer poincten uit de vaste en permanente orders omtrent de builen-kanloren, de besluiten der hooge regeering en de gedane aanschrijvingen van hier, zooveel mogelijk, worden geillucidcerl en geprepareerd om aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter decisie te kunnen worden voorgedragen. De gedachte poincten van rescriptie, invoege voorschreven gecolligeerd en in gereedheid gehragl, zullen door den secre taris-generaal aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter dispositie worden aangeboden en de daarop gevallen besluiten in margine van dezelve worden genoteerd, met bij voeging van alle zoodanige zaken, als hoogstgemelde zijne excel lentie zal oordeelen, dat ter gelegenheid der rescriptie naar de respectieve bui ten-kan toren behooren te worden aangeschreven. De secretaris-generaal zal zorgen, dat deze poinclen met de daarbij gevoegde clucidalien tijdig genoeg aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal worden overgegeven om, wanneer bij dezelve eenige moglen voorkomen, die, of ter decisie aan de hooge regeering voorgedragen, öf ter be antwoording aan den directeur-generaal worden gerenvoijeerd, deze decisie en beantwoording zonder vertraging der generale rescriptie kunnen worden ingewacht, om voorts bij de overige poincleu te worden gevoegd. Uit de voornoemde marginaale en verdere dispositien van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, met de daarbij gevoegde besluiten der hooge regeering, zullen voorts de generale aanschrijvingen naar ieder buiten-kantoor worden geformeerd en in gereedheid gebragl, die 1809. H. W. DAENDELS 734 voor Ambon, Bauda. Ternalen en Timor uiterlijk voor het liegiu van de maand December; voor Macasser voor liet begin van de maand Januari); » Palembang » » » » » » Julij, en die » China en Japan uiterlijk voor het begin van de maand Junlj. De rescriptien, zoodra dezelve in gereedheid gebragt zijn, zullen door den secretarisgeneraal aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ter approbatie worden aangeboden. De behandeling van alle militaire zaken, voor zooverre de builen-kanloren betreft en het doen van aanschrijvingen nopens dezelve, zal blijven op den legenwoordigen voet en zijn van het departement van den chef van den gencralen staf; met dien verstande nogtans. dat de gedachte aanschrijvingen, voor zooverre de prefecten, gezaghebbers of residenten aangaat, door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal geteekend en alle depêches van den chef van den generalen staf onder cachet volant op het bureau van den eersten secretaris-generaal ter verdere expeditie zullen moeten worden overgebragl. Ter verzekering eener prompte expeditie van de papieren, zoo naar Holland, als elders, builen deze coloniën gedestineerd, zal aan het bureau van den eersten secretaris-generaal dooi den kolonel en commandant der haven en den sabandhaar tijdige kennis worden gegeven van alle scheepsgelegenhedeu, welke zich ter verzending opdoen. De secretarissen-generaal zullen zich niet behoeven te be moeijen met het opmaken der actens van aanstellingen voor de civiele ambtenaren, maar zal ingevolge de jongste orga nisatie de zorg daarvoor blijven gedemandeerd aan den eersten gezworen klerk ter secretarie der hooge regeering, aan wien ten dien einde van alle aanstellingen, die onmiddelijk door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal ge schieden, tijdig moet worden kennis gegeven. Gemelde eerste gezworen klerk zal daarentegen zorgen, 1809 H. W. DAENDELS. 735 zoowel als de secretaris der hooge regeering, dat alle pa pieren, die zij te verzenden hebben, in tijds ter expeditie worden overgebragt op het bureau van den eersten secretaris-generaal. Zie ook 9 Augustus 1809. 1 .luiiij. Maatregelen in hel belang van de generale rekenkamer en van het innen van prelensièn ten Ih;- hoeve van den Lande. Is goedgevonden: primo: den ontvanger-generaal der domeinen en den eersten suppoost van het generale direclie-kantoor te gelasten 's maan delijks aan de generale rekenkamer over Ie geeven een extract uit hunne kassa- en conlra-kassa-hoeken, met speci lique opgave tevens van alle in ieder maand nog onvoldaan en aglerslallig gehlevene pachlpenningen en ordonnantiën, volgens de door hun gehouden confrontatie; en secundo: den advocaat-fiscaal van Indië Ie autoriseeren en, voor zooveel des noods, te gelasten om alle zoodanige debiteuren, als hem door de generale rekenkamer wehneld zullen worden opgegeven in betaling ten agteren te zijn, op grond van zoodanige opgave onmiddelijk lot de voldoening te constringeeren, zonder daartoe met de nadere of speciale bevelen van deze regeering gemunieerd te worden. 1 Junij. Toekenning aan den Iterkeraad der hervormde gemeente te Batavia van 5 rijksdaalders 's jaars voor boekbinders-loon. 1 Junij. Bepaling, dal de kerk-gercchligheid op het begraven van lijfeigenen door den koster in koperen munt geheven en verantwoord zoude tvorden. 1 Junij. Bepaling, dat de afscheep van specerijen moest geschieden door de administrateurs, ten overslaan van de administrateurs-generaal. Vroeger werden voor dien afscheep speciale gecommitteerden benoemd. 1809 H. W. DAENDELS. 736 1 Junij. Slaking der verstrekking van azijn aan zieke si ii ven. Zulks Avas een gevolg van «de groolc veranderingen, die »dil vak [geneeskunde] heeft ondergaan". 1 Junij. Bepaling, dal aan elk keltinggangcr, boven zijn rantsoen, maandelijks 10 stuivers voor kost ■penningen zoudm worden uitbetaald. Onwellig w.is zulks reeds gedaan en Daendels oordeelde liet »een hardigheid dit faveur aan deze nienschen te ontnemen". 1 Junij. Staking der uitbetaling van Mok- en sluil-geld aan cipiers en hunne substituten. Vermits zij «door den Lande gesalarieert" werden, hadden zij geen recht «voor ordinaire diensten extra-betaling te «vorderen". 1 Juni). Afschaffing van het verstrekken van rantsoenen of geld aan ambtenaren, die in dienst van Batavia naar eenige andere plaats gezonden werden. Door de veranderde omstandigheden kwam dit, volgens Daendels, «niet meer te pas". -ji- Junij. Wijziging van het bepaalde op ~ Augustus 1(357 nopens het aangeven van gekwetste personen. Is goedgevonden en verslaan, in stede van de bij placcaat van den 7" 1 Augustus 1637 gestelde boete van rd s 28 op hel verbinden van gekwetsten, zonder dat daarvan dadelijk aan de justitie worde kennis gegeven, dezelve als nu te bepalen op rd s UO voor de eerste en tweede reise, te verbeuren door chirurgijns in diensl van deu Lande en ook particuliere, lot dat vak geadmilteerd, doch op rd s 25 voor die geenen, welke 1809. H. W. DAENDELS. 737 PLAKAAT-BOKS DRKL XV. 47 niel als chirurgijns zijn gequalificeerd, en arbitraire correctie voor een derde verzuim, hetwelk zal worden aangetoond door een zoodanige, welke een gekwetste verbind en daarvan geene dadelijke kennis geefl aan deu officier, onder wiens jurisdictie hij sorteerd, te zijn begaan; met dien verstande echter, dat zulks zich zal bepalen tot die genen, die binnen de posten der stad of de jurisdictie van den bailluw domicilieeren en dat door die geenen, die in de jurisdictie van den drossaard der Bataviasche ommelanden woonen, op gelijke poenalileilen dadelijk znl moeten worden kennis gegeven aan de mandadoors der naastbij gelegene canipongs, die daarvan len spoedigsten rapport zullen moeten doen aan den drossaard of den nabij gelegen schout, op verbeurte van een gelijke straf voor ieder maal. dat zij zullen overtuigd worden hierin nalatig te zijn geweest. ~ Junij. Voorschrift nopens het bevaarbaar maken van rivieren, sloolen en publieke waterleidingen. Is goedgevonden en verstaan : Ten eerslen: enz.; Ten tweeden : de gemeente bij billet te waarschouwen, dat allen en een iegelijk, die met zijne landen en tuinen aan rivieren, sloten of gemeene water-leidingen belend, voor zoo verre zijn terrein zich uitstrekt, dezelven binnen den lijd van vier maanden na de publicatie van alle ruiglens, struiken en booinen zal moeten opruimen en, zooveel doenlijk, bevaarbaar maken, mitsgaders de eigenaren der landen, waarop de hoornen zoo na aan de rivieren slaan, dat zij gevaar loopen van daar in te storten, dezelve zulleu hebben om te hakken en daar ter plaatze, waar nog geen zware hoornen geplant zijn, dezelve niet zullen mogen worden aangeplant, als op eene distantie van drie roeden van de rivier af, op poene, dat degene, die daarin nalatig wordt bevonden bij de schouwing van Schepenen, zal verbeuren eeue amende van rd 8 25 voor de eerste maal en rd' 100 bij moedwillige nalatigheid voor ieder, en dat 1809. H. W. DAENDELS. 738 daarenboven hel in orde brengen voor rekening van den nalatige door liet collegie /.al worden aanbesteed. Ten derden : alsnog de instructie nopens de bandongans voor wijkmeesteren, geinsereerd ler resolutie van liet ontbonden collegie van Heem raden van den 27 en Februarij 1712 en van den navolgenden inhoud: De ordinaire huurt- of wijkineeslers zullen hij eene distincle notitie jaarlijks opgeven : Art. t. Hoeveel bandongans of waterschultingen in ieder wijk gevonden werden. Art. 2. Wie daarvan eigenaars zijn. Art. 5. Of dezelve van houtwerken, dan alleen van klei en aarde zijn gemaakt. Art. 4. Wanneer en hoedanig de eigenaars dier bandongans qualificatie hiertoe hebben ontvangen of in het geheel niet. Art. 5. Hoeveel roede zaaijland door ieder bandongang moet besproeid worden. Art. G. Wijders, welke en hoedanige bandongans na haar gevoelen zouden kunnen worden uitgespaard en door buren werden geholpen; in de Hollandsche en Maleitsche talen te doen annexeeren aan de gedrukte exemplaren van de inslructien voordewijk meesters van den 16" October 1685 en 4 23 C" Julij 1(J86. -i- Junij. » Ménage in den omslag 10l hel vigilceren Diegen den smokkelhandel". Is goedgevonden en verstaan : 1° de tot nu toe bij den advocaat-liscaal aangehouden schuit als nutteloos af te schaden en de daaraan geimpendeerde ongelden te doen cesseeren: 2° almede buiten onderhoud te stellen de twee kruisprauwen van den Lande, nevens de daarop geëmploijeerde personen, welke bij den water-fiscaal zijn in dienst geweest: 3° daar en tegen, als meer geschikt tol het wakeD tegen den smokkelhandel, ten behoeven van den waler-lisranl 1809. H. W. DAENDELS. 739 rloor den Lande te doen aanmaken öf approprieèren drie prauwen kolleks of kleine prauw maijang, ter groote van een hall" last, in derzelver midden gemonteerd met een t'(';n-ponder draaibas dan wel met Iwee a vier donder hussen op stoelen en bemand met vier koppen a rd" 8 ieder, of voor de drie vaartuigen rd' 96 ter maand: 4° te blijven aanhouden twee schuiten, als een voor den water-fiscaal om in persoon de rliede te kunnen visiteeren en een voor deszelfs substituut om des fiscaals bevelen Ie execuleeren, de eerste bemand met een juragang a rd' 8 en tien roeijers a 6 ieder of 60 ter maand en de tweede, zijnde een jol voor den substituut, met een joeroemoedi a rd* 8 en vier gemeene a rd* 6 of 24 ler maand; 5" liet gelal kalïers bij den water-fiscaal, uithoofde van de noodzakelijkheid, dat derzelver getal in twee ploegen worden verdeeld, van zestien tol vier en twintig te ver meerderen ; 6° met renovatie der placcaten en publicatien dezer regeering van den g April 1796, -£- Juli 1801, -} September 1802, 25 en April en -4f Mei 1806 nopens den clandestinen uit voer van goud en zilver, zoo gemunt als ongemunt, geëmaneerd, nader te slatueeren, dat alle schuiten en andere vaartuigen, van welke plaatsen ook, boven, bij of beneden de Boom afvarende, waarin niet werkelijk de kolonel en kommandant der haven, een der fiscaals of de sabandhaar en licentmeesler zich bevinde, zich zullen moeten submitteeren aan eene nauwkeurige visitatie aan de Boom, zoodat geen substituut of ander officieel bediende uit kragle van zijn ambt, zooals bevorens, naar de rhede zal mogen vertrekken zonder alvorens gevisi teerd te zijn: 7° den sabandhaar en Licenlmeesler te qualificeeren om, bij aldien hij ter uitvoering van eenige comrnissien zich naar de rhede moet begeven, gebruik te maken van de schuit van den water-fiscaal of zoo dezelve in dienst inogt zijn, 1808. H. W. DAENDELS. 74 personen, nn waarheid opgeven de namen van de geenen, door welke de opgeveilde goederen gemijnd zijn: ook in geeneu deele ten faveure van iemand de prijzen der gemijnde hooger of lager opgeven, als zij waarlijk zijn ver kocht, sub poene van met privatie zijner bediening te zullen worden gestraft. Art. 20. Hij zal voor eigen rekening moeten leveren en onderhouden de vendu-tafel, het zeil en hekken en voor het fourneren daarvan in rekening mogen brengen rd- 5:16 bij iedere nieuwe verkooping; doch dezelfde veudutie meer iils een dag continuerende, niet meer als een rijksdaalder voor eiken dag daar boven. Ar(. 11. Nog zal hij voor het affigeren der billelten wegens het verkoopen van vaste goederen en schepen mogen decla reren een rijksdaalder voor ieder perceel of schip. Art. 28. De vendumeesler zal de stipte nakoming van hel voorbeschrevene omtrend den venduschrijver en vendu afslager surveilleren en niet toelaten, dat door hun meerder in rekening wordt gebragt, als aan dezelve wettiglijk is toegestaan. Art. 29. De veiiduineester, venduschrijver en vendu-afslager zullen bij de aanvaarding van hunne ambten doen den na volgenden Eed. Ik beloof en zweer Zijne .Majesteit den Koning als mijnen hoogen eu doorluchligen souverairi, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gebouw en getrouw te wezen, hel ambt van vendameester, venduschrijver en vendu afslager met alle naarstigheid oprechtelljk te bedienen volgens de instructie, voorjdie bediening gearresteerd, en mij voorts in allen opzigte zoodanig te gedragen als een vroom vendu nieesler, venduschrijver en vendu-afslager toestaat en betaamt. 30 Julij. Voorschrift nopens de berekening van agio op zilveren geld. Bij missive van dezen dn tuin gal' Daendels aan den Luil. 1809. H. W. DAENDELS. 740 totdat einde eene schuit van de werf te vragen, welke aldaar evenals tol andere eindens wordt gereed gehouden ; en 8° voortaan alleen aan te houden : drie prauwen kolleks, één zeil- of roeijsclmit en één jol voor den substituut van den water-fiskaal en daarop te laten dienst doen, als op drie prauwen kolleks, ieder 4 koppen of 12 in 't geheel, a rd s 8 per maand.... rd* '.>6 de zeil of roeijsclmit, een juragan a rd* 8 per maand, tien roeijgangers a rd* 6, 60 per maand.. » 68 de jol voor den substituut, een joeroemoedi, a rd" 8 per maand, vier gemeene a rd' 6 per maand, rd' 24. » 52 en wijders aan den water-liscaal voor ongeldeu toe te leggen als : aan provisien, 's maandelijks, gecalculeerd op 28 koppen ;'i rd s 4: 24 ieder » 126 en voor het onderhouden van voornoemde vaar tuigen, mede calculaliel' berekend, 's maauds, 0p... » ;•<) te zamen, 's maands rd* 372 of 'sjaars » 4464 Junij. Maatregel legen heimelijken uilvoer van con tanten. Nademaal het ons noodzakelijk is te voren gekomen, dat tot legengang van den clandestienen uitvoer van contanten eenige nadere bepalingen worden gemaakt; zoo is hel, dat wij op den eersten dezer in Rade van Indien goedgevonden hebhen, mei renovatie der bevorens daartegen geëmaneerde orders, nader te statueeren, zooals gestatueerd wordt bij dezen; dat alle schuiten en andere vaartuigen, van welke plaatsen ook, boven, bij of beneden de boom afvarende, en waarin niet dadelijk een juslitieele commissie, de kolonel en kom mandant der haven, een der fiscaals of de sabaudhaar en licentmeesler zich bevind, zich zullen moeten subinitteeren 1809. H W. DAENDELS 741 aas ceiie nauwkeurige visitatie aan de boom; zoo dat het aan geen substituut o!' ander justitieel l)edienden zal zijn geoorloofd om uil kragte van zijn amM. zooals bevorens heeft plaats gevonden, naar de rhede te vertrekken zonder zich aan voorschreven visitatie ie hebben onderworpen. 2 Juni]. Aanleekening, dat volgen» Javaansche wetten en gebruiken gecne poesaka's »o/ cieraden van hel regentschap" voor schuld konden worden verbonden. 2 Juiiij. Voorloopige rei/ding van hel Iraclernenl van den prefect Ie Bantam. Dit tractement werd bepaald op 8,000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaais, nevens het genot van zoodanige voordcelen, als nader zouden worden bepaald, «met afschaffing van alle «zoodanige, indirecte winsten, als legens de inriglingen, onlangs »i|i Java gemaakt, en de daarbij bepaalde behandeling van »den inlander zouden strijden". 5 Junij. Inlijving van hel gewezen regentschap Wiradesa bij dal van Pekahngan. In overweging genomen zijnde de lijsten der dessa's bevol king en der bevvatenle rijst-velden, zoowel van het gemor tificeerde regentschap Wiradessa, als van dat gedeelte van Paccalongang, hetwelk als een equivalent daarvoor aan het regentschap Batang zoude worden afgestaan, en daarbij ge bleken zijnde, dat, hoe zeer liatang daarbij bevoordeelt wordt met 68ü vermogende huisgezinnen, welke rd s Sp" 660:1:8 meerder belalen dan het getal van Wiradessa in bet door dezelve opgebragt werdeude hoofdgeld, daartegcns echter opweegt de 221'/« jonken rijstveld, welke Wiradessa meerder aan Paccalongang aanbrengt, dan door dezelve aan lï: > t;i afgestaan werden, welke, legens de iutrinsieque waarde van nl Sp" o per jonk berekend, uitmaken een monlanl van rd' Sp' ü63 3 / 4 en dus ruim de voormelde rd" 660:1:8 balan ceureu; 1809. H. W. DAENDELS. 742 en al verder overwegende, dal, hoezeer Batang daarbij ook met 685 vermogende huisgezinnen bevoordeeld wordl boven die van Wiradessa, daarbij in aanmerking dient genomen te worden, dat Paccalongang daarentegen weder 4475 vermo gende huisgezinnen van Wiradessa ontvangt, terwijl deze daarentegen maar 3842 dusdanige aan Batang afstaat, waarvan de regent van Paccalongang door een goede directie mettertijd een goede partij trekken kan; is besloten, dat het voormalige regentschap Wiradessa, alsnu hij dat van Paccalongang gevoegd, voortaan onder het regentschap van Paccalongang zal begrepen worden, terwijl daarenlegeu aan het Oostelijke gedeelte van het regentschap Paccalongang zoodanige dessa's hij het regentschap van Balang zullen worden gevoegd, als op de hier annexe lijst (') vermeld staan en blijken te bevatten de daarbij opgegevenc 2452 vermogende huisgezinnen en 1228 jonken rijst-land en waar door de grensscheiding van het regentschap Batang alsnu zal geformeerd worden door de Westelijkste limiten van de dessa's: Dinasrie Wono Troeno, » Padaharan, Dikoro Noijo, Soerantakan, Karang Malang Makie, o Pro ij o, • Loemie, Wono Salam Garang, ■ Djatag, » Djannie, Lekoor Kramoe, Kaboejoellau Singkim, » Proijo Troeno. Wiro Warie Djonollo, Pagandan Nollo Patli, (') Deze lyst is niet aaugetiuflen. 1809. H. W. DAENDELS. 743 Poetjang Singo Merto, Kali Salak, Pakembangan, Wono Sarie Noijo Troeno, Sambang Poetro Wongso, Wielo Noijo Prono, Ginding Kaleutaug, » Toengo Kwarang, Lekor Tjole Gomo, Djoemblangan SiDgo Nollo, » Prono Djiwo, Baloenda Proijo Wongso; gerekend van de Noordelijkste dessa, genaamd Dinasrie Wono Troeno, gelegen aan de Oostkant van de rivier Baros, welk riviertje de groote heereweg van Batang na Paccalongang circa 2ü a 50 roeden bevveslen paal 61 doorsnijd, of tot aan de Zuidelijkste dessa, genaamd Baloendo Proijo Wongso, gelegen aan de Oostkant van het riviertje Welo. 5 Junij. Vcrhooyiiiy van hel truclemenl der inlandsche officieren bij de lijdende artillerie. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in consideratie genomen hebbende, dat de inlandsche officieren van de rijdende artillerie door bet onderhouden van paarden en inonlering-stukken meerdere depenses dan de iulandscbe officieren bij de artillerie te voet en infanterie te doen hebben; heeft besloten hun tractement te verhogen met rd 8 15 per maand, zoodat de eerste luitenants zullen genieten, in stede van rd' 40, rd s 5ö en de luitenants, in stede van rd 8 50, rd* 45 per maand. En, daar de uitbetaling dezer verhooging ook bereeds sedert de maand Juni 1808 te Samarang in werking gebragL is zonder echter door een besluit bekragligd te zijn, heelt hoogsl dezelve mede goedgevonden deze verhooging sedert dien lijd goed Ie keureu. 1809. H. W. DAENDELS. 744 3 Junij. Tarief voor de betalinij van paarden en koeli's, aan reizigers verstrekt. Is besloten de betaling van de battoors en paarden, welke aan ambtenaren, die permissie hebben om over land te reizen, in sommige speciale gevallen boven de bepaling worden toege staan of ook wel aan particuliere personen, de voorschreven permissie obtinerende, worden geaccordeert, te regelen, als volgt: voor een heeren rij-paard of zoogenaamde koeda aloes vijl stuivers, zilver geld, per paard of vijftien stuivers per ieder uur gaans ; voor een paard voor de bediendens of koeda gladdak een en een lialve stuiver, zilver geld, per paal of vier en een halve stuiver per ieder uur gaans: en eindelijk voor iedere balloor een halve stuiver per paal of zes duiten per elk uur gaans. En zal hiervan worden kennis gegeven aan den ridder en gecommitteerde tol de verdere introductie der organisatie van Java's Noord-Oostkust, van Braam, aau den prefect der Jaccalrasche en Prcanger bovenlanden en aan de prefecten van Oheribon en de Cheribonsche Preanger-regentschappen; met last, respeclive, om een ieder in zijn ressort de voor schreven bepaling door affixie van hilleUcu aau een iegelijk ler kennisse te brengen. 5 Junij Oprichting ie Batavia van een hospitaal voor gouvernement» lijfeigenen m ketlinggangers. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, iu aanmerking hebbende genomen het gering getal gou vernements lijfeigeueu en kettinggangers, welke thans ten dienste van hel gouvernement worden geëmploijeerd; besluil om de houten lools, welke lot het verplegen der gouverneineiils slaven in hel hospitaal op Weltevreden is ingcrigl, op de menageuste wijs met het hout uit den af braak van oude, gesloopt wordende gouvernements gebouwen 1809 H. W DAENDELS 745 in tweeën Ie doen afscheiden, te repareeren en Ie doen aji proprieeren ter verpleging der zieke gou vernemen Is lijfeigeuen en kettinggangers. (i Junij. Opdracht op den drossaard der Bataviasche ommelanden, van hel opper-toezichl over de tolheffing op de pasar s in die ommelanden, voor zoo vele deze gelegen waren builen het rechtsgebied van hel collegie van Schepenen. Zulks geschiedde met wijziging van art. 22 der instructie voor het collegie van Schepenen (13 Maart 180fl) ter voor koming van geschillen over de » judicaturc" * lusschen dat collegie en den drossaard. 6 Junij. Publieke verkoop van de gebouwen, enz., bc- Itoorende tot de post, de Kwal. 6 Junij. Gelijkstelling van hel opvat-loon voor gedeser teerde zeevarenden en lunds-slaven aan dat voor militaire deserteurs. Op S Oclober 1800 is het vorenstaande »gcëxtendeerd" tol gevluchte keltingangers. 6 Junij. Intrekking van de smids- en kuipers-winkel te Batavia. Voortaan zoude hij wege van aanbesteding het henoodigde aangeschaft worden. 9 Junij. Reglement voor de administratie der artillerie en wapenkamer Ie Batavia. Art. 1. Erjzal te Balavia zijn een kapitein-commies der magazijnen, welkers toczigt eu werkzaamheden zich zullen uitstrekken over alle artillerie-, wapenkamer- eu lununitie 1809. H. W. DAENDELS. 746 goederen te.Batavia, in de forten rondom hetzelve en tot Cheribon en liet Bantamsche inclusive. Art. 2. Zijne werkzaamheden zullen zijn te verantwoorden en te onderhouden alles, wat lot de artillerie-, wapenkamer- en ninunilie-goederen behoort; <>|> de forten en halterijen in en huilen Batavia zal hij zig door de aldaar leggende officieren en van de veld-artillerie door den commandant der mobile artillerie eeiie exacte inventaris en maandelijks een berigt van den staat der artillerie-, amunitie- en magazijn-goederen laten geven, waarna hij dezelve bij zijne hoeken zal inneemen ; en met welke beriglen hij zig verantwoorden zal. Art. 5. Tot onderhoud en conservatie der goederen, onder zijne directe administratie gesteld, zal hij, kapitein-commies, zorgen, dat de ijzcre kanons, mortieren, bomben, enz., zoodra dezelve, ingevolge besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van den &"> dezer, zullen zijn ver plaatst, van het roest werden gezuiverd ; dat daartoe de noodige instrumenten, voor zoover dezelve niet aanbanden zijn, werden aangemaakt; dat voorts al liet ijzer geschut behoorlijk met olie werde ingewreven, de ali'utage met een mengsel van djarak-olie en gebrande rotting aangestreken en dat vervolgens van drie maanden tot drie maanden alle goederen werden nagezien, gezuiverd en, zoo dikwerf noodig, met olie bestreken. Art. 4. Zoodra er eenige hoeveelheid onbekwame goederen bijeen vergaderd zal zijn, zal de kapitein-commies verplicht zijn bij den commandant der divisie te verzoeken omeene commissie van artillerie officieren lot visitatie van dezelve, welk verzoek door den commandant der divisie zal worden gesteld in handen van den commandant der artillerie, mei last de voorschreven commissie Ie benoemen onder zijne surveillance. Hel schriftelijk rapport van welke commissie door den commandant der artillerie wederom overgebragl zijnde aan den chef der divisie, zal hetzelve door laalslgemelden aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal worden aangeboden ler verdere dispositie. 1809. H. W. DAENDELS. 747 Art. 5. Alle zes maanden zal de commandant der artillerie cene generale inspectie doen over alles, wat tot de artillerie behoord, en van zijne bevinding rapport doen aan het bureau van genie, artillerie en militaire mouvementen. Art. 6. In zijne werkzaamheden zal de kapitein-commies independent zijn van den commandant der artillerie en uit dien hoofde ook personeel voor zijne administratie verant woordelijk zijn; doch zal gemelde commandant het regt van inspectie daarover hebben en de commies verpligt zijn hei» den toegang lot alles, zijne administratie betreffende, en alle de gevraagde elucidatiën te geven ten einde na bevinding van zaken de rapporten of voorstellen daarover aan zijne excellentie den Maarschalk *a Gouverneur Generaal te kunnen doen. Art. 7. Hel vervaardigen van gevulde of scherpe kardoesen, ernst en andere vuurwerken in hol laboratorium moetende geschieden, zal de commies daarmede niets anders Ie doen hebben als dezelve na de aanmaking in hel magazijn hij zijne boeken in te nemen en vervolgens de behoorlijke zorge voor derzelver onderhoud te dragen. Art. 8. De commies zal de boeken dei' artillerie zoodanig inrichten, als bij besluit van zijne excellentie den Maarschalk (.n Gouverneur Generaal van den 21'" December 1808 is bepaald, en maandelijks een opgave van zijne restanten inzenden aan 't bureau van genie, artillerie en militaire mouvementen. Arl. 9. Uilgenomen op directe order van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, den commandant der divisie van Batavia en den chef van deu generalen slaf, zal de kapitein-commies gceuc verstrekkingen of aanmakingen van goederen mogen doen, van wal natuur dezelve ook nioglen wezen. Art. 10. Boven het tegenwoordige getal van vier zullen voortaan geene prauwen of zoogenaamde Ijunia's ten dienste der artillerie worden aangehouden, doch in cas van beuoodigd beid van dezelve tol transport van artillerie goederen of anderzius zal daartoe door den kapitein commies de aanvrage aan deu 1809. H. W. DAENDELS. 748 commandeerenden officier worden gedaan, niet specificatie, waartoe en voor hoe lang dezelve worden gerequireerd ; en zal de commies alsdan, na bekomen fiat van den comman deerenden officier der marine, deze prauwen kunnen requirecren van de epuipagewerl' legens afgave der gefiatteerde ordon nantie, welke tot verantwoording der gedane verstrekking aldaar zal blijven geseponeerd; en van alle welke requisiten, voor en al eer dezelve worden ten uilvoer gebragt, mede zal worden kennis gegeven aan den directeur-generaal van 's Konings Bnantiên en domeinen. Art. 11. Alle afschepen van artillerie- en administratie goederen naar Java, de Moluccos, elc. zullen geschieden in presentie van twee, daartoe door den commandant der divisie benoemde officieren, waaronder ten minste een kapitein der artillerie, die aan gemelde» commandant een schriftelijk rapport zullen indienen van den staal, in welke deze goederen zijn afgescheept. Art. 12. Wanneer daarentegen eene quantiteit artillerie of amunitie-goederen van elders word aangebragt en de staat, waarin zij zich bevinden, niet overeenkomt niet die, welke in de geleidebrief, factuur of anderzins vermeld staat, zal de commies dezelve niet mogen ontvangen als na daarvan aan den commandeerenden ollicier rapporl gedaan te hebben, die alsdan twee officieren der artillerie zal commilfeeren om den staat van deze goederen te verifieeren en daarvan schrif telijk aan hem rapport te doen, van welk rapport mede een afschrift als voren aan den directeur-generaal van 's Konings finantiën en domeinen zal worden overgelegd. Art. 13. Alle tarieven nopens Ie doene verstrekkingen en gepermitteerde afschrijvingen worden luj dezen verklaard Ie zijn vervallen, zullende voortaan bij aanmaking of reparatie van goederen geene andere spillagiën of afschrijvingen worden gevalideerd, dan voor hetgeen werkelijk verbruikt of verspilt is; en zullen len dien einde bij aanmakingen of reparalien van eenig belang de benoodigde materialen en ijzerwerken daartoe worden verstrekt ten overstaan van twee gecom- 1809. H. W. DAENDELS. 749 milleerde officieren der artillerie, door den commandant dei divisie daartoe te benoemen, en ten overstaan van dezelfde commissie wederom worden vertoond en ter schale gelegd, nadat dezelve bewerkt en gereed zijn om in elkander te worden gezet, wanneer na de bevinding dezer commissie de afscbrijving der geledene spillage en verbruikte materialen door den kapitein-commies bij de boeken zal worden gedaan op grond van een rapport der voormelde gecommitteerden, gefiatteerd door den commandant der divisie, waarvan bet dubbeld onder den commies lot zijn verantwoording zal blijven berusten en nevens zijne boeken tol justificatie aan de generale rekenkamer worden overgelegd. Art. 14. Met intrekking van den post van boekhouder bij de artillerie zal de commies zelve voortaan verpligt zijn zijne boeken volgens de nieuwe wijze te houden; doch word) aan denzelven toegestaan voor het noodige schrijfwerk in zijne administratie een klerk op een tractement van rd' laglig smaands. Art. 15. Het personeel in deze administratie en de trac lementen, aan bun toegestaan, zullen bepaald zijn, als volgt: 1 kapitein-commies per maand rd s 450 1 schrijver of klerk » » » 80 1 Europeesch bombardier » » » 40 » n » » n ,")() 2 inlandsche christenen, ieder » » 16 voor hel onderhoud der artillerie-goederen : 2 smits, ieder rd 8 30 4 timmerlieden, ieder » 30 hel kostende van 2Y> Chineesche coelies, ieder legens » 10 en voorts tol het repareeren van balancen, brand spuiten, het maken van sloten, welk werk bij aanbesteding aan de Chinezen niet kan worden toevertrouwd: 3 a 4 inlandsche christenen en ."> a 4 lijfeigenen, welke thans op de werf dienst doen. Verders zullen de '1 Europcesche bomhardiers en de in- 1808. H. W. DAENDELS. 75 Gouv. Oen. te kennen, dat het beter was »de agio te bepalen »op den waren cours onder de gemeente, als boven de be »paling betalingen te doen". 50 Julij. Intrekking der verstrekking van geld aan zee varenden en militairen in plaats van rantsoenen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal in aanmerking genomen hebbende, dat de gewoonte, alhier Ie lande wordende gevolgd, om aan de gemeene zeevarenden en militairen, wanneer eenigc der voor bun bepaalde randsoenen niet aan banden zijn, daarvoor geld Ie verstrekken, niet alleen strijdig is legen de goede orde en het gebruik in Holland, maar ook aanleiding kan geven lot vele misbruiken, besluit in te trekken en op poene van vergoeding te verbieden alle verstrekkingen in geld voor randsoenen ten behoeve van gemeene zeevarenden en militairen, welke door gebrek niet in natura kunnen worden gefourneerd. 30 Julij. Leger-order nopens desertie van inlandsche militairen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende, hoe alle zagte en persuasive middelen, tot lieeden toe gebruikt om de desertien onder de inlandsche mili tairen tegen te gaan, zijn vrugteloos geweesl, en uit overweging der noodzakelijkheid om het verder voortduren daarvan kracht dadig Ie beletten, gebragt zijnde in de onvermijdelijke ver pligting meer ernstige en strengere maatregelen in bet werk te stellen, heeft besloten vast te slelleu, gelijk wordt vastgesteld bij dezen, dat elk inlandsch militair, welke voortaan zijn regi ment of corps op eene trouweloze wijze zal hebben verlaten, wederom leruggebragt, zal worden gestraft met een ketliug slag voor ses achtereenvolgende jarea,fom zodanig voor de kost, zonder loon, aan de publieke werken Le arbeiden. Wordende alle militaire chefs en commandanten bij deeze op hel ernstigste gelast drie dagen agtereen de bovenstaande 1809. H. W DAENDELS. 750 landsche christenen genieten 40 ffi rijst, de eerstgemelden 3 kan en de laatstgemelden 1 kan arak, 3 ie zout en 2 kan klapperolij, ieder, 's maandelijks. Art. 16. De jaarlijksche verstrekkingen aan den kapitein commies worden bepaald als volgt: 4 riemen klein formaat papier, 4 bossen penne-schaften, 50 kannen lamp- of klapperolij voor de smilswerken, 3 vaten Javasche talk tot onderhoud der affuit-assen, 1000 kannen teer of bij gebrek daaraan djarak-olij tot smeering der afl'utage, 2 maal 'sjaars. '/ 4 vat harpuis 10l het soldeeren der blikken gereedschappen, het inwendig voorzien van honihen, grenalen, etc. 24 verfkwasten, 24 rotting-manden in sooil, 12 bossen bezems voor hel magazijn. Alle vorige reglementen, tarieven en bepalingen betrek kelijk de artillerie worden hiermede voor vervallen verklaard, reserverende zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal aan zich om hierin zoodanige alteratie enamplialie te maken, als zal worden bevonden te behoren. 9 Junij. Reglement voor hel atelier van reparatie. Art. 1. Het personeel in liet atelier van reparatie zal voortaan bepaald zijn, als volgt: 1 baas op een maandelijks tractement van rd* 100 1 schrijver dito ■ 40 2 Europesche geweermakers,iedere4srd« 'smaands ■ 50 3 iulandsche christenen al 5 rd* ieder » 45 16 inlandsche geweermakers a 12 rd" ieder » 192 4 schaflenmakers a 12 rd* ieder » 48 3 koperslagers • » » » » 36 3 ledervverkers » » * » » 36 33 koppen in het geheel, kostende 's maands .... rd s 537 De twee Europeesche en drie inlandsche christenen zullen 1809. H. W. DAENDELS 751 daarbij gemeten 40 h? rijst, de eerstgemelde drie kannen en de laatstgemelde een kan arak en Iwee kannen olij, ieder, maandelijks. Art. 2. Do schrijver /al voortaan, in plaats van een boek houder, onder toezicht en directie van den haas, de boeken houden; de haas-opzichter van hel atelier doet dagelijks rapport van zijne verriglingen van den vorigen dag aan den commandant van de artillerie en deze wekelijks aan den chef der divisie, die wederom maandelijks van dezelfde verrii;- titigen een rapport indient aan het bureau van genie, artillerie en militaire mouvementen. Art. 3. Het atelier van reparatie zal slaan onder de inspectie van den commandant der artillerie, die gehouden zal zijn voor de goede orde en de behoorlijke naarkoming van dit reglement te zorgen. Art. 4. De wapenen der corpsen, welke, hier in garnisoen zijnde, ter reparatie aan het atelier worden afgegeven, zullen voortaan niet meer bij de boeken van de wapenkamer worden ingenomen, inaar op een afzonderlijk boek bekend gesteld worden, zoodat tusschen deze wapenen en die, welke in de wapenkamer behooreu, geene confusie kan ontslaan. Art. il. Alle wapenen, welke door de corpsen ter reparatie worden gegeven, zullen een briefje op de kolf vastgehecht hebben, op welke hunne defecten bekend gesteld zijn: de baas blijft verantwoordelijk, dat deze briefjes gedurende de reparatie er niet afgenomen worden. Art. ti. Wanneer zoodanig wapenstuk weder terug ge haald wordt, zal de geene, die daarmede gechargeert is, de briefjes moeten nazien en zich moeten overtuigen, dat de daarop vermelde defecten waarlijk en geheel en al afgeholpen zijn, terwijl de commies van het artillerie-magazijn op gelijke wijze zal handelen met de wapenen, welke uit het magazijn naar het atelier van reparatie zullen worden gezonden. Art. 7. Op de spillage van het ijzerwerk en koper zal een nader tarief wordon bepaald, zullende echter al, hetgeen daar beneden wordi uitgewonnen, aan den Lande worden 1809. H. W. DAENDËLS. 752 verantwoord; en zal do kolonel Wienrich gechargeerd zijn met het ontwerpen van dit tarief. 9 Juiiij. Reglement voor de kruilmolens Ie Balavia. Art. 1. Het personeel in de kruilmolens zal bestaan in: Europezen: 1 haas a 200 rd" 's niaands, 2 nieeslcrknegls a 50 rd s 's niaands, ieder 18 kruit makers » 20 » » Gouveruemenls slaven : l baas molenmaker ;i 2 rd\ koper geld, 's niaands 7 molenmakers-teerlingen » l '/ 2 • • » • ieder, "2 steenhouders » 1 '/ 2 » * • • ieder, 20 kruilinakers » 12 » ■> » .» ieder, Huurlingen: 1 kuipers jongen a 13 stuivers daags. De 18 Europesche kruitmakers zullen daarenboven ge nieten 40 lï rijst, 5 kan arak en 2 kannen olij. De gouvernements-slaven zullen 40 1è rijst, 3 ffi zout en 1 kan arak 's niaands, ieder bekomen: en voor hen alle zal een halve groole vaam brandhout 's maands en jaarlijks aan ieder twee maal een gewone kleding verstrekt worden. Arl. 2. Voor de kruitmolens zullen alle maanden de vol gende verstrekkingen geschieden, als: 20 kannen lampolij 2 ponden katoen 10 hossen bindrotting voor de emmers, pulzen, elc., etc. 13 ti? Javasche talk 0 vadem hout van 5 voet hoog en 6 voel lang tot hel stooken van de kachel in de kruitsloof. Alle de andere, tol hierloe gebruikelijke verstrekkingen zullen voorlaan cesseren, zullende de reparaliën door den baas 1809. H. W. DAENDELS. 753 PLAKAAi-BOKK UfcfcL XV. is aan het departement der genie aangevraagd en daartoe de boven toegestane 8 molenmakers geëmploijeerd worden. Wanneer de salpeter geiafineerd wordt, zal de order daartoe tevens een autorisatie behelzen om het noodige hout volgens eene vaste proportie, nader te bepalen, daarvoor te eischen; en als het een of ander instrument onbruikbaar is geworden, zal de verstrekking of aanmaak van nieuwen bij het maan delijks rapport moeten aangevraagd worden. Art. 5. Tot het fabriceeren van kruit zal de baas van de kruilmolen de volgende proportien in agt nemen: voor ieder satz van 50 ponden als: 38 ffi salpeter 4'/ 2 » zwavel 7'/j " houtskolen. Art. 4. De ondervinding bewezen hebbende, dat bij de verwerking der ingrediënten tot kruit een verlies plaats vind, zoo wordt voor hetzelve zeven percent toegestaan en bepaald, 't welk de baas voortaan zal mogen in rekening brengen, mits hel meerdere ten voordeele van den Lande innemende. Art. 5. Dan, zoodra zijn kruit de proeve niet houdt of dat de qualiteit daarvan door vermenging van meerdere houtskolen of anderzins verminderd bevonden wordt, zal de baas als aan kwade trouw schuldig ten rigoureuste tot afschrik van anderen gestraft worden. Art. 6. De kruit-proeve zal geschieden in presentie van den commandant van de artillerie en van den commies en beslaan om met een mortier van 6 duim en een lading van 6 lood kruit met een elevatie van 45 graden een ijzeren kogel van 29 pond te werpen, met hel kanon-kruit op eene distantie van ten minsten twintig roeden Rhijnlands, met fijn kruit op eene distantie van ten minsten zeven en twintig roeden llhijnlands. Art. 7. Het kuipen van het kruit in de vaten en het wegen zal geschieden in presentie van den commies, welke dadelijk na de ontvangst voor deszelfs gewigt en voor de qualiteit zal moeten instaan. 1809. H. W. DAENDELS. 754 Art. 8. Wanneer er ruwe salpeter of zwavel wordt aange bragt, zullen er twee officieren der artillerie door den comman dant der artillerie, op last van den commandant der divisie, worden benoemd om volgens den gebruike in hunne presentie een gedeelte van dezelve te laten rafiueren, zullende na de proportie der spillage, welke op dit gedeelte is geleden, de geheele hoeveelheid bij de boeken moeten worden verantwoord. Art. 9. Tot het rafmeren van duizend ponden salpeter wordt toegestaan: acht vijf en twintigste gedeelte van een pond potasch: vier en twintig vijf en twintigste gedeelte van een pond aluin : zes vijf en twintigste gedeelte van een pond Spaansch groen : en een kan wijn-azijn. Tot het rafineren van vijf honderd ponden ruwe zwavel wordt toegestaan: acht kannen klapper-olij ; Voorts zal ieder vaam kruithout van ü voet hoog en 12 voet lang voor 250 ponden kolen gerekend worden, waarvoor zal worden gevalideerd rd s 12 per vaam. Art. 10. De commandant der artillerie zal inspecteur zijn der werken aan de kruilmolens en maandelijks rapport doen aan den commandant van de divisie. Art. 11. De baas van de kruilmolens zal zijne administratie inrigten naar het hierbij gevoegd model (') en maandelijks een opgave van zijne restanten en van zijne verrigtingen inzenden aan het bureau van genie, artillerie en militaire mouvementen. Art. 12, Alsmede aan de generale directie en aan de generale rekenkamer, ingevolge het gestatueerde voor alle comptabelen om de drie maanden. 9 Junij. Reglement voor het laboratorium te Weltevreden. Art. 1. Het laboratorium staat onmiddelijk onder de di rectie van den commandant der artillerie. Art. 2. Wanneer er werkzaamheden voor 't laboratorium zijn, zal dagelijks een kundig ollicier der artillerie gecom {') .Niet aangelrollëu. 1809. H. W. DAENDELS. 755 mandeert worden om het opzicht over deze werken te hebben. Art. 5. Er zullen aan het laboratorium twee Europeesche bombardiers en twee kanonniers geattacheerd zijn, die van de overige diensten vrij zullen wezen; wanneer er grootere werkzaamheden te verrigten zijn, zal men daartoe dagelijks manschappen uit de aanwezige artillerie commanderen, welke boven hun ordinaire gage zullen genieten eene toelage: 1 bombardier, 's daags rd" — : 24 1 kanonnier, » • —: 6 Art. 4. De werkzaamheden in het laboratorium beslaan in het aanmaken van alle amunitie, zoo voor de artillerie, als infanterie, als ook het aanmaken der ernst- en andere vuur werken ; de commies dér artillerie-magazijnen zal daarmede niet verder te doen hebben, als bij het reglement nopens de administratie der artillerie bepaald is. Art 8. De benodigdheden tot aanmaak van het in vorig artikel genoemde zullen door den commandant der artillerie op last of qualificatie van den chef der divisie uit de artil lerie-magazijnen verstrekt en zoodanig verantwoord worden, als in hel bijgevoegd model van maandelijksche specificatie (') is aangewezen: zullende de commandant der artillerie mede verpligt zijn van alle de in deze administratie verwerkte en aangemaakte goederen behoorlijk Ie doen boekhouden om, evenals van alle andere adminislratiën, aan de visitatie der generale rekenkamer te worden onderworpen. Art. 6. De commandant der artillerie zal, zoodra er werkzaamheden in het laboratorium zijn, dagelijks van het geene den vorigen dag vcrrigt is, rapport maken aan den commandant der divisie' en op het einde der maand eene opgave van zijne verrigtingen en restanten aan zijne excel lentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal inzenden. Art. 7. Alle uitgeleverde ammunitie uit het laboratorium zal moeten gemerkt worden met het jaargetal, wanneer hetzelfde is aangemaakt, en den naam van den bewerker, terwijl {') .Niel aangetioO'en. 1809. H. W. DAENDELS. 756 de conmies alle gelaboreerde ammunitie en ernst-vuurwerken open zal ontvangen en voor het caliber na den ontvangst alleen verantwoordelijk zijn. 12 Junij. Verkoop van rijsl van Regeringswege teßalavia. Is goedgevonden en verslaan president en Schepenen te qualificeeren en, voor zooveel des noods, te gelasten een com missie uit hun midden te decerneeren om dagelijks, des morgens van agt tot elf uren, de Zon- en feestdagen alleen uitgezonderd, tot den verkoop van rijst in het graan-magazijn te vaceeren en aldaar Ie verkoopen tot een honderd koijangs 's weeks, waaronder gerekend het gedeelte, dat ingevolge hesluit dezer tafel van den 3 tn Maart laatstleden aan de schamele gemeente tegen vastgestelde prijzen wordt verkogt: onder bepaling, dat de rijst voor een ieder Ie bekomen zal zijn op persoonlijke aanvrage dan wel een briefje van den kooper of van zijnent wegen, en verkogt zal worden van een tot een zestiende koijang inclusive tegen directe betaling van een honderd rijksdaalders, papieren geld, de koijang, welke door gedachte commissie van Schepenen aan den Lande zullen moeten worden verantwoord, en ieder koijang bovendien bezwaard met twee en dertig stuivers voor koelie-gelden; met qualificalie voorts op den administrateur in het graan-magazijn om iemand van zijnenlwegen bij dien verkoop te doen vaceeren. Op 11 Augustus 1809 is goedgevonden, dat «boven de «bepaling van rd s 100 voor iedere koijang, rd s 2 aan koelie »loon" zoude worden betaald. 12 Junij. Permanent verklaring van de presidenten en leden van. de collegien van Weesmeesteren, commissarissen van huwelijksche en kleine gerechtszaken en Boedel meesteren, alsmede van de regenten der godshuizen te Batavia. Hierdoor verviel o. a. de jaarlijksche voordracht door liet colicgie van Schepenen. 1809. H. W. DAENDELS. 757 12 Junij. Aanstelling van een boekhouder bij het collegie van Schepenen. Het tractemenl van dien boekhouder werd bepaald op 130 rijksdaalders 's inaands, te belalen uit de slads-kas. 12 Junij. I'rijs-bepating van nolen-muskaal en nagelen. De prijs der noten werd verlaagd lot 2:12 rijksdaalders, zilver geld, het pond, betaalbaar in papier niet de bepaalde agio: die van nagelen bleef op 50 stuivers, zilver geld, het pond, mede betaalbaar niet de bepaalde agio in papieren geld. Vermits de ■> jonklieden" geene uoten en nagelen voor boven staande prijzen wilden koopen, moesten die prijzen op 14 Julij 1809 verlaagd worden tot 2:6 rijksdaalders en tot 40 stuivers. Eenigen tijd laler zijn de voorwaarden nog een weinig voor de koopers verbeterd. \"1 Junij. Bekendmaking, dal de aan de gemeente ver kocht wordende kof jij, peper en specerijen betaald moesten worden mei zilver geld, dan wel mei papieren geld, volgende daarbij de telken maande door de Regering bepaalde agio. 17 Junij. Vergunning 10l hel houden eener jaarlijksche collecte ten behoeve van Roomsch-Calholijke kerken en tol liet vermaken van legaten aan die kerken. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gelet hebliende op een adres van de leden, uitmakende den kerkenraad der Roomsche Katholieke gemeente te Samarang, houdende verzoek: primo: om permissie tol het doen eener jaarlijksche collecte, zoo te Samarang, als te Batavia en elders, ten behoeve der Hoonische kerk; en secundo: om als eene permanente order te statueeren en aan de respective notarissen, beauabtschrijvers en alle andere 1809. H. W. DAENDEIS. 758 tol het passeeren van instrumenten geautoriseerde personen ter observantie aan te beveelen om, bij het passeeren van testamenten of andere aclens van uitersten wille, den testateur af te vragen, of hij genegen is eenige vermakingen te doen ten voordeele, zoowel der Iloomsche kerk voornoemd, als van andere, christelijke gezindheden; en in aanmerking genomen hebbende, dat volgens een speciaal artikel van hoogsldeszelfs instructie liet de wil is van Zijne Majesteit den Koning van Holland, dat alle gods dienstige genootschappen gelijkelijk zullen worden getollereerd en beschermd; heeft besloten de gedachte verzoeken te accordeeren, gelijk geschiedt mits dezen, en voorts dit besluit mede te exten deeren lot alle Roomsch Katholieke kerkgenootschappen, welke in de bezittingen van Zijne Majesteit den Koning in Oost- Indien elders reeds geëtablisseerd zijn of in het vervolg zullen geëtablisseerd worden. Op 10 Julij 1809 werd het vorenstaande geamplieerd met de bepaling: »dat aan alle Christelijke gezindheden de magt werd toegekend om over hunne nalatenschappen, hetzij geheel of ten deele, na een ieders goeddunken, na welgevallen ten voordeele der kerken, godshuizen, armen, enz. van hunne gezindheid vrijelijk te mogen disponeeren, even gelijk bevorens aan de gereformeerde gemeente was toegeslaan, en dat alle dispositien, welke bevorens dalo dezes ten dezen opzichte mogten zijn gemaakt, bij dezen voor wettig worden verklaard". 17 Junij. Aanmaak {?) van papieren van er edict. Is besloten om de rijksdaalders 16000, zilver geld, welke door de Weeskamer te Samarang aan den Lande beleend zijn, te converleeren in papieren van crediet en dat kapitaal, zoowel als dal van rijksdaalders 90000, hetwelk mede in papieren van crediet van die kamer door den Lande beleend zijn, dan wel gezamentlijk lot rijksdaalders 106000 aan pa pieren van crediet over Ie schrijven op de bank van leeniug 1809. H. W. DAENDELS. 759 Ie Batavia, ten einde door dezelve daarop 's jaarlijks aan de Weeskamer te Semarang ten goede te doen een half procento interest 's maands: en gedacht hedragen te considereeren als een gedeelte der sonnne van rijksdaalders 350000 aan papieren van crediet, welke de bank van leening van wegen den Lande is toegelegd geworden en dus ook minder door dezelve ge fourneerd worden. Terwijl het overige hedragen der rijksdaalders 155: 759:6, zilver geld, dan wel na aftrek der vermelde rijksdaalders 76000 de somme van rijksdaalders 57759:6 hij de hoeken der Weeskamer behoorlijk zal geadministreerd worden om daarvan in der tijd bij incassatie der contanten hetzelfde gebruik te maken en legens papieren van crediet te verwisselen. Als eene ampliatie hierop is den 25 slen Junij 1809 besloten »de verloopen renten op de aan de bank van leening te Batavia beleende gelden van de Weeskamer te Samarang, tot eene somma van rd s 1(56000, papiere geld, gerekend van ultimo Februarij laatstleden tot ultimo Junij aanstaande, dan wel tot rd s 3520 geheel Ie berekenen in papieren geld, alsnu nader te voegeu bij het voren vermeld bedragen van rd 8 166000, uitmakende te zamen een montanl van rd s 169520 aan papieren van crediet, en daarvan onder primo .JulLj aan staande eene obligatie door de bank van leening in forma te laten passeeren ten behoeven van de Weeskamer alhier, rentende van dien datum legens een half procento's maands: en nis een verder gevolg hiervan hel vermeld bedragen van rd 1 Ki 9320 ook te considereeren als een gedeelte der somma van rd» 350000, door den Lande aan welmelde bank toege zegd en waarvoor dus ook daarentegen eene qukantie dooi den Lande aan welmelde bank van leening voor dat bedragen, evenals of dezelve door de bank gerestitueerd ware, moet afgegeven worden". 17 Junij. Retjeliw) van prauwloonen Ie Samarang. Js besloten voor de particuliere laiiibaiigans, welke uit 1808. H. W. DAENDELS. 76 wet ter kennisse Ie brengen van alle inlandsche militairen en, bij aankomst van recrulen, zulks ten hunnen opzichten te berhaalen, Icn einde geen een van hun deswegens eenige ignorantie zal kunnen voorwenden; zijnde de gedagle chefs en commandanten voor de prompte en slipte executie dezer ordrè alleen verantwoordelijk en moetende wijders van de executie zelve onverwijld rapport doen aan 't bureau van oorlog. 51 .lulij. Opheffing der betrekking van manlri-anom te Samarang. Is besloten de mantri-anoms, welke door de regenten pleegen te worden gefourneerd aan den gouverneur van Java voor zijne suite, met primo Augustus aanslaande te excuzeren, ter verligling van de regenten in hetgeen zij gewoon waren tot derzelver onderhoud te Samarang te bekostigen. 1 Augustus. Vergunning lot den uitvoer van geld van de cene plaats op Java naar de andere. Nademaal het verbod om na primo September aanstaande amfioen van Batavia en elders op Javasch Noord-Oostkust aan te brengen de gelegenheid aan de ingezetenen van de hoofd plaats en réciproque van Java zal beneemen on), door ver zending van dal heulsap, remises naar Java te doen, waardoor de smalle handel langs de kust noodwendig zoude te niet loopen tot aanmerkelijke schade en ongerief der ingezetenen, en het derhalve in ons oog allezins billijk en noodzakelijk is, dat de circulatie van geld van de eene plaats naar de andere o[> het eiland Java voor een ieder worde opengesteld, onder zodanige precautien, als ons tol, weering van het misbruik dienstig zijn voorgekomen, wij oit overweging hiervan hebben goedgevonden te ordonneren en Ie statueren, gelijk wij or donneren en statueren hij dezen, dat van primo September aanslaande de uitvoer van geld van de eene plaats naar de andere op het eiland Java vrij zal wezen, onder de navolgende bepalingen: 1809. H. W. DAENDELS. 760 hoofde van het momentaneel gebrek aan prauw inaijangs te Samarang voor het laden en ontladen der vaartuigen door liet gouvernement reeds geëuiplnyeerd zijn of nog geëmployeerd zullen worden, toe Ie slaan een rijksdaalder, koper geld, voor iedere koyang, die door dezelve van of naar boord der vaar tuigen op de rheede gebragt is of nog gehragt zal worden. 18 Junij. Verstrekking van rijst legen verminderden prijs aan zekere heerendienstplichtigen in de prefectuur Pekalongan. Is besloten de rijst, welke door de regenten van Pacca longang en Hatang van 't gouvernement reeds ingekogl is of nog staat ingekogt te worden tot spijziging van de werk lieden, die aan den arbeid aan de wegen in de préfecture van Paecalongang worden geëmploijeerd, aan hun af te staan tegen den prijs van dertig rijksdaalders, zilver geld, de coljang ; wordende egter de prefect verantwoordelijk gesteld, dat van deze inschikkelijkheid geen misbruik worde gemaakt. 19 Junij. Oproeping 10l hel laten nummeren van prauwen. Alle eigenaars of voerders van prauwen, chiampangs, tjunias, biermaals en andere op vragt varende vaartuigen, sorleerende onder het opzigt van het hoofd der praauw-voerders, alsmede de eigenaars van chiampangs, dewelke gepermitteerd zijn om de producten van haar landerijen af te halen, werden bij dezen geadverteerd, dat op Zaterdag den 26" Augustus 1809 de jaarlijksche monstering over voormelde vaartuigen zal geschieden bij den houtkap; en dal zij zig van heden af kunnen begeven bij den nomnieraar der vaartuigen, Johannes Boodls, om hare vaartuigen te laten nomineren of merken: desgelijks worden alle de eigenaars of voerders van onge nummerde prauwen, van wat maaksel dezelve nok zijn en zonder onderscheid, of dezelve bun in eigendom toeheliooren, of dat zij die gehuurd hebben, conform artieul 1, S, en 5 van de ordonnantie voor het veer en het jongst besluit van 1809. H. W DAENDELS. 761 heeren Schepenen ter dezer stede de dato 28 April des jnars 1783 ('), gelast en geordonneerd, dat zij lieden zig almede van heden af moeien vervoegen bij bovengemelden nommeraar (uu hare vaartuigen Ie nomineren en mei het gewone merk te doen branden ; wijders werden de gezamentlijke araks branders, kalk-hranders, steen- en panne-bakkers almede bij deze geadverteerd om, ingevolge besluit van hun hoog Edelens de dato 11 Augustus 178 G, in de aanstaande maauden Julij en Augustus hunne chiampangs en joekoengs Ie doen brengen bij gemelden nomnieraar, Boodts, dan wel denzclve te ontbieden ter plaatse, waar hunne vaartuigen leggen, almede om volgens de order genommerd en gemerkt te worden: op poene, dat, wie daaraan bevonden zal worden nalatig of onwillig te zijn en dezelve zonder nonimer of leller eiuploijeerl, /al vervallen in de boelens, bij voormelde ordonnantie geslatueerd. 20 Junij. Embargo op de vaartuigen ter reede Balavia, bestemd om Oostwaarts Ie vertrekken. Tusschen Samarang en Uatavia was een vijandelijk schip gezien. 22 Junij. Voorschriften nopens de betaling van renten (Kin de Weeskamer te Samarang en van alimentatie penningen door die Weeskamer. President en leden der Weeskamer te Samarang zich per requeste geaddresseerd hebbende met te kennen gave de moge lijkheid, welke er thans opgeslooten ligt in de bekoming der intressen van de aan ministers en prefecten en andere ingezetenen op de buitcn-coinptoiren beleende capitalen, zoowel als de te doene uilbetalingen der alimentatie-pen ningen, die eenige pupillen aldaar zijn competerende, daarbij verzoekende, dat als voorheen de inlressen uil staats kassa te Samarang mogten worden ontvangen en de alimentalie (') INiel aaugelruUeu. 1809. H. W. DAENDELS 762 penningen uil de differente rassen der prefecturen uitbetaald om zulks hij factuur van aanrekening om de 6 maauden te laten geschieden: is besloten in dit verzoek te bewilligen en te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat oni de H maanden Ie Samarang uil cassa aan Weesmeesteren zal worden uitge keerd bet bedragen der intressen. welke de ministers en prefecten en andere ingezetenen op de buiten-comptoiren op de van dezelve aan hun beleende capitalen verschuldigl zijn, waarvoor door den zaakwaarnemer van Java in der lijd wissels, in stede van facturen van aanrekening, zullen moeten getrokken worden op die, waarvan de betaling zulks incumbeerd, terwijl om de 6 maanden almede door Wees meesteren Ie Samarang in cassa zullen dienen te worden gestort zoodanige bedragen, als lot alimentatie der differente pupillen in de onderscheidene prefeclures moeten uitbetaald worden en waarvoor als dan ook door den genoemden zaak waarnemer van Java in der tijd wissels zullen verleend worden op de differente prefecten om aan de daartoe ge rechtigdens uitgekeerd te worden. 22 Junij. Regeling der verrekening van gelden lusschen de prefecturen op Java's N. O. kust. In consideratie genomen zijnde, dat alle de cassen van de differente prefectures op Java's Noord-Oostkust als eene en dezelfde cassa dienen te worden beschouwd, waarvan die van Samarang de hoofd-cassa uitmaakt, en de bevorens over en weder gedane aaiirekeningen van goederen en gelden door de introductie van de nieuwe manier van boekhouden is komen te vervallen, echter het transport van gelden over en weder eene ongemaklijkheid bijbrengt, die door dezelve kan worden gemenageerl, en hel dienstig is, dat hierom trend, zoowel ter voorkoming van afwijkingen van de nieuwe orde van zaken, als ter verevening van differente posten eene vaste voel daartoe wordt geïntroduceerd; 1809. H. W. DAENDELS. 763 is besloten te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat voortaan alle posten van gelden, welke bevorens van de differente prefectures niet de Samarangsche cassa door middel der facturen van aanrekening wierden vereffend, alsnu worden vervangen door de (rekking van wissels, welke van Sama rang op de differente prefectures zullen verleend worden door den zaakwaarnemer van Java of die daartoe in der tijd de magt zal toegekend worden, en deze posten bij de cassa rekeningen te verhandelen onder het hoofddeel van wissels, ten einde niet niet de lasten of inkomsten de prefectures gemêleerd te worden. 22 Junij. AansleUimj van wijkmeestcrs ter hoofdplaats Clieribon. Overwegende, dal de gesteldheid van Cheribon ecne meer dan gewone oplettendheid vorderd lot het schoonhouden der kampongs en waterleidingen, als een middel waardoor ge zondheid kan worden bevorderd, en het niet altijd mogelijk is, dat de prefect zulks dagelijks uithoofde van de verre uitgestrektheid kan surveilleren en door het oprichten van wijkmeesteren den prefect groote hulp zoude worden toege bragt en zulks beschouwt moet worden als een elficatieus middel lot mainlien cener goede politie, voornamenlijk, wanneer der zelver opzicht zich e.xlendeerd tol de Europeesche, Javaansche en Chineesche kampongs en zij gekozen worden uit de voornaamste Europeesche burgers, de lommongous der Sultbans en de officieren der Chinezen, gesubmilleerd aan eenen opper-wijk meester, die tevens haar lieden president is, en voorts derzelver werkzaamheden, zoo te zamen, als afzonderlijk in elke wijk, bij eene duidelijke en klare instructie werd be paald en verdeeld: heeft besloten den prefect, Waterloo, te autoriseeren, zooals denzelveu wordt geautoriseerd bij dezen, tot. het voordragen van eene instructie en van perzoonen, geschikt om op den boven omschreven voet tol vvijkmeesteren te worden verkozen. Zie ook 5 Julij 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 764 23 Junij. Last om hij alle bureaux op Java voor omslagen r/ebntik te maken van Javaansch papier. Chineesch papier mocht alleen voor brieven gebezigd worden. Merkwaardig is -het navolgende extract uit een brief van den gecommitteerde, van Braam, gedagleekeud Samarang 7 Mei 1809: »Voorls vinde ik m{\ verjtligt uwe excellentie ter kennisse te lirengen, dat er volstrekt geen schrijfpapier meer voor het bureau aan handeu is, hebbende ik bereeds twee riem van het marine-school geleend en <>|> gisteren een riem moeten koopen voor rd s 415, bebalveu nog een ander, dat ik voor eigen rekening gekogt en verbruikt hebhe; in de voldoening van den eiscli heb ik gezien, dat er nogal eenc groole hoeveelheid Chineesch, doch alleen maar een half riem Hollandsch schrijf papier toegezonden word, waaromlrend ik eerbiedig verzoeke te mogen reflecleeren, dat het Chineesch papier volstrekt niet tot minuten of leggers kan gebruikt worden, alzoo hetzelve zwak, ligt scheurende en aan spoedige verganklijkheid onder hevig is, waarom ik uwe excellentie eerbiedig verzoeke, indien mogelijk, eenig meerder Hollandsch papier herwaards gelieve te laten zenden, dan wel tol den inkoop daarvan alhier qualificatie Ie mogen erlangen". 23 Junij. Opname, enz. van het regentschap Demak. Ingekomen zijnde een berigt van den prefect van Samarang en Damak en daarbij ontwaard zijnde de onzekerheid, waarin men omtrend de grootte van het regentschap van Damak, zoowel als van de recolle der rijst verseerd, en hel van 't grootste belang is, dat men van hel een en ander in't zekere worde geïnformeerd ; is hesloten den Samarang en Damaks prefect te gelasten de middelen op te geven om hel Damaksche regentschap op te meelen, hetgeen door dies vlakke gesteldheid gemakkelijk kan geschieden, en de kosten te hegroolen, welke deze meting zal inipeiideereii: 1809 H. W. OAENDELS 765 voorts een opgave te doen, hoe groot eene jonk rijstveld zoude dienen te vallen, welke door een span buffels kan be werkl worden, om volgens deze calculatie bet regentschap daarna in zoodanige jonken rijslland te verdeden. Reeds op 25 Juuij 1800 is ter zake het navolgende besluit genomen. Ontwaard zijnde de kostbaarheid en moeiclijkheid, zoowel als het lijdsverloop, waarmede deze opmeting zoude gepaard gaan, hetwelk dus niel aan het bedoelde oogmerk zoude voldoen; is door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal besloten de jonk rijstveld te bepalen op 2000 vier kante roeden eu den prefect van Samarang en Damak te gelasten door den regent van Damak binnen den tijd van drie maanden alle de jonken rijstland daarna Ie doen indeelen, ieder jonk rijstland te nummereeren en eene gepaste verdeeling daarvan aan de hoofden en ingezetenen van dat regentschap Ie projecteeren; verders omeene aanzienlijke vermindering van hoofden voor te dragen, aan welke volgens hun rang een bepaald getal jonken rijstveld zal worden gegeven, terwijl hun tevens zal worden voorgeschreven, op welken voeten legens welke prijzen zij dezelve kunnen laten bewerken; dal zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal met deze nieuwe verdeeling en schikking geen ander doelwit heeft, dan om, zoowel het lot van den geineenen Javaan te verlichten als aan den regent en mindere hoofden, na gelang van hunnen rang, een goed bestaan te bezorgen, waarvan men thans door de onzekerheid van de uitgestrektheid van hel regentschap Damak, zoowel als de ongelijkheid der jonken rijstland, volstrekt geene calculatie maken kan; verlangende zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, dat aan deze zijne bevelen met de meeste accuratesse en oprech tigheid voldaan werde, dewijl, bij ontdekking van contrarie hierin te werk gegaau te zijn, de regent zich daardoor de ontzetting uil zijne post zoude bewerken. 1809. H. W. DAENDELê. 766 25 Junij. Aanstelling van een omler-pakhuismeestcr Ie Cheribon. Het traclement werd bepaald op 20 rijksdaalders, zilver geld, 's maands, terwijl de betrekking van pakhuis-knecht werd opgeheven. De benoemde was en bleef krankbezoeker. 29 Junij. Publieke verkoop van een zce-pas, gevende het recht om in 1810 met een jonk van Amoy naar Makasar ten handel te varen. Die pas werd bij afslag gemijnd voor 150,000 rijksdaalders, natuurlijk door een Chinees, te Batavia woonachtig. Deze verkoop geschiedde jaarlijks. 1 Julij. Openstelling van den handel in poeder-suiker op Java, behalve te Batavia. — Heffing van een uitgaand recht op suiker. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende bet weinige voordeel, 't welk het gouvernement van den exclusiven handel in poeder-suiker en speciaal die der Javascbe trekt, vooral in een tijdstip, waarin zoo weinig debiot van dal artikel plaats vind, en volgens algemeen gevoelen hel openstellen der vrijen handel van de Javasche poeder-suiker onder het heffen eener zekere lolgerechtiglieid hel gouvernement meerder voordeel zal aanbrengen dan bevorens en tevens de vrije dispositie, welke de suikermolenaar door deze mesure over zijne gefabriceerde suiker erlangd, volgens daarvan ingenomen gevoelens van deskundige en geinlresseerde personen, die fabricatie meer en meer zal doen toenemen; heeft besloten te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat de handel in Javasche suiker langs geheel Java, behalve» onder het ressort van Balavia, zal worden vrij- en openge steld om door een ieder zonder eenige restrictie te kunnen 1809. H. W. DAENDELS. 767 worden gedreven, mits bij uitvoer aan hel gouvernement voor impost betalende twee rijksdaalders, zilver geld, voor iedere pikol van een honderd en vijf en twintig ponden; dat deze impost voor hel tegenwoordige bij wijze van quolisatie zal worden geheven navolgens hel rapport, dal in het gepasseerde jaar 1808 over alle de suikermolens van Java is ingebracht, zoowel als van de aglerstallen, welke de suikermolenaars van voorjarigc leverantie nog schuldig zijn, te berekenen over het vier vijfde gedeelte der in 1808 geschatte recolte, doch in zijn geheel over alle agterslallen van vroegere jaren, welkers import penningen, als hiervoren berekend tegens twee rijksdaalders, zilver geld, voor iedere pikol, door de differente prefecten, ieder in hunne prefecltires, van de onderscheiden suikermolenaars geincasseerd en aan den Lande zullen moeten worden verantwoord, terwijl voor alle zoodanige quantiteiten suiker door de prefecten aan de eigenaars bewijzen zullen worden afgegeven, ten einde ge dachte hoeveelheden daarop, evenals gouvernements eigendom, zonder eenige verdere pagthelaling kunnen worden uitge voerd ; en eindelijk, dat deze impost voor den vervolge, zoowel op de Javasche poeder-, als kop-, pot- en kandij-suiker zal worden geheven, in te gaan met primo Januarij 1810; zullende deze impost bij de algemeene verpagting, evenals alle andere paglen, publiek worden verpagl. Zie ook '2'6 Herfstmaand 1810. I Juli). Vèroordeeling tol matroos op een van'sKonings schepen van een gezworen klerk (griffier), tevens procureur bij den Raad van juslitie te Soerabaija. De bewuste persoon had zich schuldig gemaakt aan »débaucbe in den drank" en aan handelingen, «in allen deele strijdig teegens zijne pligten". Dergelijke veroordcelingen bij gouvernemenls besluit hebben omstreeks dien lijd meermalen plaats gehad. 1809. H. W. DAENDELS. 768 1 Julij. Openstelling van den handel in kapas. Hef/ing van een uitgaand recht op dal product. In aanmerking genomen zijnde, dat bij besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van den 10 cn Mei laatstleden de leverantie van cappas, bepaald bij het 76 C artikel der op den l en September 1808 gearresteerde organisatie voor Java's Noord-Oostkust, aan den Lande builen effect is gesteld en de aanmoediging van deze culture vorderd, dat de vrije handel daarin als bevorens worde opengesteld, echter onder zekere bepaalde lolgerechligheid; is besloten den vrijen handel in cappas met aanstaande primo Januari 1810 open te stellen, onder betaling van rd* vier per picol van 125 'S voor zoodanige, welke na den overwal of elders builen bet eiland Java zal worden vervoerd ; doch zulks van de eene plaats naar de andere langs hel eiland Java geschiedende, als dan maar de hclfle ofte wel rd s twee, zilver geld, per picol; zullende deze pacht onder de generale pachten voor bel aanslaande jaar verpacht en de gemeente daarvan bij billet kennis gegeven worden. 1 Julij. Toekenning van pensioen aan een ontslagen Regent. Hel pensioen, bedragende 2000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars, kwam »len laste van hel regentschap, Ie betalen in "twee termeinen, op de leesten moeloet en poeassa, door «den vervanger". Voor een ander regentschap werd op denzclfden datum hetzelfde bepaald, behalve dat daar het pensioen 1000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars bedroeg. 1 Julij. Zamensmelting van hel eerste regentschap Grissee mei hel tweede. 1 Julij. Verandering van den titel: gezaghebber in den Oosthoek, in dien van prefect in den Oosthoek. Hij bleef denzelfden rang behouden. 1809. H. W. DAENDELS. 769 M.AIAAT-BOEÏ DEEL XV. 49 1 Julij. Afscheiding van den Oosthoek van hel voor malige gouvernement van Java's N. 0. kust. Dat gedeelte van Java kwam dientengevolge op zich zelven te staan, «onder de onmiddelijke orders" van den Gouverneur Generaal. 1 Julij. Aanstelling van een secretaris van den prefect in den Oosthoek. Het tractemont van dien secretaris werd bepaald op 200 rijksdaalders, zilver geld, 's maands, «zullende maandelijks "worden uitbetaald". In rang werd bij gelijkgesteld aan den secretaris van den inspecteur-generaal over de koifi j-cultuur, »na ouderdom van aanstelling". 5 Julij. Instructie voor de wijkmeeslers ter hoofdplaats Cheribon. Algemeenc bepalingen. Art. 1. Daar de gezondheid voor ieder inwoonder te Che ribon een vrij grooter oplettendheid dan wel op andere plaatsen van Java is vorderende en een ieder ingezetene, hetzij dienaar of burger, Javaan en Chinees, zonder onderscheid van rang en aanzien, onder de zedelijke verpligting ligt zich met alle bereidwilligheid te moeten onderwerpen aan de maatregelen, welken lot conservatie van ieders gezondheid in 't bijzonder en dus immers ook lot een rei-el welzijn voor Cheribon in het generaal in het werk worden gesleld, en daarbij al verder moeten gehoorzamen aan zoodanige personen, als met de uitvoering van die maalregelen zijn belast, zoo zal, om aan dat heilzaam oogmerk, des mogelijk, naar wensch te beant woorden, te Cheribon worden opgerigt een wijkmeesterschap, gemeenschappelijk bestaande uit Europeescn, Javanen, Chi neezen en parnakaus. 1808. H. W. DAENDELS. 77 Eerstelijk: dat een ieder de somme, die hij vervoeren wil, zal moeten aangeven, te Batavia aan den luitenant Gouverneur Generaal en op de overige kantoren van Java aan de residenten of die aldaar het gelach voeren, ten einde op hunne last te worden geteld, afgepakt en verzegeld teu overstaan van de coinmiseien of personen, daartoe tegenwoordig geautoriseerd of anders op voordragt vau de residenten te autoriseeien. Ten tweede: dat tle plaats zal worden aangeduid, werwaarls men hel geld vervoeren wil, en dat de vervoerder zich door borgstelling van een persoon len genoegen, te Batavia van den luitenant Gouverneur Generaal en op de overige kantoren van Java van de residenten of die aldaar het gezach voeren, zal moeten verbinden, dat ile uitgevoerde somme niet elders worde heen gebragl. Ten derde: dat de commissies of personen, tot de lelling, afpakking en verzegeling der uitgevoerd wordende gelden geautoriseerd, zullen moeten houden een register, waarin dis linct moet worden aangetekend de sommen, die door hun 10l den uitvoer zijn verzegeld, mei aanwijzing van den lijd, wanneer, en door welke persoon, mitsgaders na wat plaats de uitvoer geschiedt; in welk register zal moeien worden getekend door den borg en deze ondertekening zal worden gehouden voor eene scabinale acte van borgtocht. Ten vierde: dat de vervoerd wordende gelden zullen zijn verzeld. hij poene van confiscatie en stratl'en, tegen den uilvoer van contanten geëmaneerd, van een pas. door bovengemelde commissien of personen verleend, van inhoud, als bij art. 5 vermeld. Ten vijlde: dat bij aanbreng van uitgevoerde contanten op Batavia of een der andere kantoren van Java de onlzege ling zal moeten geschieden door de coramissien of personen, aldaar tot de telling, afpakking en verzegeling van uitgevoerde gelden geautoriseerd, en dat van de voorschreven, aangevoerde contanten door de gcdagte commissien of personen zal moeten worden gegeven quilaiitie op de wederzijde van de pas, art. 4 vermeld, en daarvan mede worden gehouden een accuraat 1809. H. W. DAENDELS. 770 Art. 2. Het collegie van wijkmeesteren zal dus bestaan uil: een president als opper-wijkineesler, zes Europeescbe burgers oi' dienaren, waarvan een scriba zijn zal, drie tommongons en drie manlrie's der heeren Sullhuns, het hoofd met nog drie mindere officieren der Chiiieezeu, en eindelijk den capitein en luitenant der pranakkans, dan wel uit een president en achttien leden. Art. 3. Alle campongs, in Cheribons hoofd-negorij gelegen, zoowel Europeescbe, Javaansche, Chineesche en pranakkans, zullen onder de gemeenschappelijke wijk gehooren, zullende dus een uitgestrektheid bevatten ter wederzijde van htt fort van een uur gaans, dat is van hel Zuiden tot bel Noorden 6 palen met het fort in het midden, voorts in het Oosten tot de zee en in het Westen tot op circa een paal buiten de hoofd-negorij. Art. 4. De wijken zullen, doorgaande van n". 1 al' tot zoo veelen er zijn, genommerd worden en zal aan ieder hoek dei straat de n°. der wijk met de namen der campongs, onder ieder n°. gehoorende, op een bord dislinctclijk worden be schreven en aan een daartoe expressclijk op Ie riglene paal aangebonden worden. Art. S. De pligt der wijkmeesteren zal zijn loezigl te houden, dat ieder voor zijn erf de straat zindelijk en in goeden staat houd, de afleidingen van het water niet verwaar loosd ; dat hij in de drooge mouson voor zijn erl' de weg des agtermiddags behoorlijk begiet; dat geen kraamtjes(warongs) op de wegen uitstallen en die vuil maaken; en eindelijk, dat de rivieren, die door Cheribon loopen, zooveel mogelijk, worden zindelijk gehouden, zoodot er geen banken van vuilnis, etc. aan kunnen spoelen, maar het water een vrijen loop behoud, terwijl de wijkmeeslers levens, in gevallen van hooge nood zakelijkheid, ook geautoriseerd zijn om hunne oplettendheid te vestigen binnen zoodanige erven, als men zal bevinden, dat door de bewoonders niet schoon worden gehouden en 1809. H. W. DAENDELS 771 voor de buuren een overlast zijn, dan wel op de gezondheid van den bewoonder zelveu eenigen invloed en nadeel hebben. Art. 6. Het onderhoud der bruggen, binnen dit vvijk-district gelegen, zal mede een voornaam articul hunner oplettendheid uitmaken. Art. 7. En niet minder de waglhuisen, daarin verdeeld, en dat bij nagt en ontijde goede wagt in de wijk campongs word gehouden en door de wagt ten minsten alle uuren eens de ronde word gedaan. Art. 8. De wijkmeesteren zullen ten teeken van hunne autoritei! voorzien worden van de wijkstok, waarop aan de eene zijde het wapen van Zijne Majesteit den Koning, in koper of zilver gegraveerd, en op de andere zijde de letter van zijn wijk zal bekend staan, zullende deze stok voorts ligt blauw en geel, door malkander geslingerl, geschilder! worden; zullende een ieder te Cheribon, wie hij ook zijn mocht, op vertoon van dien aan de order of requisiet der wijk meesters voldoen. Art. 9. Gezamelijk zullen de wijkmeesters hunne oplet tendheid vestigen op de zuiverheid van het drinkwater en op de verbetering der waterleidingen, waardoor hetzelve lot naar Cheribon afvloeit. Art. 10. Het collegie van wijkmeesteren zal ondergeschikt zijn aan den prefect en met denzelven eene goede correspondentie onderhouden, zullende geen besluit dan ter approbatie worden genomen en dus den prefect worden aangeboden, dewelke daarover zal bepalen, dan wel na bevinding van zaken zulks aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van Indien zal voordragen; zullende wijkmeesteren ten allen tijden verpligt zijn, zulks gerequireerd wordende, aan den prefect rekenschap hunner handelwijze te geven; en zullen voorts zijne orders hebben te observeeren. Afzonderlijke bepalingen. Art. 1. De president, die tegelijk opper-wijkmeester is, zal zorgen, dal ten minsten om de 14 dagen vergadering 1809. H. W. DAENDELS. 772 van wijkmeesteren word gehouden; hem zal worden toege voegd een der leden als scriha. Art. 2. De president houd aanteekening van alle hem iu zijne betrekking voorkomende zaken, zoowel door eigen oh servatie, als hij wijze van rapport, door de leden hij hem te doen, bij denzelven bekend geworden, wordende door hem ieder reis in de naaslkomende vergadering verhandeld, tenzij ingevalle die eene dadelijke voorziening vorderen, zullende als dan de president mei voorkennis en goedkeuring van den prefect te werk gaan en daarvan hij de eerste ver gadering aan de leden keunis geven en bij de resolulien aanteekening doen houden. Art. 3. Als opper-wijkmecster zal de president over het geheele wijk-district, dat is, zoowel in de Europeesche, Ja vaansche, Chineesche als de parnakkans campongs het opper toezigt hebben en, zulks vereisclit wordende, aan don onder wijknieester, ieder in zijn district, eene dadelijke order kunnen geven, terwijl hij, opper-wijkmeesler, ten minste om de 10 diigen alle campongs, in het gemeenschappelijk wijk district gelegen, zal dienen te bezoeken, ten einde door eigen over tuiging Ie zien, dat de daargcstelde orders door de wijk meeslers en onder-wijkmeeslers behoorlijk in het oog gehouden en door de campongs-volken naar vereisch worden ten uitvoer gehragt. Art. 4. Almede is aan den opper-wijkmeester de zorg aan bevolen, dat het nieuwe Europeesche kerkhof ten spoedigste worde afgeperkt en de muur van hel oude kerkhof geheel digt gemelzeld, ten einde volstrekt niet meer van het. oude, maar wel alleen van het nieuwe kerkhof bij onverhoopt overlijden van Europeesen wordt gebruikt gemaakt; kunnende de opper-wijkmeesler nau prefect een voordragl doen tot het bekomen van een fonds builen lasten van den Lasde om dit een en ander op eeue voldoende wijze te kunnen bewerkstelligen. Art. 5. De opper-wijkmeesler zal een cassa van inkomsten en uitgaven houden onder den naam van wijk-cassa en 1809. H. W. DAENDELS. 773 daarvan om de 6 maanden of onder ultimo December en ultimo Junij, ieder jaar, aan den prefect reekening doen; de inkomsten voor die cassa zullen zich bepalen : 1 ° uit dn boetens, welke den nalatige naar bevinding van zaken door den prefect zullen opgelegd worden; 2° uil booLens, welke, almede na bevinding van zaken, de zulken zullen worden opgelegd, die rusie maken, vegten, etc. en dus de goede rust hunner buuren hinderlijk zijn; ."" zal bij verkoop van vaste goederen door den kooper, ten voordeele der wijk-cassa, boven de ordinaire bepalingen, ook nog betaald worden een percento; dit egter maar voor zooverre de Europeesen en Chineesen betreft, wijl de Javaan daarvan vrij is; eindelijk ten 4° zal ieder, die een rijtuig houd, verpligt zijn aan de wijk-cassa ieder jaar te belalen rd" 20 zilver geld. Art. 6. Zoo direct als de president en leden hun ambt van wijkmeester aanvaard hebben, zal hun eerste zorg zijn accurate lijsten te formeeren en wel: a. van alle Europeescbe en inlandsche burgers, hunne vrouwen en kinderen, etc. na hel model daarvan te geven; b. van alle Chineesen, hunne vrouwen en kinderen, als boven; c. van de wijken in de Europeescbe campong, ieder afzon derlijk, kunnende dat het best bij de dwarsstraten en gragten verdeelt worden en ieder blok dus een n°. geven; <l. de lijsten der Javaansche campongs moet men na de daardoor loopende hoofdwegen verdeelen, nombereren en daarna registreeren, wel in 't oog houdende, dat men dus onder een n u . niet zelden in dezelfde beperking onderscheidene namen zal aantreffen, die alle accuraat moeten wordeu genoteerd, met bekendstelling van het hoofd van ieder campong. Art. 7. De leden van het collegie zullen worden genaamd wijkmeesters en zullen in dezer voege hunne afdeeling vinden: 1" de Europeescbe campong zal onder ." Europeesche wijk meesters ondergeschikt zijn: 1809. H. W. DAENDELS. 774 2° de Chineesche campong zal onder drie Chineesche en een Enropeeschen wijknieester ondergeschikt zijn; 3° de Javaansche wijk zal onder zes Javaansehe en drie Europeesche wijkmeesters hun opzigt worden gesleld; en 4° de campong voor de parnakkaus zal onder het opzigt van den kapitein en luitenant van die natie en een Europees gesteld zijn; terwijl in alle aldeelingen bovendien ook nog onder-wijk meesters zullen benoemd worden. Art. 8. De wijknieester, ieder in zijn wijk, zal dus niet alleen hebhen te zorgen, dat de zindelijkheid, zooals bij art. 5 der algemeene afdeeling is aanbevolen, in den slriksten zin word geobserveerd, maar ook te gelijk, dat de goede rust onder de ingezetenen word gehandhaafd; dat geen ongepermitteerde bijeenkomsten, voornamenllijk op ontrjden, plaats vinden; in 't kort, dat ieder ingezeten een veilige woonplaats vind en geen den andere verontrusten kan. daar het zijn directe pligt zijn zal bij ontdekking van bet een of ander, tegens de goede rust strijdende, onmiddelijk den opper-wijkmeester daarvan kennis te geven ofte wel, zulks bij hem noodig geoordeeld wordende, hetzelve direct ter kennisse van den prefect te komen brengen. Art. 9. En daar niets in staat is de zaak beter te bevor deren dan een gedurig opzigt, zoo zal dan ook ieder wijk meester in zijn departement dagelijks de ronde moeten doen en daartoe geen gezette tijden bepalen mogen. Art. 10. De ondervinding bevestigt, dat alle nieuwe in riglingen niet zelden door de wijze, hoedanig die worden aangevat, zwarigheden in zich bevatten, welke egter door een goede handelwijze veelal konden zijn voorgekomen, zoo werd, om in dezen alle zwarigheden te vermijden, president en leden serieusselijk aanbevolen vooraf altoos bij voorkomende kleine verzuimen of misverstand te heproeven om hetzelve door vriendelijke vermaningen een en andermaal te redresseeren en, zulks niet voldoende zijnde, alsdan eerst tot straffen, doch niet tot de strafste middelen over te gaan, opdat de inge- 1809. H. W. DAENDELS. 775 zetenon door deze nieuwe inriglingen, waarvan voorzeker op verre na «Ie meeslen geene bevatting hebben, niel werden afgeschrikt; daarbij toch ook in het oog houdende 0111 zelfs het geringste niet ongemerkt Ie mogen passeeren, wijl zulks de eerste aanleiding 10l nalatigheid geeft. Art. 11. De wijken zullen hunne verdeelingen vinden, dat dezelve zijn genombereerd, waarna die mede onder deleden, ieder onder een aparte letter, worden aangewezen en hem zijn wijkslok, als in art. 8 der algeineene bepaling is om schreven, worden ler hand gesteld. Art. 12. Daar, zoowel in de Javaansche, als Chineesche campongs, des nagts waglers zijn, zal zulks ter zekerheid in de Europeesche campong almede plaats vinden en president en leden zullen dus hebben te zorgen, dal er uil de minge goede burgers een voldoend getal klapperlieden worden gekozen tol laste der wijk-cassa en waarvan ieder nagt vier wagters in Iwee afdeclingen de wagt zullen houden, dat is: twee aan de Zuidkant en twee aan de Noordkant van de groole ri vier, dewelke alle uur met de klap rondgaan, op alle hoeken der stralen driemaal de klap slaan en dan het uur van den nagt moeien uitroepen; moetende in de waglhuisjes worden aangeplakt een order, waarna die waglers zich bij onverhoopt ontstaan van brand of onraad zullen hebben te gedragen. Art. 13. Zoo het mogte gebeuren, dat in den omlrekder dalnis of verblijf-plaalsen der Sullhans van Cheribon niet genoegzaam werd geobserveerd de order, door wijkmeeslers gesteld, zal daarover voor de eerste reis de bepallij van den Sullhan door den Europeeschen wijkmeester en in presentie van den loinniongong de wijkmeester in het vriendelijke worden onderhouden en. zulks niel voldoende zijnde, zal daarvan on middelijk, hetzij door dun president of door het Europeesche lid, wiens departement dit is, aan den prefect kennisse worden gegeven. Art. 14. De heeren Sulthans zullen een voldoend getal sterke hrandhaken, item lederen brandeminersdoen aanmaken, dewelke in de Javaansche campongs zullen rondgedeeld en op 1809. H. W. DAENDELS. 776 daartoe expresselijk bepaalde plaatsen, in de nabijheid van de onder-wijkmeesters wouing, in gereedheid worden gehouden, ten einde bij onverhoopt ontstaan van brand tol een spoedig blussen daarvan gebruik gewaakt te worden. Art. 15. Ook zal, zoodra de brandspuit alhier in order zijn zal, een der wijknieesters en wel die de wijk in de campong parnakans zal te beurt vallen, tol brandspuitmeester worden aangesteld en zullen hem uit de parnakans een vol doend getal jonge, sterke manschappen onder den luitenant van dat volk worden toogevoegd, dewelke ten alle lijden bij de brandspuit zullen moeten dienen en daarop geëxerceert kunnen worden. Art. 16. Wordende bij deze aan president en leden wel uitdrukkelijk verboden zich door geen gifle of gaven van hun pligt als opper-wijkmeester of wijkmeesler te laten afbrengen, veel min voorkomende zaken onder de hand voor geld of anderzins af te maken, sub poene, dat bij overtreding van dien de overtreders naar bevinding van zaken zullen worden gecorrigeert. Art. 17. President en leden zullen bij de aanvaarding vnn hun ambt doen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer als een getrouw onderdaan en burger te Cheribon Zijne Majesteit den Koning van Holland als mijn hoogeu, doorlucbligen souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van Indi<">n, gebouw en getrouw te zijn; dat ik de post van president of lid van het collegie van wljk meesteren te Cheribon zal waarnemen met alle naarstigheid eerlijkheid en goede trouw en daarbij sliplelijk zal nakomen, uitvoeren en doen uitvoeren, zoowel het mij bij de instructie voor de gezamenllijke wijkmeesloren voorgeschreven, als de nadere order, welke de prefect van Cheribon in der tijd zal komen goed Ie vinden, hetzij aan het collegie, dan wel mij in bet bijzonder te geven; en voorts daarbij verders te observeeren al datgeene, wat men van een eerlievend burger en ingezeten, die genie andere 1809. H. W. DAENDELS. 777 bedoeling heeft dan de welvaart van zijn evennaasten als de zijne te behartigen, kan verwanten. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig! 5 Julij. Toepassing op geheel Java van het bepaalde op g Maart 1809 nopens ankerage-geld. Aangezien het bezwaar, hetwelk de smalle handel langs de kust van Java lijdt door de introductie van het nieuwe ankerage-geld en waardoor dezelve bijna geheel te niet loopt; is besloten het bepaalde bij publicatie van den „', Maart 1809 ten aanzien van hel ankeragie-geld voor hel gansche eiland Java te arresteeren, echter mei deze alteratie voorliet vijfde artieul, dat alle kleine vaartuigen, welke niet meer dan twee coijangs en daar beneden kunnen laden, geheel bevrijd zullen wezen van het betalen van eenig ankeragie- of lastgeld; dal alle vaartuigen, boven de twee lasten groot, tot vijf lasten inclusive, zullen betalen 24 stuivers, zilver geld, per last; en dat alle vaartuigen boven de vijf tot tien lasten zullen vallen in de termen, als bij het evengemeld artieul bepaald, van vijf rd' ankeragie-geld te moeten betalen; ende zulks in te gaan van heden. 7> Julij. Naams-verandering Bij een gewoon besluit bepaalde Daendels, »dat de luijtenant collonel, P. A. David, en zijne famillie voortaan den naam zullen voeren van I'. A. David von Franquemonl". 4 Julij. Pensioneertmj van een in den dienst verminkt inlandsen militair. De djaijang sekar, Sado, bij de opvatting der gedeserteerde Balijscbe soldaten hel ongeluk gehad hebbende met het springen van zijn carabijn de 4 vingers van zijn linkerhand te ver liezen en daardoor buiten slaat gesteld zijnen dienst verder waar te nemen, 1809. H. W. DAENDELS. 778 in overweging genomen zijnde, dal dit ongeluk hem in het betrachten zijner plichten is overkomen en gevolgelijk ten voorbeeld en aanmoediging van anderen billijk dient gereconipenseerd te worden; is besloten den voormelden Sado als djaijang sekar uit den activeu dienst te ontslaan, met permissie om zijn uniform als djaijang sekar te mogen blijven dragen; hem toe te voegen den rang van groot manlrie onder de inlanders en als sergeant bij de militairen, als mede het gagement, aan een Europees in deze qualiteit verknocht, niet last, dal hem 's maandelijks dit montanl uit de Soerabaijasche cassa navolgens het tarief van uitbetaling der militairen aldaar zal uitbetaald worden. 5 Julij. Reqeling der werkzaamheden, enz. van <lr>i administrateur te Soerabaija. Zijne excellentie de maarschalk en Gouverneur Generaal, bij besluit van den 1"" dezer, tot vermindering der interme diaire personen en dus tot vereenvoudiging der werkzaamheden, den Oosthoek geheel op zich zelven en builen bemoeienisse van Java's Noord-Oostkust gesteld hebbende en daardoor de betrekking van deszelfs administrateur verandert zijnde; heelt besloten te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat de administrateur te Soerabaija met dezelfde werkzaam heden omtrent den Oosthoek zal belast wezen als de hoofd administrateur te Samarang en op dezelve instructie, met eenige kleine veranderingen, nader Ie maken, als voor den laatst gemelden bepaald is; dat dezelve speciaal zal gechargeerd wezen met de administratie der groole geld-cassa en het invorderen van alle Lands domeinen, uitstaande schulden, quolisatie-penuingen en al hetgeene ten voordeele der cassa dient ingenomen te worden: dal hem in deze zijne werkzaamheden zullen toegevoegd worden: een eerste suppoost onder hel genot van rd" 80, zilver geld, 's maands. 1809. H. W. DAENDELS 779 een klerk van rd ! 40 en twee klerken ieder van rd s 20 zilver geld. 's maands: dat hem, behalven de reeds toegevoegde pakhuis-boekhouder en pakhuis-klerk, als noch zal worden toegevoegd een pakhuis opzichter onder het genot van rd" 60, zilver geld, 's maands, en dat deze zijne nieuwe werkzaamheden zullen gerekend worden ingegaan te wezen met primo dezer maand. Zie ook 11 Julij 1809. 5 Julij. Vercenii/ing der betrekkingen van Iraclemenls boekhouder en kleiri-kassier Ie Soerabaija mei die van scriba aldaar. Voor zijne . meerdere werkzaamheden kreeg de laatstge noemde eene verhooging van tractement ad 150 rijksdaalders, zilver gold, 's niaands. Ook werden hem toegevoegd de trac lements-overdrager, de l e klerk op de secrelarie en vijf klerken. 5 Julij. Toekenning aan de munlmeesters le Soerabaija van twee pel, der door hen af le leveren duiten. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking hebbende genomen, dal de munlineester, J. A. Zwekker t, en deszelfs adjunct, van Leeuwen, bevorens bij het munten van goude en zilvere inunlspecien eenige procento's derzelver boven hunne bepaalde tractemenlen hebben genoten; dat hunne werkzaamheden thans lot de duiten-inunleiïj overgaande en dezelve bereeds op dien voet gebragl zijnde, dal, hchalven dat daarmede 's maandelijks een bedragen van 18 a 20000 aan duiten kan gerekend worden le werden ge slagen, de directie ook zoodanig iugerigt is, dat een pico! Japansch koper, na aftrek van smell-verlies en ongelden, zuiver twee a drie en zeven lig rd* aan duiten afwerpt; en ler aanmoediging, dal dit, niet alleen zal blijven stand houden, maar dal door eene goede directie en zèle met grond kan verwagt worden, dat die munterij kan vermeerdert en verbeterd worden; 1808. H. W. DAENDELS. 78 register, 't welk onder anderen dienen moet om bij extraci den aanvoer te kunnen verifiëren, in geval bij retour de pas verloren mogl gaan. Teo zesde: dat deeze gedechargeerde of gequiteerde pas door de personen, aan wien hel geld is geadresseerd, ter plaatse, waar de aanbreng geschiedt, moet worden terugge zonden en ingeleverd ter plaatse, van waar hetzelve is uil gevoerd, aan de commissien of personen, welke bij de verzegeling der gelden hebben gevaceerd, uiterlijk twee maanden na de verzegeling, in welk geval de persoon, die zich als borg heeft gesteld, dadelijk in bet register zal worden ontlast van zijne borgtocht door op de kant derzelve te noteren, dat de pas terug is gekomen en geliasseerl, lias n°.., pas n". . doeh dat, bij aldien de voorschreven tijd, verlopen is, zonder dal de gemelde pas is terug bezorgt, de gedagte com missien of personen op hunne bijzondere verantwoordelijk heid zulks zullen moeten brengen ter kennisse, te Batavia van den luitenant Gouverneur Generaal en op de overige kantoren van .lava van de residenten of die aldaar hel ge zach voeren, niet last aan de laatste om, bij hel bekomen van deze informatie, daarvan den luitenant Gouverneur Generaal te adverteren. Ten zevende: dal, na gegevene kennisgave aan den luite nant Gouverneur Generaal, do borg zal verpligt worden binnen drie maal vier en twintig uren aan den Lande te betalen het drievoudige monlanl van de soninie, welke uitgevoerd is, sub poene van parate excutie, wanneer hij daarvan in gebreke blijft, nogtans met dien verstande, dat zoodanige borg van het gemelde, betaalde, drievoudige montanl restitutie zal erlangen, wanneer hij in der tijd kan aanloonen, dal, de uitgevoerde somme werkelijk weder op een der kantoren van .lava is ingevoerd en de inlevering van de pas eenlijk door zee dessaslres of andere onvoorziene omstandigheden is vertraagd, dan wel beL schip zonder toedoen van den geld-vervoerder in 's vijands banden gevallen of veron gelukt is. 1809. H. W. DAENDELS. 780 heeft beslolen aan den l en muntiueester, J. A. Zwekkert, boven zijn vast tractement van rd s 120, zilver geld, 's maands, en deszelfs adjunct, W. J. van Leeuwen, tot rd ! 60, zilver geld, 's maands, alsnu nader toe te voegen twee percento's op alle de door hen gemunt wordende duilen, te verdcelen een en een half percento voor den l" 1 muntmeester, J. A. Zwekkert, en een half percento voor deszelfs adjunct, van Leeuwen, mits zorgende, dat de munteiïj len minsten op den tegenswoor digen voet blijve, zoo niet verbeterd worde, en zorgende, dat een picol Japansch koper, na aftrek van het smelt-verlies en daarop loopende ongelden, zuiver, zoo als thans uitlevert, twee ;t drie en zeventig rd" aan duiten afwerpt; moetende zelfs tragten dit montant te vermeerderen door het uitbreiden der munt en daarstellen van eenc groote oeconomie en orde in de werkzaamheden. Vroeger was de munt te Soerabaija eene particuliere onder derneming van den luitenant-kolonel Loriaux, van wien op 8 Julij 1809 voor een waarde van 5540 rijksdaalders, zilver geld, aan muntmateriaal werd overgenomen. Zie ook 11 Julij 1809. 5 Julij. Oprichting te Soerabaija etmer Wees-en Boedel kamer voor den Oosthoek. De voor Semarang vastgestelde instructie werd op dit collegie toepasselijk verklaard. De formatie bestond uit 4 Europeesche, "2 Chineesche, 1 Moorsch, en 2 Maleische leden, alsmede uit een Europeaan als secretaris, van welke de Europeanen ook andere betrek kingen vervulden. 6 Julij. Aanstelling van een vendumeester Ie Soerabaija. Vroeger was deze betrekking een zoogenaamd bijbaantje van den scriba te Soerabaija, maar deze had len gevolge van 1809. H. W. DAENDELS. 781 het bepaalde ten zijnen aanzien op 5 Julij 1809 te veel werk gekregen om als vendumeesler te blijven fungeren. (j Julij. Regeling der prijzen van benoadind heden voor hel hospitaal te Soera ba ij'a. Is besloten aan den commissaris van oorlog toe te staan de volgende prijzen Ie mogen besteeden voor de benodigde arliculen voor hel hospitaal te Soera ba ija, als: voor een pond rundvlees a'/j stuivers » » » ca rbouw-vlees.. . 2*/ j • » » » varkens reusel 9 3 /5 « » kan versclie clapper-olij 10 » groenlens voor Ëuropeesen, 's daags, per man 2 » idem » inlanders » » » '/ 4 » versche vis, onder de 100 koppen, » » 2 » een kranjang aardappelen 26 » een bottel limoensap 20 » waschloon der bospitaals goederen, per stuk, groot of klein 1 » alles te bereekenen in zilver geld, zullende bet brandhout van weege den Lande verstrekt worden. 7 Julij. Reglement op de brandspuiten binnen en buiten Batavia. Vermits dit «gealtereerde en geamplieerde" reglement hoofd zakelijk hetzelfde is als dat, medegedeeld onder 17 December 1801, is de opname overbodig voorgekomen. Alleen verdienen, als nieuw, vermeld te worden: Art. 55. Alle bewooners van huisen worden gelast en zijn verpligt om de brandmeesters, bij ontstaane brand, zonder uitzouderiug. toegang in hunne huisen te moeten verleenen en toeslaan, dat de slangen door dezelve heen geleid werden, als de brandmeesters zulks noodig zullen oordeelen, op een boete van vijf honderd rijksd. ten voordeelc van stads kassa voor dengeene, die zulks geweigerd heeft. 1809. H. W. DAENDELS. 782 Art. 34. De goederen, welke bij Imiiren of andere mensrhen van de bewooners, alw;iar brand is. bewaard' worden, zullen hinnen 24 uren aan de eigenaars terug bezorgd moeien worden; zullende diegeene, welke in gebreken blijlt hieraan te voldoen, na exigentie van zaken gestraft worden. 7 Julij. Regeling van inkoopcn, »zoo voor dr huishouding, »als de marine." Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat volgens den tegens woordigen staat van zaken, aan de eene zijde geene inkoopen kunnen werden gedaan zonder behoorlijke autorisatie, terwijl aan den anderen kant hel belang vordert, dat er eene be hoorlijke qualificatie gegeven wordt tot het inkoopen van hoogst benoodigde articulen, zoo voor de huishouding, als de marine; heeft besloten den prefect van den Oosthoek en den commissaris-generaal der marine, zoo te zamen, als ieder afzonderlijk, te belasten met den inkoop van alle noodwendige articulen en levensmiddelen en te bepalen, gelijk bepaald wordt bij deezen. daarvoor de volgende prijzen en daar be neden te mogen besleeden. als: voor een picol droge visch rd" 6, 8 a 10, vorsche clappus-olij rd" 12 en 24 stuivers de 45 kannen. voor een picol dendeng rd" 6 a 8, azijn, inlandsch, rd" 24 stuivers de 20 kannen, varkens vet of reusel rd* 25 de picol, zout spek rd s 12: 24 de picol, zout vleesch rd" 12 : 24 de picol. tammerinde, versche, rd s 1 :24 a rd" 1:30 de picol, zuiker, inlandsch, rd" 4 a 5 de picol, roet of smeer rd' 8 a 10 de picol, bindrottings rd" Sp* 15, 16 a 17 van 2 ropijen ider de 100 bossen, cadjang matten rd* 5 a ü de 100 pees, 1809. H. W. DAENDELS. 783 slroozakken, gerolde, lot zeijlen rd" Sp" 60 a (j.i van 2 ropijen ider de 100 pees, stroozakken, gronte van een picol, 17 a 20 rd" Sp* als voren de 1000 pees, stroozakken, kleine van '/i : ' 'A picol, 14 a 16rd s Sp» als vore» de 1000 pees, smeerkaarsseu 2'/ 2 9 3 rd» de 100 pees, sago voor het hospitaal rd* 10 a 12 de picol, klein formaat papier rd" 25 a 50 de riem, een pond lak rd" 4 a 5, penneschaglen rd" 1 a 1 '/ 4 het bos. inkt 30 a 36 stuivers de bottel, Javaansch papier 10 a 12 stuivers het corgies van 40 vellen, Macaos papier rd 8 Sp 8 2 a 2'/j de riem, agulgaaren rd s 4 a 5 de picol, bamboesen tot picollanssen 30 stuivers de 4 a 5 pees, Chineesche balijs a la stuivers bet pees, jarak- of dompol-olij 12 a IS stuivers de kan, borax 5 a 6 rd» 't ffi, zoollcer en veileer rd» 1 : 42 'I vel: alles te berekenen in zilver geld. Terwijl, wanneer de inkoop van eenige noodzakelijke articulen uiogt vereischt worden, waarvan de autorisatie hierbij niet vermeld staat, zal de qualificatie daartoe bij eerst volgende post moeten gevraagd worden, ten einde alzoo bij de generale rekenkamer te kunnen gevalideert worden. Zie ook 29 Augustus 1809. 7 Julij. Regeliny der wijze van uilbelaliny van Irac lemenlcn. Is besloten de betaling aan de onder-officieren en soldaten, zoowel als de civiele dienaren, welke twintig rd s 's maands verdienen, in steede van de tot nu toe plaats gehad hebbende betaling in koper en papieren geld, te doen vervangen ia 1809. H. W. DAENDELS. 784 (luiten en aan dezelve voor iedere stuiver te valideeren twee en een halve duit, terwijl a;m de officieren en verdere hoogere ambtenaren, welke meerder dan twintig rd s 's maands ver dienen, in steede van de hun bevorens in koper en papieren geld uitbetaalde tractementen, als nu ook zal geschieden in duiten, echter maar twee duiten voor eene stuiver; dat deze betaling niet alleen zal gerekend worden een aanvang te hebben genomen met primo dezer, maar dat alle agteistallige traclementen, zoodanig als dezelve aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zijn opgegeven, op den zelven voet zullen uitbetaald worden, voor zooverre daarvoor geen papier en koper voorhanden is of staat in te komen; wordende hiermede dus ingetrokken en buiten effect gesteld het hcsluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, genomen ten aanzien van liet verwisselen van koper geld voor papieren van credit zonder agio voor den Oosthoek. Deze regeling is door Daendels te Sourabaija getroffen en heeft mitsdien wellicht alleen op den Oosthoek belrekking; ook omdat bij besluit van S September 1809 het vorenstaande is toegepast op het garnizoen te Rembang. 7 Julij. Verstrekking van schrijf behoeften aan hel bureau van oorlog en aan den commissaris van oorion te Soerabaija. Deze verstrekking was gelijk aan die voor Samarang. 8 Julij. Bepaling, dal te Soerabaija voor liet terugbrengen van een deserteur betaald 2oude worden 5 rijksdaalders, zilver geld. Te Batnvia en te Sainarang gold reeds dezelfde bepaling, maar toch is op 20 Zomermaand 1810 nog eensbepaald.dat hel opvatloon te Sainarang o rijksdaalders zoude bedragen. 1809. H. W. DAENDELS. 785 PUIAAT-BOEI DEEL XT. 50 9 Jlll ij. Aanstelling van commissarissen van den con -Btruclie-winkel Ie Soerabaija. In aanmerking genomen zijnde, dat de uitgestrektheid der werkzaamheden in den conslructie-winkel te Sourabaija vor derd, dat daarover eene directie wordt aangesteld, welke, niet alleen voor de goede executie der door zijne excellentie den Ma.irsehalk en Gouverneur Generaal hereeds gegeven of nog te geven orders zorge draagt, maar tevens toeziet, datgeeue verstrekkingen of afbetalingen geschieden, dan die werkelijk benoodigd zijn; is hesloten, dat ondergeschikt aan en, bij afwezigheid van den luitenant Gouverneur Generaal, eene zoodanige directie over den constructie-winkel plaats vinden en bestaan zal uit vier commissarissen, waarvan ieder op zijn tour verpligt zal wezen om gedurende den tijd van agt dagen af en aan aldaar de inspectie te doen, ten einde zorge te dragen, dat alle de Ie ontvangen orders ter executie gelegd en sliplelijk geobserveerd worden; dat alle de door den constructeur te doene aanvragen van hentiodigdheden en gelden aan den commissaris der week zullen worden gedaan, welke, met overleg der andere commissarissen daarvan de noodzakelijkheid inziende, dezelve liatteerd en ter voldoening aan den prefect ter hand steld, die alsdan daarvoor ordonnantie verleend; dat er voorts hoegenaamd geene verstrekkingen uit den constructie-winkel zullen plaats vinden, dan op eene daartoe met de handteekening van den commissaris der week he kragligde of, in extra-ordinaire gevallen, op eene door den prefect, den commandant militair of den commissaris-gene raal der marine direct te verleenen qualilicatie; wijders tot commissarissen, welke deze directie zullen uit maken, te benoemen en aan te stellen, gelijk daartoe benoemd en aangesteld worden bij dezen: den prefect over Java's Oosthoek, den commandant militair bij de divisie-troepen te Soerabaija, 1809. H. W. DAENDELS. 786 den commissaris-ireneraal der marine en den chef der te Soerabaija zijnde artillerie: terwijl bovendien nog twee artillerieofficieren met de dagelijksche inspectie worden belast. 9 Julij. Levering van brandhout aan de garnizoenen in den Oosthoek. Is besloten het brandhout voor de garnisoenen in den Oosthoek op de plaats te doen leveren door het volk van de regentschappen tegeus een Spaansche mal den variem van zes voeten vierkant. 9 Julij. Aankonp van een residentie-huis te Soerabaija Is besloten den prefect van den Oosthoek ie autoriseeren om voor rekening van den Lande Ie koopen het huis Simpang bij Sourabaija met de meubelen, welke zich in hetzelve be vinden, voor de somma van rd 9 18000, /.ilver geld, en voor deze somma aan den tegenwoordige» eigenaar, den kapitein Chinees te Sourabaija, een obligatie af te geven, rentende tegeus zes percent 'gjaars; alsmede permissie Ie verleeneu aan deu voornoemden prefect om het huis Simpang te bewonen, mits zorg dragende voor de meubelen voor den lijd, wanneer de Gouverneur Generaal of luitenant Gouverneur Generaal niel present zullen wezen. Zie ook 2± Junij 181 1. 9 Julij. Opdracht van de administratie en directie der salpeter-makerij Ie Soerabaija op den prefect aldaar. Daendels was van oordeel, «dat de salpeler-iuakerij te Sourabaija niet tol de militaire direclie gehoord, alzoo de salpeter eerst daaruit dient te worden afgeleverd, voordat dezelve onder de militaire administratie kan worden gebragt". 9 Julij. Traclemenls-regeliny van den cipier te Bantam. Is besloten aan den cipier der boeijen te Bantam een 1809. H. W. DAENDELS. 787 maandclijksch Iractement toe te leggen van 10 rd", te betalen '/.-, in zilver, eu */« '" koper, en daarenboven nog voor ieder gevangene G stuivers, koper geld, daags. 9 Julij Bepaling, dat de milieu van de stad Soerabaija moesten worden geslecht. De afbraak zoude strekken tot opbouw van onder banden zijnde of nog »le exlrueeren" gebouwen, - eeue wijze van handelen, welke Duendels meermalen, speciaal te Batavia, toepaste. 10 Julij. Machtiging op den prefect van den Oosthoek 10l hel verkoopen van specerijen. Is hesloten den prefect in den Oosthoek te qualiticeeren tot het verkoopeu van specerijen, de I'oelij lot vijl' Spaansche (ronde) matten 't pond, de nieuwe nagelen tot vijftig en de oude nagelen lot veertig stuivers 't pond, terwijl hij de goede noten tol één en één halve ronde mat en de aangestokene Moten na gelang vati haar bederf /.al van de band kunnen zetten. 11 Julij. Toekenning aan den cipier te Soerabaija van 5 stuivers, zilver gold, per dag voor eiken gevangene. Is besloten aan den cipier van 'sLauds boeijeu te Sourabaija, evenals zulks te Samaraug plaats vind, te valideeren drie stuivers, zilver geld, daags voor ieder persoon, welke aldaar iu hegteuis is geplaatst, en zulks instede vau de tol beden door hem genotene drie stuivers, papiere geld. Zie ook 22 Maart 1809. 11 Juiïj. Aanstelling van een schrijver voor de MaMsche taal bij den, translateur Ie Soerabaija. liet tracteinent van dien schrijver (een Maleier) bedroog 525 rijksdaalders 's maauds. Ook kreeg hij de» rang en lilel van luitenant bij de Maleieis. 1809. H. W. DAENDELS. 788 11 .lulij Rang-regeling der boschgangers. Zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat de boschgangers lot nog toe geen rang onder de dienaren hebben en hunne ambls-verrichlingen echter voor hel gouvernement even van zooveel nut zijn als die van anderen, aan welke dezelve reeds toegekend is; heeft besloten Ie bepalen, gelijk liepaald wordt bij dezen, dat de bnschgangers, als verdeeld zijnde in drie dassen van betaling, ook in drie onderscheidene rangen zullen verdeeld worden en die, welke ecu Iractement genieten van 100 rd" in de maand, zullen hebben den rang van kapitein, die van 75 rd 9 's maands dien van eersten luitenant en die van rd* 50 's maands dien van luitenant. 11 Julij. Instructie voor den administrateur te Soerabaija. Daar de Oosthoek, welke te voren een gedeelte heelt uitgemaakt van hel Java's gouvernement, thans daarvau onaf hankelijk is verklaard en, de prefect alleen aan hel gouver nement-generaal verantwoording schuldig zijnde, tevens het administratieve van hel generaal toeverzicht van den hoofd administrateur te Semarang behoord onttrokken te worden, zoo zal er voortaan te Sourabaija mede een administrateur zijn, welke, evenals die van Samaraug over de Noord-Oost kust vau Java, hel generale toeverzicht over het administratieve van den geheelen oosthoek houden en in die betrekking aun de volgende voorschriften zal zijn gesubmitleenl. Art. 1. Alle inkoopen, besprekingen of inhnringen van schepen en vaartuigen ter vervoer van 's Lands producten voor rekening van den Lande geschieden door den prefect en, het contract tot den koop of inhuring geslolen zijnde, zal de verdere directie, zoo daarover, als over de belading of andere noodige beschikkingen, met voorkennis van den pre fect door den administrateur worden uitgeoefend. Art. '1. De groole geld-kassa Ie Sourabaija zal slaan onder 1809. H. W. DAENDÉLS. 789 hel toeverzicht en de beheering van den prefect en admi nistrateur Ie zamen en voorzien zijn van twee differente sloten, waarvan de eene sleutel door den prefect en de andere door den administrateur zal worden bewaard, opdat zij builen elkanders voorkennis geene toegang kunnen hebben tot de kas; zij zijn beide voor alle tekortkomingen ver antwoordelijk en gehouden eenmaal 'sjaais de kas door ge committeerden ten hunnen overstaan te laten opnemen. Art. 3. De kleine geld-kassa te Souruhaija, gelijk ook de kassen van de onder-prel'ectures, slaan onder het generaal toeverzicht van den administrateur, in zooverre, dat hij na gaat alle oneigen afschrijvingen en uitgaven, terwijl de speciale verantwoording alleen de respeclive kashouders inenmbeerd, die, zoowel als alle administrateurs, in deze betrekking onder de administratie sorteeren en verpligt zullen zijn uiterlijk voor den Bilen8 ilen van elke maand hunne kassa-rekeningen met dies verificaloire ■lokken van de vorige maand aan hem in te zenden. Geen ontvangst in of uitgave uit 'sLands kassa te Sou rabaija zal geschieden dan op ordonnanlien van den prefect, tenzij dezelve aldaar niet aanwezig is, als wanneer dezelve door den administrateur op deszelfs speciale verantwoording zullen worden verleend. Art. 5. Op gelijke wijze zal niets in de magazijnen te Sourabaija ontvangen dan wel daaruit verstrekt worden, als op ordonnantiën, die onmiddelijk door den prefect verleend °l bij deszelfs absentie door den administrateur geteekend zijn. Art. 6 Alle aanvragen voor ordonnantiën op de groote en kleine kassa geschieden schriftelijk en worden geëxami neerd door den administrateur, die, bevindende, dat dezelve rusten op eene voet, resolutie of aanschrijving, daarvoor de ordonnantiën opmaakt en voor alle daarin te begane abuizen responsabel is, doch in alle andere gevallen, waarvan geene qualificatie voorbanden is, niet dan op speciale autorisatie vnn den Maarschalk en Gouverneur Generaal, tenzij in gevalle, dat eenige extra betalingen onder den titel van voorschot 1808. H. W. DAENDELê. 79 Lasten en hevelen eeu ieder, die hel aangaat, den inhoud dezes te achtervolgen en te doen achtervolgen, nadien wij zulks ten algemeene nutte alzo hevonden hehhen Ie be horen. En opdat niemand hiervan eenige onwetendheid voorwende, zal deze ter hoofdplaalse Batavia en op de kantoren van Javasch Noord-Oostkust, Oherihon en Bantam gepubliceerd en in de Bollandsche, Chinesche en inlandsche talen worden ge affigeerd ter plaatse gebruikelijk. 2 Augustus. Invoering van een nieuw ambts-zegsl. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal in aanmerking genomen hebbende, dat de stellige orders van Zijne Majesteit den Koning, onzen meesier, medebrengen, dat. 't lichaam der hooge Indische regeering, de booge Raad van justitie en andere adminislrative collegien. gouverneurs, resi denten, ambtenaren of gezaghebbers in Zijner Majesteils pos sessien in Indien niet langer blijven gebruik maken van hel zegel der gewezene Oost-Indische Compagnie; overwegende wijders, dal volgens decreet van Zijne Majesteit van den 50' n Januari) 1807 het zegel van den Gouverneur Generaal van Indien zal zijn dat van den Staat, onder aan ten opschrift hebbende: Gouverneur Generaal der Oost-Indien: heeft besloten het lichaam der hooge regeering en alle de voornoemde collegien, ambtenaren, gouverneurs, residenten en gezaghebbers op Zijner Majesteils possessien in Indien te ge lasten, gelijk dezelve gelast worden bij dezen, om tegens den eersten Januarij van het volgende jaar of zooveel vroeger, als zal kunnen geschieden, zich te voorzien van een zegel van den Staat, van onderen of om den rand ten opschrift, hebbende de titulatuur van hunne verschillende collegien. gouvernementen, residentiën, enz., met lasl om daarvan alleenlijk en niet af schaffing van hel zegel der voormatige Oost-Indische Compagnie gebruik te maken. Zie ook 15 Augustus 1808. 1809. H. W. DAENDELS. 790 als ahderzintg noodzakelijk moeten wezen en poen uitstel konden lijden, zullende dezelve als dan door den prefect of door diegeene, welke bij deszelfs absentie met hel gezag mogte zijn bekleed, op derzclver verantwoordelijkheid verleend worden. Art. 7. Wanneer de kas van een der onder-prefectures grooter bevonden wordt, als na calculatie de uitgave in de eerste drie maanden wezen kan, zal hel surplus in de groote geld kassa te Sourabaija worden overgebragl, dan wel in zoodanige andere kassen, welke gelden beuoodigd hebben, waarvan de administrateur telken reize aan den prefect zal kennis geven, die als dan de faculteit bezit om hetzelve op Ie ontbieden dan wel naar de eene of andere kassa Ie doen overbrengen. Art. 8. Alle Landsmagazijnen en pakhuizen, excepto de zulke, welke tot de marine gebooren, zullen builen en behalven den prefect, die over alles het generale opzicht heeft, staan onder het oppertoezicht van hem, administrateur, en gevolge!ijk de administrateur te Sourabaija, zoo wel als de prefecten in de andere prefectures van Java's Oosthoek, deswegens aan hem verantwoording schuldig en, gelijk reeds onder art. 4 ten aanzien der kassa bepaald is, verpligl zijn uiterlijk voor den 10" van iedere maand aan hem in duplo in te zenden distincte en accurate memoriën of specificatie!) van den ont vangst en van de verstrekkingen der producten en goederen in de vorige maand, met aantooning, van waar en met welke gelegenheden dezelve zijn aangebragt, de hoeveelheid en aan wien afgegeven, op wiens order en met welke occasie die verzendingen zijn geschied en hoe groot het restant nog is gebleven, de eene om te dienen voor den prefect en de andere voor hem, administrateur, en den negotie-boekhouder. Art. 9. Hij zal, builen den generalen opneem onder ultimo December, de kassen en magazijnen zoo dikwerf mogelijk opnemen en doen opnemen, als hij zal Doodig oordeelen, en welk regt ook in het bijzonder aan den prefect wordt toe gekend. Art. 10. Alle rekeningen, specificaliën, facturen enz. worden 1809. H. W. DAENDELS. 791 door den administrateur geëxamineerd en de finantie-, tractc ments- en andere boekhouders, die, zoowel als hunne suppoosten, aan den administrateur ondergeschikt zijn, zullen dezelve niet vermogen te boeken, voordat zij door hem goedgekeurd en voor de approbatie onderteekend zijn. Art. 1 1 . Hij zal mede examineeren de finantie boeken van Sourabalja en van alle andere administratiën in Java's Oosthoek, dienende van zijne bevinding aan den prefect telken reize van rapport in scriplis; hij zal personeel ver antwoordelijk worden gehouden voor de erreuren, die na het indienen van zijne berigten in de gemelde boeken mogten worden ontdekt en niet door hem waren aangegeven. Art. 12. Hij zal van de erreuren, die hij in de hoeken aanwijst, hetzij ten voor- of ten nadeele van den Lande, genieten Vb gedeelte in zilvere speciën ten laste van de geenen, welke deze erreuren hebben begaan. Art. 13. Alle de eischen van het gouvernement-generaal, voor zoo verre den Oosthoek betreft, worden aan hem inge zonden en door denzelven ter voldoening over de verschillende onder-prefect ures met concurrentie van den prefect verdeeld. Art. 14. Hij formeeid daarentegen jaarlijks pene generale eisch van het benoodigde voor Sourabaija, dezelve aan den prefect overgevende ter approbatie en inzending aan den Maarschalk en Gouverneur Generaal. Art. 15. Hij zal mede onder ultimo December van ieder jaar een verslag zijner verriglingen en gehoudene directie aan den prefect inleveren ter inzending aan het gouvernement. Art. 16. Daarenboven zal hij verplicht zijn zich stiptelijk ter observanlie te laten strekken al, hel geene in de instructie voor de generale rekenkamer op zijne bediening kan worden toegepast, zoo in bet zenden van papieren aan hetzelve, als anderzins, en bet welke voor zijne speciale verantwoording wordt gelaten Art. 17. Hij zal provisioneel tol vast tractement genieten zes duizend rd 8 , zilver geld, 'sjaars, en in zijne werkzaam heden geassisteerd worden door: 1809. H. W. DAENDELS. 792 een l cn suppoost rd* 8<) » klerk » 40 twee klerken, ieder » 10 een pakhuis-opzichter » 00 » » klerk » Art. 18. Bij de aanvaarding van zijne bediening zal hij doen den navolgenden eed : Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Holland als mijne hooge en doorluchtige souverain, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Raden van indien gehouw en gel rouw te zijn; dat ik mij met alle vlijt en naarstigheid zal kwijlen van de verplichtingen, die mij hij mijne instructie zijn voorgeschreven of nog voorgeschreven zullen worden, en inzonderheid in het examineeren der hoekeu, specifica tien en rekeningen de slipte trouw en een pligtmalige behartiging van 'sLands belangen altijd zal laten prevaleeren boven eenige andere inrichting of consideralien, van welke natuur die ook zouden mogen wezen: dat ik mede soigneuselijk zal waken tegen alle afwijkingen en inkruipselen, welke ten aanzien van het nieuwe plan van organisatie voor Java, voor zoover het mercantiel en finantieel departement betreft, zouden mogen worden onder nomen en getenteerd en bij ontdekking van de minste inbreuk, die daarop wordt gemaakt, daarvan zonder verzuim kennisse zal geven aan het gouvernement; en dat ik mij generalijk zoodanig zal gedragen, als een vroom en getrouw ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almaglig. Zie ook 5 Julij 1809. 11 Julij. Instructie voor het personeel bij de duiten-munt te Socrabatja. EERSTE AFDEELING. Voor den muntmecsfer. Arl. 1. üe ïmuiliiieesler zal verpligt zijn 's morgens ten 1809 H W. DAENDELS. 793 zes ureu, dan wel vroeger, als het vereischl wordt, de munt te laten openen, opdat het arbeidsvolk vroegtijdig hun werk zaamheden kunne beginnen, en zorge dragen, dal niet alleen voor hall' zeven uren des morgens de vuren der smeltovens voor het kooper in brand zijn en niet hel smelten een begin gemaakt wordt, maai- ook dat het werk met den noodigen spoed wordt voortgezet, ten welken einde hij of de aan hem toe te voegen adjunct steeds altoos in de munt moeten present zijn om op alles een goed toezigt te houden. Art. 2. Ten dien einde zal hem, buiten den voormelden adjunct, tot adsistentie worden toegevoegd een boekhouder, twee Europeesche opzienders en vier oppassers, alsmede zoo veel inlandsche mandadoors, nis benoodigd zijn, allen onder hem slaande en van hom dependeerende. Art. 5. Ook zal hem worden toegevoegd een inlandsen hoofd met vier oppassers tot de ontvangst, berging, gadeslaan en verstrekking van houlskoolen, welkers pligt zijn zal die bij aanbreng directelijk onder zijne verantwoording te nemen en daarvan zooveel te verstrekken, ;ils benoodigl is, tellens zorg dragende, dat daar niet mede roekeloos gehandeld wordt. Art. 4. Alle materialen en gereedschappen, tol de niunterij gehoorende, zullen staan ler zijner verantwoording en hem alle van 's Lands wege worden verstrekt. Art. 5. De benoodigde muntknegten en ander werkvolk, dat bij benodigd komt te weezen, zal hem mede 'sLandswege worden verstrekt. Art. 6. Hij zal hebben te zorgen, dat de munt, niet alleen in denzelfdeu staat en op dienzell'den voet, als thans is ingerigt, onderhouden werd, maar ook alle mogelijke vlijt en ijver ter verbetering daarvan aanwenden en dienvolgens, niet alleen verpligt zijn om van een picol Japans koper, na aftrek van alle arbeidsloonen en sinelt-verlies, rd" 72 a 75 zuiver aan duiten aan den Lande Ie verantwoorden, maar ook maan delijks 18 a 20 duizend rijksdaalders daarvan aan Ie maken. Art. 7. Ter goedmaking van het smelt-verlies op het koper zal hem tol 13 percent gevalideerd worden, terwijl hij 1809. H. W DAENDELS. 794 daarentegen voor liet Ie ontvangene koper verantwoordelijk zal worden gehouden, op den voet van dit en het vorige arlicul bepaald. Art. 8. En voor zijne moeite en werkzaamheden, alsmede die van de overige munl-bediendens, zullen dezen genieten 's maands : de muntmeesler rd* 125 » adjunct » 60 ■> boekhouder » 40 2 Ëuropeesche opzienders, ieder » 50 2 inlandsche mandadoors, » » 5 1 hoofd over de houtskoolen » 10 4 mandadoors, ieder . - 5 terwijl buitendien aan hem, muntmeesler, noch 2 percent daarenboven zal worden afgegeven, te verdeden 1 */ a percent voor den muntmeesler en '/, percent voor deszelfs adjunct. Art. 9. Hij zal staan onder de onmiddelijke orders van den prefect over Java's Oosthoek en dien volgens in allen deele stipt moeten nakomen de orders, die hem door of van wegens denzelven zullen gegeven worden, en voorts verpligl zijn weekelijks een gedetailleerd berigt. van het voorgevallene in de munt ten onziglc van de werkzaamheden in duplo aan denzelven in te dienen, waarvan een zal dienen ter spe culatie van hem, prefect, zelve en het andere om zijne excel lentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal te werden aangeboden. Art. 10. Alle nieuw aangemaakte duiten moeten, behoorlijk gewoogen en gelell, in 'sLands geld-cassa worden afgegeven ter voorkoming van alle fraudes en om te kunnen nagaan, hoeveel een picol koper zuiver aan duiten komt af te werpen, ten welken einde ook, zoowel van het netto gewigl derzelve, als de juiste som aanteekening, zoowel door den muntmeesler, als groot-cassier gehouden worden moet, ten einde zulks legens elkander kan werden geconfronteerd. Art. 11. Alle duiten zullen behoorlijk in daartoe expres te vervaardigen, gesloten kisten in 's Lands groole geldkamer 1809 H W. DAENDELS. 795 moeien werden afgeleverd en ook hel uit 's Lands magazijnen te ontvangene koper in gelijker voege van daar na de munleri; of sinellhuis weiden overgebragt, lerwijl ook het gesmolte en bereeds gepleite koper mede in dier voege van de smelterij en plet molens na de munt zal moeien werden getransporteerd, ten einde, niet alleen alle verlies voor Ie komen, maar ook den Javaan of anderen Ie beletten van zich daarmede door diefstal te kunnen verrijken. Art. 12. Hel te ontvangene koper en tin, zoowel als het geene, dat gesmollen en geplot is, zal, nadat daarvan huilen den muntmecster door den boekhouder en adjunct behoorlijk aanteekening is gehouden, in een expres daartoe alle zonderen pakhuis worden geborgen, waarvan zoowel de inunlmeester als dies adjunct een sleutel zullen moeien hebhen en waaruit niets vermag te worden verstrekt of ingeborgeu dan mei heider kennis en ten bijwezen van den boekhouder. Art. 13. Dagelijks, en wel des middags ten vier ure, zal door den boekhouder aan den prefect moeten worden inge zonden een lijst van de manschappen, welke gedurende dien dag in de munt gearbeid hebben, met hekendstelling levens van de verdiende dagloonen derzelven, lerwijl des Zaterdags eene gelijke generale opgave van dezelven zal moeten worden gedaan om daarna de afbetaling te kunnen doen gevolg nemen en welke lijsten door den mnnlmeester en deszelfs adjunct voor accoord geteekend zullen moeten zijn. Art. 14. Hij zal zich volstrekt f met geene uitbetalingen der werklieden mogen inlaten, maar zulks geheel moeten over laalen aan dengene, welke daarmede van wegens den prefect zal worden gechargeerd, eenclijk toeziende of door deszelfs adjunct latende toezien, dal zulks richlig komt plaats te vinden, len welken einde ook de belalings-lijst door hem of zijn adjunct na gedane uitbetaling voor conform zal moeten worden geteekend. Art. 15. Hy zal verpligi en gehouden zijn de munt-knegten en andere arbeidslieden, zoo dikwijls de prefect zal goedvinden die in persoon te komen inspecteeren of door eene commissie 1809. H. W. DAENDELS 796 viin zljnentwege (e doen inspecleeren, ler monstering en uatelling Ie laten optreden en, bij bevinding, dat aan het opgegevene gelal komt te mankeercn, daaromtrent aan deuzelve verantwoording schuldig zijn. Art. IG. Eindelijk zal hij, inuntmeesler, verpligt en ge honden wezen van alles distinct oanteekeningen te houden en zich wijders puiiclivelijk te gedragen aan deze zijn instructie. TWEEDE AFDEELINII. Voor den adjunct. Art. 1. Deze zal, zoowel als de munlmeesler, gehouden zijn 's morgens vroegtijdig in de munt present te zijn om te zien, dal hel werk met den vereischlen spoed wordt voort gezet. Art. 2. Voorts zal hij den munlineesler in alles, wal aldaar te verrigten is, na behooren moeten adsisleeren en ten dienste staan. Art. 3. Hij zal, zoo bij het ontvangen van koper, item gereedschappen en andere materialen, als hij afgave der ge munte duiten, altoos moeten present zijn en ook van alles, hetgeen verder in de munt omgaat, moeten kennis dragen, opdat, zulks van hem gerequireerd wordende, hij in staat zij daarvan een behoorlijk verslag te doen. DERDE AFDEELING. Voor den boekhouder. Art. 1. Hij zal altoos moeten gereed zijn om, wanneer kooper, item houtskolen, gereedschappen of iets anders werd ingebragt, daarvan exacte aanteekening te houden, zoo als inzelver voege door hem bij de aflevering van duiten gedaan zal moeten worden. Art. 2. Hij zal ook inventaris moeten houden van de ge reedschappen en wal er dagelijks ter reparatie afgegeven en weder gerepareerd of geheel nieuw aangebragt werd, alsmede wat afgeschreven of nieuw aangemaakt is. 1809. H. W. DAENDELS. 797 Art. 3. Hij zal tevens ook een tlagelijksch journaal moeten houden van de quanliteit koper, die ter smelting afgegeven en weder, verwerkt, ingekomen is en daarvan dagelijks een extract aan den prefect en niunlmeestcr ter hand slellen. Art. 4. Hij zal dagelijks en wel des namiddags ten 4 uure aan den prefect moeten inzenden cene specificatie lijsl van het gelal der op dien dag in de uiunterij dienst gedaan hebbende manschappen, met bekendslelling, lot welke werk zaamheden dezelve gebruikt zijn en hoeveel ieder hunner ver diend beeft, welke lijst door den ïnun tineester en deszelfs adjunct voor accoord zullen moeien worden gelcekend, en welke lijsten des Zaturdags in een generale nominalive lijst zullen moeten worden overgebragl, len einde daarop de uitbetaling aan de werklieden kunne geschieden. Art. 5. Hij zal de wekelijksche rapporten van den munt meester van al het voorgevallene en de gedane werkzaamheden in triplo moeten afcopieeren. Art. 6. Hij zal mede een tractements-rol moeien houden van het werkvolk, waarbij derzelver dagloonen distinct zijn bekend gesteld, waarvan om de drie maanden twee afschriften aan den prelecl moeten worden afgegeven. VIERDE AFDEELING. Voor de Kinopeesche opzienders en hel hoofd over hel kolenmagaziJH. Art. 1. De Europeesche opzienders zullen het generaal loeverzigt over de munterij hebben, als: de eene over de munt- en pletinolen, die zich bij de munt zelve bevinden, en de andere over de koper-sinellerij met de daarbij zijnde pletmoleus, mitsgaders voor bet goed gedrag en handelingen der daarin zich bevindende muntknegten en andere werklieden moeten waken en zorgen, dat dezelve tot hun pligt gehouden werden, terwijl een derzelve daarenboven, na goedvinden van den muntmeester, met het bijzonder opzigt over het kolen magaziju belast zal zijn en dienvolgens cene disliucle aan 1809. H W OAENDELS. 798 teekening houden, zoowel van de hoeveelheid cranjangs, die werden aangehragl, als de quantiteit, welke dagelijks verbruikt werd, en daarvan vervolgens alle avonden oen schrif telijk rapport aan den prefect, een dito aan den boekhouder moeten indienen, ten welken einde hel hoofd over dit pakhuis niet deszelfs handlangers aan hem ondergeschikt is en van'alles verantwoording zal moeten doen. Art. 2. Tot berging der houtskolen zal een aparte loods, met goede bamboese paggers voorzien, worden opgerigt, waarbij des nachts een wagt van campongs-volkeren zal worden geplaatst, terwijl de verstrekking van houtskolen uit de gemelde loods niet na willekeur zal mogen geschieden, maar aan iedere smelt-oven dagelijks zooveel werden verstrekt, als men na eene vooraf genomen proef berekend, dat voor het continueel aan de gang houden der ovens voor eeu geheelen dag benodigd is, en vervolgens des avonds het overschietende weder behoorlijk moeteu werden bijeen ge zameld en in de loods ter berging overgebragt. Art 5. Zij worden voorts met hun beiden of wel een ieder derzelve in zijn departement voor alle disorders en tekortkomingen verantwoordelijk gesteld en zullen inzonder heid voor het aan hun toevertrouwd werdende koper respon sabel zijn. Laatstelijk zal de mun(meester en dies adjunct, nevens den boekhouder, op den inhoud van deze instructie moeten alleggen de volgende eeden : Eed voor den muntmeester Ik beloove en zweere, dat ik geen andere speciën, alloij of stempel in deze mij aanbevolen munte admilteeren, tollereren of conniveeren zal, als degeene, waartoe ik bij speciale order van zijne excellentie den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal, nevens de Hoog Edele heeren Raden vandeHollandsche bezittingen in Oosl-Indiën, gequalificeerd en geordonneerd zal zijn en dat ik dienvolgens ook in allen deele punctueel agtervolgeu en prompt zonder de minste afwijking observeeren 1809 H. W. DAENDELS. 799 zal, hetgeen mij door zijne excellentie bij de deswegens vast gestelde instructie aanbevolen is, mitsgaders allezints doen en handelen zal, zooals een vertrouwd muulmeester toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Eed voor den adjunct. Ik beloove en zweere, dat ik den muntmeester, onder den welke ik als adjunct gesteld ben, mei alle trouw en vigi lantie adsisteeren zal, 's Lands intrest en belangens in allen deele even als het mijne behartigen, hem in alles, wat regt en billijk is, behulpzaam zijn, den inhoud der instructie, zoo voor den muntmeester, als mij eu verdere bediendens, door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal beraamt, zoowel als alle andere orders, ten dien snjetle be reeds beraamd ofte noch te beramen, in allen deele na te komen en mij voorts in alles zoodanig te gedragen en te handelen, als een vroom eu opregt ïnunl-bediende toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Eed voor den boekhouder. Ik beloove en zweere de partijen koper en thiu, welke ter verkrijging in de munt werden gebragt, getrouwelijk bij de door mij te houdene boeken te zullen innemen en ook na de vermunting zulks te zullen doen van de duiten, welke er van gemunt of geslagen zijn, en voorts toe te zien, dat die vervolgens, behoorlijk en volgens dies wezenllijke waarde in 's Lands cassa getelt en gewogen, werden over gebragt; de boeken, lijsten en rapporten, welke ik verpligl ben te houden, dagelijks effen te stellen en in goede order te formeeren overeenkomstig het dientwege bij de voor de munt-bediendens bepaalde instructie voorgeschreven, en van deze dour mij te houdene aauleekeningeii aan niemand, wie hij ook zij, buiten deugeene, aau wien ik verantwoording 1808. H. W. DAENDELS. 8 Art. 5. De officieren van gezondheid van de eerste classe der regimenten, corpsen of hospitalen /uilen voor hel waar nemen van den dienst hunner ondergeschikten bijzonder ver antwoordelijk zijn. Art. 4. De noodige medicijnen en andere middelen, alsmede eenige chirurgicale instrumenten en andere gereedschappen tot uitoefening van den dienst, ontvangen /.ij aldaar, waar geen hospitaal zich in de nabijheid bevind, op behoorlijke requisitielijsten, aan den chirurgijn of doctor principaal van het arrondissement ingezonden en door den chirurgijn of doctor en chef gefiatteerd, uit hel magazijn van genees middelen. Zij zullen nogtans gehouden zijn zich op eigene koslen aan te schaffen de noodige zak-iiïslrunienten. Art. 5. In de eerste colom van de requisitielijst word geschreven, hoeveel zedert de laatstvoorgaandc requisitie van zoodanige middelen, die op nieuw gevraagd worden, is over gehouden en in de tweede, welke benoodigd worden geoordeeld, welke benoodigde artikelen duidelijkheidsbalve levens voor aan met een schrap worden aangehaald; het onder deze lijsten gestelde declaratoir word door den ollicier van gezond heid, die de requisilie doet, onderteekend. Art. 6. Indien men zoude vermeenen van eenige genees middelen, die op de medicijnlijsl niet gesteld zijn, in het behandelen der zieken te moeten gebruik maken, zal nel vrijstaan dezelve afzonderlijk bij de requisitie te vragen, mits openleggende de reden van dit verzoek. Art. 7. Eenige middelen, als daar zijn: Sp. minderer, aqua mentae, aq. foeniculi, ext. satuini, sp. vini camphor en i r zoortgelijken moeten door hun zelven vervaardigt worden. Art. 8. Azijn, brandewijn, olie, vel, stroop, zeep, wijn en al hetgeen tot zoortgelijke middelen behoort, zullen zij op detachementen, alwaar geen hospitaal is, op behoorlijke bons van wegens de civiele administratie uit de magazijnen ont vangen. Art. 9. Na de ontvangst van het gevraagde worden de 1808. H. W. DAENDELS. 80 2 Augustus. Vergunning voor een onder-koojrman, teven» gezworen klerk ler secretarie van den Hoogen Raad van justitie, om als procureur te Dposttileercn" bij de militaire vierschaar en den garnizoens-krijgsraad te Batavia. 4 Augustus. Toekenning eencr toelage aan officieren en kadetien voor hunne uitrusting. Is besloten de door zijne excellentie den gewezen Gou verneur Generaal, Wiese, bepaalde douceurs 10l equipering der officieren en kadels (') bij dezen te renoveren en dien volgende de uitbetaling daarvan uit 'sLands kassa toe te staan, als: aan een sergeant of kadet, tot officier avancerende, 100 rijksdaalders; en aan een kadet, welke in dienst wordt aangenomen, hetzij bij de kavallerie of infanterie, 55 rijksdaalders, alle in papieren van credit; mitsgaders dit besluit Ie exlendeeren tot de kadets, welke bij de artillerie worden aangenomen, in plaatse en met intrekking van eene vrije monleeriiig, welke bij bovenbedoelde bepaling hun was toegestaan. 8 Augustus. Rang-lijst van de ambtenaren, <•//:. Zijne excellentie in aanmerking genomen hebbende, dat de ranglijst van den 50" Junij 1785 noodzakelijk behoord te worden gerevideerd, alzoo builen het gebrekkige, dat daarin na de tegenwoordige constitutie van liet gouvernement gevonden wordt, het stuk der rangen vele veranderingen heeft ondergaan door het creëeren van onderscheidene ambten sedert den ge melden lijd en bet intrekken van anderen, zoomede door de nieuwe benamingen, welke voor een gedeelte aan de militaire en civiele qualiteiten zijn gegeven; (') Zie deel XIV, blad/. 312 en 370. 1809. H. W. DAENDELS. 800 mijner daaden en handelingen schuldig hen, eenige kennis uf opening te geven, mitsgaders mij in allen deele zoodanig te gedragen, gelijk een vroom en opregl munt-boekhouder toeslaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almaglig. 11 Juli]. Vereeniging der betrekking van bode bij hel collegie van justitie te Soerabaija met die van vendu afslager van den vendu-meester aldaar. De positie van dezen bode-afslager werd geregeld op de zelfde wijze als die van zijnen Samarangschen collega. 12 Juli] Voorschriften omtrent hel melen van balken. Ten einde de meting der balken op eene gelijke wijze op het eiland Java geschiede en op de aangave derzelve een vaste calculatie kan gemaakt worden, hetwelk tol nu toe, zoo wel door de onderscheidene maatstokken, als de differente wijze van metingen, aan vele varialien is onderhevig geweest, heeft zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal besloten te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen: 1° dat alle houtwerken voorlaan met lUjnlandsche voetmaten van twaalf duimen zullen moeten gemeten worden; 2° dat alle boscbgangers, opzichters van de stapelplaatsen en vlolte-makers zich van dergelijke maatstokken zullen moeten bedienen, ieder van zes voeten lengte en waarvan een voet in twaalf duimen verdeeld is, welke maatstokken alle behoorlijk met hel merk der hout-administratie jaarlijks zullen moeten worden geijkt; 3° de commissaris-generaal der marine en het collegie van administratie over de houtbosschen zullen daarvan een genoegzaam getal laten vervaardigen om door den eerst gemelde aan de opzichters der stapelplaatsen en de vlotle makers en door de laatstgenoemde aan de boscbgangers te worden afgegeven. 1809. H. W. OAENDELS. 801 FLAEAiT-BOKK Utti IV. 51 4" de meting der lengte van de balken en zwalpen zal ge schieden van agter den kop tot aan het einde, en 5° de meting der dikte van de balken, waar de meeste proportie is om een egalen, vierkanten balk uit een stuk hout te kunnen bekomen, hetgeen omtrent de dikte en breedte der zwalpen ook zal dienen in acht genomen te worden. 12 Julij. Voorziening in het beheer over den Oosthoek bij lijdelijke afwezigheid van den prefect. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat alle redenen, welke hoogstdenzelve in het vorige jaar bewogen hebben te bepalen, dat bij absentie van den Oosthoeks gezaghebber uit den Oosthoek de maueance van zaken op den prefect van Grissee zoude overgaan, alsnu zijn komen te cesseeren en het niet dan vele inconvenienten kan veroorzaken om den Grissee's prefect telken reize zijne prefecture te doen verlaten om die van een ander, met welkers werkzaamheden hij niet genoegzaam bekend kan zijn, te administreeren en daardoor zijne eigene prefecture onbeheerd te moeten laten; en wijders in aanmerking genomen zijnde, dat met meer geschiktheid in zoodanige gevallen het gezag voor dien lijd aan den administrateur Ie Sourabaija zoude kunnen worden gedefereerd, als door zijne ambtsbetrekking met de zaken van Java's Oosthoek en inzonderheid met het administratieve en huishoudelijke door de dagelijksche behandeling meer bekend zijnde; is besloten den Grissee's prefect, van Liglen, voor de in deze door hem aan den Lande bewezen diensten te bedanken en voorts te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat van nu voortaan, bij afwezigheid van den prefect over Java's Oosthoek uit den Oosthoek, het gezag daarover op den admi nistrateur te Sourabaija zal overgaan, exceplo, wanneer hij, prefect, zich op eene der onder zijn ressort gehoorende onder- 1809. H. W. DAENDELS. 802 geschikte prefectures of regentschappen mogl bevinden, nis wanneer de administrateur slcgts met liet plaatselijk gezag Ie Sourabaija zal zijn bekleed: met last aan de onder den Oosthoek gehoorende prefecten en onder-prefecten, regenten, andere inlandsche hoofden om in het eerste geval alle bevelen en orders, welke hun door denzelvcn in deze zijne betrekking mogten worden gegeven, te respecleeren en ter executie te leggen, even of die door den prefect zelve gegeven waren, terwijl hij, administrateur, voor de goede beheering en al het geene gedurende zijn gezag mogle voorvallen, verant woordelijk wordt gesteld. 12 Julij. Betaling van Land* schulden Ie Soerabaija met rente-gevende obligaliën. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende het hoogst noodzakelijk te zijn, dat bet finanlie-wezen te Sourabaija op een effen voet worde gebragt; heeft besloten om voor alle de gelden, welke de regenten en andere personen in den Oosthoek nog van den Lande komen te competeeren en spruiten uit de door hun aan den Lande verkogte huizen, tuinen, voorgeschoten penningen en geleverde producten, obligatien te verleenen, welke zullen renten tegens een half percent ieder maand, in te gaan met primo dezer, voor zoover aangaat zoodanige capitalen, waarop lot heden nog geen renten ingevolge vorige besluiten is gevalideerd, en zulks te doen contiuueeren tot de compleete voldoening toe, welke zal geschieden in gelde, zoodia de fiuanlicele staat zulks zal kunnen toelaten, dan wel na ver kiezing der geintresseerdens in producten, tegens de gefixeerde prijzen uit 's Lands magazijnen te Batavia te ontvangen, op gelijke voet en wijzen, als bij secreet besluit van den 2 ? " October 1808 ten opzichte der gequotiseerden staal uitgedrukt. Voorts den prefect over Java's Oosthoek te chargeeren en qualificeeren tot de opmaking, teekening en uitreiking dei gemelde obligatien. 1809. H. W. OAENOELS. 803 Het totaal dier schulden bedroeg 167,796 : 36 rijksdaalders aan zilver geld en 2,875 rijksdaalders aan koper geld. 14 Julij. Uitgifte van brieven van credit. Nademaal wij in Rade van Indië besloten hebben om tot gerief der ingezetenen voor een bedragen van drie maal hondert duizend rijksdaalders aan kleine brieven van credit van 10, ö, 3, 2 en 1 rd' te doen aanmaken om tegen een gelijke hoeveelheid van door ouderdom onhandelbaar ge wonlcne credit-brieven verwisseld te worden, ten einde de massa van papiere geld niet worde vermeerderd; zoo is hel, dat hiervan, zoowel aan een iegelijk wordt kennis gegeven, als dat de voorschreven nieuwe credit-brieven alle gedagtekend 15 Maart 1809 en in volgender voege getekend zijn, als: enz. Wordende de voorscheven papieren van credit bij dezen gangbaar verklaard tot de daarop gestelde waarde, zoo ter dezer hoofdplaals en dies ressort, als op Java, Cheribon en Bantam, en een iegelijk op de ovengenoemde plaatsen gelast dezelve in betaling te accepteren, zonder aan derzelver cours en circulatie eenige verhindering of stremming te veroorzaken. Terwijl een iegelijk bij dezen levens wordt geinformeerd van. tegeiM verwisseling van de opgemelde, nieuw aangemaakte en gangbaar verklaarde credit-brieven, hunne oude papieren van credit van rd" 10, rd* B, rd" 3, rd s 2, rd s 1 te kunnen in leveren ton kantore van den ontvanger-generaal, welke daartoe, aanvang nemende met medio Augustus aanslaande, ten zijnen kantore vaceren zal van 8 tot 11 uren, de Zon-en feestdagen alleen uitgezonderd, tot den 25 en van iedere maand inclusive. En opdat niemand hiervan eenige onwelenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze worden gepublieeerd en, hehalven in de Hollandsche, ook in de Chinesche en Maleidsche talen worden geafïigeerd, ter plaatse gebruikelijk. Hoe slordig en onverschillig toenmaals in Indië gewerkt werd en hoe slecht somwijlen de bevelen van Daendels werden opgevolgd, blijkl uit bel navolgende, ontleend aan 1809. H. W. DAENDELS. 804 een schrijven van Daendels aan de Hooge Regering van 19 September 1809: U Hoog Edellieden hebben op mijn voorstel ler sessie van den 15'' n Maart 1809 besloten om ter verwisseling en ver nietiging van een gelijk montant credil-brieven, welke door ouderdom onbruikbaar waren geworden, te laten aanmaken: 10000 credit-hrieven van rd s 3 rd s 30000 50000 . » » • 2 • 100000 70000 » » ■ • 1 » 70000 of te zamen rd 8 200000 benevens nog voor rd" 100000 aan credit-hrieven van rd 9 10 en 5, van ieder de helft, om te worden aangehouden, tot dat alle de overige credit-brieven volgens de nieuwe bepaling /ouden wezen aangemaakt om dan gelijktijdig te worden verwisselt legen de thans in circulatie zijnde credit-papieren, welke nog luiden op den naam der gewezen Oost-Indische compagnie. Het sprak dus van zelve, dat deze nieuwe credit-hrieven van rd 8 1, 2, 3, 5 en 10 niet in de circulatie vermogten te worden gebragt, als door inruiling tegen oude van gelijke waarde, gelijk II Hoog Edellieden dien overeenkomstig daarvan bij publicatie van den 14 e " Juli) jongstleden annonce hebben gedaan aan de gemeente en bij de publicatie tevens hebben geguarandeerl, dat de massa van papiere geld door de opge roeide gedane aanmaking niet zoude worden vermeerdert. Dan tegenstrijdig deze solemnele toezegging heb ik ondekt, dat van het gedachte nieuwe papiere geld, zonder dat daarvoor nog andere waren in kas terug gekomen en zonder dat hetzelve gevolgelijk in de termen viel van te kunnen worden uitgegeven, de volgende verzendingen door de generale directie zijn gedaan, als: rd" 50000 naar Sourabaija, » 24000 aan den prefect der Jaccatrasche Preanger boven landen, » 10000 aan den prefect te Bantam, en » 4000 naar ïjikauw, oï' rd 8 88000 te zamen. 1809 H. W. DAENDELS. 805 Het is waar, dat ik den directeur-generaal bij missive van den 2 en Julij jongstleden heb geautoriseerd rd s 40000 aan kleine credit-Inïeven van die nieuw aangemaakte naar den Oosthoek Ie verzenden, doch ik vertrouw, dat hieruit geen gevolg of bewijs zal worden getrokken, dat ik oorzaak ben, dat zijn Edele tegen die wel gehandelt heeft, nademaal ik destijds ignorant was, in hoeverre niet de opgemelde ver wisseling reeds was gevorderd; en dezelve zijn beslag niet erlangd hebbende, gelijk a posleriori gebleken is, de directeur generaal verpligt ware geweest mij zijne bedenkingen tegen de opgemelde, geordonneerde verzending voor te dragen, daar men immers van mij niet kan vergen, dat bij de vele gouver ncmenls zaken, die mij gestadig bezig houden, ik ook levens die van de generale directie in bet geheugen hebben zal; zijnde mijn oogmerk mei gemelden last geweest om te be proeven, in hoeverre men door bet in circulatie brengen van kleine credit-brieven in den Oosthoek het papiere geld aldaar algemeen in omwandeUng zoude kunnen brengen en waartoe ik geen oude kon eisenen, denkende, dat dezelve reeds ter vernietiging waren ingewisseld en afgezonderd. Op 21 September 1809 werd de fout, voor zooveel nog doenlijk was, zoo goed mogelijk hersteld. 14 Julij. Instructie voor de bank van leening te Batavia. Art. 1. Tot de directie der bank van leening zullen voortaan van wegen het gouvernement-generaal worden benoemd: twee commissarissen, een secretaris, die tegelijk zal zijn kassier, boekhouder en pandbewaarder, een taxateur, vier klerken, en een rapport-ganger. Art. 2. In de voorschreven bank van leening zullen ter beleening mogen worden ingebragt goud, zilver, juwelen, 1809. H. W. DAENDELS. 806 koopmanschappen, lijwaten, huisraad van weinig omslag en andere soortgelijke goederen, die len minsten het leggen van een jaar en zes weken kunnen verduren. Art. 3. Weshalven tot het doen van heleeningen 's morgens van agt tot elf uren, excepto Zalurdag en Zondag, een com missaris met en benevens den secretaris, kassier en taxateur zal vaceren om alle panden te boek te stellen, het goud of fijne steenen hij gewicht of gecalculeerde waarde naar het gewicht in realen en caraten te noleren en, nadat zij alles wel gewaardeerd en heleend hebben, den pandbewaarder ter berging en opsluiting ler hand te stellen. Art. 4. Tot meerder zekerheid zal de waardeerder ten behoeve van commissarissen stellen een borgtogt van rd' 5000 en, evenals commissarissen, onder den eed van secrelesse be grepen worden. Art. 5. Van alle beleeningen zullen recepissen worden verleend; en om alle vervalschingen voor te komen zullen alle dezelve worden gedrukt met bet zegel van de bank van lecning in rood lak, mitsgaders door de beide com missarissen en secretaris geleekend, daarenboven met een expres Batavia's wapenzegel gedrukt en daarin doorgesneden wordeu als de Turkscbe passen. Art. 6. Deze beleening-recepissen zullen gedrukt worden van duizend rijksdaalders en daar boven op een zegel van 12 stuivers en beneden de duizend tot vijftig rijksdaalders op een zegel van 6 stuivers. Art. 7. De inbrenger, hel beleend recepis komende te verliezen, zal dezelve ten eersten zulks hebben bekend te maken aan den vacerenden commissaris, die daarop na bevinding een billet zal laten aanslaan, dat de geene, die op het verlooren bank-bewijs eenig recht of pretentie denkt te hebben, zich binnen 14 dagen zal hebben aan te geven om zijn recht te verifiëren, na welken tijd aan den zich aange geven hebbenden eigenaar een nieuwe recepis in slede van het verloren zal worden verleend. Art. 8. Voormelde heleeningen zullen gedaan worden in 1809. H. W. DAENDELS. 807 papieren van credit van rijksdaalders 10 tot 1000 en daar boven, en zulks voor den tijd van drie tot zes maanden inclusive. Art. 9. Van de panden, beneden de 1000 rd" bedragende, zal drie quart percent en boven de 1000 vijf achtste len honderd 's niaauds betaald worden ; en, zoo iemand hel beleende goed binnen den bepaalden tijd alhaald, zal hij des niet te min voor den bij inbreng gesticuleerden tijd de volle intrest moeien betalen Art. 10. Indien hel verpande goed binnen den gestipu lcerden lijd niet gelost, nog op nieuws daarover geaccordeert word, zal het zelve na een en een halve maand over dien tijd publiek worden verkogt. Arl. 11. Dog bij het betalen der renten, na hernieuwde taxalie door den taxateur, wederom op nieuws geaccordeert zijnde tol conlinuatie der beleening, zoo zal de risico van het mindere rendement, zoo wel als van de beleeuing, ter eerster instantie komen ten bezwaare van den taxateur, behoudens zijn guarant op den inbrenger. Art. 12. Om dierhalven alle mogelijke risico in dezen voor te komen zullen de beide commissarissen, nevens den secretaris, gehouden en verpligl wezen om jaarlijks, voorliet open gaan der bank, door den taxalcur alle de pauden op nieuw te laten laxeeren en op verklaring van denzelven, dat de goederen een mindere waarde verkregen hebben, dan waarvoor dezelve zijn beleend, daarvan notitie Ie houden om, bij vernieuwing van de beleening, die goederen te laten lossen, dan wel in mindering daarop te laten betalen, zullende in contrarie geval de nadeelen, door verzuim in dezen profluerende, komen ten laste van commissarissen en den secretaris; en ten dien einde de bank van primo Januari tot medio Februari blijven gesloten, in welken tijd dan ook de balans dei' op bet sluiten staande boeken getrokken, niet den anderen geconfronteerd en daarna afgesloten zullen worden. Arl 13. De verkoopingen zullen gehouden worden in de bank door vuuduineesleren dezer stede, ten overslaan van 1809. H. W. DAENDEIS. 808 den fungerenden commissaris en den secretaris, onder het gewoon salaris van zes percent en een per mille voor de armen, waarvan vijf percent voor liet fonds der bank en een voor vendumeesteren, met dien verstande, dat de inlressen van de geligle geldsommen zullen blijven continueren, tot dat dezelve na gewoonte door vendiuneesleren aan de bank zullen zijn verantwoord; tenzij de eigenaars verkozen tot zes maanden na den dag der verkooping der verbonde goederen de renten dadelijk te voldoen. Art. 14. De secretaris zal staande veudii van de verkogte goederen behoorlijke notitie houden en na het afloopen derzelve met den vendumeesler confronteren en daarna ten spoedigslen een notitie ter hand stellen aan den heere directeur-generaal van 'sKonings finautien en domeinen. Art. 15. De meerdere rendementen van de alzoo bij publieke vendu verkogte goederen zullen, na aftrek van capitaal, in tressen et expensis, binnen een jaar en zes weken na den verkoopdag door de eigenaren of door geëndosseerde recepissen moeten worden afgehaald, op poene van verval derzelve ten profijte van de armen voor een derde en twee derde voor het fonds der bank, zullende daarvan worden gehouden een appart boek om, na expiralie van den gefixeerden tijd, het bepaalde een derde in de kassa der gereformeerde diaconie en de overige twee derde gedeellens in het fonds van de bank te worden overgebragt. Art. 16. Op goud, zilver en juweelen zal van tweederde tot drie quart der getaxeerde waarde, op koopmanschappen van 50 tot 60 ten honderd en op do overige goederen niet boven de 50 ten honderd na het oordeel van den vacerenden commissaris, den secretaris en taxateur beleend mogen worden ; egter niet boven de 1000 rd s , zullende hetgeen die somma surpasseerd, moeten geschieden met voorkennis van den tweeden commissaris. Art. 17. Dan daarentegen zullen geene goederen voor minder dan een derde van de gelaxeerde waarde mogen worden beleend. 1809. H. W. DAENDELS. 809 Art. 18. De boekhouder, secretaris en kassier zal in de lombard wonen, doch zullen de heide commissarissen met hen pandbewaarders zijn en gezamenlijk borg blijven voor alle de panden, die baar ter bewaring gegeven zijn; en de restitutie daarvan zal geschieden aan den inbrenger of houder der recepissen, zoo dezelve behoorlijk zijn geëndosseerd, ten ware bij blijke van valsheid. Art. 19. De vacerende commissaris en de secretaris zullen zorgen, dat bij goed weder de lombard worde gelugt door het open zetten der vensters, wordende bovendien aan de beleeners van lijwalen, stollen, enz. de vrijheid gelalen om gedurende den tijd, dat «Ie bank open is, telkens hare goederen te komen visiteeren en te doen lugten. lopende dus ook het bederf door verzuim ten haren risico. Art. 20. Daarentegen zullen de commissarissen en de secretaris en kassier verpligt zijn Ie vergoeden al het vermist wordende goed, doch bij brand of diergelijke ongelukken de schade niet alleen bij den eigenaar gedragen, maar boven des de opgenomene penningen door hem moeten gerestitueerd worden. Art. 21. Goederen ingebragt wordende, die gestoolen zijn en waarvan den boekhouder kennis gegeven is, moeten aan gehouden en den eigenaar terug gegeven worden; maar zoo zulks na den inbreng ontdekt wordt, moet de wan: eigenaar het beleende daarop restitueren. Art. 22. Tot het doen der voren omschreven belceningen zal gouvernements-wege aan de bank worden afgegeven een capitaal van drie maal honderd en vijftig duizend rijksdaalders in papieren van crediet, waarvoor de officianten onder ultimo December van elk jaar zullen verpligt zijn te betalen zes percent aan den ontvanger-generaal. Art. 23. Bij aldien het echter mogl gebeuren, dat de door het gouvernement bepaalde 350,000 rd* niet toereikende waren om aan de aangebodene beleeningen te kunnen vol doen, zal het de officianten vrijstaan nadere aanvrage van penningen te doen aan den heere directeur generaal van 1808 H. W. DAENDELS. 81 PLARAAT-BOEK DEEL XT. overwegende wijders, dat de aanduiding der rangen van civiele personen door de benamingen van opper-koopman, koopman, onder-koopman en boekhouder, herkoinslig van de pers! e oprigting der voormalige Oost-Indische Compagnie, na de ontbinding van dat lichaam oneigen in gebruik is voor 's Konings ambtenaren in deze kolonie: besluit te arresteren, gelijk gearresteerd wordt bij dezen, de navolgende RANGLIJST: de Maarschalk en Gouverneur Generaal, de oud Gouverneur Generaal, de luitenant (iouvcrneur Generaal, de directeur generaal van 's Konings finantien en do meinen in Azië. § de Raden ordinair van Indien, •si -§ de Raden extraordinair van Indien, o de |iresident van den Baad van justitie te Batavia, de secretarissen generaal van den Gouverneur Generaal, de gouverneurs van Anibon en Maeasser, de brigadier, de inspecteurs generaal van de houtbosschen en koflij culture, na ouderdom van aanstelling, de president van bet collegie van Schepenen, de secretarissen van de hooge regeering in functie, de oud eerste en tweede secretarissen van de hooge regeering, de kolonel, waaronder de chirurgijn en chef is begrepen, de ordinaire leden in den hoogen Raad van justitie; ~ë NB. Üe geassumeerde leden hebben, als zij niet in 4: den Haad of in commissie zijn, geen anderen rang als van hunne qualiteit of politieke "* bediening; de drossaard der Bataviascbe ommelanden, de advocaat-fiscaal van Indien, de water-fiscaal, 1809. H. W DAENDELS. 810 's Konings finantien en domeinen, die als dan zal zijn gequali ficeerd op aanstaande ordonnantie uil kassa te laten afgeven zoo veel noodig zijn zal; niet dien verstande iiogtans.dat van de alzoo nader gevraagde penningen, even als van liet bepaalde eapilaal, een hall' procent 's maands zal worden voldaan, tot de volle restitutie zal zijn geschied. Art. 24. En ten einde de banks kassa niet onnoodig te bezwaren zullen de officianten vrrpligt zijn de temporair gevraagde gelden zoo spoedig mogelijk met de daarop ver loopen renten in 's gouvernements-kassa terug te brengen en daarvan een aparte rekening houden, ten einde de nut teloos verspilde rente, in ras van verzuim, op de commis sarissen en den secretaris te kunnen verhalen. Art. 2S. De heide commissarissen, kassier en secretaris zullen genomen worden uit de dienaren of burgers, na wel gevallen der hooge Uegeering; en, zoo zij uithoofde van legenswoordige of voormalige betrekkingen geen hooger rang bekleeden of gehad hebben, gelijk aan die van vendumeesteren dezer stede bepaald worden. Art. 26. Onder den secretaris en kassier zal niet boven de 20000 rijksdaalders mogen gelaten worden, zullende dus alle overige gelden worden overgebragt in de groote kas, die, builen het groote slot, waarvan de fungerende commis saris de sleulel zal hebhen, nog voorzien zal wezen van drie sullirante hangslolen, waarvan de twee commissarissen en de secre'airis ieder een sleutel zullen hebben en dus gezamelijk zijn groot-kassiers met egale verantwoording en geen acces hebben tot de groole kassa, als wanneer zij alle drie bij den anderen zijn, ten ware door ziekte de een of ander der officianten wierde belet in persoon te compareren, als wanneer aan den zoodanige vrijheid zal worden gelalen iemand anders voor hem en ter zijner verantwoording te zenden. Art. 27. Van de groole kas zal door de beide commis sarissen en den secretaris en kassier worden gehouden een apart boek, dat alle maanden door hen zal worden geteekend, ten einde daaruit het restant spoedig te kunnen nagaan, 1809. H. W. DAENDELS. 811 weshalven zij ook verpligt zullen zijn, telkens bij de aanvrage van meerder als de bepaalde penningen, zoo ook bij bet einde van elke maand, daarvan visie te geven aan den heere directeur-generaal. Art. 28. De secretaris en kassier zal, zoowel als de beide commissarissen, bij de intrede in hunne; funclien sufficante caulie moeten stellen, te weeten, de eersle, als meer speciaal mot de bewaring der beleende goederen gechargeerd, voor een bedragen van twintig duizend, en de lieide commissarissen ieder van tien duizend rijksdaalders en zulks ten genoegen van het gouvernement; en van ieder borgtogt een gros den heere direcleur-generaal aangeboden om ter approbatie der hooge Regeering gebragt en daarna in 's gouvernemenls groole kassa te worden geseponeerd; doch, bij aldien de commissarissen en de secretaris en kassier de gedagle borg toglen niet mngten kunnen stellen, zullen zij mogen volstaan met in dies plaats een tiende gedeelte van hunne appoincte menten te laten inhouden, tot tijd en wijle zij zich daar toe in slaat zullen bevinden, als wanneer hun ook dadelijk daar van restitutie zal geschieden; gelijk ook, wanneer bij verwis seling van dienst of overlijden door de rekenkamer zal worden verklaard Diets ten bunnen lasten te loopen. Art. 29. De commissarissen en secretaris zullen ten min sten eenmaal in ieder week moeten houden eé» comparitie, zoo om bet kassa-boek te examineren, als om het restant der contanten na te tellen en tevens het noodige omtrent de dage lijksche zaken van de bank te besluiten, •— zullende pertinente aanlekening bij resoluliën moeten gehouden en telkens den heere directeur-generaal daarvan een afschrift gegeven worden. Art. 50. Dan, bijaldien 'er in de bank iets builengewoons mogt voorvallen of zij, officianten, vermeenden eeuige nieuwe besluiten te moeten neemen, zullen zij, alvorens daaraan eerige executie te geven, dezelve ter approbatie aan zijne excellentie, den heere Maarschalk en Gouverneur Generaal aanbieden, ten einde hoogst deszelvs goedvinden daarop te verneeiuen. 1809. H. W. DAENDELS. 812 Arl. 31. Tot een bepaald middel van bestaan zal jaarlijks uit hel fonds der bank aan de oiFicianten worden uitbe taald, als: aan de twee commissarissen, ieder, rd 8 5600 of te zamen rd» 7200 aan den secretaris en kassier » 5600 » taxateur rd 8 192 ler maand of in het jaar » 2504 met den andere uitmakende . . » 15104 Art. 52. Voorts worden aan de officiaulen, zoo ter Inner adsistentie, als van den secretaris, en kassier, toegestaan het in dienst nemen van vier klerken en een rapportganger, welke 's maandelijks aan gage zullen genieten, als: de eerste rd" 60 » tweede ■ 50 » derde .... » 30 » vierde ■ 20 en de rapportganger » 18 maakende rd" 178 of in het jaar rd s 2100 Art. 53. En eindelijk zal aan don secretaris en kassier nog worden te goed gedaan een somma van vijf honderd rijksdaalders, zoo voor schrijfbehoeftens, als anderzints, zonder hoegenaamd iets meer ten bezwaare van hel fonds in rekening te mogen brengen. Art. 34. Dan, daar het niet wel mogelijk is, zoo het onderhoud aan het gebouw zelve, als de voorvallende repara tiën vooruil te bepaalen, zal jaarlijks hel gewoon onderhoud der bank publiek aanbesteed moeten worden en in cas van hoogst noodzaakelijke reparalien alvoorens door den architekt der stads gebouwen eene calculatie van hel kostende moeten geformeerd en den heere Gouverneur Generaal aangeboden worden om, na het verneemen van hoogst deszelvs favorabele dispositie, als dan almede bij publieke aanbesteeding geëffec tueerd te worden. Arl. 35. Voorschreven uitgaven, als bij art. 51 el seq. zijn aangewezen, zullen jaarlijks hij de boeken op een aparte 1809. H. W. OAENDELS. 813 rekening van banks-ongelden gesteld en met hel sluilen derzelve len bezware van het fonds der bank worden gebragt. Art. 56. Kn terwijl voortaan de bank meer dan bevorens kan worden verstaan een administratie op zich zelven te zijn. zoo zal eenlijk voor de voorgescliotene capilalen cinu intressen de bank bij liet gouvernement worden gedebiteerd en door den secretaris en kassier gehouden worden behoor lijke beleen- en intrestboeken, welke, onder ultimo December gesloten, onder balans zullen worden gebragl en den heere directeur-generaal aangeboden en vervolgens de generale rekenkamer worden inhandigd, die als dan door een com missie uit hun midden hel saldo der kassa zullen opneemen en de boeken visiteren, zonder daarvoor iets te genieten, dan een zesde van alle erreuren, hel zij dezelve len nadeele van de bank of particulieren bevonden zijn, Ie betalen door dengeene, die de abuizen begaan heeft. Art. 57. Mij introductie van een nieuwen commissaris, secretaris en kassier of taxateur zal hem van de uitgezette gelden in een comparitie aanwijzing moeien gedaan en afge vraagd worden, of hij alle dezelve voor zijn aandeel over neeindl; en, bij aldien hij zich daarbij bezwaard mogt vinden, zal daarvan notitie moeten gehouden en door den afgaanden of bij overlijden door deszelvs boedel-redderaars sufficiente cautie gesteld worden, ten genoegen der oflicianlen, doch zal binnen den lijd van een jaar en zes weken de zaak van den afgegane of overledene moeten worden gelermineerd en na verloop van dien tijd alle verantwoording worden beschouwd overgegaan Ie zijn op den vervanger. Arl. ."8. Daar hel zeer dikwijls gebeurd, dat veele be leenders in gebreken blijven de verloopen intrest op zijn tijd Ie voldoen, zoo wordt ter voorkoming van langwijlige procedures aan de bank van leening de vrijheid vergund bij parate executie dezelve Ie innen; zullende ter voorkoming van verliezen de secretaris en kassier in elke comparitie gehouden zijn de nalatige Ie annonceeren en bij verzuim de nadeelen komen alleen voor zijn rekening. 1809. H. W. DAENDELS. 814 Art. 39. Eindelijk zullen door de commissarissen, secretaris en kassier en den taxateur bij aanvaarding hunner aniblen worden gedaan de volgende eeden: Eed voor de commissarissen Ik heloove en zweere Zijne Majesteit, den Koning; van Holland, als onzen hoogen en doorluchtigen souverain, den licere Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gebouw en gelrouw te zullen wezen; dal ik mijn ambt van commissaris der bank van leening naar de ordonnanlien, ten dien opzichte gemaakt en nog te maken, met Irouw, ijver en oplellcnheid naar mijn uiterste vermogen waarnemen, mitsgaders de welvaart van de gemelde bank zal bevorderen; een ieder, die beleeningen doet, lieusch behandelen; geene meerdere inlressen van hem laten vorderen, dan hij verpligt is te voldoen; en mij voorts in alles zal gedragen, gelijk een trouw ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk hclpe mij God Almachtig. Eed voor den kassier, secretaris en pandliewaarder. Ik beloove en zweere Zijne Majesteit, den Koning van Holland, als onzen hoogen en doorluchligen souverain, deD heere Gouverneur Generaal en de Raden van Indien gebouw en gelrouw Ie zullen zijn; dat ik de vereenigde ambten van secretaris, kassier en pandbewaarder met alle naarstigheid zal waarneenien, de welvaart van de bank van leening na mijn uiterste vermogen bevorderen, haare schade afweeren, die geenen, die beleeningen komen doen, heusch behandelen en daarvan aan niemand, dan die daarloe gerechtigd is, zal openbaren; dat ik in het bercekenen der intrest zal zorgen, dat niemand meer wordt afgevergd, dan hij wezenlijk schuldig is; dat ik in het bijzonder in het houden mijner boeken en aantekeningen, ilem in de administratie der goederen en penningen en zoo mede in hel bewaaren van hetgeen in 1809. H. W. OAENOELS 815 de bank in onderpand mogt worden gebragl en mij toe vertrouwd, mij vromelijk en alleszins in diervoege zal ge dragen, als een getrouw kassier, secretaris en pandbewaarder schuldig is na de orders en reglementen, bereeds gemaakt of nog Ie maaken. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig. Eed voor den taxateur. Ik beloovc en zweere Zijne Majesteit den Koning van Holland, als onzen hoogen en doorliichtigen souverain, den beere Gouverneur Generaal en de Haden van Indien geliouw en getrouw te zullen zijn; dat ik liet ambt van taxateur getrouwelijk en met alle naarsliglieid waarneemen, de secreten dezer bank, nevens alle verrichtingen, aan niemand openbaren, de ingebracht wordende goederen na mijn beste kennis waarderen, de welvaart der bank na mijn uiterste vermogen bevorderen, hare schade afweeren en mij voorls in alles zoodanig zal gedragen, als een gelrouw taxateur toeslaat en betaamt, overeenkomstig de orders, reeds gemaakt ol' uog te maaken. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig, Op ultimo Julij 1809 bedroeg het kapitaal dezer bank 41ü,147 : 44 : 8 rijksdaalders. 14 Julij. Verhooging van het tractemenl van den secretaris van de bank van leening met iüüÜ rijksdaalders 's jaar s. Voortaan zoude die secretaris tevens kassier zijn. 14 Julij. Opheffing der betrekkingen van afslager, taxa teur van vaste goederen en geldletter bij de bank van leening. 1809. H. W DAENDELS. 816 14 Julij. Aanstelling bij de bank van leening van vier kierhen en een rapportganger. Door de drie laatstbedoelde maatregelen werden aan trac teinonlen jaarlijks 22,746 rijksdaalders bezuinigd. li Julij. Voorziening in rijsi gebrek Ie Batavia. Is besloten den prefect der Jaccatrasche Preanger boven landen aan te schrijven en te gelasten om in deszelfs préfecture zooveel jagon, obi, fallus en andere aard- en peul-vrugten, alsmede in de regentschappen Tjianjoer en Buitenzorg aard appelen en kool aan te Ja ten planten, als mogelijk zijn zal, ten einde bij de schaarsheid van rijst, vooral te Batavia, voor een groot gedeelte deze te kunnen vervangen; niet verderen last oin binnen den tijd van twee maanden honderd pedattijs met breede wielen of zooveel meerder, als hem mogelijk zal zijn, in de regentschappen te laten ver vaardigen, om mede Ie dienen voor den afvoer van deze producten; en eindelijk om voor rekening van den Lande in het regenl scbap Builcnzorg op Ie knopen vijl duizend kleine tjain padie, met speciale last om <>|> 't zorgvuldigste te waken tegen alle verdeien uitvoer van rijst uit de regentschappen en speciaal uit Buitenzorg, zelfs naar Balavia, waarvoor hij, prefect, wordt verantwoordelijk gesteld en waaromtrent hij, zoowel den adipatlij. als de opzienders, op verbeurte van hare posten, wederom verantwoordelijk stellen moet: mei last om van den voortgang van deze differente werkzaamheden elke week een gedetailleerd rapport in te zenden aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. In verband hiermede besloot üaendels op denzelfden datum: 1 ° den prefect van Cheribon aan te schrijven en te gelasten zooveel aardvrugten, als mogelijk is, in zijne préfecture te laten aanplanten, als: obi, lallas,etc, alsmede jagon, ten 1809. H. W. DAENDELS. 817 FLAIUT-BOU UKtL XV. 59 einde eene groole quantileil rijsl te Cheribon te kunnen inkoopen, indien de omstandigheden het mogten vorderen, alzoo de ingezetenen zich als dan voor eenigen tijd met bovengenoemde vrugteu zouden kunnen voeden; met last om successivelijk den voortgang van deze werkzaamheden aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Ge neraal te bedeelen; '2° president en Schepenen, alsmede den bailluw van Batavia» den drossaard der Bataviasche ommelanden en commis sarissen tot de suikerculture, Teisseire en Goedbloed, ieder in hare betrekking, aan te schrijven en te gelasten om op ontvangst dezes te zorgen, dat zooveel landen, als mogelijkheid zal zijn, in de nabijheid van de stad en in de ommelanden van Batavia, het gewezen regentschap Tan gerang en het geconquesleerde gedeelte van Bantam daar onder begrepen, beplant worden met jagon, peulvrugten. obi, tallas en andere aardvrugten, len einde in lijds, zooveel mogelijk, bij de schaarsheid van rijst, de gemeente van andere levensmiddelen te voorzien. De drossaard zal hiertoe niet alleen gebruik maken van deszelfs schouten, onderschouteu, mandoers en wijk meesters, maar wordt bij dezen geauthoriseerd om te requireeren de hulp en adsistenlie van alle zoodanige landeigenaren, als hij tot uitvoering van deze order zal noodig hebben, welke aan hem wekelijks van hunne werk zaamheden zullen rapport moeten doen. Even zooals aan bovengemelde collegie en ambtenaren gelast word aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal wekelijks gedetailleerd rapport te doen van de werkzaamheden in de differente gedeelten van bovengenoemde landen: 3" den prefect van Bantam aan te schrijven en te gelasten zooveel landen, als mogelijk zal zijn, te doen beplanten met jagon, peulvrugten, obi, tallas en andere aardvrugten, ten einde, zooveel mogelijk, in hel gebrek van rijsl te voorzien : niet verdere lasl om alle vveeken een gedetailleerd 1809. H. W. OAENDELé. 818 rapport van den voortgang van deze werkzaamheden aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal in te zenden; 4" dat door Schepenen van Batavia 's weekelijks niel meerder, maar wel minder, uit 's Lands pakhuizen zal mogen verkogt worden als dertig coijangs rijst, tot gerief der ingezetenen : dat aan de gezanientlijke Chineesche suikerinolcnaars insgelijks niet meerder uil 's Lands pakhuizen zal worden afgegeven als vier coijangs elke week ; en zulks, totdat door een nieuwen aanvoer «Ie pak huizen beter voorzien zullen zijn en hieromtrent eene nadere dispositie zal worden genomen. l(j Julij. Doodstraf voor roorers. Op een brief van den prefect van Cheribon van bovenge noemden datum, waarbij deze kennis gaf van het arresteren en voor den landraad trekken eener bende rovers, schreef Daendels in margine als dispositie: «zaken, de policie be treffende, zijn niet van de coinpeteulie van het land-gerigl, maar van den prefect met 2 a 4 assessoren. Alle personen, bij rovers-benden zich hebbende bevonden, moeten, wanneer zij in onze handen vallen, met ilen «lood worden gestraft". 18 Julij. Bepalingen nopens hel hospitaal te Samarang. Is besloten, tot oppassing en andere adsistentie inliet hos pitaal te Samarang, in dienst aan te nemen en in te huren: 10l oppassing in de ziekezalen 14 haltoors, » adsistentie in de conihuis. 0 » » het schoonhouden van het hospitaal en verdere diensten 8 » of te zamen 28 hatloors, en aan elk derzelven voor rekening van het gouvernement Ie laten belalen drie rijksdaalders, zilver geld, en veertig tl" rijst maandelijks. 1809. H. W. DAENOELS. 819 19 Julij. Verpleging van zieke kettinggangers Ie Batavia. Is besloten de verpleging der zieke ketting-jongens van het ambachls-kwartier te Batavia, welke tol heden aldaar zijn opgenomen, tegen betaling van een stuiver daags en veertig ponden rijst in de maand, voortaan te laten geschieden op denzelfden voet, als zulks voor gouvernement» slaven en in landers in de hospitalen gebruikelijk is. 21 Julij. Slraf voor een demang-gladak. Wegens nalatigheid in zijn werk, kiievelarij en wegloopen naar de Vorsten-landcn, van waar hij was uitgeleverd, besloot Daendels dezen demang te veroordeeleu »om met een ketting aan een boom of paal geklonken en onder behoorlijke be waking van campongs-volk gedurende den tijd van vier weken, nacht en dag, op het plein voor hel fort te Salatiga aan elk een te werden tentoongesteld, met een bord boven het hoofd, op welke in de Hollandsche, Javaansche en Chineesche talen geschreven staat: De straf van een misdadig hoofd slrekke ten exempel. Voorts om na dien tijd in de ketting geklonken, voor zijn levenlang gedurende, naar Banda te worden gebannen om aldaar in de specerij-perken voor de kost zonder loon te arbeiden". Een mandoor in de duiten-munterij te Soerabaija, die voor eene waarde van 54 stuivers aan duiten gestolen had, werd hij besluit van 31 Julij 1809 veroordeeld »om voor den tijd van drie eerstkomende maanden met een ketting aan een paal geklonken binnen in de duiten-munterij te worden ten toon gesteld met een bord boven het hoofd, op welke in de Hollandsihe, Javaausche en Chineesche talen geschreven slaat, koper dief, en wijders om gedurende denzelfden lijd alle dagen in presentie van het arbeids-volk in de niunterij met vijf en twintig rottingslagen te worden gestraft. 1808. H. W. DAENDELS. 82 de bailluw, de ontvanger generaal, de administrateurs generaal van 'sKonings ü'nantien en domeinen, de gezachhebber van Sourabaija, de prefect van Samarang en Da mak, de ministers aan de hoven van Souracarta en Djocjocarta, g de president van de administratie der houtbosscheu CS r "3 over het eiland Java, 4j de prefecten van Cheribon en die van Java, de laatsten £ na ouderdom van aanstelling, de prefect van de Jaccatrasche en Preanger bovenlanden, de commandeur te Bantam, de directeur van de bank van. leening, de president van Heemraden, de president van Weesmeesteren te Batavia, de administrateurs van de houtbosschen op bet eiland Java; de majoor, de hoofd-administrateur te Samarang, de gezaghebbers van Banda en Ternate, de opperhoofden van den Chinasehen en Japanscfaen handel, de visitateur generaal en I , , , . . .. , ° de oudste in tunctie eerst, de boekhouder generaal S de luitenant-kolonel, waaronder de commissaris van cfi -2 oorlog en de chirurgijn of doctor principaal zijn a> begrepen, v de vice-president van Schepenen, het opper-hoofd van het generale tractements-kantoor, de bedienaars van het Heilige Evangelium, de sabandhaar en licentmeester te Batavia en na ouderdom van de commissarissen der wegen en aanstelling, posterijen, de commissarissen van de houtwerken, 180 Ö. H. W. DAENDELS. 820 Voorts om na expiratie van de voorschreven drie maanden voor den tijd van vijf en twintig jaren in de ketting ge klonken naar Banda gebannen te worden, ten einde aldaar in de specerij-perken voor de kost zonder loon Ie arbeiden en inmiddels, dat zich eene gelegenheid tot zijne verzending zal opdoen, naar Baujoewangie te worden gerelegeerd". 28 Julij. Verbod legen den verkoop van de stads-drukkerij te Batavia. De eigenaar had wegens aanhoudende ongesteldheid ver zocht die drukkerij met de daaraan verknochte previlegiën te mogen verkoonen, maar de Regering wees dit verzoek van de hand, -als kunnende in den vervolge hel gouvernement •generen". 28 .lulij. Toelagen aan den koster en den organisl der hervormde gemeente te Batavia. 's Jaarlijks aan de» koster der hervormde gemeente hoven zijn Iractement uit de kerkmiddelcii te valideeren: voor 2 pnraweD wit zand rd* 20 » 2 draagbalies » 10 » 4 emmers » 8 » bezems » 4 te rekenen, wanneer de godsdiensloeH'ening in de buitenkerk werd gehouden ; voor 2 bamhoeze ladders » 4 » 1 touw voor de klokken » 6 » het luiden der klokken • 48 gerekend van primo Januari) dezes jaars; of in bet geheel rd* 100 Voorls den organist in Iractement te verhogen tol rd' 25 ter maand en hem wijders wederom, als bevorens, van rd' ï& ter maand voor onderhoud van hel orgel te laten jouisseeren, zoodra de eeredienst in de buitenkerk zal worden verricht. 1809. H. W. OAENDELS. 821 31 Julij. Bepaling van hel traclement der vlotten-makers langs Java's N. O. kust op 25 rijksdaalders, zilver geld, 's maands. Alle, vroeger door hen genoten inkomsten vervielen hiermede. 1 Augustus. Machtiging op de Ministers aan de hoven van Soerakarta en Djokjokarla uit te betalen aan den Soesoehoenan en den Sulthan de jaarlij kschc strandgelden, bedragende voor ieder hunner 10,000 Spaansche matten of 12,500 rijksdaalders, zilver geld. 1 Augustus. Regeling betreffende de pre/'eclures van Java'B N. O. kust. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat de organisatie van hel voormalig Java's gouvernement reeds zooverre is geïntro duceerd, dat daartoe van wegens hoogst denzelven geen gecommitteerde meer benoodigd is, en verlangende, dat de prefecten in hunne prefeclures navolgens de bepaalde orders en hevelen, ieder in den hare, zullen werkzaam zijn en daardoor voldoen aan de hun opgelegde verplichtingen, zoo hij de organisatie van Java's Noord-Oostkust, voorkomende bij hesluit van den l en September anno passato, als hij de instructie voor hunne bediening beraamd; heeft besloten den thans gecommitteerde 10l de verdere introductie der organisatie van Java's Noord-Oostkust, den ridder Jacoh Andries van Braam, met medio Augustus aan slaande op hel honorabelste van deze zijne werkzaamheden Ie ontslaan, gelijk dezelve wordt ontslagen hij dezen, en •lat van dat tijdstip af ieder der prefecten in hunne prefec tures navolgens de daar leggende orders, bepalingen en in struclien zullen werkzaam wezen en hunne brieven, rapporten, berichten en rekeningen direct inzenden aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal; 1809. H. W. DAENDELS. 822 wijders Ie bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat, ofschoon de prefectures langs Java's Noord-Oostkust en de hoven van Soerakarla en Djokjokarta in het civiel bestuur van elkander afgescheiden en onafhankelijk zijn en de respectieve prefecten en ministers van hun bestuur alleen aan het gouvernement-generaal verantwoordelijk worden, echter het administratieve onder een generaal loeverzicbl blijven en zulks de ambtsverplichtingen uitmaken zal van den hoofd-administrateur te Samarang; — en verder als een gevolg van dien te arresteeren. gelijk geschied bij dezen: 1° dat de verpachting van 'sLands domeinen van Java's Noord-Oostkust jaarlijks te Samarang door den hoofd administrateur zal geschieden navolgens het bij zijne instructie bepaalde; "2° dat alle inkoopen voor rekening van den Lande, zoomede alle besprekingen en inhuringen van scheepen en vaar tuigen tot vervoer van 'sLands producten, zal geschieden door de prefecten, op advies van den hoofd-administrateur, met dit onderscheid voor den prefect van Samarang en Damak van daarin alleen communicatief met den hoofd administrateur te werk te gaan; en het contract tot den koop of inhuuring geslooten zijnde, zal de verdere directie daarover aan den hoofd-administrateur verblijven, zoodanig als bij de instructie voor dien ambtenaar bepaald is; 3° dat alle de kassen, zoowel als 'sLands magazijnen en pakhuizen, niet tot de departementen van oorlog, marine of houtwerken behoorende, van de differente prefecturen zullen staan onder het generaal bestuur van den hoofd administrateur, in zooverre dat hij zal nagaan alle oneigen afschrijvingen en uitgaven, terwijl de speciale verant woording alleen de respectieve kashouders en admini strateurs zal incumbeeren, die verpligt zullen wezen, uiterlijk voor den Ben8 en of 10" van iedere maand, hunne kassa-reekeningen en memoriën van restanten naar de reeds bepaalde orders aan den hoofd-administrateur te Samarang in duplo in te zenden, terwijl in dit poinct 1809. H. W DAENDELS. 823 de prefect van Samarang en Dainak zich zal hebben Ie gedragen aan de instructie voor den hoofd-administrateur; 4" dat de kassen van eene der prefecturen grooler zijnde als de calculatie der uitgaven, den prefect van Sainarang en Maniak en den hoofd-administrateur te Samarang ge zamentlijk de faculteit wordt toegekend om ten allen lijden het surplus daarvan over te brengen in de groote geldkassa te Samarang, dan wel zoodanige andere kassen, welke gelden noodig hebben, dezelven, uit de eene kas te ligten en de andere daarmede te stijven, zooals mede aan hun de macht verleend wordt om, evenals bevorens aan den zaakwaarnemer van Java was toegestaan, wissels tol dezelfde en soortgelijke eindens Ie verleenen op de kassen van de differente prefeciures; 5° dat den hoofd-administrateur wijders de macht wordt verleend om, buiten den jaailijkschen en generalen opneem, onder ultimo December de kassen en magazijnen van de andere prefectures, builen Samarang en Damak, zoo dikwijls te mogen opneemen of doen opneemen, als hij noodig zal oordeelen, in welk geval de prefecten zulks onder geene pretexten hoegenaamd zullen mogen weigeren; doch zal de hoofd-administrateur, voor en aleer hij hiertoe overgaat, daarover confereeren met den prefect van Sama rang en Damak en hunne deliberatiën hierover aan den Gouverneur Generaal moeten inzenden: 6" dat alle eischen van benoodigdheden voor de differente prefectures door de prefecten aan den hoofd-administrateur zullen worden ingezonden, die dezelve examineeren en, met zijne consideratien gemotiveerd, aan het gouvernement generaal aanbieden zal ter bekoming van permissie tot de voldoening van dien; terwijl, ingevalle de voldoening van sommige artikelen peen uitstel kan veelen en de hoofd-administrateur daarin geene zwarigheid vindt, dezelve zal mogen verstrekken, doch daarop direct de approbatie van het gouvernement moet verzoeken, zooals in gelijker voege de eischen van liet gouvernement-generaal, voor 1809. H. W. DAENDELS. 824 zooverre Java's Noord-Oostkust betreft, aan den hoofd administrateur zullen worden ingezonden, die dezelve ver volgens over de diflerenle prefectures verdeeld. Blijvende overigens alle poincten der instructie voor den hoofd-administrateur, die hij dezen niet zijn gealtereerd, in hunne volle kragt en waaide en dezelve, voor zooverre de respective prefecten aangaat, ter strikste observantie aanbevolen. Zie ook 22 Januari 1809. 1 Augustus. Instructie voor den pakhuismecsler te ln~ dramajoe. Dit stuk is wel vermeld gevonden, maar niet aangetroffen. 3 Augustus. Voorschrift nopens de betaling van kocli's en paarden, gebruikt wordende door particuliere rei zigers of tot transport van goederen. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat, hoezeer de betaling der battoors en paarden door reizende personen over den landweg ook bepaald is, er echter eene ongelijkheid wegens de uildeeling van dat geld existeerd, wanneer door de reizende personen, op iedere verwisseling van battoors en paarden, de betaling daarvan op diezelfde plaats geschiedt, waardoor som mige battoors alleen geld ontvangen, wanneer zij goederen van particulieren transporleercn, terwijl andere weder, zulks van den Lande, dan wel van personen, welke in officio reizen, moetende doen, daarvoor geenc betaling erlangen; en zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, verlangende, dat alles op eene gelijke en eenvormige voet geschiede en een ieder zijne regtmalige betaling erlange; heeft besloten te bepalen, gelijk bepaald wordt bij dezen, dat voortaan alle de battoors en paarden, welke tot transport van particulier reizende personen of goederen gebruikt worden, navolgens de bepaling en uitgestrektheid van iedere prefecture, op de hoofdplaats derzelver, behalve te Japara, alwaar zulks 1809. H. W DAENDELS. 825 Ie Coedors of Jonna kan geschieden, aan den maas patlij, onder annotatie door den prefect of den scriba, zullen moeten uitbetaald worden ; en dal dit bedragen, hetzij maandelijks, dan wel zooveel langer, ter gelegener tijd, aan de differente draag volkeren, na gelang der uitgestrektheid van hun territoir, proportioneel zal moeten uitgedeeld worden, hel welke de respective prefecten op hunne verantwoordelijkheid kollen moeten surveilleeren, terwijl van zoodanige uildeeliugon be hoorlijke opgave en kennis aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zal moeten gegeven worden. 5 Augustus. Bepalingen nopens de leverantie van kof (ij aan de Regering. Zijne excellentie <le Maarschalk en Gouverneur Generaal, ontwaard hebbende, dat in de prefecture van Samarang de koffij, welke door den gemeenen man aan 's Lands pakhuizen te Boejolalie, Salatiga, Jam boe en Oenarang geleverd wordl, nog voor hunne rekening naar die van Samarang moet ge transporteerd worden en zij daardoor eene merkelijke ver mindering in hunne betaling ondergaan, en wel te Boejolalie met 40 stuivers, te Salatiga met 27 ', 2 stuivers, te Jamboe met 20 stuivers en te Oenarang met 12'/ 2 stuivers per picol van 22!5 8, hetgeen geheel strijdig is met de intentie van hoogstdenzelven, welke de betaling der koffij tegens rd' 4, zilver geld, de picol van 225 fè bepaald heeft te moeten zijn vrij van eenig bezwaar voor den gemeenen man; en nagegaan hebbende de wijze, waarop zulks in de overige prefectures van Java's Noord-Oostkust en in den Oosthoek plaats heeft, en verlangende, dat overal een gelijke wijze van leverantie en transport der koffij plaats heeft buiten bezwaar van den gemeenen man; heeft besloten te bepalen, gelijk bepaald wordl bij dezen : dat de koffij, welke in de prefectures van Samarang dooi den gemeenen man aan 's Lands pakhuizen, zoo te Boejolalie, Salatiga, Jamboe, als Oenarang geleverd wordl, aan hem tegen de bepaalde prijzen van rd' 4, zilver geld, per picol van 225 1809 H W. DAENDELS 826 il' zonder ceuige korling zal voldaan worden en dal. de regen l van Sainarang tevens gelast wordt te zorgen, dat de knllij door de Javanen zelve wordt gestampt en ontliolslerd en niet mol de bast Irij malen geleverd, zooals thans nog plaats heeft, terwijl het transport van de ovengenoemde pakhuizen en dat naar Sainarang mede aan genoemden regent zal wezen ge demandeert, welke zal hebben te zorgen, dat hij daartoe de noodige pedallijs na hel opgegeven model aan handen heeft, ten einde daarmede de ingezamelde koflij van de voormelde vier plaatsen naar Sainarang in het pakhuis te bezorgen, waarvoor hem door eikanderen te goed zal worden gedaan 8 stuivers, zilver geld, per picol van 225 ffi; dal in de overige prefectures en onder-prefeclurcs door de respeclive prefecten zal moeien worden nagegaan, of de leverantie der koffij door den getneenen man op den trgen woordigen voel ook van te verre distantie geschiedt en daardoor tot bezwaar van denzclven strekt, in welk geval zij aan den Maarschalk en Gouverneur Generaal hel voorstel zullen moeten doen om de noodige pakhuizen op zoodanig gelegene plaatsen, zoowel lot gerief van den koffij-levcrancier, als lot gemak van hel transport der koffij met pedallijs naar hel pakhuis van iedere prefecture, op Ie riglcn, als zij zullen vermeenen tot het bereik van dit doelwit het geschiktste Ie wezen en volgens welkers distantie dan ook proportioneel het boven vermelde transport-geld aan ieder regent zal worden gevalideerd. Terwijl de respective prefecten gehouden zullen wezen voortaan, na het afloopen van iedere koffij-leverantie, aan bel gouvernement generaal in te dienen een specifiek rapport van de hoeveelheden kollij, in ieder district ingezameld, de wijze, hoedanig de betaling daarvan is geschiedt, nevens een vergelijk tegen de leverantie van het vorige jaar. 3 Augustus. Vereeniging der betrekkingen van Iraclemenl boekhouder en klein-kassier Ie Samaraiuj. Te Balavia en te Soerabaija had die vereeuiging reeds plaats 1809 H. W. DAENDELS. 827 geluid, waardoor de administratie der financiën vereenvoudigd was. Het tractemenl werd bepaald op 3000 rijksdaalders, zilver geld, 'sjaars. 3 Augustus. Aanstelling van een postmeester te Samarang. Die benoeming geschiedde «onder hel genot van zodanige •>percento's, als hij het generaale reglement over het posl »wezen nader zullen worden bepaald". De eerstgenoemde voor deze belrekking was levens scriba der prefectuur en secretaris van den prefect van Samarang en Demak. 3 Augustus. Opdragl op den hoofd-administrateur te Samarang van hel invorderen en ontvangen van 's Lands domeinen aldaar. Zulks geschiedde, «vermits door de afzondering vanden Oost hoek van het voormalig gouvernement van Java en dezelve geheel te stellen op zich zelfs de werkzaamheden van den hoofd administrateur Ie Samarang aanmerkelijk zijn verminderd, zoodat zonder bezwaar voor dien ambtenaar bij deszelfs legens woordige functie kan gevoegd worden de invordering van 's Lands domeinen, hetwelk reeds provisioneel aan denzclven is opgedragen bij besluit van den 31 en Julij jongstleden, terwijl daardoor de administratie der finantiën gebragt wordt op een meer eenvoudige voet". 9 Augustus. Verbod tenen hel opmaken van rekesten voor zekeren Abrahams. Is besloten, uilhoofde van de irreverente uitdrukkingen omtrent den heer Raad ordinair van Indien, P. F. Chassé, voor komende in een aan zijne excellentie gepresenteerd request door de Moorsche vrouw, I'hatima Bonte Fakir Mohamad, de dato 14 Juli jongstleden, den steller daarvan, F. Abrahams, voor den tijd van agt dagen te doen plaalsen in arrest op de Waterplaats en hem voorts voor altoos het opmaken van requesten en andere soortgelijke schrifturen te verbieden. 1809 H W. DAENDELS 828 9 Augustus. Vergunning 10l hel aanleggen van zonl pannen in de prefectuur Tegal. Op de rcquesle van den zoul-pachler ie Samarang en na ingenomen lierigl van den waarnemend prefect te Tegal is besloten aan denzelve liet aanlegden van zout-panaen in die préfecture toe te staan en te pennittceren tot dat einde in huur Ie mogen houden de dessa's Kedong Kasamhie, Soera Dadie en Bodjong Kellor. 9 Augustus. Rang-regeling van den president der hootje militaire vierschaar. Is hesloten den president vau de hooge militaire vierschaar, wanneer hij niet reeds uithoofde van zijne radicale post een hoogeren of gelijken rang bekleed, den rang toe te voegen gc lijkstandig met den president van het collogie van Schepenen te Batavia, na ouderdom van aanstelling. 9 Augustus. Aanstelling van een griffier bij de gene rale secretarie. Het. tracteinent van dien grillier bedroeg 1 0,000 rijksdaal ders 'sjaars, »te hctalen op den voet, zoo als de. secrela •rissen-generaal hunne appointementen" genoten. 9 Augustus. Instructie voor den griffier bij de gene rale secretarie. Art. I. De werkzaamheden blijven onder de secretarissen generaal verdeeld volgens het op den 29 e " Mei 180!) ge arresteerde reglement, met deze verandering alleen, dat de secretaris-generaal, die met de algemeene expeditie heiast was, daarvan voortaan zal zijn geëxousjerd. Art. 2. De algemeene expeditie wordt opgedragen aan den griffier, daartoe aan het hoofd geplaatsl van hel serre tart) vau zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur 1809. H. W. DAENDELS. 829 Generaal en ile zorg hebbende over hel bewaren, registreeren, inbinden, enz. van alle inkomende en afgaande brieven en papieren. Art. 3. Op de afzonderlijke bureaux der secretarissen generaal zullen derhalve geene papieren worden gedeponeerd, maar de generale serretarij daarvan de eenige en algemeene bewaarplaats zijn. Art. 4. Van de generale secretarij zal, niet alleen de expeditie geschieden van de besluiten en aanschrijvingen van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. maar ook van de resolulieu der hooge regcering, behalve alleen op Balavia /.elve, alwaar dit lot bespoediging aan den eersten gezworen klerk van hel secretarij blijft gedeman deerd; ook zal de directeur-generaal, de generale rekenkamer en de chef van den generalen slaf hare aanschrijvingen naar de kantoren, builen Java gelegen, ter verdere verzending op de generale secretarij welmeld moeten overbrengen. Art. 5. De expedilie van alle militaire besluiten en or ders aan de commandeerende officieren en andere militaire personen zal voortaan geschieden van de generale secretarij en de chef van den generalen staf daarvan altijd doorafgave van extracten of kopijen worden geïnformeerd, ten einde de uitvoering te surveilleeren en daaromtrent de uoodige correspondentie (e onderhouden mei de personen, die hel concerneert, onder dezen verstande nogtans, dat hij alle aan schrijvingen, deswegens naar de kantoren buiten het eiland Java te doen, onder cachet volant moet overbrengen op de generale seerelarij ter verdere verzending. Art. 6. Voor de prompte uitvoering van al, hetgeen de expeditie concerneert, is de griffier alleen verantwoordelijk. Art. 7. l)e gritïier houd korte notulen op alle de in komende stukken en stelt daarvan een volledige kopij ter hand aan zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, zooniede aan de secretarissen-generaal, voor zooveel een ieders werkzaamheden aangaat. Art. 8. De secretarissen-generaal, eenige aanschrijvingen, 1808. H. W. DAENDELS. 83 de leden van Schepenen, de oud Schepenen, de gecomniilteerdens over de suiker-culture, de president van de Weeskamer te Samarang, de eerste resident van Palemhang en hetopper-hoofd van Ti mor, de resident van BaßJermassing, g de vicc-president van den Raad van justitie teSamai ang, de secunde's van Amhon, Banda, ïernale en Macasser, _o de kapiteins, waaronder de chirurgijn-majoors be- J 3 grepen zijn, de eerste commies op het bureau der secretarissen generaal, de eerste gezworen klerk ter generale secrclarij «te Batavia, de geheim-schrijver, de groot-kassier, de secretaris van den Baad van Justitie: de fabriek, de negotie-boekhouder, de stads doctor, de proponenten, de generaal opzichter over de specerij-perken te Banda, de fiscaals op Java, Anibon, Banda, Ternale en Ma casser, S de onder-prefecten, % de secretarissen van de ministers aan de hoven van fc Souracarla en üjocjacarla, _|3 de administrateurs van het provisie-magazijn, de West zijde, het ijzer-magazijn, Onrust, de water poort, bet kleden pakhuis en de kleine winkel, het graan magazijn en de suiker-pakhuizen te Batavia, de secretaris van hel collegie van Schepenen, de commissarissen van de bank van leening, de kassier van de bank van leening, de factuur-houder, 1809. H. W DAENDELê. 830 besluiten of andere stukken geconcipieerd hebbende en die door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Gene raal zijnde goedgekeurd, geven dezelve al* aan den griffier ten line van expeditie. Art. 9. De kolonel en commandant der haven en de sa bandhar en licenlmeester zullen aan den griffier altijd in tijd kennis geven van het aanstaande vertrek van eenige schepen of vaartuigen, onverschillig welke destinatie. Art. 10. De secretarissen generaal zullen tot hunne ad sislentie hebben ieder twee of drie Europeesche klerken. Art. 11. Aan den griffier zal worden toegevoegd voorde generale secretaiïj en onmiddelijk aan zijne orders gesub mitleerd: een commies, twee gezworen klerken, en zes Portugeesche schrijvers. 11 Augustus. Voorschrift nopens min- en over-wigten. De beer waarnemend president [der Hooge Regering] heeft van wegen zijne excellentie, den Maarschalk en Gouverneur Generaal, ler tafel geproduceerd, als: een schriftelijk voorstel van hooggemelde zijne excellentie om de administrateurs voortaan niet alleen volgens de subsis terende bepaling verantwoordelijk te houden voor de minwich leu, maar ook voor de overwichlen, die op de goederen onder hunne administratie bevonden worden, in diervoegen, dat, builen het vervallen van de laatslen aan den Lande, nog door hen zal moeten worden aangetoond, van waar zoodanige overwichten herkomstig en oorspronkelijk zijn, en dat, bij aldien die overwichlen aanzienlijk mogten zijn, zonder dal bewezen kan worden, dat dezelve langs een regtvaardigeu weg zijn verkregen, de administrateurs, bij wie dezelve ge vonden worden, zullen worden gesteld in handen van het officie fiscaal om legen hen te procederen over bij de aflevering gepleegt bedrog en als berovers van hel credit van bet gouver nement ; IÓOÖ. H W OAENDELÖ 831 zoo is goedgevonden en verstaan zich niet de motiven, in het opgemeld voorslel geallegeerd, te conformeren en het zelve dienvolgens te converteren in een decreet, zooals ge schiedt bij dezen. 11 Augustus. Last op de hebbende vendu meesters de vendu-rollen te onderleeketien. Zulks werd bepaald »len einde daardoor, in conformité aan het G e artikel hunner instructie, een iedere verantwoorde lijkheid te kunnen onderscheiden hij alle mogelijke te pro duceren uadeelcn." 11 Augustus. Regeling der prijzen van specerijen, enz. en van de verhouding, waarin deze aan vreemdelingen geleverd zouden worden. De aankomst ler reede Batavia van eenige Amerikaansche schepen gaf aanleiding: Ten eersten: de prijzen der noten te bepalen op rd s 2: 24 de foelie op » 5 : 16 en de nagelen op » 1 :18 of, wanneer over de noten gestort zijn geweest, » 1 : 2 alles zilver geld; voorts de indigo, campfer en catocne garens op de tegens woordige prijs te laten verblijven: en Ten tweeden: de proporlien, waarin deze producten door alle vreemdelingen zullen moeten genomen worden, te stellen als volgt: van de noten ffi 100 * nagelen » 75 • » foelie » 20 » indigo » 20 » catoene garens » 50 » » campher • 40 doch met qualificalie om de inlandscbc handelaren met de drie eerste artikelen na du opgemelde verdeeling te adsisleren 1809. H. W. DAENDELS. 832 zouder tot het accepteren van indigo, caloeue garens en campher verplicht te zijn. 14 Augustus. Amplialie van de instructie voor de gene mie rekenkamer. Ingevolge «Ie reserve, voorkomende bij het 27" artikel van de instructie der generale rekenkamer en in ampliatie van dezelve, is besloten: 1" dal de verantwoording der verschillende adminislratien, begrepen onder bet voormalige gouvernement van Java's Noord-Oostkust, aan de generale rekenkamer van Indien voortaan op geene andere wijze zal geschieden, als thans en sedert de oprigting dor gedachte kamer gebruikelijk is geweest: met dien verstande namelijk, dat van drie maanden 10l drie maanden de reekeningen en ordonnantiën van elke administratie, zoowel onder de Sauiarangsche. als Sourahaijasche districten begrepen, aan de generale rekenkamer zullen worden ingezonden; en dat voorts na bet uiteinde van ieder jaar de administratie-hoeken zelve in originali aan dezelve zullen moeten worden overgegeven en wel uiterlijk voor den t e " Maart van het volgende jaar, op zoodanige poene voor degeenen, die daarin nalatig zullen blijven, als hij hel 25 e art. der instructie van de meermelde kamer ten aanzien van de dienaren op de buiten kantoren is bepaald: •2" te bepalen, dal voorlaan de administratie-hoeken der ver schillende weeskamers, zoo te Samarang, als elders op Java of op de overige etablissementen van den staat in Indien, mede jaarlijks ter visitatie en exaniinalie aan de generale rekenkamer zullen worden ingezonden. Kn zal hiervan extract worden afgegeven aan den directeur generaal van 's Konings finantien en domeinen, de generale rekenkamer, de prefecten op Java en wijders aan alle prefecten, gezaghebbers en commandanten, wien zulks mag aangaan. oui te strekken tol derzelver informatie en narigt. Zie ook 19 December 1808, 17 Januari] en 3 februari) 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 833 FLAKAAT-EOEI DEEL XV. 53 15 Augustus. Verkoop van landerijen in het voormalige regentschap Tangerang. Op IS November 1809 zouden door vendunieesteren in het heeren-logement te Jakatra publiek verkocht worden: N°. 1. De bazaar van Tangerang tuet de daarbij gehoorende grond, benevens een gedeelte van het land Grinding, vaii de zuidelijke scheiding van hel land van den heer brigadier, von Lutzow, genaamd Wilgenburg of passer Baroe, tot aan de Noordelijke grenzen van het verhuurde land Tjunie, aan den suiker-molenaar Tan Lien verhuurt, uitmakende circum circa een uitgestrektheid gronds ter breedte van 2400 en ter diepte van ruim 600 roeden, gerekend van de rivier Tsjiedauie tot de spruit Sabie. N°. S. Een gedeelte van het land Grinding, strekkende van de Noordelijke grenzen van bel opgemeld land Tjiinte tot aan de uitmonding van de spruit ïjie-gronson in de rivier Tsjiedanie, breed circum circa 2400 en diep ruim 600 roeden, gerekend van de rivier Tsjiedanie tot aun de rivier Mentjerie. N°. 3. Een gedeelte van het land Grinding, breed circum circa 3000 en diep ruim 600 roeden, waarvan de breedte zich bepaald van de uitmonding van de spruit Tjie-gronson tot aan de uilmonding van de rivier Tjilampoang en de diepte van de rivier Tsjiedanie tot aan de rivier Menljerie. N u . 4. Een gedeelte van het land Grinding, strekkende van de uitmonding van de rivier Tjielampoan lot aan de Noordwestelijke scheiding van het land Sading aan den voel van den berg I'enaukan, boven het gelmgt Crauwang, bepalende zich de diepte van de uitmonding van de spruit Tjielras in de rivier Tjiekeniekie tot langs gemelde spruit, dewelke uit het gebergte ontspringt en thans de scheiding maakt tusschen het district Gobang en het land Sading, zijnde Ie zanien een uitgestrektheid lands van ruim 3000 roeden breed en 600 roeden diep. N°. 5. Dat gedeelte van hel land Sading, hetwelk lot dusverre onder het regentschap Tangerang heeft behoord. 180 Ö. H. W. DAENDELS. 834 N°. 6. De om de Oost leggende vijf kleine districten, Medan, Krangan, Kademangan, Jcllelran en Liukoug, tezamen breed, ten Zuiden en ten Noorden, IG9O roeden en bepaald tusschen de rivier Tsjiedanie en Anke. N°. 7. üe mede om de Oost leggende drie perceelcii. Jampan-ilir. Snlahanlar en Caloerahan, gczamelijk breed 1875 roeden en insgelijks tusschen de rivier Tjiedanie en Anke besloten. N". 8. De om de Oost leggende landen, I'enja-brahan, Janpan-oediek eu hel vrucbtbare perceel Coripan, te zamen breed, ten Zuiden eu ten Noorden, 4085 roeden en mede tusschen de rivier Tjiedanie en Anke besloten. En zulks op de navolgende conditien, als: 1° dat de kooper van de bazaar Tangerang verdacht zal hebben Ie zijn, dat eenlijk de grond der bazaar met de daaraan geaccrocheerde privilegiën verkocht wordt, waar onder dus niet begrepen zijn de daarop slaande, sleeue pedakken, als het eigendom van particulieren en niet van den Lande zijnde, en welker inwoonders dierhalven in hel gerust en ongemolesteerd bezit van de woningen zullen moeten verblijven, onder deze conditie nochtans, dat de eigenaars van de pedakken dezelve groudhuur aan den kooper van de bazaar zullen moeien blijven belalen, die daarvoor in dit jaar betaald is, tegen rd s . 5: 18, koper, voor ieder pedak. alsmede dat de inkomsten van de overvaart en tol zullen geheven worden op den tegenwoordige!) voet ten behoeve van den kooper: 2 U dat de bijzondere verpachtingen op de bazaar, als daar zijn de lopbanen, madat-kitteu, overvaart, de 101, arak, en het slachten van vee, voor dit jaar 10l ultimo December zullen blijven almede op den tegen woord igen voel len behoeven van den kooper; 5° hel gouvernement staat toe en guarandeert de bazaar, ingevolge de prerogativen, bepalingen en orders, voor de bazaars in bet algemeen gearresteerd, alsmede dat in dies nabijheid gcene andere previlegien tol hel aanleggen 1809. H. W. DAENDELS. 835 van een of meer bazaars, zoo lange deze bestaat, zal geconcedeerl worden, terwijl deze bazaar ook niet zal mogen worden verlegt; 4° dal de koopers der perceelen oiu de Oost, biervoren onder n°. 6 vernield, zullen hebben in het oog te houden, dat daaronder niet begrepen is bet district Babakan, betwelke door bun hoog Edelhedens bevorens aan den depatlij van Tjie-anjor is afgestaan ter plaatsing van kollie-pakhuizen, alsmede niet dat gedeelte van het bij per ceel 8 voorkomende land Coripan, waarop de schout verblijf houdt en in bet vierkant bepaald wordt op 100 roeden; 5° dat onder de koop der voorschreven landerijen mede niet bedoelt wordt de onder het land Grinding om de West en onder het land Linkong om de Oost gehoorende landen, waarop olij- en suiker-molens geëlablisseerd zijn, dewelke nader dislinct bij den verkoop zullen worden opgegeven; 6° dal de koopers der perceelen van het land Grinding gehouden en verplicht zullen zijn de publieke wegen te onderbonden in een rij haren staat; dat de koopers zullen bezwaard zijn met de servituten, waaronder gemelde perceelen lands van oudsher mochten hebben gelegen, bij voorbeeld van wegen en passages over gemelde landen ten dienste van het algemeen of aangrenzende landen, het geven van water aan de naburige landen en wat dies meer is; 7" zullen de koopers gehouden zijn, boven de kooppenningen, te belalen de gewoone ongelden, bij den verkoop en opdracht vun het door hun gemijnde land vallende. Eindelijk wordt hierbij genoteerd, dat de koopers zich zullen moeten houden aan de bekende scheidingen, zonder dat men zich verbind aan de diepte of lengte, die hier eenlijk calculatie! is opgegeven. Gezanielijk brachten deze landen op eene som van 419,800 rijksdaalders, papieren geld. 1809. H W DAENDELS 836 15 Augustus. Afschaffing van de itbegrafenis-ongelden" voor lijken van in een hospitaal gestorven Lands dienaren. Deze bedroegen 1 :56 rijksdaalder voor elk lijk, waarvan de doodgraver kreeg 3G stuivers en het overige als «kerk regt" werd geheven. De afschaffing geschiedde op grond, dal «alle Lands-dienaren actueel gratis in het hospitaal worden verpleegd'. Voor de lijken van vreemde zeevarende bleven de «begra fenis-ongelden" stand houden. 15 Augustus. Spillage voor den huns run het reparatie atelier van wapenen. Is besloten aau den baas van het atelier van reparatie der wapenen loe te slaan de hierna gespecificeerde toera of spillage op het bewerken der onderscheidene metalen, als: dertig percent op het nieuwe ijzer, veertig » » » oude » vijf en twintig percent op het staal, » » • » » rood plaat-koper, dertig percent op het geel plaat-koper, met dien verstande nochlhans, dat hij gehouden zal zijn alle de metalen, welke hij ingevolge deze schikking mogte over winnen, eerlijk aan het gouvernement te verantwoorden en niet strekken tol deszelfs particulier voordeel. 15 Augustus. Organisatie van den Hoogen Raad van justitie, enz. Is goedgevonden en verslaan: 1° het ligchaam van den hoogen Raad van justitie alsnu Ie doen bestaan uit: een president, een vice-president, 1809. H. W. DAENDELS. 837 vijf ordinaires raden en twee extra-ordinaires raden; en hun aan tractementen toe te leggen, als: aan den president rd 8 18000 » » vice-president » 10000 » de ordinaires raden » 6000 » » extra-ordinaires raden » 4000 betaalbaar de helft in zilver en de hetft in papiere geld; 2° provisioneel en tot zoo lang door Zijne Majesteit den Koning daaromtrent anders zal zijn heschikt, het costuum van welmelden hoogen Rade en deszelfs ministers te bepalen tot een zwart kleed, driekanten hoed en degen; 3° liet getal en de inkomsten van den griffier, advocaat-fiscaal en verdere ministers en suppoosten van gedachten Rade te laten op den tegenwoordigen voet, doch de post van water-fiscaal geheel in te trekken en de werkzaamheden van dezelve over te brengen op den advocaat-fiscaal met behoud der suppoosten van den water fiscaal en hetgeen hem tot dedommagement zijner onkosten is toegestaan; 4° de veranderingen, welke overigens in de manier van proce deeren en de inslructiën der suppoosten van den Raad of in eenig ander gedeelte der inrigtingen noodzakelijk mogten zijn, over te laten aan den nieuw te benoemen Raad van justitie en denzelven te demandeeren om daaromtrent na bevinding van zaken de noodige vooretellen te doen ; en 5" ler bevordering der justitie, in het legenswoordig gebrek aan bekwame practizijns te voorzien door het benoemen van twee gesalarieerde procureurs, op dien voet, dat het hun toegelegde salaris eenlijk strekke lot goedmaking der kosten en voorschotten, die zij in de eerste twee a driejaren van hun practijk verplicht zijn te dragen en om inmiddels ook niet geheel van een middel van beslaan te zijn ontbloot; voorls dit salaris te bepalen voor den eenen op rd s 3000 en voor den andere op rd 9 2400 'sjaars, om 's jaarlijks met een derde te worden verminderd en met hel uileinde van het derde jaar geheel (e cesseeren 1809. H. W. DAENDELS. 838 15 Augustus. Instructie voor den floogcn Raad van justitie van Hollandsch Indiè', residerende te Balavia. Art. 1. De Raad van justitie zal bestaan uit êén presi dent, één vice-presidenl, vijf ordinaris en twee exlra-ordi naris Raden, als ook gesterkt eu voorzien wezen met eeu advocaat-fiscaal, alsmede een secrclaris of griffier en twee gezworen klerken, alle bekwame en wel gequaliliceerde per sonen : en zullen voortaan genoemd en gequalifireerd wurden: de president en raden van den hoogen Raad van justitie van Hollandsch Indien. Art. 2. Het zegel van den Raad zal zijn het gouverne ments zegel met hel opschrift: hooge Raad van justitie van Hollandsch Indien, en zal door den president in bewaring gehouden worden, ten einde daarmede alle brieven en pa pieren van justitie te zegelen. Art. 3. En zullen in voorschreven Raad niet te gelijk mogen fungeren vader en zoon, schoon-vader en schoon-zoon of broeders en zwagers, mits nochtans dat zoodanige opko mende affiniteit geen verhindering zal geven. Art. 4. Vervolgens zullen de raden ook niet mogen ju geren in zaken der geenen, die hen lieden bestaan tol in den zesden graad, inclusive, zoo in consanguinileil. als in affiniteit. Art. 5. Geene van de raden zullen paglers, noch mede standers, nochte ook borgen ofle contra borgen derzelver, direct of indirect mogen wezen. Art. 6. Zij zullen mede geene giften, gaven of geschenken aannemen van iemand, die voor den Raad eenig proces of andere zaak heeft of zal krijgen, sub poene van de wet, bij placcaat van den l Februari) des voorleden jaars op het accepteren van geschenken bepaald. Art. 7. Item zullen die van den Raad partijen, die voor haar eenig proces hebben of apparent staan te krijgen, in hunne zaken geen advies of raad geven; en, bij aldien een dei leden iemand onwetend mogle eenig advies of raad gegeven hebben en dal die zaak naderhand voor den Raad geven 1809. H. W. DAENDELS. 839 tileenl wierd, zoo zal de zoodanige gehouden zijn zich zelveu daarnm te (excuseren, op poene van voor de eerste reis van hunlieder ambt en dienst voor den tijd van een jaar gesus pendeerd en voor de tweede reis van staat en digniteit ge priveerd te zullen worden. Ai t. 8. Niemand uit den Raad zal de geheimen, gehouden liesoignes, raisonneinenteii en deliheratien over de zaken, al daar litis pendent of verhandeld wordende, mogen releveren, op gelijke poene, als in het even voorgaande artikel. Art. 9. Alle jaren, den eersten legtdag na nieuw jaar, zal ieder lid des Raads in handen van den president en die wederom van den vice-president ol" volgenden raad den eed van purge moeten alleggen, in maniere als volgt: Wij verklaren en zweren het voorleden jaar van niemand, die voor dezen Raad te doen heeft gehad of apparenl stond Ie doen te krijgen, cenige geschenken, klein of groot, ont vangen of genoten te hebhen, noch wij zelven, noch onzes wetens onze huisvrouwen, kinderen, faniillien of wie het ook mogte wezen, die ons mogen aangaan, directelijk noch indirectelijk, gelijk wij ook voortaan beloven ons daarvoor heiliglijk en religieus te wagten; tot bekrachtiging van dien zeggende: Zoo waarlijk helpe ons God Almachtig. Art. 10. Ook zal ieder lid gehouden zijn op de minste suspicie zich legen deii anderen invoege voorschreven te zuiveren. Art. 11. Insgelijks zullen de partijen of een derzelven, op welke suspicie valt, bij eede gehouden wezen te verklaren, dat zij aan niemand van den Haad, directelijk of indirectelijk, ietwes hebben beloofd ofte ook zullen beloven te geven. Art. 12. De voorschreven president en raden zullen justitie administreren en regt doen in den naam en van wegens Zijne Majesteit Louis Napoleon, Koning van Holland. Art. 13. Des dal zijlieden alle de geenen, die des requireren, zonder aanzien van personen, hetzij rijk of arm, groot of klein, van wat staat of conditie hij zoude mogen wezen, 1808. H. W. DAENDELS. 84 de eersle suppoost opliet kantoor generaal, 1 de oudste de » « » » generale visite- in functie kantoor, 1 eerst. de eerste suppoost over de stamboeken van hel poli tiek departement, de eersle suppoost over de stamboeken van liet militair departement, de translaleurs te Batavia, de vendumeesters te Batavia, de kassier van liet vendu-kantoor te Batavia, de pakhuismeestcr van Japan, de supercarga's van China, de leden van Weesmeesteren en Heemraden te Batavia, de kassier van de generale ontvangst, de muntmeester, de tweede resident van Palembang en de secunde 3? van Timor, "3 de secretaris van de bank van leening, ■S de secretaris van Weesmeesteren te Batavia, •ï de secretaris van Heemraden. de eerste landmeeter, de eerste luitenant, waaronder de chirurgijn van de tweede classe of aide chirurgijn begrepen is, de secretarissen op de vierOoslersclie de pakhuismeestcrs van Saniarang en Cheribon en de administrateur van Sourabaija, de negotie-boekhouder te Samarant; en Ie Sourabaija, de fiscaal en secretaris van den inspecteur-generaal der houtbosscheri, de secretaris van den inspecteur-generaal der kollij culture, de stads chirurgijn, de stads apothekar, de notarissen, de ouderlingen, de leden van huwelijksche en kleine gerichts zaken, 1809. H. W. DAENDELS. 840 zonder gunst, vreze, simulatie of dissimulatie, regt en justitie doen, vervolgens hare gewijsdens, zoo sentenlien, decreten, ordonnantien als appoinctementen, doen executeren en ten eflecte brengen. Art. 14. Tot welken einde dan ook alle de respeclive ollicieren in Hollandsch-Indiön, niemand uitgezonderd, worden gelast en geordonneerd, gelijk zij uit krachle dezer gelast en geordonneerd worden, dat zij, op vcrmauing en autorisatie van voorschreven president en raden, liaarlieder fiscaal, ministers, deurwaarders en substituten tot het executeren van de gewezene sententien, decreten, ordonnantien en ap poinctementen behoorlijke assistentie zullen doen, op ver beurte van hunlieder ambten en geëvenredigdc correctie, naar exigentie van zaken. Art. 15. De ordinaire vergaderingen, regtdagen en rolle van voorschreven Raad zullen op Woensdag, des morgens ten half acht uren, gehouden en verders aldaar, na het afloopen van de rolle, gedepecheerd worden de gepresenteerde re inesten, dewelke aan den president zullen worden overgegeven ten fine daarop door den griffier of secretaris te doen appoin leren, zoo en in diervoegen, als hij den Raad zal wezen ge concludeerd, waarna dezelve ten spoedigsten door den griffier of secretaris getekend en aan de supplianten uitgegeven zullen worden. Art. 16. En zullen de ordinaris vacanlien voor gemelden Rade wezen van den eersten Woensdag in October 10l den eersten Woensdag in November en van den tweeden Woensdag in Maart tot den eersten Woensdag in April. Art. 17. Bij hel examineren, visiteren en afdoen van pro cessen zullen omtrent het criminele geen minder als zeven en aangaande het civile niet minder als vijf raden moeten present zijn, van hel begin tot het einde toe. Art. 18. Item zullen de voorschreven president en raden in de raadkamer, zoo op ordinaire, als extra ordinaire ver gaderingen, verschijnen en van 's morgens ten half acht lot elf uren aldaar moeten blijven of wel zooveel langer, als de 1809. H. W. DAENDELS. 841 zaken naar het oordeel van den president zullen vereischen, zonder eerder te mogen scheiden, tenzij om gewigtige en gefundeerde redenen. Art. 19. Vervolgens zullen de leden van den Haad haar op de voorschreven vergaderdagen niet mogen absenleren dan met voorkennisse van den president ofte van dengeenen, die iu zijne plaats presideren zal. Art. 20. De Raad voorschreven zal kennis nemen van alle zaken van appel en reformatie, die van den geregLe van Itatavia en de verdere, respective, judiciële collegièn op alle builen-kanloren, voor zooverre dezelve niet zijn van hel ressort van de hooge militaire vierschaar, item van alle andere lagere reglbanken aan haar moeten devolveren, alsmede van zaken in materie van reductie, van uitspraken van arbiters ofte goede mannen. Art. 21. In voege dat van nu voortaan alle verzoeken van reduclien, reformalien en appellen, niet alleen zonder, maar ook met de clausule van relief jegens de indebile interjectie, verheffing en prosecutie der appellation, aan den meergemelden Raad van justitie direct zullen worden gedaan en dal ook aan haar de stukken, in de vorige instanlien gediend hebbende en overgelegd zijnde, onder eenen ordenllijken inventaris, behoorlijk geëvangeliseerd, per missive zullen worden toegezonden. Art. 22. Hem zal bij den voorschreven llaad ter eerster instantie kennis worden genomen van zaken, in welke bij voorechreve en andere regiereu regt geweigerd ofle onbe hoorlijk gedilaijeerd wordt, hij wegc van evocatie. Art. 23. Voorts zal dezelve Raad exaclelijk doen infor meren en inquireren op de abuizen en delicten van alle de fiscaals, bailluwen, landdrosten en andere officieren, fungerende in Hollaudsch Indien, en, die gehooid zijnde, dezelve naar gelegenheid van zaken corrigeren ; en, indien bevonden wordt, dal zij bij merkelijke redenen schuld hebben, ben bij provisie mogen suspendeeren van hare diensleu en officiën, waarvan door den president immediual aan de hooge regering kennis 1809. H. W. DAENDELS. 842 znl gegeven worden omme die bedieningen inliissrlien te kunnen suppleren. Art. 24. Ook zullen de voorschreven president en raden iu de eerste inslanlie tot mainticn van liet regl, de waar digheid en souvereinileit van Zijne Majesteit den Koning van Holland, mitsgaders de publieke finantien eu domeinen, justitie expediëren, doch, voor zooverre de twee laalslgemelde objecten aangaat, daarin niet terniineren, nog sluiten, zonder dat de president en raden de hooge Indische regering deswegens alvorens hebhen geadieerd. Art. ÜS. Alle zaken, zoo civiele, als criminele, concer nerende 's gouvernements dienaren, uitgezonderd degeenen, welke tot de jurisdictie van de hooge militaire vierschaar behoren, ook zoodanige personen, die ten genoegen der hooge regering uit 's Lands dienst worden ontslagen, behoudens hare rang en qualileil, die zij in den dienst hebben gehad, item alle, die uit 's Lands kassa eenig kostgeld en gage genieten, bekomen en behouden, zullen ter eerster inslanlie voor den Raad van justitie worden geventileerd. Art. 26. En wanneer tusschen burgers of andere in- of opgezetenen en Lands dienaren gedelinqueerd wordt, zal de officier, dewelke bij preferentie de delin<iuanten eerst in arrest of hechtenis heeft gesteld ofle op het delict begonnen is in fonnaliën in te winnen, dezelven, zoowel 's Lands dienaren, als de burgers, in- of opgezetenen voornoemd, en zoo vice versa calangeren eu te regt stellen voor gemelden Raad van justitie. Art. 27. Item zal voorschreven Raad in den eersten kennis nemen van zaken, rakende vreemde kooplieden, gcene vaste woonstede ofle residentie onder 's Konings gebied hebbende, hetzij dat dezelve op Batavia kwamen te delinqueren ofle tegens den andere eenige actiën wildon inslitueren, dan wel door wie hel zij, in regten betrokken naogten worden, zulks, dat alle arresten en provisièn van justitie, conrernerende voorschreven, vreemde kooplieden, bij denzelvcn Raad zullen moeien verzocht en verleend worden. 1809. H. W. DAENDELS. 843 Art. 28. Ilcin van zaken van admiraal- en piraatschap of die concernerende de zeevaart, wanneer namelijk vreemde natiën haar volk of schepen huiten 's Lands in liet ressort van Hollandsen. Indien ofte in de zeeën van dien beschadigd hadden die van het gouvernement, alsmede de burgers en inwoonders van Batavia, dau wel de op- en ingezetenen van deszelfs koloniën en wat des meer zij. Art. 29. Zullen ook voor den Hand komen in rauaclie alle de zaken, concernerende tollen, pagten en Meenten, waar onder ook begrepen zijn alle openbare tappers en herbergiers, dewelke maandelijks de pagten moeten opbrengen. Art. 30. Mitsgaders alle zaken in materie possessoir, niet hetgecne daaraan dependeerd, als van niainlenue. spolie en complaincten, zoowel tusschen op- en ingezetenen der kolonie, als vreemdelingen en naburen. Art. 31. Weduwen, weezen en andere miserabele per sonen zullen ook ter eerster instantie hare zaken voor den Raad mogen brengen, doch niet wanneer dezelve bij cessie of transport zijn gekomen aan de actiën van alle zulke per sonen, welke niet ter eerster instantie onder de judicature van den Raad behoren. Art. 32. Item zal de Raad kennis nemen van zaken, rakende de munten, dat is te verstaan, bij aldien iemand, van wat conditie of staat hij mogtc wezen, de munten van Zijne .Majesteit den Koning, hetzij dat die zijn van de gewezene generaliteit of van de voormalige zeven provintien, dan wel andere, die in Hollandsen Indien gangbaar zijn, had gemaakt, vervalscht of besnoeid. Art. 53. Die geene, die onder eenen dagelijkschen regier in Indien zijn gezeten, zullen, gelijk tol nog toe is gebruikelijk geweest, de een den anderen niet mogen verbieden elders te regt te slaan bij prorogatie of onderwerpingen van juris dictie in zaken, niet exnederende de somma, lot welke hunnen dagelijkschen regter is toegestaan bij arrest te wijzen, 10l hoeverre mede zal cesseren de vergunning, gegeven aan we duwen, weezen en andere miserabele personen. 1809. H. W. DAENDELS. 844 Art 54. Doch partijen wonende onder verscheidene regters, zullen de debiteurs bij prorogatie van jurisdictie niet betrek baar wezen voor deu Raad van justitie, ten ware zij haar zelvcn uitdrukkelijk en specifiek de jurisdictie van den voor schreven Raad hadden onderworpen en de actiën waren surpasserende de somma van 50 rijksdaalders. Art. 35. Vervolgens zal gemelde Raad ook kennis hebben en nemen van alle criminele zaken en excessen, die verjaard en ongecorrigcerd gebleven zijn, Art. s(>. De Raad van justitie zal de autoriteit en de niagt hebben om te examineren de stukken en procedure», waarop bij de lage regtbanken in Hollandsch Indien extra ordinaris geprocedeerd en de straffe des doods niet geinfli geerd is geworden, ten fine te onderzoeken, of het delict naar zijne qualileit is gePstimeerd en gestraft geworden; en zullen dan ook de lage reglbanken gehouden zijn de voorschreven processtukken in voege, als die mogten zijn ge sloten, behoorlijk gccvangelisecrd, aan gemelden Rade op de eerste aanmaning over te geven of te zenden. Art. 57. Item zal dezelve Raad alle personen, uitgezonderd in zaken, behoorende tol de jurisdictie van de militaire vier schaar, bij preferentie mogen ontvangen ter purge. Art. 38. De Raad zal ook kennis hebben en neemen van zaken, alwaar van ondeugdelijkheid gecalangeerd worden cos lumen, gewoonlens, keuren of herkomen; ook dezelven mogen declareren corruplele en die als ondeugdelijk aboleren en te niet doen, bij aldicn zal bevonden worden, dat het alzoo behoorde te geschieden. Art. 59. Daartegen zal de Raad van justitie haar niet bemoeijen en bekreunen met het verleencn ofte depecheren van beneficien van inventaris, requeslen civile tot releve meulen van contracten, substantiële en extra judiciele be zwaarnissen, Dochle van mandanicnlcn van cessie, respijt en in ductie, nochle van brieven van gratie en pardon, maar zullen alle dezelven verzocht en geëxpedieerd worden bij den Gou verneur Generaal en de Raden van Indien, doch met cour 1809. H. W. DAENDELS. 845 mittimus aan den Raad ten fine van interinementen, waaronder nochtans niet worden begrepen brieven van abolitie en pardon, gewezen naar sententie, die de souvereiu zonder interineinent ex inlïnito gratiae potestate zoude kunnen ver leenen. Art. 40. Echter zal de Raad mogen decerneren en ver leeneu requesten civiel om gereleveerd Ie worden van fouten, oinissien en veraiimonisseii, in judiciele aclens geschied, te welen van verloop of verstek van peremptoire dilaijen, fa tale tijden en andere diergelijken. Art 41. Ook zal de Raad bevoegd wezen aan een iegelijk te verleenen mandamenten en interdictien poonaal van ar resten, item om ex lege diflamari actie to institueren, waaromtrent voor denzelven Raad zal worden geprocedeerd, zooals lot nog toe aldaar gebruikelijk is. Art. 42. Voorts zal de Raad verpligt zijn, wanneer eenige van hare mandaiiienten, provisien van justitie, senten tien, appointenienlen, en wat des meer zij, zouden moeien worden geëxploicteerd ofte geëxecuteerd aan personen, in het vader land of op de buiten kantoren in Indien gedomicilieerd en bescheiden, alle zulke mandamenten, etc, benevens een notul, in Rade van Indien over te geven, met verzoek, dat dezelve mogen worden verzonden ter plaatse, alwaar de gedaagdens en gerequireerdens zich onthouden, ten einde aan die naar hunne forme en inhoude te kunnen worden geëxploicteerd. Art. 43. Gouverneur Generaal en Raden van Indien op eenige voorkomende zaken, de justitie betreffende, of ander zints verlangende in te nemen het berigt, consideratienol advies van den hoogen Raad van justitie of dezelven Raad aan hunlieden iets voor te dragen hebbende, zal voortaan al zulks geschieden schriftelijk bij besloten missive, behoorlijk en met oliservantie van de noodige egards gecoucheerd. Art. 44. Gouverneur Generaal en Raden vermenende te moeten verleenen provisionele of onbepaalde surcheance van de bij den hoogen Raad aanhangige procedures of wel te moeten overgaan tot eene dadelijke opheffing en vernietiging 1809. H. W. DAENDELS. 846 van dezelve, zullen president en raden, nadat hun liet extract der resolutie dien aangaande znl zijn ter hand gesteld, daarin berusten, hehoudens echter de faculteit, welke hun hij dezen wordt gekten, om zich, door zoodanige resolutie hezwaard achtende, hunne belangen daartegen hij Gouverneur Generaal en Kaden in te brengen, met vrijheid om, wanneer Gouverneur Generaal en Raden des niettemin hij hun genomen hesluit moglen blijven persisteren, onder ohedientie aan het voor noemde besluit, van deze zaak met overzending der stukken, daartoe betrekkelijk, aan den Minister van Zijne Majesteit lot de zaken van koophandel en koloniën kennis te geven. Art. 45. Daarenboven zullen de president en raden van justitie, zoo dikmaals zulks op eeue verzekerde wijze ge schieden kan, gehouden zijn, huilen en behalven de justitiële rollen, direct aan voormelden Minister tot de zaken van koop handel en koloniën een summier herigt of rapport, bij forme van cene missive, toe te zenden en het duplicaat daarvan alvorens hij de hoogc regering over te brengen, inhoudende een succint relaas van de voornaamste voorvallen en behande lingen van zaken in voorschreven Kade. Art. 46. Laaslelijk zullen de president en raden van justitie bij de aanvaarding hunner bedieningen in handen van Gouver neur Generaal en Kaden afleggen den navolgenden eed: Eed voor den President en Raden van justitie Ik belove en zwere Zijne Majesteit, den Koning, als mijnen hnogen en doorluchtigen souventin, mitsgaders den Gouverneur Generaal en de Kaden van Indien gebouw en gelrouw te wezen; de secreten der kamer aan niemand te openbaren; van niemand, die voor den Kaad processen heeft ofte apparent hebben zal, eenige giften ofle geschenken te ontvangen, di rectelijk of indirectelijk; mitsgaders goed, kort regt ende justitie aan ieder te administreren, zonder oogluiking, simulatie of dissimulalie, aanzien van personen, haat ofle gunst, gelijk als een vroom en opregt regier toestaat en betaamd, alles 1809. H. W. DAENDELS 847 agtervolgens de ordres, inslructien en placcaten, daar onitren l grëmaneerd ol' nog te emaneren. Zoo waarlijk helpe iuij God Almachtig. Arl. 47. Alle vorige ordonnanlien en inslruclien, voor den hoogen Raad van justitie te Batavia vastgesteld, voor zoover dezelve met den inhoud dezes moglen strijden, worden hij dezen gehouden voor geaholeerd. Zoo is het, dat wij ontbieden en hevelen den hoogen Raad van justitie van Hollandsrh Indien, het collegie van Schepenen dezer stad, nevens alle officieren en justilieren, en generaal elk en een iegelijk, die het zoude mogen aangaan, om zich dien overeenkomstig te gedragen. En opdat niemand hiervan eenige onwelenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze, zoo op Da la via als de verdere bezittingen van Zijne Majesteit in Oosl-Indifin, worden ge publiceerd en gealTigeerd ter plaatse, waar men gewoon is piiblicatiën en allictiën te doen, mitsgaders worden afgekondigd ter audiëntie van de rolle van voornoemden Raad. 15 Augustus. Verwisseling van kleine, onbruikbaar ge worden credit-brieven. Is goedgevonden, met alteratie van het besluit dezer re geering van den 14"' Juli jongstleden, president en SchepeneD van Batavia te chargeeren met de inwisseling van de oude en onhandelbaar geworden kleine credit-brieven van cd" 10, 5, 5, 2 en 1 tegen afgave van de ingevolge hesluit van den 13 cn Maart jongstleden aangemaakte en bij publicatie van den 14" Juli daaraan volgende gangbaar verklaarde credit brieven van rd* 10, 5, 5, '2 en 1 en den lijd dier in- en verwisseling te bepalen tot ultimo November aanslaande. Op 24/30 November 1809 is de termijn voor de verwis seling verlengd tot ultimo Januaiïj 1810. —Zie ook 2 Sprok kelmaand 1810. 1809. H. W. DAENDELB. 848 — Augustus. Verbod tegen den uilvoer van koper geld naar de groote Oost. — Voorschriften nopens wissels en crediet-brievcn uit dat gedeelte van Indië. Is goedgevonden: 1° de in kas getelde gelden aan de houders der wissels en crediet-brieven alsnu te doen restitueeren met de bij deze regeer ing bepaalde agio van 100 percent; '1° de Ooslersche gouvernementen aan te schrijven om deze regeeriug in den aanstaande. ler voorkoming van alle ver keerde praktijken, bij lijds te inl'ormeeren, of de op wissels geschoten gelden of de verleende crediet-brieven werkelijk geen anderen oorsprong hebben dan uit aangebragte en verkogte koopmanschappen dan wel uit in kas gelelde gelden: 5" aangezien het koper geld op Ambon en Banda pari aan het zilver geld wordt geaccepteerd en hiervan door particu liere handelaars, in prejudicie van hel gouvernement, gretig wordt geprofiteerd, den uitvoer van koper geld, zoo van Batavia, als Java, naar de groote Oost en den invoer van helzelve aldaar bij een publicatie Ie verbieden, sub poene, dat de overtreders aan lijf en leven worden gestraft. 17 Augustus. Vermeerdering van hel aantal leden van de hooge militaire vierschaar van acht tot tien. Zulks geschiedde »ter voorkoming van alle vertraging, die door de absentie van sommige leden, welkers diensten dikwerf elders worden gerequireerl, aan een prompte afdoening zoude kunnen worden toegebracht". Zie ook 22 April 1808. 24 Augustus. Bepalingen nopens hel pennislcn-geslichl te Batavia. Is goedgevonden en verstaan: 1° dal, zoodra het oude gesticht zal wezen ontruimd en de 1809. H. W. DAENDÊLS. 849 PLAKAAT-BOKK UKEL IV. 54 (tennisten in het gouvernementshuis zullen zijn overgegaan, alle bevorens, Laudswegen gedane verstrekkingen en toe lagen cesseeren en de pennisten eenlijk zullen jouisseeren van het genot eener vrije woning, het een en ander in te gaan met ultimo dezer; 2° dat de roerende omslag van het gesticht van slaven, meubelen, kombuis-goederen, etc. bij publieke vendutie ten behoeve van het fonds door de administrateurs generaal zullen worden verkocht; 5 P dat het rendement dezer vendutie, nevens het fonds van het geslicht, actueel groot rd 3 9287 : 18:8, daaronder ge rekend rd' 06: 18:8 zilver geld, zal blijven geaffecteerd 10l een fonds om daarvan aan ieder uitkomende en een dei vertrekken van het gouvernementshuis in te trekken pennist door directeuren te doen uitkeeren, rd' 100, papiere geld, len einde daarmede in zijne eerste en dringende behoeften te kunnen voorzien; 4° om het besluit dezer regeering van den 2G cn Augustus 1788, volgens welke de verdubbeling van het zegel en expeditie-geld van sommige aclens ten behoeve van het gesticht der pennisten pleegt te worden geheven, zoomede te doen cesseeren de voordeelen, welke het gesticht uit de van Landswege verkocht of verpacht wordende amfioen was genietende; en 5° de ontvanger-generaal, Harends, als kassier en den finantie boekhouder, Bachman, als consuintie-boekhouder van het gesticht te dechargeeren en de voormelde kas voortaan te stellen onder administratie en verantwoording van den 2 e " directeur, mitsgaders de overgelegde concept-bepalingen nopens het toeverzichl over en het verblijf der pennisten en de daartoe gereed gemaakt wordende kamers in bel gouvernementshuis te arresteeren. 24 Augustus. Bepalingen ten aanzien van y>de gecon tqueslreerde, Bantamsche landen" beoonlende Tjikandi. Is goedgevouden en verstaan: 1808. H. W. DAENDELS. 85 de leden van Boedelmeesteren, fe de procureurs, co ■ -2 de sabandhaar en ontvangers der domeinen op de » buiten-kantoreu, .2 de vendumeester te Samarang, de commissaris der werken te Samarang, de gezworen klerken op bel bureau van zijne excellentie, de adjunct eerste gezwore klerk ter generale secretarij, de marginalist, de korte notulist, de eerste suppoost op hel kantoor van de generale directie, de gezworen klerk ter secretarij van den hoogen Raad van justitie, de gezworen klerk ter secretarij van bet collegie van Schepenen, de secretaris van den drossaard der Bataviasche om melanden, de secretaris van den prefect der Jaccatraschc en g Preanger bovenlanden, i§ de scriba's van Cheribon en Sourabaija, <d de scriba van den Japanschen handel, •p de tweede suppoost en visilateur der stamboeken, mitsgaders de verdere suppoosten op het generale tractements kantoor, de negotie-overdrager, de principaal journaal-cxlendeerder, de pakhuis-boekhouder en extract I'actuurhouder, de principaal journaal-schrijver op bet kantoor generaal. de boekhouders in de dilferente administratien te Batavia, de eerste klerken bij de administrateurs generaal over 's Konings fiiianliëu en domeinen, de gezworen klerken ter secretarij van de hooge re geering, de diakenen, 1809. H. W. DAENDELS. 850 1° als vervallen te verklaren alle heffingen, die tol nu toe gedaan zijn van de zoogenaamde Oosterlingen en van de abdiers of rijksslaven, aangezien mi het gedaan conquest deze distinctie, bij de Bantaininers in gebruik, van zelve is vervallen en alle opgezetenen op eene gelijke wijze be hooren behandeld te worden; 2° om hetgeen in deze landen tot het materieele liehoorl als nu onder Schepenen te stellen en het personeele aan den drost gedemandeerd te laten. ■|J- Augustus. Verbod legen den uitvoer van rijst. Is goedgevonden om, nademaal de verzorging van onze eigene ingezetenen natuurlijk zwaarder behoort te wegen, als het voordeel, audersinls uit het debiet van rijst aan de overwalders voor den Lande Ie behalen, den uitvoer van rijst naar alle plaatsen, buiten het eiland Java gelegen, behalve noch thans onze eigene bezittingen in de groole Oost, gedurende de presente schaarsheid van dien knrl en 10l nader order te verbieden op poene van confiscatie bij agterhaling van de rijst, die tegen dit verbod mogl worden geëxporteerd, een derde voor den aanbrenger en twee derde voor dengenen, die de calange doet, daarvan echter uitgezonderd de con sumtie voor de equipages der vertrekkende schepen en vaar tuigen, gerekend op 40 ponden per hoofd, 's maands. mits voor ieder vaartuig de hoeveelheid van een koijang niet excedeerende: en om wijders de gemeente hiervan bij billet te informeeren. Ongunstige berichten nopens den aanstaanden rijst-oogst in den Oosthoek gaven aanleiding lot dit verbod. "\ ocMb"' • Verpachting van eenige Banlamsclte districten. Op den P ten November 1809 zouden in het slads-heoren logement te Batavia, ten overslaan van de administrateurs generaal en in tegenwoordigheid van den drossaard der Bataviasche ommelanden, publiek verpacht worden de na- 1809. H. W. DAENDELS. 851 volgende, lot de •geconquesteerde" Bantamsclie landen be hoorende en lot dat lijdsti|) onverhuurd gebleven districten: »N n . 1. Pasilian, Moentjoen, Passar-boentoe en Djenggot; alle 4 te samen. N°. 2. Tjengatti, ïjakon, Patra-sana en Tjecande; mede alle vier Ie samen. N°. 3. Bollan, Pcljocn, Tjelaban, Tjicadoe, Tjelejet, Jan lappa, Majack, Tjikopo en Tjerenan; alle 9 te samen". Deze lauden zouden verpacht worden op de onderstaande voorwaarden: Art. 1. De voornoemde drie perceelen zullen worden ver pagt voor drie aglereen volgende jaren of van primo Januarij 1810 lot den laatslen December 1812, terwijl noglans ge melde landen door de huurders dadelijk na de verpagting zullen kunnen worden aanvaard, zonder dal de betaling der paglschat eerder zal ingaan als met den dag van het bepaalde termijn. Art. 2. Onder de districten Pasilian en Djenggot, ge hoorende tot het l e perceel, onder het district Palra-sana, sorterende tot het 2 e perceel, en onder de districlen Tjelejet en Janlappa, zijnde gedeellcns van het 5" perceel, zijn niet begreepen de houtbosschen en districten van denzelven naam, welke, bereeds in administratie aan anderen zijnde afgestaan, in deze contrijen gevonden worden, aangezien dezelve af zonderlijk zijn verhuurd, waaromnie de pagters der thans verpagt wordende percelen in de voormelde, reeds verhuurde bosschen en dislricten niet zullen mogen kappen, laten kappen of iets verrigten, hetgeen ten nadeele van deszelfs huurders zoude kunnen strekken. Art. 5. De pagters zullen de voormelde landeu behoorlijk moeten beheeren en cultiveren, alle mogelijke verbeteringen op dezelve introduceren, de op- en ingezetenen billijk be handelen en dezelve niet vexeren en trachten de inkomsten en dus de waaide van de landen zelve ouder een geregeld bestier steeds le doen vermeerderen. 1809. H. W. DAENDELS. 852 Art. 4. Zij, pagters, zullen niet vermogen in te vorderen eenige heffingen, die bevorens door of van wegen hel Ban tamschc hof zijn gedaan van de zoogenaamde Oosterlingen en van de abdiers of rijksslaveu, aangezien, deze heffingen ver vallen zijnde, alle de in- en opgezetenen gelijk moeten behan deld worden. Art. ti. Voor zooverre op de voormelde landen houtbos sclien gevonden worden, welke niet afzonderlijk verhuurd zijn, zullen de pagters zorge moeten draagen, dat dezelven niet bedorven, maar behoorlijk gekapt en geconserveert worden. Art. 6. Aan de onder perceel 2 loggende overvaart van Tjikande zal de pagter van dat perceel voor zijne rekening eene behoorlijke sassak moeien onderhouden en de passage van alle transporten over dezelve ten allen tijde gemakkelijk maken. Art. 7. Voor zooverre over deze vorpagle landen publieke wegen lopen, zullen dezelve door do pagters in een behoorlijken staat moeten worden onderhouden en de daar Zijnde bruggen en sassaks altijd in een goeden staal van passage moeien zijn. Art. 8. De opgomelde percelen zullen overigens bezwaard blijven met die servituten, aan welke de daarbij voorkomende districten tot dus verre zijn subject geweest. Art. 9. In gevalle wordt bevonden, dat aan de voormelde conditien niet wordt voldaan, zal de pagl geannulleerd worden en de pagter gehouden zijn te betalen de schade, door zijn verzuim of slegle directie geleden Art. 10. Bij de verpagting, en voorts ieder jaar, zal de pagt voor het komende jaar vooruit moeten worden betaald in brieven viin crediet en geteld aan handen van den ontvanger-generaal. 26 Augustus. Intrekking der verstrekking van wijn aan hospitalen. Dit stuk is niet aaugetrolfeu, maar vermeld gevonden in het werk van üaendels, staal der Ned. O. I. bezittingen, bladz. 84, noot, waar als redenen voor de intrekking worden opgegeven, dat arak met water, cilroen en suiker voor de 1809 H. W, DAENDELS. 853 • gemeenen" even dienstig was als wijn, terwijl de tracte meuten der olïiecieren en civiele ambtenaren hen in staat stelden zich de noodige ververschingen te verschaffen. 27 Augustus. Geneeskundige behandeling van zieke, tot ketting-slag veroordeelde vrouwen. Is besloten de zieke ketting-meiden in het Chineesch hos pitaal te Batavia te laten verplegen en zulks tegen betaling van twee stuivers, daags voor iedere zieke of op zoodanige andere voorwaarden, als het collegie van Boedelmeesteren zal kunnen voordragen. 29 Augustus. Tarief' voor het inkoopen te Samarang eu te Soerabaija van marine-benoodigdheden. Ter approbatie voorgedragen zijnde hel volgende tarief: te Sourabaija: voor een pikol werk rd 8 15 a 20 » » » oud werk voor lijnen enz » 15 »20 » » » aardolie » 4'/,, 5 » 6 » » kan jarak dompel-olie » » » » kanieerie-olie 16 »20 si" » » pond inlandsche harpuis. . » 6 » » 100 p 8 slroolappen, gerolde voor zeilen, lang ï'/j a 5 v" 1 » 10 » — » een stroolap, fijne gerolde voor zeilen, lang 4'/ 2 a 5 V" 14 »15 » » een p s bamboes voor pangillings.. 50 »40 » » - » » , groote voor panne bouwen 50 » 40 » » >> » kleine 10 »15 » » » » bamboes voor zetstukken ol* wattangs 5 » 4 » » » » bamboes in soorten.... 4 »— » » ■ ie zwartsel • 1 »— 1809. H. W. DAENDE.LS. 854 voor zeilvallen of bamboetangs, groote rd s 2 a — » » kleine » 1 » 12 » een p s karbouwhuid 55 »40 st s » » vel inlanusch pompleer ...» % l j 1 » 5 ! / a » » » » boeileer » 2,2 */a » 5 » rauwe huiden, het stuk 50 »40 » » een koijang kalk » 1,4 2,2 » 2 1 /» » » duizend p" adappen » 2 *» 2'fi » » p s groote mat » 10, 12 » 15 » » i kleine houten anker voor kannonneerprauwen » 2 » 3 » » p 8 groote dito voor padu akans en brikken » 5,8 »10 » » stuk Grissees zesdraads lin nen van 10 ellen lang. ...» 2 1 /ï * 5 » » stuk dito vierdraads.. » 2 » 2'/i » » » vadem hrandhout, lang 18 en hoog 6 voeten » 10, 11 » 12 en te Samarang: voor een pikol werk rd s 25 » — » » » Manilla's dammer . . » 15 » — » » » inlandsche harpuis.. . » 11 » — » » p s zeilval, kleine of pandans » 1 «IS » » » » groote of pandans. » 2 »24 » groote bamboes tot pangilings » 1 »52 » 100 p s kleine, dito » 20 » — » 100 p 8 stroolappen, fijne tot zeilen » 10 » — een cranjang schulp kalk tot dompel • 20 » — » 10 bossen agul-garen tot bet naaien der zeilen » 1 » — 100 p" dubbelde, groote cadjang matten » 15 » — » 1 groote vadem brandhout, lang 18 en hoog 6 v m rd" koper ...» 14 » — alles in zilvere muntspecie, uitgezonderd het laalsle artikel. 1809. H. W. DAENDELS. 855 Is hesloten gemeld tarief te arresteeren, gelijk hetzelve gearresteerd wordt hij dezen, noglans met last aan den com missaris-generaal der marine om, zoo lang het werk van oud louw op Semarang tegen geen mindere prijzen zal te hekomen zijn, als hij dat tarief vermeld is, daarvan verzending van Sourahaija derwaarts te doen, terwijl de inkoop of aanbe sleding van henoodigdheden voor de marine op Batavia voor eerst zal blijven op den tegenwoordigen voel, mits geschiedende door de personen, die daartoe bij de aanstaande reglementen op de administratie van de marine zullen worden geautoriseerd. Zie ook 7 Julij 1809 29 Augustus. Splitsing van kei regentschap Krawang, enz. Is goedgevonden en verstaan: Ten eerste: enz. Ten tweede: het regentschap Krawang te splitsen en al, hetgeen aan de linkerhand van de rivier Tjitaruin ligt, Ie voegen hij de Bataviasche ommelanden onder de jurisdictie van president en Schepenen van Batavia voor hel materieele en onder den drossaarl over de gedagle ommelanden voor het persooneele. En dat gedeelte 't welk aan de regterhand van evenge nielde rivier gelegen is, te vereenigen met hel regentschap Sumadang. Ten derde: de post van huurder en opziender der Crau wangsche hoiithosschen te vernietigen. Ten vierde: aan den regent van Sumadang de volgende voordeelen te doen hehouden : 1° de 56 stuivers, die hij van de kleine pikol kolïie geniet: 2 U het privilegie tot het houden van amlioen-kitten, mits de amfioen nemende van den prefect; 5 U de tjoekee of de tiende van het rijsl-gewasch; en 4" de vrije aankap van het weeke hout voor hraud, mits daarvan aan de koopers, die hetzelve in eenige massa willen inslaan, aflevering doende aan de oevers der stranden legen vastgestelde prijzen. 1809. H. W. DAENDELS. 856 Ten vijfde: den prefect der .Taccatrasche en Preanger- Regentschappen Ie gelasten om, de concert met den regent van Suniadang, een plan voor te dragen, zoo van de prijzen, als van den voet, waarop dit hout aan de koopers zal worden geleverd; en Ten zesde: den drossaart over de Bataviasche omme landen en den bailluw van Batavia insgelijks te autori seeren en te gelasten oen project te formeeren en over te brengen, hoe de houtkap lot consumlie voor Batavia uit de aan deze zijde van de rivier Tjitarum zijnde boschen in het vervolg ten meeste gerief der ingezetenen en lot minste schade der bosschen zal behooren plaats te hebben. Als motieven voor deze maatregelen gaf Daendels aan, dat »in de eerste plaats het brandhout goedkoopcr als lo voren zal kunnen worden verkregen en de gemeente onlslageu zal zijn van de moeielijke transporten, terwijl de concurrentie, daarbij voor een ieder open gelaten om in dezen afhaal van het boul te deelen, voor verschillende personen de bron kon opleveren tot een nieuw middel van bestaan; en verder door de conjunctie van hel eene gedeelte van het regentschap Crauwang met de Balaviasche ommelanden weder aanzienlijke domeinen zullen kunnen worden leu gelde gemaakt, builen eene dadelijke vermeerdering van 's Lands inkomsten door de verpagling der amfioeu kitten in het even gedachte gedeelte en de zoulpacht op Pakis. waarvan den Lande geene voor deelen trok en welke men te zamen stelt Ie kunnen afwerpen rd" 25000 'sjaars". Op 19 Bloeiniaand 1810 werd in publieke veiling 791,000 rd 8 , papieren geld, geboden voor G perceelen, behoorende lot dat gedeelte van Krauang, hetgeen aan de Bataviasche omme landen was toegevoegd. Zie ook 18 October 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 857 29 Augustus. Doodvonnis, hzonder form van proces" geveld bij een gouvernement* besluit. Dit vonnis geldl een posthouder te Oender-arulir (Bantam], die zich aan allerlei wiliekeurigheden jegens de inheemsclie bevolking had schuldig gemaakt. Ts*p'"l'iTr- Voorschriften nopens hel rijden met pedali's liukjs Heeren- wegen. Naardien President en Schepenen van Batavia ons bij een adres de noodzakelijkheid vertoond hebben, dat, zoo tot con servatie der Hceren-wegen, als ter voorkoming van ongelukken, de bij publicatie dezer regecring van den 22 Maart 1753 (•) gemaakte bepalingen tegens hel rijden met lmfl'el-karren langs 's Heeren-wegen met de noodige alteratien en anipliatien werden gerenoveerd, zoo is het, dat wij ter wegneining dezer inconvenienten op den 29 der jongst verweken maand Augustus in Rade van Indien goedgevonden hebben, met renovatie, alteratie en ampliatie van voorschreven publicatie, te ordon neren en te slatuereii hetgeen hierna volgt: Ten eerste: dat de van Buitenzorg en die contrijcn af komende buffel-karren, welke verder stedewaards als de bazaar Weltevreden vragt brengen of halen moeten, verplicht zullen wezen om van de bazaar Mr. Cornelis te rijden de onlangs in order gebragtc oude karre-weg, lopende langs de landen, met name Selemba, (Juilang, Tjampakka poetie, agter Goenong Sabarie tot agter bet gebouw La Vertueuse, en ter voor koming van alle ongelukken met rijdluigen, welke bij bet passereu dezer buffel-karren kunnen ontstaan, aldaar tot midder nagt te vertoeven, wanneer dezelve langs de Sonthar verder tot aan de stad hun weg zullen mogen vervorderen, mits deze weg niet retournerende als na elf uren 's nachts en voor vijf uren des morgens. Ten tweede: dat de op- en afgaande buffel-karren van de (•) Waarschijnlijk is bedoeld hel bepaalde op 9 Kcbruarij 1753. 1809. H. W. DAENDELS. 858 landerijen bewesten de groote rivier, boven Grogol, den weg naar de post Ankee zullen moeten neemen en van daar, insgelijks niel voor inidderuachl, over de brug, langs den weg hij kampong Boegies en de Amanusgragt, doch niet door de Chinesehe kamp, verder stadwaards mogen gaan en in den voormelden tijd des nachts zullen mogen terug keeren. Ten derde: dat de eigenaars van buffel-karren, welke in contraventie van dit verbod en elders op den Heeren-weg worden aangetroffen, zullen verbeuren, voor de eerste maal twee rijksdaalders, koper geld. voor de tweede reize tien rijksdaalders, gelijke munt, en voor de derde maal confiscatie van de karren met de daarvoor gespannen buffels, een derde voor den aanbrenger en twee derde voor dengeene, die de calange zal doen : doch Ten vierde: dal van deze bepalingen, voor zooverre bet gebruik van den Heeren-weg betreft, zullen zijn geëximeerd alle buffel-karren met breede wielen, aan welke het geoorloofd zal wezen van den Heeren-weg gebruik te maken, mits denzelven beneden de zoogenaamde buiten-posten niet dan van 's nachts elf tot des morgens voor vijf uren passerende. Lastende en beveelende den president en Kaden van den hoogen Raad van justitie van Hollandsch Indien, die van den gerechte dezer stad, nevens alle verdere officieren en justicieren en generalijk een ieder, die het aangaat, toe te zien en te waken, dat aan den inhoud dezes stiplelijk en zonder eenige afwijking worde voldaan. En opdat niemand hiervan ignorantie zoude kunnen preten deren, zal dezen worden gepubliceert en in de Hollandsche, inlandsche en Chinesehe talen worden aangeplakt, waar dit behoord, mitsgaders bij bekken slag op de respeclive bazaars worden bekend gemaakt. 50 Augustus. Aanmaak van pluksel voor hospitalen. In aanmerking zijnde genomen, dal de leverantie van pluksel voor de hospitalen door particulieren niet aan de verwachting beantwoord, is bestolen, dat bel benoodigde 1809. H. W. DAENDELS. 859 |iluksel voor de onderscheidene hospitalen voortaan zal worden aangemaakt in het wees- en armenhuis te Batavia en aan den Lande zal worden geleverd legen een rijksdaalder het pond, aan papieren van crediet. 1 September. Bepalingen nopens hel collegie van liuwe lijksche- en kleine zaken. Is goedgevonden en verstaan: 1° het collegie van huwelijksclie- en kleine gerechtszaken te gelasten om alle uitgaven, die onnoodig zijn en ontbeerd kunnen worden, af te schaffen; 2° de boete, welke tot dusverre ten behoeve van de stads werken geheven is, doch waarvan het provenu tot een geheel ander einde heeft gediend, als oneigen te doen vervallen; 5° insiede van dien, voortaan ten behoeve van dit collegie te doen beffen de volgende kamer-gelden, te weten: bij het doen van ondertrouw aan huis, wanneer zulks geschied door het collegie en corps, rd' 100 endooreene commissie geschiedende rd s 80; bij het doen van ondertrouw ten stadshuize door per sonen, sorteerende: onder de eerste klasse rd s 40 » » tweede » » 50 » - derde » » -J 0 » » vierde » » 15 » » vijfde » » 10 met last nochtans aan commissarissen om dezulken, welke uithoofde van onvermogen daarom verzoeken, zooals tot hiertoe ook ten aanzien van de boete voor de kerk beeft plaats gehad, pro Deo de ondertrouw te laten doen. 1 September. Bepaling nopens aannemers van publieke werken. Is goedgevonden te verklaren, dal de aannemers vaii publieke 1808. H. W. DAENDELS. 86 de secretaris van huwelijksche zaken, de secretaris van Boedehnecslercn, de secretarissen van justitie op Java en de vier Oos tersche gouvernementen, de tractements-boekhouders op Java en de vier Oos tersche gouvernementen, de gezworen translaleurs te Saniarang en Sourabaija, de secretaris van het collegie van administratie der houtbosschen, de luitenant, waaronder de chirurgijn van de derde SS classe of élève chirurgijn is begrepen, -2 de tweede landmeter, o de gezworen klerken van Weesmeesteren en Hcemraden, •p de ordinaire klerken, de eerste klerken op de vier Ooslersche gouvernementen, de adjunct gezworen klerken van den Baad van justitie. Schepenen en Weesmeesteren, de eerste klerk en overdrager van Boedelmeesleren, de adjunct muntmeester, de negotie overdrager, I , , „ , , nii Java en de Oostersche de Iractements overdrager, . .. . gouvernementen, de dispencier, de klerken en mindere pennislen op de schrijfkan toren. Voorts de benamingen van npperkoopman, koopiuan en onderkoopman te mortificeren en te supprimeren, gelijk ge schiedt bij dezen, zoomede den naam van boekhouder, welke door dien van klerk zal worden vervangen, nogtans met dien verstande, dat de opperkooplieden, kooplieden en onderkoop lieden builen emplooi deze benamingen nog zoo lange zullen behouden en blijven voeren, tot dat zij zullen wezen geëm ploijeerd. En aan de opperkooplieden van het kasteel, met intrekking van deze benaming, te geven den titul van administrateurs generaal van 'sKonings linantiën en domeinen. En wijders de ambtenaren, bij de nieuwe ranglijst onder 1809. H. W. DAENOELS. 860 werken niet gehouden zijn liet bij den Lande verkocht wordend hout bij kavelingen Ie moeien accepteeren, zooals zulks voor particulieren bij billet dezer regeering van den -^-Maart jongstleden is bepaald, maar dat aan dezelven altijd precies kan worden afgeleverd, hetgeen zij volgens de opgemaakte begrootingen bij de conditiën van aanbesteding noodig hebben. 1 September. Verstrekking van lam/wn-olij en kaarsen aan wachten en militaire posten. In aanmerking nemende, dat hij het besluit van den 24 en Januari) de verstrekking van lampolio en kaarsen aan bepaalde waglen en posten is toegekend, terwijl andere zijn geomilteerd of aan dagelijksche veranderingen onderhevig, zoodat er eene algemeene bepaling dient plaats te vinden, welke deze ver strekkingen op alle plaatsen egaal en op eenen gelijken voel doet zijn, is diensvolgens besloten deze verstrekkingen te bepalen, als volgt: maandelijks: voor ieder hoofdwacht drie lampen of negen kannen lamp olie en zestig smeerkaarsen van vijf in een pond lot het doen van twee ronden; voor ieder officierswacht twee lampen of zes kannen lamp olie en dertig smeerkaarsen lot het doen van eene ronde: voor ieder ondcrofficierswacht eene lamp of drie kannen lampolie. En verder een derde ons katoen voor iedere drie kannen lampolie. Zie ook 7 Julij 1808. 5 September. Vrijstelling van de koffij-ciillaur vaneenige ijoelak's in Soekapoera. Is besloten in het regentschap Soekapoera de om de Zuid gelegene tjoetak's, Tjidaimuer, Nagara, Karang I'arong en Mandale, als uit hoofde van de schrale gronden voor de kolfij- 1809. H. W. DAENDELS. 861 culture ongeschikt zijnde, van gemelde culture te excuseeren en daarentegen de ingezetenen van die districten te belasten met heerendiensten aan den berg Mechamedong en elders, in den geest van het besluit van zijne excellentie van den 10' n Mei a. c. omtrent de heerendienslen voor degeenen, die niet tol hel planten van koflij worden geëmploijeerd. 5 September. Inwisseling in den Oosthoek van zilver geld legen duiten. Is besloten, in navolging van hetgeen te Batavia en Sema rang is ingevoerd, alwaar maandelijks een zeker tantum koper geld legen papieren van crediet door de pachters, potia's, winkeliers en andere (ïhineezen aan den Lande gefourneerd wordt, den prefect van Java's Oosthoek te gelasten om tot conservatie van de duiten-moot onder de gemeente en tot gerief in de betaling der militairen en ambachtslieden aldaar op gnlijke wijze door de winkeliers en Ghineezen de lot de gemelde einden benoodigde duiten, in verwisseling legen zilver geld, maandelijks aan 'sLands kas te laten opbrengen, ten einde nieuw aangeslagen duiten naar Batavia en elders kunnen worden gezonden. Naar aanleiding hiervau gelastte de prefect inden Oosthoek de pachters, winkeliers en Chinezen aldaar maandelijks aan 's Lands kas te verstrekken eene som van 16,500 rijksdaalders aan duiten legen inwisseling van zilver geld. 7 September. Kennisgave, dat Java, de Molukken en de Fransche eilanden door de Engelschen in staal van bloccade waren verklaard. JL September. Vernieuwde machtiging op het college van Weesmeesleren tol hel aanmaken van credit-brieven. Wcesmeesteren werden gemachtigd op dezelfde voorwaarden 1809. H. W. DAENDELS. 862 als die van 1809 voor eene waarde van 600,000 rijks daalders credit-brieven van 1000 rijksdaalders aan te maken. De vroegere waren meerendeels »op vasligheden" voorge schoten. ■— September. Tarief voor gouvernemenls transporten. Nadien het ons noodzakelijk is voorgekomen, dat vaste bepalingen worden gemaakt en daargesteld, volgens welke de betaling geschiede voor het doen van gouvernements transporten, zoo te water, als te lande, in de environs van Batavia, zoo is het, dat wij deswegen op den 7 cn dezer in Rade van Indien besloten hebben te staluëeren, hetgeen hierna volgd: dat de benoodigde huflel-karren, paarden, vaartuigen, volk, enz. voor hel doen van alle soort van transporten ten dienste van bet gouvernement door de daartoe bevoegde adminislratiën of ambtenaren schriftelijk, dislinclive en, zoo veel mogelijk, in tijds en op hunne verantwoordelijkheid van den hailluw van Batavia zullen moeten worden gevraagd; dal de hailluw aan die van gouvernementswege gedaan wordende requisiten zal voldoen en, des noodig, daarin op zijne aanvrage door den drossaard over de Bataviasche ommelanden zal worden geassisteerd; dat bij de transporten voor liet gouvernement, ingevalle van heuoodigdheid, tot dekking zullen worden gevoegd eenige piekeniers en oppassers, — waaromlrend de bepaling, zoo ten aanzien der noodzakelijkheid, als van het getal, aan de prudentie en discretie van gemelde drossaart en hailluw wordt overgelaten en dal de piekeniers hiervoor zullen genieten de helft van hetgeen aan de battoors wordt gevalideerd, doch daarentegen de oppassers, als Landsdienaren, de voorschreven transporten zonder eenige extra betaling moeten vergezellen: dal de bailluw vervolgeus de bepaalde en hieronder uitge drukte salarissen voor de transporten direct in koper geld zal betalen en van die voorschotten bij bet einde van iedere 1809. H. W. OAENDELS 863 maand restitutie erlangen, onder overlegging van de voor melde schriftelijke aanvragen: dat voorden de salarissen zullen worden gereguleerd, als volgt : voor hel gebruik van ven span buffels mei of zonder pedatie: van Batavia: l e classe naar Bantam rd* 5: — » » Tjicauw » 5: — 2' » » ïanjong Poera » 3: — » » Pondok-Gedee » 5: — » » Jasinga » 5 : Tanara » 5 : 5 e » » Buitenzorg » 2: 24 » Tjampea » 2:24 » » Koeripang » 2:24 » » Kalapang » 2: 24 4' » » Lenkong » 2: — » » Tjikandee » 2: — 5 e » » Baccassie » 1:24 » ïjibinong » 1 :24 » » Pondok Terron » 1: 24 6 a » • Tjimangies » 1:12 » » Depok » 1:12 7 e » » Tangerang » 1: — • » Tjilingljing » 1: - » Tanjong » 1: — 8 e • » M r . Cornelis » —: 24 » » (Jrogol » —: 24 en wederkeerig van deze plaatsen naar Batavia even zooveel: zullende van zoodanige plaatsen, als hier niel zijn uitgedrukt, zooveel, als voor de liepaalde, die op een gelijken afstand liggen, worden gevalideert; en voor het slil zijn voor iederen dag worden betaald een rijksdaalder. Zullende wijders navolgens de oude bepaling ieder pedatie moeten laden 800 ffi' gewicht. 1809. H. W. DAENDELS, 864 voor dr. prawv papanqs of djoekongs: 1809. H. W. DAENDELS. 865 PLiiiiT-BUE» UMI XV. 55 aan de inlandsckc campongs-ingezetenen, welke bij het transporteeren van 's hands goederen en effecten worden geëmploijeert : 1809. H. W. OAENDELS. 866 Terwijl Toorts, naar aanleiding van liet besluit dezer regering van den li>''" September 1807, aan de wagen-verhiiurders zal worden Ie goed gedaan vuur ieder span paarden met hun Courage, koelsiers en slaljongens, rd 8 drie, papiere geld, per dag. En opdnl een iegelijk hiervan de noodige keunis erlange, zal deze worden gepubliceert en in de Hollanilsche, inlandsche en Chineesche lalen worden geaffigeerl, ler plaatse gebruikelijk. 11 September - Nadere regeling der verlrck-uren van de brieven-poel lusschen Batavia en Builcniorg. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat de stukken, welke dagelijks met de post van Itatavia naar Buitenzorg des morgens ten half elf ure afgezonden worden, niet dan in den avond op Huitenzorg aankomen, waardoor de ontvangene stukken niet niet die faciliteit, als zulks wel voegelijk gevorderd kan worden, afgedaan en den volgenden morgen weder geëxpe dieerd kunnen worden: 1809. H. W. DAENOELS. 867 dal dienvolgende, zoo tot voorkoming van alle incon veniênten, welke daaruit resulteeren, als tot hel daarstellen van eenc betere, geregelde en gemakkelijke inrichting voor de werkzaamheden te Builenzorg eene verandering in de bepaalde uren van het vertrek der posten van Balavia naar Bui lenzorg en van Buitenzorg naar Balavia hoogstnoodzakelijk is: heel ( besloten, dat voortaan de post, welke dagelijks van Batavia naar Buitenzorg afgezonden wordt, in plaats van des morgens ten half elf ure, des morgens ten negen ure precies door den postmeester Ie Batavia zal moeten geëxpedieerd zijn en dat de post, van Builenzorg naar Balavia gewoonlijk len half elf ure des morgens mede afrijdende, niet meer op dat bepaalde uur, maar precies te klokke twaalf uren in staat gebracht zal moeten worden om naar Balavia te kunnen vertrekken. 12 September. Indemniteit voor wagen- en paarden-huur len behoeve van genie-officieren (e Balavia. Is besloten aan den luilenatit-kolonel en directeur dei genie te accordeeren vier honderd en vijftig rijksdaalders, papieren van crediet, 's maands voor huur ran drie rijtuigen, gerekend tegen ISO rijksdaalders ieder, en zulks lot weder opzeggings toe, om daaruit te defroijeeren de koslen, welke de vijf ntlicieren der genie te Balavia verpligl zijn in den dienst voor wagen- en paarden-huur Ie maken, zullende dit besluit gereekend worden met primo Juuij jongstleden te hebben een aanvang genomen. Deze olficieren waren werkzaam van Meester-Coruelis lot Angkee. 12 September. Voorziening in de behoe/le aan rijst van koeli's, werkzaam bij de genie Ie Balavia. Is besloten den luitcnanl-colouel-directeur Ie aulhoriseeren 1309. H. W DAENDELS. 868 om Ie mogen aanvragen voor de aangekomen arbeiden van (Iheribon en Semarang do ;50 if: per hoofd 's maands be noodigdc rijst uit het graan*magazi)n legen 100 rijksdaalders de coijang, welke som van deraelver verdiende werkloonen moet worden afgetrokken. De luitenanl-colonel-directeur zal zorg dragen, dat deze rijst om de 10 dagen door de arbeidslieden zelve op eene te be palen plaats worde afgehaald, zonder lusschenkomsl der Chineesche bazen. 13 September. Ampliatie van hel reglement voor den geneeskundigen dien si. Is besloten Ie bepalen, lot voorkoming van bel misbruik, 't welk zon kunnen worden gemaakt van bel terugkomen aan den magazijnmeesler van de gequiteerde expedilie-lijslen der geneesmiddelen, die naar de builen kantoren worden afge zonden, dat bij dergelijke verzendingen de wedergades of duplicaten van die lijsten, door den chirurgijn en cüef ge tcekend, aan de generale rekenkamer zullen moeten worden bezorgd door gemelden chirurgijn en chef om vervolgens, bij het inleveren der drie maandelijksche rollen van hel magazijn van geneesmiddelen aan gemelde kamer, waarbij de origineele expeditie-lijsten moeten zijn geannexeerd, legen de wedergades te worden vergeleken: en hiermede hel vijftiende artikel van de tweede al'dceling van het vijfde hoofdstuk van hel reglement voor den geneeskundigen dienst Ie ampliëeren. Blijkens een besluit van 11 Oclober 1809 heerschle toen maals «groot gebrek aan geneeskundigen in deze kolonie". Zie ook 4 Julij 1808. 14 September. Last op gevolmachtigden eau uitlandigcn op te geven, hoeveel geld zij alsnog administreerden. Aangezien de hij de publicatién dezer regeering van den 1809. H W. DAENDELS. 869 25 e " Juni en '26"" Juli 1808 gegeven last aan de gevolmach tigden van uillandige personen lot hel in kas lellen van alle ledig leggende gelden en hel doen eener opgave van de uit gezette capilalen, die zij van gemelde personen onder hunne bewaring en administratie hadden, zich eenlijk rcslringeerden Lot gouden en zilveren speciën, terwijl uoglans, indien de Engelschen voortgaan alle neutrale commercie <»p dit eiland Ie nelellen, 't geen luidens de jougsl gedane annonce, waarbij Java de Molukkos en de Fransche eilanden in slaat van blokkade zijn verklaard, het oogmerk schijnt Ie wezen, hel gouvernement door den tijd even zoo zeer om papieren van crediel, als hevorens om contanten, verlegen zoude kunnen geraken; dal rnsu i|uo deze verlegenheid op geen voegzamer wijze, immers voor een gedeelte, koude worden verholpen, dan door hel uverhrengen iu 's Lands kas op billijke con ditiên van de sommen in papieren geld, welke zich alhier onder de opgemelde gevolmachtigden bevinden, even gelijk dit ten aanzien van de contanten reeds gedeeltelijk plaats ge/onden lieel'l, waardoor in de cersle plaats de eigenaars van die capitalen, welke toch in de tegenwoordige omstan digheden daarvan geen remises bekomen kunnen, wegens hunne achtergeblevene fondsen eene volkomene securiteil erlangen en in de tweede plaats wordt voorgekomen, dat het gouvernement niet weder 10l eene nieuwe aanmaking van crediet papieren verpligt wordt, die de waarde van ge dachte munl ongetwijfeld meer en meer zou deprecieeren ; dal deze lelling in papieren geld, ingeval van henoodig heid. ook nog zoude kunnen worden geêxlendeerd lot de contante Bpecién, waarvan volgens ingekomeoe informalien weder nieuwe fondsen sedert de vorige lelling hij sommige gevolmachligdens waren ingekomen, doch die daarvan geen aanbieding aan den Lande hebben kunnen doeu, als zich daartoe niel gequalifieeerd achtende, doch daartoe op de eerste order bemdvaardig zijn; en dal, ofschoon het gou vernement voor het tegenwoordige deze assistentie, zoo min in papiere geld, als in contanten, in den striksten zin noodig 1808. H. W. DAENDELS. 87 de eerste classe gerangschikt, aan dewelke Ie voren het ge bruik van twee voorlopers voor hunne rijtuigen niet was vergund, als nu van deze distinctie, even als de Raden van Indien, met den rang en de honneurs, daaraan verknocht, te laten jouisseren. Eu zal extract dezes gedrukt en circulair verzonden worden naar alle de kantoren en etablissementen van Indien om te strekken tot narigt. Zie ook 26 Hooimaand 1810. 8 Augustus. Afschaf/ing van den lilel Resident. Is besloten aan de residenten van de Javasche slrand kantoren en van Cheribon te geven den titel van prefecten en aan alle andere op de vier Oostersclie gouvernementen en op hel eijlaud Madura dien van onderprefecten, met afschaffing van de benaming van resident. Tevens werd besloten, »de benaming van residenten voor de opperhoofden en tweede residenten aan de hoven af te schaffen en hun van uu voortaan te geven den titel, aan de eerslgemelden van ministers aan de hoven en aan de laatst genoemden van secretarissen van gemelde ministers". Zie ook 1 Jnlij 1809 en 28 Grasmaand 1810. 8 Augustus. Benoeming van een Raad extra-ordinair van Indiè door den Gouverneur-Generaal. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking genomen hebbende, dat aan de constitutie der booge regeering vau Indien, zoo als dezelve is voorgeschreven bij decreet van Zijne Majesteit den Koning van den 9 en Fe bruarij 1807, nog een extra-ordinair Raad ontbreekt: besluit vermogens de autorisatie, daartoe op hem door Zijne Majesteit den Koning verleend, aan te stellen, gelijk aangesteld wordt bij dezen, tot Uaud extra-ordinair van Indien den resident te ïegal, Andries Ilartzinck. 1809. H. W. DAENDELS. 870 heeft, liet echter noodzakelijk is, dat zij legen het tijd slip, waarop zij in het geval zou kunnen geraken zich van gedachte assistentie te moeten bedienen de rescources kenne. waarover zij zou kunnen beschikken, zo is mitsdien goedge vonden en verstaan de gevolmagligdens van uillandige personen, zoo op Batavia, als op Java's Noord-Oostkust. Cberibon en Hautain, te gelasten om te Batavia aan eene commissie uil twee leden der Hooge llegcring, geassisteerd met den secretaris. en op Java's Noord-Oostkust, Cheribon en Bantam aan de prefecten, mitsgaders te Souracarla en Djocjocarta aan de mi nisters aldaar, binnen den tijd van veertien dagen na de afkondiging van gemelde publicatie, in geschrifte en onder presentatie van eede op te geven: 1° hel beloop van bet papiere geld. 't welk zij van hunne principalen ouder zich ledig hebben liggen of hetgeen niet uitgezet is van het montant. dat gedachte hunne principalen bij hun te voren slaan: 2" het beloop van de contante specie, die bij de gevol magligdens sederl de jongste telling is ingekomen; en 5° het beloop der sommen, welke zij, zoo in papiere geld, als in zilver e munt, hebben belegt of uitgezet, met com minatie, dat" hij de minste reden tol verdenking, dat in het doen van deze opgaven niet is gehandeld ter goeder trouw, de hoeken of aanleekeniiigen van zoodanige ge volmagligdens, als zich onder dat vermoeden moglen hebben gebracht, zullen worden geëxamineerd en legen hen met de uiterste gestrengheid zal worden geproce deerd, indien van kwade trouw kwam te consleeren. Zie ook 14 October 1809. 14 September. Vcrhonging van hel erediel voor reis kosten, toegestaan aan den drossaard over de Ba taviasche ommelanden. Daar dr somme van vier duizend rijksdaalders, aan den drossaart hoven zijn tractemcnl voor reis-kosleu toegestaan, 1809. H. W. OAENDELS. 871 ongetwijfeld niel meer evenredig is aan de meerdere uit gestrektheid, welke de ommelanden door het conquesteercn der Ha titanische 1 landen en de vernietiging van hel regent schap Tangerang en liet voegen van een gedeelte van Crau wuig hij meermelde ommelanden verkregen hebhei), en de buitengewone werkzaamheden en reizen, welke deze nieuwe landen door derzelver opneem en 't daarslellen van nieuwe inrigtingcn nog langen lijd zullen verschaften, daar het aan inconveniënten onderhevig zoude wezen om hieraan door het liepalcn van daggelden tegemoet te komen, en daar eindelijk het ambt van drossaart thans met alle regt voor een der gcvvigtigste in deze kolonie kan worden gerekend, zoo is mitsdien goedgevonden de voorschrevene somme van rd 8 4000 voor reis-kosten te verhoogeu tot 8000 rd' in het jaar. 17 September. Last om de koffij met pedati's in plaats van mol draagbceslen af te voeren. Is besloten, lot tegemoetkoming van den inlander en de tnoeieiljkhcid, waarmede de presente wijze van afvoer der koffij uit de regentschappen Limbangang, Sockapoera en Galoe in de préfecture der Clieribonsche Prcanger landen verbonden is, de kollij uil gedachle regentschappen, inslede van met draagbeeslen, met pedati's of karren te doen afvoeren, uil hel regentschap Soekapoera over de Balaviasche regentschappen, Pracamoenljang en Soemcdang, en uil de regentschappen Galoe en Limbangang over Limbangang en Sumadang naai' Karangsamhong. 17 September. Last 10l hel onderhouden van 1000 koffij-boomen aan elk huisgezin in de Cheribonsclie Prea ngcr- renen l schappen. Is besloten aan ieder huisgezin van de preleclure der Clie ribonsche Preanger-rcgenlschappen op te leggen bel onderhoud van een duizend vruchtdragende koffij-boomen en dienvolgens 1809. H. W. DAENDELS. 872 in dit najaar door dezelve eene nieuwe aanplanting te laten doen van twee honderd en vijftig booraen en daarmede jaarlijks in een gelijk getal te lalen continueeren, lot dat de volle 1000 vruchtdragende hoornen zullen wezen aange plant, welke vervolgens voltallig zullen moeten worden ge houden. 17 September. Aanleg van een exercitie-plein (het latere Konings-pleiri) te Baiavia. Ter voldoening van de door zijne excellentie gegevene last door den luitenant-kolonel en directeur der genie, J. C. Schullze, ingezonden zijnde een kaart van het stuk land, achter hel huiten-hospitaal gelegeu en gedespicieerd tot een excercitie-veld, benevens eenc lijst van de gezworen taxateurs der vaste goederen wegens gedane taxatie van zoodanige gedeellens der op het gtmelde geprojecteerde terrein gelegen erven, welke in eigendom behoren aan de daarbij vernielde particulieren en door den Lande dienen te worden aangekocht, breder blijkende uil hel op gedagte kaart mei rood alge schetste gedeelte; is besloten hel op de voorschreveu kaart aangewezen terrein te despichren en te doen applaueren tot een excercitie-veld en ter voltrekking van dit oogmerk voor rekening van den Lande tegen de getaxeerde waarde van rd" 10010 over te nemen de negentien erven of stukkeu grond, gelegen op hel meermelde terrein of wel omtrent één uur gaans weslwaards buiten de stad Batavia of in hel zoogenaamde Weslerveld, het 3 e deel van hel blok M sub. n". (il lot 80, inclusive, en een gedeelte van n". '19, als: uaamen der eigenaren: getaxeerde waarde. van Coebiel rd s 150 » den kapitein Moehamat Djoebida » 2i»(> » Jambon » 2SO » Daijma » 60 Transporteere rd' 4910 1809. H. W. DAENDELS 873 naamen der eigenaren : gelaxeerde waarde: Per transport rd s 4910 van den heere J. P. P. Filz » 400 » ■ konimandanl Abdul Hauop Gedeé.. » 250 » de Chinesche vrouw J. 0. Sieuwnio. . . » 250 » » Moorinne Patima Assan Bihie » 250 » njonja Aisa » 250 » den kapitein Mochamat » 100 » » kommandant Mochamad Djidar. . » 1500 » » heere W. H van Riemsdijk » 5000 » » commandant Pridan » 1000 » Akier » 100 » njfij Tiepa, c. s » BO » H. Nicolaas » 50 » Adriaans » 50 » G. Nicolaas » 25 ■ Groenewald » 25 Te zanien rd s ÏÖÖTo en zal hiervan hij extracl dezes worden keunis gegeven aan den directeur-generaal, de generale rekenkamer, president en Schepenen van Batavia, de chef van den generalen staf, den luitenant-kolonel en directeur der genie voornoemd, mitsgaders, voor zooverre een ieder aangaat, aan de eigenaren van de meergemelde door den Lande overgenomen erven respective om Ie strekken tot dcrzelver narigt en informatie. Een inlander nam aan voor 14,406 rijksdaalders het ter rein, waarop zich o. a. Chineesche (elders Maleische genaamd) graven bevonden, te aplaneren, maar school in zijne ver plichtingen te kort, waarom Daendels den I8 den Sprokkelmaand 1810 besloot zulks legen hei gewone dagloon te laten doen door soldalen, die zich daartoe vrijwillig aanboden. Op den 24" c " Blocimaand 1810 was het veld nog niet gereed, waarom Daendels gelastte zulks om te ploegen, van wortels en boom stammen te zuiveren en de laagte in hel midden, zooveel mogelijk, op te vullen. 1800. H. W. DAENDELS. 874 In oen brief van 13 Mei 1811, gericht aan zijn opvolger, Jansscns, noemt Daendels zijn exercitie-veld »le nouveau cliamj» de Mars", uit welke benaming geredelijk vall af te leiden, welk voorbeeld hem voor oogen heeft gestaan. Hij heeft erhler dal voorbeeld, wal omvang belrefl, verre overtroffen. 17 September. Wijziging van hel op 2 Februarij 1809 vastgestelde reglement op hel beheer der Cheribonsche lauden. Geremarqueert zijnde hel verschil, "I welk lusschen hel 43 C artikel van de organisatie voor Jova's Noord-Oostkust on artikel 12 van liet reglement van bestuur voor de Che ribonsebe Sultans-landen ahusive is ingeslopen ten aanzien van de bepaling der balloors en paarden voor's Lands ambte naren, die in oflicio over den landweg reizen; is besloten hel gemelde verschil (e rectificeren en vast te stellen, dal de omtrent het voorschreven emplooi van balloors en paarden voorkomende bepaling bij arlikcl 45 van de organisatie voor Java's Noord-Oostkust mede in de Che lilxnisclie Sultans-landen en in de prefeclurcs der Jaccalrascbe en Preanger regentschappen en der Cheriuonsclie Preanger landen gliplelijk zal moeien worden gevolgl; wordende hiermede het 12° artikel van het reglement van hcsluui' voor de Cberibonsche Sultans-landen in zooverre gealleieert. 19 Septen)ber. Verbod legen agio op koper geld. Nademaal, ongeacht de middelen, die het gouvernement heeft beproefd om bel .lapansche koper geld pari te houden mei de papieren van credit, zoo door van de eerste munt maandelijks zekore somme, in ruiling legen een gelijk moulant aan pa pieren van credit, tol belaling van de militaire tiactementen zonder agio aan den Lande te doen fourneren door de Chinesche pagtera en potias, waarvan mon zich. ;ds gemeenlijk de werktuigen zijnde, die tol hel agioleeren gebruik! worden, 1809. H. W. DAENDELS. 875 oen goed effect mogt voorstellen, als door eene nieuwe aan rnaking van koper geld ie bevelen, welke als nog wonll gecontinueert. dus is te voreu gekomen, dat de agio op gemelde munt sedert eenige dagen aanmerkelijk aan hel rijzen en dit nergens anders voor te houden is, als voor een uitwerksel van den invloed, dien de Engelschen in deze kolonie weten te conserveren en ten oogmerk schijnt Ie hebben om heimelijk conlïisie te veroorzaken door het koper geld aan de circulatie te onttrekken, waaraan alleen de stijging der agio kan worden geaüribueert, nadien van die munt, lenminsle niet met openbaar verlof, niels wordt uit gevoerd en ook op dien uitvoer geene voordeden zitten en dus geen schaarschheid daarvan de redenen kan uitmaken, alzoo de massa door de nieuwe aanmaking dagelijks ver meerdert en door de betaling aan een menigte arbeiders als anderzins de omloop ten sterkste bevorder! wordt; en aangezien de belangcns van Zijne Mnjesleils possessien in Indië gebiedend vorderen, dat de meest klemmende mesures tot tegengang van deze misdadige ininées, welke niet anders strekken dan om de marche van hel gouvernement Ie enlra vereu, worden bij de hand genomen : zoo is hel, dat wij op heden in Hade van lndic besloten hebben voor den wil van hel gouvernement te verklaren, zooals geschied bij dezen, dal hel papiere geld mei de Ja pansche kopermunt door een ieder zal moeten worden geac cepteerd en geen agio op de laatslgemcldc munt zal mogen worden genomen, op straffe des doods voor de genen, die zich schuldig maken aan de overtreding van dil verbod, zoo in de stad Dalavia, als in de gehecle uitgestrektheid der Bala viasche ommelanden. En ten einde hetgeen zich van deze munt onder de gemeente bevindt, niet in de particuliere kassen worde opge sloten en aan de omvvandcling onttrokken, worden alle zelcnen van Batavia en dies ommelanden gelast om helgecn zij aan kopere munt onder zich hebben, boven hetgeen zij voor den tijd van een maand iu hunne huishoudingen en 1809. H. W. DAENDELS. 876 neringen noodig hebben, Ie fourneren en op Ie brengen aan liet gouvernement in verwisseling voor papieren van credit zonder eenige agio, waartoe <le ontvanger-generaal terstond na de publicatie dezes alle dagen, behalve des Zondags, van acht lot elf uren des voor de middags zal vaceren: sub poene, dal de geenen, die hierin nalatig blijven, behalve de confis catie van hetgeen boven de benoodigdheid van een maand bij bun mogt worden bevonden, een derde ten voordeele van den aanbrenger en twee derde ten prolijle van den officier van justitie, die de calange zal doen, met keltingslag voor zes jaren of wel na exigenlie van zaken zullen worden gestraft. Gelastende en bevelende over.zulks den hoogen llaad van justitie van Uollandsch-Indii-, die van den geregle dezer stad en wel expresselijk den advocaat-fiscaal, drossaart en bailluw in het bijzonder op de nakoming dezer wel mei rigeur te surveilleren. Eu opdat niemand hiervan onwetendheid zoude kunnen voorwenden, zal deze worden gepubliceerl en, behalven in de Holiandsche, ook in de inlandsche en Ghineesche talen worden gealfigeert ter plaatse gebruikelijk Zie ook 12 Oclober 1809, 12 Oogst maand en 5 Winter maand 1810. 19 September. Lasl tot hel vernietigen run eene zekere hoeveelheid papieren geld. <>p '29 September 1800 werd aan dien last gevolg gegeven door de «plegtige" verbranding van 217,100 rijksdaalders aan papieren geld, «spruitende uit hot rendement der in he! "verweken jaar 1808 verkogte domeinen". 19 September. Vermindering run den prijs run een pikol kof jij, bij verkoop door de Regering, run 18 10l 15 Spaansche muiten. In America kostte een pond kollij 21 centen; de assurantie 1809 H W. DAENDELS. 877 bedroeg 12 pet. en de inkomende iegton waren 6 centen per pond. Op He de France kreeg men 100 &' kolfij netto voor 12 piasters en op Bourbon voor 10 piasters. Daendels begreep, dat «men zich na de afwisselende om »slandigheden in den handel schikken moet". 20 September. RcijcUmj der blandong-diensten in de pre fectuur Tagtil. De ridder en inspecteur-generaal der houlbossclien, F. von Winckelman, in voldoening aan hel 10" artikel van het be sluit van den 17" Mei jongstleden, houdende de provisioneele organisatie der hlandong, hij missive van den 30 e " passaio voorgedragen hebbende een door hem met concurrentie van den prefect van Tegal geformeerd ontwerp tol een vasle hlandong voor de préfecture Tagal; is besloten tol een vaste hlandong voor de hoschwerkzaam heden in de prefecture Tagal de ondervolgende dessa's, huisge zinnen en jonken rijstland af te scheiden, als: in het regentschap Tagal: de dessa Slawie 74 huisgezinnen 56 jonken rijstveld • » Doekoesalam 40 » 7 2 / 3 » » » » l'amajegang 8 » 8 » » » » Sahiembang 21 » 5 • » » » Babakkang 16 » 8 » » 168 Wft zullende echter hij dezelve nog gevoegd worden de navolgende rijstvelden, alzoo de vorenslaande in evenredigheid van hel getal huisgezinnen niet voldoende zijn, als: van de dessa Kasesie S'/j jonken rijstveld » ■ » Jamblang 5 » » ■ » • Pasirpaja 8 2 / 3 » » » » » Pandawa 2'/., » » waarna de vijf voornoemde dessa's zullen beslaau uit 168 huisgezinnen en 80 jonken rijstveld; 1809. H. W. DAENDELS. 878 in hel regentschap Pamalang: de tlcssa Moga 155 haisgeziunen en 20 jonken rijstveld • » Siminkeer 71 » »30 ■ » » » Soelang 2 » » — » » 208 150 waarbij, invoegen ;ils boven, nog 10l vermeerdering der rijst velden gevoegd zullen worden, als: van de dessa Kaliejaroug .... 10 jonken rijstveld » » » Wajeneen 10 » • » » » Kalicmaas 10 * zullende dus de voormelde drie dessa's bestaan uit 208 huisgezinnen en 80 jonken rijstveld : onder bepaling noglans, dal het onderhoud van de in de dessa Moga gelegene kollij-planlagien van 5ü()0 vrugldragemle hoornen na het voorstel door den prefect zal moeten worden verdeeld en opgedragen, nis: aan de dessa Montjol 2000 hoornen » Wanarata 1000 » » Pagieringhan 600 » in hel regentschap Hrcbes: de dessa üjedoek BO huisgezinnen en 6 jonken rijslv. » » Songong II» » » 2 » Walahan I huisgezin »— » » » Carengassem 100 huisgezinnen » 7 > » » Djeinbaijal 48 ■ » l' 2 » » Kadamandala 12 » » 4 » » 226 31 waarbij almede tot vermeerdering der rijstvelden zullen ge voegd, worden: van de dessa Singa 15 jonken rijstveld » » » Tjaroeban.... 5 • » » » Mangasarie 10 » » • » » Labaksiouw 14 ■ » en welke zes dessa's gevolglijk zullen beslaan uit 226 huisge zinnen en 80 jonken rijstveld; 1809 H. W. DAENDELS 879 en de vaste blandong der prefecture Tegal in het geheel uit 599 huisgezinnen en 240 jonken rijstveld. Zie nok 17 Mei 1809. 21 September. Machtiging <>/> hel collegie van Schepenen welke woest gelaten en waarvan geene bekend moglen wezen, na voor afgaande bij edictie en indaging van belang hebbenden ))len voordede van den Lande publiek te laten ver y>koopen". 21 September. Machtiging op een burger te Japara 10l het passeren van testamenten en andere, notariële aclen ttter prefecture Japara". Zulks geschiedde »uil aanmerking, dal de scriha van de prefecture Japara op Joana zijn verblijf houdt en de afge legenheid van Japara aan inconveniënlen onderhevig is bij het passerren van testamenten en andere notariëele acten aldaar". 21 September. Toekenning van TiOO pikols kof/ij aan den Luilenanl-Gouverneur-Generaal, A. A. Buijskes, y>tot eene schadeloosstelling voor de onkosten van ZEd. lerugreize naar Europa," enz. 21 September. Zamenstnelting van de stads- met de Landsdrukkerij te Batavia. De Regering vereenigde zich niet het navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal: dat wegens het groot gebrek aan letters op 's Landsdrukkerij het drukken der publieke actens van het gouvernement niet dan met veel moeite en vertraging konde worden gaande gehouden; dat ditzelfde gebrek mede op de sladsdrukkerij wordt ondervonden en het eenige middel, nadat de reeds 1808. H. W. DAENDELS. 88 8 Augustus. Benoeming van een prefect van Taijal op 'een vast traclement van 15,000 rijksdaalders, zilver «geld, 'sjaars". 8 Augustus. Benoeming van een prefect van Pekalongan op 'een vast tractement van 12,000 rijksdaalders, «zilver geld, 'sjaars". 8 Augustus. Benoeming van een prefect van Rembang op »ee» vast traclement van 10,000 rijksdaalders, vzilver geld, 'sjaars I '. 8 Augustus. Regeling der Iractemenien van de werk lieden bij de wapen-kamer te Samarang. Is besloten de traetementen der werklieden in de wapen kamer te Samarang te bepalen op den volgenden voet, als: aan een baas rd" 50, papier geld, 'smaauds, » » Europeesch werkman der eerste klasse rd s 20, koper geld, 'smaands, » » Europeesch werkman der tweede klasse rd s 16, koper geld, 'smaands, » » inlandsen werkman der eerste klasse rd'lo, koper geld, 'smaands, » inlandsch werkman der tweede klasse rd" B'/ 2 , gelijke munt, 'smaands. Op den !> llin September 1808 is hetzelfde Iractement toe gekend aan de werklieden bij het artillerie-atelier te Samarang. 8 Augustus. Instructie voor hel oambulatU gerecht" in de Jakairasche en Preanger-bovenlanden. Art. 1. Het gerecht over de Jaccatrasche en Preanger bovenlanden zal zich over alle de daarin leggende districten uitstrekken en bepalen tol het onderzoek na, mitsgaders de 1809. H. W. DAENDELS. 880 door hel vorige gouvernement aangewende en verder door zijne excellentie beproefde pogingen om letters te bekomen tot hiertoe builen effect gebleven zijn, om de daaruit voort spruitende inconveniënlen weg te nemen, na hoogstdeszeli's inzien, in eene vereenijjing van de beide drukkerijen was gelegen, waartegen niet konde opeiceren bet privilegie, aan den legenwoordigen stads drukker, üoininicus, verleend, wijl hetzelve niet anders konde worden geconsidereerd als te zijn uitgegeven tot wederopzeggens toe, 1° omdat de licentie van deze particuliere drukkerij maar tijdelijk en tot den persoon gerestringeerd is, die daarvan bel. beneficie bekomen heelt, en 2° omdat de voortduring van hel gedachte privilegie ten nauwsle verbonden is aan de voortduring van hel mol iel', waarom helzelve is uitgegeven, welk motief blijkens de resolutie dezer tafel van den 21 1 " Juli 1735 (') gelegen was in het begrip, dal deze particuliere drukkerij ten dienste van het algemeen niet scheen gemist te kunnen worden, op grond waarvan de continualic daarvan destijds geaccordeerd is en sedert moet gecenseenl worden Ie zijn toegestaan; dat deze redenen echter nu vervallen zijnde en de beide drukkerijen ieder op zichzelve niet kunnende voldoen zonder ougerief te veroorzaken èn aan het gouvernement èn aan de gemeente, en aangezien het builen contradictie is, dat, de aanradende oorzaak, waarop een privilegie rust, cesserende, zoodanig privilegie zij» kracht verliest en als het ware per se vervalt, — mitsdien levens aan deze regeeriug voor stellende om het aan den sladsdrukker, Dominicus, verleende privilegie in Ie trekken en builen effect Ie stellen, waarover hij zich, behalve de aangevoerde grondige redenen, te minder konde bezwaard gevoelen, als zelf reeds aanzoek gedaan hebbende om dit privilegie aan een ander over Ie dragen: met voorstel verder om den architect. Jongkind, benevens den baas van 's Landsdrukkerij, INiemaLdsverdriet, te com mitteeren om den gansenen omslag van de stadsdrukkerij, (') Bij deze resolutie is aan .1. .1. l.otlcnis toegestaan ;ian /ijue moeder »in de possessie der stndts-druckei'ije te succedcren". 1809. H. W. DAENDELS. 881 N.AIAIT-BOEI DEEL XT. 883 800 aan materialen, gereedschappen als slaven, te taxeereu en volgens die taxatie, indien dezelve wordt goedgekeurd, door den Lande over te nemen; mitsgaders vervolgens een gecombineerde inventaris op te maken van de materialen, gereedschappen eu slaven van 's Landsdrukkerij, nadat de particuliere drukkerij met dezelve zal zijn vercenigd: voorts om den eersten gezworen klerk ter generale secretarij vooreerst te chargeeren om onder zijn opzicht het vendn nieuws en alle inkomende advertentiën te doen drukken tegen de gewone betaling en de daarvan proflueerende gelden ter nadere verantwoording onder zich te houden, mits geen advertenties plaatsende, dan die hevorens door den advocaat fiscaal zijn goedgekeurd. Behalve eene plaat-drukpers werd het materieel der stads drukkerlj overgenomen voor 16:041:24 rijksdaalders, pa pieren geld. 21 September. Wijziging van het bepaalde op 13 Sep tember 18ü8 nopens inlandsche commandanten ('). Is goedgevonden en verstaan, met alteratie voor zoover van het besluit dezer laf.l van den '11* n Maart 1808, het provenu der ingevolge dat besluit verkochte domeinen alsnu in zijn geheel te doen verbranden en wijders de dedoiuraage menlen, hij resolutie dezer regeering van den 15'" September a" p" aan de inlandscbe commandanten wegens het gemis der inkomsten van deze domeinen toegelegd, in stede van uit het voorschreven rendement, te vinden uit de voordeden der verpachtingen van de ainfioen-killen en de zoulpachl te Pakkies, heide hehoorende onder het gedeelte van het gewezen regentschap Crauwang, 't welk aan de tialaviasche ommelanden is gevoegd. (') Zie de noot bij 3 Maart 1809. 1809. H. W. DAENDELS. 882 ï Sepleinber. Gangbaar verklarimj run koperen (wee stuivcrs-slitkkt'ii bonken). Naardien op den 81»«« dezer in Kade van Indir besloten is om 10l meerder gerief der ingezetenen van het Japans slaaf-koper wederom tweo-stnivers-sliikkeii te doen aanmaken, zoo is het, dal de gemeente hiervan zoowel wordl kennis gegeven, als dat de opgemelde twee-stuivers-slukkeii op de eene zijde gemerkt zullen zijn 2: S: en op de ommezijde met het jaargetal 1809. Verklarende wijders de opgemelde twee-sl ui vers-stukken bij dezen gangbaar, niet last aan elk en een iegelijk dezelve voor die waarde te ontvangen en geen hinder of stremming aan derzelver omloop toe te brengen of te veroorzaken. En opdat niemand hiervan onwelenheid zoude kunnen voorwenden, zal dezen worden gepubliceert en in de Hol landsche, iulandsche en Chineesche talen worden geaffigeert. ler plaatse gebruikelijk. Deze bonken waren gemaakt »van het koper, te zwaar •voor één-stuiver-stukken". Op den 28" ten September 1809 liet Daendels door den Directeur-generaal aan de Hooge Regering in overweging geven: 1° het gewicht der ingevolge besluit dezer tafel van den 81 en dezer aangemaakt wordende nieuwe twee-stuivers slukken alsnu te stellen op een en een half lood 0f40', 2 stuivers, zijnde de halve zwaarte der in 1796 aange maakte kopere een- en twee-stuivers-stukken, en de in dat jaar aangemaakte een-stuiver-s(ukken tot stukken van twee stuivers en door het doorkappen der Iwee-stuivers stukken twee stukken van 2 stuivers te doen stempelen, bij welke operatie den Lande een kapitaal zal profiteeren ; 2° van de in 1803 geslagen Iwee-stuivers-stukken alsnu te doen vervaardigen een stuk van '1 stuivers en een stuk 1809. H. W. DAENDELS. 883 van 1 stuiver, wanneer dezelve de onder art. 1 vermelde een- en twee-stuivers-slukken ruim in zwaarte zullen egaliseeren en den Lande hierdoor bevoordeeld worden met een half kapitaal;* 3° de in omwandeling zijnde acht-stuiver-slukken lot zes Iwee-stuiver-stukken te doen verstempelen, waarbij mede wordt geprofileerd '/, kapitaal; en 4° de in 1805 aangemaakte een-stuiver-stukken te brengen op de zwaarte van 24 stuivers en het meerdere gewicht derzelve tot 9% stuivers daarvan te doen afkappen, waardoor den Lande bevoordeelt wordt met 40 percent. Met dit voorslel vereenigde zich de Hooge Regering gere delijk, evenals met alle andere voorstellen van den Gouverneur- Generaal. — Gemakkelijker werken dan dat ten tijde van Daendels heeft de Raad van Indic nooit gekend. Op den 17' n Rloeimaand 1810 bleek, dat de Regering van 1 October 1809 lot ultimo Lentemaand 1810 op de ver kapping had geprofileerd 43,142 : 31*/ g rijksdaalders en boven dien 10,344 ""/200 ponden aan koper-gruis had verkregen. 23 September. Verbod tegen hel gebruiken van de uit drukking: » koolden van de Chineesche natie". Bij circulaire gaf Daendels hel navolgende aan zijne ambte naren te kennen. Reeds verscheidene malen opgemerkt hebbende, dat de kapiteins en luitenants der Chinezen zich in hunne requesten en andere schrifturen aan liet gouvernement qualifioeren als hoofden van de Chinesche natie en dat deze expressie ook bij de brieven en adressen van vele ambtenaren gebruikt wordt in materien, waarvan de Chinezen het onderwerp zijn, schoon het oueigeuaartige hiervan zeer evident is, alzoo de Chinezen, die hior vreemdelingen zijn en door hun lang gevestigd verblijf in deze koloniën wel als inwoners kunnen en moeten worden geeonsidereert, niet voor een natie kunnen worden gehouden, 1809. H. W. OAENDELS. 884 waarvan hel denkbeeld zelfs de wetlige aulorileit krenkt van het gouvernement; zoo heb ik noodig geoordeelt u aan te schrijven en te gelasten, gelijk ik doe bij dezen, om van nu voortaan hij uwc brieven en adressen, sprekende van de in deze kolonie geadinitieerde Chinezen, nooit weder bet woord nalie toepasselijk te maken of te gebruiken en insgelijks geene requeslen of schrifturen van Chinezen aan Ie noemen, waarin deze Icrm iu den opgeraelden zin gebezigl is, mits gaders ook aan de Chinezen te insinueren, dat zij zich van dezelve in hel vervolg menageren. 23 September. Middel ler bevordering van hel in 's Lands dienst treden van inlandsclie zeevarenden. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende de moeielijkbeid om zonder hel. accordeeren van eenige premie in het aanwerven van inlandsche zeevarenden Ie reussperen; heelt besloten, dat aan ieder te engageeren inlandse!) zee varende uit 's Lands kas zal verstrekt worden een maand gagie, naar evenredigheid der qualiteit, waarin hij zal aan genomen worden, tot eene gratificatie, zonder dat hem zulks naderhand van zijne te goed makende gagiën zal worden in gehouden. 27 September. Verliooi/ing van hel loon van Chineesche koeli's. Is besloten de Chineesche sjouwers, welke op de equipage werf en op de schepen ter reede van Batavia dienst doen. in gage te verhoogen, de eerste tot vijftien rijksdaalders en de laatstgeraelde lot zestien rijksdaalders 's niaands. 28 September, instructie voor den Commissaris-Generaal der marine, der houtwerken en van 's Lands werven op Java. De directie en administratie van het materiele en personele der marine iu ludiê word opgedragen aan den Commissaris- 1809. H. W. DAENDELS. 885 Generaal, welke <len rang zal hebben gelijkstandig met den inspecteur-generaal over de houtbosschen en koffij-cnlture en een Iraclement genieten van rd" 115000, zilver geld, 's jaars. De Commissaris Generaal zal provisioneel zijn verblijf houden Ie Sourabaija en 10l zijne adsislentie op deszelvs bureau hebben een secretaris niet den rang van kapitein en tractement van rd' 200, zilver geld, 's maands, een klerk a rd" 40 en drie klerken a rd" 20, zilver geld, 's maands. Hij zal, zo te Batavia, als te Sourabaija en te Samarang, onder zich hebben een haven- en equipagemeester met den rang van colonel, een onder-equipagemeesler met den rang van luitenant-colonel en een tweeden havenmeester met rang van capitein; dewelke alle in de aan dezelven bij hunne respectieve instructies opgedragene werkzaamheden aan de orders en surveillance van den Commissaris Generaal der marine zullen zijn onderworpen. Onder den Commissaris Generaal zal zijn gesteld 's Lands timmerwerv te Rembang, Grissee dan wel te Sourabaija, waar men goedvinden zal een werf aan te leggen; de daarop bescheiden basen en al, hetgeen tot dezelve behoort, staan onder zijne directe bevelen, voor welkers executie hij verant woordelijk is aan zijne excellentie den Maarschalk en Gou verneur Generaal; hij vervoegd zich naar voormelde werven, zoo dikwijls hij zulks goedvind en zijne presentie vereischt word. waartoe hem van 's Lands wege de nodige battoors en paarden zullen worden toegestaan volgens helzell'de tarief, als voor de inspecteurs-generaal der houtbosschen en koffij ctillure bepaald is. De dienaren der werf zullen ingevolge besluit van zijne excellentie den .Maarschalk en Gouverneur Generaal van den 8"' December 1808 bestaan, behalven in den constructeur, in : 2 opper-timmerlieden. 2 onder- » , 1 baas smit, 1 » blokkeinaker, 1 boekhouder en 1809. H. W. DAENDELS 886 3 schrijvers, waarvoor hij Commissaris Generaal de nodige instructien zal ontwerpen en aan zijne excellentie ter approbatie aanbieden. Hij, Commissaris Generaal, zal zorge dragen, dat door de haven- en equipagenieesters aan hem ingezonden worden naamlijsten der Europesche zeevarenden, en daaruit doen I'or neren een vast stamboek, waarbij ieder aanzienlijk vaartuig op zig zelve zal moeten worden verhandeld en waarin dis tincte zal moeten worden genoteerd en overgeschreven de veranderingen, die bij de eqaipage plaats hebben, de verhoging hunner tractemenlen, derzelver overlijden, of dezelve iets hebben nagelaten, onder wien hetzelve is berustende en wat dies meer zij en geobserveerd diend te worden. De Commissaris Generaal zal van den prefect van Hembang, in presentie van den haas constructeur en den boekhouder van de werf, legen quitantie overnemen alle de in deszelvs ad ministratie zich bevindende ijzere spijkers en verdere materialen, tot den scheepsbouw behoorende, de balanceii en gewigten en al, hetgeen dezelve verondersteld voorde werf van 's Lands goederen nodig te hebben, alsmede 's Lands pakhuizen van ijzer, spijkers, oliën, theer, enz. hetwelke hij daarna onder verantwoording van den haas, constructeur en boekhouder van de werf zal stellen. Hij zal mede eene naauwkeurige opneem laten doen van de scheepstimmerwerf en smits winkel van alle de zich aldaar bevindende goederen, gereedschappen en houtwerken, den Lande toebehorende, en dezelve, indien ter verantwoording van den prefect lopen, tegen behoorlijke quitantie van denzelven overnemen om door hem ter verantwoording aan den haas constructeur en boekhouder van de werf te worden over gegeven. Hij zal insgelijks opnemen de gereed zijnde en nog op stapel staande vaartuigen, hoeverre dezelve gevorderd zijn, en van den prefect afvragen eene accurate en juiste opgave van al, hetgeen door hem sedert het vertrek van zijn pre decesseur 's Lands wege besleed is, leu einde niet alleen mei 1809. H. W. DAENDELS. 887 denzelven te kunnen liquideeren, maar ook hef ware kostende der vaartuigen te kunnen berekenen. Ook zal hij, Commissaris Generaal, ouder quitantie van het bureau van den prefect opeigenen alle aldaar aauhanden zijnde originele specilicalien en andere documenten, de werf rakende, van de zederl jaren aldaar aangebouwde vaartuigen, om on het bureau van hem, Commissaris Generaal, dan wel van den hoofdadministrateur te Samarang te blijven berusten; en wonl dezelve tevens gequalifieeerd aan den prefect tegen quitantie voor de werfkassa op te vragen zovele gelden, als er kunnen worden gemist en de kassa der prefecturen zal toelaten, dat aan de werf voorgeschoten weiden, zo mede rijst en arak voor randsoeuen als anderzints. De opneem compleet gedaan zijnde, zal de Commissaris Generaal door den boekhouder laten formeeren: 1° een administratie-boek van alle overgenomen goederen; 2 U » kassa-boek der aanbanden zijnde gelden; 5° » werf-boek, waarin ieder vaartuig op zig zelv volgens het nommer moet worden ingenomen, onder bekendstelling, wanneer hetzelve is opgezet, en waarin dagelijks moet worden aangeteekend de daaraan gearbeid hebbende werk lieden en hun verbruikte materialen en welk werf-boek zal moeten accordeeren met het betaalboek, waarin bij rubrieken moet worden aangeteekend, welke werklieden ieder dag in het algemeen gewerkt hebben en wat zij winnen; 4" een dagregisler van alle gedenkwaardige zaken, als ont vangen eischen, algezonden plan's, ontvangen goederen, het op- en afzetten van vaartuigen en wat dies meer zij. Op den dag van den gedanen overneem zal hij, Commissaris Genertal, zorge dragen, dal de timmerlieden hunne betaling erlangen voor hetgeen zij nog Ie goed mogten hebben, ten einde met den volgenden dag direct met de nieuwe inrichting kan begonnen worden; en zal hij tevens laten aanmaken een goed aantal plankjes, met zijn cachet gezegeld, om ieder dag aan de werklieden voor betaling te worden afgegeven. 1809. H. W. DAENDELS. 888 Ten einde nauwkeurig te kunnen nagaan, hoeveel voor schreven werven den Lande zullen komen te kosten, zal deze administratie haar bijzondere kassa hebben en bestierd worden door den baas constructeur en boekhouder der werf, welke heiden voor dezelve verantwoordelijk zullen zijn; uit deze kassa zullen alle timmer- en smeekolen inkoopen tun behoeve der vaartuigen, tractementen der dienaren van de wei!' en al, hetgeen voor dezelve vereischt word, betaald worden; en zullen door den baas en boekhouder aan den commissaris maandelijks worden ingeleverd een kassa-, pakhuis- en hout rekening in duplo, waarin distinct moet worden genoteerd, waaraan en waarvoor de verstrekkingen en uitbetalingen gedaan zijn, van welke boeken de Commissaris Generaal jaarlijks eenslel aan de generale rekenkamer te Batavia zal moeten overzenden. Hij zal, buiten den generalen opneem onder ultimo December van ieder jaar, de marine-magazijnen zo dikwijls kunnen op nemen, als hij zulks noodig oordeelen zal. Hij zal maandelijks aan zijne excellentie den heer Maarschalk en Gouverneur Generaal aanbieden en inzenden een generaal rapport, samengetrokken uit de diversche rapporten der schepen en vaartuigen, voor zoo verre daarvan narigt kan ontvangen worden, de overige volgens bun laatste rapport, zoowel aan gaande de manschappen, arinalura, als waar dezelve gesta tioneerd zijn en zich bevinden. Goederen, gelden of materialen, voor de werven gezonden wordende, worden aan den commissaris bij de cognossementen geconsigneerd; de commissaris niet present zijnde, laat de baas constructeur dezelve door den boekhouder ontvangen en is de prefect verpligl ter afhaal derzelve de noodige prauwen te verleenen en het noodig getal haltoors te leveren voor het inwegen in de pakhuizen, zooals dezelve ten allen tijde ge houden is de noodige hulp te veileenen en bij transport van goederen, alsmede ontstane brand, als anderzints, bij nagl of ontijden, wanneer de timmerlieden niet present zijn en hem daarom, hetzij door den commissaris zelven, den baas con structeur of boekhouder verzogt worde. 1809. H. W. DAENDELS. 889 Onder den Commissaris Generaal der marine zullen mede gesteld zijn de houtstapelplaatsen op .lava en de houtwerken aldaar. Hij zal voor de goede directie derzelve de noodige zorge dragen, ten welken eimle hij zich zoo dikwijls derwaards zal kunnen begeven, als zijne presentie zal worden vereischt. Hij zal mede zorgen, dat aan hem rapport worde gedaan van de door de opzienders van de kapplaatsen aangebragte en ontvangene, zoowel als van de afgezondene en nog resleerende houtwerken. Hij laat door de onder hem dienstdoende opzichters betalen de sleeploonen, trekloonen en koelieloonen, welke op de stapel plaatsen en verder 10l den afscheep der houtwerken worden verdiend: hij betaalt mede de tracteraenten der opzichters over de stapelplaatsen, alles navolgens hel daarom trend be paald tarief en op ordonnantie navolgens eene door hem gemaakte calculatieve berekening, van drie tot drie maanden aan hem door het gouvernement te verleenen. Hij zorgt en doel toezien, dat in de afbetalingen aan de sleepers, enz., enz. geen malversatien of knevelarijen plaats hebben, maar dat een ieder bet zijne erlangd. Hij doet door de opzichters der houtstapelplaatsen behoorlijk quitantie geven van de door hun ontvangen houtwerken in rescontre van de geleide-briefjes, die dezelven van de bosch gangers of het lid der administratie vergezellen, waarbij behoorlijk hekend moet worden gesleld hel getal, lengte, breedte en dikte der bontwerken. Hij zal geene houtwerken ontvangen of door de opzichters laten ontvangen, waarop bel merk van hel land en het contra-merk der plaatsen, waar die gekapt zijn, niet uitge drukt slaat. Hij zorgt, dal aan hem rapport worde gedaan van de door de opzienders onbekwaam gekeurd wordende houtwerken, en zal levens toezien, dat die aparl worden opgestapeld. En eindelijk zal hij maandelijks ontvangen de rapporten van de stapelplaatsen en daaruit formeeren een generaal rap port, wo van de ontvangene, verstrekte, verdebiteerde, als 1808. H. W. DAENDELS. 89 vervolging en het straffen van alle criminele delicten, terwijl de beslissing van civile en huishoudelijke zaken wordt ge laten op den tegenwoordigen voet; en zal het voorschreven gerecht ambulant zijn en deszelfs zittingen houden op zodanige plaatsen en tijden, als zal worden vereischt. Art. 2. De aan particulieren verhuurde landen van den Koning van Bantam zullen onder het regentschap Tangerang en de verhuurde Crauwangsche houtbosschen onder het regentschap Crauwang worden geclassiflceert. Art. 5. Het gerecht zal ter eerster instantie oordeelen over alle misdrijven, die in haare jurisdictie door de daarin domicilierende inlauders worden gepleegd; en zullen Christenen, Chineschen en elders Ie huis horende personen aan hunnen dagelijkschen rechter moeten worden uitgeleverd, in welk geval de informatien in de behoorlijke orde aan den com petenten rechter zullen moeten worden gezonden en, nevens de misdadigers, worden overgelevert alle zodanige personen, nis in de questieuse zaak gemcleerl zijn, al waren zij ook onder dit gerecht sorterende. Arl. 4. Het gerecht zal bestaan uit den prefect over de Jaccatrasche en Preanger-bovenlanden als permnnent voorzitter, zoo mede uit den regent en den hogenpriester van het district, waarin het delict, hetgeen moet worden onderzogt. is ge perpelreerd; waar bij de prefect dan nog zal beroepen twee zijner opzienders, alle welke gedurende de zitting als leden van het gerecht zullen worden aangemerkt. Art. 5. De prefect zal, buiten kosten van den Lande, eenen secretaris houden om bij het gerecht, zoo wel als in alle andere zaken, hem Ie assisteren, zullende de aanstelling van denzelven op voordragl van don prefect worden gedaan. Arl. 6. Hij, prefect, zal ten minsten om de twee maanden eens en overigens zon dikwijls, als dil. nodig zal zijn, in ieder zijner districten vaceren om de justitie te administreren. Art. 7. liij ondekking van eeuig delict zal het gerecht of. bij absentie van den prefect, de opziender van het district, waar hetzelve is gepleegd, zoo na mogelijk bij de plaats en 1809. H. W. DAENDELS. 890 restant zijnde houtwerken, voor zijne excellentie den Maar schalk en Gouverneur Generaal. i2B September. Instructie voor de luwen- en equipage meesters te Batavia, Samarang en Soerabaija. Er zullen, zo te Batavia, als te Sourabaija en Samarang, zijn drie haven- en cquipage-mecsters met rang van colonel en tractement, als te Batavia van rd' 7000, te Sourabaija rd' 6000 en te Samarang rd 8 5000, zilver geld, jaars en zullen hiermede komen Ie cesseren alle Iractementen, toelagen en douceurs, welke zij tol hiertoe hebben genoten. De magazijnen der marine staan onder hunne zorg en directie, weshalven zij voor al, heigene zich daarin bevindt, verantwoordelijk zijn zullen. Aan ben zullen ingediend worden alle aanvragen van scheepsbehoeflens voor 'sLands schepen en vaartuigen en al, hetgeen de marine aangaat, welke aanvragen zij zullen moeten examineren en, bij bevinding, dal die verzoeken con form de wel zijn ingericht, de nodige ordonnanties ter ver strekking uit de marine magazijnen verleeuen dan wel, zo die verstrekkingen uil andere administratien moeten geschieden, de aanvragen daartoe, zo wel als van de benodigde raiidsoenen voor de equipagien aan bet politiek gezag indienen. Aan hen zullen mede ingediend worden alle declaiatien van tractementen, lafclgelden en wat dies meer is. bij welke declaralien tevens zal moeten worden overgelegd een bewijs, waar bij komt te blijken, wanneer en waar de equipage bet laalsl is betaald geworden: en zullen zij, bij bevinding, dut voorschreeven declaralien met 'de bewijzen accorderen, de nodige ordonnantien ter uitbetaling verleenen op de gewooue liarlementscomploiren, welke zodanig bedragen aan den l weeden officier van de daartoe aanvrage gedaan hebbenden /.uilen uitbetalen en welke tweede ollicier hetzelve vervolgens aan de equipage zal moeten uitdeden, ter presentie van den commaudeerenden officier dier bodem en den onder- equipage- 1809. H. W. DAENDELS. 891 meester, welke beide voor de rigtige uitdeeling op de belalings lijslen zullen moeten tekenen, en die lijsten daarna aan den haven- en equipage-nieester inleveren. Insgelijks zullen aan hen worden ingezonden alle orders 10l het viclualifren en de aanvragen ten dien einde met overlegging van eene behoorlijk getekende consumptie-lijst, waarbij de dagelijksche verstrekkingen aan de equipage, de ontvangst en hetgeen nog restant blijft, komt te blijken volgens daarvan geformeerde tabellen, alsmede eene opgave der laatst ontvangen viclualie, en waarop zij de noodige or donnantie voor de viclualie voor den bepaalden tijd en het getal manschappen, die in de scheepsrol worden gevoerd, naar de tarief van randsoenen en decortatie van de nog aan handen zijnde provisien zullen moeten' vervaardigen en aan bet politiek gezag ter verstrekking inzenden, welke rand soenen in presentie van een vertrouwd persoon van de schepen of vaartuigen ontvangen en aan hem loegewogen en toege meten moeten worden, en waarvoor deze dan ook verant woordelijk zal worden gehouden. Zij zullen de noodige zorge dragen, dat, zo wel uit, als in de magazijnen der marine niets wordt ontvangen of verstrekt, zonder dal de ordonnantie!) daartoe door hun behoorlijk zijn getekend; alsmede dat hij verzending daarvan de laclures in triplo worden opgemaakt, als een ter ver zending met de landposl, een met het vaartuig zelve en een om als slaper te worden aangehouden. Zij zullen gehouden en verpligt zijn vaste equij«g«- of adminislratie-boeken te houden, waaruit ten allen tijde moet kunnen winden gezien bet restant, de ontvangst, waaraan en waarvoor de verstrekkingen hebben plaats gehad. Zij zullen mede gehouden zijn wekelijks eene dislincle opgave te doen aan den Commissaris Generaal der marine van al. helgeene door bun verrigt, aangevraagd of verstrekt is. De inkopen van diversclve benodigtheden aan den Com missaris Generaal bij besluit van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal van den .. Julij laalslleeden ged** 1809. H. W. DAENDELS. 892 mandeerd zijnde, zullen de differente haven- en equipage naeeslefg op grond van dat bcsluil ook de licnodigdc inkopen op dien voet gaan doen. bij aldion van de daarbij vernielde benodigdheden geene bij de magazijnen per restant zijn: doch eenige arlikelen benodigl zijnde, welke op die lijst niet bekend niogten slaan of boven de daarbij bepaalde prijsen lopen, zullen zij daarvan direct aan den Commissaris Generaal kennis geven en approbatie tot die inkopen vragen, welke, dezelve goedkeurende, als dan daarop de goedkeuring van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal zal verzoeken. Van de door den haven- en equipage-meestcr te houden administratie boeken, alsmede van de ordonnantien, waarop de verstrekkingen zijn geschied, /uilen jaarlijks aan de gene rale rekenkamer authentieke copijen worden gezonden, gelijk mede om de drie maanden een succint rapport. De haven- en ei|uipage-niees|ers zullen aan den Commissaris Generaal van de schepen, welke lot hare divisie behoren, de nominative lijsten inzenden van alle Europesche zeevarende, met de namen en toenamen van alle diegenen, welke zig, zowel aan boord der schepen en vaartuigen, als aan den wal bevinden, hunne qualiteiten, winnende gage. geboorte-plaatsen met welke bodems in drze colonien gekomen, alsmede de lijsten der inlandsche zeevarende, mede onder bijvoeging harer geboorte plaatsen en winnende gages. Zij zullen de nodige zorge dragen, dat bij aankomst van schepen en vaartuigen aan hun direct in geschrifte worde kennis gegeven van de op die bodems plaats gehad hebbende veranderingen onder de equipage zedert derzelver vertrek uil de havens en den dag, waarop het laatst rapport is ingediend. Zij zullen mede opletten, dal aan hun door diegenen, welke de directie over de hospitalen hebhen, werden opge geven, zowel de nitmonstering, bet inkomen en overlijden der zieken in de hospitalen en of dezelve iets nagelaten hebben, van welke schepen en vaartuigen dezelve zijn en op welke bodem zij na hunne genezing overgaan, ten einde daardoor 1809. H. W DAENDELS. 893 in staal te worden gesteld om zulks lor kennisse van den Commissaris Geueraal te brengen ter overdraging van hetzelve liij de stamboeken en daardoor ten allen lijden te kunnen ont waren, welke zeevarende nog in leven of dood zijn. Zij zullen mede, ondergeschikt aan de orders van den Commissaris Generaal der marine, ieder in hun district, de directie voeren over de stapelplaatsen aldaar, ingevolge de bepalingen, gemaakt hij de inslruclien van den conunissaris generaal der marine, welke zij zich in zo verre mede tot naricht zullen laten strekken. •Tot wegneming van alle dilliculteitcn over de relatien • der havenmeesters te Batavia, Sourabaija en Sainarang tot •de coininandanlen der uil Europa in Indien arriverende "Keizerlijke schepen en vaartuigen" is op 14 Grasmaand 1811 besloten »aan welnielde commandanten, dadelijk na "hunne aankomst in een der havens of op een der reeden •van dit eiland, Ie doen ter hand stellen een extract [in de Fransche laai] uit de instructie voor de gemelde haven • meesters, als ook een [dilo] extract uit de instructie voor •de onder-equipage-meesters". Zie ook 23 November 1809. 28 September. Instructie voor de onder-havenmeesters, Er zal, zoo te Batavia, als te Sourabaija en Samarang, zijn een Iweede havenmeester met rang van kapitein en tracle menl, als Ie Batavia van rd' 2000, te Sourabaija rd* 1000 en te Samarang rd' 1800, zilver geld, 's jaars, zullende hiermede komen op Ie houden alle Iraclementen, toelagen en douceurs, bevorens door ben genoten. De tweede havenmeesters zullen den dienst op de rheede en levens dien van sabandhaar waarnemen en dus van de aankomst en vertrek van schepen, laden en lossen der vaar tuigen rapport moeten doen aan de prefecten van Sourabaija en Samarang en hun tevens moeten toezenden de cognosse- 1809. H. W. DAENDELS. 894 inenten, facLuren en andere scheeps-papieren, alsmede bij vertrek van vaartuigen haar van de benóodigde scheeps-papiereu en passen moeten voorzien en tevens, zooveel in hun vermogen is. de noodige zorge dragen, dat de successive geëmaneerde orders ten aanzien van den clandestinen uitvoer van contanten als anderen, ongcpermilleerden handel niet worden overtreden. ïe Batavia echter zal de sabandhaar en liccnlmeester zijne functie als van ouds blijven waarnemen en de tweede haven meester aldaar dus alleen gesiibmitteerd zijn aan den colonel en eersten havenmeester, welke van zijne zijde, zooals bevorens, rapport doet van dagelijks voorvallende zaken. 28 September, instructie voor de onder-equipage-meenters. Er zal, zoo te Batavia, als te Sourabaija en Sainarang, zijn een onder-equipage-meesler met den rang van luitenant-colonel en op een tractement, te Balavia van rd" 4000, te Sourabaija rd s 3Ï500 en te Samarang rd s 2ÖOO, zilver geld, 'sjaais, en waarmede dan ook voor vervallen worden gehouden alle Iractemenlen, toelagen en douceurs, welke zij tot hiertoe hehben genoten. Zij zullen speciaal en gezamentlijk met den equipage raeester, waaronder zij staan, gechargeerd zijn met de ad ministratie der magazijnen, de in dienst stelling der schepen, de aanwerving, victualiering en betaling der equipagien. Bij uitdeeling der traclementen aan de equipages zullen zij verpligt zijn present te zijn en voor de rigtige uitbetaling, benevens den commandeerenden officier van dien bodem, op betalingslijsteu leekenen, welke zij daarna aan den haven- en equipagemeesler overleveren. Zij zullen verpligt zijn vaste equipage- of' stamboeken te houden, waaruit ten allen tijde kan gezien worden het res tant der ontvangst, waaraan en waarvoor de verstrekking is geschied, van welke boeken, henevens de ordonnantien, waarop de verstrekkingen zijn geschied, jaarlijks authentieke copijen aan de generale rekenkamer zullen worden gezonden, alsmede om de drie maanden een succint rapport. 1809. H. W DAENDELS. 895 Zij zullen mede hebben de speciale directie over de botit stapelplaalsen, onder derzelver ressort of arrondissement ge legen, en tevens houden alle boeken, tabellen en wes meer 10l dezelve relatief. Zie ook 25 November 1809. 28 September. Aanstelling van gecommitteerden bij de ontvangst en a/scheep van producten in 's Ijiiiuh pak huizen. Deze gecommitteerden moesten telkens afwisselen en ge kozen worden uil «ambtenaren van eene gedislingucerde «classe, op wier rapporten men zich veilig kan verlaten". 28 September. Vergunning tol het houden van pasar des Woensdags op het landgoed, l'ondok Perron. De voorwaarden waren dezelfde als die voor »de overige, »geprevilegcerde bazaars". Het lid in den Raad van Indie, Wardenaar, verklaarde zich legen het verleenen der «prerogativen lot het houden »van dobbel- en amfioen-kitten, haane-veglertjen en pandjes huizen", — een zeldzaam verzet in die dagen. 50 September. Javaschc verpachtingen. Van wegen den Gouverneur Generaal en Kaden van Indien wordl een iegelijk bij dezen geadverteerd, dat bet gouveineinenl generaal van meening is op Woensdag, den 1" November aanstaande, des morgens om 8 uren, Ie Samarang, in bel stadhuis, door den hoold-adminislraleiir, Picler Franciscus Over beek, ten overstaan van eene commissie uit den Raad van justitie aldaar en op Woensdag, den 6" 1 December daaraan volgende, des morgens ten 8 uren, in het residentie-huis te Soorabatja, door den hnofd-adminisirateur, H. J. van Calten bureb, almede len overslaan van eene commissie uil den Raad van justitie aldaar, bij den opslag publiek te laten opveilen 1809. H. W. DAENDÊLS. 896 en aan <leu hoogst biedende voor den lijd van een jaar, ingaande mei primo Januari) 1810 en eindigende met ultimo December deszelfden jaars, te verpagten de volgende Lands domeinen, paglen en Lollen op en langs Java's Noord-Oogtkust en in den Oosthoek, Ie weelen: ie Samarang: 1. De inkomende en uitgaande reglen of sahamlharijcn Ie Samarang, (ioemoolak, Kaligawe en Torbaija, in een ge trokken met de dessa Toemnenga, en veerlig koppen somas l)ij de eerstgenoemde sabandharijen. 2. De uitgevoerd wordende rijst en padij te Samarang, Goemoelak, Kaligawe, Torbaija, Kaliwoengoe en Wandal. 5. Het hoofdgeld van de Chinezen, te heffen op den voel, zooals de condilien van het hoofdgeld te Batavia mede brengen. 4. De lopbaanen en hane-vegterijen, mede te heffen als boven. 5 Het slaglen van buffels en ander hoornvee, insgelijks op den voel, zooals Ie Batavia plaats vind, Ie heffen. 6. Het slagten van varkens, schapen en geilen, ook als boven. 7. De laphuizen of kroegen buiten de stad of het priviligie om in de Chinesche en andere kampongs rondom de stad arak, tjienw en andere slcrke dranken te mogen lappen en verkoopeu in bet klein, te welen bij kelders, kalbassen, potten. Hessen, bottels, enz. tot de kleinste maat inelusive. 8. De bazaars te en onder Samarang, als: de bazaar Anjer of groole bazaar, » avond bazaar in de Moorsche kamp, » morgen of groole bazaar in de Chinesche kamp, » bazaar Krangang, » i Pagandingang, » » Karang-tenga, » » Karang-widara, » beide bazaars te Torbaija, » lrazaar Ambengang, 1809. H. W. DAENDELS. 897 PLAKAAT-KOEK DHCL IV. 57 de bazaar Patji-rongang, » > in de Maleidsehe kamp, » » ïawang in de Boeginesche kamp, » » Baroe in de stad, » » te Oenarang, » » te Salatiga, • » te Boejoelalie. 9. De tol wegens het passeren van paarden, koebeesten en draag-ossen, etc, etc. onder Ocnarang, Salatiga, Boejoelalie en do Gladak Samboe onder Barawa. 10. De sabandharijen Ie Kaliewoengoe, gelijk met hel hoofdgeld der Chinezen, topbaanen, hane-vegterijen, het slagten van buffels en ander vee, nevens zestien koppen somas, mitsgaders vier djongs rijstvelden en de bazaars te Karang anjer en Toegoe. 11. De sabandharijen Ie Kandal, mede annex het hoofd geld der Chinezen, hane-vegterijen, topbaanen en het slagten van vee en dan nog vijf djongs rijstvelden, benevens de bazaars aldaar. 1 '1. De zes en twintig gepriviligeerde amfioen- of madat kitten onder Samarang, Kandal, Kaliewoengoe en Damak. 13. De sabandharijen te Batang met de van onds daarbij gehoord hebbende kanipongs, Boban, Kali-orang, Kali-ljetong, Magboguor en Manatoea, nevens twaalf somas uit ieder van de vijf kanipongs of in het geheel zestig koppen; en voorts als boven het hoofdgeld der Chinezen, enz. 14. De sabandharijen te Paccalongang, Bumie en Kali bebal met veertig koppen somas en de overvaart over de rivier bij de Chinesche kampong; en voorts het hoofdgeld der Chinezen, etc. 13. De uitgevoerd wordende rijst en padij te Paccalongang, Batang, Bumie en Kali-bebal. 16. De een en twintig gepriviligeerde amfioen- en inadat kitlen onder Paccalongang, Oeloedjamie en Batang. 17. De sabandharijen te Pamalang en Soember met zestig tjatjas en zeventien djongs rijstvelden, item vier prauw 1809. H. W. DAENDELS. 898 maijang, nevens de bazaars te Pamalang, Bakoelang en Palawang en het hoofdgeld der Chinezen, etc. 18. De sabandharijen te ïagal met de bazaars aldaar en de zes dorpen, Serkangang, Kartang, Semoet Pangang, Bandongang, Bontong en Banlaka-Kalimalie, nevens een honderd vier en veertig tjatjas en dertig djongs rijstvelden; en voorts als hoven het hoofdgeld der Chinezen, etc. 19. De uitgevoerd wordende rijst en padij Ie Pamalang, Tagal en Brebes. 20. De sabandharijen te Brebes, Karang Assam, Kanakang en Loessarie met Soerie Jodjcfh. doch zonder tjatjas of rijst velden, maar wel met hel hoofdgeld der Chinezen, etc. 21. De zeven gepriviligeerde amfioen- of niadat-kitten onder de prefecture ïagal. 22. De sabandharijen te Damak, zonder somas, tjatjas of rijstvelden, maar met het bazaartje van de negorij Gabang; en voorts het hoofdgeld der Chinezen, etc. 23. De uitgevoerd wordende rijst en padij aldaar. 24. De sabandharijen te Japara, item aan de Tadoenang en te Taijoe met 50 koppen somas en het hoofdgeld der Chinezen, etc. 25. De uitgevoerd wordende rijst en padij op die plaatsen. 26. De sabandharijen onder Joana met de dessa Japara en dies bazaar; voorts het hoofdgeld der Chinezen, etc. 27. De uitgevoerd wordende rijst en padij aldaar. 28. De negentien gepriviligeerde amfioen- of madat-kilten onder Japara, zoomede nog agt gelijke kitten onder Joana, welke in den voorleden jare onder Hembang verpagt zijn, als: twee te Joana, » » Japara, een » Morgoijoso, » » Djipat, » » Djitak, en » » Kadilangoe, of te samen onder Joana en Japara zeven en twintig kitten. 1809. H. W. DAENDELS. 899 29. De sabandharijen te Rembang, mitsgaders Padjang Koeangang en Poelo, doch zonder sonias of tjaljas, maar wel met het hoofdgeld der Chinezen en wat dies meer is. 50. De uitgevoerd wordende rijst en padij te Rem hang en Lassum. 31. De sabandharijen te Lassum en dies ressort, zonder somas of tjatjas, maar met de negorij Tegal Dowo, nevens den inzaam der vogelnestjes uit de daarbij gelegene drie klippen of holen, Goa Jero genaamd; en voorts het hoofdgeld der Chinezen, etc. 52. De negen gepriviligeerde amfioen- of madat-kitten onder Rembang, als: een in het kleine regentschap Tjinkal-sewoe, » te Rembang, » » Padjang Koeangang, » » Paradessie, » » Lassum, » » Bonang, » » Tanjongang, » » Sarang, en >> » Banljar. 55. De in- en uitgevoerd wordende poeder-, pot- en kandij-suiker van Rrehes af tot Rembang toe. En te Sourabaija : 1. De sabandharijen alomme in dat regentschap en bij allen dezelve zeven en veertig koppen somas. 2. De uügevoerd wordende rijst en padij te Sourabaija, Passourouang, Banger en Mangel. 5. Het hoofdgeld der Chinezen, item de lopbanen en hanevegterijen en het slaglen van varkens. 4. Het slagten van buffels, rundvee, schapen en geilen. :>. De taphuizen en kroegen buiten de stad of het priviligie om in de Chinesche of andere kampongs arak, tjieuw en andere sterke dranken te mogen tappen en verkoopen in het klein, te weten bij kelders, kalbassen, potten, flessen, bottels, en wat dies meer is. 1808. H. W. DAENDELS. 9 geneesmiddelen nagezien en vergelekeu mei de bijgevoegde lijsl en dezelve, in order bevonden, gequiteerd aan het magazijn teruggezonden. Arl. 10. Indien eenig geneesmiddel, uit hel magazijn ont vangen, ongeschikt len gebruike wierd geoordeeld, zal hetzelve dadelijk ter beproeving aan hel magazijn worden gezonden. Art. 11. Zoowel de cbirurgicale instrumenten, als de-art zenijmengkundige gereedschappen en medicijnkisten, die hun ten gebruik gegeven of gelaten worden, zullen door hen in behoorlijke order worden bewaard, zoodanig, dat de instru menten niet roesten en de medicijnen, ter voorkoming van alle ontvreemding, aan geen algemeene toegang blootgesteld zijn. Art. 12. Ook zal men in het algemeen de artzenijen voor vuiligheid en te groote droogte moeten bewaren en hunne berging, zooveel mogelijk, voor de menigvuldige insecten on loeganklijk maken. g Art. 13. In hel voorschrijven en toedienen van genees middelen zal men de meest mogelijke spaarzaamheid, voor zooveel hel welzijn der lijders toelaat, betrachten en vooral zorgen, dal de toegediende medicijnen na Itehooren ingenoomen worden, waartoe veel kan toebrengen, men geen onsmakelijke poeders toediene, maar dergelijke medicamenten veel eer met een sijroop als een conditum geeve. Art. 14. Alle militairen met hunne vrouwen en kinderen en 's Lands ambtenaren op de strand- en hiiiten-eomptoiren, wanneer zij door de ollicieren van gezondheid derzelven be handeld worden, hebben aanspraak het noodige van genees middelen ter genezing zonder onkosten te ontvangen. Door kinderen worden alleen de zoodanige verstaan, die bij de ouders iuwoonen en geheel nog ten hunnen laste zijn: anderen zijn hieronder niet begrepen, zoo min als huislijke of andere bediendens. Art. 15. Daar in de hospitalen ook scheepslieden, zoo van 's Kouings oorlogschepen, als van particuliere, Hollandsche schepen, ook zeevarende van schepen, aan vreemde natiën toebehoorende, als eindelijk ook eenige arme iuwoonders ltij 1808. H. W. DAENDELS. 90 zoo spoedig doenlijk, ten bijwezen van Iwee leden, informatien inwinnen, wordende in het laatste geval de opziender ge qualiticeerd, des nodig, de schuldigen te horen en de zaak in dien staat te brengen, dat daarin kan worden gedecideert. Art. 8. De opzienders worden speciaal aanbevolen omrue. bij absentie van den prefect, alle delinquanten te agtervolgen en Ie apprehenderen en voorls daarin Ie handelen, als bij art. 7 is voorgeschreven, met directe kennisgave van het gepasseerde aan den prefect. Art. 9. Het horen van getuigen, examen der aangeklaagden en heigeen verder tot onderzoek en inlichting in de voor komende zaken wordt gerequircert, zal, zoo veel doenlijk. vobrloopig geschieden en de piano worden afgedaan. Art. 10. Het gerecht wordt aanbevolen om nopens de toepassing der stratfe op het een of ander misdrijf zich, voor zoover hieraan kan en mag worden gedefereert, te gedragen overeenkomstig de inlandsche wellen en gebruiken, die tot dusverre ten regel hebben gestrekt. Art. 11. Van alle de verrichtingen van hel gerecht zal pertinente aantekening en registers worden gehouden, gelijk van iedere zaak een proces verbaal zal worden gecoucheert, hetwelk door alle de leden van het gerecht zal worden ondertekend. Art. 12. Het gerecht zal van niemand mogen nemen of dezelven verwijzen lot de betaling van eenige boeten of breuken, ten ware zulks bij de wetten is vastgesteld; en zal het ge recht ook niemand in submissie mogen ontvangen, noch met iemand mogen composeren, als met voorkennis en toestem ming van den Gouverneur Generaal. Art. 15. Niemand dan de secretaris zal voor eenig salaris mogen declareren: dewelke zich daarin overeenkomstig de s;il;inslijsl zal gedragen, wordende dit poinct aan de decisie van den prefect gelaten, welke zorge zal moeten dragen, dat niemand deswegen nodeloos worde bezwaard, waaromme hem de magt wordt gegeven om, na bevind van zaken, hel salaris te verminderen of wel geheel te remilleeren. 1809. H. W. DAENDELS. 900 6. De zes gepriviligeerde ainfioen- of madat-kitten onder het district van Sourabaija. 7. De sabandharijen te Passourouang en daaronder ook de rivier Massangan met tien koppen somas; en voorts het hoofdgeld der Chinezen, etc. 8. De sabandharijen te Banjer en Probolingo met zestien koppen somas en het hoofdgeld der Chinezen, etc. 9. De sabandharijen te Bangel en Kalianjer met vier koppen somas en het hoofdgeld der Chinezen, enz. 10. De sabandharijen van Doekoen en Kepoh, leggende opwaards aan de rivier van Solo, op den voet, zooals die tegenwoordig zijn. 11. De agt gepriviligeerde amfioen- of madat-kilten onder de districten van Passourouang, Banger, Bangel en Poeger. 12. De sabandharijen te Grissée en op Poelo Menare en bij alle dezelve agt en zeventig koppen somas en ook de helling van 10 percent- voor recognitie van al het klein geschut, dat aldaar gegoten wordt; en voorts als boven het hoofdgeld der Chinezen, etc. 13. De sabandharijen te Sidaijo en dies ressort met dertig koppen somas en de bazaar te Banjer Anjer, nevens het hoofdgeld der Chinezen, etc. 14. De sabandharijen te Toeban en dies ressort, zonder somas of tjatjas, maar met de nogorij Troes en den inzaam der vogelnestjes uit de daarbij gelegen drie klippen of holen, Goa Troes genaamd, en de helling van het hoofdgeld der Chinezen, etc. 15. De uitgevoerd wordende rijst en padij te Grissée, Sidaijoe en Toeban. 16. De vijf gepriviligeerde amlioen of madat-kilten onder Grissée, Sidaijo en Lamongang, mitsgaders de vijf gelijke kitten onder Toeban, in den voorleden jare bij Bembang verpagt geweest, als: een te Toeban, » » Pranban, » » Jenoe, 1809. H. W. DAENDELS. 901 een te Karang Dowo, en » » Tambaijo, of te samen onder Grissée, Sidaijo, Lamongang en Toeban tien kilten. 17. De in- en verkoop en vervoer van aarde potten of zoogenaamde boeijongs. 18. De sabandharijen te Sumanap en op de eilanden Dalangoe, Kangiang, Sapoedie, Raaas, Giliang, Giliginling en Giliradja en bij allen dezelven een honderd en drie huis gezinnen en veertien antjengs padijvelden, nevens de heffing van hel hoofdgeld der Chinezen, etc. 19. De negen gepriviligeerde amfioen of madit-kitten onder het dislricl van Sumanap en de daaronder gehoorende eilanden. 20. De sabandharijen te Pnmakassan en dies ressort met de van ouds daarbij behoord hebbende negorij Kappong, item de bazaar te Tjitjeree en Waranta, zoomede een derde van het zout, dat in de negorijen Boender en Tjandie wordt gemaakt, nevens het hoofdgeld der Chinezen, enz. en dan nog zes en dertig somas of koppen, doch waartegen hij, pachter, gehouden en verpligt zal zijn aan den regent van dat district, tot tegemoetkoming voor de leverantie van de benoodigde vaartuigen tot den overbreng van producten voor den Lande naar het kantoor Grissée, jaarlijks te moeten uitkeeren eene somma van een honderd en vijftig Spaansche realen. 21. De vier gepriviligeerde amfioen- of madat-kitten in de districten van Maduia en Pamakassan. 22. De sabandharijen te Ranjoewangie en dies ressort op den ouden voel, niet de uitgevoerd wordende rijst en padij, ilem het hoofdgeld der Chinezen en wat dies meer is. 25. De gepriviligeerde amfioen- of madat-kit in het district van Ranjoewangie. 24. De drie gepriviligeerde amfioen- of madat-kitten in de districten van Rezoekie en Panaroekan. 28. De sabandharijen en de in- en uitgevoerd wordende 1809. H. W. DAENDELS. 902 rijst en padij ten eilande Baviaan met het hoofdgeld der Chinezen en wat dies meer is. 26. De gepriviligeerde amfioen- of madat-kit ten eilande Baviaan. 27. De in- en uitgevoerd wordende poeder-, pot- en kandij-suiker onder het ressort van den Oosthoek. En zulks op zoodanige, generale en speciale condilien en voorwaarden, als in den voorleden jare 1808 op de boven genoemde domeinen, paglcn en lollen van den Lande zijn geémaneerd en gearresteerd, respective hij publicatien van 18 Junij en 19 Octolter, mitsgaders bij billetlen van 25 Julij, 30 November en 16 December, welke alhier worden gehouden voor geinsereerd en dagelijks ten kantore van de respective prefecten en onder-prefecten voor ieder een te zien zijn; voorts met de volgende daarin nu nader gemaakte alteratien en ampliatien. Eerstelijk: dat de verpagting, evenals in den gepasseerden jare, zal geschieden in zilver geld, doch dat de betaling daarvan in de volgende proportiën en munlspetiën zal moeten plaats hebben, als: te Samarang de helfte in de bepaalde zilvere munlspetie en de andere helfte in koper geld met den agio van 110 percent op het zilver geld; te Tegal en Ie Paccalongang drie quart gedeelte in de bepaalde zilvere muntspetie en een quart in duiten, gelijk standig met het zilver geld te berekenen; te Japara drie quart in de bepaalde zilvere muntspetie en een quart in Japans koper geld met den agio van 110 percent op het zilver geld; te Rembang de helfle in de bepaalde zilvere munlspelie en de andere helfle in duiten, gelijkstandig met het zilver geld te berekenen; te Sourabaija de helfte in de bepaalde zilvere munlspelie, een quart in duiten, gelijkslandig met het zilver geld, en een quart in Japans koper geld met den agio van 110 percent; en op de overige plaatsen in den Oosthoek drie quart in 1809. H. W. DAENDELS. 903 de bepaalde zilvere muntspetic en een quart aan duiten, gelijkslaudig met het zilver geld. Ten lweede: dat alle vaartuigen, welke met lading van den overwal komen en volgens de wet alleen Samarang, Souralmija ea Grissée mogen aandoen, gehouden zullen wezen om, wanneer zij uiet geneegen zijn hunne aangebragte ladingen op eene dezer plaatsen te ontlossen en verkoopen en, alleen van pas verwisselende, daarmede naar de andere, kleindere plaatsen vertrekken, evenwel genoodzaakt zullen wezen van hunne aangebragte waren de verschuldigde tolgeregligheid te voldoen, zoonis zoodanige vaartuigen, welke, naar eene der voormelde drie plaatsen gedesliueerd, door zee-schade als anderzins genoodzaakt zijn andere, kleindere plaatsen aan te doen ; ea van de hooge overigheid permissie erlangd hebbende om aldaar hunne aangebragte lading te mogen verkoopen, zullen zij echter genoodzaakt wezen de bepaalde tolgeregtigheid aan den pagter van Samarang, voor zooverre Java's Noord Oostkust, en aan die van Sourabaija, voor zoo verre den Oosthoek betreft, te moeten voldoen boven de pagl, die zij bij invoer op zoodanig een plaats aan den pachter aldaar zullen moeten betalen. Ten derde: dat gelijkerwijs alle vaartuigen, welke van de hooge overigheid permissie mogten erlangen om van eene andere plaats als Samarang, Sourabaija en Grissée naar den overwal of elders builen het eiland Java te varen, genoodzaakt zullen zijn den tol van uitvoer aan de pagters als bovengemeld te voldoen boven de pagt, die zij genoodzaakt zijn aan de pagters van de plaatsen, vanwaar zij vertrekken, te betalen. Ten vierde: dat daarentegen alle vaartuigen, welke door zee-nood gedwongen zijn de eene of andere plaals aan te doen en ter reparatie hunner bodems de ingeladene goederen aan den wal moeten brengen, niet genoodzaakt zullen zijn, bij weder inscheping, wanneer geene goederen verkocht zijn, daarvan eenige tolgeregtigheid te betalen, maar zullen zoo danige goederen, na reparatie van zoodanig een bodem, weder 1809. H. W. DAENDELS. 904 vrij en frank naar boord mogen afgescheept worden; doch daarvan eenige goederen verkocht wordende, zullen dezelve aan de bepaalde lolgeregtighcid onderhevig zijn. Ten vijfde: dat alle goederen, welke eens ingevoerd geweest en waarvan de tolgeregligheid voldaan is, bij weder uitvoering aan geene tolheffing zullen ouderworpen wezen, mits zulks geschiedende naar de plaatsen, op dit eiland gelegen, dan wel na die, onder de possessie van hel gouvernement alhier sorterende, doch zulks na vreemde plaatsen buiten dese bezittingen plaats hebbende, zal daarvan de bepaalde tolge rechtigheid geheven worden. Ten zesde: dat onder de bij de 8' al'deeling van het 21 e artikel der generale pagl-conditièn vermelde Chinasche. Ja pansche of andere, in dezelve ongenoemde goederen niet begrepen zijn de van den overwal aangebragt wordende gambir, was, bindrottings en andere goederen, waarvan alleen de enkelde tol tol 8 percent mag geheven worden, maar dat artikel eigenlijk doelende is op alle goederen, welke door de Chinasche jonken en andere vaartuigen direel van China, Japan, Siain en andere plaatsen alleen te Batavia mogen worden aangebracht. Ten zevende: dat de bepaalde lolgeregligheid voortaan alleen op de uitgevoerd wordende rijst tot rd s 5 per koljang zal geheven worden zonder dat daarvan bij invoer ergens eenige pagt zal mogen worden gevorderd ; en dat voortaan ook onder deze pagt zal worden begrepen de padij, waarvan de pagt mede alleen bij uilvoer tol twee en een halve rd s , zilver geld, ter zwaarte van een koijang zal worden geheven en dus twee koijangs aan padij gelijk zullen slaan met een koijang rijst; doch zal de recognitie, welke daarvan a;in hel gouvernement moei betaald worden, wanneer dezelve niet van den Lande is ingekogt, zich uitstrekken tot vijf en dertig rijksdaalders, zilver geld, per koijang, namelijk wanneer dezelve naar den overwal, de eilanden der Baviaan daar alleen speciaal onder begrepen, wordt uitgevoerd; doch zulks van de eene plaats van het eiland Java naar de andere geschiedende, 1809. H. W. DAENDELS. 905 zal daarvan in het geheel geene recognitie aan het gouver nement betaald worden. Ten achtste: blijven de conditiën ointrend de amfioen- en madat-kitten evenals in den gepasseerden jare bepaald, doch /.uilen de pagleis daarvan geenc reclame van tegemoetkoming bij bet gouvernement mogen doen, bijaldien hetzelve niet in de gelegenheid mogle gesteld wezen hun de benoodigde hoeveelheid amfioen te kunnen bezorgen, maar zal aan bun de vrijheid worden vergund om, evenals in dezen jare aan den pagter van Samarang is toegestaan, zich zelven van dat heulsap te voorzien, onder zoodanige reslrictién, als daartoe reeds de bepalingen gemaakt zijn. Ten negende: dat de handel in de op Java gefabriceerd wordende suiker opengesteld zijnde, bij uilvoer van iedere pikol, hetzij poeder-, pol-, kandij- of andere suiker, twee rijksdaalders aan tolgeregtighcid zal betaald worden; doch zal daaronder niet begrepen zijn zoodanige qanlileiten, als de differente suiker-molenaars van de leverantie van het jaar 1808 nog aan den Lande verschuldigd waren en waarvan zij den 10l volgens in handen hebbende bewijzen reeds aan den Lande betaald hebben; en welke quantileiten zij dus daarop zonder betaling van eenige iinposl vrijelijk zullen mogen uitvoeren. Ten tiende: dat voor de kappas, waarin de handel almede gelijk bevorens is opengesteld, bij uitvoer naar den overwal of elders builen bet eiland Java rd s 4 per pikol, doch zulks van de eene plaats naar de andere op het eiland Java geschiedende, slechts de helft of rd s 2 per pikol aan tolge regtigheid zal geheven worden. Ten elfde: dat van de betaling van alle in- en uitgaande reglen bevrijd zullen wezen de tien pangloepoets-prauwen van hunne hooglieden, den Keizer en den Sullhan op Java, respeclive, welke volgens ouder gewoonte van Souraknrla en Djokjokarta naar den Oosthoek en van daar terug varen. Ten twaalfde en laatstelijk : zullen van alle in- en uitgaande reglen wezen geêximeerd alle soorten van levendig vee, als 1809. H. W. DAENDELS. 906 paarden, koebeesten, buffels, schapen, bokken, geiten, varkeus en alle soorten van pluiingedierlens, waarvan nog bij in- of uitvoer eenige 10l zal mogen worden gelieven. Zullende een ieder, die tol het aanslaan van voorschreven pagten megte genegen wezen, indachtig zijn om volgens hel 5 e artikel der generale pagt-conditiën de vereischte borgen ten genoegen der daarbij vermelde personen te stellen. Kn opdat niemand hiervan eenige ignorantie zoude kunnen pretenderen, zal deze allomme worden gepubliceerd en in de Hollandsche, (Jhineschc en gewoone inlandsche talen geailigeerd ter plaatsen, waar men gewoon is publicatiën en alïictiën te doen. Voor het jaar 1810 brachten deze verpachtingen 107,150 rijksdaalders meer op dan voor 1809, hoewel het met den Ooslhoek vereenigde Toeban daaronder niet begrepen was. In de voorwaarden waren vergelen de sjahhandarijen van Besoeki en Panaroekan, alsmede 6 in plaats van 64 opium killen vermeld, welke fouten door den prefect van den Oosthoek hersteld en wiens handeling op 50 November 1809 door de Regering geapprobeerd werden. De verpachtingen in het vroegere gouvernement van Java's N. 0. kust brachten op: voor het jaar 1808 (Gouverneur Engelhard) 212,057 : 24 rd' zilver geld, voor het jaar 1809 (Gouv. Gen. Daendels) 560,715:— » zilver geld, voor het jaar 1810 (Gouv. Gen. Daendels) 724,380: — » zilver geld. De Oosthoek alleen bracht voor 1810 op 288,975 rijks daalders of 61,035 rijksdaalders meer dan voor 1809; de verpachtingen van Losari tol Rembang, eveneens voor 1810, 435,405 rijksdaalders. 30 Seplenp ber. Verplaatsing van begraafplaatsen ie Haiavia. is goedgevonden en verstaan: 1809. H. W. DAENDELS. 907 Ten eersten : het Europeesche kerkhof, boven de post Rijswijk gelegen, van daar te verleggen en te verplaatsen tot even boven Tnna-abang, daartoe employeerende zeker stukje land, gelegen tegenover Daalzigl aan den Heerenweg en toebehoorende aan vijf inlanders; voorts, conform hel verzoek dezer eigenaren, het gedachte stukje grond van hun in ruiling te accepteeren legen zeker, den Lande toebehoorend stukje grond, PassirPoetie genaamd, nadat beide zullen wezen getaxeerd, ten einde het gouver nement zooveel toegeeft of ontvangt, als een van beide dezer stukjes land meer of minder zullen worden gepriseerd; onder bepaling voorders, dat voortaan op dit kerkhof in geen kelders zal mogen worden begraven, anders dan onder verplichting om de kelders bij begraviug telken reize geheel met aarde aan te vullen; en dat overigens, de lijken in kuilen begraven wordende, de graven vervolgens met eigen zerken zullen kunnen worden belegd. Ten tweede: de presente begraafplaatsen der Chineezen insgelijks Ie verleggen naar de post de Ketting, met quali licalie daartoe voor rekening van den Lande in te koopen een aldaar gelegen stuk grond, loebehoorende aan den gewezen binnen-regent van het hospitaal, Dekker, onder bepaling wijders, dat het gouvernement in dezen zal moeten worden geïn demneerd door den afstand legen betaling voor ieder graf, in evenredigheid van hetgeen deze grond heeft gekost, doch dat daarentegen aan zoodanige Chineezen, welke kunnen aan toonen binnen weinige jaren voor hunne familiën een graf op de oude begraafplaats aangekocht en met vele koslen aan gelegd te hebben, op bet nieuwe terrein gratis een plaats zal worden afgestaan 10l het aanleggen van een nieuw graf. Ten derden: de begraafplaats voor de Mooren en Arabieren Ie bepalen aan de Zuidzijde van de Groningergracht, buiten de rtrechlsche poort, aan de Westzijde van de aldaar gelegen leder-bereiderij; en daartoe te doen emploijeeren een door den majoor der Mooreu en Arabieren, bappa Sach Sech Vla- 1809. H. W. DAENDELS. 908 bieding, tot dat einde aangeboden, hem in eigendom toebe hoorend, aldaar gelegen stukje grond ter breedte van circa 50 en ter lengte van 60 roeden; met qualificatie wijders om, conform zijn verzoek, het voorschreven erf uit de krijgskas der Mooren lot een bekwame begraafplaats te doen approprieeren; terwijl de oude begraafplaats der Mooren en Arabieren, als laag bij den grond en in ongemetzelde kuilen zijnde, niet zal behoeven te worden geapplaueerd; doch Tën vierde: met hel verleggen van de begraafplaatsen der inlanders of Javanen nog vooreerst te supercederen en hun daartoe door het voorbeeld omtrent de andere begraafplaatsen voor te bereiden, niet last aan Schepenen en speciaal aan den president van dat kollegic, de inlandsche kommandanten en hooge priesters op dit voorbeeld wijzende, niels onbeproefd te laten om den inlander door middel van dezelve eene impulsie te geven van het nul en de noodzakelijkheid, welke in deze ver plaatsing gelegen is, en hun Ie insiuueeren om, tegen dat het verleggen der begraafplaatsen van de Europeërs, Chineezen en Mooren zal zijn voltrokken, als het ware uit eigen be weging mede tol eene verplaalsing van de inlandsche graven verzoek (e doen; en eindelijk. Ten vijfden : president en Schepenen van Batavia de executie van dit een en ander te demandeeren, met vrijheid om zoodanige nadere, bepaalde voordraglen te doen, als zij tol de uitvoering dezer bepalingen zullen noodig oordeelen. Op 26 October 1809 werd ler zake nader besloten: Ten eersten: het land Passer-l*oelie alsnn tegen het stuk grond, hetwelk voor het Europeesche kerkhof geprojecteerd is. (e verruilen, land om land, ler gemoedkoming van de eigenaren van gemelde stuk grond. Ten tweede: te accordeeren het voorgedrage verzoek van de Chineezen om het land van den gewezen binnen-regent van het binnen-hospitaal, Dekker, buiten bemoeienisse van den 1809. H. W. DAENDELS. 909 lande, voor eigen rekening in te koopen tot een vaste be graafplaats voor de lijken der Chineezcn. Ten derden: te bepalen, dal de daartoe henoodigde som tot 70000 rijksdaalders huu door de weeskamer alhier zal worden ter leen gegeven tegen den intrest van (5 percent 's jaars, onder generaal verband der personen van den presenten capitein en officieren, den oud kapitein Tan Japlong; en den oud luitenant Lie Tongong, benevens het lid van üoedel meesteren Gouw Tjouw Sieuw, in Boiidum. Ten vierden : te approheeren de door dezelve kapitein en ollicieren der Chineezen voorgestelde schikking om den kapitein Tang Peengko en de luitenants Lim Tian Seng en Souw Kongko en den oud luitenant Lie Tongong uit hun midden te commiteeren om het land en de daarop te maken begraaf plaatsen volgens de van oudsher daaromtrent leggende orders en gebruiken te administreoren, met speciale benoeming van den luitenant Lim Tian Seng tol kassier. Ten vijfden: almede te agreëren de bepalingen, door ge dachten kapitein Chinees c. s. voorgesteld, dat de geringe en onbemiddelde Chineezen een stukje grond van 8 voelen breedte en 12 voeten lengte voor een begraafplaats gratis zullen blijven genieten, doch dat degeene, die verkiezen hun graf te laten verbrecden of verlengen, zich onderwerpen zullen aan de ondervolgende betaling voor het fonds ter verevening van het geleend capitaal, te weten: voor een graf breed 12 en lang 24 voelen rd s 200 » » ij » 16 » » 52 » » 650 » 20 » » 40 » » 1600 en » hel grootste graf » 24 » » 48 » » 5600 terwijl ter voorkoming van fraudes en ongeregeldheden het strikt zal zijn geinlerdiceerd om twee of meer, naast mal kanderen leggende, kleine graven te zamen tot een groot graf te vereenigen, zooals soms wel is gepractiseerd. Ten zesden: te bepalen, dat op het capitaal van het ge projecteerde land 's jaars 5000 rijksdaalders in mindering zal moeten worden afbetaald, volgens aanneming van den kapitein 1808. H. W. DAENDELS. 91 Art. 14. Bij recusatie van eenig lid der rechtbank zal hier over hij het gerecht gedecideert worden en is de prefect gequalificeert, wanneer de realisatie wordt gewettigd, in plaats van zodanig lid een ander geschikt persoon te beroepen. Art. 15. In alle zaken decideert het gerecht liij meerder heid van stemmen en doet recht in naam en van wegen Zijne Majesteit den Koning. Arl. 16. lemand, onder de judicature van het gerecht sorterende en op eene behoorlijk gedane dagvaarding niet comparerende, zal ten tweeden male worden geappoincteerd en, dan nog nalatig blijvende, zal deswegens na exigentie van zaken worden gedecideert en de onwillige, des nodig, worden gecorrigeert. Arl. 17. Een ieder zal den eed voor het gerecht moeten presteren en dien overeenkomstig zijne godsdienstige begrippen mogen afleggen. Art. 18. In alle zaken zal de volgende proces-orde worden in acht genomen. Er zullen behoorlijke informalien ingewonnen en allen die geenen gehoord moeten worden, die van de questieuse zaak iets kunnen deposeeren: hierna zal de aangeklaagde worden geëxamineerd omtrent dat geene, wat tot zijn lasten is inge komen, waarna zullen worden gehoord al zulke personen en onderzogt al zulke omstandigheden, als waarop de beklaagde zich ten betoge zijner onschuld beroept, hetwelk echter mede van olïiciewege zal moeten geschieden. Art. 19. Na verhoor van den beklaagde en van de ge tuigen pro el contra zal er, voor zoover de getuigenissen variëren, deswegen confrontatie worden gehouden, waarna de getuigen, zooveel nodig is, hunne gegeven verklaringen zullen moeten beëedigen, hetwelk geschied zijnde, zal den beklaagde worden bekend gemaakt met zijne beschuldigers en met die personen, die in zijne zaak getuigenis hebhen gegeven, en hem tegens hun reproche worden gegund, waarna, zoo die wordt gedaan, hel nodige onderzoek zal geschieden, waarn>ede de enqaesten zullen zijn gesloten. 1809. H. W. DAENDELS. 910 en officieren der Chineezen, en dal na verevening van hol gansche capitaal hetzelve land als een particulier eigendom van alle de alhier remoreerende Ghineezen zal worden ge considereerd, om te blijven een permanente begraafplaats voor hun en derzelver landgeuooten; en Ten zevenden: alsnu op het instantig verzoek der Chi neezen, niet alteratie voor zoover van hel hesluit dezer regeering van den 5() en September jongstleden, met het ver plaatsen der graven van hunne iiaastliestaanden naar het ge projecteerde land en met bet applaneeren dier graven, voor zoovele door het uitsterven der familien niet reeds verlaten zijn, nog vooreerst te supercedeeren, uit aanschouw van de groote somma geld, aan een groot aantal derzelve bekostigd, en de moeielijkheid van de meeste eigenaren om actueel zulke begraafplaatsen op het nieuwe land ten eersten wederom op te bouwen, waartoe zij eershalven wel verpligl zouden wezen; doch onder deze bepaling nogtans, dat, om het heilzaam but, met het verleggen der begraafplaatsen in het generaal bedoeld, te bereiken, zij gehouden zullen wezen om de presente begraafplaatsen steeds te doen zuiver houden van alle ruigtens, vuiligheid of krengen en van hel stilstaand, slinkend water door het wederom in ren behoorlijken staat brengen van de afleidingen volgens besluit dezer regeering van den 6 e " Julij 17!kS: item ten eersten zullen moeien doen vernieuwen de twee bruggen, leggende over de groote rivier bij den Chiiieeschen tempel op Goenoeng-Saharie, zoomede bij conliiiuatie in een biuikbaren slaat te onderhouden den weg aldaar, benevens het zoogenaamde Drossers-pad, terwijl ook de boetens op hel lang boven aarde houden der "Chineesche lijken, bepaald bij besluit dezer tafel van den IS 9 " September 180;>, in volle kragt worden gelaten. 3 October. Wijziging van hel op 51 Maart 1809 vastge stelde reglement voor de Cheribonsclie Preanger-landen. Op eene missive van de regenteu van Limbangaug, Soe- 1809. H. W. DAENDÉLS 911 kapoen en Galoe. sortecrende onder de prefecture der Che rihonsche Preanger-regentschappcn, daarbij aantoonende de moeielijkheid ona aan de oppassers van don prefect het bepaalde getal rijstvelden uit te geven, nadien de inrichtingen daaromtrent geheel alieen ware van die van Java's Noord-Oost kust eu de ingezetenen, die in liet bezit van rijstlanden waren, daarop een zeker eigendom verkregen hadden; is besloten, ingevolge het verzoek van de gemelde regen len en het appui van den prefect, het twaalfde artikel van bet reglement van bestuur voor de Cheribonsche Preanger-regent schappen in zooverre te altereercu, dat, inslede van de af zondering van i '/ 2 jonk rijstland lot suslentatie van eiken oppasser van den prefect, gemelde oppassers door de regenten van Limbangang en Soekapoera in geld en door den regent van Galoe in padie zullen worden onderhouden, gerekend legen zes rijksdaalders, zilver geld, 's maands per hoofd; en deze bepaling te doen ingaan sedert de maand November 1808 voor de oppassers, welke van dien tijd af aan reeds dienst gedaan hebhen, en voor de overigen van den dag, dat zij zijn aangenomen. 5 October. Voorschrift nopens hél uilmodderen der grachten te Batavia. Is goed gevonden en verslaan de uilmoddering of zuivering der gragten in de stad, Zuider voorstad en de Chineesche campong, als ook de wegvoering der daarvan komende stol" qï spij/.e, te laten doen door de bewoners of, zoo de erven ledig staan, door de eigenaars der huizen en erven, die langs de gemelde gragten gelegen zijn, op eigen kosten, ter lengte van een ieders erf en ter breedte van de halve gragt, onder toezicht en directie van de respective wijkineesters en onder de nauwste surveillance van president en Schepenen, onder bepaling verder, dat de uitmoddering op dien voet zal moeten zijn geëffec tueerd onder ultimo van de aanstaande maand November, wanneer door president en Schepenen en corps, zoomede jaarlijks eens en overigens alle maanden door commissarissen van de 1809. H. W. DAENDELS. 912 maand, daarvan een accurate schouwing zal moeien worden ge daan en l»ij hevinding, dat cenige bewoners of eigenaren nalatig zijn in hel volbrengen van deze uitdieping, dezelve daartoe een en twee maal zullen worden aangemaand, doch daarvan geen effecte ondervonden wordende, de uildieping ter order van president en Schepenen voor rekening van de nalatigen zal worden gedaan; gelijker wijs deze uitdieping mede aan Schepenen zal incumbeeren, voor zoover betreft de mondingen der gragten in de openingen onder de wallen of sluizen, mitsgaders plaatsen, waar geen particuliere erven langs de gragten gelegen zijn, gelijk ter zijde van 's Lands boeijen, het stadhuisplein, enz. 5 October. Voorziening in rijslgebrek in de iiatavimdie ommelanden. Zijne excellentie, in aanmerking genomen hebbende, dat door de ongewoone droogte van het saisoen, niet alleen in verre de meeste strekeu van de ommelanden van Balavia een volstrekt misgewascb van rijst plaats heeft, maar ook de aauplanling van aardvruchten, welke was aanbevolen om aan dat gemis te subintreeren, om die zelfde reden niet is geslaagd, waardoor de bewoners van sommige districten zich geheel van voedsel ontbloot vinden; en overwegende, dat het gouvernement na de opgemelde, Ie vergeefs beproefde middelen om dit gebrek af te keeren, daarin door cene assistentie uil hare eigene pakhuizen, voor zover dit met de voorzichtigheid bestaanbaar is, behoort te voorzien lot tegemoetkoming van de goede ingezetenen en ter weering van alle onlevoorziene gevolgen, die uit hongers nood en daaruit te ontslane vertwijfeling zouden kunnen resulleeren; is besloten provisioneel en tot weder opzeggens toe, wekelijks, daar onder deze loopende week begrepen, ter disposilie van den drossaard der Bataviasche ommelanden te doen stellen twaalf koijang rijst om door hem onder de eigenaren der differente landerijen in gemelde ommelanden, alwaar hel 1809. H. W. DAENDELS 913 N.AIAAT-BOM DEEL XV. 5S voorschreven gebrek heerscht, volgens eene billijke repartitie, op de populatie der verschillende districten gegrond en pro rato der grootte van hel misgewas, te worden verdeeld, zullende deze rijst in het graan-magazijn op een bewijs van hem, drossaard, aan de landeigenaren volgens de daarin uitge drukte hoeveelheid moeten worden afgeleverd tegen dezelfde betaling in koper geld, als aan andere particulieren, die uit den bepaalden verkoop van rijst door [(resident en Schepenen worden gerieft: met last wijders aan hem, drossaard, om te zorgen en ten strikste te surveilleeren, dat van de gedachte rijst lot geen ander einde als 10l voeding van de ingezetenen in de bedoelde districten wordt gebruik gemaakt en daarvan nauwkeurige registers worden gehouden, mitsgaders weekelijks een pertinent rapport aan zijne excellentie wordtingezonden. 12 October. Verpachting van het kappen en leveren van brandhout uit de Krawangsche bosschen. Is goedgevonden en verstaan; 1° om hel kappen en leveren van liet brandhout uit de Crnnwangsche bosschen, voor zooverre die onder de Bataviasche ommelanden gehooren, onder ultimo December naastkomende voor drie jaren publiek te verpachten, onder zoodanige condities en voorwaarden, als noodzakelijk zullen zijn om de bosschen zelve in een behoorlijken staat te onderhouden en die met het kappen niet te ruïneeren; 2° om bij die verpachting den pachter te verplichten het vadem brandhout van 24 voeten lang, 6 voeten hoog en 2 voeten diep ter plaatse, • waar hetzelve zal zijn gekapt, aan de boorden der rivier ïjitarum of aan het zeestrand te verkoopen voor 8 rd", loopende munt, en te zorgen, dat daarvan altijd een genoegzame voorraad aan handen zij; 3° om verder een ieder vrijheid te laten hel aldus gekapte brandhout voor eigen rekening af te halen, hetzij (ol 1809. H. W. DAENDELÊ. 914 consumtio of om helzelve te Batavia te verknopen, doch de prijs daarvan te Batavia uiterlijk te liepalen op rd" 12, loopcnde munt, de vadem van 18 voeten lang, 0 voeten hoog en 2 voeten diep; en 4° om voorts tot het onderhouden ecner geregelde politie en justitie in hel gewezen Crauwangsche district, op Tjawang Boengien, als het meest geschiktste locaal, leggende hoven alle de onderscheide mondingen van de rivier Tjitarum, te plaatsen eenen onderschoul, welke tevens en speciaal zal zijn gechargeerd met hel opzicht over den houtkap aldaar, alles onder de directe hevelen van den drossaard en mede ondergeschikt aan den naaslhijzijnden schout. De voorwaarden der verpachting zijn den 19 in Ocloher 1809 vastgesteld, luidende: Art. 1. De verpagting zal geschieden voor drie jaren, gerekend van 1 Januari 1810 lot ultimo December 1812, en zal zich extenderen tot de houthosschen, welke bevorens door den gewezen depatlie van Crauwang aan den legen woordigen huurder zijn verhuurd geweest. Art. 2. De pagter zal de bosschen perceels-gewijze moeten kappen en daartoe die plaatsen uitkiezen en bezigen, die het meest volwassenen zijn of hem aangewezen zullen worden. Art. 3. Bij het kappen zal moeten worden geobserveerl, dat de oude en groole boomen hel eerste worden geveld; dat de boom, die geveld zal worden, bevorens van zijne takken zal moeten worden ontbloot; dat voorts de stammen van hoornen, die weder kunnen uitlopen, twee en een halve voelen boven den grond worden gekapt en dat de kap der/.elve schuins worde gedaan, zullende van die boomen, welkers stammen niet geschikt zijn om uit te schieten, de geheele slam en de worlels moeten worden uitgeroeid. Art. 4. Na hel kappen van bet houl zullen ile stammen der gekapte boomen mc( aarde moeten worden bedekt, hel gekapte houl klein gemaakt en naar de oevers der zee of rivieren worden gevoerd, opgestapeld en gedroogd. 1809. H. W. DAENDELS. 915 Art. 5. Voorts zullen de bosschen ter plaatse, waar gekapt is, moeten worden gezuivert eu schoon gemaakt van de ruigte, heestergewasch en afval en hetzelve ter plaatse, alwaar het gevonden wordt, moeten worden verbrand. Art. 6. De uilgckaple en andere ledige of open plaatsen in de bosschen zullen met jong plantsoen, jonge en goede stekken of bekwame pitten, na den aart der gronden, moeten worden aangevuld en beplant, bel jonge plantsoen behoorlijk worden gadegeslagen en in het generaal alles worden bewerk stelligd, wat tot bloei en welstand van de bosschen kan strekken. Art. 7. Wordende wel expresselijk geinterdiceert om op of in de uitgekaple plaatsen of bestekken padijvelden aan te leggen of andere gewasschen te planten, maar integendeel aan bevolen om de houlbosschen, zooveel mogelijk, uil Ie breiden en door bel daaraan trekken van nieuwe gronden te extenderen. Art. 8. Deze boulbosscben gesteld zijnde onder de sur veillance van den drossaard over de Bataviasche ommelanden, zal de pagler in alles moeien nakomen de orders en bevelen, hem door gemeldeu drossaard of in zijnen naam door de schouten te geven. Art. 9. De onderschout Ie Tjawang-boengin, belast zijnde met bet onmiddelijk opzigl over de gemelde bosschen, zal ten minsten vier maaien in het jaar en zoo dikwijls dit hem zal worden gelast of hij dit noodig oordeelt, de gemelde bosschen met den pagter of een door hem daartoe gequalificeerd persoon naauwkeurig inspecteren en toezien, of de pagter in alles aan zijne verplichtingen nopens hel kappen, zuiveren, aanplanten, enz. beantwoord en geëxecuteerd hcnfl de orders, hem bevorens gegeven, hiervan na volbragle opneem, (eiken reize, gedetailleerd rapport aan den drossaard inzendende. Art. 10. Gemelde ouderschout zal den pagler van lijd 10l lijd aanwijzen, welke perceelen moeien worden uitgeknpl en op welke wijze dit moet geschieden, zullende de pagler deze aanwijzing moeien volgen en bij hel vellen van zware hoornen dezelve in lijds van hunne zwaarste lakken onl- 1809. H. W. DAENDELS. 916 blooten en lieiieden aau den stam rondom inkappingen doen om hunne sappen te ontlasten, en daardoor het vellen, bewerken en droogen (e facilileren. Art. 11. De uitgekapte en nieuw aangeplante bestekken of perceelen zullen den vereiscliten lijd moeien worden gegeven om tot behoorlijken wasdom te geraken en bet kappen van jong hout ten ernsligsle worden tegengegaan, zullende alle de perceelen geregeld en bij afwisseling worden gekapt. Art. 12. In gevalle de bosschen te digt bewasschen zijn, zal de pagter ter dier plaatse de jonge hoornen, die de groei van andere belemmeren, moeten uilkappen en daarvan op andere ledige plaatsen op nieuw aanplant doen. Art. 13. De afhaal van brandhout op een permissie briefje van den drossaard vnor een ieder opengesteld zijnde, zal de pagter zorgen, dal aan de oevers der zee of van de rivier Tjitarum altijd een genoegzame voorraad van brandhont aan handen is, hetwelk aldaar door den pagter zal moeten worden verkogt en afgeleverd voor agt rijksdaalders, lopende munt, de vadem, lang 24 voeten, hoog 6 voelen en diep 2 voeten. Art. 14. Wanneer het mogt gebeuren, dat er geen voorraad van brandhout ter al'haal aan handen is, zal hierin, ten koste van den pagter, worden voorzien en voor zijne rekening het hout gekapt en aan de oevers afgeleverd worden. Art. IS. Degeenen, welke brandhout afhalen om hetzelve te verkoopen, zullen daarvoor te Batavia niet meerder mogen eisschen of neemen dan twaalf rijksdaalders, lopende munt, de vadem, lang 18 voeten, hoog 6 voeten en diep S voeten. Art. 16. Niemand zal buiten voorkennis ot permissie in de bosschen buut mogen kappen of in dezelven rondloopen. zullende hel den pagter vrijstaan, indien hij in de bosschen inlanders of Chineezen, die daartoe gcene bevoegdheid hebben, aantreft, die te apprehenderen en aan den schout over te leveren, wanneer dezelve na bevind van zaken zullen worden gestraft. Art. 17. In de bosschen zal geen vee mogen weiden op verbeurte van confiscatie. 1809 H. W. DAENOELS. 917 Art. 18. Het in deze bossehen gevonden wordende jatie hout zal buiten de pagt zijn en de pagler zich daarmede niel mogen bemoeien, veel min hetzelve kappen: zullende desvvegen nadere schikkingen worden gemaakt. Art. 19. Hiertegen zal de pagler niet ander werkhoul en bamboesen na welgevallen mogen handelen, zullende echter de groei en welstand daarvan, en vooral der bamboese stoelen, in allen deele moeten in het oog honden en door alle gepaste middelen bevorderen. Art. 20. Den pagter zal vergund zijn houtskolen te mogen branden en te verkoopen. Art. 21. Deze pagl alleen betrekking hebbende tot het kappen en leveren van brandhout, met hetgeen wat daartoe behoort, zal de pachter zich hiertoe alleen moeten bepalen, zonder zich met andere zaken, geen betrekking tot zijne pacht hebbende, te mogen bemoeien. Art. 22. Hij zal zijne boeijangers billijk en navolgens het met hun getroffen accoonl behandelen en betalen, om dezelven door een tegenovergesteld gedrag niet van zich te verwijderen en daardoor aan zijne verplichtingen in gebreke te blijven. Art. 23. De pagt zal alle maanden voor de aankomende maand bij den ontvanger-generaal te Batavia vooruit moeten worden betaald in brieven van credit. Art. 24. Voor zooverre het onder deze pagt gehoorcnde land en de aldaar wonende inlanders met eenige servituten zijn bezwaard geweest, zullen dezelve in hun geheel blijven. Art. 215. Wanneer bevonden wordt, dat aan eenige dezer conditiën niel na behooren wordt voldaan, zal de pagter deswegen gemulcleerd of van zijne pacht ontzet worden en bovendien gehouden zijn te betalen de schade, door zijn verzuim of slechte directie geleden. Zullende de pachter wijders bij het aanslaan der pacht ten genoege van het gouvernement twee borgen moeten stellen, die zich voor de nakoming dezer conditiën voor den pagter verbinden. 1809. H. W. DAENDELS. 918 Op den 26 C " October 1809 is goedgevonden »de scheiding van het gedeelte van het gewezen regentschap Crawang, hetwelk aan de Balaviasche ommelanden, en van het gedeelte, hetwelk aan het regentschap Sumadang is gevoegd, te bepalen door den weg, loopende van hel Noorder zeestrand omtrent regt Zuiden, beoosten de kampongs Piesang, Tjihoaija, Bolang en Sawa tot aan de rivier Tjitarum". 12 October. Bedreiging met de straffe des doods van alwie agio zoude nemen bij inivisseling van koper geld tegen credit-brieven. In den Oosthoek stelden de inlanders prijs op het hezit van duiten, ten gevolge waarvan deze muntsoort 15 pet. agio haalde hij inwisseling tegen zilver geld. Zie ook 19 September 1809. 14 October. Nadere toelichting lot den last, gegeven op 14 September 1809, tol hel opgeven van geld van iiithindigen. Nademaal ons is te voren gekomen, dat bij eenige execu teuren, curatoren en andere last hebbende personen, welke boedels of gelden, behorende aan uitlandige personen, beheren, twijfelingen ontstaan zijn, in hoeverre zij gehouden nioglen wezen tot en begrepen kunnen worden ouder de bij onze publicatie van den 14 en September jongstleden en de vroegere van den 2ü en Junij en W a .lulij 1808 gerequireerdc opgaven van gevolmagtigdens; en hieruit vermoedende, dat door som migen van dezelve bieraan niet zal zijn voldaan, zoo is het, dat wij op heden in Kade van Indië besloten hebben alle executeuren, curatoren en verdere last hebbende personen, die zich in het boven aangehaalde geval bevinden, als nog op te roepen (tin in den geest onzer opgemelde publicatie van den 14 en September laatstleden opgave te doen van de contante speciën en bet papiere geld, 't welk zij qualitate qua onder hunne administratie hebben, en wat daarvan ledig ligt en belegt of uitgezet is; 1809 H. W. DAENDELS. 919 zijnde len zelven dage almede in Rade van Indien besloten de gedagLe executeuren, curatoren en verdere last hebbende personen, zoomede de gevolmagligdens, executeuren en cura toren, die reeds aau de jongst gerequireerde opgaven hebben voldaan, Ie gelasten, zooals geschiedt bij dezen, nader in scriptis op te geven, hoeveel zij van de door hun uitgezette capitalen op hypotheek dan wel op simpele obligatie hebben beleend, onder verzekering teflens aan de gemeente tot der zelver geruststelling, dat, bij aldien den Lande in het geval inogi komen om over die gelden te willen disponeren, zij zich daarin bepalen zal tot de op hypotheek uitgezette capitalen en zal doen zorgen, dal de eigenaren van zoodanige hypothceken dezelfde sommen, welke zij daarop in leening mogten hebben opgenomen, van het collegie van Weesmeesteren te Batavia zullen kunnen obtineren, daar het te onderstellen is, dat de fondsen van de op hypotheek uitgezette capitalen naamwaardig genoeg zijn zullen om de opeisching der beleende gelden op simpele obligatien te kunnen menageren . terwijl wij wijders nog goedgevonden hebben de gevol magtigdens, executeuren en andere personen, die boedels of gelden van uitlandige personen beheren, te gelasten, zooals dezelve daartoe worden gelast bij dezen, om over de gelden, die zij als onuitgezet of ledig liggende hebben opgegeven of nog mochten opgeven, tot weder opzeggens toe niet te be schikken, voor zooverre het zilver geld reguardeerd en ten aanzien van bet papiere geld niet anders dan onder zoodanige precautien, dat het gouvernement, in gevalle van benoodigl heid, daarover binnen een a twee maanden, na voorafgaande aanzegging, zal kunnen disponeren; wordende lot het indienen der voorschreven opgaven een nieuw termijn gesteld van veertien dagen, gerekend van de afkondiging dezes, onder informatie, dat hiertoe ten huize van den heere Kaad-ordinair van Indie, mr. VV. van Hoesen, des Maandags. Dinsdags, Woensdags, Vrijdags en Zaterdags, des morgens van 8 tot 10 uren, door onze, bij gedagte publicatie van den \¥" September jongstleden en nu nader 1808. H. W. DAENDELS. 92 Art. 20. De enqnesten in forma probanli gebragt zijnde, zal het gehouden onderzoek ter deliberatie van hel gerecht worden gebragt en, met de vereischte attentie overwogen zijnde, op de zaak in questie zodanige dispositie of straffe worden toegepast, als na rechten zal behoren. Art. 21. De prefect zat de stemmen colligeren en de conclusie opmaken, welke hij aan den secretaris zal opgeven omme daarvan te coucheeren acte of sententie in forma. Art. 22. Na dat eenige sententie zal wezen geschept en geresumeert, zal dezelve hij het onderzoek worden gevoegd, waarmede het proces-verhaal in forma zijnde, hetzelve zal worden getekend en den Gouverneur Generaal aangeboden ten fine qualificatie te verleenen tot de executie of wel om daarin zodanig te disponeren, als hoegsldezelve oorbaar zal vinden. Art. 25. De Gouverneur Generaal fiat 10l de executie van eenig vonnis verleend hebbende, zal hetzelve door het gerecht worden geëxecuteerd, hetwelk allijd zal geschieden in de hoofdnegorij van ieder district, hij welke gelegenheid aan den volke in de gewone landtaal zal worden bekend gemaakt de misdaad van den voorgeslelden delinquant en de reden der slrafoeffening. Art. 24. Na afloop der executie zal daarvan, van wegen hel gerecht, onder aanbieding van een copie sententie, rapport worden gedaan aan den Gouverneur Generaal. Art. 2!'>. Zullende hel gerecht zich overigens, zooveel doenlijk, moeien houden aan de form van rechtspleging, dooi den souverein voorgeschreven. Art. 26. Aan een ieder wordt de vrijheid gelaten om, zoo hij vermeend, dat zijne zaak wordt gedilaijeerl of hem recht geweigert, bijden hogen Raad van justitie van Hollandsen Indien Ie verzoeken mandament van evocatie, waartoe in zulk een geval de prefect dusdanig persoon zal behulp zaam zijn. Art. 27. Gelijk in zelver voegen wordt gepermitteerd om. zoo iemand zich bij de form of wijze van procedeeren ge 1809. H. W. DAENDELS. 920 benoemde commissie zal worden gevaceerd en dal deze opgaven in hel hier voren bepaald termijn zullen worden ontvangen op Java's Noord-Oostkust, Cheribon en Bantam door de pre fecten en te Souracarta en Djocjocarta door de ministers aldaar. En opdat niemand hiervan onwelenheid zoude kunnen voor wenden, zal dezen, zoo te Batavia, als op Java's Noord-Oostkust, Cheribon en Bantam, worden gepubliceert en geaffigeert ter plaatse gebruikelijk. Zie ook ii/ 9 Louwmaand en 24 ll ooi maand 1810. 14 October. Regeling der Iraclementen van de officieren enz. der koninklijke en koloniale marine. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal, gezien hebbende de irreguliere wijze van betaling der tracte menlen aan de koninklijke en koloniale zee-ollicieren, alsmede aan de verdere equipage in dienst van deze kolonie, heeft besloten: 1° dal de koninklijke zee-officieren, dewelke op koloniale schepen of vaartuigen hunnen dienst prestoeren dan wel in eenige commissie in deze kolonie geëinploijeerd worden en niet 10l de rolle van eenig Europeesch schip behooren, genieten zullen hetzelfde tractement als de olficiercn van de armee, waarmede zij in rang gelijk staan; dan daar bij de marine de benaming van kapitein niet gevonden wordt, maar de opper-luilenanl dadelijk op den luite nant-kolonel is volgende, de officier, met dezen rang be kleed, het tractement zal genieten van kapitein bij de infanterie en eindelijk de extra-ordinair-luitenants ter zee, zoomede de kadets van de eerste klasse volgens de oude verdeeling en de kadets, die bereeds hun examen als lui tenant hebben afgelegd, dewelke zich thans nog in deze kolonie bevinden en als luitenants dienst doen, het trac tement als luitenant-effectief zullen ontvangen; dal het tractement voor de kadets van de tweede en derde klasse op 10 rd" 'smaands zal zijn bepaald; 1809. H. W. DAENDELS. 921 en dal van de chirurgijns, aan boord dienst doende, gc lijkstandig met de chirurgijns bij do armee, geëvenredigd na de klassen, waarin zij geplaatst zijn: 2" dat, het corps koloniale zeeolficieren alsnog niet georga niseerd en dus onder hunne vorige benamingen van ka pitein, kapitein-luitenant, luitenant en sous luitenant steeds bekend zijnde, hunne tractementen provisioneel zullen ge nieten, evenredig aan den rang, dien zij ten opzichte van de armee bekleeden, als: een kapitein van de 1""' klasse dat van luitenant-kolonel, » » » »2° » » » kapitein, » kapitein-luitenant » » t in luitenant, » luitenant » » » terwijl een sous-luitenant, hoewel rang hebbende naast den jongslcn luitenant bij de armoe, zal genieten 45 rd' en de kadets, evenals die van de koninklijke marine, 20 rd* 's maands; 5° dat de tafelgelden zullen blijven, zooals die bij besluit van den 9 C April 1808 zijn bepaald, met deze uitzon dering, dat de commandeerende officier van gewapende vaartuigen, dewelke langs de kusten van Java kruizen of op de onderscheiden reeden gestationeerd zijn, niet meer zullen genieten dan drie rijksdaalders daags, zullende het volle tafelgeld alleen gevalideerd worden voor de reizen naar de groote Oost ofte eenige andere reizen dan wel kruisposten buiten het eiland Java; i" dat de maand-gagien voor de verdere qualiteilen zullen bepaald zijn, als volgt: schippers a rd" 40, zilver, 's maands, konslapel-majors » » 25, » » konstapels » » 15, > » opper-stuurlieden » » 40, » • tweede stuurlieden » » 30, » » derde » » » 25, » » vierde » » ■ '20, » » sluurmans-lcerling » » 10, » » 1809. H. W. DAENDELS. 922 bootsman a rd' 22, zilver, 's maands, bootsuians-maat » » 16, » • schieman » • 20, » ■ schiemaiis-iiiaal » •> 15, » ■ provoosten » » 12, » opper-timmerman » » 40, » » tweede timmerman ■ » 25, » » derde » » » 15, » • eerste kuiper » » 15, » n tweede » » » 12, » » eerste smit » ■> 15, » » tweede » » » 12, » » opper-zcilmaker » » 25, » tweede zeilmaker • • 20, » , scheeps-koks » » 20, » • koks-maat » » 10, » » bottelier » » 20, » botteliers-maat » » 10, » » kwartiermeester » » 13, » » matrozen der l sle klasse... » » 9,. » » » o 2 e •••••/«• n n » » s<!5 <! »...»" 5, *> n 5' en dat de tractemeulen van de olïicieren, kadets en chirurgijns zullen betaald worden in dezelfde ïiiunt-speciön, als aan de olïicieren van de armee geschied in de divisie, waaronder zij behooren, zonder onderscheid, of zij deze traetementen onder een andere divisie ontvangen. Op 19 November 1809 is hierin deze verandering gebracht, dat de traclenienten van de opper-luitenants bij de konink lijke marine en van de kapiteins 2' klasse bij de koloniale marine bepaald werden o|> 250 rijksdaalders 'smaands; en op 16 Wijnmaand 1810, dal de blokmakers 20 rijksdaalders, zilver geld, 's maands zouden genieten. Zie ook 1 Oogstmaand en 25 Wintermaand 1810. 1809. H. W. DAENDELS 923 15 October. Reglement voor de generale secretarie. Art. 1. De werkzaamheden zullen wezen verdeeld tusschen een commies en drie gezwore klerken. Art. 2. De commies zal, onder de surveillance van den griilier, speciaal gechargeerd zijn met de generale expeditie, zoowel voor het eiland Java, als voor alle de buiten-kantoren in Indien. Art. 5. Hij ontvangt uit handen van den griffier alle minuut-besluiten, aanschrijvingen, orders, enz. en geeft daaraan een prompte expeditie. Hij houdt daarin zoodanige directie, dat zaken, die het meest presseeren, voor andere, die minder spoed vereischen, worden geëxpedieerd en vraagt in geval van twijfeling daarover het gevoelen van den griffier. Art. 4. Hij zorgt, dat de aanschrijvingen en besluiten, zoo circulaire, als andere, voor de prefectures en kantoren, buiten het eiland Java gelegen, werwaards niet altijd direct gelegenheid ter verzending is, dien onverminderd, zoo kort mogelijk, nadat hij dezelve heeft ontvangen, in duplo of triplo worden vervaardigd, geteekend en weggelegd of naar den Oosthoek of andere plaatsen ter verdere expedtie afgezonden ten einde bij eerst opkomende occasie altijd ten eersten geëxpedieerd te kunnen worden. Art. 5. Hij houdt van alle brieven en papieren, zonder uitzondering, die verzonden en geëxpedieerd worden, een ac curaat register. Art. 6. Hij. let ten nauwsten op het collationeeren der papieren, daartoe gebruikende zoodanige der suppoosten, als voor de collatie de meeste geschiktheid hebben. Hij excuseert echter daarvan, zooveel mogelijk, den gezworen klerk, welke hier onder met het houden van den index zal worden gechargeerd. Art. 7. Hij beeft wijders het generaal toezicht over al bet werk van de secrelarie en doet van den voertgang van bel vaste werk elke week schriftelijk rapport aan den griilier, met aantooning van de vorderingen, daarmede in de afge loopen week gemaakt. 1809 H. W. DAENDELS 924 Art. 8. Aan den eersten gezworen klerk zal zijn opgedragen het fonneeren van den index of het alphabetisch-register op de werkzaamheden van zijne excellentie en zorgt, dal dezelve niet den dag wordt effen gehouden. Art. 9. Dezelve brengt en houdt de archieven van de griffier onder een accuraat generaal register en beantwoord alle requisilen van papieren, welke door zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal, de secretarissen gene raal, den grillier of andere daartoe gequalificeerde personen gedaan worden. Arl. 10. Hij zal trachten het achterstallige aan den index, zoo spoedig mogelijk, effen te maken en zal gedurende den tijd, dal hij hieraan werkzaam is, zooveel mogelijk, geëxcuseerd zijn van alle andere werkzaamheden. Art. 11. De tweede gezworen klerk zal wezen gechargeerd met het inbinden en, zooveel noodig, registreeren van alle afgaande papieren. Art. 12. De derde gezworen klerk is gechargeerd mol het inbinden en regislreeren van alle aankomende papieren. Arl. 17). De tweede en derde gezworen klerken presteeren zich tot de collatie of andere, spoed vereischende werkzaam heden, waartoe de commies hen zal requireeren. 18 October. Kennisgave, dal voor wacht-prawcen géene gelden meer zouden worden toegestaan. Bij circulaire werd aan de hoofden van gewestelijk bestuur op Java (hehalve Itanüim) medegedeeld, dat liel aanhouden van dergelijke prauvven in strijd was met de op V September 1808 vastgestelde organisatie van Java's N. O. kust en met die van Cheribon. 19 Oclober. Voorschrift nopens verstrekkingen ler leen uil 's Lands magazijn. Is goedgevonden en verstaan te bepalen, dat voortaan geen ammunitie of andere goederen, aan wie hel ook zoude mogen 1809. H. W. OAENDELS. 925 wezen, uil 's Lands magazijn ter leen zullen worden afgestaan, lenzij om bondige redenen en in dal geval niet anders dan onder behoorlijke cautie de restiluendo ten einde daardoor te erilceren de verliezen, welke den Lande daarbij anders veel malen komt te lijden. 19 Üctober. Verpachting van den minzaam" ea den uilvoer van zout Ie Pakis en van da opium-kil aldaar. CONDITIKN, navolgens welke door de administrateurs-generaal, ten overslaan van den drossaard over de Balaviasche ommelanden, op den 15™ November 1809, des mor gens ten 9 uren, in het stads heeren logement pub/iel.' zal worden verpagt de pagt op de inzaam en uitvoer van hel zout te Pak/des, nevens het houden van een amfioen-kil aldaar, sorterende onder de ommelanden van Batavia. Arl. 1. De verpagting zal geschieden voor drie jaren, ge rekend van 1 Januarij 1810 tot ultimo December 1812. Art. 2. De handel in zout en de afhaal van dien van Pakkies voor ieder opengesteld zijnde op een permissie-briefje van den drossaard, zal de pagler dit in geenen deele mogen belemmeren, maar de in- en opgezelenen aldaar volkomen vrijheid laten om hun zoul te verknopen aan diegeenen, welke zij zullen verkiezen, zonder hun te verplichten dit aan hem, pagter, of de zijnen Ie moeten leveren. Arl. 5. De pagter zal verantwoordelijk zijn, dat geen zout, noch eene meerdere quantiteil van hetzelve worde uitge voerd, dan door den drossaard schriftelijk is gepermitteerd, om hierdoor allen ongeoorloofde» handel tegeir te gaan. Arl. 4. Bij den inzaam van het zout zal de pagter van de in- en opgezelenen mogen heden een vijftiende van het ingezamelde zout in natura of van iedere koijang zout van 240 gantiugs voor pagt zestien gantings. Art. 5. Hier boven zal de pagter bij den uitvoer van de koopers nog mogen heffen een tiende vau hel uitgevoerd 1809. H. W. OAENDELS. 926 wordende zout, mede iu natura, of van iedere koijang zout van 240 ganlings voor uitgaande rechten vier en twintig ganlings. Art. 6. Het zout zal moeten worden in- en uitgemeten met gewoone gantings, die op Batavia geëikt zullen zijn, en zal het zout niet in de ganting mogen worden gestampt of gedrukt, noch die maat opgehoogl, maar in de ganting worden geworpen en gelijk met den rand moeien worden afgestreeken. Art. 7. De pagler zal voorts, onder wat benaming ook, niets meer van de in- en opgezetenen mogen vorderen, dan hem hij art. 4 is geaccordeert. Art. 8. De pagter, noch iemand anders, zal de inlanders eenige voorschieting in gelde op het aanstaande gewas, onder wat benaming of pretext ook, mogen doen, sub poene van nulliteit. Art. 9. Hij zal na den regentijd de inlanders aanmoedigen om hunne zout-pannen, zoo spoedig doenlijk, te bewerken om in Ujds met het prepareren van zout een aanvang te kunnen maken, en bij onwilligheid hiervan kennis geven aan den drossaard. Art. 10. De pagler zal de in- en opgezetenen moeten aanmoedigen om op daartoe geschikte plaatsen nieuwe zout pannen aan te leggen en de leverantie van zout hierdoor en door andere gepaste middelen moeten bevoordeelen en doen vermeerderen. Art. 11. De pagler zal nopens de hij hem in pagt zijnde amfioen-kit zich gedragen na de Balaviasche pagt-conditiën en de bepalingen, deswegen gemaakt, en omtrent dezelve van die prerogativen jouisseren, als aan de bazaars zijn ver gund, zonder iels meer te mogen vorderen of eischen. Art. 12. Het terrein voor den pagler, zijne wooning, op stallen, amfioen-kit, enz. zal blijven, zooals hetzelve thans is, en niet mogen worden uitgebreid. Art. 13. De pagt zal alle maanden voor de aankomende maand bij den ontvanger-generaal te Balavia vooruit moeien worden belaald in brieven van crcdiel. 1809 H. W. DAENDELS. 927 Art. 14. Voor zooverre de onder Pakkies gehooreude en aldaar woonende inlanders niet eenige servituten zijn be zwaard geweest, zullen dezelve in hun geheel blijven. Art. 18. Wanneer bevonden wordt, dat aan eenige dezer conditifin niel na behooren wordt voldaan, zal de pagter deswegeu gemulcleerd of van zijne pagt ontzet worden. Art. 16. Zullende de pagter wijders bij het aanslaan der pagt ten genoegen van hel gouvernement twee borgen moeien stellen, die zich voor de naarkooming dezer cundiliën voor den pagter verbinden. 19 October. Verpachting van zes opium-kilten langs de Tji-tarnem. CONDITIEN, navolgeus welke door de administrateurs-generaal, ten overslaan van den drossaard over de Balaviasche ommelanden, op den 15 en November 1809, des mor gens ten 9 uren, in het stads heeren logement, publiek zal worden verpngt het houden van zes am/ioen killen, gelegen aan de rivier Tji-tarum, welke be vorens onder het regentschap Crauwang hebben gehoorl en thans tot de ommelanden van Batavia zijn gevoegd. Art. 1. De genoemde anifioen-kitlen zijn: Sinkel, Kadaun, Moara-Blatjang, de Troessan, Moara-Gembong en Batoe-Jaija, alle welke in eens verpagt worden voor een jaar of van 1 Januarij tot ultimo December 1810. Art. 2. De pagter dezer amfioen-kilten zal zich moeien gedragen na de Balaviaschc pagt-condiliën en de bepalingen, deswegen gemaakt: zullende hij nopens deze amfioen-kitten van dezelve prerogativen jouisseren, als aan de bazaars zijn vergund, zonder iels meer te mogen vorderen of eischen. Art. 3. Het terrein bij iedere amfioen-kit zal blijven, zooals hetzelve thans is, en niet mogen worden uitgebreid. Art. 4. De pagter zal de onderscheiden amfioeii-killen wel in bet bijzonder mogen verhuuren, doch alleen voor de 1809. H. W. DAENDELS 928 pagl. aanspreekelijk zijn en in alle gevallen voor de huurders moeien caveren. Art. 5. De pagt zal alle maanden voor de aankomende maand hij don ontvanger-generaal te Dalavia vooruit moeten worden betaald in brieven van crediet. Art. 6. Zullende deze pagt subject blijven met die ser vituten, als met welke dezelve tot dusverre mogte zijn bezwaard geweest. Art. 7. Wanneer bevonden wordt, dat aan eenige dezer condiliën niet na behooren wordt voldaan, zal de pagter deswegens gemulcleerd of van zijne pagt ontzet worden. Art. 8. Zullende de pagler wijders bij het aanslaan der pagt, ten genoegen van hel. gouvernement, twee borgen moeten stellen, die zich voor de nakoming dezer conditiën voor den pagler verbinden. 19 October. Regeling der werkzaamheden van den onder schout Ie Tjabang-boengin. Is goedgevonden en verstaan hem, boven zijne gewone werkzaamheden, op te dragen het speciaal opzicht over het kappen en leveren van brandhout, item alles, wat tol den bloei en welstand van de houtbosschen kan strekken, zoo mede hel speciaal opzicht uver het prepareeren en afleveren van het zout te I'akkies volgens de daarvan gemaakte be palingen, de pachters stiptelijk houdende aan de condiliën, op welke die beide domeinen zullen worden verpacht; en hem, uilhoofde vau die meerdere werkzaamheden, toe te leggen een maandgeld van rd B 75. 19 October. Intrekking van hel traclemeiU, enz. van den Directeur-generaal. Is goedgevonden in te trekken het tegenwoordige trac tement, 't welk de heer directeur-generaal nog geniet als Raad van Indien, daar, niet alleen h<>l traclemènt van den direcleur-geneiaal bij de nieuwe instructie is bepaald, maar 1809. H. W. OAENOELS. 929 FLIIAIT-BOKI DEKL XV. 59 dal van Raad van Indien behoord te vervallen als een nood zakelijk gevolg der instructie voor Gouverneur Generaal en Raden, volgens welke de directeur-generaal geen Kaad van Indiè" is. 19 October. Vermindering der vendu-onkosten met I j l pet. Vermits de al'schallïng bij de nieuwe instructie van de generale directie van het '/, percent van het verkoops be dragen der verkocht wordende koopmanschappen en producten, 't welk de ambtenaren van de generale directie 10l hiertoe plegen te genieten tot augmentalie van hunne vasle inkom sten, is goedgevonden en verstaan hel gemelde '/, percenl voor taan niet meer lot laste vau de koopers Ie doen declareeren. 19 October. Eed-formulieren voor den Aivocaal-fiscaal run Indiê en voor den griffier van den Hoogen Raad van justitie. Deze formulieren zijn wel vernield gevonden, maar niet aangetroffen. 19 October. Regeling der sommen, Ie voldoen aan het Chineesche-hoBpitaal Ie Batavia door Chineesche offi cieren aldaar bij hunne benoeming als zoodanig. Is besloten tot ondersteuning en onderhoud van het Chi nees hospitaal alhier te bepalen, gelijk bij dezen bepaald word, dat voortaan, bij de aanstelling van Chineesche officieren, aan het voornoemd hospitaal in eens zal worden betaald in pa pieren van crediet de navolgende bepaalde, sommen gelds, als: door een kapitein der Chineezen 1001)0 rd*. ■ » oud-kapilein der Chineezen 6000 » » ■> luitenant - » 3000 • » » oud-luitenanl » » 2000 » Volgens Daendels, Staal enz., bladz. 66, betaalden vroeger de 1808. H. W. DAENDELS. 93 graveerd raogle vinden, deswegens zijn beklag aan het gerecht en, hier geen gehoor krijgende, aan den Gouverneur-Generaal te mogen doen. waarop, na kennisneming der zaak, na le lijkheid zal worden gedisponeert. Art. 28. Vau geene der senten tien van het gerecht zal appel worden geadinitteerd, len ware de Gouverneur Gene raal uil eigen beweging of op verzoek van de belanghebbende dit zoude willen gelnslen of permitteeren, vvanueer hoogst dezelve de zaak tevens aan die rechthank zal reuvoijeren. als aan welke de herziening zal worden opgedragen. Art. 29. De prefect zal van lijd tot tijd van de ver richtingen vau het gerecht rapport doen aan den Gouverneur Generaal en hoogstdenzelven, des begerende, hel archief moeten presenteeren. Art. 30. De prefect zal als voorzitter van het gerecht in Rade van Indien en de leden aan handen van den prefect l>ij de eerste zitting den volgenden eed presteeren: »Ik helove en zweere Zijne Majesteit den Koning als mijnen «hoogen en doorluchligen souverein, mitsgaders den Gou verneur Generaal en de Iladen vau Indien gehouw en ge o trouw te zullen zijn; dat ik mijn amht als lid van het gerecht «over de Jaccatrasche en Preanger hovenlanden ter goeder «trouw en niet alle vlijt en naarstigheid zal waarnemen: dat »ik, zoodra eenige misdaden of vermoeden van misdaden tot • mijne kennisse zullen zijn gekomen, daarvan zonder uitstel »en, zooveel mogelijk, de rechte waarheid zal trachten op te »sporen en doen hetgeen mijn amht vereischen zal: dal ik «daarin zal te werk gaan en mij in hel recht spreken ge odragen niet alle oprechtheid, eerlijkheid en onzijdigheid, zonder »de schuldigen of zijne vrienden en hegunstigers te ontzien en »zonder de onschuldigen te kwellen: dat ik nimmer over »eenige zaak zal composeren of gedogen, dat dit door anderen •worde gedaan, zonder voorkennis en toestemming van den «Gouverneur Generaal: dat ik na mijn uiterste vermogen zal «hevorderen, dat hinnen de jurisdictie van het gerecht de in •gezetenen van niemand eenigen overlast of geweld worde 1809. H. W DAENDELS. 930 kapiteins-Chinees aan Gouverneurs-Generaal, gouverneurs en residenten tot 100,000 rijksdaalders, in den vorm van ge schenken, Zie ook 6/10 Lentemaand 1810 en 15 Julij 1811. 19 October. Reglement op de afschrijving van onder wichten en minderheden of spillage. Art. 1. Alle minwigten zullen, als hieronder bij art. 11 aangewezen is, worden vergoed door den incuniberende, terwijl de overwigten en de mindere dan de hier navolgende bepaalde te vallen spillagien len bale van den Lande moeten komen; wordende op dien voet aan de scheeps-overheden voor den vervolge tot gpillagie gepermitteerd: aluin 5 zegge drie percent, boter 5 •> vijf » cadjang 100 ft van ieder coijang. camphur Japans. 3 zegge drie percent, caneel, zie specerijen, cardemon "2 » twee » catoen "2 » » » caijer 3 » drie » coffijboonen 2 » twee » » Cheribonsche.... "2 ti'van ieder picol van 150 ffi, dranken in bottels of flessen 2 zegge twee percent, » » vaatwerk 6 » zes » foelij, zie specerijen garioffel uageleD, zie spece rijen, gommen 3 » drie percent, harpuis, inlandsch, los ont vangen wordende 10 • tien » idem in zakken 6 » zes » harpuis, Europisch 6 » zes » koper, bij aanbreng uit Japan, het kistje van 121','j IC te 1809. H. W. DAENOELS. 931 verantwoorden tegen 120 ft, dus IVs £' van i e( ' er kistje, waarvan 1 ft voor de scheeps-ovcr heden en 2 / 6 ft voor de ad ministrateurs te rekenen, nagelen, zie specerijen, noten inuscaateu, zie spece rijen, olij 8 zegge acht percent, peper. ■ 2 » twee » » van Palembang en Ban jennassing 4 » vier pik 4 » vier poetjoek 5 » drie » radix china 2 » twee » rijst 100 ft van ieder coijang, salpeter 6 zegge zes percent. sappanhout 2 » twee » sloolplaaten 1 '/i " een en een half per cent, specerijen in zoorl, namelijk nagelen, nooten en foelij, hiervan mag hij tekort bevinding maar een percent afgeschreven en het overige moet, op de huiten-kantoren voorvallende, de scheeps-overheden op reekening gesteld worden, tot nader dispositie van deze regering, spek t» zegge vijf percent, spijkers 1 ■ een » staal 1 • een » suiker, poeder of candij.... 3 • drie tammerinde 4 » vier theer 8 » agt • tin Vs " een a B sle percent, vleesch 8 zegge vijf percent, was 3 - drie » ijzer 1 V» " een en een half per cent, 1809. H. W. DAENDELS. 932 zout 10 zegge tien percent, zwavel 5 » vijf » Art. 2. Bij overbreng van het eene kanloor naar het andere onder dezelve prefecture of commandement dan wel naar een nabij gelegen kanloor of wel van deze hoofdplaalse tot Sourabaija zal maar een derde van de vorenstaande onderwigten ol spillagie worden gevalideerd. Art. 5. De bediendens op de buiten-kantoren zullen deze bepaling niet mogen Ie boven gaan, schoon de meerdere spillagie door ongewone toevallen zonder schuld en plicht verzuim der overheden mogte veroorzaakt wezen, maar dezelve, met hetgeen zij tol hun verschooning kunnen inbrengen, aan deze Regering overwijzen en intusscheii liun rekening met zoodanig meerder minwigt of spillagie belasten. Art. 4. In de verantwoording der ladingen zullen de ka piteins ol' gezagvoerders voor twee derde en de op hun volgende of eersle officier voor een derde aanspreekelijk zijn. Art. 5. Bij te min bevinding van equipage-goederen of houtwerken zullen deze artikelen met twee kapitalen advans en de anderen met tfü percento boven het uitkoops kostende vergoed worden. Art. 6. Onbekwame of verslctene gereedschappen, hoe ook genaamd, moeten zonder de minste spillagie verantwoord of vergoed worden, ten ware met voldoende bewijzen aangetoond wordt, dat daarvan builen des iucumherendes toedoen of door zijn nalatigheid iels is te zoek geraakt. Art. 7. Wanneer eenig bederf door gebrek aan voorzorge of loezicht veroorzaakt wordt, zal de des incuniberende het bedragen dier goederen met een kapitaal advans of 50 percento boven de uitkoops waarde moeten vergoeden. Art. 8. Bedorven provisien zullen niel dan op speciale last dezer Regering afgeschreven worden. Art. 9. Voorts zullen aan de administrateurs en pakhuis meesters, zoo hier, als op de bniten-kantoren, de volgende spilla gien en onderwigten, invoege bij artikel 1 bepaald is, worden gevalideerd, als: 1809. H. W. DAENDELS. 933 1809. H. W. DAENDELS 934 Art. 10. Alle deze spillagien en onderwigten zullen niet eerder mogen worden afgeschreven, dan wanneer de geheele hoeveelheid, die op eenmaal is aangebragt, zal afgeleverd zijn of wel dat de boeken gesloten worden; en zal, wanneer de bevonden spillagie de bepaling te hoven gaat, daarvan geen afschrijving geschieden buiten qualificalie van deze Re gering, zonder welke ook geen bij dit reglement niet ge permitteerde minderheden zullen kunnen afgeschreven, nog hoegenaamd eenige verandering of overschrijvinge in de ad ministralie-boeken gedaan worden. Art. 11. In gevalle er meer dan de gepermitteerde spillagie te min bevonden is, zullen de incumberende administrateurs of pakhuismeeslers boven de bepaling of vergoeding, bij art. 5 en 7 vastgesteld, na exigenlie van zaken gestraft worden. Terwijl bij tekortkomst van graauen de vergoeding met 50 percento boven de marktprijs zal moeten geschieden. Art. 12. Bij het openen der kisten, sockels, baaien of zakken met specerijen zullen door den directeur-generaal te benoemen, afwisselende gecommitteeidens tegenwoordig 1809. H. W. DAENDELS. 935 zijn, welke het wegens hunne verrichting uit te brengen bericht, des gevergd, mei eede moeten staven. Arl. 15. Inzelver voege zal bij het garlmleren der nolen muscaalen worden gehandeld. Art. 14 In den aanslaande zullen de administrateurs en pakhuismeesters alle kasten, baaien, sockels, balijs, enz., welkers inhouden zij niet zuiver kunnen ontvangen, zeer nauwkeurig bruto moeien wegen, zoodanig opslaan en daarvan nette weeg-lijsten houden om bij de alleveriug of afscheping voor rekening van den Lande, wanneer alles weder eerst bruto zal moeien worden gewoogen en insgelijk opgeschreven, te kunnen dieneti ler hunner verantwoording, terwijl zij bij (uilvangst van kasten, baaien, etc, welke niet wel zijn ge conditioneerd of daar bet bruto gewigt eenigzins aanmerkelijk verscliild. verpligt zijn dadelijk, zonder dezelve alvorens te bergen, rapport te maken aan den hoofd-administrateur van het departement van Batavia. Art. 15. De administrateurs en pakhuismeeslers zullen in den vervolge de manufacturen en andere goederen, welke voor rekening van den Lande in kasten of anders afgepakt en alzoo verzonden worden, ten nauwkeurigste ter hunner verantwoording bruto doen weegen en die kasten, pakken of anders, behoorlijk genomineerd zijnde, met dit gewigt beschrijven. Art. 16. Ook zullen de administrateurs en pakhuismeeslers van het geborgene in en afscheep uit ieder pakhuis,lombong of andere bergplaats afzonderlijk aantekening moeten houden en bij ledig vallen derzelve den hoofd-administrateur voor noemd kennis geven. Art. 17. Ook zullen de administrateurs en pakhuismeesters moeten verantwoorden alle fusten, kasten, kisten, baaien, sockels, zakken en alles wat tol afpakking en emballage, gelijk tot berging van dranken, enz. gediend heeft en alzoo in de pakhuisen gekomen is. Art 18. Eindelijk worden de respective administrateurs en pakhuismeesters verantwoordelijk gesteld voor alle ver- 1809. H. W. DAENDELS 936 richtingen in de hun aanhetrouwde adminislralien en voorts in kragt gelaten de verder daaromtrent en successive ge stelde orders op de huishouding derzelve, als of die hij dit reglement waren bepaald, voor zooverre deze daartegen niet aanloopende zijn. Zie ook 2 Lentemaand 1811. 19 October. Instructie voor den Directeur-generaal van 's Konings /inantiën en domeinen in Azië. Art. 1. De directeur-generaal is belast met de generale directie over alle zaken, zijn vak betreffende, en moet speciaal het opper-loezicht houden over de linantien en de administraties onder het ressort van Zijne Majesteils bezittingen in Indien. Zijn rang is bepaald bij de instructie van Zijne Majesteit den Koning voor den Gouverneur Generaal en de Iladen van Iniliën en deszelfs tractement op rd" 25000, half zilver en half papier, met intrekking van het half percent op den generalen verkoop. Art. 1. De directeur-generaal zal onder zich hebben een administrateur-generaal, een hoofd-administrateur voor ltalavia. waaronder Bantam en Cheribon gerekend, een hoofd-administra teur voor de kantoren, buiten hel eiland Java gelegen, een voor de administratie van Samarang en een voor die van Sourabaija. Art. 5. De werkzaamheden van ieder dezer ambtenaren zijn bepaald bij afzonderlijke instructien. Art. 4. De directeur-generaal zal zelve alle ordonnantie» voor gelden tekenen en de wissels accepteren en doen uitbe talen, welke gebaseerd zijn op besluiten der hooge regering en voor dewelke hij, directeur-generaal, dan ook verantwoor delijk wordt gehouden. Art. 5. Aan den directeur-generaal wordt de magt toege kend om alle verkoopen te mogen doen na de daar leggende en door de hooge regering gemaakte bepalingen, prijzen en proportien, zonder daartoe eenige verdere qualilicatie benoodigt 1809. H W DAENDELS. 937 te hebben ; doch ointrcnd de inkoopen /.al hij, direcleur-generaal, daartoe niet mogen overgaan zonder vooraf het consent van den Gouverneur Generaal Ie vragen, die als dan beoordeeld, of hel poinct in deliberatie bij ilc hooge regering dient ge hragt Ie worden of niet: wordende de directeur-generaal speciaal verantwoordelijk gehouden voor de opvolgingen in dezen. Art. 6. De direcleur-generaal zal hij verkoop van producten daarvan eene schriftelijke ordonnantie aan den adniinislraleur generaal geven, niet bekendslelling van de tiuanliteit en pro portie der verkogle producten, legen welke prijzen, in welke specie de betaling, aan welke persoon de aflevering en in welk vaartuig de aflading moei geschieden, latende de verdere expeditie daarvan over aan den administrateur-generaal en hoofd-administrateur, die zulks aangaat. Arl. 7. In gelijker voegen zal hij groote inkoopen van amlioen, Hjwaten, provisien en andere artikelen daarvan op gelijke wijze de inkoop aan den administrateur-generaal bekend gemaakt worden, die vervolgens daaromtrent de verdere orders moet stellen. Art. 8. De directeur-generaal zal voer de invordering van s Lands pretensien zorpen en om geene consideratien hoege naamd eenig uilslei van betaling verlenen, zullende geene ordonnantien van betaling langer dan drie maanden uitstel mogen velen, na welken lijd hij verplicht zal wezen dezelve aan den Gouverneur Generaal op Ie geven, ten einde daarmede na gelang der zake gehandeld worde. Art. 9. Aan den directeur-generaal wordt de magt toege kend om ler inzameling der producten van hel eiland Java zoodanige middelen te beramen, als hij teu meeslen nutte zal vermenen Ie behooren, zonder daartoe vooraf het consent van den Gouverneur Generaal benoodigt te hebbeu, mits de vragtlonen echter uiel snrpasserende, welke daartoe volgens de wet bepaald zijn. Art. 10. In zelver voegen zal de direcleur-generaal de magl hebben om alle zaken en betalingen, het huishoudelijke be- 1809. H. W. DAENOELS. 938 treffende, zonder eenige verdere qualificatie af te doen, echter altoos in het oog houdende, dat alle zijne handelingen ge baseerd zijn op aulhorisatien van het gouvernement; eenige zaken daar huiten lopende, zal hij dezelve vooraf aan de decisie van den Gouverneur Generaal voordragen. Art. 11. De directeur-generaal zal zijne attentie speciaal gevestigd hehlien, dal alle de huilen-kantoreu, zoowel als de prefectures op Java en de adminislratien alhier, van het be noodigde voorzien en daartoe in lijds zich de aanvragen door den administrateur-generaal laten opgeven, ten einde de belangens van den Lande door ontijdige voorzieningen niet verwaarloosd worden. Art. 12. Ten dien einde zal hij door den administrateur generaal eene gereguleerde correspondentie laten onderhouden met de vier hoofd-administrateurs, ten einde zich van alles, hetgeen tot zijn post eenige hetrekking heelt, hehoorlijk Ie laten informeren. Art. 15. De administrateur-generaal volgens zijne instructie verplichl wezende om op de rapport-, dan wel andere, daartoe te bepalene dagen eene nota aan den directeur-generaal voor te leggen van alle al' te doene en reeds afgedane zaken, zal hij, directeur-generaal, in margine van ieder zijne decisie en annotatie moeten hekend stellen en met de eerste leller zijner naam tekenen en aan het einde der afgehandelde poinclen met zijne gewoone handtekening bekrachtigen, ten hlijke, dat alle de daarin vermelde zaken ter kennisse van hem. directeur-generaal, gehragt zijn, houdende de directeur generaal het duplicaat van zoodanige nola's onder zich ter zijner informatie en nnrigt. Art. 14. De daarbij voorkomende poincten decideert de directeur-generaal navolgens de hepaalde wetten en hckomene aulhorisatien, doch zaken, waarin geene dispositien genomen zijn, draagt hij voor aan den Gouverneur Generaal, welke beoordeelt, of de decisie daarvan aan de hooge regering dient voorgedragen Ie worden of niet, hetzelve daarna deciderende. Art. 15. Op alle de berichten van den administrateur- 1809. H. W DAENDELS. 939 generaal wegens uitgeleverde ladingen, over en te min be vondene goederen, zoo in de vaartuigen, als administratien, beantwoorde requisilen, als anderzins stelt de directeur-generaal de noodige voordraglen aan den Gouverneur Generaal in, daarbij in het oog houdende dezelvcn kort en duidelijk voor te stellen, ten einde daarop eene directe decisie kunne vallen; met dezen verstande, dat alle zaken, waarvan de vergoedingen klaar en duidelijk aangetoond zijn, dezelve zonder eenige verdere authorisalie, door die zulks incumbeert, laat geschieden, doch die. waarin eenige twijfelingen voorkomen, zal hij, directeur-generaal, als dan aan den Gouverneur Generaal ter verdere decisie aan de hooge Indische regering moeten voordragen. Art. 16. Het benoemen van commissien, zoo tot den opneem, als examinatie en afleveren van goedoren, als anderzins, is op voordragt van den administrateur-generaal aan den directeur generaal gedemandeert. Art. 17. Den directeur-generaal is de magl toegekend om ten allen tijde, zoowel in de gröote geldkamer,'sLands kassa, als de verdere administratief! van gelden, goederen en papieren, opnemen te doen of te laten doen, zonder daartoe vooraf eenige aulhorisatie te vragen. Volgens hel l e artikel der instructie, door Zijne Majesteit den Koning aan den Gouverneur Generaal en Kaden van Indien gegeven, hel uitvoerend gezag aan den Gouverneur Generaal zijnde toegekend, volgt hieruit, dat ondergeschikt aan den Gouverneur Generaal de administratie van de domeinen en linantien den directeur-generaal compcleerl, zonder dat dezelve in zaken, welke op vigerende weiten, besluiten, in structien en reglementen steunen, noodig heeft telkens het welbehagen der hooge regering in te nemen; dan om de hooge regering au fait le stellen van alle handelingen en verriglingen van de generale directie zal de directeur-generaal maandelijks verplicht wezen aan de hooge regering aan le bieden een ver slag van het onder zijne directie in die tijd verhandelde en daarbij moeten voegen de restanten der differente kassen en 1808 H. W. DAENDELS. 94 «aangedaan, en inzonderheid, dat dit niet geschied door eenige «suppoosten of dienaren, en dat ik, zooveel in mij is, zal in »achl nemen de wetten en instructien, voor dit gerecht reeds "gemaakt en nader te maken". Art. 31. Mede zal de secretaris hij zijne aanstelling in Rade van Indien den volgenden eed alleggen: »lk heloove en zweere Zijne Majesteit den Koning als mijnen •hoogen en doorluchtigen souverein, mitsgaders den Gouverneur «Generaal en de Raden van Indien gehouvv en gelrouw te «zullen zijn; dat ik mij in het werk, aan mij toevertrouwd, •ia allen opzigte getrouwelijk en eerlijk zal gedragen; en dat »ik, zooveel in mij is en mij zulks aangaat, zal nakomen en »in acht nemen de instructie voor het gerecht over de Jac »calrasche en Preanger bovenlanden, reeds gemaakt en nader »te maken''. Zie ook 16 Junij 1808. 9 Augustus. Reglement voor de wogen-verhuurders. Art. 1. Er zullen twee commissarissen over de wagen verhuurders wezen, die alle twee jaren zullen verwisselen; eerst de oudste wagen-verhuurder met den jongslen te zamen twee jaren, daarna de oudste op een na mei den jongste op een na en zo vervolgens, aan dewelken de zorg en het toezigl word opgedragen om de wetten, tol hunne aflaire betrekkelijk gestatueerd, stipt te doen nakomen en de overtredingen daarvan aan den secretaris van Heemraaden, als collecteerende de wagen pacht en het oorgeld der paarden, aan te geven. Art. 2. Opdat de wagen-verhuurders eikanderen volgens derzelver verkreegen patent niet zouden benadeelen, word hun uitdrukkelijk verboden, ingevolge de publicatie van 4r Pe bruarij 1802 cu vorige ordonnantien, geene meerdere wagens te mogen laten rijden, als het bepaald getal, hetwelk ieder bij zijn verkreegen patent is toegestaan of naderhand daarbij is geaccordeerl geworden; ook zullen zij daarenboven geene wagens laten rijden, als die met het thans gebruikelijke merk voorzien zijn. 1809. H. W. DAENDELS. 940 der producten, zoowel alhier te Batavia, als op de verdere prefeclures van hel eiland Java en verdere plaatsen, voor zooverre die mogten ingekomen zijn. Art. 18. Om de drie maanden, en wel onder ultimo Maart, ultimo .liiinj. ultimo September en ultimo December van ieder jaar. zal de directeur-generaal aan den Gouverneur Generaal moeten overleggen ecu tinautielen staal van het gouvernement generaal, nevens de vooruitzichten voor hetzelve in de aan slaande drie maanden, daarbij de voordragten doende van voorzieningen bij mankement aan een emplooi), ingeval van overhebbende fondsen, alsmede jaarlijks een staat en de voor uitzichten cmfreul alle de possessien van Zijne Majesteit in Indien. Art. 19. De directeur-generaal zal zijne attentie steeds laten gaan op alle vakken van administratie en bij ontdekking van eenige afwijkingen hetzelve doen redresseren: en eenige poinclen van redressen of verbeteringen voorkomende, zal bij daarvan den voorslag aan den Gouverneur Generaal moeien doen. Bij aldien in deze instructie eenige poincten, de generale directie bel rellende, mogten geomitteerd wezen, dan wel an dere, waar omtrend de directeur-generaal eenige ophelderingen verlangt, zal hij zich len dien einde schriftelijk aan den Gouverneur Generaal addresseron. 19 October. Instructie voor den administrateur-generaal. Art. I. Mij is direct onder den directeur-generaal belast met het op- en toeverzicht over hel linautiele en admini slrative. Art. 2. Mij zal den rang hebben boven de inspecteurs-gene raal en een jaarlijks Iraelement genieten van vijftienduizend rijksdaalders, half zilver en half papiere geld, zonder eenig verder genot van het bevorens toegelegde van het half per ceulo op den generalen verkoop. Art. 3. Hij is, nevens de hoofd-administrateur voor Ba- 1809. H. W. DAENDELS. 941 lavia, verantwoordelijk voor de groole geldkamer en dient daarvan gezamelijk een weekelijks rapport, zoo aan den Gouverneur Generaal, als directeur-generaal, doende daaruit geene betalingen, dan op ordonnantien van den directeur generaal. Art. 4. l)e adminislrateur-geueraal laai zich in tijds dooi de differente hoofd-administrateurs opgevendebenoodigheden, zoo van gelden, als goederen, welke lot de differente depar tementen en admintstralien vereischl worden, len einde de voordragten tor voldoening daarvan aan den directeur-gene raal Ie kunnen doen, welke voordraglen gebaseerd moeien zijn o|> volstrekte noodzaakelijkheid of bepaalde reglementen, onder aantooning, ten welken einde die aanvragen gedaan zijn en hoeveel daarvan in het laatste jaar verbruikt is ge worden Art. 5. Ten dien einde zal bij eene gereguleerde corres pondentie moeten onderhouden mei de vier hoold-adminislra teurs, van dezelve alle informaties requirerende, als in zijn vak benoodigdt zijn. Art. (>. üe voorstellen 10l inkoopen of aanbestedingen, op deze opgaven gebaseerd, aan den directeur-generaal gedaan en van dezelve daarloc de vereischte qualificatie ontvangen hebbende, draag l de administrateur-generaal de executie daarvan op aan den hoofd-administrateur, wien zulks in zijn departement incumbeert. Art. 7. De voldoening der generale eisschen voor de hoofd administrateurs van Java en de builen-kan toren, door den directeur-generaal volgens de wel geapprobeerd en 10l de voldoening de vereischte autorisatie erlangd hebbende, ver deelt de administrateur-generaal dezelve onder de differente administrateurs, zoowel bier, als op bet eiland Java, en char geert, een ieder in zijne betrekking, tot de voldoening en overzending derzelve, surveillerende, dat daaraan met alle mogelijke expeditie voldaan worde. Art. 8. Ten dezen aanzien is de administrateur-generaal indachtig om alle artikelen, welke van de hoofdplaats Batavia 1809. H. W. DAENDELS. 942 naar de buiten-kantoren moeten verzonden worden, af te scheiden van die, welke van Java moeten voldaan worden, en de verzending der eerslgemelde aan den hoofd-administra teur van Balavia op Ie dragen en de overige aan die der adminislratien van Samarang of Sourabaija, voor zoo verre zulks hun departement betreft, indachtig zijnde, dat de admi nistratie in den Oosthoek mede den prefect aldaar regardeert. Art. 9. Bij verzendingen van goederen, enz. van hier naar de liuiten-kantoreu informeert de administrateur-generaal den hoofd-administrateur van dit departement, ten einde door dezelve de afpakking der goederen, derwaards te zenden, worde gesurveilleerl en alle uoodige maatregelen genomen worden, dat er geen minderheid in de kasten, balen en fusten kan plaats hebben. Art. 10. De administrateur-generaal recommandeert de differente hoofd-administrateurs van bij de afpakking en afzending van goederen de vereischle precautien te nemen, ten einde de minderheden in de kasten, balen en fusten voor te komen, voor dewelke zij, zoo daarmede niet na de be paling gehandeld is, verantwoordelijk zullen worden gehouden. Art. 11. De administrateur-generaal is, behalve dal, belast met de zorge voor de differente inkoopen, nanlicstedingeu, publieke verkoopingen en inhuringen van schepen, het gou vernement-generaal betreffende en niet speciaal de differente hoofd-administrateurs regarderende, en waarvan hij dan ook in tijds de noodige voordraglen aan den directeur-generaal moet doen. Art. 12. Bij groote inkoopen voor het gouvernement generaal, hetzij van amfioen, lijwaten, enz., adsisteert de administrateur-generaal bij de examinatie en proponeert de commissie van de hoofd-adminislrateurs en andere personen tot den ontvangst derzelve aan den directeur-generaal, daarbij in 't oog houdende bij zoodanige voordragten de meest ge schikte personen voor te slellen en hierin te volgen het besluit der hooge regering van den 28 ïn September 1809. Art. 13. Bijaldien bij de ontvangst van zoodanige inge- 1809. H. W. DAENDELS. 943 kogte goederen een commissie, hetzij van den administrateur generaal of de hoofd-administrateurs, dan wel andere personen, zal moeten gevoegd worden, zal de administrateur-generaal hetzelve op de ordonnantie moeten bekend stellen, ten einde zulks door den hoofd-administrateur geobserveerd worde. Arl. 14. Ten einde de administralcur-gcneraa) van den staal, zoowel van de adniinislralien alhier, als op de prefee lures van Java en verdere plaatsen buiten hetzelve, behoorlijk geïnformeerd zij, zal hij ten zijnen kantoren doen houden een generaal restant-boek, waarin onder ultimo van iedere maand zal moeten in- en afgeschreven worden alle zoodanige alteratien, als er gedurende den loop dier maand in de differente kassen en adminislralien hebben plaats gehad, daarbij enkel korleling verhandelende het in de maand daarbij gekomine of afgegane en zich refererende aan de bijlagen, die daartoe afzonderlijk in banden zullen moeten gebonden en genummeieert worden, ten einde uil zoodanig restantboek alloos blijken kan, hoedanig de restanten der kassen, zoowel als der producten en andere goederen op ieder der onder scheidene plaatsen geweesl zijn. Art. )5. De commissaris der marine, de chefs der artillerie, de commissaris der houtwerken en de magazijnmeester der hospitalen zullen aan den administrateur-generaal maande lijks moeten inzenden de restanten, welke zij onder ultimo van iedere maand van equipagie-goederen, aininunilie-goederen, houtwerken en medicijnen onder hunne administratie hebben, ten einde bij het vermeld restant-boek ook Ie kunnen ver handeld worden de voornaamste artikelen derzelve en het restant der voornaamste dezer artikelen daarbij ook zal kunnen blijken, terwijl omtrent de overige artikelen de restanten bij de reslanl-lijslen zullen kunnen nagegaan worden. Arl. 16. In zoodanig boek zal dus ook, terstond na de afzending van eenige gelden of goederen naar eene der buiten-kantoren of plaatsen op het eiland Java, hetzelve daarbij moeten verhandelt worden, ten einde bij ontvangst der restant-lijsten onder ultimo van iedere maand te ont- 1809. H. W. DAENDELS. 944 waaien, of Je derwaards gezondene goederen aldaar behoorlijk ontvangen en ingenomen zijn, len einde bij ontdekking van eenige omissie daarvan direct aan den directeur-generaal kennis te geven. Art. 17. Alle kas-ordonnantiën, bevorens teu kantore der generale directie verhandelt en opgemaakt, worden voortaan op hel kantoor van den administrateur-generaal opgemaakt om door den directeur-generaal geteekend te worden; terwijl de eersle suppoost, der génerale-directie, evenals voorheen onder den directeur generaal, voortaan onder den adniini- Blrateür-generaal zijne werkzaamheden zal moeien verrichten en ondergeschikt zijn. Art. 18. De administrateur-generaal, van den directeur generaal eene schriftelijke ordonnantie bekomen hebbende van eene plaats gehad hebbende verkoop van producten of andere goederen, laai daarvan direct de kas-ordonnantie ter betaling in kas formeren om door den directeur-generaal geleekend Ie worden, en expedieert vervolgens een order aan den hoofd-administrateur, met bekendslelling, uil welke pakhuizen dekoopwaren moeten afgeleverd worden, die daarop de verdere ordonnanliën van afscheep laat expediëren. Art 19. In gelijker voegen zal er mei den inkoop van goederen in hel groot, nis daar is, amh'oen, lijwaten, provisien, equipagie-goederen of anderzins, gehandeld worden, waarna de hoofd-administrateur van Italavia voor de distributie der goederen aan de differente administratie!), zoowel als voor de ontvangst, de verdere zorge zal moeten dragen; wordende echter geene kas-ordonnanliën van betaling voor de geleverde goederen opgemaakt dan op de berichten van de admini strateurs, dat dezelve behoorlijk in hunne adminislratiën ontvangen zijn. Art. 20. De bevinding der uitgeleverde ladingen, zoowel als het over en Ie kort, worden door de hoofd-administrateurs, ieder in hun departement, aan den administrateur-generaal ingediend en door denzelven geëxamineerd en de voorstellen ter verevening aan den directeur-generaal ingediend. 1809. H. W. DAENDELS. 945 PLAIAAT-BOEI DEKL *Y. 60 Art. 41. De beantwoording van alle requisiten, door den Gouverneur Generaal, de hooge regering en den directeur generaal te doen, moeten door den administrateur-generaal geschieden en zal hij zich ten dien aanzien behoorlijke elucidatien en inlichtingen laten geven door de hoofd-admini stratenrs en verdere ondergeschikte ambtenaren en bediendcns. Art. 2'2. Van alle zaken, waarop de decisie van den directeur-generaal moet gevraagd, dan wel andere, waarvan drzelve dient geïnformeerd te worden, formeert de admini strateur-generaal nota's, op halver blad in duplo geschreven, om op de rapport- of andere dngen aan den directeur-generaal aan te bieden en noteerl in margine de dispositien, welke dezelve daarop neemt; latende iedere dispositie door don directeur-generaal met de eerste letter zijns 's naams en aan het einde met zijne gewoonc handtekening bekrachtigen ter zijner verantwoording; moetende de administrateur-generaal op zoodanige nota altoos het eerst die posten brengen, welke op de vorige nota onafgehandelt zijn gebleven. Art. '15. Gelijker wijze zal de administrateur-generaal zijne handelingen met de hoofd-administrateurs alhier, zoowel als zijne correspondentie met de adminislratien van Java, moeten houden en alle hunne voorstellen, aanvragen en rapporten schriftelijk moeten behandelen, zijne dispositien in margine stellende, en met de eerste letter van zijn naam teekenen en aan hot einde met zijne gewoonc handtekening hekragtigen, houdende het duplicaat dezer nola's onder zich ter zijner informatie en naricht. Art. 24. Alle charter partijen, contracten en aanbeste dingen, voor zooverre hel gouvernement-generaal aangaat en niet sorteert onder het ressort van de respective hoofd administrateurs, worden door den administrateur-generaal inge steld en aan den directeur-generaal ter approbatie aange boden. Art 25. De administrateur-generaal is alleen belast met de bewaring van alle secrete papieren en borgtochten en ton aanzien dezer laatste speciaal gechargeerd, dat dezelve 1800. H. W. DAENDELS. 946 behoorlijk gepasseerd en bij overlijden of vertrek van den eenen of anderen gesuppleerd worden. Art. 26. Hij is bij transport van de differente adminislra tien, hetzij door sterfgeval of plaalsverwisseling, indachtig om daarbij de vereischte commissien aan den directeur-generaal voor te slelleu, zoowel als onder ultimo December tot den gene ralen opneem; zullende de actens van commissien in deze gevallen ten zijnen kantore moeien worden opgemaakt. Art. 27. Hij surveilleert alle de administratien, bebalven die der artillerie, marine, houtwerken en medicijnen, en zorgt, dat in dezelve alles na de bepalingen en reglementen behandelt worde. Art. 28. Hij surveilleert hel effen houden der finantie- en domein-boekeu onder den hoofd-administrateur van Balavia, zoowel als de pakhuisboeken ouder de differente administra teurs, zorgende, dat dezelve steeds effen zijn. Art. 29. Hij surveilleert de executie van alle gegevene orders en doet alle huishoudelijke zaken af, die in zijn departement behoren, houdende een ieder met fermiteit lot zijne plichten. Art. 50. Alle generale aanvragen van Europische, Chinasche en Japansche goederen, vice-versa, worden door den administra teur-generaal opgemaakt en aan den directeur-generaal inge diend, latende zich daartoe door den hoofd-adminislraleur en anderen de vereischte opgaven doen. Art. 51. De facturen of cognossementen van ladingen na Europa, China of Japan en de west van Indien worden alleen ten kantore van den administrateur-generaal opgemaakt en getekend, doch alle overige worden door de differente hoofd-administrateurs, ieder in hunne betrekking, opgemaakt, getekend en gedepecheerd. Art. 52. Hij houd verder een wakend oog op alle de belangens van het gouvernement onder zijn ressort en duld geenzins, dat van de orders en reglementen, door de wel bepaald, door iemand eenige afwijking geschiede. Arl. 53. Alle misbruiken, die hem mogten voorkomen, 1809. H. W. DAENDELS. 947 zal liij, adminislrateur-generaal, verplicht wezen terstond Ie redresseren eu daarvan vervolgens aan den directeur-generaal opgave te doen, gelijker wijze hij ook alle middelen van redres en verbeteringen, des voorkomende, in zelver voegen zal moeten aanwijzen en voordragen. Art. 54. In deze instruclie eenige poinclen zijnde geomit teerd dan wel andere voorkomende, waaromlrend hij eenige opheldering verlangd, zal hij daartoe schriftelijke aanvrage aan den directeur-generaal moeien doen. Art. 55. Hij zal bureau moeten houden in bet gouverne ments-huis en, bijaldien het locaal voor het direcleur-generaals kanloor daartoe niet voldoende mogle zijn, zal hij daartoe de aanvrage aan den direcleur-generaal moeten doen. Art. 36. Hij zal omtrent de suppoosten en bediendens, zoowel op zijn bureau, als op die van de hoofd-administrateurs, de noodige voorstellen van veranderingen, vermeerderingen of verminderingen aan den directeur-generaal in geschrifte moeten voorstellen, daarbij de meeste zuinigheid zouder ver waarlozing van het werk betrachtende. Art. 57. Hij zal bij de aanvaarding van zijne bediening doen den navolgenden eed: Ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Holland als mijnen hoogen en doorluchtigen souvereiu, mitsgaders den Gouverneur Generaal en Kaden van Indien gehouw en getrouw te zijn; dat ik mij met alle vlijt en naarstigheid zal kwijten vau de verplichtingen, die mij bij mijne instructie zijn voorge schreven of nog voorgeschreven zullen worden; dat ik de belangens van de Gnantiën en domeinen, die aan mij loebetrouwd zijn, zal voorstaan en behartigen met alle zêle en trouw, geen geschenken, giften of gaven van iemand zal aannemen of gedogen, dal door mijne huisgenooten of andere aanhorigen aangenomen worden; omtrent de in en verkoopen steeds met de strikste eerlijkheid zal te werk gaan, mitsgaders waken tegen alle afwijkingen van de nieuwe organisatie der generale directie, dan wel tegen de misbruiken. 1809. H. W. DAENDELS. 948 die ik in eenige deelen van dezelve mogt ontdekken, zonder mij daarvan door eenige consideratien, van wat natuur ook, te laten terug houden; en dal ik mij overigens in deze mijne betrekking gedragen zal, zooals een vroom en getrouw ambtenaar toestaat en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig. 19 October. Instructie voor den hoofd-administrateur van hel departement der (iroole-Oosi en buiten-han toren. Art. 1. De hoofd-administrateur voor de groote Oost en huiteu-kantoren is belast met het toeverzicht over de ad ministratien van ieder derzelve. Art. "1. Zijn rang is bepaald boven den hoofd-administra teur van Samarang en geniet een jaarlijks tractement van rijksdaalders 9000, hall' zilver en hall' papiere geld, zonder eenig verder genot in het bevorens toegelegde een huil percent op den generalen verkoop Art. 5. Zijne residentie is te Batavia en houd zijn bureau in het gouvernements huis. Art. 4. Alle de linantie- en domein-boeken, zoowel als die der administratien of pakhuisen van de respective buiten-kan toren, worden door hem nagegaan, bevorens die aan de generale rekenkamer worden afgegeven, ten einde hij ontdekkingen van afwijkingen van de orders daaromtrent terstont de voor stellen ter redressering aan den administrateur-generaal in te dienen. Art. 5. Hij doet in tijds de noodige aanvragen der Ie ver zendene goederen naar de differente builen-kanloren, dezelve baserende op de bepaalde reglementen en werkelijke benoo digdheden, zonder oppervlakkig de eischen te volgen, welke van daar gezonden worden, en diend dezelve aan den admi nistrateur-generaal in. Art. 6. Bij zoodanige aanvragen zal hij de artikelen moeten onderscheiden, welke van hier en Java moeien verzonden 1809. H. W DAENDELS. 949 worden, liereekenende de scheepsruimle, die daartoe, zoowel van hier, als van daar, ler transportering der gevraagde ar likelen beuoodigd is, doende de voorstellen ter executie van 'iet een en ander aan den administrateur-generaal. Art 7. Ten einde de eischen, van de differente buiten kantoren gedaan wordende, te kunnen nagaan, of dezelve op wezenlijke benoodigdheid en de aan dezelve toegestaane bij bepaalde reglementen gebaseerd zijn, zal hij op zijn bureau doen houden: een boek, waarbij de bepalingen van gelden en goederen voor de onderscheidene buiteii-kantoren vermeld zijn; een van de restanten, welke zich aldaar bevonden hebben, waarbij de artikelen gevoegd, welke op de aanvrage derwaards gezonden zijn, daarentegen afgeschreven wordende, hetgeen gedurende den loop van een rond jaar navolgens de be paalde orders daarvan verbruikt mag of kan worden; en een derde, waarop de benoodigdheden voor een rond jaar daarna worden geregeld, op welke basis de hoofd-administra teur voormeld dan ook alle zijne aanvragen voor de buiten kantoren zal moeten baseren. Art. 8. De voldoening der aanvragen door den admini strateur-generaal geordonneerd zijnde, surveilleerd de hoofd administrateur voormeld alle afpakkingen en verzendingen Haar de buiten-kantoren, zoodanig als dezelve in de instructie voor den hoofd-administrateur van Batavia bepaald zijn, en zorgt, dat alle kasten, kisten, balen, pakken of fusten in eene behoorlijke order afgescheept worden en dal de quali teiten van do lij wa ten, lakens, enz. aan den eisch voldoen, len welken einde hij dezelve voor de inpakking en verzen ding examineert en niet zijn cachet verzegelt of merkt. Art. 9. In gelijker voege surveilleerd de hoofd-administra teur voormeld de ontvangst van alle goederen van de buiten kantoren, daarmede insgelijks volgens de bepaling voormeld te werk gaande, ten einde bij ontdekkende tekorlkomsten de noodige clucidatien, aan die zulks incumheerd, te kunnen geven. 1808. H. W DAENDELS. 95 Arl. 3. Echter blijft hel den wagen-verhuurders vergund eenige vvaarloose wagens tot een waarborg in gereedheid te honden, om Ie kunnen dienen, ingeval er een of meer van het toegestaan getal gemerkte wagens defect of iu onbruik geraakten: doch, dit geval plaats hebbende, zullen zij verplicht wezen de gebrande voetplank van defecte wagens af te schroeven en daarmede den in gebruik komenden wagen te voorzien, mitsgaders daarop de nominer en de letter van hun privilegie te stellen; en opdat van deze waarloose wagens geen misbruik door de wagen-verhuurders gemaakt zoude worden, zoo zullen zij terstond van alle de ongemerkte wagens, die op hunne stallen zijn, aangeving doen aan den secretaris van Heeinraden en aan hunne commissarissen, welke ten allen tijde nauw keurige lijsten, zo van de gemerkte, als ongemerkte rijtuigen, zullen moeten houden. Art, 4. En ten einde deswegens geene verzuimen insluipen, zal er alle jaren door eene commissie uit het collegie van Heemraden, benevens deszelfs secretaris, een accuraten opneem of schouw van de gemerkte en waarloze rijtuigen gedaan worden, zullende de wagen-verhuurders, die betrapt en over tuigt worden met een ongemerkten wagen te rijden, telken rijze verbeuren twee honderd zilvere ducatons; en degeenen, die verzuimen aan den secretaris van Heeinraden en aan commissarissen een behoorlijke aangeving te doen van het getal der waarloose wagens, die zij op stal houden, zullen verbeuren voor ieiler onopgegeven rijtuig telkens vijf en twintig ducalons, de helft voor den advocaat-fiscaal en de wederhelft voor den secretaris van Heeinraden, moetende deze aangeving binnen driemaal vier en twintig uuren door een billet ge daan worden. Art. o. Dewijl bij de wet van den -£- Mei 1778 uit drukkelijk verboden is, dat niemand, hij zij, wie hij zij, builen de gepriviligeerde wagen-verhuurders en de kastelein van het heerenlogement, de laatste eenlijk aan de in dat huis, 't zij in de stad of op Jaccatra, bij hem logeerende personen, voor taan eenige rijtuigen zal mogen verliuuren, hetzij koetsen, 1809. H. W. DAENDELS. 950 Art. 10. Hij steld alle berichten omtrent de uitgeleverde ladingen van de buiten-kantoren in, dezelve aan den admini strateur-generaal ter approbatie aanbiedende. Art. 11. Hij is direct aan den administrateur-generaal ondergeschikt en komt, evenals de hoofd-administrateur van het departement van Batavia, op het rapport bij denzelven, zijne voorstellen en rapporten tip eene nota schriftelijk halver blad in duplo aan denzelven aanbiedende, om daarop de dispositien in margine te stellen en door den eersten letter zijner naam getekend en aan het einde met zijne gewoone handtekening bekragtigd te worden, latende het duplicaat aan den administrateur-generaal ter informatie en narigl. Art. 12. Hij onderhoud eene gereguleerde correspondentie met de onderscheidene administratien van de buiten-kanloren en laat zich van al, hetgeen eenige betrekking tol zijn post heeft, informeren ten einde in slaat te wezen alle elucida tien Ie suppediteren, welke in zijne betrekking van hem mogten gevorderd worden. Art. 13. Hij geeft de noodige orders aan de pakhuismees ters of die het administrative in zijn departement incum beerd, hoedanig zij hun rapport moeten instellen, ten einde daarbij na te gaan, of de door hun gedane verstrekkingen en afgaven op orders en reglementen gebaseerd zijn, hoeveel de restanten daarna bedragen en ol' de door hun gedane aanvragen op deze gronden gebaseerd zijn. Art. 14. Alle poincten der instructie voor den hoofd administrateur van Balavia, voor zooverre die op den hoofd administrateur der buiten-kantoren kan worden applicabel gemaakt, worden begrepen als hierin voor denzelven ge insereerd en hem de achtervolging daarvan aanbevolen. Art. 15. De hoofd-administrateur voornoemd in deze in structie eenige poincten, zijne werkzaamheden betreffende, vindende te zijn geomilleerd, zoowel als omtrent andere eenige opheldering verlangende, zal hij daartoe schriftelijke aanvrage aan den administrateur-generaal doen. Art. 16! Bij aldien hij eenige veranderingen onder de 1809. H. W. OAENDELS. 951 bediendens van zijn bureau zoude moeten maken, zal hij daartoe de noodige voordragten schriftelijk aan den adminislra teur-getieraal moeten doen. Art. 17. Hij zal bij de aanvaarding zijner bediening moeten doen den navolgenden eed: ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Hol laitd als mijnen hoogen en doorluchligen souverein, mitsgaders den Gouverneur Genernal en Raden van Indien gehouvv en getrouw te zijn; (lal ik mij met alle vlijt en naarstigheid zal kwijlen van de verpligtingen, die mij bij mijne instructie zijn voorge schreven of nog voorgeschreven zullen worden: dezelve voor staan en behartigen met alle zêle cu trouw: geen geschenken, giften of gaven van iemand zal aannemen of gedogen, dat die door mijne huisgenoten of andere aanhorigen aangenomen worden; en inzonderheid in het examineren der eisenen, boeken, specificatien en rekeningen, die bij mij van de groote Oost en verdere buileu-kantoren zullen worden ontvangen, een pliglmalige behartiging van 's Lands helangens zal aan den dag leggen, als ook de misbruiken aanloonen en aangeven, die mij blijken mogten tegen de nieuwe organisatie of in eenige andere deelen van de generale directie op voorschreven builen-kantoren te zijn begaan, zonder mij daarvan te laten terug houden door eenige inzichten of consideratien, van welke natuur die ook zouden mogen wezen: en dat ik mij overigens in deze mijne betrekking zoodanig zal gedragen, als een vroom en getrouw ambtenaar toestaat en betaamd. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. 19 October. Instructie voor den hoofd-administrateur over hel departement Balavia. Art. 1. üe hoofd-administrateur van Balavia is belast met het toeverzicht over alle ndministratien, zoowel hier. als 1c Bantam, Cherihon, de Cheribonsche en Jaccatrasche Preanger landen. 1809. H. W. DAENOELS. 952 Art. 2. Deszelfs rang is boven den hoofd-administrateur voor het departement der groote Oost en zal genieten een jaarlijks tractement van 12000 rijksdaalders, half zilver en half papiere geld, zonder eenig verder genot van het bevorens toegelegde uit het een half percent op den generalen verkoop. Art. 3. De hoofd-administrateur over het departement van Batavia zal, nevens de administrateur-generaal, verantwoordelijk zijn voor 's Lands groote geldkanier, dienende daarvan wee kelijks een gezamelijk rapport aan den Gouverneur Generaal, zoowel als aan den directeur-generaal. Art. 4. De finantie- en domein-boeken, zoowel als de contra cassa-boeken van Batavia, worden onder zijn toeverzicht ge houden, zoowel als de pakhuis- of administratie-boeken, zor gende, dat dezelve naar den regel gehouden en niet van de wet afgeweken worde. Art. 5. De administratien, zoowel alhier, als onder zijn ressort, onder zijne directe zorge staande, zal hij zich bij tijds van alle noodwendigheden voor dezelve opgave laten doen, ten einde daarvan een algemeene nota aan den admi nistrateur-generaal in te dienen, zullende de aanvrage van stroozakken, hout- en vaatwerken, kisten en emballage voor een rond jaar gedaan moeten worden. Art. 6. Hij zorgt, zoowel voor den afhaal van producten, zoo die in de differente administratien onder zijn ressort ter afscheep gereed leggen, nis den afscheep van de te verzendene goederen, daartoe naar middelen omziende om in tijds aan den administrateur-generaal ter executie te kunnen voorge dragen worden. De hoofd-administrateur voornoemd, op zijne gedane voor stellen, dan wel van den administrateur-generaal direct orders 10l inkoop, aanbestedingen en inhuringen van vaar tuigen, af- en inscheep, als anderzints bekomen hebbende, procedeert zonder eenig verder dilai tot de executie van dezelve en zorgt, dat alles met de meeste activiteit en order geëxecuteerd worde. Art- 7. Alle ordonnantien tot den ontvangst, afscheep en 1809. H W. DAENDELS 953 verstrekkingen van alle goederen uit de adminislralien, zoowel iils die aan den commandeur en de oflicieren van justitie, worden door den hoofd-administrateur voornoemd van zijn bureau gedepecheerd; de ordonnantien der ordinaire en dagelijksche verstrekkingen worden door denzelven almede zonder eenige verdere qualificatie opgemaakt, doch in gevalle van in- en verkoopen, zoowel als extra-ordinaire verstrek kingen en ontvangsten door aanbreng van goederen, geschiedt zulks op speciale order van den administrateur-generaal door toezending of communicatie eener order, dan wel van het factuur of cognossement der aangebragte lading. Art. 8. In gelijker voegen zal hij verzending van con tanten of papieren van crediet, zoodra dezelve uit de groote geldkamer of 'sLands cassa ontvangen zijn, de verdere expeditie aan den zorg van den hoofd-administrateur wezen aanhetrouwd, die dan ook daaromtrent zoodanige maatregelen zal moeten nemen, als hij vermenen zal te behoren. Art. 9. Bij geval van verkoop van producten of andere goederen formeert de hoofd-administrateur alleen de ordon nantien ter afscheep aan de dilferente, daartoe belrekking hebbende personen op eene daartoe van den administrateur generaal te ontvangen order, met hekendstelling echter, dat de afgave niet geschiedt als op vertooning der voldane cas ordonnantie, welke cas-ordonnanlie op het kantoor van den administrateur-generaal opgemaakt wordt. Art. 10. Hij zal moeten verdacht wezen om, bij aldien bij den ontvangst of afscheep van goederen eene commissie mogte henoodigt wezen, dezelve van den administrateur generaal te vragen. Art. 11. Bij verzending er afpakking van kisten, kasten, balen of fusten naar plaatsen, op het eiland Java gelegen, zal hij, des noods zelve dan wel door eene daartoe gevraagde commissie, de stukken behoorlijk laten tellen, meelen, exami neren en in ieder kast, baal of pak door de daarbij gecom mitteerde personen een afpak briefje, behoorlijk geteekend, laten leggen, mei vermelding der qualiteit, quantileit, lengte 1809. H. W. DAENDELS. 954 en breedte van de in dezelve gepakte goederen en, in gevalle van specerijen of andere fijne waren, dan ook het gewicht; vervolgens de kast of baal behoorlijk laten digt maken, emballeren of berottingeu en alsdan, bruto op de schaal gewoogen, hetzelve daarop laten merken en vervolgens een schriftelijk rapport daarvan in duplo indienen, ten einde een daarvan met verzending der goederen aan de geconsigneer dens te kunnen toegezonden worden. Art. 12. In gelijker voegen zal bij ontvangst van dusdanige goederen alhier ook eene commissie liij de bruto weging van zoodanige kast, kist, pak of baal present moeten zijn en, bij mankement aan bel bruto gewicht, daarvan terstond aan den administrateur-generaal kennis gegeven worden ten einde door denzelve aan den directeur-generaal omeene commissie van Schepenen verzocht worde ter opening van de kist, pak <>f baal in quaestie, zullende, bij aldien bij examinalie van hetzelve uiterlijk geene teekenen van open geweesl te zijn bevonden worden en aan de inwendige artikelen eenige zaken mankeren, de vergoeding aan de afpakkers incum heren. Zooals de administrateurs iu de differente administratief) almede aansprakelijk zullen worden gehouden, bij aldien er eenige minderheid mogle worden gevonden en zij de voren bepaalde inrichtingen niet zullen hebben achtervolgd. Art. 15. De bevindingen van alle uitgeleverde ladingen onder zijn ressort, zoowel als bel over en te kort, worden door den hoofd-administrateur voornoemd opgemaakt en aan den administrateur-generaal ingediend. Art. 14. Alle documenten voor de contracten, charter partijen en conditièn van aanbestedingen onder het ressort van Batavia en het eiland Java worden almede door den hoofd-administrateur voornoemd opgemaakt en ter approbatie aan den administrateur-generaal aangeboden. Art. IS. Alle facturen en cognossementen van af te zendene goederen worden door den hoofd-administrateur voornoemd, voor zooverre zijn departement betreft, opgemaakt en geteekend 1809 H. W. DAENOELS. 955 en de vaartuigen daarna door hem geëxpedieert, doende vooraf rapport aan den administrateur-generaal, wanneer zoodanige vaartuigen op hun vertrek staan. Art. 16. Alle eisschen voor de adrninistratien onder zijn ressort worden door den hoofd-administrateur voornoemd opgemaakt, hetzij van goederen uit Europa, dan wel van andere plaatsen, en aan den administrateur-generaal inge diend. AtL 17. De hoofd-administrateur voornoemd zal aan alle requisiten, door den administrateur-generaal te doen, behoorlijk beantwoorden en gereed moeten slaan tot alle commissien, waarin hij door den administrateur-generaal benoemd wordt. Art. 18. Hij doet verder alle huishoudelijke zaken in de differente administraticn al' zonder tusschenkomst van den administrateur-generaal, doch eenige zaken van belang voor vallende, geeft hij daarvan direct kennis aan den administra teur-generaal. Art. 10. Hij boud een wakend oog op alle de ad mini slratien en zorgt, dat daarin alles navolgens de wel behandelt worde, redresserende bij ontdekking van eenige malversatien dezelve terstond en gevende daarvan vervolgens kennis aan den administrateur-generaal. Art. 20. üe hoofdadministrateur voornoemd zal aan den administrateur-generaal ondergeschikt wezen en alle zijne orders pligtschuldig obediëren eu voorts van zijne werk zaamheden en voorvallende zaken, ter zijner kennisse behorende, behoorlijk rapport doen. Ten dien einde verschijnt de hoofd-administrateur voornoemd op de daartoe bepaalde dagen en tijden op het rapport bij den administrateur-generaal, formerende van alle te verhan delene zaken eene nota, op halver blad in duplo geschreven, om op ieder poiuct door den administrateur-generaal zijne dispositien in margine te laten stellen en door de eerste letter van zijnen naam te laten teekenen en op het eiude met zijne gewoone handteekening te laten bekrachtigen, in dachtig zijnde om alle posten, welke bij de laatste nota niet .1809. H. W. DAENDELS. 956 waren afgeloopen, weder het eerst op de volgende te brengen, latende het duplicaat derzelve in handen van den administrnteur generaal tot zijne informatie en narigl. Art. 81. De hoofd-administrateur voornoemd in deze in structie eenige poincten, zijne werkzaamheden betreffende, vindende te zijn geomitleerd, zoowel als omtrent andere eenige opheldering verlangende, zal hij daartoe schriftelijke aanvrage aan den administrateur-generaal moeten doen. Art. 22. Hij zal zijn bureau moeien houden in het gou vernements-huis en omtrent de veranderingen onder de bediendens vali hetzelve aan den administrateur-generaal de noodige voordragten moeten doen. Hij zal bij de aanvaarding van zijne bediening doen den navolgende eed: ik beloof en zweer Zijne Majesteit den Koning van Holland als mijnen hoogen en doorluchtigen souverein, mitsgaders den Gouverneur Generaal en Raden van Indien gehouw en getrouw te zijn; dat ik mij met alle vlijt en naarstigheid zal kwijlen van de verplichtingen, die mij bij mijne instructie zijn voorge schreven of nog voorgeschreven zullen worden; •lat ik de belangens van het departement der finanlien en domeinen, hetwelk mij is aanbetronwd, zal voorslaan en behartigen met alle zêle en trouw; geen geschenken, gillen of gaven van iemand zal aannemen of gedogen, dat die door mijne huisgenoten of andere aanhorigen aangenomen worden; en ten slriksle zal waken tegen alle afwijkingen van de nieuwe organisatie der generale directie, mijn departement betreffende, en hij ontdekking van misbruiken, die mij in eenige derlen van dezelve mogten te voren komen, dezelve zal aangeven, zonder mij daarvan dooi- eenige inzichten of consideralien, van wal natuur die ook zouden mogen zijn, te lalen terughouden: en dat ik mij overigens in deze mijne heirekking zal gedragen, zoo als een vroom en ge trouw ambtenaar toeslaat en betaamd. Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. 1809 H. W. OAENDELS 957 19 October. Wijziging van de instructie voor de hoofd administrateurs Ie Samarang en te Soerabaija. De instruclien voor de hoofd-administrateurs van Samarang en Sourabaja blijven op denzelfden voet, als zij daarvoor in het gepasseerde en dit lopende jaar gearresteerl zijn, met deze alteratie, dat zij voortaan ten aanzien hunner admini stratie altoos met den administrateur-generaal alhier zullen moeten correspondeeren en aan hem de noodige aanvragen voor hunne departementen moeten doen, in stede van be vorens aan den directeur-generaal, en alle de aanschrijvingen en orders van den administrateur-generaal behoorlijk achter volgen en obediëren; zullende zij over hel administrative en linantiële voortaan met niemand anders als den administrateur generaal correspondeeren en aan den Gouverneur Generaal alleen moeten bedelen de belading, aankomst en vertrek van schepen en dat geene, hetwelk over zijne administratie be vorens door den gouverneur van Java aan den Gouverneur Generaal gecommuniceerd wierd. 19 October. Bepaling, dat de eerste suppoost van den directeur-generaal als zoodanig kwam onder de bevelen van den administrateur-generaal. 19 October. Last lot hel bekend stellen op alle ordonnan tien van den datum, waarop »de voldoening" was ge schied. Zulks werd bevolen »ter voorkoming van de abuizen of «misbruiken, die anderzins ten dien aanzien zouden kunnen «worden gemaakt". .';!■■ October. Verhooging van het prauw-lom. Nademaal wij op den !9 en dezer, op de daartoe gedane voordragt van president en Schepenen van Batavia, in Rade van Indien besloten hebben om geduitrende de presente 1809. H. W. DAENDÊ.LS. 958 duurte van alle scheepsbouw-materialen, 10l in stand hou ding en aanmoediging van hel prauw of tjunias veer, het tot nu toe bepaalde salaris te verhogen, als voor prauwen of tjunias van 1 en 2 koijangs met 50 en voor die van 3 koijangs en daarboven met 25 percent, mitsgaders een billijk salaris te bepalen voor de vaart van hier naar de Marak of Geerlruida-haai, item voor het stil of ledig liggen, zoodat alsnu voortaan zal moeten worden betaald, als voor een tjunia: Alles te voldoen iu lopende munt, mei dieu verstande egter, dal geduurende de kwade nioiisson of van primo De cember tot ultimo Maart de voorschreven vragt gelden dub belt voldaan moeien worden, en mei in standhouding voorts 1809. H. W. DAENDELS. 959 van de successive nopens dit veer gemaakte bepalingen; zoo is het, dat een iegelijk, die dit zoude mogen incumberen, hiervan tot zijn observatie en naricht wordt kennis gegeven. En opdat niemand hiervan onvvetenheid zoude kunnen voorwenden, zal deze worden gepubliceerl en in de Hol landsche en inlandscbe talen worden geafïïgeert ter gewoone plaatse. 20 October. Toekenning van »reede-ranlsoenen" aan Eu ropeesche, uit hospitalen ontslagen zeevarenden. Is besloten aan de Europeesche zeevarenden, welke uit de hospitalen gemonsteerd worden en inmiddels, dal er geene vaartuigen zijn om hun aan boord van dezelve te bescheiden, op de equipage-werven dienst doen, inslede van het kostgeld, gelijk thans nog in gebruik is, te accordeeren de gewoone reede-randzoenen. 25 October. Toekenning van een vast tractemenl aan de cadetten bij de genie. Is besloten de kadets bij het korps der genie een vast tractement van rijksdaalders twintig per maand in garnisoen zijnde en bij de werkzaamheden geëmploijeerd van rijksdaalders dertig 's maandelijks te doen genieten. " October. Benoeming van den president der Hooge Regering, J. A. van Braam, 10l Gouverneur-Generaal ad interim bij overlijden vanden Gouverneur-Generaal. Zijne excellentie, de Maarschalk en Gouverneur Generaal, in aanmerking nemende den toestand dezer kolonie, door Zijne Majesteit aan hoogst deszells bestuur toebetrouwd, den ouzekeren staat van zijne gezondheid en de verplichting, welke daaruit voor hem geboren wordt um eenen provisioneelen opvolger te designeeren, op wien na het vertrek van hier van dtn schoul-bij-nacht en aide de camp van Zijne Majesteit, 1808. H. W. DAENDELS. 96 wagens of chaisen, op een boete van twee honder). zilvere docatons, zoo worden fungeerende commissarissen van de wagea-verhuurders 10l maiutien van deze wet, alleen len bunnen voordee!e gemaakt, op nieuw geauthoriseèfd om terstond vau alle overtredingen, die legen de intentie dezer wet strijden en welke zij bespeuren, dat plaats hebben, aan den secretaris van Heemraden kennis te geeven, welke, de zaak alzoo be vindende, dezelve in banden van den advocaat-(iscaal zal stellen. Art. li. En verder, ter voorkoming en ontdekking van fraudes, als eene zaak, waarin het belang der wagen-verhuurders merkelijk betrokken is, worden hunne commissarissen ten ernstigste aangemaand om toe te zien, of eenige inlanders of Chineesen meerdere wagens of paarden houden, dan die zij aangegeven hebbeu; waartoe 's jaarlijks in hunne handen door den secretaris van Heemraden gesteld zullen worden de lijsten, welke door den Chineesen capitein en de hoofden der inlanders geformeert worden van de personen, die onder hunne natie rijtuigen en paarden houden, en van het getal derzelve, door hun aangegeven, len einde na te gaan, of deze lijsten accoort zijn met het getal wagens en paarden, die door de inlanders en Chineesen gehouden worden; en hieromtrent gegronde bedenkingen van een verkeerde opgave vermoedende of fraudes ontdekkende, zullen commissarissen der wagen-verhuurders verpligt zijn daarvan terstond keunis te geven aan den se cretaris van Heemraden, welke niet voorkennis van den presi dent van welgemeld collegie, geassisteerd met een der bodens, voorzien mei het schild van Heemraden, dadelijk in loco nauw keurig onderzoek zal doen en, fraudes bevindende, daarvan aan den advocaat-fiscaal notitie geven. Art. 7. Gelijk zooeven omtrent den castelein van het heeren-logement gezegd is, dat hij de acht huur-wagens, hem tot commoditeil der vreemdelingen toegestaan, aan geen andere personen zal mogen leenen of verhuuren als eeniglijk aan vreemdelingen, die in gemelde huis logeren, zoo blijft deze wet volgens publicatie vau den Ben8 en 31ei 1778 in volle kracht en word gemelde kastelein op nieuw verboden tegen dezelve 1809. H. W. DAENDELS. 960 A. A. Buijskes, indien zijne excellentie als dau kwam te overlijden, voor dat een opvolger uit Holland, ingevolge het daartoe gedaan verzoek, alhier was aangekomen, het bestuur over deze belangrijke kolonie inmiddels met gerustheid zon kunnen overgaan, lot dal Zijne Majesteit daarin nader definitievelijk zal hebben gedisponeert; en tevens conside reerende, zoowel de aan hoogst denzelven geblekene trouw en attachemenl voor den dienst vun Zijne Majesteit, als de linantieele en administratieve kundigheden van den heer, J. A. van Braam, thans geëligeerd president der hooge Indische regeering, en dat eene benoeming van denzelve tol opvolger in den post van Gouverneur Generaal, in cas voorschreven, is conform aan den geest der instructie voor Gouverneur Generaal en Raden, volgens welke bij aflijvigheid vau den Gouverneur Generaal de waarneming van die hooge charge ad interim moei worden bekleed dnor den eersten persoon in de regeering, waartoe, wel is waar, de directeur-generaal in die instructie is genoemd, doch welke benoeming na de aanstelling van eenen president niet meer op eerstgemelden kan worden toegepast, behalven nog dat door de overgang van den post van Gouverneur Generaal ad interim op den president de belangen van Zijne Majesteit moeten worden geacht het meeste bevorderd te worden, nadien de president door zijne kennisse en conlinueele inzage van zaken de pre sumtie voor zich heeft de aangenomen syslliemas beier als iemand anders te zullen volgen: heeft besloten tot hoogst deszelfs provisioneelen opvolger en Gouverneur Generaal ad interim bij hoogst deszelfs over lijden vóór het aanwezen alhier van eenen opvolger, door Zijne Majesteit aangesteld en gekozen, te benoemen, zoo als benoemd werd bij dezen, den president der hooge Indische regeering, J. A. van Braam, met lasl aan de leden der hooge regeering en alle verdere ambtenaren, zoo civiele, als militaire, op liet eiland Java, den rang boven en gelijk aan die van luitenant kolonel bekleedende, om zich binnen twee maanden bij de claraloir te verbinden dit besluit van zijne excellentie, den 1809. H. W. DAENDELS. 961 PLAIUT-BOEK DEEL XV. ül Maarschalk en Gouverneur Generaal, na hoogst deszelfs over lijden alhier, lo zullen nakomen en doen achtervolgen, indien als dan de finale benoeming van eenen nieuwen Gouverneur Generaal door Zijne Majesteit, den Koning van Holland, nog nint geschied of op goone legale wijze alhier Itckend mogt zijn en gedachte nieuwe Gouverneur Generaal hier niet aan wezig wezen mogt. 20 Odober. Verhonying van het sloelen-geld in de Balaviasthe kerken. Zulks werd van 4:42 rijksdaalders op 7 rijksdaalders, papieren geld, gebracht, — een merkwaardig staaltje van de alles omvattende bemoeijingen der toenmalige Indische Re gering. 26 October. Organisatie der pakhuis-bedienden voor den Oosthoek. Vermits Sourabaija niet met Semarang in drukte van dagelijksche ontvangst en afscheep kan worden gelijk gesteld, liehalven alleen in het tijdstip, dal de expeditiëu uit den Oosthoek naar de groote Oost geschieden, hetgeen hoogstens een a twee maanden duurt: is goedgevonden en verstaan de pakhuis-bediendens voor den Oosthoek te bepalen op den volgeuden voet, als: een liuropeesche mandadoor a dertig rijksdaalders, zilver geld, 'smaands, en daartoe te benoemen den burger, Gabriel Abels; en voorls nog een inlandsche weger en vier mandadoors, de eerste a vijftien en de laatste a vijf rijksdaalders ieder, mede zilver geld, 'smaands; met qualificatie voorts om in den tijd, dal de verzendingen naar de groote Oost plaats hebbeu, indien het noodig is, voor zoo lang extra pakhuis-bediendens in te huren, heigeen den Lande voordeeliger zal uitkomen als het gansche jaar door den omslag builen noodzake al Ie geëx tendcerd te maken. 1809. H. W. DAENDELS. 962 Te Samarang bestond dal personeel uil een Europeeschen niiindoer, een inlandschen weger en zes inlandsche maudoer's. 2(5 October. Toekenning van zekere privilegiën aan den kastelein van hel heeren-logement Ie Soerabaija Is goedgevonden en verstaan aan den kastelein toe Ie staan, dat de verkoopingen van vaste goederen en schepen ten zijnen huize worden gehouden, onder het genot van 'ƒ4 pet. van het rendement, en voorts hem te libereeren van de betaling van hel oorgcld voor 12 paarden, heigeen buiten prejuditie van den Lande kan worden geaccordeerd, wijl het oorgeld eene stedelijke belasting is ten voordeele der stadskas, die hiermede zoodanig is tegemoet gekomen, dat dezelve zich zonder eenige subsidie van het Land kan souteneeren. 26 October. Bepaling, dal een optredend prefect Ie Tagal van zijn voorganger moest overnemen, behalve de prefects-woning, ook den wildbaan en tuin te Kadjamboe met eene afschrijving telkens van 10 pet. Zulks werd bepaald, omdat »voor den prefect een groente tuin en wildhaan genoegzaam niet te ontberen is, alzoo noch groentens, noch slacbtbeesten op dergelijke plaatsen voor geld kunnen worden verkregen, en hel bezwaar voor zijn opvolger van 10 percent op het bedragen van rd 8 1200 voor den wildbaan en van rd 3 2400 voor den tuin op Kajambon, zilver geld, niet groot is". '»Z£L Wijziging van het bepaalde op 2 Oclober 1808 nopens terugbetaling van aan den Lande geleende gelden. De Regering vereenigde zich met hel navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal: Nadien de bepaling, voorkomende bij besluit van den 2' n October 1808, tot het doen van een geldhelfing genomen, volgens welke het aan de daarbij gequotiscerde personen is 1809 H. W. OAENDELS. 963 vrij gelalen om hunne in 's Lamls kas getelde gelden lenig Ie ontvangen, hetzij in natura, zoodra de omstandigheden dit zouden permitteeren, hetzij in prodocten, voor drie vierde in kollie en een vierde in peper, destijds zoodanig is gemaakt, omdat de kofh'e toen was het gewildste product en men deze verdeeling het voordeeligste reekende voor de gequoti seerde ingezetenen, waaronder loenmaals de Chineezen en Hooreo nog niet begrepen waren, doch, sedert dat de quoti satie mede tot de Chineesche en Moorsche ingezetenen is geëxtendeerd, gemelde verdeeling niet meer uit hetzelfde favorahele oogpunl kan worden beschouwd, nademaal de Chineezen en Alooren voor den handel in Indien vrij wat beter gediend zijn met suiker, indigo, kattoenc garens en specerijen als met koflij eu peper, welke alleen artikelen zijn voor de Europeesche markl, terwijl tevens sedert het maken van de even gezegde bepaling de staat van zaken aanmerkelijk is veranderd, zoodanig, dat 'sLands pakhuizen van een overvloed van kollij niet alleen, maar ook van vele andere, kostbare producten zijn voorzien geraakt, doordien onze handel met de Amerikanen nog niet weder op dien voet is hersteld, waarop dezelve was voor de verschillen tusschen Engeland en Noord-Amerika; dal zijne excellentie uit dien hoofde had geoordeeld hierop de aandacht van deze vergadering te moeten vestigen en op grond van de aange haalde redenen niet alleen, maar ook uit consideratie, dat de aangegeven omstandigheden waarschijnlijk zullen veroor zaken, dat de aangebrachte gelden niet zoo spoedig zullen kunnen worden gerestitueerd, als men zich anders had mogen voorstellen, en dat mitsdien aan de gequoliseerde ingezetenen, zooveel mogelijk, de middelen hehooren te worden gefacilileerd om over de door hen opgebrachte sommen te kunnen be schikken, hetgeen noodwendig vertrouwen zal inboezemen op de handelingen van het gouvernement, te proponeeren, zooals zijne excellentie proponeerde bij dezen, om aan de gequotiseerde personen toe te staan om voor hunne gefour neerde gelden te nemen zoodanige producten en in al zulke 1809. H. W. DAENDELS. 964 propurlien, als tegeu de marktprijzen van den dag en zonder ongelegenheid voor het gouvernement zal kunnen worden geaccordeerd ter decisie van den Gouverneur Generaal, na daarop gehoord te helihen de consideratieu van den directeur generaal, en om daarvan aan de gemeente hij een advertentie kennis Ie geven. — avanceerende zijne excellentie ten dien aanzien verder, dat deze mesure mede van belang is voor het gouvernement ter ontlasting van de producten, die haar belemmeren, en tot voorkoming van schade door het bederf, waaraan bijzonder de specerijen door het lang liggen onder hevig zijn, zoomede nog tot vermindering van de schuld van het gouvernement en van de interessen, die zij van dezelve moet betalen, welke haar toch altijd drukken; en dal hoogst dezelve, uit overtuiging van de noodzakelijkheid en van het voordeel eencr verandering in de eerste bepaling, al reeds volgens de voorstellen, die daartoe door den directeur-generaal gedaan zijn en op 's Lands interest gegrond waren, aan eenige Chineezen en anderen had gepermilecrd voor hunne bij wijze van quotisatie aan den Lande opgebrachte gelden alleen specerijen te ontvangen. Op %jV2 Wintermaand 1809 is het vorenstaande van toe passing verklaard op »de gequoliseerdens onzer overige In •dische possessié'u, mits zij de begeerde producten op Balavia »door hunne gemagtigdens laten ontvangen". 27 October. Eed-formulier voor den president van de Hooge Indische Regeer ing. Ik belcove en zweere" Zijne Majesteit, den Koning van Holland, en den Gouverneur Generaal van Indien gebouw en gelrouw te zijn: deszelfs orders, bevelen cm instructiën, zoo in, als buiten de vergadering van de hooge Indische re geering, te zullen naleven, doen nakomen en respecteeren; en dat ik mij in alles zal gedragen, zoo als den president der hooge Indische regeering toekoml en betaamt. Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig. 1809. H. W. DAENDELS. 965 7 November. Maatregel ler voorziening in de behoefte aan lijnwaden en opium. Deze maatregel bestond uit het zenden eener brik naar He de France ter verkrijging van de gewenschle goederen. Merkwaardig is de considerans van bet besluit ter zake, luidende, als volgt: Zijne excellentie, in overweging genomen hebbende, dat de nog voortdurende oorlog mei de kroon van Engeland, de vmle-breuk tussclien dat rijk en de kroon van Denemarken en de staat van blokkade, waarin het eiland Java en de Moluccos door ile Engelschen is verklaard, eene volstrekte stagnatie veroorzaaken ifl den handel op de West van Indien, van waar bevorens door middel van de Denen en Arabieren, builen andere artikelen, die de markl van de West van Indien oplevert, in deze kolonie wierden aangebragl lijnwaden en ainGoen, welke voor liet gouvernement onontbeerlijk zijn, de lijnwaden voor de huishouding in de Moluccos en de anilioen als een zeer veel winst afwerpend artikel der ge forceerde leverantien; overwegende, dal het in dezen slaat van zaken de pligt is van bel gouvernement alle zoodanige middelen Ie adhiberen, welke onder Gods zegen kunnen strekken lot behoud van deze kolonie en lot veriedeling der inzichten van den vijand oni baar door de afsnijding van alle takken van handel uil te pullen en te verzwakken; en considererende, dal de Fransche eilanden beoosten de Kaap de (Joede Hoop door de koopvaart, waarmede vele ingezetenen van dezelve zich erneren, doorgaans ruim voor zien zijn van allerlei handel waren der Indische markt, welke die eilanden op de Engelschen vermees teren en tegen billijke prijzen aldaar Ie bekomen zijn, als op gemelde eilanden zelve geen genoegzaam debiel vindende, en dat derhalve de tegenwoordige omstandigheden vorderen een proef te nemen om zich door dil kanaal, zoo van lijnwaden en anifioen, als van andere noodwendigheden, waaraan men in deze kolonie 1809. H. W. DAENDELS. 966 gebrek heeft en welke op de Fransche eilanden tegen rede lijke prijzen te bekomen mogten zijn, Ie voorzien, hetzij door ruiling voor producten, die uit 's gouvernemenls voor raad gemist en aldaar mei winst kunnen worden gesleten, dan wel tegen betaling in specie, na mate ten meeslen voor deele van den Lande zal kunnen worden bedongen ; heelt besloten, enz. 15 November. Publieke verlcoop van landen, behoord hebbende 10l het vroegere regentschap Tongerang. De verkoop-voorwaarden van «leze, in acht perceelen ver deelde landen waren de volgende: 1 ° dat de kooper van de bazaar Tangerang verdagt zal hebben te zijn, dat eenlijk de grond der bazaar met de daaraan geaccrocheerde privilegiën verkogt wordt, waaronder dus niet begrepen zijn de daarop staande steenen pedakken, als het eigendom van particulieren en niet van den Lande zijnde en welker inwoonders dierhalven in het gerust en ongemolesleerd bezit van die woningen zullen moeten verblijven, onder deze conditie nochtans, dat de eigenaars van de pedakken denzelven groml-huur aan den kooper van de bazaar zullen moeten blijven betalen, die daarvoor in dit jaar betaalt is, tegen rijksdaalders !'» -18, koper, voor ieder pedak, alsmede dal de inkomsten van de overvaart en tol zullen geheven worden op den tegeuwoordigen voet ten behoeve van den kooper; 2° dat de bijzondere verpagtingen op de bazaar, als daar zijn de tophanen, madal-kitten, overvaart, de tol, arak en het slaglen van vee voor dit jaar tot ultimo December zullen blijven almede op den tegenwoordigen voel ten behoeve van den kooper; 3° bet gouvernement staal toe en guarandeert de bazaar ingevolge de prerogaliven, bepalingen en orders, voor de bazaars in bel algemeen gearresteerd, alsmede dal in dies nabijheid geene andere privilegiën tot het aanleggen van een of meer bazaars, zoo lange deze bestaat, zal gecon- 1809. H. W. DAENDELS. 967 ('(•deert worden, terwijl deze bazaar ook niet zal mogen worden verlegt; 4° dat de koopers der perceelen om de Oost (de kleine districten Medan, Kranggan, Rademangan, Djelelrau en Lenkong) zullen hebhen in het oog te houden, dat daaronder niet begrepen is hel district Babakan, het welke door hun hoog Edelhedens bevorens aan den depattij van Tjie-anjor is afgestaan ter plaatsing van kolïij-pakhuizeu, alsmede niet dat gedeelte van het bij perceel 8 voorkomende land Goripan, waarop de schout verblijf houdt en in het vierkant bepaald wordt op 100 roeden: ' dat onder de koop der voorschreven landerijen mede niet bedoelt wordt de onder het land Grinding om de West en onder het land Linkong om de Oost gehorende landen, waarop olij en zuiker-moolens geëtahlisseerd zijn, dewelke nader distinct bij den verkoop zullen worden opgegeven; 6° dat de koopers der percelen van het land Grinding ge houden en verpligt zullen zijn de publieke wegen te onderhouden in een rijbaren staat; dat de koopers zullen bezwaard zijn met de servituten, waaronder gemelde per celen lands van oudsher mogten hebben gelegen, bij voorbeeld van wegen en passages over gemelde landen ten dienste van het algemeen of aangrenzende landen, het geven van water aan de naburige landen en wat dies meer is; 7° zullende de koopers gehouden zijn, hoven de kooppenningen, te betalen de gewoone ongelden, bij den verkoop en opdragt van het door hun gemijnde land vallende. Eindelijk wordt hier bij genoteerd, dal de koopers zich zullen moeten houden aan de bekende scheidingen, zonder dat men zich verbind aan de diepte ol lengte, die cenlijk calculatie!' is opgegeven. Behalve de boven reeds genoemde landen werden verkocht hel land Sading (voor zoo verre het tot Tangerang behoorde), Djainpang-ilir, Salahaular. Kaloeralian. Penjabrahan en Djain pantr-oedik. 1809. H. W. DAENDELS. 968 18 November. Aanmaak van papieren van credit, gang baar op Ambon, Banda en Ternate. Deze zouden «gelijke waarde hebben met het zilver geld, • mitsgaders als zoodanig in 's Lands kas op gemelde elablis »sementen worden aangenomen". Het bedrag van het aan te maken papieren geld werd bepaald op 300,000 rijksdaalders en de vorm gelijk aan die, waarvan de aanmaak gelast was op 10 Mei 1805, niet wijziging alleen van de 0. I. Compagnie in bet gouvernement generaal der bezittingen van Zijne Majesteit in Oost-Indië. De coupures waren van 1000, 500, 200, 100, 50, 25, 15, 10, 5, 3, 1 en 1 rijksdaalders. 18 November. Toekenning run den rang van kapitein militair aan den constructeur bij de scheeps-timmer werf ie Rembang. 18 November. Bepalingen nopens de hof'fy-cultuur in Cheribon. Is besloten de regentschappen Lossarie en Gabaug, mits gaders die van de Benauwang Oost, Benauwang West en Kandang-Auwer, uithoofde der ongeschiktheid van den grond aldaar tot de koilij-culture, van het verder aanplanten der kotfij te excuseeren en daarentegen in de regentschappen Panjaloe, Talaga, Koeningan, Tjigasong, Badja Galoe, Matang Hadjie en Tjicasso, alwaar de streken vruchtbaar en con venabel tot den aanleg van koffij-tuincn zijn, de inwonnders met een onderhoud van een duizend vruchtdragende hoornen per huisgezin te belasten en hun van jaar tot jaar twee honderd koflijhooineii te laten aanplanten 10l het voorschreven getal van 1000 vruchtdragende hoornen toe om als dan door hun voltallig te worden gehouden. 18 November. Bepalingen nopens het werkvolk der aan nemers van lijn waden Voor de armee Ie Samarang. Is besloten ann de aannemers en leveranciers van lijnwaden voor de arinée te Samarang permissie Ie verkenen om bet 1809. H. W. DAENDELS. 969 noodige werkvolk voor deze hunne fabrieken te mogen enga geren voor een rond jaar en aan dezelve voorschietingen te mogen doen tot aanmoediging, zonder dat zij nogthans hier door tot eenige andere verpligting zullen gehouden zijn als hunne meesters gedurende den tijd van het engagement tegen een billijk dagloon Ie dienen: moetende van de manschappen, die in dezer voege bij gemelde aannemers en leveranciers worden gefinroUeerd, accurate lijsten, zoo van hunne namen, als den voet van het engagement, worden ingediend aan den prefect van Samarang en Daiuak en het volk zelve aan gedachten prefect worden gepresenteerd en gehoord, of zij vrijwillig in dienst zijn getreden, met last aan hem, prefect, om gedachte manschappen eenszijds te mainteneeren hij hun engagement, maar van den anderen kant ook niet toe te staan, dat zij hetzelve breken door zich voor de expiralie van hel huilr-termiJD aan hunne verbindtenis te onllrekken, en, zoo hierover klagten bij hem gedaan worden, de onwillige of weggeloopen manschappen tot hun pligt te houden en des noods het middel van contrainte te gebruiken om hun het uitgaan zonder expres verlof van hunne meesters te interdiceeren 19 November. Wijziging van de «/> 14 April 1809 vastgestelde in*! niet ie voor tien stculs-geneesheer en stads chirurgijn Ie Hatavia. Zijne excellenlie, in aanmerking genomen hebbende, dat de ralions vivres, welke ingevolge van hel voorkomende bij het op den 14 e " April 180!) gearresteerde reglement voor den sinds doder of stads chirurgijn onder art. 5 der huis houdelijke bepalingen voor het stedelijke hospitaal, door den cipier aan den ziekenvader van dat hospitaal voor de gevan genen moeien worden verstrekt, niet worden ontvangen voor gekwetsten, welke geen gevangenen zijn en nogthans in het ge melde stedelijke hospitaal worden ingebragl, waardoor de zie kenvader deze gekwetsten tegen den daarvoor bij het gedachte artikel bepaalden prijs niet zonder zijne schade kan verzorgen; 1808. H. W. DAENDELS. 97 PLtIAAT-BUU DEEL XT. 7 te handelen op verbeurte van twee honderd ziivere ducatons, de helft voor den aaubrenger en de andere helft voor den advocaat-liscaal. en te gelijk gelast behoorlijk aangeving van alle zijne paarden te doen, op de boete, daarvoor geslatueerd. Art. 8. Ook zullen de wagen-verhuurders zich verder naai den inhoud van het placcaat. van heeren Commissarissen Ge neraal van 5 December 1796 en van latere ordonnantien. op het oorgeld dei' paarden en der wagenpagt geëmaneerd, moeten gedragen en voor ieder paard, dat zij op stal houden, vijf rijksdaalders 'sjaars belalen en de opgave van hel precies getal paarden in de maand Januarij van ieder jaar moeten doen bij den secretaris van Heemraden, tot de collecte dier pagt gequaliflceerd, bij wieu mede in de volgende maand Februarij de betaling der pagt zal moeien geschieden, op de poenaliteiten, in gemeld placcaat vervat: en daarenboven zal elk der wagen-verhuurders, ingevolge de publicatie van 1803 vijl en Iwintig rijksdaalders 'sjaars betalen voor het begieten der wegens. Art. 9. Ook zal geen transport van wageu-verhuurderijen bij het collegie van Schepenen volgens de wel van ij" De cember 17(37 mogen geschieden, dan na hekomen concessie van het collegie van heeren Heemraden tot het doen van overschrijving. Art. 10. Daar de huurloonen der rijtuigen bepaald dienen te worden naar den tijd, welke van dezelve gebruik gemaakt word, zoo zal voor een halven dag voor het gebruik van een rijtuig met twee paarden betaald worden rd 1 twee en een half en voor een heelen dag rd s vijf, echter niet uitzondering, dat voor hel enkel brengen of halen binnen den omtrek van vijf paaien een huurder maar zal betalen twee rd', namenllijk wanneer hij tot verrichting zijner affaires hetzelve niet lang ophoud en zonder verder uit den weg of bij een tweeden per soon aan te rijden terugkeerd, met uitdrukkelijk verbod van op Zon- en feestdagen niet meer te mogen vorderen dan de bepaling volgens deze instructie, op eene boele van vijf en twintig rd s voor ieder rijtuig, daar meer voor betaald is. 1809. H. W. DAENDELS. 970 heeft besloten het meermelde vijfde artikel dei- huishoudelijke bepalingen voor het stedelijke hospitaal in zooverre te alte reeren, dat voor het spijzigen der gekwetsten in voornoemd hospitaal, welke geen gevangenen zijn, aan den ziekenvader een derde meer in rekening zal worden geleden, als anders hij het voorschreven artikel omtrent de gevangenen bepaald is. Zie ook 14 Herfstmaand 1810. 19 November. Regeling van de blandmu/s in den Oosthoek. Is besloten tot een vaste blandong voor de bosch-werkzaam heden in den Oosthoek de ondervolgende dessa's, huisgezinnen, trekbeesten en rijstvelden af te scheiden, als: ï« de regentschappen van Sourabaija; 1809. H. W. DAENDELS. 971 in de regentschappen van Passourouang, Banger en Baiigil: in de regentschappen mn Sidaijo en Grissee; 1809. H. W. DAENDELS. 972 Zullende de blandongs voor den Oosthoek gevolglijk be staan uit: 19 November. Hang- en tractements-regeling der chirur gijns 1* klasse bij de marine. Is besloten de chirurgijns der marine van de eerste klasse in rang gelijk te stellen met den chirurgijn majoor der tweede klasse bij de armee en hun traclementen te bepalen op een honderd en vijftig rijksdaalders, 's maan ds. 21 November. Regeling van den geneeskundigen dienst in de groolc Oost. Is besloten: 1° dat de geneeskundige dienst in de groote Oosl of niet name te Ambon, Banda en Ternaten in zijn geheel zal worden waargenomen door het getal officieren van ge zondheid, welke hij de aldaar gecantonneerde troepes volgens de bepaling gehooreu; 2 U dal dit voorschreven getal officieren van gezondheid zoo danig zal moeten verdeeld worden op de onderscheidene eilanden en posten, alwaar troepes in bezetling liggen, dat dezelve tevens, bij den dienst der troepes, die der hos pitalen zullen kunnen waarnemen, zullende voor gemelde hospitalen geene officieren van gezondheid afzonderlijk worden loegestaan; 5° dat. de hospitalen op de verschillende eilanden moeten worden ingerigl op den voel der zoogenaamde guarnizoens-hospi pitalen, voorgeschreven bij artikel 5 van de 2 ,, c afdeeling van het 2' l( ' hoofdstuk der regeling van den geneeskundigen dienst; 1809. H. W. DAENDELS. 973 4° dat voor de verpleging der zeevarenden van 's Konings schepen in deze guarnisoens-hospitalen znl worden geheven als voor de Europcsen hetzelfde menage-geld als voor de Europeesrhe mililairen en voor de inlanders twee stuivers daags, behalven de rations subsistentie; en S° dal voor het verplegen der zieken van de Hollandsche knopvuardij-scheppn en van vreemde schepen zal worden gedeclareert, hetgeen daarvoor bij de besluiten van zijne excellentie van 4 Juli 1808 en 28 Maart 1809 is bepaald. 21 November. Bepaling, dat tweemalen 's jaars stam lijsten van de troupen in de groote Oosl moesten worden ingediend. Te weten bij hel begin en hel eindigen van de mouson. Ingevolge orders van 8 en 51 Juli 1808 moesten die slokken vroeger elk kwartaal worden ingediend. 22 November. Tarief voor vracht-gelden »bij den legcn »woordigen lijd van oorlog". Van Batavia naar Bantam de coijang, zilv. rd s 9 » » "de Marak Bani: » » » » 9 » » » Macasser langs Java » » » » si> » » » l'alemhang » » » » 28 » » » Ambon.. » » » » 60 » » » Banda » » » » 00 » » » Ternaten » » » » 62 » » » Manado » » » » 62 » » » Japan en terug » » » » 100 » » » China » » » • » » 80 ■> » o Timor • » » » st> » Samarang •> Balavia ■ » » » 15 i » » Ambon langs Java » » » :i5 » » » Banda • » » » » t>s 1809. H. W. DAENDELS 974 Van Samarang naar Ternaten langs Java de coijaug, zilv. rd' 57 » » » Maccasser langs Java » • ■ » 30 » » • Tiuior langs Java » • » » 50 » » » Palemhang » » » » 28 » Sourabaija en (irisce naar Batavia .. » » .... 24 » » » » » A min in...» » » » 50 n » » » Banda.. . » » » » 50 • • » » • Ternaten » • » » 52 » » » ■■ ■ » Macasser.. » » » • 30 » " » o « Timor ...» » » » 25 » Indramaijo naar Batavia » » » » 10 » Cheribon » » » » • » 11 • Tagal » » » » » » 12 « Paccalongang » » » » » » 15 » Japara » » » » » » 14 » Joana » » » » » » 18 » Reuiliang » » » » » » 18 » Anilioii » Ternaten en terug » » » » 25 » » ■ Menado » » » » » » 25 ■ » » Gorontalo» » » » » » 25 » » » Banda » » » » 16 • Banda » kl. Timor en terug » » » » 50 Wordende de tusschenplaatsen op Java, als bij voorbeeld van Sourabaija naar llembang, na gelang der afstand door de prefecten of hoofden berekend. Voor vracht bij de lerugreize van al zulke plaatsen, als waarvoor de vracht voor de heen- en lerugreize niet is bepaald, zal 50 percent of de helfte van de vastgestelde vracht mogen worden gevalideerd. Terwijl bij tijden van vreede de bovenstaande prijzen met 20 percent moeten worden verminderd. Doch daarentegen met 20 percent ten allen lijden ver meerderd voor al zulke vaartuigen, als onder de 50 coijangs laden. 1809. H. W. DAENDELS. 975 Zullende de berekening van coijangs op de volgende wijze geschieden: zuiver: bruto: rijst ft —ft 5400 cofïij-b(ionen » — » 2500 tin » 3400 » — salpeter » — » 5400 suiker » — » 3200 peper » — » 2500 garioffel nagelen, gestorte » 2500 » — indigo in kasten » — » 2500 caliatour-hout » 2500 * — thee » — » 1700 canneel » — » 1700 lijwaten » — » 1700 catoene garens in kleine fustagiën.. . . » — • 1700 sappanhoul » 1700 » — curcuma » — » 1700 zout » — » 3400 koper in soort » 5400 » — ijzer in soort » 3400 » — spijkers » — • 5000 Vervolgens zullen op een coijang gerekend worden: 2 leggers, 20 bali's clappus-olij, slroozakken of matten 80 cubicq voeten, en hout, touwwerken, enz. 100 cubicq voeten. De prefecten buiten Java werden gemachtigd, naar tijds omstandigheden, van dit tarief af te wijken en »zoo wel •schepen als vaartuigen in Ie huuren of in requisitie te stellen". Si 2 November. Toekenning aan den molla of inlandschen priester bij hel collegie van Schepenen eener maan delijkschc toelage van 15 rijksdaalders. Vroeger had deze priester eene gelijke toelage uil ile slads-kas geuolen. 1809. H. W. DAENDELS. 976 ii 2 November. Voorschrift voor de collecleurs van het collaleraal. • Ten einde alle vertraging voor den vervolge voor te komen en alle evrenren ten spocdigslen te kunnen ontdekken is goedgevonden en verslaan de collecleurs te gelasten bij het einde van elke twee. maanden aan de generale directie en rekenkamer een accuraat rapport in te zenden van alle de sommaliën, die zij hebhen gedaan, zoomede van alle boedels, waarvan binnen den loop dier lijd betaling van hel collaleraal is gepresteerd, als ook van alle dezulken, waarvan de tijd van opgave en betaling is geêxpireerd ; niet recommandatie verder, dat alle nadeden, die door onallenlie of verzuim in dezen moglen vervallen, zonder form van proces op hunne rekening zullen worden gesteld. 22 November. Toekenning aan den muntmeester te Batavia van 7 rijksdaalders voor elke 100 rijks daalders, door hem aan bonken van 1 en 2 stuivers geleverd, en 1 pet. op hel afvallende gruis. 22 November. Reorganisatie van de Molukken. De Regering vereenigde zich met het navolgende voorstel van den Gouverneur-Generaal: U Hoog Edelheden bij besluit van den 7 en September jongstleden op mijn daartoe gedane voorstel geconcurreerd hebbende lot de benoeming eener commissie tot hel ontwer pen van een plan van reorganisatie onzer bezittingen in de groole Oost, zoo zoude ik op dien grond ook mogen veron derstellen, dat U Hoog Edelheden ten vollen met mij hebben geperpelreerd de noodzakelijkheid om cene hervormingen ver betering in bel bestier van dit gedeelte van Zijner iMajesleils bezittingen in Indien daar te stellen. Dan bet rapport van deze commissie vervolgens aan mij zijnde ingediend, acht ik mij niettemin verpligl om, voor en 1809. H. W. DAENDELS. 977 PI.AIAAT-8011 DEEI. *». 62 aleer ik U Hoog Edellieden dientengevolge eenige bepaalde maatregel eu voorstelle, de gronden en motiven van dezelve eenigszins nader te ontvouwen. Het is niet alleen de regtvaardigheid en billijkheid, die vorderen, dat het gouvernement zich in alle deelen van bestier en administratie gelijk blijve en dat de verpligting tot eene meer getrouwe en zuivere behartiging van 's Lands belangen, welke nader door II Hoog Edelheden op mijne voorstellen, ingevoerde redressen en verbeteringen aan alle de ambtenaren, zoo ler dezer hoofdplaats, als verders op het eiland Java, is opgelegd, zich ook gelijkelijk tot alle dienaren vau Zijne Majesteit in Indien extendeeren, maar de toestand van onze bezittingen in de Molluccos en de vooruitzichten, welke men zich van den excliisieven handel in de specerijen voor hel vervolg mag vormen, vorderen in het bijzonder, dat de geest van spaarzaamheid en van eene oplettende en uauwgezette admini stratie, zoo ergens, allhans in die gewesten worde ingevoerd. Het is dientengevolge in de eerste plaats noodzakelijk, dat alle dienaren op onze Oostersche bezittingen door eene billijke en wettige bepaling van inkomsten tol eene gelrouwe plichtsbetrachting worden verbonden en afgetrokken van alle slinksche wegen, langs welke men te voren ongepermit teerde voordeden mogt hebben bejaagt; dat aan de eersten van dezelve alle particuliere handel en aan de minderen die takken van handel, welke in competitie met 's gouver nements belangen zouden komen, geheel en al werden ontzegd; dat voorts alle particuliere heerendiensten, verpligte leverantiön van levensmiddelen of andere zaken en alle overwiglen op te leveren producten, als aanleiding kunnende geven tot mis bruiken, len eenemale werden afgeschafl. Langs dien weg de pligtmalige handeling van alle de aan te stellene dienaren verzekerd hebbende, wordt een tweede middel tot bezuiniging, dat derzelver getal niet boven de wezenlijke benoodigdheid werde geëxtendeerd eu dat die deelen van administratie, welke of te missen of aan bijzondere misbruiken onderhevig waren, geheel worden ingetrokken of 180 Ö. H. W. DAENDELS. 978 vervangen door vaste en bepaalde uitgaven <ip die respecten om door de hoofdgebieders naar vereischle van zaken geac cordeert en onder derzelver hoofddeelen specifieq te worden verantwoord. Was het, dat de ondervinding inogl aantoonen, dat de cal culative berekening op die respecten ter eerster inslanlie of te ruim of te eng was genomen, zoo zal de juslificatie der te doene uitgaven U Hoog Edelheden in staat stellen daar omtrent in der tijd de noodige redressen te maken, terwijl de form der zaak inmiddels genoegzaam zijn zal om de vorige misbruiken te weeren en het gouvernement eindelijk in de mogelijkheid zal brengen om hel kostende van alle onze bezittingen om de groote Oost op cenen vasten voet te kunnen berekenen. Behalven deze algemeene redressen, die volstrekt vereischl werden om het beslier der Molluccos op eenen eenparigen voet te brengen met de verbeterde huishouding ter dezer hoofdplaats en op hel eiland Java, zoo zijn er nog in de constitutie van die provinciën bijzondere gebreken, welke eene reorganisatie hoogst noodzakelijk maken. Hiertoe behoort in de eerste plaats de al te groote omslag en kosten van onze bezitting op Ternaten, de meerdere voor deelen, welke daarentegen van Menado en Gorontalo kunnen worden getrokken, en de finale bepaling der ondergeschiktheid van deze prefeclures, zoowel als van die van Banda en Timor aan den prefect van Amboina. Daar de bezitting van Ternalen eenlijk moet strekken tol exlirpatie der specerij-culture in die gewesten en bepaling van dezelve tot de provinciën van Ambon en Banda kan er bij U Hoog Edelheden geen twijfel zijn, of de oogmerken van het gouvernement zullen ten dezen opzichte niet eene vermindering van omslag op Ternaten even goed als te voren kunnen bereikt worden; en nademaal Ternalen op zichzelven geene producten, noch voordeelen oplevert, zal de reductie, welke daardoor in de uitgaven wordt bewerkt, eene zuivere winst zijn voor 'sLands kas. 1809 H. W. DAENDELS. 979 De kusten van Manado en Goronlalo daarentegen in staal, zijnde om, zoowel door liet product van rijst, als door het leveren van manschappen tot recruleering der armee in Indien, aan twee voorname behoeften van hel gouvernement te kunnen voldoen, zoo verdienen deze voordeelen niet alleen door eene sterkere bezetting van die plaatsen te worden verzekerd, maar de meerdere aangelegenheid van dit etablis sement vordert levens ook, dat hetzelve, instede van als voorheen onder Ternalen, onmiddelijk onder de hoofd-prefec ture der Moluccos geplaatst werde. Dezelfde redenen, welke II Hoog Edellieden reeds voorheen hebben doen besluiten om de drie Oostersche gouvernementen provisioneel onder het gezag van den hoofd gebieder van Amhoina te vereenigen, zijn wijders nog dezelfde gebleven en vorderen, dat alsnu dit gezag op eenen permanenten voel aan den prefecl van Amboina en dies onderhoorigheden werde opgedragen; terwijl het nut, 't welk voornamentlijk de préfec ture van Banda van het eiland groot ïimor zal kunnen trekken tot suppletie der nog ontbrekende perkslaven en de bestendige communicatie, welke lusschen dal eiland en Amboina gedurende beide de mousaons kan onderhouden worden, mij alsnog ten hoogslen nuttig doen beschouwen, dat ook dit etablissement als eene onder-prefecture onder den hoofd prefect der Moluccos gesteld werde. Eindelijk is nog eene der voornaamste beweegredenen tot eene reorganisatie van hel bestier onzer üoslersche bezittingen gelegen iu de tegenswoordige gesteldheid der perken, perkeniers en perkzaken op Banda. Zonder te willen beslissen, in hoe verre ook andere oorzaken tot de buitengewoon slechte hoe danigheid der Bandasche specerijen in de beide laatste jaren kunnen hebben medegewerkt, schijnt echter de voorname reden hiervan te moeten gezocht worden in den beklagens waardiger! toestand van den perkenier zelven, in zijn gebrek aan slaven, iu het verval zijner perk-gebouwen, in zijne armoede en in de achteloosheid, welke dientengevolge iu de insameling, berging en behandeling der producten heeft plaats gehad. 1808. H. W. OAENDELS. 98 Art. 11. Wordende \erder een halve dag bepaald op ruim zes of des noods circa zeven uuren, te weten van den lijd, dat het rijtuig van stal gaat, tot het er weer op komt, kunnende een halve dag 's morgens gerekend worden tot twee uuren en een halve dag des achtermiddag» tot twaalf uuren's nachts ; maar verder onder bepaling, dat een huurder, indien hij een rijtuig voor een halven dag gehuurl heeft en 's middags na 2 uuren of 'snachts na IS uuren hetzelve tol zijn retour laat wachten, verplicht zal zijn voor elk uur opboudens na twee of twaalf uuren te betalen een halve rijksdaalder, met vergunning van vrijheid aan de wagen-verhuurders om, bij weigering van evengcnielde betaling na twee en twaalf uuren, hunne koetsiers te kunnen gelasten van direct ledig naar den stal te keeren. Art. VI. Voorts zullen de huurloonen naar de volgende distantien gereguleerd en berekend worden (de nodige spannen paarden niet de jongens, die dezelve ter verwisseling voor uitbrengen en het noodig voeder voor dezelve daaronder begrepen zijnde): voor de distantie van thien palen en den eigen dag terug zal zeven rd s betaald worden: van tien tot vijftien paaien, mits den eigen dag terug, zal voor elf paaien agt rd\ voor twaalf paaien negen rd", voor dertien paaien tien, voor veertien elf en voor vijftien paaien twaalf rd" gerekend worden: van vijftien tot twintig paaien, mits den eigen dag terug, zal voor zestien paaien rijdens veertien rd% voor zeventien paaien vijftien rd s , voor agtien paaien zestien rd s , voor ne gentien paaien zeventien, en voor twintig paaien agtien rd s betaald worden. Verder voor ieder paal, boven de twintig tot de vijftig paaien gereden wordende, zal een rd* boven de bepaalde agtien nl s gerekend kunnen worden, derhalve voor de distantie van 30 paaien zal 28 rd», voor de distantie van 40 paaien 38 rd s en voor die van ï>o paaien 48 rd' betaald worden. En verder mag voor ieder vijf paal boven de 30 paaien vijf rd 8 meer als 50 gerekend worden, met dien verstande egter, dat geduurende de kwade mousson of van ultimo December tot ultimo April de vragten na de bovenlanden, 1809. H. W. DAENDELS. 980 Ofschoon ook deze gebreken reeds voorheen de ernstige aandacht van deze regeering tot zich getrokken eu aanleiding gegeven hebben, dat in den jare 1793 aan den toenmaligen gezaghebber van Banda, Francois van Boekholtz, de qualificatie is verleend om verschillende, doitr hem voorgestelde redressen in het bestier der Bandasr.he perken in te voeren, zijn echter deze gebreken onbersteld en de voorgenoemde redressen onvol tooid gebleven, nadat door de overgave van Banda aan eene Engclsche magt op den Ben8 en Maart 1796 de werkzaamheden van den gezagbebber van Boekholtz geheel waren afgebroken. Hel regt van eigendom alleen, 't welk destijds aan de perkeniers wierd toegekend, doch waarop sommigen derzelven zich al te veel lieten voorstaan, was door hem bij een publicatie van den l' n Februari] van dat zelve jaar inge trokken en de schulden daarentegen, waarmede het meerendeel der perkeniers hunne bezittingen, zoo bij den Lande, als bij de collegiën van de weeskamer en diaconie hadden bezwaard, waren door hem overgenomen voor rekening van het gouver nement en geliquideerd op eene wijze, welke ik geheel en al overlaat voor rekening en verantwoording van hen, die den gezaghebber, van Boekhollz, daartoe hadden gequaliliceerd of zijne handelwijze vervolgens hebben gehomologeerd. Dan, welke verligting ook deze vernietiging van schulden aan den bezwarenden loestand der perkeniers moge hebben loegebragt, de vermindering van hunne regten schijnt echter het zwaarste te hebben gewogen en zulks te meer, wijl aan de voorwaarden, waarop deze bezittingen, volgens bet plan van den gezaghebber, van Boekholtz, op nieuw aan de ge bruikers zouden worden uitgegeven, nimmer is voldaan; zijnde door den gezaghebber, van Boekholtz, de eigendommen wel ingetrokken, doch de leen-brieven, waardoor de perkeniers op nieuw in hun bezit zouden worden bevestigd, nimmer uitgegeven, terwijl bovendien zijne beloften tot vernieuwing der perk-geboinven, tot het voltallig maken der perkslavcn en tot eene verstrekking van rijst om niet geheel onvervuld zijn gebleven. 1809. H. W. DAENDELS. 981 Commissarissen lot den overneem der Oostersche gouver nementen in 1803 wierden vervolgens wel geautoriseerd om hel door den gezaghebber, van Boekholtz, ontworpen plan nader ter executie te leggen, dan het schijnt dczelven, zoowel als liet gouvernement, te dier lijd aan de middelen en hel vermogen te hebhen ontbroken om aan de verbindtenisseu, welke de gedachte van Boekholtz had op zich genomen, te kunnen voldoen; allhans de onzekerheid van den toestand der perkeniers en perkzaken is ook sedert dien lijd blijven voort duren; de toezeggingen van den gezaghebber, van Boekholtz, zijn onvoldaan; de perkenier is verstoken gebleven van de middelen, die hem uit zijn vervallen slaat konden opbeuren, en di' perken, perk-gebouwen en producten zijn niet minder veronachtzaamd dan voorheen. Het is op grond van deze motiven, dat ik U Hoog Edel lieden voorstel tot organisatie van het bestier dier Moluccos te derreteren : 1. dat mei afschaffing van den voormaligen titul van gouvernementen do préfecture van Banda en de commandant van Ternaten voortaan zullen zijn en blijven ondergeschikt aan den prefect van Amboiua en dies onderhoorigheden als hoofd prefect der Moluccos en zulks op dien voet en wijze, als bij de instructie van den prefect van Amboina en dien van Banda nader zal worden bepaald; 2. dal inzelver voegen het eiland van groot ïimor mede onder de prefecture van Amboina begrepen en aan dezelve ondergeschikt zijn zal; 3. dat de bezittingen van Gorontalo en Manado, in stede van onder den commandant van Ternalen, voortaan onmid ilelijk zullen sorteeren onder den prefect van Amboina en een e ondergeschikte prefecture onder denzelven uitmaken; 4 dat hei getal der politique ambtenaren voor de Moluccos voorlaan zal zijn bepaald, als: voor Amboina en dies onderhoorigheden: 1 prefect mei een jaarlijks traktement van rd" 20000 :—, zilver 1809. H. W. DAENDELS. 982 met ontzegging van allen particulieren handel en, gelijk alle overige ambtenaren, zonder eenig ander genot, hoegenaamd, 1 administrateur, welke te gelijk zal zijn president van justitie, boekhouder, dispencier en parapheerder van het zegel, met een tractement van 's jaars rd" 4800 :—, zilver 1 finantie-boekhouder op een tracte ment van 's jaars » HOO :—, » 1 fiscaal, te gelijk tractements-boek houder en president van de weeskamer, met 's jaars » 2500 :—, » 1 onder-prefect op Saparoua met 's jaars » 1800: -, » 1 » » te Hila met 's jaars... » 1200: —, • 1 » » » Haroeko met 's jaars » 900 :—, » 1 » » » Laricque ° » » 900: —, » 1 » » van Boero » » » 400: —, » 1 » » » Manipa ■> » » 560: —, » 1 secretaris bij den prefect met 's jaars » 2000 :—, • 1 gezworen klerk bij evengemelden se cretaris met 's jaars » 500 :—, » 1 secretaris van justitie, weeskamer en landraad, mitsgaders klein-kassier en collecteur van het collateraal, met 's jaars » 900 : —»-, ■> 1 randzoen-verstrekker in de dispens met 's jaars » 500 :—, » 1 gezworen translaleur en opzichter over het noten kalken met 's jaars.... » 360: —, » 1 notenkalker met 's jaars » 125: —, » 8 klerken, waarvan : 4 bij den prefect, als 2 a rd s 16 's niaands en 2 ;'i rd' 13 'smaands of te /.amen 's jaars » 096: —, « 4 klerken bij den administrateur en boekhouder, als: 2 klerken a rd' 16 's maands en 2 klerken a rd" 13 's maands of te zameu 's jaars , » 696 :—, » 1809. H. W. DAENDELS 983 1 gerechtsbode a rd s 16 's maands of 'sjaars rd" 192 :—, zilver 1 geweldiger a rd' 15 's maands of 's jaars • 156 :—, » 1 inlandsche bode a rd s 16's maands of 'sjaars » 192 : —■, » 1 cipier a rd s 13's maands of's jaars » 156: —, » 1 scherprechter a rd s 11 's maands of 'sjaars » 132: —, » 1 kwartiermeester a rd" 12's maands of 's jaars » 144: —, • kerkelijke dienaren: 1 predikant met » 2400 :—, » 1 krankbezoeker met » 222 : 24, • 1 organist, legelijk schoolmeester, met » 95 :—, » Voor schoolmeesters en krankbezoekers door de Moluccos zal 's maands 100 rd* zonder meer worden betaald, 1 beambtschrijver » —: — » 1 vendumeester » —: — » voor de marine: 1 havenmeester en opzichter der ge houwen, onder het genot van een jaarlijks traktement, aan deszelfs rang geaccor deerd ; voor Banda en dies onderhoorigheden: 1 prefect met het tractement van 's jaars. rd' 10800 :—, zilver met intrekking van alle verdere inkom sten, hoegenaamd, en verbod om parti culier te negoliëeren, 1 administrateur, welke Ie gelijk moet wezen president van justitie, boekhouder, dispencier en paraphcerder van het zegel, voor een jaarwedde van » 4800 :—, » 1809. H. W. DAENDELS. 984 1 finantie-boekhüuder op een tracte ment van 's jaars rd» 720 :—, zilver 1 generale opzichter over de specerij perken met een tractement van 's jaars » 3600 :—, 1 fiscaal, zullende te gelijk tractements boekhouder en president van de wees kamer zijn, niet een tractement van 's jaars » 2000 :—, » 1 secretaris voor den prefect met 's jaars » 1200 :—, » 1 onder-prefect van de Zuidwester eilanden met 's jaars » 600 :—, » 1 onder-prefect van Poulo Aij met 's jaars » 1500 :—. » 1 opziender der pakhuizen en rand soenen-verstrekker met 's jaars » 720 : —, 1 secretaris van justitie, weeskamer en diaconie, klein-cassier, mitsgaders collecteur van hel collateraal, met 's jaars » 900: —, » 1 architect, opzichter over 's Lands gebouwen en slavenkwartier, het noten kalken, met 's jaars » 1800 :—, » 1 adjunct-generaal perkopzichter met 's jaars » 480 :—, » 1 notenkalker met 's jaars » 240: —, » 5 klerken, waarvan 2 bij den pre fect, als: 1 a rd" 16 's maands of 's jaars ...» 192 :—, » 1 » » 13 » * » .. .. » 156 :—, » 3 bij den administrateur, als: 1 a rd" 16 's maands of 's jaars . ... » 192 :—, » 2»»13 » » »....» 552 :—, » kerkelijke dienaren: 1 krankbezoeker a rd' 16 's maands of 's jaars » 192 :—, » 1809. H. W. DAENDELS. 985 12 bosch wachters, waarvan 4 van de eerste klasse met rd' 30 per maand of 's jaars rd 8 1440 :—, zilver 4 van de tweede klasse met rd 8 25 per maand of 's jaars » 1200 :—, • 4 van de derde klasse met rd s 20 per maand of 's jaars » 960 :—, » justitie liediendens: 1 gerechtsbode a rd' 16 'smaandsof 's jaars . . » 192 :—, » 1 geweldiger a rd" 13 's maands of 's jaars .. » 156: —, » 1 cipier en slavenmandoor a vd" 13 's maands of 's jaars » 156 :—, » 1 beamhtschrijver » —: —, » 1 vendumeester » —: —, » Uitgezonderd de los- en laad- vaartuigen werd hier de equipage-werf ingetrokken, zoo ook hel aldaar aanhouden van kruis vaartuigen, wordende alleen een boots man met hel daarlou bepaald tractemenl, sorleerende onder den architect, daarge laten ter bewaring derzelve. Voor Ternaten: 1 civiel-en militair commandant, welke boven hel tractement van luitenant colonel rd 8 1500 lal'elgeld 's jaars zal genieten zonder meer » 1500 :—, » 1 administrateur, welke Ie gelijk pre sident van justitie, boekhouder, tracte menls-boekhouder, dispencier en para pheerder van het zegel zal zijn, met een tractement van 's jaars ■ 2400 :—, » 1 fiscaal, te gelijk president van de weeskamer, met 's jaars » 1200:—, » 1809. H. W DAENDELS. 986 1 transluteur in de Maleijdsche laai niet een jaarwedde van rd s 360 :—, zilver, 1 secretaris van den commandant, de justitie en weeskamer, tegelijk collecteur van het collateraal, mei 'sjaars » 1800: —, » 3 klerken, waarvan: 1 bij den commandant a rd" 16 's maands of 's jaars » 102: —, » 2 hij den administrateur, als: 1 met rd* 16 's maands of'sjaars » 192: —, » 1 » » 13 » » » » 156: —, » justitie bediendens: 1 gerechtsbode met rd s 16 's maands of 's jaars » 192 :—, » 1 geweldiger met rd 8 13 's maands of 's jaars.., • 156: —, » 1 cipier met rd' 13 's maands of 's jaars » 156 :—, » 1 bootsman voor de surveillance. .. • —: —, » 1 beambtschrijver » —: —, » 1 vendumeesler » —: —, » Uitgezonderd de laad- of losvaartuigen, werd de equipagewerf met dies ap- en dependentien ingetrokken, gelijk het al daar aanhouden van kruisvaartuigen, alleen een bootsman met de gage volgens tarief daar blijvende om gemelde vaar tuigen te admiuistreeren. voor Manado: 1 prefect met 's jaars » 5000 :—, » l onder-prefect van Gorontalo 'sjaars » 600 :—, » 1 scriba met 'sjaars » 360 :—, » 1 klerk mei. rd' 20 's maands of 's jaars » 240 :—, » 1 tolk met rd" 20's maands of'sjaars » 240: —, » 1809. H. W. DAENDELS. 987 voor groot Timor: 1 onder-prefect niet 'sjaars rd* —: —, zilver 1 scriba en boekhouder met 'sjaars - — :—, » 5. dat buiten de hiervoren bepaalde tractementen door de aan te slellcne ambtenaren geene emolumenten, stille winsten of andere voordeden, hoe ook genaamd, zullen mogen genoten worden; 6. dat in het bijzonder aan de eerste ambtenaren, met name aan de prefecten van Amboina en Banda, den comman dant van Ternaten, de administrateurs, fiscaal en sabandhaars op de gedachte plaatsen, den generaal en adjunct-perkopzichter te Banda en de onder-prefecten van de specerij gevende comptoiren in het algemeen het drijven van particulieren handel ten eenemale zal zijn verboden; 7. dal bovendien ook aan alle mindere dienaren en vrije ingezetenen over de geheele Moluccos het drijven van parti culieren handel zal zijn verboden in alle die artikelen, welke met 's gouvernemenls privatieven handel in competitie zouden kunnen komen; 8. dat overzulks, niet alleen de particuliere handel in specerijen zal zijn geinterdiceerd op de daartegen reeds gestelde of nog te stellene straffen, maar dat ook aan een ieder zal zijn verboden de handel in slaven o|> de kusten van Manado en Gorontalo, groot Timor en Coupang, de handel in Hjwaten op die kusten en met. die volken, waaraan dezelve van gmivernementswege plegen te worden gedebiteerd, en de handel in vee op de kusten van Mcnado en Gorontalo; 9. dat de overige takken van handel nochtans aan de mindere dienaren, burgers en ingezetenen in de Moluccos vrij en onbelemmerd zijn zullen; 10. dal bel aan alle dienaren, ambachtslieden of anderen, welke door deze organisatie huilen emplooi mochten geraken, vrij zal slaan om zich ler plaatse, waar zij thans gezeten zijn of op eenige andere in de Moluccos, buiten dienst te blijven erneren of wel zich meterwoon naar deze hoofd plaats, Semarang of Sourahaija te begeven; 1809. H. W. DAENDELS. 988 11. dat de onkosten van timineragien en reparalien, de wapenkamer daar mede onder hegrepen, bij provisie zullen zijn bepaald: voor Amboina op eene somma van .... rd s 4000 ■ Banda » » • » » 4000 » Ternaten » » » » .1000 » Manado » p • » » 500 mei vrijheid nochtans aan de respective prefecten om, de nood zulks vereiscbende en mits doende specifkjue verant woording, zich eene afwijking van deze bepalingen te mogen veroorloven en eene voordracht tot vermindering of finale bepaling der uitgaven in dit respect te moeten doen; I '1. dat voorts de respective prefecten zich in het for meeren der eischen voor hunne prefectures en in het doen van uitgaven zoo na mogelijk zullen gedragen aan de calcu lalive berekening van het kostende der Moluccos, daarvan te formeeren, en dal zij, zoowel als alle overige dienaren, onder hun gesteld, zich in alles zullen houden aan de instructien, voor dezelve beraamd en vastgesteld. En welke instructien ik U Hoog Edellieden mede proponcer ter dezer gelegenheid te arreslceren en als een gedeelte dei reorganisatie van de Molucco's aan te merken, niet name: eene instructie voor den prefect van Amboina en onder boorigheden, » » » administrateur van 's Lands ma gazijnen te Amboina, » » » » fiscaal en tractements boek houder te Amboina, » » » » nolen-kalker, » • de onder-prefecten van Saparoua, Ilila, HaToeko, Larieke, Boeroe en Mam'pa, • » « den prefect van Banda, » » » » administrateur, » » » » fiscaal en tractements boek houder, 1809. H. W. DAENDELS. 989 eene instructie voor den generaal perk-opzichter, » » » » adjunct-generaal perk-opzichter, » » » » architect en opzichter over 's Lands gebouwen van het sla ven-kwartier en over het noten kalken, » » » » noten-kalker, » » »de boschwachlers, » » » « perkeniers, » » » den onder-prefect van Poulo Aij, voor zooverre de specerijen met dies aankleeven aangaat, » » » » militair en civiel commandant te Ternaten, » » » » administrateur, » » » » fiscaal, » » » » prefect van Menado. Resultaten mocht Daendels van deze reorganisatie niet zien, doordien Ambon op den I7 den Febrüarij 1810 aan de Engelsclicn werd overgegeven. 22 November. Verbod tegen den uil roer van zilveren, koperen en juijneren geld uil de groote Oosl naar westelijk daarvan gelegen jtluulsen. Ter voorkoming, dat geene gelden uit de groote Oost worden uitgevoerd waardoor het gouvernement telkens tot nieuwe aanzendingen met veel risico verplicht wordt, en aan de andere kant ingezet enen en handelaren gelegenheid te geven tot het doen van remises is goedgevonden en verstaan allen uitvoer van zilver, koper en papiere geld uit de groote Oosl uaar plaatsen, om de West gelegen finaal te verbieden, onder dezelfde poenaliteiten, als op Java tegen den uilvoer van zilveren en gouden muntspecien zijn geslatueerd, doch daarentegen den prefect van Anilion te autoraeeren om alle 1808. H. W. DAENDELS. 99 boven de 25 paaien leggende, met de halve vragtgelden ver dubbeld zullen mogen werdeu: ook zal de huurder verplicht wezen, indien hij zig langer dan een dag in de bovenlanden ophoud en het rijtuig aanhoud, voor ieder span dat niet binnen den bepaalden tijd op stal Lerugkeerd, dagelijks vijl' rd' te betalen boven de bepaalde vragt-penuingeu. Art. 13. Tol voorkoming van ongelukken zal vooreerst dienen geobserveerd te worden de aloude order, namentlijk dat de wageii-verhiiurders des avonds bij donkere maan niet zonder ligt zullen mogen rijden; zullende verder de wagen verbuurders hunne rijtuigen op beide paneelen dislinet met de letter en Dommer van bun privilegie moeten voorzien op een boete van vijl' en twintig rd* en hunne koetsiers gelasten niet onordentelijk, wild ol' brutaal te rijden en dit bijzonder bij het oprijden van bruggen en omdraaien van hoeken in het oog te houden; ook zal een koetsier of een ander, een rijtuig voorbij willende rijden, verpligl zijn, alvorens hij op zijde van 't zelve komt, door een roep behoorlijk te waar schouwen, terwijl de ander dan een weinig op zijde moet afhalen, blijvende overigens volgens de publicatie van 15 Maart 1778 in volle observantie de bepalingen omtrent het uithalen van twee rijtuigen, die elkander ontmoeten, zullende hierbij een ieder, zonder onderscheid van personen of vragl, al toos in dezer voege moeten uithalen, dat beide de rijtuigen aan de rechterhand van den anderen passeeren en zulks op alle wegen en dwarswegen binnen en buiten de stad, op de poenaliteit, daartoe staande, alsmede dat de wageu verhuuiders aanspreekelijk zullen blijven voor de schade, die hunne koelsiers door wild of brutaal te rijden veroorzaken; gelijk mede in observantie moet gehouden worden de discretie, die thans plaats heeft in hel ontmoelen van alle rijtuigen en bijzonder die van zijne excellentie den Gouverneur (icne raal, den luitenant Gouverneur Generaal en van de verdere leden der hooge regeering. Art. 14. Imjvende voorts alle bepalingen omtrent de wagen verhuurders, bij vorige placcaalen vervat, zoo verre ze tegen 1809. H. W OAENDELS. 990 gelden, die de ingezetenen in de groole Oosl dan wel de op dezelve navigeerende handelaren disponihel hebben en inogten willen remitteeren, in 's Lands kas Ie accepfeeren en te doen accepteeren, zoo op Anibon, Banda, als Ternaten, en daarvoor wissels te verloenen ten laste van de hoofd plaats Batavia, welke aldaar zullen worden uitbetaald, óf in zilver geld, óf in papieren van crediet met de hij het gouvernement bepaalde agio: voorts den voorschreven uilvoer tot gerief van den smallen handel vrij te laten van liet eene etablissement van de groote Oost op het andere of voor de zoogenaamde binnenvaart, onder dezelfde of soortgelijke pre caulien, als bij placcaat van 1 Augustus 1808 ten aanzien van den uilvoer van geld van de eene plaats van Java naar de andere zijn vastgesteld. 22 November. Aanmaak van bonken op Ambon. Is goedgevonden en verstaan den Ambons prefect te quali ficeeren om van de kopere munt, welke llians in de groote Oost circuleert en zwaarder is als de muntstukken, die actueel worden aangemaakt, zooveel in te wisselen, als hij zal kunnen bemachtigen, en gemelde oude kopere munt, zoowel als hetgeen daarvan successive nog nader mogl inkomen, in den smilswinkel te doen verkappen, te weten: de een en twee sluiverstukken van den stempel sedert 1796 midden door of tot de dubbelde waarde en de twee stuiverslukken van den stempel sedert 1803 tot drie stuivers of in stukken van twee stuivers en een stuiver ieder; en om alle de gemelde, verkapte stukken vervolgens te doen stempelen 2 S. en I S. respective, mitsgaders tot dal einde eenige zoodanige stempels aan den prefect van Anibon tol model mede Ie geven: voorts om de oude een stuiverslukken van den stempel sedert 1805 zonder verandering in circulatie te laten, indien het afkappen van dies meerdere zwaarte, als de later aangemaakte, te inoeijelijk mogt vallen; en laatstelijk aan dengeenen, die met dezen verkapping zal worden gechargeerd, daarvoor toe te leggen zeven rijksdaalders 1809. H. W. DAENDELS. 991 voor elke honderd rijksdaalders, welke hij aan verkapte munt stukken zal nlleveren, waardoor, huilen hel. daardoor aan den Lande toe Ie brengen voordeel, eene nuttige eenparigheid in de zwaarte der kopere ïmml zal worden verkregen. 22 November. Handhaving van hel verbod legen de toelating van vreemde schepen in de Molukken. Is goedgevonden en verslaan den prefect van Ambon te gelasten om de subsisteerende orders tegen de admissie van vreemde schepen in de Molukkos met alle ernst te mainlineren en te doen maintincren in dier voegen, dat alleen oorlogschcpen of gewapende vaartuigen van de Franschen dan wel van andere bondgenoten van Zijne Majesteit den Koning van Holland worden toegelaten en daarentegen alle koopvaarders, van wat natie ook, geweerd. 22 November. Lilgifle van een officieel weekblad. De Gouverneur Generaal achtte nuttig, instede van het zoo weinig interesserende vendu-nieuws, te doen uitgeven een weekblad of courant, door middel van hel welke de publieke handelingen van hel gouvernement, als ook de conse cutive inkomende nieuws lijdingen, voor zoover dit met een goede staatkunde was overeen Ie brengen, ler kennisse zouden kunnen worden gebragt van de gemeente, hetgeen vooral in een kolonie zoo voordeelig en nuttig, als aange naam voor de ingezetenen was. 22 November. Reglement voor de Lands-dnikkerij. Art. 1. Hel gelal en de jaarwedden der geëmploijeenlen op de drukkerij zullen worden bepaald op den navolgenden voel, als: een baas rd 9 1200 een boekbouder » 1000 een meester-knecht. » 600 1809. H. W. DAENDELS. 992 drie zetters a rd s 560 rd* 1080 » » » » 500 » 900 een zetter » 240 drie drukkers a rd' 500 » 900 » » 240 » 720 een drukker • 180 twee loopers of rondbrengen a rd* 120 « 240 Arl. 2. De drukkerij zal als voorheen sorteren onder de directie van den secretaris der hooge regeering. Art. 3. Kr zal gcreekend van primo Januari] aanslaande, in stede van het vendu-nieuvvs, op gemelde drukkerij werden gedrukt en uilgngeven een weekblad in groot quarlo formaat, bestaande in vier bladzijden, onder don naam van Bataviasehe Koloniale Courant, aan het hoofd voorzien met 's Konings wapen en afgedrukt in twee colommen. Art. 4. De actens van bet gouvernement, welke in deze courant zullen worden geplaatst, zullen wezen ollicieel. Art. 5. De redacteur van deze courant zal de publieke stukken, welke in dezelve moeten worden geplaatst, van hel gouvernement ontvangen, zoowel als de nieuwstijdingen, die consecutive inkomen, waarltij hij zijnerzijds voegen zal zoodanige aankondigingen en berigten, als waartoe hij stoffe mogt vinden, voor zoover de overblijvende ruimte van de courant dit zal permitteren. Art. 6. In bet plaatsen der stukken zal de redacteur de navolgende orde moeten observeren: 1" alle inkomende adverlentien: 2° de actens en andere publieke stukken van het gouver nement; en 5° de annonces, die de redacteur daarenboven nog aan het publiek mogt willen doen; waardoor niel verstaan wordl. dat de advertenties boven aan moeten worden geplaatst, maar dat bij gebrek aan ruimte de preferentie aan dezelve zal moeten worden gegeven. Art. 7. In het voorschreven geval van gebrek aan ruimte zal, öf een vervolg op de nommers van de courant werden 1809. H. W. DAENDELS. 993 I'LAkAM-lillKK I>l 11. XV. 63 uitgegeven, óf de stukken, die liet minste presseren, blijven over leggen lot de volgende week; zullend»; ter wegneeming van alle twijfeling in dezen voor den redacteur de aclens en andere publieke stukken van het gouvcrnemenl aan liem genommereerl gezonden worden en aan hel eerste nommer altijd de voorrang moeten worden gegeven. Arl. 8. l)e advertentien en andere annoncen van collegien, ambtenaren en particuliere personen regarderen den redacteur niet verder, als dat hem de vrijheid wordt gelaten dezelve in spelling te verbeteren, als ook in stijl, wanneer dezelve sluitende of zonder samenhang mogt zijn, ten einde dooi de publieke sanctie, welke aan de courant gegeven wordt, ook daaromtrend meer eenparigheid in te voeren. Art. 9. De courant zal Vrijdags worden uitgegeven en altijd daags bevorens ter goedkeuring worden aangeboden aan dengeenen, die zijne excellentie de Maarschalk eu Gou verneur Generaal daartoe zal committeren. Art. 10. Gemelde courant zal voor een ieder verkrijgbaar wezen en aan elk een worden rondgebragt tegen twintig rijksdaalders 'sjaars en met het intreden van ieder jaar vooruit moeten worden betaald, zullende aan degeenen, die intusschen overlijden of vertrekken, dan wel de bezorging van de courant opzeggen, geen restitutie hoegenaamd van hel opgewelde betaalde geschieden^ Art. 11. Degeenen, die zich tusschentijds aanmelden om de courant te hebben, zullen voor primo Julij voor het jaar voluit en na primo Julij slechts voor zes maanden of het halve jaar betalen. Art. 12. De redacteur, ofschoon hiertoe geen aanzoek gedaan hebbende, zal uit de revenuen van deze courant ge nieten veertig percent. Art. 13. De censure van advertentiën en andere stukken, die door particulieren ter drukpers worden gegeven, zal worden uitgevoerd door den secretaris van de regering, aan wien de tot dat einde van particulieren inkomende papieren door den baas drukker zullen moeten worden gepresenteerd, 1809. H. W. DAENDELS. 994 om daarop in dorso te leekenen voor fiat drukken, dan wel, daarin iets vindende, hetgeen aanstoot zou kunnen geven, daarvan aan zijne excellentie den' Maarschalk en Gouverneur Generaal rapport te doen. Art. 14. De censor zal bij het examineren der catalogussen van te verkoopene hoeken wel letten, of daarop ook werken gevonden worden, waarvan de uitgave verboden is of het verdere debiet uil hoofde van dies ergerlijken inhoud behoord te worden tegen gegaan; en, zoodanige werken aan hem voorkomende, daarop liet goedvinden innemen van zijne excellentie den Maarschalk en Gouverneur Generaal. Arl. 15. De advertenliën en andere annonces voor de cou rant zullen Dingsdag avond op de drukkerij moeten worden bezorgt en na dien lijd inkomende niel worden aangenomen als ter plaatsing in de courant van de volgende week. Art. 16. De advertenliën, die door de collegiën en amb tenaren ex officio gedaan worden, zullen gratis worden ge plaatst. Art. 17. Mede zullen ter drukperse gratis gedrukt worden de verhandelingen en andere geschriften, die het Bataviasche genoodschap van tijd tot tijd in het licht mogt geven, mits de materialen, die daartoe door den Lande verstrekt worden, betalende. Art. 18. Daarentegen zullen alle advertentiën en annonces van particulieren niet alloen geschreven moeten zijn op een zegel van twaalf stuivers, maar ook voor ieder regel moeten worden betaald één rijksdaalder, papiere geld, zullende dezelve vier achtereen volgende weken geplaatst worden, doch, eerder vervallen of overbodig geworden zijnde, ook vroeger kunnen worden uitgelaten. Art. 19. Voor de advertenliën van vaste goederen zal gedeclareerd worden veertig rijksdaalders, papiere geld, per perceel ter waarde van rijksdaalders 20,000 en daar boven, vijf en twintig rijksdaalders per perceel ter waarde van rijksdaalders 10,000 en daarboven, twintig rijksdaalders per perceel ter waarde van rijksdaalders 5000 en daarboven, 1809 H. W. DAENDELS. 995 vijftien rijksdaalders per perceel ter waarde van rijksdaalders 1000 en daar hoven en voor de percelen van minder waarde vijf rijksdaalders ieder, terwijl de advertentiën dezer ver koopingen zullen zijn geschreven, als van een perceel van rijksdaalders 20,000 en daarboven op een zegel van twee rijksdaalders, van een perceel van rijksdaalders 10,000 en daarboven op een zegel van één rijksdaalder en van een minder perceel op een zegel van vier en twintig stuivers. De waarde der percelen zal geëstimeerd worden volgens den laatsten verkoopprijs, dien dezelve gerendeert hebben. Art. 20. De betaling van advertentiën en andere stukken, die tusschentijds of builen de courant gedrukt worden, dan wel voor de courant geschikt en niet expresselijk genoemd zijn, zal zich reguleren na de decisie, die de secretaris der hooge regering daaromtrent geven zal, daarbij in het oog houdende om de declaratien niet te bezwarend te maken. Art. SI. Gemelde secretaris zal, na hierin zes maanden werkzaam te zijn geweest, een salaris-lijst voordragen, volgens welke deze betaling-op een vasten voet zoude kunnen worden gereguleert. Art. 22. Bij aldien zich particulieren aanmelden om eenig werkje of brochure gedrukt te hebben, zal, na verkregen goedkeuring hiertoe, de prijs door den secretaris van de regering worden bepaald, ingeval de auteur hel drukken daarvan tot eigen voordeel mogt verlangen; dan, zoo de auteur de voordeelen aan den baas drukker mogt overlaten, door gemelden baas, in compensatie van het gebruik van 'sLauds gereedschappen, uit de zuivere winsten eenige per cenlo's moeten worden uitgekeerd ten behoeve van het een of ander, openbaar institut, invoege dit nader door het gouvernement, in cas voorschreven, zal worden bepaald. Art. 23. De eerste gezwore klerk ter generale secretarij zal wezen kassier van de drukkerij en alle verschuldigde gelden, waarvan hem de uitgetrokken rekeningen wekelijks door den boekhouder zullen worden bezorgt, moeten incasseren, houdende daarvan een behoorlijk kassa-boek, terwijl hij ona 1809. H. W. OAENDELS. 996 de drie maanden daarvan eene kassa-rekening zal moeten inleveren aan den Gouverneur Generaal en aan den directeur generaal. Art. 24. De boekhouder van de drukkerij zal aantekening houden van al, hetgeen zoo voor particulieren gedrukl. als de betaling, die daarvoor gedeclareerd wordt. Hij zal mede boek houden van de materialen en slaven, bij de drukkerij behorende, zonder bekendstelling van geldswaarde, doch speci fiek onder hoofddeelen, volgens de jongst daarvan geformeerde inventaris. IHj deze boeken zal hefgeen onbruikbaar wordt als anderzins worden afgeschreeven, echter niet zonder qualifi catie, en daarentegen worden ingenomen de objecten, waarmede de drukkerij in der tijd mogt worden vermeerdert. Art. 25. Jaarlijks zal van de drukkerij een opneem ge schieden en de haas voor het lekortkomende aansprekelijk zijn. Art. 26. De baas zal van hetgeen op de drukkerij gedrukt wordt, niets ten zijne voordeele mogen verkopen, op poene van destitutie van zijn post, maar de kopers moeten overwijzen tot den boekhouder, die de contante verkoop dirigeren en de daarvan provenierende penningen weekelijks aan den kassier verantwoorden zal. Art. 27. En ten einde hier omtrent geen fraudes kunnen plaats hebben, zal het getal exemplaren, hetwelk zal worden afgedrukt, altijd met voorkennis van den kassier worden be paald en hetzelve aan hem óf in gelde of in natura op zijne requisitie moeten worden verantwoord. Art. 28. Uit de zuivere revenuen van de drukkerij zal twintig percent genoten worden ten voordeele van de vol genden, als: voor den secretaris der regering 10 percent, voor den eersten gezworen klerk 5 » voor den baas . 2 '/ 2 en voor den boekhouder 2'/j » Art. 29. De kassa-rekeningen van den kassier en de boekeu van den boekhouder zullen aan de examinatie der generale rekenkamer onderworpen zijn. 1800. H. W. DAENDELS. 997 22 November. Bepalingen nopens cipiers, yevangenen, enz. De Regering vereeuigde zich met het navolgende voorstel van den Gouverneur Generaal. Nagegaan hebbende de inrigtingen wegens het spijzigen en onderhouden der gevangenen, zoo bij den hoogen Raad van justitie van Hollandsch Indien en het collegie van Scheepenen Ie Ralavia, als bij den drossaaad der bala\iasche ommelanden, en de inkomsten der beide cipiers van de 's Lands en stads boeijen, was bel aan zijne excellentie gebleken, dat de inriglingen daaromtrent bij de beide collegien van justitie verschilden en de drossaard alleen, in navolging van hetgeen bij hel collegie van Schepenen plaats had, zes stuivers daags voor hel onderhoud van irderen gevangene aan den Lande deed declarceren; dat deze ongelijke manier van verzorging der gevangenen vermoedelijk voorlgevlneil was uil de ver schillende bepalingen, die na male van de tijdsomstandigheden of van de differente opinieu, dan eens ten aanzien van de gevangenen van den Raad van justitie, dan weder iuel be trekking lot die van Schepenen consecutive waren gemaakt, zonder dal men bedacht scheen geweest te zijn dezelve te brengen op een eenparigen voel, niettegenstaande deze eenparig heid overtuigend rust op de billijkheid, dat de gevangenen eene gelijke behandeling genieten; dat de inriglingen nopens de verzorging der gevangenen van den hoogen Raad van justitie zijne excellentie hierbij waren voorgekomen boven die van Schepenen de voorkeur te verdienen en ook meerendeels te rusten op de besluiten dezer regeering, vveshalven zijne excellentie aan deze vergadering proponeerde om, in bekrach tiging gedeeltelijk van gerepte, vroegere besluiten, bet onder houd der gevangenen van den hoogen Raad van justitie van 's Lands wege en der gevangenen van het collegie van Schepenen van stads wege Ie bepalen op den volgenden voet: Ten eersten : dat de cipiers der beide boeijen genieten zullen een vast tracleiuenl van een honderd vijftig rijksdaalders 's maands, betaalbaar voor 4 / 5 gedeelte in papieren van credit 1809. H. W. DAENDELS. 998 en voor '/s gedeelte in zilvere munt dan wel in papieren van credit niet de bij bet gouvernement bepaalde agio, niet intrekking daarentegen van hunne tegenwoordige, vaste in komsten en van hetgeen zij voor hel onderhoud van de boeijeu, de vergaderkamers, enz. genieten, bedragende voor den cipier van 'sLands boeijen, ingevolge memorie van ménage van den 28 en Augustus 1795, rd 8 t>32 :40 ten laste van den Lande en voor den cipier van de stads boeijen rd' iSOO ten bezware van Schepen-kas 's jaars. Ten tweede: dat de cipiers verpligt zullen wezen uit dit tradennent te diagen alle ongclden, welke noodig zijn om de verlrekkeu van de collegié'n van justitie en de boeijen en de hokken der gevangenen schoon en zindelijk te onder houden, waartoe zij zich de noodige koelies en gereedschappen zelve moeten aanschaffen. Ten derden: dal de cipiers ten behoeve der gedetineerdens van 's Meeren wege de rijst maandelijks in natura van den Lande zullen erlangen a veertig ponden per hoofd tegen dezelfde betaling als andere particulieren ingevolge de daarvan door de cipiers maandelijks in te leveren rollen aan den hoofd-administrateur voor het departement van Balavia, nadat die rollen door de presidenten van de collegiën van justitie en door den fiscaal of bailluw, een ieder in den hare, vooraf met derzelver handleekening zullen wezen geverifieerl; welke verstrekking mede zal worden geacrordeert voor de gevan genen, die gedurende den loop der maand worden ingebragt, voor zooveel dagen, als zij zich in custodie zullen bevinden. Ten vierden: dat, met afschaffing der distinctie in het besluit dezer regeering van den 17' n November 1772 gemaakt tusschen het kostgeld voor een Europees en Chinees, voor een christen inlander en voor een Mohamedaan of ander onchrislen generalijk aan de cipiers voor kostgeld zal worden gevalideerd zes stuivers daags per hoofd, papiere of kopere munt, voor alle 's Meeren gevangenen; in aanmerking nemende de dure tijden en dal deze distinctie bij Schepenen geen plaats vindt, waardoor dan ook aan de cipiers alle redenen worden alge- 1809. H. W. DAENDELS. 999 sneden om zich wegens eene gebrekkige verzorging der gevangenen Ie kunnen verschoonen, nademaal het niet vvel docnlijk is een gevangene, ofschoon een inlander zijnde, voor drie stuivers daags, zooals bij het evengedachte besluit bepaald was, van goede spijze te voorzien. Ten vijfde: dat de cipiers voor dit kostgeld aan de gevan genen zullen moeten geven rijst, visch, zout, groentens dan wel andere, goede, gekookte spijze, na gelegenheid van tijd, en schoon, zuiver drinkwater: Ten zesde: dat wijders de cipiers voor degeenen, die ter dood zijn geconderuneerd, voor extra ordinair spijs en guastos genieten zullen vijf rijksdaalders per hoofd, eens. Ten zevende: dat zoo aan de substituten van den drossaard der Balaviasche ommelanden insgelijks zal zijn gepermitteerd om voor de gevangenen, die van 's Heeren wege onder hunne bewaring worden geplaatst, dagelijks aan den Lande te decla reeren zes stuivers per hoofd, waarvoor zij hun onderhoud zullen moeten bekostigen, zonder eenige verstrekking van rijst in natura te ontvangen; en eindelijk Ten achtsten: dat, wanneer slaats-gevaiigeiien in de boeijen logeeren, voor de kosten van bun defroijement niet meer als voor andere gevangenen zal mogen worden in rekening gebragt, ten ware dil na mate van hunne conditie door den Gouverneur Generaal anders wierd bepaald, doch dat zij daarentegen Landswege van kleederen in natura zullen worden voorzien, na voorgaande behoorlijke aanvragen aan den hoofd-administrateur voor het departement van Batavia. l'ropoueereude zijne excellentie wijders om, aaniezien deze bepalingen alle de gevangenen van 's Landswege en de ver strekkingen voor hun toegestaan regardeerden, gemelde bepa lingen nog met de volgende particuliere voorschriften te amplieeren, als: il dat criminele gevangenen, die boven hel vorenstaande op bare eigene kosten willen leeren, door de cipiers van een betere tafel zullen moeten worden voorzien, tegen betaling, de gemeene personen van twaalf stuivers en REGISTER VAN PERSONEN-, VOLKS- EN PLAATS-NAMEN. Abels (G.), 961. Abrahams, 827. Adriaans, 873. Afrika, 551. Alpben (D. F. van), 59. Amanus-gracbt, 858, 864. Ambachts-kwartier te Batavia, 606, 819. Ambengan, 896. Ambon, 66, 81, 85, 145,310. 551, 412, 468, 551, 578, 591, 693, 707, 708,723— 726, 729, 734, 848, 968, 972—974, 978, 979, 981, 987—991, 1002, 1003, 1018. Ambonezen, 14, 18, 17, 18, 35. 115, 116, 128, 145, 150, 131. 521, 498 581. 584, 585, 623, 686, 1008. Amerika, 59, 311. 420, 421, 881, 876, 1028, 1046. (Noord-), 963. Amerikanen, 963. Amoy, 551, 766. Amsterdam, 595. Angké, 519, 554-556, 560, 574. . (post), 858, 865, 867. » (rivier). 101, 834. Anjer, 317, 353, 541, 896, 1007. Anom (Sultan), 687, 690, 710. Antjol, 574, 864, 958. » (post), 471. . (rivier), 390,519,560. Antjolsche vaart. 555. Arabieren. 640, 907, 908,965. Arm- en weeshuis te Batavia. 205, 666, 671, 672. Arnold, 508. Aroe-eilanden, 351,591, 1002. Asalian, 551. Asem, 571. Asmus, 307. Astani, 378. Atjeh, 421, 1046. ZAAK-RKGISTER. Aanbesteden, 44. 45, 449. 554. 557, 698, 812, 1021. . -ding. 410, 425. 426. 429. 432. 438, 520. 52G, 531, 533, 570—578, 588. 657, 745, 749. 800, 941, 942. 945. 952, 954, 1008, 1050. 1008, 1009. 1074. 1078. Aanbrenger, 53. 08. 97,108,112— 114. 121. 197, 198, 303. 333, 340. 385, 084, 850, 858. 870. Aandeel. 729. Aanlokken (nuttig vee), 283. Aangeven, 332, 730, 1072. Aangieren, 1054. Aanhalen, 195, 680. . -ler. 699. • -ling, 112. Aanhouden (gestolen goed), 809. Aankap, 118, 123. 124. 127. 130, 138. 139. 288, 318, 400. 407. 480, 513. 710. 855. Aanklacht, 153. 500. Aanklagen, 120, 303. Aankondigen (vendutiën), 71. . -ging, 992. Aankoop, 707. Aanlcider. 679. Aanmaak. 65. 747, 748, 753. 755. 869, 875. 968. Aanmanen (pachters), 226. Aanmelden (zich), 6. Aanmoedigen (kofïij-planters), 631. . -ging. 285'. 778. 779. Aannemer. 407. 408. 418, 424-426, 438. 554. 009. 620. 657 664,859.968.969,1021,1077. • -miiig, 577, 669. . -mincs-pcnningen. 425. Aanplant. 127, 130. 178, 300, 303. 303, 490.031.032,053.872.912. Aanplanten, 123. 702. 737. 915. 910. 908 Aanrekening, 222. 762, 763. Aanrekenings-prijs, 480. Aanschrijving (generale), 733. Aanslaan, 917,927,928,1011,1048. Aanspoeling, 443. Aanspraak. 484. Aansprakelijk, 258. Aanspreker. 390. 400. Aanstellen (ollicieren van gezond heid), 23. ■ -ling, 39, 40, 295, 303. 474, 484. 490, 033. 828, 929. Aanstoot, 994. Aanstrijken (affuiten), 740. Aantasten (een scliip), 679. Aanleekenen van appel, 517. • -mug-boek, 455. Aanvaarden, 104,235.242,285.477. ■ -ding, 274, 275. Aanval. 431, Aanvoer, 68, 78. 818, 1053. Aanvraag, 153. 710.948-950.957. Aanwas, 242. Aanwerven (inlainlsche zeevarenden), 884. Aardappel, 110, 522. 781, 810. Aarde. 643-045, 710, 738. 907, 914, 1054, 1075, (boven) houden, 910. staan, 208. 209. Aard-olij. 163. 853. . -vrucht, 300. 816. 817. 912. Aanzetter, 142. 543. Aanzien, 327. 380. 478, Abandonneren, 378, 724. Minieren (keuren, enz.), 844. Abdi, 850, 852. Abolitie, 845 Abondanlie, 0/. Absent, 52. 193, 235, 253, 254, 264, 328, 380, 1011. Absenteren (zich). 841. • -lie. 30, 101. 142, 553, 679, 789. 790, 801, 813, 848, 1006, 101 1, 1032. 'lauat-boki DKKL IV. \ 1808. KC. "W- ID-A-EUXTIDIEIjS- 1 Julij., Post-regeling lusschen Batavia en Java. Bekend werd gemaakt, «dat voorlopig en tot dat deswegens nadere bepalingen zullen worden gemaakt, de gewoone post van hier naar Java tweemaal des weeks, als Woensdags en Zaterdags, morgens ten elf uren, van hier zal vertrekken en de brieven gevolglijk voor dat uur aan het comptoir van den postmeester generaal, van Beusechem, op de groote rivier zullen bezorgd moeten worden". Zie ook 1 Januarij 1809. 4 Julij. Regeling van den militairen, geneeskundigen dienst. Zijne excellentie de Maarschalk en Gouverneur Generaal gezien hebbende het door den chirurgijn principaal, J. Heppener, uitgebragt rapport over de noodwendig vereischt werdende nieuwe inrigtingen en verbeteringen in de hospitalen en het geheele geneeskuudig vak in Indien, als mede ten aanzien der administratie van den medicinalen winkel te Batavia en de respective hospitaals-apotheekeu op de huilen-kantoren; en overwegende, dal onder de te makene redressen ook dit een der voornaamste pointen is, waarop de bijzondere attentie dient gevesligd te worden en de noodzakelijkheid dus gebied, dal daarin mei don eersten werd voorzien, zo is het, dat welgemelde zijne excellentie noodig geoordeeld heeft te be sluiten, zo als besloten werd bij dezen: 1° om den geneeskundigen dienst bij 'sKonings armee en hospitalen in Indien te slellen op eene vaste en, zo veel  NEDEKLANDSCH-INDISCli PLAKAATBOEK, 1602—1811, noon Mr. J. A. VAN DER CHIJS. VIJFTIENDE DEEL I^oB—lBo9. Uitgegeven door het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen met medewerking van de Nederlandsch-lndische Regering. BATAVIA LANDSDRUKKERIJ 's H A G E M. NIJHOFF. 1896.